De steeds groeiende olievlek Tfi Van kantoorklerk tot oliemagnaat DE LOTING RADIO-PROGRAM E VIJANDEN VA ET BIJENDQRjR Het Rozen ^Kasteel ZATERDAG 18 JUNI De Napoleon van de olie Sir Henri Deterding glllllll Zondag 19 Juni Maandag 20 Juni VERHAAL VAN DEN DAG niet,, Jriesche Heerenbaai "maar HEERENBAAI MIJNHARDT's Zenuw-Tabletten 75 ct. Laxeer-Tabletten 60ct. Hoofdpijn-Tabletten 60 ct Bij Apoth. en Drogisten ;aie° a AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Alle aoonne s ohsevMen FEUILLETON V !Vk,at i. Weer heeft men getracht een wapenstilstand te sluiten om tot rust te komen in den duur- sten en felst-gevoerden burgeroorlog in de we reld, dien tusschen de olie-koningen. Zelfs al zouden de verdragen, welke zijn gesloten tusschen de vertegenwoordigers van het reusachtige Royal DutchShell-concern, de Anglo-Persian Oil Companny, waarbij de Engelsche Regeering vitale belangen heeft, de Burma OU Compagny, de Standard Oil of New-Jersey, die aan het hoofd staat van het vroegere Rockefeller-olie-koninkrijk en de Sov jet olie-industrie bestendigd blijven, die de ge schiedenis van de olie-industrie kent. zal aan de duurzaamheid daarvan twijfelen. Het petroleumblikje, dat ergens op een hoek van een straat wordt verkocht, heeft een lan gen weg achter zich van intriges, geheime di plomatie, soms zelfs van tragiek. De motorrijder, die zijn motor vult voor zijn uitstapje aan het eind van de week, is alleen een schakel in een strijd van machten, in den oorlcg van millioenen, die in het moderne leven zijn weerga niet heeft. Olie beheerscht het vervoer te land door de lucht, over zee en onder water, olie is kost baarder geworden dan goud. Olie te hebben, beteekent rijkdom en macht, in vredestijd, maar ook en vooral in tijd van oorlcg. Daarom ook zijn regeeringen van ver schillende landen vol belangstelling voor den olie-oorlog, meestal in het geheim, maar ook een enkele maal openlijk. De Engelsche Regeering staat daarbij voor aan. Niet eens zoo heel lang is het geleden, dat dezelfde olie-oorlog bijna een breuk tus schen Engeland en Amerika zou hebben ver oorzaakt. Wie zijn de mannen achter de schermen, die dezen oorlog voeren? Wat heeft hun strijd tot nu toe uitgehaald? Wie, als er al van een zegevieren sprake kan zijn, is de overwinnaar in dezen veldslag, die wordt uitgevochten tus schen Europa, Azië, Amerika en Rusland en tengevolge waarvan verschillende regeeringen op het paard zijn gekomen of daar ai zijn geworpen? Als we trachten den sluier over dezen oiie- oorlog op te trekken, zullen we ervaren, dat in verscheidene landen eenzelfde Spoor is te volgen en dan komen wij tenslotte er achter hoe enkele revoluties in Zuid-Amerikaansche staten zijn uitgebroken en begrijpen we iets van de intriges in het verre Oosten. De geschiedenis is heel Interessant, te inte ressanter, als men alleen maar denkt aan het simpele olieblikje, dat een afstand tusschen stad en land heeft verkleind. Voor goed begrip is het noodig terug te gaan naar de jeugdjaren van iemand, die door ad miraal Fisher den ronden rauwen zeeman, die geen blad voor zijn mond nam en die den we reld-oorlog voorspelde, werd geteekend als „Napoleontisch in zijn durf en Cromwelliaansch in zijn doortastendheid'1. Die man is Sir Henry Deterding. op het oogenblik de leider van het geweldige Royal- Dutch—Shell-Concern, het grootste, dat meer dan zeventig maatschappijen onder zijn beheer heeft. Toen was Sir Henry Deterding nog slleen maar bekend als Henri Wilhelm August. De terding, een Hollandsche kantoorbediende van de Koninklijke Petroleum Maatschappij. De Koninklijke stond er toen niet zoo erg best voor. Haar reserves waren uitgeput door een meedoogenloozen prijs-knauwenden oorlog met de groep van de Standard Oil, waarover Rockefeller, de grootste man, dien de olie industrie ooit gehad heeft, als koning heerschte „John D" is op het oogenblik drie-en-negen tig en in de laatste twintig jaar heeft hij geld weggegeven in plaats van te trachten