SPORT EN WEDSTRIJDEN
LAATSTE NIEUWS
De Burcht van Brederode
De Leidsche Courant
Om de Gran Chaco
Krijgssuccessen voor
Paraguay
Lerroux tegen de
socialisten
Debat in de Cortes
EXPLOSIE OP DE
ST. LAWRENCE
Twee dooden, elf vermisten
Groote brand te
Heerenveen
Oorsprong, verwoesting
en herstel
Nood Tuinbouw
WOENSDAG 20 JULI
ATHLETIEK
ATHLETIEKDAG
14 Augustus a.s.
R. K.A. V. „Holland"
BILJARTEN
Nobelsbeker
DAMMEN
Om de persoonlijke kampioen
schappen der „Haarl. Damclub"
Jubileumwedstrijden bij „St.Bavo"
HONKBAl
Stedenwedstrij d
CRICKE7
Haarlem comb.R. en W. comb.
„P.V. H.A.K."
is voor LEIDEN en OMSTREKEN het aan
gewezen DAGBLAD voor ADVERTENTIEN
Vraagt proefexemplaar
Oorlogsstemming te La Paz
Slecht weer in heel Spanje
JONGEMAN VERDRONKEN
AANSLAG IN EEN MIJN
Opzichter met een bijl
neergeslagen
Brandweer machteloos tegenover
de vlammenzee in de boven
woning van een café
Belangrijke schade
Oorsprong
De opgravingen
Dakbed ekking
De tegenwoordige ruïne
W enteltrappen
Middeleeuwsche schoonheid
Tuinderscommissie op audiëntie
bij Minister Verschuur
R» K. HUISVESTINGS-COMITé
Mgr. C. Prinsen treedt af als voor
zitter. Mgr. F Hendrinx als
opvolger benoemd
BOERDERIJ VERNIELD
Brandweer machteloos
Slachtoffers van den Rijn
School voor reserve-officieren
Groep A. open voor niet-D.H.A.K.-leden van
12 tot aan 15 jaar:
60 M. hardloopen4 x 60 M estafetteloop;
kogels too ten (3 Kg.); vèrsprlngen en hoogsprin
gen met aanloop.
Groep B. open voor niet-DHAK leden van
15 tot aan 17 jaar: 80 M. hardloopen; 4 X 80
M. estafetteloop; kogelstooten (3 KG); ver
springen en hoogspringen met aanloop.
Groep C. open voor niet-DHAK leden se
niores: 100 M., 200 M. en 1500 M. hardloopen;
4 x 100 M. estafetteloop; kogelstooten; ver
springen en hoogspringen met aanloop.
Groep D. open uitsluitend voor DHAK leden
seniores (cracks): 100 M., 400 M., 800 M., 1500
M. en 5000 M. hardloopen; 4 x 100 M. estafette
loop; kogelstooten; speer- en discuswerpen;
hoog- en verspringen.
Groep E. open uitsluitend DHAK leden se
niores (nieuwelingen): 100 M., 200 M., 800 M.
1500 M. en 3000 M. hardloopen; 4 X100 M.
estafette-loop; kogelstooten; speer- en discus
werpen; hoog- en verspringen.
De inschrijvingen moeten uiterlijk 5 Aug. bin
nen zijn en van inleggeld vergezeld gaan. Ver
zoeke namen en voorletters alsook de groep en
de nummers duidelijk te vermelden.
Hieronder volgt een overzicht:
12.30 Verspringen met aanloop A.
Kogelstooten B.
1.— Verspringen met aanloop B.
Kogelstooten A.
1.30 100 M. series.
60 M. series.
80 M. series.
Speerwerpen.
Hoogspringen A. en B.
Hoogspringen D. en E.
Verspringen C.
2.30 100 M. demi-finale.
60 M. demi-finale.
80 M. demi-finale.
Discuswerpen.
Verspringen D. en E.
Hoogspringen C.
3.4 X M. series.
4 x 80 M- series.
100 M. finale.
200 M.
400 M.
60 M. finale.
80 M. finale.
3.45 800 M.
Kogelstooten C„ D. en E.
4.4 X 10° M. series.
4 X 60 M. finale.
4 X 80 M. finale.
4.30 1500 M.
4 x 100 M. finale.
5.— 3000 M.
5000 M.
Secretariaat Ramplaan 106, .Overveen
De Nationale wedstrijden van j.l. Zondag zijn
wederom een aardig succes geworden en met
voldoening kunnen de organisators op hun
arbeid terugzien.
Wat de prestatie van onze athleten be-
treft, hierover behoef ik niet verder uit te
weiden, maar wel kan ik memoreeren, dat het
heilzame vocht in den door ons voor goed ge
wonnen beker, na al dien moeizamen en opof
ferenden arbeid, zich goed liet smaken.
Nu ter zake:
In verband met de geestelijke oeefeningen in
het Lyceum zijn we deze week verstoken van
onze gewoonlijke trainingsavonden.
