LEEKEPREEKEN Resultaten haringvisscherij ZATERDAG 13 AUGUSTUS 5 DECEMBER STAKING Kostbare toebereidselen RENTELOOZE VOORSCHOTTEN KOFFIE-BELASTING BOTER NAAR DUITSCHLAND Nieuwe onderhandelingen te Den Haag NIET ALLE TABAK KOMT VIT DE TROPEN Exploitatieresultaten zeer slecht. Tonnen gouds verloren Onderhandelingen met België Ook in Lotharingen heeft men een vrij belangrijke tabakscultuur. Het drogen van den oogst. Audiëntie CRISIS-VARKENS WET 9 cent per K.G. ERNSTIG AUTO-ONGEVAL Export-moeilijkheden Samenwerking De invoer van vreemde haring HET WEER OP ZONDAG VERLAGING INLANDSCHE LOONEN 15.000 menschen getroffen ONGELUK NA LANDING BEZUINIGING ONVEILIG WOENSEL Jeugdige inbrekers gevat VECHTPARTIJ IN DEN HAAG Boerderij afgebrand 450 GEESTELIJKE GEZONDHEID Wij zijn in dezen tijd allen, bewust of onbewust, bezig een gezondheidsreservoir te vormen. De zomer lokt ons naar buiten; bosch en strand trekken magnetisch aan. Het gouden zonlicht werkt zich genees krachtig door de huid naar binnen; onze longen ademen reine lucht uit een zeebries of drinken staal uit dennengeur. De medici vertellen ons, dat wij in deze zomermaan den een reserve aan gezondheid opdoen voor den komenden tijd, wanneer de lucht weer vol zit met verraderlijke hagelbuien en een gure wind het op onze ademhalings organen gemunt heeft; wanneer wij ons organisme telkens moeten blootstellen aan den overgang van bedompte kamers en be nauwde vergaderzalen naar de winterkille buitenlucht. Rust, ontspanning, zon en frissche lucht in den zomer vormen een reservoir voor den winter Een ieder heeft de ervaring bij zichzelf, hoe hij deze reserve aan arbeidslust en gezondheid geleidelijk aan tot de lente van het volgend jaar opteert. Er wordt te weinig aan gedacht, dat wij niet enkel een lichamelijke, maar ook een geestelijke gezondheid noodig hebben en dat de gezonde geest in het gezonde lichaam het menschelijk ideaal moet zijn. Niet, dat geestelijke gezondheid geminacht wordt. Neen, het gevaar schuilt hierin, dat zij als vanzelf sprekend wordt aangenomen. Nu ja, er zijn nu eenmaal beklagenswaardige wezens, die door een of andere oorzaak in hun verstand verbijsterd worden of die hun rede geheel kwijt raken. Vroeger noem de men hen krankzinnigen of idioten. Tegenwoordig heeft men er allerlei geleerde namen voor. Toch komt het hier maar op aan: men heeft zijn gezond verstand of men heeft het niet. Tot de laatste categorie behoort gelukkig slechts een klein deel der menschheid, zoodat men zeggen kan, dat geestelijk gezond normaal is! Deze algemeen verbreide misvatting is de reden geweest, waarom eerst in onzen tijd een wetenschappelijk onderzoek naar de geesteskrankheid is begonnen. Die studie heeft uitgemaakt, dat er een zeer groote verscheidenheid van geestesziekten is; dat er in vroeger eeuwen schromelijke vergis singen op dit gebied begaan zijn en dat hier evenals ten opzichte van lichamelijke afwijkingen, ontzaglijk veel door voor kómen, door opvoeding en verpleging, door allerlei heilmiddelen te bereiken is. Wanneer de stelling waar is, dat niemand lichamelijk volmaakt gezond is, dat een ieder wel een of andere lichte afwijking heeft, dan geldt dit in zekere mate ook voor de geestelijke gesteldheid. Ons geslacht vooral is in staat om bij scherpe waar neming de juistheid van deze bewering te toetsen. De oorlog van 1914*18 heeft ontelbaren uit hun geestelijk evenwicht geslagen. De gruwelverhalen van de oorlogsvelden, de angstbeelden, die menigeen zich in den geest haalde van een vijand, die binnen zou vallen, van luchtbombardementen, van dreigenden hongersnood en vreemde ziek ten, werkten op vele geesten in hooge mate storend. Wie een goed geheugen heeft kan zich uit de laatste oorlogsjaren vele ge vallen herinneren van menschen, die alle belangstelling