Voor liet geluk geboren
a
Smetten, Doorzien
iFUROL
207e UITKEERING
VIJFTIG GULDEN
f 69.655.-
Stukloopen der Huid
ROBERT BLAKE STOND
VOOR NIETS!
RADIO-PROGRAM
E VIJANDEN VAN HET BIJENDORP
DE HELPENDE HAND
DE VROUW
MET HET
MASKER
Te Bont!
Alle abonné's SC™» fSOOO.-ZHrtSNSgESS&SSiïï SKÏÏS f 750.-S&ffi£K"4SS f250.- 5MS Tï f125.
ZATERDAG 20 AUGUSTUS
Herdenking in Engeland bij
gelegenheid van zijn
275sten sterfdag
Een avontuurlijk leven
Zondag 21 Augustus
tt»
Maandag 22 Augustus
VERHAAL VAN
DEN DAG
Uitkeering van
aan den heer J. C. GOLWELEEl^Sloterstraatw eg 711,
Amsterdam, wegens een hem overkomen ongeval.
Thans hebben wij voor een
gezamenlijk bedrag van
Negen en Zestigduizend
zes honderd en vijf en vijftig gulden
uitgekeerd aan onze verzekerde abonné's.
DE DIRECTIE.
Aangifte moet, op straffe van verlies van alle rechten
geschieden uiterlijk driemaal vier en twintig uren
na het ongeval
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
FEUILLETON
Robert Blake, een der bekendste en stout
moedigste Britsche admiraals, is dezer dagen in
Engeland herdacht bij gelegenheid van zijn
275sten sterfdag.
En dit feit brengt ons er thans toe, onzen
lezers eens iets meer te vertellen over dezen
interessanten Engelschen zeeheld der 17de
eeuw.
Robert Blake werd In Augustus van het jaar
1598 geboren in het plaatsje Bridgewater, een
kleine zeehaven, waar zijn vader een handel
tje dreef. Blake was al vroeg een avontuurlijk
sinjeur, die er veel plezier in had om hoogst
merkwaardige lichaamsoefeningen te volbren
gen. Zoo vertelt een van zijn tijdgenooten, dat
hij er vaak genoegen in vond, om levende zwa
nen te stelen! Dat is inderdaad geen aile-
daagsch en gemakkelijk tijdverdrijf! Hij stu
deerde verscheidene jaren te Oxford en maakte
goede vorderingen. Op vijf-en-twintig-jarigen
leeftijd keerde hij naar Bridgewater terug en
leefde daar stil op zijn ouderlijk erfgoed tot
aan het jaar 1640, toen hij tot lid van het par
lement werd benoemd. De spoedig daarop vol
gende ^ontbinding van dit nuttige instituut, die
op 5 *Mei plaats had, maakte dat hij maar
Weinig gelegenheid kreeg, om als redenaar op
te treden. Er staat tenminste nergens in de
handelingen uit die periode vermeld, dat hij er
zijn mond heeft opengedaan!
Bij het spoedig daarop uitbreken van de bur
geroorlogen, trad hij bij het leger van het par
lement in dienst, doch we weten niet precies
Wanneer en in welken rang. Pas in het jaar
1643 weten we, dat hij het bevel voerde over
een fort van de stad Bristol, toen deze stad door
de koningsgezinden werd belegerd. Bij deze be
legering bleek weer eens des te meer, wat een
koppig heer de geluksvogel Blake eigenlijk was.
Want hoewel de gouverneur de stad reeds lang
had overgegeven, hield Blake dapper stand en
doodde iederen koninklijken soldaat, die zich on
der de muren van zijn kleine versterking waag
de! Begrijpelijkerwijze was de belegeraar, in den
vorm van Prins Robert van Wales, woedend
over deze handelwijze. Blake schond door zijn
houding immers het oorlogsrecht, zoodat hij
terstond zou moeten worden ter dood gebracht
bij zijn overgave! Met de grootste moeite wis
ten echter de vroede vaderen van Bristol van
den prins gedaan te krijgen, dat deze den po-
pulairen veldheer genade schonk. Op het nip
pertje ontsnapte dus Blake aan een ter dood
brenging, waar menschelijkerwijze zoo goed als
nooit iemand aan ontkwam! De krijgstucht
Was ontzettend streng in Engeland en Prins
Robert was ook niet juist bekend als een zacht
aardig krijgsman!