het te verdienen. Naar schatting heeft hij meer dan honderd .millioen pond sterling voor liefdadige doeleinden gegeven, maar toentertijd was er van philantropie bij hem geen sprake Hij had de olie-industrie op pooten gezet in de dagen toen iedereen, die grond in onder zoek had als de gewoonste zaak van de wereld een bende kerels afhuurde om een anders stuk grond onbruikbaar te maken en in zaken kende hij geen pardon. Hij was de koning van den Amerikaanschen oliehandel en hij, die al zijn gevaarlijke con currenten over heel de wereld eronder had. dacht het ook wel met zijn laatste rivaal, de Hollandsche maatschappij klaar te spelen. In dezen veldslag werd hij, die duizenden olie-oorlogen had gewonnen, verslagen, voor het eerst en dat niet door een van de „groote hanzen", maar door een jongetje in de bewe ging, door Deterding. Deterding wachtte zijn tijd af. Toen nij de kans schoon zag, kwam hij in contact met de beroemde bankiersfirma der Rothschilds. 't Moet toch wel een flinke kerel geweest zijn. die het klaar kon spelen de Rothschilds ervan te overtuigen, dat zij er garen bij zouden spin nen als zij de Hollandsche maatschappij aan geld zouden helpen om den invloed der Ameri kanen te stuiten. Ze hapten toe en met het contract in zijn zak kwam de kantoorbediende bij zijn „bazen" terug en dat was zijn groote slag, van be diende werd hij directeur. Met de millioenen van de Rothschilds achter zich, begon hij terug te slaan, zóó zelfs, dat de slagen zóó hard aankwamen, dat het zelfs Rockefeller te hard was en voor het eerst van zijn leven verklaarde de Amerikaansche multi- millionnair zich bereid tot een wapenstilstand. Rockefeller wou graag de geheele olie-bewe ging in handen houden om het geld, dat zij hem in het laadje bracht, maar Deterding dacht er anders over. De Hollander was een van de eersten, die inzag, dat olie in den komenden oorlog een beslissende rol zou vervullen en gesprekken met admiraal Fisher, die ronduit gezegd had, dat in den komenden oorlog een met olie gestookte vloot vijftig procent meer zou hebben in te brengen dan een die werkte met schepen, die met kolen gestookt werden, hadden hem ervan overtuigd, dat er een oorlog op komst was In dank voor hetgeen hij deed om de con- tróle te krijgen over den olie-aanvoer, wérd de vroegere Hollandsche kantoorbediende in den adel verheven en kon hij tevens rekenen I iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiihiiiiiiiihii uuiuiuuuiaiiuiuaiuiuiiiiiiii Als een brokstuk levensvreugde Is voor ons de loterij, Want men is er, zelfs met geld toe, Altijd als de kippen bij! Naar een trekking wordt gekeken Met een zielsverheugd gelaat, Als de man, die met het ja-woord Van zijn meisje huiswaarts gaat! Maar al zijn dan ook de menschen Op een loterij verzot, Toch voelt men de nuanceering Heel goed tusschen lot en lot. En niet altijd brandt de Liefde Als een lava-surrogaat, Zooals nü weer bij de loting: Wie .er in draait als soldaat! Gratis krijg je hier je lotje. Ook al schudt je hard van „nee"! Ook al draait je maag heel heftig Met de lotentrommel mèe. Meedoen moet je aan de loting, Waar men het frappante ziet: Dat de nieten zijn de prijzen En de prijzen zijn een niet! MARTIN BERDEN 1 (Nadruk verboden) op den onofficieelen maar niet minder krach- tigen steun in den rug van de Engelsche Re geering. Er was nog iemand behalve Lord Fisher en Sir Henry Deterding, die inzag welk een be langrijke rol olie in den komenden oorlog zou vervullen en die ook van oordeel was, dat er een oorlog op til was. Die man was Winston Churchill, toenmaals Minister van Marine. Churchill steunde De terding, maar had ook nog andere pijlen op zijn boog. Hij had vol aandacht de avonturen gade geslagen van een jongen Australiër William K. d'Arcy, die tijdens de vervulling van een geheime zending in Perzië oliesporen ontdekt had en er door diplomatie en vleierij in ge slaagd was van den Sjah een monopolie voor oliewinning voor den tijd van zestig