voor het verleden en voor hun omgeving verloren hadden en die over niets anders meer spraken dan over een vage toekomst, waarvan zij zich een aller vreemdst beeld hadden gevormd. De jaren na den oorlog hebben weinig verbetering gebracht. Van de slagvelden zijn tienduizenden zielzieken gekomen; het grootste getal is ongemerkt op de samen leving los gelaten. Het verstoorde even wicht bleek echter spoedig uit een tot dan ongekende wreedheid, ruwheid en misda digheid. De rechtbanken hebben in de na oorlogs-jaren processen gevoerd als vrouwe Justitia nog nooit op haar rollen geschreven had. Er werden diefstallen van luttele be dragen gepleegd, gevolgd door moord bij het minste verzet. Kinderen begingen gru welijke misdaden met ijzingwekkende koel bloedigheid; knapen van acht jaar wurgden hun speelmakkers bij een twist om enkele knikkers; heele gezinnen, eenmaal in Hon garije 50 menschen tegelijk, werden vergif tigd door een of andere jaloersche vrouw; de vreemdste gevallen van godsdienst waanzin werden gemeld en processen als dat van Matuschka, den moedwilligen pleger van aanslagen op spoorwagens met honderden passagiers en die zich voordeed als een wrekende godheid, waren typische verschijnselen hoever het met de geestelijke ziekten in onze samenleving gekomen is. Te recht schreef de psychiater, dr. C. T. Kortenhorst, in een inleiding voor het on langs te Amsterdam gehouden gezondheids congres: „De geestelijke nood is algemeen; alle lagen der maatschappij bieden even groote trefkans al moge het dan ook zijn uit verschillende schuilhoeken. „Tijden van geestelijke onrust en mate- rieele zorg drukken zwaar op de minder evenwichtige, minder gave naturen, 't zij hij een multimillionnair is, bedreigd met fi- nantieelen ondergang, 't zij hij een werk- looze is, die tevergeefs naar arbeid zoekt." Dit laatste moet gevoegd worden bij al datgene, wat wij boven reeds opsomden na al de oorlogsgruwelen en de geweldige verschuiving van kapitaal, die ons geslacht in den inflatietijd en in de jaren van oor logswinst heeft meegemaakt, is daarbij sinds 1929 een ongekende economische crisis gekomen, die, verraderlijk in haar op komst en afmattend in haar langen duur, met haar kapitaalsvernietiging en beroo- ving van arbeidsgelegenheid duizenden en duizenden de wanhoop nabij heeft gebracht. Wie kent ze uit zijn omgeving niet, man hen en vrouwen, die vóór enkele jaren schijnbaar geestelijk zoo gezond als wij zelf waren en die nu, wanneer wij ze onbemerkt bespieden, hard op voor zichzelf heen pra ten en gebaren maken, die ons wild en wezenloos kunnen aanstaren en aan een gesprek plotseling een onverwachte wen ding kunnen geven met een hartstochte lijken uitval over een geheel te onpas aan geroerd onderwerp? Ja, wanneer wij maar willen zien, zullen wij heel gemakkelijk ervaren, dat „de geestelijke nood algemeen is"; al was er niets anders dan de lectuur, die dagelijks wordt verspreid, een beeld van de grootste geestesverwarring en geestelijke oneven wichtigheid! Mannen die voor enkele jaren geestelijk kerngezond waren lanceeren thans denk beelden, die schrik aanjagen. Ons eigen Roomsche erf is zelfs niet meer veilig. Er verschijnen den laatsten tijd zoogenaamde devotieboekjes en beschouwingen over het leven hiernamaals met voorstellingen, die den lachlust van deskundigen wekken en wat erger is, verwarrend werken op een voudige zielen. Ja, nogmaals, de geestelijke nood is algemeen! En ziedaar nu een terrein, waar de chris telijke charitas een onafziepbaar veld voor vruchtbaren arbeid vindt. Wij zijn zóóver- diept in onze materieele ellende, dat wij dezen grooteren, geestelijken nood over het hoofd zien. En toch, wanneer wij tegenover werkloosheid van den handwerksman en kapitaalvernietiging van den eens welge stelde machteloos