Enfin! Blake was gered en wist het door zijn
bekwaamheid en moed zeer spoedig te brengen
tot den rang van kolonel. In het jaar 1649 werd
hij met twee andere kolonels, genaamd Deane
en Popham, overgeplaatst bij de.... Zeemacht!
In die dagen was dat echter nog zoo gek niet,
want.landmacht en zeemacht waren in het
geheel niet van elkaar gescheiden! Het was
dus begrijpjjSft:, dat er veel officieren met „zee-
beenen" in het leger terecht kwamen en op de
vloot ook vaak een allerwonderlijkste „beman
ning" werd aangetroffen van „zeesoldaten" en
„landmatrozen", die van navigeeren evenmin
verstand hadden als van tactiek!
Blake toonde zich echter een uitstekend zee
man, die wist wat hij wilde. Zijn eerste daad
was de achtervolgihg van het smaldeel van den
koningsgezinden Prins Robert, dat hij bij Ma
laga te pakken kreeg en finaal in den grond
boorde! Groot was de vreugde bij zijn partij-
genooten! Blake was inderdaad geen kwajon
gen! In de maand Maart van het jaar 1652
werd hij tot admiraal van de Britsche vloot
benoemd en in Mei daarop volgende raakte hij
slaags met onzen Maarten Harpertszoon Tromp,
dien hij als het ware tot den strijd had uitge
daagd! Want Blake kende geen verdienstelijker
werk, dan alle natiën te dwingen het opper
gezag van de Britsche vlag op den Oceaan te
doen eerbiedigen. De slag bleef volmaakt onbe
slist en de daarop volgende zeegevechten wer
den eveneens met afwisselende kans gevoerd.
Doch gelukkiger dan in den strijd tegen de
Nederlanders onder Tromp en De Ruyter, was
Blake tegen de Barbarysche zeeroovers en de
Spanjaarden!
In het voorjaar van 1657 zeilde hij naar het
eiland Teneriffe en bezette de baai van Santa
Cruz, waar zich een Spaansche zilvervloot be
vond. De baai was versterkt met een geducht
kasteel aan den ingang, en omringd door een
geheele reeks kleiner forten. Bovendien was
daar aanwezig een zeer aanzienlijke zeemacht,
zoodat de Spaansche gouverneur, ook een man
van grooten moed en bekwaamheid, volstrekt
geen aanval vreesde.
Doch de schipper van een Nederlandsch vaar
tuig, dat ook in de haven lag, was er heel wat
minder gerust op en verzocht den gouverneur
dringend, de haven te willen verlaten. „Wam,
ik ben er absoluut zeker van", zeide hij, „dat
we Blake spoedig op den hals zullen hebben!"
Het onderhoud eindigde echter niet volgens de
wensch van den Hollander. De gouverneur ant
woordde: „Ga zelf heen, zoo ge daar zin in
hebt! En laat Blake maar rustig komen, als
hij durft!"
Nótabene! Durven was Blake's minste ge
brek.
Alles liep hem mee! De wind stond recht op
de baai, zoodat Blake met een inderdaaa
voorspoedig vaartje op den vijand afkwam! Hij
wist de haven in te komen, maakte zich in
razend tempo meester van alle galjoenen, doch
verbrandde zijn geheelen buit, omdat hij 't een
wanhopige onderneming vond, de schepen un
de baai weg te voeren. De wind keerde echter,
zoodat de aftocht van een leien dakje £ing en
een belangrijk deel van den buit alsnog kon
worden ingeladen en meegenomen, alsmede een
paar kleinere schepen! Blake was weer de ge
luksvogel! Weliswaar verloren de Engelschen
bij dit stoutmoedig bedrijf een dikke tweehon
derd dooden, doch het verlies aan de zijden dei-
Spanjaarden was ontzettend! Niet te tellen wa
ren de slachtoffers. Blake had er huisgehouden
als een wildeman!