Voor de wedstrijden van A. C. E. heeft slechts
een klein aantal Oranjebroeken ingeschreven
mogelijk wil het meerendeel zich sparen voor de
a.s. D. U. O. C.-kampioenschappen, die Zondag
31 Juli worden gehouden.
Verder worden a.s. Dinsdag alle leden op het
terrein verwacht' in verband met belangrijke
mededeelingen.
De B.V. „Vondel" uit Amsterdam speelde
Dinsdagavond een spannende match tegen
D.E.S. in „Hof van Holland" aan de Groote
Markt. De gasten behaalden voorloopig een
kleine overwinning.
De cijfers zijn:
„Vondel" pnt brt h.s. gem.
D. Broerse 113 32 20 3.52
Slaghekke 125 34 22 3.67
A. Coelman 80 50 12 1.60
W. Coelman 200 37 27 5.40
Horn 34 46 3 0.73
Noorts 63 23 9 2.73
Totaal 615 caramboles
„D.E.S."
pnt
brt
h.s.
gem.
N. N.
125
32
18
3.90
A. F. de Nijs
95
33
12
2.87
B. Bottelier
68
49
7
1.38
J. Nobels
176
36
25
4.88
W. G. de Korte
40
46
8
0.86
J. Vlug
100
23
23
4.34
Totaal
604 caramboles
De finale om het hoofdklasse-clubkampioen
schap 1931/1932 der „Haarlemsche Damclub" is
thans, op twee partijen na, geheel beëindigd.
Van Dartelen moet nu nog alleen spelen tegen
Sluiter en Van Engelen. Alleen door beide par
tijen te winnen, zou van Dartelen beslag kunnen
leggen op den titel.
16 September herdenkt de R. K. Damclub
„St. Bavo" haar 15-jarig bestaan.
De moeilijke tijdsomstandigheden zijn oor
zaak, dat dit derde lustrum niet op grootsche
wijze herdacht kan worden.
Toch heeft het bestuur gemeend, dat dit feit
niet onopgemerkt mag voorbij gaan.
In September zal er een bescheiden feestje
georganiseerd worden. Voor hen, die in de jaren
van haar bestaan lid waren, doch door om
standigheden de vereeniging hebben verlaten, zal
dan een zangwedstrijd gehouden worden.
Voor de leden zijn jubileumwedstrijden ge
organiseerd, waaraan door twee tientallen zal
deelgenomen worden.
Als tegenstanders hebben zich aangemeld
Ontwikkeling I, S. D. O. I, Alliance I, Kunst en
Genoegen, Spaamestad I, De Gezellen, T. E
P. I en II, St. Joseph, D. I. D. I, D. L. D. en
St. Canisius I en II.
Maandagavond heeft de eerste ontmoeting
plaats gehad tusschen St. Bavo I en Ontwik'
keling I uit Lisse.
Hoewel „Ontwikkeling", die dit jaar beslag
legde op het kampioenschap der 2e klas R. K.
Dambond, een groote nederlaag leed, was haar
spel veel beter dan de uitslag doet vermoeden.
Alleen in den eindstrijd zegevierde de grootere
routine van „St. Bavo".
De uitslag was:
St. Bavo Ontwikkeling.
1. B. H. M. StevensJac. v. d. Poel 11
2. J. J. WarmerdamNic. v. d. Poel 20
3. P. Veen—P. C. de Jeu 20
4. J. v. d. ZwanM. v. d. Reep 11
5. J. StevensTh. Philipse 20
6. J. M. WeijersJ. v. d. Laan 20
7. J. VeenA. v. d. Poel 20
8. J. DrayerP. v. d. Zwet 20
9. P. Th. de HaasW. v. Gerven 20
10. N. Koedooder—A. Leuven 20
Totaal 18—2
Vrijdagavond a.s. ontvangt St Bavo II het
Haarlemsche S. D. O.
De wedstrijd wordt gespeeld in het R. K.
Vereenigingsgebouw. Aanvang 8 uur.
De Haarlemsche Negentalcommissie heeft
voor den Zaterdag te spelen wedstrijd Haarlem
Amsterdam het volgende negental opgesteld:
J. Veenhof, C. Hunik, H. Vrugt, Th. v. d. Put
ten, K. Wulfhorst, P. Parson (allen Haarlem),
D. Baas, J. Figee en J. Hartog (allen H.H.C.).
Reserve: J. Baas (H.H.C.) en L. Dijkhuizen
(Haarlem).
Dinsdagmiddag bonden een jeugdig R. en W-
elftal en een dito van Haarlem den strijd aan.
R. en W. wint den toss en gaat fielden. De
R. en W.-aanval boezemt niet veel ontzag in.
Speciaal R. de Vries staat weer uitstekend te
spelen. Van dezen jongen speler zal Haarlem
zeker nog veel pleizier beleven. Hij scoorde 33.
Verder nog capt. H. Boeree 27, J. J. de la Mar 15
A. Heling 12 en J. Mulder 12; totaal wordt 104.
Voor R. en W. bowlden: R. Kramer 748, De
Haan 353.