staan, wanneer er in dezen tijd van neergaande conjunctuur, van gedwongen bezuiniging en versobering over heel de linie, vaak met leege handen staan; wanneer de vroeger milde gever thans zelf vragen moet en de bronnen van onder steuning opdrogen, dan is er des te meer reden, tijd en aanleiding om te helpen in den geestelijken nood. Uit onze stoffelijke bekommernis zullen wij tenslotte wel weer omhoog komen; met goeden wil is zelfs een tijd als deze voor velen ge schikt om tot bezinning te komen en tot juistere schatting van het broze van het aardsche bezit. Als het gezond verstand der productieleiders, gedwongen door de fias co's der laatste jaren, terugkeert en er zijn teekenen die daarop wijzen dan zal opnieuw blijken, dat op de aarde voor een ieder, die werken wil, een plaats onder de zon is. Maar daarmee is onze geestelijk zieke samenleving nog niet opeens gezond gemaakt. Hier ligt, niet het minst voor ons, chris tenen, voor ons katholieken vooral, een wijd terrein open. Hulp in geestelijken nood kost meestal niets, vraagt slechts offer vaardigheid van den persoon, meedeelen van den rijkdom van eigen, gave persoon lijkheid en is dikwijls veel meer waard dan geld en goed. Wij moeten helpen door voorlichting en moreelen steun. „De preventie (het voor komen van het kwaad), schrijft de boven reeds genoemde dr. Kortenhorst, begint reeds in de allereerste kinderjaren bij de allereerste opvoeding in de wieg, door goede gewoonten te vormen. De wetenschappelijke onderzoekingen aan consultatie-bureaux voor opvoedingsmoeilijkheden brachten aan 't licht, dat de oorsprong van vele geeste lijke afwijkingen te zoeken is bij opvoedings fouten in de vier eerste levensjaren; zoo vond dr. Benjamins (München) uit zijn er varing, dat van de 250 goed waargenomen gevallen in 90 pCt. de eerste verschijnselen reeds in den kleuterleeftijd waren opge treden. Juiste paedagogische maatregelen, moreele invloed en aanmoediging hadden in de jonge jaren verkeerde levensgewoon ten wellicht kunnen voorkomen. Zoo scha kelt de geestelijke volksgezondheid zich in bij de zuigelingen- en kleuterzorg." Ziehier een eerste aanwijzing: voorlich ting bij de opvoeding! En zoo zijn er nog een groot aantal middelen te noemen om dit allerbelangrijkste liefdewerk: hulp in geestelijken nood, uit te oefenen. De zaak lijkt ons belangrijk genoeg om er een vol genden keer nog eens op terug te komen. HOMO SAPIENS Op een vraag van het Tweede Kamerlid IJzer man betreffende spoedige uitbetaling van de ten behoeve van den groven tuinbouw in West- Friesland verleende rentelooze voorschotten aan degenen, die daarvoor in aanmerking komen, heeft Minister Verschuur het volgende geant woord: Bij de Centrale Commissie van Advies in zake de steunverleening aan den groven tuinbouw in West-Friesland en bij de betrokken gemeente besturen is bij herhaling aangedrongen om zoo spoedig mogelijk die maatregelen te nemen, welke een snelle uitkeering van de toegestane gelden kunnen bevorderen. Zoodra een gemeente, overeenkomstig het plan van uitvoering in zake de rentelooze voor schotten ten behoeve van den groven tuinbouw in West-Friesland, aan de Centrale Commissie van Advies heeft medegedeeld, welk bedrag be- noodigd is en ten genoegen van den Minister is aangetoond, dat over de 30 pCt., welke door de gemeenten moet worden bijgedragen, be schikt kan worden, kan met de uitkeering der gelden een aanvang worden gemaakt. Verwacht mag worden, dat zulks binnen zeer korten termijn zal plaats hebben. Eenige jaren geleden is de regeering gekomen met plannen om een koffiebelasting in te voe ren. In handels- en ook in scheepvaartkringen ontmoetten die plannen toen echter een dus danig verzet, dat zij werden teruggenomen. Thans verluidt echter, dat zij opnieuw vasten vorm hebben