jaren te verkrijgen voor zoo goed als het geheele Per zische Rijk. Hij keerde in Londen terug en richtte daar de Anglo Persian Company op om de con cessie, waarvoor hij het peuleschilletje van vijf duizend pond betaald had en de belofte van een roalty had gegeven, te exploiteeren Nadat hij deze maatschappij had opgericht, ging hij naar Turkije, om te zien of daar soms wat te doen viel. Reeds was daar een Ameri kaan, admiraal Chester op zoek naar con cessies. Er werden vele geheime onderhandelingen gevoerd en de Amerikanen zagen zich den buit ontfutseld. Een maatschappij werd opge richt ter uitoefening van contróle op de Turk- sche Petroleum Concessie. De combinatie was deels Engelsch, deels Duitsch en voor de helft Turksch. Geslagen trokken de Amerikanen af en even later konden ze zich nog eens woedend ma ken, toen zij hoorden dat het Turksche aan deel kalmpjesweg was opgekocht door d'Arcy's maatschappij, de Anglo-Persian. Winston Churchill, die door Fisher en De terding had leeren inzien hoe een belangrijk artikel de olie was, volgde met groote belang stelling de verwikkelingen in de olie-diploma- tie van het Oosten en toen het gerucht ging. dat d'Arcy's concessie niet ten volle zou kun nen worden benut wegens gebrek aan kapitaal adviseerde hij de Engelsche Regeering er aan deel in te nemen. Het resultaat was, dat de Engelsche Regee ring, die zich tot dan toe alleen zijdelings en achter de schermen van de olie geïnteresseerd had, thans voor het voetlicht trad en een be sluit nam, dat in zijn soort even belangrijk was dat van Disraeli met betrekking tot het kanaal. II/ Het nieuwtje was spoedig in het bijendorp rond en de bijen gingen stilletjes zitten loeren of de wespen zioh zouden laten vangen. En warempel. De eerste de beste wespenmeneer viel met zijn vrouw holderdebolder van een tak op den harden grond neer. En de bijen natuurlijk lachen. De uitvinding van Jaap de Bie werkte uitstekend. Zoo gauw de een of andere wespenfamilie het waagde in de buurt der bijenkor.en te komen, moest ze het duur ontgelden en viel rakelings over de gladgemaakte velden en boomen. HUIZEN, 1875 M. 8.30 K. R. O. de schoon ste zangen der Slavische Mis in gebruik bij de Russische Kerk; N. C. R. V. 9,30 gramofoon- muziek; 9.50 Kerkdienst uit de St. Laurenskerk te Rotterdam; K. R. O.: 12.15 Inleiding op het а.s. Nationaal Maria Congres. Mariaspel „Die eerste bliscap"; 12.40 K. R. O.-sextet o. 1. v. Piet Lustenhouwer; 1.40 „Het Verkennen" door mr. dr. J. Beuns S.J.; 2.— Gramofoonmuzlek; 2.10 Jos. Panhuysen bespreekt Vier Detective Romani; 2.30 De gezamenlijke R. K. Kerkzan gers „Voel et' Amicitiae", Amsterdam; 4.30 Zie- kenhalfuur door pater H. Rothoff; N. C. R. V.: 5.— Kerkdienst uit de Geref. Kerk te Zaan dam; K. R. O.: 7.45 Pastoor A. J. Mulder: „Het Kermisvraagstuk"8.10 Voetbaluitslagen van de R. K. F.; 8.15 K. R. O.-orkest o.l.v. Johan Gerritsen; 8.45 Ben Royaards: Fragmenten uit „Adam in Ballingschap" van Vondel; 9.00 Pers berichten van het Persbureau Vaz Dias; 9.15 K. R. O.-orkest o.l.v. Johan Gerritsen; 10.40 Epiloog door het kleine koor o.l.v. Jos. H. Pick- HILVERSUM, 296 M. 8.15 lichaamsoefe' nlngen o. 1. v. G. Kleerekoper; 9.— Postduiven- berichten en Voetbalmededeelingen; 9.05 Tuln- bouwhalfuurtje; 9.30 Orgelspel; 10.20 Vara-or- kest o.l.v. Harry Wiggelaar; 11.20 orkest A. V. R. 0.; 12— Rob. Geraerds; .Fingeland"; 12.30 Avro-kamerorkest o.l.v. Louis Schmidt: 2.00 Boekenhalfuurtje; 2.30 Ooggetuige verslag van de nationale zwemwedstrijden te Assen door H. Hollander; daarna tot 4.30 uur Het Residentie orkest o.l.v. Ignaz Neumark, solist, Alexandre üninsky, piano. Pauze: gramofoonmuziek; 4.30 Sportuitslagen van Vaz Dias en gramofoonmu ziek; 5.— V.A.R.A.-dilettanten-uurtje; 8.— A. V. R. O.-nieuws en Sportberichten van het Persbureau Vaz Dias; 8.15 Omroeporkest o.l.v. Nico Treep; 8.40 Internationale chansons door L. W. Nijland; 9.Omroeporkest; 9.15 Mr. A. W. Kamp draagt voor; 9.35 Omroeporkest; 10.