R. en W. brengt er dan, behoudens R. Kra
mer met 10 runs en P. Frein met 16, op de
mat niet veel van terecht. Totaal 46.
De Vries bowlde voor Haarlem uitstekend
(520). Verder Boeree 322.
De nog resteerende speeltijd van 1% uur
wordt dan gedeeld, zoodat beide partijen drie
kwartier freekicken ten beste zullen geven.
Bü Haarlem is het totaal 83 (v. 7), waarvan
A. Hartog 10, H. Wessel 25 (1 X 6), J. Mul
der 12 x.
Bowlingcijfers R. en W.: Kramer 344, de
Haan 333. R. en W. scoort hierna 95. Uit dit
totaal scoort Kramer een uitstekende 40, De
Haan 12, Freni 15, Kruyff 10.
Bowlingcijfers Haarlem: Wessel 329, A. v.
d. Bergh 231, Hartog 330, Haarlem won dus
met 46 runs.
Den uitslag van gehouden wedvlucht van
Chateroux (Frankrijk) 653 K.M. was als volgt:
J. Doombosch 16; N. Peetoom 2; P. v. Andel
3—8—15; P. Kaptijn 4; H. C. Gans 5—10; C.
Koning 7; C. Meurs 919; L. Meurs 1113;
I. Hitlager 1216; D. Joppe 14; J. Terhorst 17;
G. Stouten 18; F. v. Kleef 20.
Uitslag Limoges 768 K.M.: J. Doornbosch
1—9; P. v. Andel 2; C. Koning 34; G. H. Stou
ten 56; C. Meurs 78.
BUENOS-AYRES, 20 Juli (Reuter). Uit La
Paz wordt gemeld: Troepen van Paraguay heb
ben het Boliviaansche fort Santa Cruz aan
gevallen. Twee soldaten werden gedood, terwijl
een officier werd gewond.
Verder hebben zij een fort heroverd, dat Bo
liviaansche troepen twee dagen geleden had
den ingenomen.
Men weet, dat de strijd gaat om het bezit
van de Gran Chaco. De te Washington ge
voerde onderhandelingen hieromtrent werden
gisteren door Paraguay plotseling afgebroken.
LA PAZ, 20 Juli. (V-.D.) De Boliviaansche
regeering deelt mede, dat Vrijdag j.l. militairen
van Paraguay een Boliviaansche troepenafdee-
ling van ongeveer 300 man op het fort Mariscal
in de provincie Santa Cruz met veldartillerie
hebben aangevallen. Verder is bij Ladina de
vierde Boliviaansche devisie aangevallen, waar
bij groote verliezen werden geleden.
Als gevolg van deze berichten kwam het
Dinsdag te La Paz tot heftige tooneelen. Een
groote menigte demonstreerde op straat, zong
het Volkslied en eischte den oorlog tegen Para
guay. Alle zaken werden gesloten.
De president hield van af het balkon van het
regeeringsgebouw een toespraak en betoogde
dat de regeering bereid is de belangen van het
land te verdedigen. Hij deed een beroep op de
bevolking zoo noodig bereid te zijn het leven
voor het vaderland op te offeren.
De rede van den president werd met groot
gejuich begroet.
MADRID, 20 Juli. (Reuter). De Kamer be
handelde de interpellatie-Lerroux over de al-
gemeene politiek der regeering.
Lerroux oefende scherpe critiek uit op een
socialistisch manifest. In hoofdzaak verklaarde
Lerroux, dat, als de socialisten zich uit de re
geering terug zouden trekken, de rust in het
land zou wederkeeren en er gelegenheid zou
bestaan de nationale economie te herstellen.
Hierna kwam minister-president Azana aan
het woord. Hij zinspeelde op de mogelijkheid
der vorming in de naaste toekomst van een re-
publikeinsche coalitieregeering en verklaarde,
dat de regeering niet solidair is met het socia
listisch manifest. De socialisten hielpen echter
mede, den koning te verdrijven, iets dat som
migen vergeten schijnen te zijn.
In zijn repliek zeide Lerroux, te hopen, dat
de minister-president hem niet zou noodzaken
de meening des lands te vragen door straat
demonstraties.
Morgen zal het debat worden voortgezet.
MADRID, 20 Juli. (Reuter) Uit alle deelen
van Spanje komen berichten over steeds aan
houdend slecht weer, waardoor de oogsten vol
komen worden vernield.
De straten van Valencia zijn letterlijk in ri
vieren herschapen.
LONDEN, 20 Juli. (V.D.) Aan boord van het
stoomschip „America", dat op de St. Lawrence-
rivier bij Chippewa gemeerd lag voor het uit
voeren van werken op de rivier, heeft een dy-
namietontploffing plaats gehad, waardoor het
stoomschip geheel werd vernield. Tot dusver
konden twee lijken worden geborgen. Er wor
den nog elf leden van de bemanning vermist,
die zeer waarschijnlijkom het leven zijn ge
komen. Vijf opvarenden werden ernstig gewond.