aangenomen en de „Wekelijksche Uitlotings-courant" weet zelfs te melden, dat bij de indiening van de Rijksbegrooting in Sep tember a.s. zal worden voorgesteld tot de hef fing ervan over te gaan. Is het blad wel inge licht, dan zal deze belasting dertig cent per pond bedragen. Aannemende, dat tengevolge van deze be lastingheffing het verbruik met 100.000 balen vermindert, dan zal toch, zoo berekent het blad, bruto nog ongeveer 18 millioen gulden uit deze belasting worden verkregen. De onderhandelingen met Duitsche afgevaar digden, over den boterexport naar Duitschland, welke verleden week te Berlijn geschorst waren, zijn, naar de „Telegraaf" bericht, Vrijdagmor gen te 's Gravenhage onder leiding van dr. Hirschfeld. directeur-generaal van de af- deeling Handel en Nijverheid, aan het Dep. van Econ. Zaken weder opgevat. Hierdoor is de ver wachting, welke men verleden week in Berlijn koesterde, dat het afbreken van de onderhande lingen niet definitief zou zijn, en dat een kost baar uitstel gewonnen was, in vervulling ge gaan. Zooals men weet heeft Duitschland bij de vorige onderhandelingen te Berlijn een totaal contingent voorgesteld, dat is dus een hoeveel heid boter, die totaal per jaar in Duitschland Vrijdag is te 's Gravenhage de zeventiende algemeene jaarlijksche vergadering van de Reedersvereen. voor de Nederl. haringvisscherij gehouden. De voorzitter, de heer W. Richter Uitdenbo- gaardt hield een openingsrede, waarin hij deed uitkomen dat de uitkomsten van het trawlbe- drljf slechts zeer weinig beter en die van de beugvisscherij nog beduidend minder waren dan de toch al belangrijk verlies gevende resul taten voor 1930. Niettegenstaande den getroffen maatregel om eerst 1 Mei aan te vangen met slechts 40 netten en daarna 1 Juli met de volle vleet, lie- pen de prijzen van de haring dermate terug, dat begin October in een algemeene reeders- vergadering met algemeene stemmen besloten werd om de visscherij op 5 December te staken. Het bewijs is geleverd dat dit besluit van de reederijen noodzakelijk is geweest. Het feit echter dat het voordeel van de noodzakelijke beperking, die de reederijen zich noodgedwon gen opleggen, illusoir gemaakt wordt door de binnenkomst van schepen van andere nationa liteit, die hier hun haring verkoopen welke dan door sommige expediteurs onder den naam van Hollandsche haring wordt uitgevoerd, verdient stellig aldus spr. de volle aandacht van onze regeering. Temeer zijn hier maatregelen dringen noodig, nu door sommige landen de invoer wordt gecontingenteerd. Uit goede bron is spr. bekend dat over deze materie onderhandelingen worden gevoerd en er kans bestaat dat deze met België tot een goed einde zullen worden gebracht. Het is duidelijk dat de exploitatie-resultaten zeer slecht zijn geweest en de reederijen ton- nen gouds hebben verloren. Voor het begin staande aan de nieuwe haring- teelt 1932, is het volkomen begrijpelijk dat vele reeders zich afvroegen of zij de verantwoording durfden aanvaarden om kostbare toebereid selen te maken tot het klaarmaken van vloot en vischtuig. Een vergadering van de afdeelingsbesturen met het hoofdbestuur had tot gevolg dat het mag worden ingevoerd. Dit totaal-contingent zou verdeeld moeten worden over alle boter- leverende landen. Het contingent van ieder lanc afzonderlijk zou volgens een bijzonderen ver- deelingssleutel moeten worden berekend. Het bepalen van dien sleutel wilde Duitschland voorloopig aan de exporteerende landen over laten. Hoewel omtrent deze onderhandelingen een groote geheimzinnigheid werd betracht en bijv. niet bekend werd, hoe groot het totaal-contin gent en hoe hoog de invoerrechten zouden zijn, is wel gebleken dat men van de zijde der naar Duitschland exporteerende landen met dit voor stel weinig ingenomen was. Vandaar de