— Moderne Zangdeclamaties door M. Serie; 10.20 Kovacs Lajos en zijn orkest. BRUSSEL, 509 M. 12.20 Concert door net Tearoom-orkest; 1.30 Gramofoonplatenconcert; б.20 idem; 6.50 concert; 7.20 gramofoonplaten concert; 8.20 gedeelten uit Wagners Opera „TannhÉluser". KALUNDBORG, 1153 M. 4.20 Concert door Harmonie-Orkest o.l.v. F. Hemme; 8.20 Omroep' orkest o.l.v. Launy Grondahl; 10.20 Concert door Omroeporkest; 11.10 moderne dansmuziek. BERLIJN 418 M. 12.40 Populair Concert; 3.20 Vocaal Concert; 4.30 Concert door Harmo nie-orkest; 8.20 Concert door Omroeporkest o. I.v. Bruno Seidler Winkler. HAMBURG, 372 M.— 12.35 Concert; 3.20 In strumentaal Cabaret; 7.20 Kerkconcert; 8.30 Concert door het Noragorkest o.l.v. José Eiben- schutz; 10.50 dansmuziek: 11.30 dansmuziek. KÖNIGSWUSTERHAUSEN, 1635 M. 12.40 Concert uit Berlijn. LANGENBERG, 472 M. 1.20 Concert o.l.v. Wolf. DAVENTRY, 1554 M. 2.35 Gramofoonmu ziek; 3.20 Recital; 9.25 Tom Jones en zijn Or kest; 10.30 Epiloog. PARIJS (R. 1725 mv.) 12.20 Gramofoon muziek; 3.05 idem; 7.05 Populair Concert; 8.20 idem. MILAAN, 331 M. 8.50 „H grillo del foco- lare". Opera in drie actes. ROME, 441 M. 9.05 „Fior di neve", operette in drie bedrijven. WEENEN. 517 M. T.10 Weensch Sympho- nie-orkest: 11.dansmuziek. BEROMUNSTER. 460 M. 5.50 Opera-frag menten; 10.05 Oude en nieuwe dansen; Omroep orkest p.l.v. Erwin Gilbert. HUIZEN 1875 M. N.C.R.V. 8.00 Tijdsein en schriftlezing; 8.15 Morgenconcert; 10.30 Korte ziekendienst door dr. J. A. Hoekzema, 11.00 Lezen van Chr. lectuur door mej. J. C M. Doyen. „Een blanke vrouw onder de kanniba len" door Johanna Veenstra: 11.30 gram.platen. 12.00 Politieberichten; 12.30 Orgelconcert door Jan Zwart in de Herst. Evang. Luth. kerk aan den Kloveniersburgwal te Amsterdam; 2.00 Gram.platen: 3.15 cursus knippen en naaien: 3.30 cursus stofversieren en hoeden maken; 3.45 verzorging zender; 4 uur ziekenuurtje door ds. A. P. Barendregt; 5 u. gramofoonmuziek; 5.30 chr. liederenuurtje door Joh. de Heer; 6.30 vragenuurtje; 7.30 politieberichten; 7.45 verbin ding met het hospitaalkerkschip kruisende op de Noordzee; 8.30 Tjecho-Slowaaksche avond m.m.v. de Haarlemsche orkestvereeniging o.l.v de Haarlemsche orkestvereeniging o.l.v. Frits Schuurman; 10 u. Persberichten van het Pers bureau Vaz Dias. HILVERSUM, 296 M. AVRO. 8.00 Tijdsein en gramofoonmuziek; 10.01 Morgenwijding; 10.15 gramofoonmuziek; 10.30 voorlezen door mr. P. C. la Chapel1 e; 11.00 Orgelconcert; 12.00 Tijdsein en het AVRO Kleinorkest o.l.v. Nico Treep. Tus- schenspel van gramofoonmuziek; 2.13 rustpoos voor verzorging zender; 2.30 Het AVRO kamer orkest o.l.v. Gerard Hemmes; 4.00 Hollandsch halfuur cello en piano; 4.30 Kinderuur door Willem Hunsche; 5.30 Orgelconcert; 7.00 Boe kenhalfuur; 7.30 gramofoonmuziek; 8.00 Tijd sein; 8.01 Concertgebouworkest o.l.v. dr. Willem Mengelberg; 10.15 Persbureau Vaz Dias; 10.30 Kovacs Lajos met Bob Scholte. BRUSSEL 509 M. 12.20 orkest o.l.v. Max Alexys; 1.30 vervolg concert; 6.50 gramofoon platenconcert; 10.30 concert o.l.v. Max Alexys. BERLIJN 419 M. 4.50 pianorecital; 1.35 po pulair concert; 9.40 gedeelten uit Faust; 10.20 dansmuziek gramofoonmuziek; 2.30 idem; 4.50 concert door het omroeporkest van Breslau; 7.40 populair concert door het Kleine Nragkorkest. KÖNIGSWUSTERHAUSEN 1635 M. 12.50 gra mofoonmuziek; 2.30 idem; 4.50 concert. LANGENBERG 472 M. 1.20 concert door om roeporkest: 5.20 Vesperconcert o.l.v. Wolf; 8.50 Het was ongeveer veertien dagen voor Kerstmis. Er bevonden zich maar weinig rei zigers aan den trein en ik kreeg daarom een coupé voor mij alleen. De plaats mijner be stemming was Parijs, en ik had van mijn va der de opdracht gekregen, om naar mijn al daar wonenden agent (mijn vader was name lijk Juwelier en goudsmid in Londen) een zeer kostbaren brillanten ring over te brengen. „De diamanten hebben eene waarde van vijf honderd pond", had mijn vader tegen mij ge zegd, ik hoop dus dat Je het aan de noodlge voorzichtigheid niet zult