De oorzaak van de ramp is het te vroeg tot
ontploffing komen van dynamiet, dat gebruikt
moest worden voor het doen springen van den
rivierbodem ter verdieping van de vaargeul.
Dinsdagmorgen omstreeks 11 uur was de 17-
jarige J. A. Schuiten, te Leidschendam bij zijn
patroon, den heer de Jong, woonachtig, doch af
komstig uit Alphen aan den Rijn, met een
schuit groenten op weg naar de groentenveiling
te Leidschendam, toen hij vermoedelijk uitge
gleden is en in den Vliet gevallen. Onmiddellijk
werd de politie gewaarschuwd, die den jongen
spoedig had opgedregd. Toepassing van kunst
matige ademhaling mocht evenwel niet meer
baten.
In de ondergrondsche werken der mijn
„Oranje Nassau" I te Heerlen, heeft de 24-
jarige mijnwerker van W. den opzichter S. met
een bijl neergeslagen. Deze liep een wonde
op aan het hoofd. De bijl drong tot op het
hersenvlies door.
Gelukkig dat de klep van de pet remde, an
ders zou de opzichter zeker gedood zijn.
De mijnwerker is ter beschikking van de
justitie gesteld en naar Maastricht overge
bracht. Hij had van den opzichter een beris
ping gekregen en was daarover in hevige drift
ontstoken.
In den afgeloopen nacht te ruim twaalf uur
ontdekte de nachtwaker van der Heide, dat de
bovenwoning van het café Boschker te Heeren
veen in brand stond. Onmiddellijk waarschuw
de hij den eigenaar, die in de benedenzaal met
den commensaal bezig was den vloer te schrob
ben. De beide mannen hadden van den brand,
die reeds een grooten omvang had aangenomen,
niets bemerkt en schrokken hevig. De eigenaar
wilde nog de trap opgaan, om iets te redden,
doch dit bleek niet meer mogelijk. Het vuur
greep zoo snel om zich heen, dat de geheele
woning spoedig één vuurzee was en ook de be
lendende perceelen, bewoond door dr. Frik en
de dames De Vries, vlam vatten. Deze bewoners
verlieten in allerijl hun woning, evenals de
achterburen van den heer Boschker, die met
hem onder één dak wonen.
De brandweer, die spoedig ter plaatse was,
tastte met twee slangen op de waterleiding het
vuur aan, doch deze konden niets tegen de
vlammenzee uitrichten. Toen later de motor
spuit kwam, die met drie stralen water gaf, kon
men zienderoogen merken, dat het vuur min
derde en om twee uur had men den brand on
der de knie.
Van de woning van den heer Boschker bleef
niets over, terwijl de geheele inboedel benevens
een bedrag van 150 van den eigenaar en een
koffer met kleeren en een bedrag van 10 van
den commensaal door het vuur verteerd wer
den. De benedengebouwen stonden blank van
het water, zoodat deze veel waterschade bekwa
men. Ook de belendende perceelen kregen be
langrijke brand- en waterschade. In het dak
van de woning van den heer Frik moest een
gat gehakt worden, om den vuurhaard in diens
woning te bereiken.
De burgemeester van Schoterland. die op het
terrein van den brand aanwezig was, nam zelf
deel aan het blusschingswerk. De burgemeester
en politie hebben den heer Boschker en den
commensaal aan een streng verhoor onderwor
pen. Beiden verklaren echter omtrent de
oorzaak van den brand niets te kunnen mede-
deelen. Vermoed wordt, dat de brand is ont
staan door een gasstel, waarop een ketel met
water stond te koken. Hedenmorgen heeft de
politie ter plaatse nog een onderzoek ingesteld,
doch dit heeft evenmin iets opgeleverd. Te ruim
zes uur hedenmorgen kon de laatste slangen
wagen inrukken.
De schade, die zeer belangrijk is, wordt door
verzekering gedekt, terwijl de eigenaar tevens
tegen bedrijfsschade verzekerd is.
Wie zich eertijds langs den grooten straat
weg van Haarlem naar Alkmaar begaf, kwam
voorbij talrijke kasteelen en burchten, die, het
zij als bescherming tegen rooversbenden, hetzij
als jachtsloten waren opgericht.
Vele van deze kasteelen zijn reeds lang ver
dwenen, zooals het slot Harlhem, waaraan de
stad Haarlem zijn naam misschien ontleent,
het slot van Egmond en het kasteel van Heems
kerk, enkele, als het slot Assumburg, zijn in
stand gebleven, en van de overige resten
slechts troostelooze ruïnen.
Onder al deze kasteelen nam de burcht van
Brederode in zijn glorietijd wel de eerste
plaats in. Zijn machtige bewoners, rijk aan
aanzien en goederen, voelden zich de gelijken
van de graven van Holland, ja zelfs van ko
ningen en vorsten. Velen van hen hebben uit
gestrekte goederen in andere deelen van het
land verworven, velen huwden met koningsdoch
ters of bezetten den aartsbisschoppelijken stoel
van Utrecht.