vrees, dat de onderhandelingen zonder meer zouden worden afgebroken. De hoopvolle uitingen van Duitsche zijde, toen de thans in vervulling ge- gane verwachting rees, dat de onderhandelin gen niet definitief waren afgebroken en men slechts tijd had willen winnen. De geheimzinnigheid, waarmede men ver leden week de onderhandelingen heeft om geven, is ook ditmaal niet weggenomen. De Duitsche afgevaardigden zijn in alle stilte hier aangekomen en men tracht zelfs ten departe- mente hun namen angstvallig geheim te hou den. Welke de voorstellen zijn, waarmede zij eventueel zullen komen, was dan ook heden morgen nog niet bekend. Naar wij nader vernemen heeft de conferen tie welke is gehouden in het Departement van Buitenlandsche Zaken hedenmorgen nog geen resultaat opgeleverd. De besprekingen zullen echter worden voortgezet. Z. H. Exc: de Bisschop van Haarlem zal vol gende week Maandag geen audiëntie verleenen. De Minister van Economische Zakeh en Ar beid heeft het bedrag, bedoeld in artikel 6 van de Crisis-Varkenswet 1932 voor de periode van 18 Augustus tot en met 3 September bepaald op 9 cent per K.G. geslacht gewicht. Man levensgevaarlijk gewond Vrijdagmorgen had nabij het tramstation te Sneek een ernstig auto-ongeval plaats. De ruim dertig-jarige J. Jissink, afkomstig uit Wellin- gerga, stak plotseling de straat over en werd door een auto, die uit de richting van de stad kwam, gegrepen. De wielen gingen den man over de borstkas. In zeer zorgwekkenden toe stand werd de ongelukkige per brancard naar het St. Antonius Ziekenhuis vervoerd. Berooving Donderdagavond heeft een Duitscher, die tijdelijk verblijf houdt in een hotel in Rotter dam, op straat kennis gemaakt met een juf frouw. Toen hij teruggekeerd was in zijn hotel, kwam hij tot de ontdekking, dat hij 3000 Fran- sche francs en twintig zilverbons van 2.50 miste. Aangifte bij de politie werd gedaan en daarna werd aangehouden de 36-jarige juffrouw C. de M., huisvrouw van W. v. K. De vrouw ontkent. hoofdbestuur werd opgedragen, dezen nood waar in het visscherijbedrijf verkeerde, ter kennis te brengen van de regeering. Een voorstel tot steunverleening echter werd niet door de regee ring aanvaard, wijl er nog een aantal reederijen zijn, die over voldoende kapitaalkrachten be schikken om hun schepen te laten uitvaren, en steun alleen aan behoeftige reeders zou, naar het oordeel van de regeering, gelijk staan met het scheppen van een onbillijkheid tegenover de beter gesitueerden, die nadeelige gevolgen in den marktprijs van het artikel zouden onder vinden. Zijn er evenwel vraagt spr. onder de boeren die steun ontvangen geen welge- stelden? Inmiddels werden de bij noodverordening vastgestelde maatregelen van de Duitsche re geering bekend, waardoor de afzetmogelijkheid van haring naar Duitschland, dat niet minder dan 60 pCt. van de geheele vangst afneemt, bij uitstek bemoeilijkt zoo niet onmogelijk gemaakt. Deze nieuwe export-moeilijkheid en het feit dat sedert 1 Mei j.l. de afdeeling visscherij en van Binnenlandsche Zaken was overgegaan naar het ministerie van Economische Zaken en Arbeid, gaf ons aanleiding, opnieuw een aanvraag om steun, zij het eenigszins gewijzigd, tot laatst genoemd ministerie te richten. Aan minister Verschuur werd medegedeeld, dat het in 't voornemen lag, zoowel bij inwilli ging van het verzoek tot garandeering van een minimumprijs als bij niet-inwilliging, de leden dringend te adviseeren, slechts 50 pCt. van de vloot aan de haringvisscherij te doen deelnemen. In aanmerking genomen dat er eenige reede rijen zijn met slechts een enkel schip, zou bij aanvaarding van de voorgestelde beperking de vangcapaciteit ten hoogste 60 pCt. van vorige jaren kunnen bedragen. Aangezien de laatste jaren de vangst pl.m. 700.000 kantjes heeft be- loopen, zouden