Voor dezen dienst ontvingen de officieren en
de matrozen den dank van het Parlement, ter
wijl gratificatiën werden toegekend. Bovendien
ontving de admiraal daarenboven een diaman
ten ring ter waarde van ruim vijfhonderd pona
Sterling. Blake keerde vervolgens naar zijn
standplaats, Cadix, terug. Hij leed echter aan
waterzucht en scheurbuik, zoodat hij den
wensch uitte, naar Engeland terug te keeren,
een wensch, die echter niet meer vervuld zou
worden. Hij stierf op 17 Augustus 1657, in het
gezicht van Plymouth.
Zijn lijk werd naar Londen overgebracht en
met groote plechtigheid en veel vertoon op
's lands kosten in de Westminster Abbey ter
aarde besteld. Doch na het herstel van de
Stuarts op den troon, werd zijn lijk weer opge
graven en met de beenderen van eenige andere
hooge heeren, die bij de partij van Gromwell
zich mettertijd^ hadden aangesloten, overge
bracht naar het Sint Margareth's kerkhof, om
dat men den man niet de eer gunde van een
ligplaats in Engelands nationale kerk! Of
schoon hij het ruimschoots verdiend had.
HUIZEN, 296 M. N.C.R.V. 8.30 Morgen
wijding te leiden door Ds. K. H. Wallien m.m.v.
het Luthersch Kinderkoor te Weesp; 9.30
K.R.O. Morgenconcert; 10.00 Hoogmis uit de
Parochiekerk van St. Joseph te Zeist; 11.30
Gramofoonmuziek; 12.00 Het KRO-sextet oj.v.
P. Lusterihouwer; 1.45 Nivard: „Handschrift en
karakter"; 2.10 Boeken en schrijvers: Anton
van Duinkerken'. Timmerman's „St. Francis-
cus"; 2.30 Middagconcert door het 's-Herto-
genbosch Muziekkorps o.l.v. Mar. Ogier .Jr.;
Ziekenuurtje; N.C.R.V. 5.00 Kerkdienst uit de
Ned. Herv. Kerk te Maassluis; KRO 7.45 Dr.
R. Post: „Kerk en Pausschap in de drie eerste
eeuwen onzer jaartelling; 8.10 Gramofoonmu
ziek; 8.50 Militair-concert uit Königsberg; 9.50
„Brüderlein Fein." Oud-Weensch zangspel van
Leo Fall. Koor en orkest van W. E. R. A. G.
Keulen; 1040 Epiloog door het Klein Koor
o.l.v Jos Pickers; 11.00 sluiting.
HILVERSUM 1875 M. V.A.R.A. 8.15
Lichaamsoefeningen; 8.40 Toespraak voor de
Fed v. Arbeiders Esperantisten. A. Veen: „Het
S.A.T. Congres in Stuttgart; 9.00 Postduifbe-
richten en voetbalmededeelingen; 9.05 Tuin-
bouwhalfuurtje door S. S. Lantinga; 9.30 Zon
dagmorgentoespraak door G. J. Zwertbroek;
10.00 V.P.R. O. Kerkdienst uit de Remonstrant-
sche Gemeente te Utrecht; 1200 A.V.RO. Tijd
sein; 12.01 Gramofoonmuziek; 12.15 Het Avro-
Klein-Orkest o.l.v. Willem Knikker; 2.00 Boe
kenhalfuur door Anna van GoghKaulbach;
2.30 Pianorecital door Gerard Hengeveld; 3.00
Aansluiting met het Kurhaus te Schevenin-
gen. Het Residentie-orkest o.l.v. Nico Treep.
Soliste Helene Cals, sopraan; 4.30 Gramofoon
muziek; 5.00 V.A.R.A Dilettantenuurtje. De
arbeiders-Muziek-Vereeniging „Kunst naar
Kracht" o.l.v. Dr. W. Grebel; en de gemengde
arbeiderszangvereeniging „De Volksstem" afd.
Waddinxveen o.l.v. P H. Janssen; 6.00 Vara-
orkest o.l.v. Harry Wiggelaar; 6.45 Literair half
uurtje door A de Jong; 7.15 Vervolg Vara-or-
kest o.l.v. Harry Wiggelaar; 8.00 A.V.R.O
Nieuws- en sportberichten door Persbureau
Vaz Dias; 810 Kovacs Lajos en zijn orkest, re
freinzang Bob Scholte m.m.v. „The Rhytm
Brothers"; 9.15 Felix Timmermans leest voor
uit eigen werk; 9.45 Het omroeporkest o.l.v.