Eeuwen gingen echter voorbij en van dat
machtige geslacht bleven slechts enkele onbe
kende afstammelingen over.
De eerst zoo gevreesde burcht van Brede
rode werd een ruïne en zelfs die ruïne werd
verwaarloosd en\ prijsgegeven aan de vergetel
heid, waaraan zij slechts met de grootste moeite
en kosten weer ontrukt is
Aan Mr. A. J. Enschede, den eersten archiva
ris der gemeente Haarlem, een onvermoeid
strijder voor al wat schoon en belangwekkend
in onze historische gebouwen te vinden is, komt
de eer toe de ruïne van Brederode in haar
tegenwoordigen vorm te hebben gebracht.
Het is een historisch feit, dat de eerste heer
van Brederode eigenlijk een bastaard-zoon was
van Graaf Willem van Holland. Dit grondt
men op de verklaringen van den middel-
eeuwschen geschiedschrijver Melis Stoke, in te
genstelling met een anderen middeleeuwschen
historicus, den monnik Johannes Leidensis, die
de heeren van Brederode op wettige wijze van
den eersten Graaf van Holland laat afstam
men en ieder voor leugenaar uitmaakt, die het
anders beweert!
Hoe het zij, zij het; in ieder geval staat wel
vast, dat er eenige verwantschap bestaat tus
schen de graven van Holland en hun groote
rivalen, de heeren van Brederode.
De burcht van Brederode werd gesticht in
990 door Graaf Arnoud, den eersten heer van
Brederode.
Oorspronkelijk slechts een ronde toren, gele
gen aan een zijtak van den Rijn, was hij be
doeld als een verdedigingsbolwerk voor de gra
felijke stad Haarlem.
Later werden er torens en zalen bijgebouwd,
zoodat het ongeveer in de 13e of de 14e eeuw
den historischen grondvorm kreeg.
Na eenige malen belegerd te zijn, zooals oa.
in 1351 door Graaf Willem V van Holland, werd
het in 1426 tijdens de Hoeksche en Kabeljauw-
sche twisten door de Haarlemsche burgers gron
dig verwoest.
Meer dan 50 jaren achtereen bleven de puin
hoopen zoo liggen, totdat in 1478 een gedeelte,
waarschijnlijk wel het oorspronkelijkste gedeel
te, weer bewoonbaar werd gemaakt, waarin
Gravin Jolanda van Lalain, de weduwe van
Ragnout van Brederode, haar verblijfplaats
vestigde. Het overige van het kasteel werd niet
meer opgebouwd.
Na haar dood bleef het onbewoond.
In 1568 was de 80-jarige oorlog begonnen,
waarin de Spaansche troepen zegevierend Hol
land binnentrokken en de Hollandsche steden
belegerden. Bij het beleg van Haarlem in 1573,
woonde de Spaansche bevelhebber in den burcht
van Brederode, d.w.z. in de bovenverdiepngen;
de kelders waren bezet door de lagere offi
cieren en de manschappen, terwijl het groote
winterleger op het tegenwoordige „terras" te
Santpoort gelegerd was.
Wij behoeven u de verschrikkingen van het
beleg en de inname van de stad Haarlem niet
nogmaals te verhalen, maar het is een feit, dat
de Spanjaarden niet alleen de stad verwoestten
maar ook het slot Brederode met eenige vaatjes
buskruit uiteen deden springen en de overblijf
selen in brand staken.
De geheele zijmuur, die de drie torens, bij den
ingang gelegen, met den achtersten of kapel
toren verbond, stortte hierbij in de gracht en
de overblijfselen daarvan vormen nu nog de
begroeide eilandjes, die daarin te zien zijn.
Na deze grondige verwoesting bleef van den
eertijds zoo gevreesden burcht van Brederode
slechts een puinhoop over, die gedurende eeu
wen aan het wreede spel van storm en regen
werd overgeleverd.
De Westenwinden voerden het duinzand
mede en dit bedekte, zooals jhr. Victor de
Stuers in zijn boek „De Ruïne van Brederode"
in 1872 schreef, de geheele ruïne ten slotte als
met een lijkwade.
Zooals wij reeds zeiden, probeerde Mr. A. J.
Enschede in 1862 officieele belangstelling voor
de ruïne te wekken en hij slaagde er zelfs in
een som van ƒ500 bijeen te krijgen, waardoor
de eerste werkzaamheden konden worden aan
gevangen.
Het geheele kasteel was onder puin en zand
bedolven en vormde met de walmuren een
tamelijk gelijkmatig grasveld, zoodat zelfs van
de grachten niets meer te bespeuren was.
Slechts eenige torens staken nog boven de
steenmassa's uit en daartusschen had een han
dige veehouder zonder het minste ontzag voor
deze geschiedkundige plaats, een boerenhof
stede getimmerd!
Bovendien was een gedeelte in handen van
particulieren, wat de opgravingen nog ten zeer
ste bemoeilijkte.