dus nu slechts 420.000 kantjes worden aangebracht. Daar in normale jaren 60 pCt. of 420.000 kantjes haring naar Duitschland gaan, wor den in ons land en andere landen, behalve Duitschland, pl. m. 280.000 kantjes haring ver bruikt. Wanneer alzoo de aanvoeren werden beperkt tot 420.000 kantjes, zouden voor dit jaar slechts 140.000 kantjes voor Duitschland be schikbaar blijven, welk quantum zelfs voor de zeer bezwarende omstandigheden van het oogen- blik niet te groot schijnt. Minister Verschuur, hoewel met de beper kingsgedachte instemmend, toonde zich wars van alle steunverleening, wijl z.i. daardoor slechts slappe bedrijven worden gekweekt. Spr. vraagt of de bizondere omstandigheden alleen gelden wanneer het koeien, kippen, tarwe of varkens betreft. In verband met het antwoord van den Mi nister op een schriftelijke vraag van het Ka merlid Drop, d.d. 12 Mei, deelt spr. mede, dat thans slechts 200 schepen aan de haringvis scherij deelnemen, tegen 289 in het afgeloopen jaar. Werkloos blijven nu 50 schepen, terwijl 39 schepen de trawlvisscherij uitoefenen. Het is niet denkbeeldig, dat de tegenwerking, welke de actie tot vaststelling van een mini mumprijs door de regeering ondervonden heeft, zoowel van de zijde van de Vereeniging ter be vordering van Visscherij, Handel en Nijverheid als van de Kamer van Koophandel en Fabrie ken voor de beneden-Maas invloed heeft ge had op de ministeriëele afwijzing. Deze Kamer verwijt ons, eenzijdig de belangen van de ree- derij te dienen en onvoldoende rekening te houden met den nauwen samenhang tusschen reederij en handel, en verwacht zoolang de be talingsmoeilijkheden in Duitschland niet tot oplossing worden gebracht, geen wezenlijke ver betering. Daartegenover stelt spr. dat bij her haling door de vereeniging aan de regeering is gevraagd o.m. krachtig handelend optreden in zake de Duitsche deviezen-regelingen. Boven dien zegt het toch wel iets, dat de Bond van Nederlandsche Haringexporteurs volledig ad- haesie betuigde met het desbetreffend adres. Spr. betoogt vervolgens uitvoering dat samen werking tusschen reederij en handel slechts kan strekken tot verhooging van den bloei van het nationaal visschersbedrijf. Wat de pufvisscherij betreft, zet spr. uiteen, dat het verzet in de eerste plaats gaat tegen de opzettelijke pufvisscherij welke er zich op toelegt, die vischgronden te zoeken, welke na genoeg geen marktwaardige visch doch louter pufvisch opleveren, en in de tweede plaats dat ter beteugeling dezer moordende visscherij een jaarlijks te verhoogen maximum-maat voor de aan te voeren puf worde vastgesteld. De puf- visschers zouden zich dan gaan toeleggen op bevissching van die plaatsen in de Noordzee, waar grovere visch de overhand heeft. Spr. gewaagt vervolgens van de bij voortdu ring door het Visscherijproefstation en het Proefnemingsfonds genomen proeven inzonder heid ten aanzien van de netten-preparatie. De reeders dienen hun belang door trouw gebruik te maken van het Proefstation en te profiteeren van de rijke ervaringen van zijn actieven di recteur dr. Olie. Voorts heeft spr. o.m. dank gebracht aan den oud-voorzitter, den heer L. J. van Gelderen, voor zijn werkzaamheden om de bepalingen in zake het aandoen vafi de haven van Dieppe door onze schepen te verbeteren. Aan het verslag over 1931 van den secretaris, den heer Joh. A. Mulder, is nog het volgende ontleend: In het afgeloopen jaar waren bij de Reeders vereen. voor de Nederl. haringvisscherij aan gesloten: Vlaardingen en Maassluis met 16 leden, 50 stoomschepen en 25 motorschepen, Scheveningen met 30 leden en 122 motorscne- pen en Katwijk aan Zee met 22 leden, 3 stoom- en 76 motorschepen. Van de geheele Nederlandsche vloot hebben in 1931 aan de Noordzee- drijfnet-haringvissche- rij deelgenomen: Vlaardingen