SPORT EN WEDSTRIJDEN LAATSTE NIEUWS De Burcht van Brederode De Leidsche Courant Om de Gran Chaco Krijgssuccessen voor Paraguay Lerroux tegen de socialisten Debat in de Cortes EXPLOSIE OP DE ST. LAWRENCE Twee dooden, elf vermisten Groote brand te Heerenveen Oorsprong, verwoesting en herstel Nood Tuinbouw WOENSDAG 20 JULI ATHLETIEK ATHLETIEKDAG 14 Augustus a.s. R. K.A. V. „Holland" BILJARTEN Nobelsbeker DAMMEN Om de persoonlijke kampioen schappen der „Haarl. Damclub" Jubileumwedstrijden bij „St.Bavo" HONKBAl Stedenwedstrij d CRICKE7 Haarlem comb.R. en W. comb. „P.V. H.A.K." is voor LEIDEN en OMSTREKEN het aan gewezen DAGBLAD voor ADVERTENTIEN Vraagt proefexemplaar Oorlogsstemming te La Paz Slecht weer in heel Spanje JONGEMAN VERDRONKEN AANSLAG IN EEN MIJN Opzichter met een bijl neergeslagen Brandweer machteloos tegenover de vlammenzee in de boven woning van een café Belangrijke schade Oorsprong De opgravingen Dakbed ekking De tegenwoordige ruïne W enteltrappen Middeleeuwsche schoonheid Tuinderscommissie op audiëntie bij Minister Verschuur R» K. HUISVESTINGS-COMITé Mgr. C. Prinsen treedt af als voor zitter. Mgr. F Hendrinx als opvolger benoemd BOERDERIJ VERNIELD Brandweer machteloos Slachtoffers van den Rijn School voor reserve-officieren Groep A. open voor niet-D.H.A.K.-leden van 12 tot aan 15 jaar: 60 M. hardloopen4 x 60 M estafetteloop; kogels too ten (3 Kg.); vèrsprlngen en hoogsprin gen met aanloop. Groep B. open voor niet-DHAK leden van 15 tot aan 17 jaar: 80 M. hardloopen; 4 X 80 M. estafetteloop; kogelstooten (3 KG); ver springen en hoogspringen met aanloop. Groep C. open voor niet-DHAK leden se niores: 100 M., 200 M. en 1500 M. hardloopen; 4 x 100 M. estafetteloop; kogelstooten; ver springen en hoogspringen met aanloop. Groep D. open uitsluitend voor DHAK leden seniores (cracks): 100 M., 400 M., 800 M., 1500 M. en 5000 M. hardloopen; 4 x 100 M. estafette loop; kogelstooten; speer- en discuswerpen; hoog- en verspringen. Groep E. open uitsluitend DHAK leden se niores (nieuwelingen): 100 M., 200 M., 800 M. 1500 M. en 3000 M. hardloopen; 4 X100 M. estafette-loop; kogelstooten; speer- en discus werpen; hoog- en verspringen. De inschrijvingen moeten uiterlijk 5 Aug. bin nen zijn en van inleggeld vergezeld gaan. Ver zoeke namen en voorletters alsook de groep en de nummers duidelijk te vermelden. Hieronder volgt een overzicht: 12.30 Verspringen met aanloop A. Kogelstooten B. 1.— Verspringen met aanloop B. Kogelstooten A. 1.30 100 M. series. 60 M. series. 80 M. series. Speerwerpen. Hoogspringen A. en B. Hoogspringen D. en E. Verspringen C. 2.30 100 M. demi-finale. 60 M. demi-finale. 80 M. demi-finale. Discuswerpen. Verspringen D. en E. Hoogspringen C. 3.4 X M. series. 4 x 80 M- series. 100 M. finale. 200 M. 400 M. 60 M. finale. 80 M. finale. 3.45 800 M. Kogelstooten C„ D. en E. 4.4 X 10° M. series. 4 X 60 M. finale. 4 X 80 M. finale. 4.30 1500 M. 4 x 100 M. finale. 5.— 3000 M. 5000 M. Secretariaat Ramplaan 106, .Overveen De Nationale wedstrijden van j.l. Zondag zijn wederom een aardig succes geworden en met voldoening kunnen de organisators op hun arbeid terugzien. Wat de prestatie van onze athleten be- treft, hierover behoef ik niet verder uit te weiden, maar wel kan ik memoreeren, dat het heilzame vocht in den door ons voor goed ge wonnen beker, na al dien moeizamen en opof ferenden arbeid, zich goed liet smaken. Nu ter zake: In verband met de geestelijke oeefeningen in het Lyceum zijn we deze week verstoken van onze gewoonlijke trainingsavonden. Voor de wedstrijden van A. C. E. heeft slechts een klein aantal Oranjebroeken ingeschreven mogelijk wil het meerendeel zich sparen voor de a.s. D. U. O. C.