Dank zij de krachtige hulp van den heer Van
der Linden, opzichter van 't toenmalige „Meer-
en-Berg" (thans Provinciaal Ziekenhuis) werd
allereerst de voorpoort uitgegraven en ge
restaureerd. Vervolgens de binnentoren met de
trappen en tenslotte de walmuren tot den hoek
toren, waarbij men de verrassende ontdekking
deed, dat deze niet vierkant was, zooals men
tot dan toe altijd had gemeend, maar rond.
De volgende jaren besteedde men om de rest
van het kasteel uit te graven, waarbij men "na
tuurlijk uiterst voorzichtig te werk moest gaan
om geen voorwerp van historische waarde te
verliezen. Toch is de buit niet groot geweest.
slechts eenige kogels en kannetjes met een paar
tabakspijpjes en eenige andere dingen heeft
men gevonden en in de ruïne tentoongesteld.
De herstelkosten, die nog 800 bedroegen,
werden voor drievierden door het Rijk gedragen
en de rest betaalden de directeuren van Tey-
ler's Stichting te Haarlem.
Het buitenhof met aangrenzende veldtn be
vond zich in handen van een boer, die daar
zijn vee liet weiden. Ook dit wilde Mr. Enschedé
weer bij de historische bouwvallen voegen, maar
het Rijk weigerde de koopsom, die 600 bedroeg,
te betalen, onder het motto, dat de ruïne
zooveel geld niet waard was! In dien tijd was
de officieele belangstelling voor historisch
schoon niet erg groot!
Gelukkig dachten particulieren, o.a. Prins
Frederik, er anders over en, zij het met groote
moeite, kwam de benoodigde som toch bij
elkaar.
Bij de restauratie van de ruïne van Brede
rode herstelde men zooveel mogelijk de muren
en torens met de oude steenen, die men in de
puinmasaa's vond en nog te gebruiken waren.
De hoeveelheid hiervan bleek echter niet vol
doende te zijn.
Nu waren juist in dien tijd de wallen en
poorten van Haarlem gesloopt en de heer Kre-
lage kocht de vrijkomende steenen van deze
vestingwerken op.
Hiervan maakte mr. Enschedé gebruik. Op
zijn beurt kocht hij de oude steenen van den
heer Krelage en herstelde daarmee de oude
muren en torens van de ruïne van Brederode,
waardoor een gaaf geheel werd gekregen.
,In de puinhoopen vond men ook de oude leien
terug, waarmede de torens voor en tijdens
het beleg van Haarlem bedekt waren.
Voor dien tijd gebruikte men echter oude ge
bakken steen met omgebogen rand als dakbe
dekking en men verving deze eerst in de 12e
en 13e eeuw door leien. Ook hiervan vond men
nog overblijfselen in de puinhoopen en wel
voornamelijk in den z.g. Kapeltoren.
Wij zijn het dan ook geheel eens met den
heer J. F. Visser als deze in zijn boek „De
Ruïne van Brederode" (waaraan wij hier eenige
gegevens ontleenen) schrijft:
„Wij mogen als vaststaande aannemen dat
de poorttoren en de Donjon, indien ze toen
reeds van spitsen voorzien waren, oorspronke
lijk eveneens een bedekking van steenen pan
nen hebben gehad.
Allerwaarschijnlijkst echter waren de poort
toren en de eerste Donjontoren voorzien van
een plat dak, door tinnen omringd.
Op dit platte dak werd in tijden van gevaar
een steenwerper opgesteld, die tot op 150 M. af
stand lichtere steenen kon werpen.
Bij een bezoek aan de tegenwoordige ruïne
van Brederode treffen ons allereerst de drie nog
overeind staande torens, n.l. twee bij den poort
ingang, waarvan een, de z.g. Donjon, geheel
gerestaureerd is en van een spits dak is voor
zien, en een aan de achterzijde, de z.g. ,,6chool-
toren", waarvan nog slechts demuren over
eind staan.
De heer J. F. Visser noemt dezen toren
zoo, omdat in den kelder hiervan vroeger
de kinderen schoolles kregen, te zien volgens
hem aan de talrijke lichtnissen, die in dezen
kelder aanwezig zijn.
Wij kunnen hiermede niet geheel instemmen,
Deze kelder, die in de nabijheid van de keu
kens is gelegen, kan evengoed een wasch- of
Striikkamer voor de dienstboden wezen, welke
toch ook zeer verlicht moet worden; school
kinderen kregen niet, ook niet in de Middel
eeuwen, les in een torenkelder, maar in een
van de grafelijke vertrekken, bij voorkeur in
het vertrek van de burchtvrouwe.
De poort zelf bevond zich vrooeger ook in
in een toren, wat aan verschillende overblijf
selen hiervan nog te zien is.
Tusschen de poorttorens en den „schooltoren"
lag de ridderzaal, ongeveer 11.5 M. bij 6 M.
groot, de eigenlijke woonkamer van het kasteel.