laten ontbreken^ Red. en dat je ze Onderweg noch verliest, noch ze je ontfutselen laat". Ik glimlachte ietwat spottend. Ik was Juist een-en-twintig jaar geworden en mijn vader had toch waarachtig geen recht om zoo met mij te spreken, alsof ik een schooljongen was. Ik kwam eensklaps op de gedachte, waar zou de ring beter en veiliger bewaard zijn dan aan mijn vinger. Ik behoefde slechts een handschoen aan te trekken en geen sterveling zoude weten, wat er onder het leder zat. Hij was hier vrij wat veiliger dan in mijn zak. Aarzelen ware in zulk een geval dwaasheid geweest. Ik stak dus den ring aan mijn vin ger en het doosje in mijn zak. Plotseling vertoonde zich aan het venster eene gestalte, doch het was slechts de conduc teur, die mijn kaartje kwam knippen. Dit be lette echter niet, diat ik mijn handschoen aan trok, nog te meer, wijl de trein reeds over een half uur te Dover zoude zijn. Van het station begaf ik mij onmiddellijk naar de stoomboot, die mij naar Calais bren gen zoude. Ik zag ongeveer een twaalftal man nelijke passagiers, dames daarentegen zag ik maar twee. De eene was eene corpulente, be jaarde dame, die gedurende den geheelen over tocht maar onophoudelijk at en dronk. De an dere was enfin, in één woord het bekoor lijkste schepsel, dat mijne oogen ooit aan schouwd hadden. Zoo ver ik beoordeelen kon. was zij geheel alleen. Wij hadden ongeveer de helft van de reis gemaakt, ik was zeker al voor de vijftigste maal langs haar heen ge wandeld. toen zij mij eindelijk aansprak. Mijnheer, zoudt u zoo vriendelijk willen zijn, om den steward te zeggen, dat hij mij een glaasje cognac brengt? Zfj sprak Fransch. Ik kon alleen buigen en liep zoo snel moge lijk naar het buffet om zelf een glaasje cog nac te halen. Ik hoop, mejuffrouw, dat dit u wat heeft versterkt, waagde ik zachtjes op te merken. O, zeker, lispelde zij, ik dank u, mijn heer, doch ik ben geen juffrouw, maar een getrouwde vrouw, eene weduwe. Bij deze woorden drukte zij haar zakdoek voor de oogen. Hoe interessant neen hoe aandoenlijk was deze eenvoudige bekentenis. Ik wist nu ook, waarom zij er zoo treurig uitzag. Och hoe gaarne had ik haar getroost. Toevallig stond er een veldstoel in de na bijheid. Ik waagde het, dezen een weinig na derbij te zetten. Zij scheen zich daardoor ech ter in het minst niet beleedigd te gevoelen en weldra waren wij in een zeer levendig ge sprek gewikkeld. Trotsch was zij niet, inte gendeel, zij was de beminnelijkheid in eigen persoon. Zooals zij mij vertelde, was zij maar drie dagen in Londen geweest. Zij had daar zaken te doen gehad en trok zich nu weder in de eenzaamheid terug in de kleine villa, waar zij sinds den dood van haar dierbaren echt genoot steeds had gewoond. Zij zou, gelijk zij mij vertelde, eerst met den avondtrein hare reis vervolgen, aangezien zij in Calais nog een paar commissies te verrichten had. En dat alles vertelde zij met een betoove- rende gulhartigheid. Ik zag volstrekt geen reden, waarom ook ik niet met den avondtrein mijne reis zoude voortzetten. Ik maakte haar dus met mijn plan bekend en zij had er niets op tegen opera van Richard Wagner; 10.50 concert door de Erwin kapel. DAVENTRY 1554 M. 1.05 Het commodored Grand Orkest o.l.v. Jos. Muscant; 2.10 gramo foonmuziek; 4.20 Moschetto en zijn orkest van het Dorchester Hotel; 8.20 Vaudeville-program- ma; 10.00 Het B. B. C. Theaterorkest; 11.20 dansmuziek. VOOR NADERE BIJZONDERHEDEN VER WIJZEN WIJ NAAR DEN KATHOLIEKEN RADIOGIDS ECHTE FR1ESCHE Toen wij in Calais kwamen, bekende <3® me mij, dat zij honger had, en later gaa pll een kleinigheid zoude gebruiken. Terwijl hare commissie ging verrichten, nam rijtuig en reed naar het hotel Dessin, zien de eetzaal daar propvol was, ging iK een apart tafeltje zitten in een der nevenz en bestelde een diner. Na een klein ha» kwam de dame aan. p. Nu kan men echter niet te best met 11 jjet schoenen aan, aan een diner deelnemen- n was dus de vraag, of ik met den ring aan vinger dineeren