-kampioenschappen, die Zondag 31 Juli worden gehouden. Verder worden a.s. Dinsdag alle leden op het terrein verwacht' in verband met belangrijke mededeelingen. De B.V. „Vondel" uit Amsterdam speelde Dinsdagavond een spannende match tegen D.E.S. in „Hof van Holland" aan de Groote Markt. De gasten behaalden voorloopig een kleine overwinning. De cijfers zijn: „Vondel" pnt brt h.s. gem. D. Broerse 113 32 20 3.52 Slaghekke 125 34 22 3.67 A. Coelman 80 50 12 1.60 W. Coelman 200 37 27 5.40 Horn 34 46 3 0.73 Noorts 63 23 9 2.73 Totaal 615 caramboles „D.E.S." pnt brt h.s. gem. N. N. 125 32 18 3.90 A. F. de Nijs 95 33 12 2.87 B. Bottelier 68 49 7 1.38 J. Nobels 176 36 25 4.88 W. G. de Korte 40 46 8 0.86 J. Vlug 100 23 23 4.34 Totaal 604 caramboles De finale om het hoofdklasse-clubkampioen schap 1931/1932 der „Haarlemsche Damclub" is thans, op twee partijen na, geheel beëindigd. Van Dartelen moet nu nog alleen spelen tegen Sluiter en Van Engelen. Alleen door beide par tijen te winnen, zou van Dartelen beslag kunnen leggen op den titel. 16 September herdenkt de R. K. Damclub „St. Bavo" haar 15-jarig bestaan. De moeilijke tijdsomstandigheden zijn oor zaak, dat dit derde lustrum niet op grootsche wijze herdacht kan worden. Toch heeft het bestuur gemeend, dat dit feit niet onopgemerkt mag voorbij gaan. In September zal er een bescheiden feestje georganiseerd worden. Voor hen, die in de jaren van haar bestaan lid waren, doch door om standigheden de vereeniging hebben verlaten, zal dan een zangwedstrijd gehouden worden. Voor de leden zijn jubileumwedstrijden ge organiseerd, waaraan door twee tientallen zal deelgenomen worden. Als tegenstanders hebben zich aangemeld Ontwikkeling I, S. D. O. I, Alliance I, Kunst en Genoegen, Spaamestad I, De Gezellen, T. E P. I en II, St. Joseph, D. I. D. I, D. L. D. en St. Canisius I en II. Maandagavond heeft de eerste ontmoeting plaats gehad tusschen St. Bavo I en Ontwik' keling I uit Lisse. Hoewel „Ontwikkeling", die dit jaar beslag legde op het kampioenschap der 2e klas R. K. Dambond, een groote nederlaag leed, was haar spel veel beter dan de uitslag doet vermoeden. Alleen in den eindstrijd zegevierde de grootere routine van „St. Bavo". De uitslag was: St. Bavo Ontwikkeling. 1. B. H. M. StevensJac. v. d. Poel 11 2. J. J. WarmerdamNic. v. d. Poel 20 3. P. Veen—P. C. de Jeu 20 4. J. v. d. ZwanM. v. d. Reep 11 5. J. StevensTh. Philipse 20 6. J. M. WeijersJ. v. d. Laan 20 7. J. VeenA. v. d. Poel 20 8. J. DrayerP. v. d. Zwet 20 9. P. Th. de HaasW. v. Gerven 20 10. N. Koedooder—A. Leuven 20 Totaal 18—2 Vrijdagavond a.s. ontvangt St Bavo II het Haarlemsche S. D. O. De wedstrijd wordt gespeeld in het R. K. Vereenigingsgebouw. Aanvang 8 uur. De Haarlemsche Negentalcommissie heeft voor den Zaterdag te spelen wedstrijd Haarlem Amsterdam het volgende negental opgesteld: J. Veenhof, C. Hunik, H. Vrugt, Th. v. d. Put ten, K. Wulfhorst, P. Parson (allen Haarlem), D. Baas, J. Figee en J. Hartog (allen H.H.C.). Reserve: J. Baas (H.H.C.) en L. Dijkhuizen (Haarlem). Dinsdagmiddag bonden een jeugdig R. en W- elftal en een dito van Haarlem den strijd aan. R. en W. wint den toss en gaat fielden. De R. en W.-aanval boezemt niet veel ontzag in. Speciaal R. de Vries staat weer uitstekend te spelen. Van dezen jongen speler zal Haarlem zeker nog veel pleizier beleven. Hij scoorde 33. Verder nog capt. H. Boeree 27, J. J. de la Mar 15 A. Heling 12 en J. Mulder 12; totaal wordt 104. Voor R. en W. bowlden: R. Kramer 748, De Haan 353. R. en W. brengt er dan, behoudens R. Kra mer met 10 runs en P. Frein met 16, op de mat niet veel van terecht. Totaal 46. De Vries bowlde voor Haarlem uitstekend (520). Verder Boeree 322. De nog resteerende speeltijd van 1% uur wordt dan gedeeld, zoodat beide partijen drie kwartier freekicken ten beste zullen geven. Bü Haarlem is het totaal 83 (v. 7), waarvan A. Hartog 10, H. Wessel 25 (1 X 6), J. Mul der 12 x. Bowlingcijfers R. en W.: Kramer 344, de Haan 333. R. en W. scoort hierna 95. Uit dit totaal scoort Kramer een uitstekende 40, De Haan 12, Freni 15, Kruyff 10. Bowlingcijfers Haarlem: Wessel 329, A. v. d. Bergh 231, Hartog 330, Haarlem won dus met 46 runs. Den uitslag van gehouden wedvlucht van Chateroux (Frankrijk) 653 K.M. was als volgt: J. Doombosch 16; N. Peetoom 2; P. v. Andel 3—8—15; P. Kaptijn 4; H. C. Gans 5—10; C. Koning 7; C. Meurs 919; L. Meurs 1113; I. Hitlager 1216; D. Joppe 14; J. Terhorst 17; G. Stouten 18; F. v. Kleef 20. Uitslag Limoges 768 K.M.: J. Doornbosch 1—9; P. v. Andel 2; C. Koning 34; G. H. Stou ten 56; C. Meurs 78. BUENOS-AYRES, 20 Juli (Reuter). Uit La Paz wordt gemeld: Troepen van Paraguay heb ben het Boliviaansche fort Santa Cruz aan gevallen. Twee soldaten werden gedood, terwijl een officier werd gewond. Verder hebben zij een fort heroverd, dat Bo liviaansche troepen twee dagen geleden had den ingenomen. Men weet, dat de strijd gaat om het bezit van de Gran Chaco. De te Washington ge voerde onderhandelingen hieromtrent werden gisteren door Paraguay plotseling afgebroken. LA PAZ, 20 Juli. (V-.D.) De Boliviaansche regeering deelt mede, dat Vrijdag j.l. militairen van Paraguay een Boliviaansche troepenafdee- ling van ongeveer 300 man op het fort Mariscal in de provincie Santa Cruz met veldartillerie hebben aangevallen. Verder is bij Ladina de vierde Boliviaansche devisie aangevallen, waar bij groote verliezen werden geleden. Als gevolg van deze berichten kwam het Dinsdag te La Paz tot heftige tooneelen. Een groote menigte demonstreerde op straat, zong het Volkslied en eischte den oorlog tegen Para guay. Alle zaken werden gesloten. De president hield van af het balkon van het regeeringsgebouw een toespraak en betoogde dat de regeering bereid is de belangen van het land te verdedigen. Hij deed een beroep op de bevolking zoo noodig bereid te zijn het leven voor het vaderland op te offeren. De rede van den president werd met groot gejuich begroet. MADRID, 20 Juli. (Reuter). De Kamer be handelde de interpellatie-Lerroux over de al- gemeene politiek der regeering. Lerroux oefende scherpe critiek uit op een socialistisch manifest. In hoofdzaak verklaarde Lerroux, dat, als de socialisten zich uit de re geering terug zouden trekken, de rust in het land zou wederkeeren en er gelegenheid zou bestaan de nationale economie te herstellen. Hierna kwam minister-president Azana aan het woord. Hij zinspeelde op de mogelijkheid der vorming in de naaste toekomst van een re- publikeinsche coalitieregeering en verklaarde, dat de regeering niet solidair is met het socia listisch manifest. De socialisten hielpen echter mede, den koning te verdrijven, iets dat som migen vergeten schijnen te zijn. In zijn repliek zeide Lerroux, te hopen, dat de minister-president hem niet zou noodzaken de meening des lands te vragen door straat demonstraties. Morgen zal het debat worden voortgezet. MADRID, 20 Juli. (Reuter) Uit alle deelen van Spanje komen berichten over steeds aan houdend slecht weer, waardoor de oogsten vol komen worden vernield. De straten van Valencia zijn letterlijk in ri vieren herschapen. LONDEN, 20 Juli. (V.D.) Aan boord van het stoomschip „America", dat op de St. Lawrence- rivier bij Chippewa gemeerd lag voor het uit voeren van werken op de rivier, heeft een dy- namietontploffing plaats gehad, waardoor het stoomschip geheel werd vernield. Tot dusver konden twee lijken worden geborgen. Er wor den nog elf leden van de bemanning vermist, die zeer waarschijnlijkom het leven zijn ge komen. Vijf opvarenden werden ernstig gewond. De oorzaak van de ramp is het te vroeg tot ontploffing komen van dynamiet, dat gebruikt moest worden voor het doen springen van den rivierbodem ter verdieping van de vaargeul. Dinsdagmorgen omstreeks 11 uur was de 17- jarige J. A. Schuiten, te Leidschendam bij zijn patroon, den heer de Jong, woonachtig, doch af komstig uit Alphen aan den Rijn, met een schuit groenten op weg naar de groentenveiling te Leidschendam, toen hij vermoedelijk uitge gleden is en in den Vliet gevallen. Onmiddellijk werd de politie gewaarschuwd, die den jongen spoedig had opgedregd. Toepassing van kunst matige ademhaling mocht evenwel niet meer baten. In de ondergrondsche werken der mijn „Oranje Nassau" I te Heerlen, heeft de 24- jarige mijnwerker van W. den opzichter S. met een bijl neergeslagen. Deze liep een wonde op aan het hoofd. De bijl drong tot op het hersenvlies door. Gelukkig dat de klep van de pet remde, an ders zou de opzichter zeker gedood zijn. De mijnwerker is ter beschikking van de justitie gesteld en naar Maastricht overge bracht. Hij