Nico Treep m.m.v. Grethe Wijnschenk-Hogen-
birk zang en de „3 Brüder Nehring" xylopho
ne; 1130 Gramofoonmuziek; 12.00 Tijdsein en
sluiting.
BRUSSEL, 509 M. 6.50 Minnezangersliede
ren. Inleiding en zang door Maurice Rubeau
7.20 Gramofoonmuziek 8.20 Piano-recital
door G. Viala. Werken van Debussy en Mozart
9.20 Uit de Kurzaal te Ostende, concert oJ.v.
Francois Rassem, m. m. v. Elvira de Hidalgo.
KALUNDBORG, 1153 M. 12.20 Het omroep
orkest o.l.v. Emil Reesen 3.50 Concert door
het orkest o.l.v. Hilger Prehn 10.35 Popu
laire muziek door het omroeporkest, Emil
Reesen 11.20 Moderne dansmuziek door een
orkest o.l.v. Teddy Petersen.
HAMBURG, 372 M. 12.25 Concert door de
„Orchester Schule des Krüss Favber Konservatö-
riums", o.l.v. Albert Mayer-Reinbach 4.20
Militair-concert uit den Kurtuin v. üsenburg
o.l.v Max Homburg 6.20 Solistenconcert.
LANGENBERG, 472 M. 7.23 Havenconcert
1.20 Concert o.l.v. Eysoldt 7.20 Programma
van Leipzig 11.05 Concert uit München.
DAVENTRY, 1554 M. 1.20 Concert door het
Studio-orkest o.l.v. John Bridge uit North
Regional 4.35 Concert door het Radio-mili
tair-orkest o.l.v. Charles Leggett 5.50 Orgel-
'recital door Marcel Dunré 9.25 Concert door
het B. B. C. Orkest (Afd. C.) o.l.v. Stanford
Robinson.
PARIJS (Radio), 1725 Meter 8.05 Gramo
foonmuziek 12.40 Gewijde muziek 8.05
Circus Radio Parijs 9.50 Gramofoonmuziek.
MILAAN, 331 Meter 7.50 Gramofoon
muziek 8.50 „I Vespri siciliani", opera van
Verdi.
ROME, 441 Meter 9.05 „H menditore
ümumiiiiiiiiiiiiiii
oiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinini
lllllllllllllllllllllllllllllllllllll
Spoedig was er ln het bijendorp bekend, dat er een nieuw ko
ninginnetje gekomen was en Jaap ging met enkele zijner vrienden
op zoek naar een mooie korf. Eindelijk had hij er een gevonden,
ale naar zijn zin was en toen met een heel oude, afgeleefde bij
over den prijs onderhandeld was, ging Jaap naar de koningin toe.
De koningin was erg blij, toen ze hoorde, dat Jaap al zoo gauw
een korf gehuurd had en het jonge bijtje wilde direct gaan zien
of haar huis mooi genoeg was. Op een draagstoel gezeten werd de
nieuwe koningin naar de korf gebracht en Jaap, die voor deze
gelegenheid een mooie muts had gekregen, liep met een vlaggetje
voorop om den weg te wijzen.
Nu wij smelten van de hitte
En je dunne tricot kleeft,
En alleen een bad- of strandpak
Eenige verluchting geeft,
Nu je hoed je ook te veel is,
Ieder kleedingstuk je kwelt
En de weerprofeet, die Bilt heet
Nog meer hitteweer voorspelt,
Nu je leeft van ijs en drinken,
Drank, die samenvoelt met koud,
En een douche van ijskoud water
Iemand op de beenen houdt,
Nu je zóó al loopt te zweeten,
Zonder dat je zelfs iets doet
En alleen het woordje hitte
Karnemelk maakt van je bloed,
Nu. nog hangt men aan de Mode!
Want alleen op dezen grond,
Daar 't verstand wordt uitgeschakeld,
Zie je dames met eenbont!