of wel den kostbaren scha „en het doosje leggen en in mijn rokzak st® fl- zoude. Wie maar eenigszins een mensen kenner is, zal inzien, tot welk besluit ik ,K, 21-jarig jonkman tegenover dit allerbekoorw ste vrouwtje kwam. ftt, De dame nam van het een en ander doch zeker niet meer dan een musch- e vlogen de minuten snel voorbijl Ik zou in 0 kleine kamer wel een jaar hebben kun blijven. -oK. Plotseling vroeg de dame: Rookt u mijnheer? eA O, zeker, zelfs veel meer dan wel voor mij is, antwoordde ik. Doe mij dan een genoegen en rook f nu ook, ik mag het zoo gaarne, dat een rookt! jep Ik stond op om mijn sigarenkoker uit zak van mijn overjas te halen. Mijne re' BeIj noote legde hare hand luchtig op mijn arffl zeide: Ja, ziet u, mijnheer, ik heb eene fgfc' kentenis te doen. Ik rook ook, doch siga:f ten. Ik woonde langen tijd in Spanje, bijna alle dames rooken. De gedachte, dat dame rookt, is u toch, hoop ik, niet onaang naam? Onaangenaam? O, geenszins! s Och Ja, ge zijt daartoe te zeer man vef, de wereld en boven zulke vooroordeelen V„I1 heven. Nu, dan moet ge eens eene van 111 sigaretten rooken. Bij deze woorden kreeg zij uit haar gp lies een kleinen koker en verzocht mi) ,eIJ er eene sigarette uit te nemen. Ge zult 0 smaak wel wat vreemd vinden, zeide de me, nadat zij eenige trekjes had gedaa»- ,e Deze sigaretten worden van geparfumeer tabak gemaakt, ik rook nooit anders. O, integendeel, mevrouw, ik vind de 81 rette allerverrukkelijkst. Zwijgend rookten wij eenigen tijd. Wat zou dit bekoorlijke schepseltje wel gen, vroeg ik mij zeiven af, wanneer ik ba^ beleed, dat ik tot over mijn ooren op ba verliefd was geworden? Zou zij mij met v ontwaardiging afwijzen of zou zij tfl' Plotseling ontwaakte ik en bemerkte mijn grooten schrik, dat ik geslapen had- kamer was donker, mijn hoofd deed mij v r sehrikkeliik niin Tk Ktnnd on en wandelde 1 schrikkelijk pijn. Ik stond op en wandelde Waarom had het venster en keek vervolgens om mij Maar waar was de dame? waarom n»" g!i zoo lang geslapen? Ik vloog naar de schel- een paar minuten later verscheen er een ke ner met een licht. Waar is mevrouw? vroeg ik. Mevrouw, antwoordde de kellner, is °^e, geveer drie uur geleden uitgegaan, zij (e dat zij nog een paar boodschappen had doen, maar spoedig terug zou zijn. In geval, zeide zij, mocht haar broeder, die v® schrikkelijk aan zeeziekte leed, gestoord f den. Tot dusver is mevrouw, voegde de kei»* er aan toe, echter nog niet teruggekeerd' Voor drie uur uitgegaan, zeeziek, haar [fol der! Wat moet dat beteekenen? Ik ging ten en onwillekeurig drukte mijn arm op kleine doos, die zich in mijn zak bevond. t tegelijkertijd keek ik naar mijn vinger. was dat, de ring was verdwenen. Als door bliksemslag getroffen sprong ik op, rende kamer op en neer, daarop viel ik weder op stoel neer en verborg mijn aangezicht in 01 ne handen. Den volgenden morgen om negen uur sto^ ik voor mijn vader en vertelde hem avontuur. Terwijl ik van woede en schaaf tranen vergoot, glimlachte hij op een ei?8 aardige spottende wijze. En toen ik had eindlgd zag hij naar zijn schrijfbureau, de eene geheime lade daarvan en zeide-. Wees maar gerust, Red, hier is de totaal gaaf. Ik kon van verwondering woord uitbrengen. Toen de dame je al. jgt liet, ging mijn vader voort, was het g tijd om met de laatste boot naar Dover te\,r te keeren. De ring was dus al voor zeven u 's avonds in mijne handen. ej Maar, maar, stamelde ik, ik begriiP r„ niets van. Wanneer zij den ring bezat, om bracht zij hem u dan terug? M Doodeenvoudig, wijl zij er voor bet^e. werd. De dame is van beroep geen diev®»^ maar eene dievenvangster. Je hebt je laa(jt zoo blufferig aangesteld, mijn jongen, b je zulk een hoogen dunk van je eigen en vaI1jSt bekwaamheden, dat ik begon in te zien, een klein lesje je niets geen kwaad z%et kunnen doen; ik geloof, dat ik je thans f bewijs heb "geleverd, dat er nog verstand1^ menschen zijn, dan een zekere wijsneus één-en-twintig Jaar het is. Een