had van den opzichter een beris ping gekregen en was daarover in hevige drift ontstoken. In den afgeloopen nacht te ruim twaalf uur ontdekte de nachtwaker van der Heide, dat de bovenwoning van het café Boschker te Heeren veen in brand stond. Onmiddellijk waarschuw de hij den eigenaar, die in de benedenzaal met den commensaal bezig was den vloer te schrob ben. De beide mannen hadden van den brand, die reeds een grooten omvang had aangenomen, niets bemerkt en schrokken hevig. De eigenaar wilde nog de trap opgaan, om iets te redden, doch dit bleek niet meer mogelijk. Het vuur greep zoo snel om zich heen, dat de geheele woning spoedig één vuurzee was en ook de be lendende perceelen, bewoond door dr. Frik en de dames De Vries, vlam vatten. Deze bewoners verlieten in allerijl hun woning, evenals de achterburen van den heer Boschker, die met hem onder één dak wonen. De brandweer, die spoedig ter plaatse was, tastte met twee slangen op de waterleiding het vuur aan, doch deze konden niets tegen de vlammenzee uitrichten. Toen later de motor spuit kwam, die met drie stralen water gaf, kon men zienderoogen merken, dat het vuur min derde en om twee uur had men den brand on der de knie. Van de woning van den heer Boschker bleef niets over, terwijl de geheele inboedel benevens een bedrag van 150 van den eigenaar en een koffer met kleeren en een bedrag van 10 van den commensaal door het vuur verteerd wer den. De benedengebouwen stonden blank van het water, zoodat deze veel waterschade bekwa men. Ook de belendende perceelen kregen be langrijke brand- en waterschade. In het dak van de woning van den heer Frik moest een gat gehakt worden, om den vuurhaard in diens woning te bereiken. De burgemeester van Schoterland. die op het terrein van den brand aanwezig was, nam zelf deel aan het blusschingswerk. De burgemeester en politie hebben den heer Boschker en den commensaal aan een streng verhoor onderwor pen. Beiden verklaren echter omtrent de oorzaak van den brand niets te kunnen mede- deelen. Vermoed wordt, dat de brand is ont staan door een gasstel, waarop een ketel met water stond te koken. Hedenmorgen heeft de politie ter plaatse nog een onderzoek ingesteld, doch dit heeft evenmin iets opgeleverd. Te ruim zes uur hedenmorgen kon de laatste slangen wagen inrukken. De schade, die zeer belangrijk is, wordt door verzekering gedekt, terwijl de eigenaar tevens tegen bedrijfsschade verzekerd is. Wie zich eertijds langs den grooten straat weg van Haarlem naar Alkmaar begaf, kwam voorbij talrijke kasteelen en burchten, die, het zij als bescherming tegen rooversbenden, hetzij als jachtsloten waren opgericht. Vele van deze kasteelen zijn reeds lang ver dwenen, zooals het slot Harlhem, waaraan de stad Haarlem zijn naam misschien ontleent, het slot van Egmond en het kasteel van Heems kerk, enkele, als het slot Assumburg, zijn in stand gebleven, en van de overige resten slechts troostelooze ruïnen. Onder al deze kasteelen nam de burcht van Brederode in zijn glorietijd wel de eerste plaats in. Zijn machtige bewoners, rijk aan aanzien en goederen, voelden zich de gelijken van de graven van Holland, ja zelfs van ko ningen en vorsten. Velen van hen hebben uit gestrekte goederen in andere deelen van het land verworven, velen huwden met koningsdoch ters of bezetten den aartsbisschoppelijken stoel van Utrecht. Eeuwen gingen echter voorbij en van dat machtige geslacht bleven slechts enkele onbe kende afstammelingen over. De eerst zoo gevreesde burcht van Brede rode werd een ruïne en zelfs die ruïne werd verwaarloosd en\ prijsgegeven aan de vergetel heid, waaraan zij slechts met de grootste moeite en kosten weer ontrukt is Aan Mr. A. J. Enschede, den eersten archiva ris der gemeente Haarlem, een onvermoeid strijder voor al wat schoon en belangwekkend in onze historische gebouwen te vinden is, komt de eer toe de ruïne van Brederode in haar tegenwoordigen vorm te hebben gebracht. Het is een historisch feit, dat de eerste heer van Brederode eigenlijk een bastaard-zoon was van Graaf Willem van Holland. Dit grondt men op de verklaringen van