Hiervan is nog slechts een deuropening over
(vlak naast den ingang van den eersten poort
toren gelegen) en een groote ovale holte, waar
vroeger de brand- of archiefkast in geplaatst
zou zijn. Hoe uitstekend de middeleeuwsche ar
chitecten ook voor de toekomst zorgden blijkt
wel uit een deuringang met trap naar de kel
ders van de Donjon, vroeger toegang gevende tot
een geheime gang, ingebouwd in den buitenmuur
van de ridderzaal. Bij een belegering of over
val van het kasteel kon de burchtheer door
deze gang uit het kasteel vluchten!
Onder deze ridderzaal waren de keukens ge
legen, waarvan nog twee groote ruimtes, de
vroegere bakovens, over zijn.
Dat de bëzetting van het kasteel eertijds zeer
groot moet zijn geweest, blijkt wel uit de af
metingen der ovens. Ongeveer 200 K.G. brood
kon men per baksel in eiken oven bakken. Sa
men hebben ze echter slechts één rookafvoer,
iets dat in de middeleeuwen niet gebruikelijk
was.
Rechthoekig op de ridderzaal bevond zich de
kapel, een voornaam gedeelte van het middel
eeuwsche kasteel.
Hiervan is zoo goed als niets meer overge
bleven, evenals van den „Tetburgha-toren" (de
toren die het dichtst bij het hotel „Velserend
is gelegen) en den ronden toren, die waar
schijnlijk voor gevangenis dienden.
Velen, die de ruïne van Brederode op een
mooien zomerschen Zondag of op een stillen
dag in de week bezoftit hebben, zullen zich we!
eens verbaasd hebben over de uiterst smalle
wenteltrappen, waarlangs men de de bovenver
diepingen in de torens kan bereiken.
In de Middeleeuwen lette men bij den bouw
van een kasteel nu eenmaal niet zoozeer op com
fort en op het gemak, waarmede men de ver
schillende deelen van het kasteel kon bereiken,
maar stelde men een goede militaire verdediging
van het kasteel op de eerste plaats.
Daarom bouwde men dikke muren met
kleine raamopeningen, smalle poorten, gangen
en trappen.
Goed versterkte kasteelen, zooals de burcht
van Brederode konden slechts bij verrassing (of
Uithongering) genomen worden, en daarom was
het noodig zeer smalle trappen te maken, die
bij een plotselingen overval dadelijk versperd
en gemakkelijk verdedigd konden worden.
Zelfs maakte men de wenteltrappen van som
mige kasteelen (ook in den burcht van Brede
rode) zoo smal, dat men uithollingen in de
muren moest aanbrengen om zijn armen te
kunnen bewegen!
Natuurlijk is het ondoenlijk in een kort ar
tikel alle interessante bijzonderheden van de
ruïne van Brederode te vermelden. Veel beter
kan ieder persoonlijk (toegang is gratis) dit
bouwwerk van middeleeuwsche architecten ko
men bekijken en zich op de hoogte stellen van
de schoonheid van het rijke middeleeuwsche
leven 1
De commissie uit de tuinders, die gisteren
bij Minister Verschuur op audiëntie is geweest,
is daar zeer welwillend ontvangen en heeft alle
gelegenheid gehad haar plannen tot leniging
van den nood aan den Minister uiteen te zet
ten.
De Minister, die, zooals rector Kok de vorige
week zeide, diep onder den Indruk is van den
grooten nood onder de tuinbouwers, bleek over
tuigd, dat een algemeene steunregeling nood
zakelijk moest komen.
De plannen, door de commissie ingediend,
zullen zoo spoedig mogelijk worden onderzocht.
Het Nederl. R. K. Huisvestings-Comité hield
Maandag 18 Juli te 's-Hertogenbosch zijn jaar
lij ksche algemeene vergadering.
Tot leden van het Hoofdbestuur werden ge
kozen de heeren Wjjdeveld (Hengelo, O.), Van
Oppen (Sittard), Bloemen (Venlo) en dr.
Spoorenberg (Eindhoven).
De Ned. R. K. Bond voor Groote Gezinnen
wees als vertegenwoordiger in het Hoofdbe
stuur aan den heer dr. Keijzer (Tilburg)voor
den Bond van R. K. Koloniehuizen nam zitting
de heer mr. Leesberg (Alkmaar).
Uit het jaarverslag blijkt, dat in 1931 werden
uitgezonden 1448 kinderen naar vacantiekolo-
nies met in totaal 57222 verpleegdagen, 394 kin
deren naar gezinnen met in totaal 1849 ver
pleegdagen en 7 kinderen naar sanatoria met 1499
pleegdagen. In 1930 (toen daaronder begrepen
waren de uitzendingen der afd. in het Bisdom
Haarlem, die 1 April 1931 een zelfstandige
Diocesane Vereeniging hebben opgericht) be
droegen deze getallen voor de uitzending naar
koloniehuizen 1386 met 56625 verpleegdagen;
naar gezinnen 1079 met 52053 verpleegdagen en
15 met 2544 verpleegdagen.
In beginsel werd het voorstel van het hoofd
bestuur aanvaard een eigen Bureaugebouw te
stichten; over de plaats van vestiging kon nog
geen definitief besluit genomen worden.