of twee uur later zeide ik tegen vader: ds Het was toch nog al gewaagd om te doen met een ring, die 500 pond waar" Mijn beste Jongen, waarvoor zie -p ouden papa dan wel aan. De diamanten w® Immers maar namaak. verzekerd voor een der lngsvoorwaarden tegen f Qflflf) by levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f 7Ci) by een ongeval met f OC/i by verlies van een hand f 1 Of by verlies van een C/I by een breuk van Aiby verlies v»hJr volgende uitkeeringen O VVU.'verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen T OU.' doodelljken afloop T OU.' een voet of een oog T 16 O.' duim of wijsvinger t O U.'been of arm t 4 U.' anderen All— L op dit blad zyn Ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden 9 Wie zendt je dat, Marie-Claire) Juffrouw d'Albrègue Ja. Wat een geld 1 Verwachtte Je het Wel neen, ik had nergens recht on zy neemt brief en biljetten op en gaat naar haar kamer, terwijl ons nieuwsgierigaagje te leurgesteld achterblijft. Ze had zoo gaarne 'wil len hooren, wat juffrouw d'Albrègue te vertel, len had! Marie-Claire sluit de deur en leest met klop pend hart: „Lief kind. (juffrouw zou ik u niet kunnen noemen na de pynlijke, en toch vertrouwelijke uren, die we samen hebben doorgebracht) ik zend u hierbij twee duizend vijfhonderd francs van hetgeen ik ontvangen heb by den verkoop van uw tantes meubilair. Reken u nu maar niet tot dankbaarheid gehouden; ik vervul eenvou dig een plicht van rechtvaardigheid. Ik stel belang in u, en vraag me af, of mijn zuster u wel een dienst heeft bewezen, door u, uit het midden uwer familie weg te nemen, waar u thans als vreemdelinge terugkeert; en dit nog te meer, daar zy u een schitterend leven deed genieten, dat u tot geen enkele re- deiyke toekomst leiden kon. Wat ik van uw karakter bespeurd heb, (ik zag u onder omstandigheden, die iemands na tuur spoedig openbaren) doet my hopen dat uw stiefmoeder en uw zusters u zullen beminnen, en dat de veerkracht, der Jeugd eiben, u met niet te veel moeite aan deze verandering van le"en en omgeving zaj doen gewennen. Als vlndin uwer familie veroorloof ik my u er aan te herinneren, dat u evenveel recht hebt om in het huis uw vaders te wonen, ais uw zusters. Zoo het al waar is, dat uw eigen moe der haar bruidschat verloren heeft, dan ls het eveneens zeker, dat de tweede vrouw van uw vader er geheel geen bezat. Uw mamllie leeft dus van de overblijfselen van mynheer de Sol liès' fortuin, en daarop hebt ook u een onaf wljsbaar recht. Evenwei, lieve kind, 't zou kunnen zyn, dat u In deze omgeving u ongelukkig gevoelt, of dat de bekrompen omstandigheden déél- u zou den doen wenschen onafhankelijk te zijn, wat tegenwoordig meer begrepen wordt dan vroe ger; in dit geval zou lk u waarschymyk be huipzaam kunnen zyn. Ik ben treurig cn zwijg zaam: het leven heeft me zwaar beproefd, en 'k begrijp zeer goed dat ik niets bezit, wat de sympathie van een jong meisje kan trekken. Maar ik heb ondervinding, en nog eens, ik stel belang in u. Tenslotte nog één aanbeveling; ze zal u hard en koud voorkomen, en toch is ze wys en voor zichtig: bewaar het geld, dat ik u zend, zorg vuldig met het oog op ernstige omstandighe den. op mogeiyke behoeften En nogmaals, wees verzekerd van myn op rechte sympathie." Marie-Claire kek naar de biljetten, en diepe ontroering vervulde haar. Hoeveel mooie, be minde voorwerpen vertegenwoordigden die pa piertje! zy zag ze weer die antieke meubelen bronzen, oostersche tapyten. dat keurige por. celein, die schilderijen, o die vooral, eenmaal de lust harer oogen. Wie zou ze gekoent heb. ben? Max Sartène misschien; hy bad ze zoo dikwyis bewonderd! Zoo droomde ze over vervlogen tyden voort. Wat was er van overgebleven? Opeens werd de deur driftig geopend, en ze nuwachtig, opgewonden trad haar stiefmoeder binnen Ze had zich niet eens den tijd gegund haar hoed af te zetten, en haar anders zoo bleeke wangen waren nu hoog gekleurd. Wat Vertelt me die dwaze Josette daar, Marie-Claire? is het waar, dat le een aange- teekenden briei met geld hebt ontvangen? De schrik sloeg het meisje om 't hart. Zwij gend wees ze op de biljetten daar vóór haar op de tafel. Zendt Juffrouw d'Albrègue Je dat? Bevend nam mevrouw de Solliés de biljet ten op. Ja, antwoordde het meisje, deze som ver tegenwoordigt een deel van tantes meubilair. Een heel klein deel dan toch! Twee dui zend vijf honderd francs! 