den middel- eeuwschen geschiedschrijver Melis Stoke, in te genstelling met een anderen middeleeuwschen historicus, den monnik Johannes Leidensis, die de heeren van Brederode op wettige wijze van den eersten Graaf van Holland laat afstam men en ieder voor leugenaar uitmaakt, die het anders beweert! Hoe het zij, zij het; in ieder geval staat wel vast, dat er eenige verwantschap bestaat tus schen de graven van Holland en hun groote rivalen, de heeren van Brederode. De burcht van Brederode werd gesticht in 990 door Graaf Arnoud, den eersten heer van Brederode. Oorspronkelijk slechts een ronde toren, gele gen aan een zijtak van den Rijn, was hij be doeld als een verdedigingsbolwerk voor de gra felijke stad Haarlem. Later werden er torens en zalen bijgebouwd, zoodat het ongeveer in de 13e of de 14e eeuw den historischen grondvorm kreeg. Na eenige malen belegerd te zijn, zooals oa. in 1351 door Graaf Willem V van Holland, werd het in 1426 tijdens de Hoeksche en Kabeljauw- sche twisten door de Haarlemsche burgers gron dig verwoest. Meer dan 50 jaren achtereen bleven de puin hoopen zoo liggen, totdat in 1478 een gedeelte, waarschijnlijk wel het oorspronkelijkste gedeel te, weer bewoonbaar werd gemaakt, waarin Gravin Jolanda van Lalain, de weduwe van Ragnout van Brederode, haar verblijfplaats vestigde. Het overige van het kasteel werd niet meer opgebouwd. Na haar dood bleef het onbewoond. In 1568 was de 80-jarige oorlog begonnen, waarin de Spaansche troepen zegevierend Hol land binnentrokken en de Hollandsche steden belegerden. Bij het beleg van Haarlem in 1573, woonde de Spaansche bevelhebber in den burcht van Brederode, d.w.z. in de bovenverdiepngen; de kelders waren bezet door de lagere offi cieren en de manschappen, terwijl het groote winterleger op het tegenwoordige „terras" te Santpoort gelegerd was. Wij behoeven u de verschrikkingen van het beleg en de inname van de stad Haarlem niet nogmaals te verhalen, maar het is een feit, dat de Spanjaarden niet alleen de stad verwoestten maar ook het slot Brederode met eenige vaatjes buskruit uiteen deden springen en de overblijf selen in brand staken. De geheele zijmuur, die de drie torens, bij den ingang gelegen, met den achtersten of kapel toren verbond, stortte hierbij in de gracht en de overblijfselen daarvan vormen nu nog de begroeide eilandjes, die daarin te zien zijn. Na deze grondige verwoesting bleef van den eertijds zoo gevreesden burcht van Brederode slechts een puinhoop over, die gedurende eeu wen aan het wreede spel van storm en regen werd overgeleverd. De Westenwinden voerden het duinzand mede en dit bedekte, zooals jhr. Victor de Stuers in zijn boek „De Ruïne van Brederode" in 1872 schreef, de geheele ruïne ten slotte als met een lijkwade. Zooals wij reeds zeiden, probeerde Mr. A. J. Enschede in 1862 officieele belangstelling voor de ruïne te wekken en hij slaagde er zelfs in een som van ƒ500 bijeen te krijgen, waardoor de eerste werkzaamheden konden worden aan gevangen. Het geheele kasteel was onder puin en zand bedolven en vormde met de walmuren een tamelijk gelijkmatig grasveld, zoodat zelfs van de grachten niets meer te bespeuren was. Slechts eenige torens staken nog boven de steenmassa's uit en daartusschen had een han dige veehouder zonder het minste ontzag voor deze geschiedkundige plaats, een boerenhof stede getimmerd! Bovendien was een gedeelte in handen van particulieren, wat de opgravingen nog ten zeer ste bemoeilijkte. Dank zij de krachtige hulp van den heer Van der Linden, opzichter van 't toenmalige „Meer- en-Berg" (thans Provinciaal Ziekenhuis) werd allereerst de voorpoort uitgegraven en ge restaureerd. Vervolgens de binnentoren met de trappen en tenslotte de walmuren tot den hoek toren, waarbij men de verrassende ontdekking deed, dat deze niet vierkant was, zooals men tot dan toe altijd had gemeend, maar rond. De volgende jaren besteedde men om de rest van het kasteel uit te graven, waarbij men "na tuurlijk uiterst voorzichtig te werk moest gaan om geen voorwerp van historische waarde te verliezen. Toch is de buit niet groot