Besloten werd een krachtige actie te begin
nen ten einde een 600 a 700 Duitsch-Holland-
sche kinderen, die dit noodig hebben, voor een
zestal weken verblijf in gezinnen te verschaf
fen.
Aan het einde van de vergadering nam de
voorzitter van het Comité, Mgr. C. Prinsen,
afscheid van het bestuur en leden. Mgr. zegde,
dat zijn hooge leeftijd den wensch naar wat
meerder rust begrijpelijk maakt, en dat hij te
gereeder kon besluiten zijn verzoek om ontslag
als voorzitter bij Z. H. Exc. den Bisschop van
's-Hertogenbosch in te dienen, waar de gele
genheid zich aanbood aan het Huisvestings
comité in den persoon van den Vicaris-Generaal
van het Bisdom, Mgr. F. Hendrikx, een opvol
ger te schenken, wiens groote werkkracht, toe
wijding en helder doorzicht den bloei van het
Huisvestingscomité zou verzekeren. Met een kort
woord van welkom verklaarde Mgr. Prinsen
daarop Mgr. Hendrikx, die de vergadering ten
deele had bijgewoond als voorzitter geïnstal
leerd.
Namens het bestuur en leden sprak de vice-
voorzitter, notaris L. Lobach, Mgr. Prinsen toe.
De vereeniging moet de beweegredenen, .welke
den voorzitter brachten tot het besluit zijn
functie neer te leggen, eerbiedigen, al valt het
moeilijk zich het Huisvestingscomité zonder Mgr.
Prinsen voor te stellen. Het zou niet in diens
geest zijn uit te weiden over de bijzondere
verdiensten, welke de voorzitter zich voor het
Huisvestingscomité heeft verworven. Spr. wil
zich bepalen tot een diepgevoeld woord van
dank voor het vele wat Mgr. Prinsen deed.
Herinnerend aan 't woord: partir c'est mourir
nn peu, drukte spreker den levendigen wensch
uit, dat Mgr. al was het op den achtergrond
toch voorzitter zou blijven, in dien zin, dat het
Huisvestingscomité zijn belangstelling zou
blijven bezitten en in lengte van Jaren van zijn
hoogelijk gewaardeerde adviezen zou kunnen
blijven voordeel trekken.
Spreker sloot zich aan bij de woorden van
welkom door den aftredenden voorzitter tot
Mgr. Hendrikx gericht, in wien naar sprekers
overtuiging het Huisvestingscomité een waardig
opvolger van een waardig voorganger heeft ge
vonden.
De vergadering betuigde haar warme instem
ming met deze woorden, waarvoor Mgr. Prin
sen dankte, met den wensch, dat het Huisves
tingscomité blijven bloeien.
Mgr. Hendrikx aanvaardde daarop het voor-
zitterschap. Hij gaf uiting aan zijn overtuiging,
dat het hem niet gemakkelijk zou vallen de
plaats van zijn voorganger te vervullen, die zoo
groote werkkracht als voorzitter aan den dag
heeft gelegd en door jaren ervaring zoo met de
faits et gestes van de vereeniging op de hoogte
was. Hij zou dan ook niet nalaten met diens
adviezen zijn voordeel te doen. Ook deed Mgr.
een beroep op de medewerking van bestuur en
leden, opdat eendrachtig het schoone doel der
vereeniging zou worden verwezenlijkt. Spreker
aanvaardde zijn taak in het vertrouwen dat
God den charitatieven arbeid van het Huis
vestingscomité voor het zwakke kind zal
ZeDanarop werd de vergadering gesloten en
namen de aanwezige hoofdbestuuisledenen
kringafgevaardigden persoonlijk afscheid van
Mgr. Prinsen, wiens krachtige figuur zal blijven
verweven met het Comité, dat aan z«n «ver
en werkkracht groote verplichtingen heel».
Dinsdagavond ontstond brand in de kapitale
boerderij bewoond door H. van Leeuwen in de
Ridderbuurt te Alphen a. d. Rijn.
De brand brak uit in een naast de boerderij
staande schuur, waarin een groote voorraad
hooi was. De vlammen tastten weldra de boeren-
behuizing aan en vonden in het droge rieten
dak gretig voedsel. De beide motorspuiten uit
Alphen die zeer spoedig aanwezig waren, kon
den tegenover het vuur weinig uitrichten.
De hooischuur brandde geheel af en van de
boerderij bleven alleen de kale muren staan.
Huis en inboedel was verzekerd.
Volgens officieele opgave van de rivierpolitie
zijn er in het afgeloopen halfjaar van 1932 uit
den Rijn tusschen Rees-Emmerik en Millingen
300 lijken opgevischt van verdronken personen.
Naar verluidt zou de school voor reserve-offi
cieren der infanterie, te Kampen gevestigd, bin
nenkort naar elders worden overgeplaatst. Nij
megen wordt genoemd als nieuwe standplaats.
Dit schijnt in verband te staan met de bij he*
departement van defensie te nemen bezuini
gingsmaatregelen.