't Is een schandaalI Je tante bezat prachtige bronzen, schilderijen van waarde, en haar meubelen Louis XV wa ren echt. Die vrekkige oude vrijster had je alles moeten overlaten. zy was me niets «huldig en haar zuster had haar eigen vaderlyk erfdeel verbruikt, ant woordde Marie-Claire op vasten toon; inwen dig echter deed 't haar zeer Juffrouw d'Albrègue gierig te hooren noemen. Twee duizend vyf honderd francs! 't Is treurig herhaalde mevrouw de Solliès. Met nydig gebaar zette ze haar hoed at, zonder den blik van de biljetten af te wenden, die ze weer op tafel geworpen had. Eindeiyk, na een voor Marie-Claire pynlijk stilzwygen hernam ze: Wat wil je met dat geld doen? Je kunt het toch maar niet zonder nadenken uitgeven? En spytig vervolgde ze op zachter toon: Je zoudt het kunnen uitzetten. Middelerwyi was Josette binnen gekomen en meende ook een duit in het zakje te moeten werpen. Ze zou haai zolder kunnen laten behan gen en een schoorsteen laten maken. Wat een dwaasheid om dat geld uit te zetten! Hoeveel rente zou het opbrengen? Tegen drie procent vyf en zeventig francs myn kind. Vijf en zeventig francs? Niet eens genoeg voor een ordinair costuumpje! Als ik in haar plaats was maakte lk een lief reisje in de Pyreneeën. Dan nam Je my toch ook mee, zusje? Dat is malle kinderpraat, Josette 1 zei me vrouw de Solliès. Maar daarin heb je geiyk, de rente van dat geld is zoo goed als niets, 't Kan je evenwel eenmaal te pas komen, Marie-Claire, als Je eens gaat trouwen. Stilte 1 Evenwel, hernam mevrouw, nu een beetje haperend, als je het geld niet dadeiyk besteden wilt, zou ik my verplicht rekenen. Ja werkelijk dankbaar zyn, wanneer je my duizend francs zoudt leenen tot de aanstaande uitbetaling van myn fondsen. Ik zit op het oogenblik wezen- iyk verlegen Ik heb kosten moeten maken voor den rouw het leven wordt met den dag duurder, en de rekening van den slager duldt geen uitstel meer. Zonder een woord te spreken, reikte Marie Claire haar een biljet toe. De vale trekken der dame verhelderden als by tooverslag. Dank Je wel, lieve. Je neemt een groote zorg van me weg een onrust, die me werkeiyk :iek maakte Ik ben bly, dat ik u van dienst kan zyn, antwoordde Marie Claire, terwyi ze te ver geefs moeite deed eenige warmte in haar woor den te leggen want - ze dacht aan de ver. maning van juffrouw d'Albrègue om dac geld zorgvuiaig te bewaren. IX. til®1 Of de rekening van den slager al dan betaald werd, kwam Marie-Claire nooit te ten, maar wei bespeurde ze, hoe er dag®p een zekere weelde in huis heerschte. f(i, Judith vond, dat haar hoed te onfrisch om er den winter mee door te komen. en„0cft maine schafte zich een bont aan. Josette een nieuw tennlsraket en allerhande ie nyen, terwyi de geheele familie van w was, dat men noodig een dineetje aan e® zyn vrienden moest geven. Na al deze extraatjes bleef er van leende duizend francs zeker niet veel over, want het enge moeiiyke leven beg°ö ge' opnieuw. Arme Marie-Claire! In het fuilW makkeiyke bestaan der laatste Jaren, der stoffeiyke zorgen, had zy nooit die seling van weelde en gebrek gekend men van de eerste niet "eniet, omdat zC r voorbygaande is, terwyi het andere wreede tegenstelling dubbel zwaar valt. p dien, haar rechtschapen gemoed wal6a ge' deze mommery Ze was jong en buigza^ ge noeg om deze verandering van leefwitz® 1 ft&ü' nen dragen; ook de armoede wist zU vaarden, en er sluimerde in naar een pe' gen geesteskracht, die zich zeker by e paalde, redeiyke taak zou geopenbaard 0 ^et, LVfci

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 10