geweest. slechts eenige kogels en kannetjes met een paar tabakspijpjes en eenige andere dingen heeft men gevonden en in de ruïne tentoongesteld. De herstelkosten, die nog 800 bedroegen, werden voor drievierden door het Rijk gedragen en de rest betaalden de directeuren van Tey- ler's Stichting te Haarlem. Het buitenhof met aangrenzende veldtn be vond zich in handen van een boer, die daar zijn vee liet weiden. Ook dit wilde Mr. Enschedé weer bij de historische bouwvallen voegen, maar het Rijk weigerde de koopsom, die 600 bedroeg, te betalen, onder het motto, dat de ruïne zooveel geld niet waard was! In dien tijd was de officieele belangstelling voor historisch schoon niet erg groot! Gelukkig dachten particulieren, o.a. Prins Frederik, er anders over en, zij het met groote moeite, kwam de benoodigde som toch bij elkaar. Bij de restauratie van de ruïne van Brede rode herstelde men zooveel mogelijk de muren en torens met de oude steenen, die men in de puinmasaa's vond en nog te gebruiken waren. De hoeveelheid hiervan bleek echter niet vol doende te zijn. Nu waren juist in dien tijd de wallen en poorten van Haarlem gesloopt en de heer Kre- lage kocht de vrijkomende steenen van deze vestingwerken op. Hiervan maakte mr. Enschedé gebruik. Op zijn beurt kocht hij de oude steenen van den heer Krelage en herstelde daarmee de oude muren en torens van de ruïne van Brederode, waardoor een gaaf geheel werd gekregen. ,In de puinhoopen vond men ook de oude leien terug, waarmede de torens voor en tijdens het beleg van Haarlem bedekt waren. Voor dien tijd gebruikte men echter oude ge bakken steen met omgebogen rand als dakbe dekking en men verving deze eerst in de 12e en 13e eeuw door leien. Ook hiervan vond men nog overblijfselen in de puinhoopen en wel voornamelijk in den z.g. Kapeltoren. Wij zijn het dan ook geheel eens met den heer J. F. Visser als deze in zijn boek „De Ruïne van Brederode" (waaraan wij hier eenige gegevens ontleenen) schrijft: „Wij mogen als vaststaande aannemen dat de poorttoren en de Donjon, indien ze toen reeds van spitsen voorzien waren, oorspronke lijk eveneens een bedekking van steenen pan nen hebben gehad. Allerwaarschijnlijkst echter waren de poort toren en de eerste Donjontoren voorzien van een plat dak, door tinnen omringd. Op dit platte dak werd in tijden van gevaar een steenwerper opgesteld, die tot op 150 M. af stand lichtere steenen kon werpen. Bij een bezoek aan de tegenwoordige ruïne van Brederode treffen ons allereerst de drie nog overeind staande torens, n.l. twee bij den poort ingang, waarvan een, de z.g. Donjon, geheel gerestaureerd is en van een spits dak is voor zien, en een aan de achterzijde, de z.g. ,,6chool- toren", waarvan nog slechts demuren over eind staan. De heer J. F. Visser noemt dezen toren zoo, omdat in den kelder hiervan vroeger de kinderen schoolles kregen, te zien volgens hem aan de talrijke lichtnissen, die in dezen kelder aanwezig zijn. Wij kunnen hiermede niet geheel instemmen, Deze kelder, die in de nabijheid van de keu kens is gelegen, kan evengoed een wasch- of Striikkamer voor de dienstboden wezen, welke toch ook zeer verlicht moet worden; school kinderen kregen niet, ook niet in de Middel eeuwen, les in een torenkelder, maar in een van de grafelijke vertrekken, bij voorkeur in het vertrek van de burchtvrouwe. De poort zelf bevond zich vrooeger ook in in een toren, wat aan verschillende overblijf selen hiervan nog te zien is. Tusschen de poorttorens en den „schooltoren" lag de ridderzaal, ongeveer 11.5 M. bij 6 M. groot, de eigenlijke woonkamer van het kasteel. Hiervan is nog slechts een deuropening over (vlak naast den ingang van den eersten poort toren gelegen) en een groote ovale holte, waar vroeger de brand- of archiefkast in geplaatst zou zijn. Hoe uitstekend de middeleeuwsche ar chitecten ook voor de toekomst zorgden blijkt wel uit een deuringang met trap naar de kel ders van de Donjon, vroeger toegang gevende tot een geheime gang, ingebouwd in den buitenmuur van de ridderzaal. Bij een belegering of over val van het kasteel kon de burchtheer