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
veridico", vroolijk spel met muziek van Gae-
tano Zuccoil.
WEENEN, 517 Meter 7.55 Anton Tausche,
bariton, zingt muziek van Schubert 10.55
bariton uit den Waldsteingarten. Kapel Isy
Geiger.
WARSCHAU, 1412 Meter 5.20 Operaconcert.
Het omroeporkest onder leiding van J. Om-
zinski 8.20 Philharmonie van Warschau
onder leiding van J. Omzinski 9.20 Ver
volg Concert 11.10 Dansmuziek.
HUIZEN, 296 M. N.C.R.V. 8.00 Tijd
sein en schriftlezing 8.15 Morgenconcert
10.30 Korte ziekendienst door Ds. P. Hakke-
steegt 1100 Lezen van Chr. lectuur 11.30
Gramofoonplaten 12.00 Politieberichten
12.30 Orgelconcert door Jan Zwart 2.00
Gramofoonmuziek 2.35 A. J. Herwig. Be
antwoorden van vragen over Tuin- en Kamer
planten 3.15 Cursus knippen en naaien
3.30 Cursus stof versieren en hoeden maken
3.45 Verzorging zender 4.00 Ziekenuurtje
door Ds. H. Haspee 5.00 Kwintet o.l.v. Piet
v. d Hurk 6,30 Vragenuurtje 7.30 Politie
berichten 7.45 Ned. Chr. Persbureau 8.00
Tijdsein 8.00 Concert door de Katwijksche
Mondorgelclub „Concordia" 9.00 G. v. Ra-
venzwaay: De arbeid van onze Christelijke
koren" 9.30 Liederen-recital door Mevr.
Ina Mulder—Belser 10.40 Persbureau Vaz
*Dias. 10.50 Gamofoonplaten.
HILVERSUM, 1875 M. V.A.R.A. 6.45
Lichaamsoefeningen o.l.v. G. Kleerekoper
7.30 Idem 8.00 Tijdsein en Gramofoonmuziek
V.P.R.O. 10.00 Morgenwijding - V-A.R.A.
10.15 Adolf Bouwmeester: Hoe Russische
soldaten sterven, Tolstoj 10.30 V.A.R.A.-
Mandoline-Ensemble 10.50 Adolf Bouw
meester: De eerlijke dief 1120 V.A.R.A..
Mandoline-ensemble 11.35 Gramofoonmu
ziek 11.45 Voordracht door Adolf Bouwmees
ter: Dokter Doloriscausa, Joh. Steynen 12.00
Tijdsein 12.01 Vara-Septet o.l.v. Is. Eyl
I.45 Verzorging zender 2.15 Nederlandsche
schrijvers en dichters voor de microfoon. J. B.
Lalink leest uit eigen werk 3.00 Geschiede
nis der muziek op gramofoonplaten (Percy
Scholes) Toelichting door A. v. d. Rijst 3.30
Na schooltijd. Kindervertellingen door W. van
Capellen 5 00 V.A.R.A.-Septet 6.15 Voor
dracht door Kees Bakker 6.30 Orgel, viool
en cello, door Joh. Jong 7.15 Kees Bakker:
Frragment uit „Het meisje met den blauwen
hoed." Joh. Fabricius 7.30 Orgel, viool en
cello - 8.00 Als de liefde sterft - 8.20 V.A.R.A.
orkest o.l.v. H. Tiggelaar 9.00 Lies vertelt
een tooneelstuk. Hoorspel in één tafereel
9.15 V.A.R.A.-orkest 10.00 Persbureau Vaz
Dias 10.15 Orgelspel door Joh. Jong 10.30
Gramofoonmuziek 10.40 V.A.R.A.-orkest
II.20 Gramofoonmuziek 12.00 Tijdsein en
sluiting.
BRUSSEL 509 M. 12.20 Concert door het
Radio-orkest. 1.30 Vervolg concert. 8.20 Uit
zending m. m. van „Le Theatre Wallon de
Namur" 9.20 Uit het Casino te Knocke.
KALUNDBORG 1153 M. 12.25 Uitzending
uit het Bellevue-Strandhotel. 5.20 Gramofoon
muziek. 8.20 Het Omroeporkest o. 1. van Lau-
ny Gröndahl.