met 49 stoom- en 24 motorschepen, Maassluis met één stoom schip en 3 motorschepen, Scheveningen met 127 motorschepen, Katwijk aan Zee met 3 stoom- en 72 motorschepen, IJmuiden met b stoom- en drie motorschepen, Zoutkamp met een motorschip. Totaal 59 stoom- en 230 mo torschepen, tegen het voorgaande jaar 60 stoom-, 229 motor- en twee zeilschepen (enkele Katwijksche motorschepen, welke in 1930 ter haring voeren, zijn in 1931 blijven trawlen). In het geheel werden in 1931 door 289 haringsche pen 1704 reizen gemaakt en aangevoerd 762.695 kantjes, een waarde vertegenwoordigend van ongeveer 7.626.950.of gemiddeld 10.per kantje, een doorsneeprljs, welke het bedrijf moet ruïneeren, wanneer de productiekosten niet een stuk naar beneden worden gebracht. De gemiddelde prijs per kantje bedroeg in 1923 ƒ14.70, 1924 ƒ21.36, 1925 ƒ24.75, 1926 ƒ18.40, 1927 ƒ17.28, 1928 ƒ15.—, 1929 17.—, 1930 16.— en 1931 ƒ10.—. Blijkens het jaarverslag dient de import van alle vreemde haring beperkt te worden totdat meer normale verhoudingen in den afzet van ons product zijn teruggekeerd. Van de Scheveningsche en Katwijksche vloot hebben in het afgeloopen jaar aan de trawl visscherij deelgenomen: van Scheveningen 53 motorloggers, welke 749 reizen deden en ƒ464.452.besomden aan versche visch, tegen in 1930 86 motorloggers in 1113 reizen 652 283.—; van Katwijk 62 motorloggers, welke 1386 reizen deden en ƒ906.803.— besomden aan versche visch, tegen in 1930 een zeillogger in zeven reizen ƒ1889.—, 60 motorloggers in 1243 reizen 789.230.— en een stoomtrawler in 9 reizen 15.844. De motortrawlers van Scheveningen en Kat wijk besomden in het algeloopen jaar gemiddeld per reis 642, tegen in 1930 612. Van Vlaardingen werd in het afgeloopen jaar niet aan trawlvisscherij deelgenomen, tegen in 1930 door 3 stoomtrawlers en 6 motorloggers. Aan de beugvisscherij, welke alleen van uit Vlaardingen door stoomschepen werd uitgeoe fend, hebben in het afgeloopen jaar 16 stoom- beugers, waarvan één een z.g.n. zoutreis heeft gemaakt, deelgenomen. In het geheel hebben de beugers in 1931 198 reizen gedaan en 135.310 besomd aan versche visch, terwijl 9482 kantjes kolharing en 16 tonnen zoutevisch werden aan gebracht, tegen in 1930 18 stoombeugers in 170 reizen 152.280 aan versche visch en 7402 kan tjes kolharing, alsmede 62 tonnen zoutevisch. De resultaten met de trawl- en beugvisscherij in 1931 verkregen, laten ook dat jaar weer veel te wenschen over. In het jaarverslag wordt geklaagd over het zich niet tusschen de vloot bevinden van Neder landsche politiekruisers, hetgeen naar het oor deel der schippers hoofdzakelijk voortvloeit uit onbekendheid met de vangplaatsen. Ook zijn de klachten over den radio- en omroepdienst der politiekruisers in het afgeloopen jaar veelvuldig geweest. De propaganda-commisie voor het haringver- bruik hoopt vóór het begin van de nieuwe teelt met haar rapport gereed te zijn. Bij het warme, zonnige zomerweer dringt zich meer dan ooit de vraag aan ons op: Zal het nog eenigen tijd zoo mooi blijven? De meteoro loog zou daarop liefst een stellig antwoord geven maar ditmaal moet er op gewezen worden, dat de plotselinge warmte-ontwikkeling over een groot gebied zeer licht tot min of meer uitge breide storingen aanleiding kan geven, die een paar dagen noodig hebben om voorbij te trek ken. Er is wel in den laatsten tijd een alge meene neiging tot mooi en warm weer, voor namelijk over Midden-Europa, waaraan op goede weerkundige gronden een langeren le vensduur moet worden toegeschreven, maar on der de nu in West-Europa ingetreden weersom standigheden moeten wij ernstig rekening hou den met locale storingen. Een paar dagen geleden was er geen bezwaar nog eenigen tijd mooi weer te voorspellen. Thans is echter de algemeene weers toes tand