door deze gang uit het kasteel vluchten! Onder deze ridderzaal waren de keukens ge legen, waarvan nog twee groote ruimtes, de vroegere bakovens, over zijn. Dat de bëzetting van het kasteel eertijds zeer groot moet zijn geweest, blijkt wel uit de af metingen der ovens. Ongeveer 200 K.G. brood kon men per baksel in eiken oven bakken. Sa men hebben ze echter slechts één rookafvoer, iets dat in de middeleeuwen niet gebruikelijk was. Rechthoekig op de ridderzaal bevond zich de kapel, een voornaam gedeelte van het middel eeuwsche kasteel. Hiervan is zoo goed als niets meer overge bleven, evenals van den „Tetburgha-toren" (de toren die het dichtst bij het hotel „Velserend is gelegen) en den ronden toren, die waar schijnlijk voor gevangenis dienden. Velen, die de ruïne van Brederode op een mooien zomerschen Zondag of op een stillen dag in de week bezoftit hebben, zullen zich we! eens verbaasd hebben over de uiterst smalle wenteltrappen, waarlangs men de de bovenver diepingen in de torens kan bereiken. In de Middeleeuwen lette men bij den bouw van een kasteel nu eenmaal niet zoozeer op com fort en op het gemak, waarmede men de ver schillende deelen van het kasteel kon bereiken, maar stelde men een goede militaire verdediging van het kasteel op de eerste plaats. Daarom bouwde men dikke muren met kleine raamopeningen, smalle poorten, gangen en trappen. Goed versterkte kasteelen, zooals de burcht van Brederode konden slechts bij verrassing (of Uithongering) genomen worden, en daarom was het noodig zeer smalle trappen te maken, die bij een plotselingen overval dadelijk versperd en gemakkelijk verdedigd konden worden. Zelfs maakte men de wenteltrappen van som mige kasteelen (ook in den burcht van Brede rode) zoo smal, dat men uithollingen in de muren moest aanbrengen om zijn armen te kunnen bewegen! Natuurlijk is het ondoenlijk in een kort ar tikel alle interessante bijzonderheden van de ruïne van Brederode te vermelden. Veel beter kan ieder persoonlijk (toegang is gratis) dit bouwwerk van middeleeuwsche architecten ko men bekijken en zich op de hoogte stellen van de schoonheid van het rijke middeleeuwsche leven 1 De commissie uit de tuinders, die gisteren bij Minister Verschuur op audiëntie is geweest, is daar zeer welwillend ontvangen en heeft alle gelegenheid gehad haar plannen tot leniging van den nood aan den Minister uiteen te zet ten. De Minister, die, zooals rector Kok de vorige week zeide, diep onder den Indruk is van den grooten nood onder de tuinbouwers, bleek over tuigd, dat een algemeene steunregeling nood zakelijk moest komen. De plannen, door de commissie ingediend, zullen zoo spoedig mogelijk worden onderzocht. Het Nederl. R. K. Huisvestings-Comité hield Maandag 18 Juli te 's-Hertogenbosch zijn jaar lij ksche algemeene vergadering. Tot leden van het Hoofdbestuur werden ge kozen de heeren Wjjdeveld (Hengelo, O.), Van Oppen (Sittard), Bloemen (Venlo) en dr. Spoorenberg (Eindhoven). De Ned. R. K. Bond voor Groote Gezinnen wees als vertegenwoordiger in het Hoofdbe stuur aan den heer dr. Keijzer (Tilburg)voor den Bond van R. K. Koloniehuizen nam zitting de heer mr. Leesberg (Alkmaar). Uit het jaarverslag blijkt, dat in 1931 werden uitgezonden 1448 kinderen naar vacantiekolo- nies met in totaal 57222 verpleegdagen, 394 kin deren naar gezinnen met in totaal 1849 ver pleegdagen en 7 kinderen naar sanatoria met 1499 pleegdagen. In 1930 (toen daaronder begrepen waren de uitzendingen der afd. in het Bisdom Haarlem, die 1 April 1931 een zelfstandige Diocesane Vereeniging hebben opgericht) be droegen deze getallen voor de uitzending naar koloniehuizen 1386 met 56625 verpleegdagen; naar gezinnen 1079 met 52053 verpleegdagen en 15 met 2544 verpleegdagen. In beginsel werd het voorstel van het hoofd bestuur aanvaard een eigen Bureaugebouw te stichten; over de plaats van vestiging kon nog geen definitief besluit genomen worden. Besloten werd een krachtige actie te begin nen ten einde een 600 a 700 Duitsch-Holland- sche kinderen, die dit noodig hebben, voor een zestal weken verblijf in gezinnen te verschaf