in West- Zuidwest-Europa zoodanig gewijzigd, dat we van een verbroken evenwicht moeten spre ken, waarvan we nog verrassingen moeten ver wachten (indien deze niet reeds gekomen zijn). Er heeft zich namelijk in ZW-Europa en over Engeland een hitte-gebied ontwikkeld, dat hoogstwaarschijnlijk tot verdere uitbreiding van de reeds in Frankrijk begonnen onweders over Engeland, ons land en omgeving aanleiding zal geven. De dalende beweging van den barometer wees gisteren nog op een verdere ontwikkeling van den onweerstoestand. Daarop zal ongetwij feld een afkoeling volgen, misschien reeds vóór Zondag. Het is echter volstrekt niet zeker, ja zelfs op goede gronden onwaarschijnlijk, dat deze afkoe ling lang zal duren, zoodat de kans op een spoedig herstel van het mooie weer heel groot moet worden geacht. Een en ander maakt echter dat de vooruitzichten voor het week-einde onzeker zijn. (Nadruk verboden) BATAVIA 12 Aug. (ANETA). Het Nieuws van den Dag voor Ned.-Indië verneemt, dat de loonen voor het Inlandsch personeel, voor zoover niet opgenomen in het B. B. L., met ingang van 1 October 1932 met 25 pCt. zullen worden verlaagd, teneinde deze door de over heid betaalde loonen terug te brengen op het peil van de vrije arbeidsmarkt. Het aantal bij deze loonsverlaging betrokken personen be draagt 15.000. SEMARANG, 12 Aug. (ANETA). Gistermid dag vond op het vliegveld Simongan een ernstig ongeluk plaats. Toen de Dare-devil-motorrij der van de Manilla Shows, BUI Palmer, met een nieuw pas ontvangen sportvliegtuigje een vliegtocht had gemaakt, sprong hij na een vlotte landing uit het vliegtuig zonder den motor af te zetten. Hij werd door den pro peller zeer ernstig aan het linkerbeen ge wond. Zijn scheenbeen werd versplinterd. Opheffing locomotiefdepöt De Nederlandsche Spoorwegen zullen in ver band met bezuinigingsmaatregelen, met 2 Oc tober a.s. het locomotiefdepót te Onnen op heffen. Onder voormalig Woensel werd de laatste maanden herhaaldelijk ingebroken, doch de politie slaagde er niet in voldoende bewijsmate riaal tegen den dader te verzamelen. Thans is zij echter overgegaan tot aanhou ding van den 17-jarigen J. M., aldaar, die be kend heeft op ongeveer tien plaatsen te heb ben ingebroken. Het grootste deel der ontvreemde goederen kon nog in beslag worden genomen. De dader is ter beschiking van de justitie en op trans port naar 's-Hertogenbosch gesteld. De steker aangehouden De Haagsche politie heeft aangehouden een 27-jarigen te Den Haag wonenden loopjongen als verdacht van het steken van twee personen in den avond van negen dezer bij het treffen tusschen fascisten en communisten op het Buitenhof te Den Haag. Bedoelde personen zijn Donderdag uit het ziekenhuis ontslagen. De aangehoudene heeft bekend de steken te hebben toegebracht. Inbraak in een kapel Vrijdagmorgen ontdekten eenige bewoners uit de burnt, dat er ingebroken was in de kapel van O. L. Vrouw te Genoo: bij Venlo. Door hei uitnemen van eenige ramen had men zich toegang weter te verschaffen en daarna waren enkele offerblokken geforceerd. Vermoedelijk is de buit echter maar zeer ge ring geweest. De politie heeft de zaak in on derzoek. Vrijdagochtend is te Heer Hugowaard brand uitgebroken in de hofstede van den heer J. Wagenaar aan den Westdijk. In korten tijd was de boerderij tot den grond toe afgebrand. Slechts van den inboedel en de landbouwwerk tuigen kon worden gered. Verzekering dekt de schade. De oorzaak is hooibroei. Onverwacht bezoek bij de Padvinders De Chief Scout Baden PoweU heeft Vrijdag avond onverwachts nog een bezoek gebracht aan het padvinderskamp te Wassenaar, speciaal aan dat der vertrekkenden. Dezen zaten juist te eten, toen de Chief Scout binnentrad; hij werd met drie hoera's begroet.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 5