fen. Aan het einde van de vergadering nam de voorzitter van het Comité, Mgr. C. Prinsen, afscheid van het bestuur en leden. Mgr. zegde, dat zijn hooge leeftijd den wensch naar wat meerder rust begrijpelijk maakt, en dat hij te gereeder kon besluiten zijn verzoek om ontslag als voorzitter bij Z. H. Exc. den Bisschop van 's-Hertogenbosch in te dienen, waar de gele genheid zich aanbood aan het Huisvestings comité in den persoon van den Vicaris-Generaal van het Bisdom, Mgr. F. Hendrikx, een opvol ger te schenken, wiens groote werkkracht, toe wijding en helder doorzicht den bloei van het Huisvestingscomité zou verzekeren. Met een kort woord van welkom verklaarde Mgr. Prinsen daarop Mgr. Hendrikx, die de vergadering ten deele had bijgewoond als voorzitter geïnstal leerd. Namens het bestuur en leden sprak de vice- voorzitter, notaris L. Lobach, Mgr. Prinsen toe. De vereeniging moet de beweegredenen, .welke den voorzitter brachten tot het besluit zijn functie neer te leggen, eerbiedigen, al valt het moeilijk zich het Huisvestingscomité zonder Mgr. Prinsen voor te stellen. Het zou niet in diens geest zijn uit te weiden over de bijzondere verdiensten, welke de voorzitter zich voor het Huisvestingscomité heeft verworven. Spr. wil zich bepalen tot een diepgevoeld woord van dank voor het vele wat Mgr. Prinsen deed. Herinnerend aan 't woord: partir c'est mourir nn peu, drukte spreker den levendigen wensch uit, dat Mgr. al was het op den achtergrond toch voorzitter zou blijven, in dien zin, dat het Huisvestingscomité zijn belangstelling zou blijven bezitten en in lengte van Jaren van zijn hoogelijk gewaardeerde adviezen zou kunnen blijven voordeel trekken. Spreker sloot zich aan bij de woorden van welkom door den aftredenden voorzitter tot Mgr. Hendrikx gericht, in wien naar sprekers overtuiging het Huisvestingscomité een waardig opvolger van een waardig voorganger heeft ge vonden. De vergadering betuigde haar warme instem ming met deze woorden, waarvoor Mgr. Prin sen dankte, met den wensch, dat het Huisves tingscomité blijven bloeien. Mgr. Hendrikx aanvaardde daarop het voor- zitterschap. Hij gaf uiting aan zijn overtuiging, dat het hem niet gemakkelijk zou vallen de plaats van zijn voorganger te vervullen, die zoo groote werkkracht als voorzitter aan den dag heeft gelegd en door jaren ervaring zoo met de faits et gestes van de vereeniging op de hoogte was. Hij zou dan ook niet nalaten met diens adviezen zijn voordeel te doen. Ook deed Mgr. een beroep op de medewerking van bestuur en leden, opdat eendrachtig het schoone doel der vereeniging zou worden verwezenlijkt. Spreker aanvaardde zijn taak in het vertrouwen dat God den charitatieven arbeid van het Huis vestingscomité voor het zwakke kind zal ZeDanarop werd de vergadering gesloten en namen de aanwezige hoofdbestuuisledenen kringafgevaardigden persoonlijk afscheid van Mgr. Prinsen, wiens krachtige figuur zal blijven verweven met het Comité, dat aan z«n «ver en werkkracht groote verplichtingen heel». Dinsdagavond ontstond brand in de kapitale boerderij bewoond door H. van Leeuwen in de Ridderbuurt te Alphen a. d. Rijn. De brand brak uit in een naast de boerderij staande schuur, waarin een groote voorraad hooi was. De vlammen tastten weldra de boeren- behuizing aan en vonden in het droge rieten dak gretig voedsel. De beide motorspuiten uit Alphen die zeer spoedig aanwezig waren, kon den tegenover het vuur weinig uitrichten. De hooischuur brandde geheel af en van de boerderij bleven alleen de kale muren staan. Huis en inboedel was verzekerd. Volgens officieele opgave van de rivierpolitie zijn er in het afgeloopen halfjaar van 1932 uit den Rijn tusschen Rees-Emmerik en Millingen 300 lijken opgevischt van verdronken personen. Naar verluidt zou de school voor reserve-offi cieren der infanterie, te Kampen gevestigd, bin nenkort naar elders worden overgeplaatst. Nij megen wordt genoemd als nieuwe standplaats. Dit schijnt in verband te staan met de bij he* departement van defensie te nemen bezuini gingsmaatregelen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 3