HAMBURG 372 M. 11.50 Concert uit Han
nover door het Symphonieorkest van het
„Deutsche Musikverband." 1-35 Gramofoon
muziek. 2.30 Idem. 4.50 Concert.
..KÖNIGSWUSTERHAUSEN 1635 M. 12.25
Gramofoonmuziek. 2.20 Idem (Berlijn). 11.10
Van Leipzig: Populaire muziek door de Kapel
Plietzch-Marko.
LANGENBERG 472 M. 12.20 Populair Con
cert door het Omroeporkest van Mtihlacker.
1.50 Concert o. 1. van Eysoldt. 5.20 Vesper
concert. 11.05 Concert. (Zie Mtihlacker).
DAVENTRY 1554 M. 12.20 Concert door The
English Trio. 1.05 Concert door het Commo
dore Grand-Orkest o. 1. van Jof. Muscant. 2.20
Gramofoonmuziek. 4.20 Concert door Leonardo
Kemp en zijn orkest.
PARIJS-RADIO 1725 M. 12.20 Gramofoon
muziek. 4.50 Concert. Uitzending uit het Ame-
rikaansche conservatorium te Fontainebleu.
MILAAN 31 M. 8.20 Gramofoonmuziek. 8.40
Concert. 10.20 Orkestconcert.
ROME 441 M. 8.20 Gramofoonmuziek. 9.35
Populaire muziek m. m. van orkest en solisten.
„En toch moet er iets gedaan worden," zeide
van Leeuwen, terwijl hij op de hem eigen wijze
wat asch van z'n sigaar tikte. „Wie niet hee-
lemaal blind is moet zien, dat er voor het
meisje geen andere man meer bestaat en dat
ook Eddy tot over zijn ooren op haar verliefd
is. Maar als hun beiden niet een gunstige ge
legenheid wordt geboden om zich eens uit te
spreken, dan ben ik bang, dat het over een
jaar nog altijd bij het stevige handdrukje en
iets meer dan een vriendschappelijk knikje
blijft. Men kan nu eenmaal niet verwachten,
dat zij hém ten huwelijk vraagt en de jongen
is veel te verlegen. Neen, m'n beste, hier moet
gehandeld worden."
„Wat kan ik daar in 's Hemels naam aan
doen," piepte ik.
„Laat mij dat varkentje maar eens was-
schen", hernam van Leeuwen. „Eddy en Nonny
verkeeren altijd in groote gezelschappen, in
clubs, of op partijtjes en daarin schuilt juist
de fout. Het eenige wat hun ontbreekt is het
romantische tintje, maneschijn, heldere mane
schijn, heldere sterrenhemel en geklots der
golven op den achtergrond, kortom het samen
zijn zonder door anderen gestoord te worden."
,Je bedoeltbracht ik schuchter in.
„Inderdaad," ging van Leeuwen voort, „ik
wil die twee eens hier inviteeren. De natuur is
hier om teen dan dat meertje bij avond
met een glimlachend maantje, mensch
heerlijk."
„Alles goed en wel," merkte ik op, „maar
het meer is toch altijd een paar uur van je
huis."
„Juist daarom is deze gelegenheid zoo prach
tig", ging van Leeuwen voort. „Maar luister:
Eddy en Nonny zullen dan tegen acht uur aan
het station H. aankomen. Jij bent dan daar
WEENEN 517 M. 7.55 Volksliederen-con
cert m. m. van de Duitsche Volkszang-Veree-
niging. 8.45 Het Weensche Symphonie-orkest
o. 1. van Hermann Scherchen. 10.40 Dansmu
ziek door het Jazz Orkest Karl Krall.
BEROMUNSTER 460 M. 7.20 Gramofoon
muziek. 8.20 Moderne dansmuziek. 9.10 Tanze
von anno dazumal. Het omroeporkest o. 1. van
Erwin Gilbert. 9.30 Concert voor bazuin en
orkest, Grafe. Het omroeporkest o. 1. van H.
Hofmann m. m. van Walter Schwinger, ba
zuin. 10.05 Concert door het Omroeporkest.
WIJZEN WIJ NAAR DEN KATHOLIEKEN
VOOR NADERE BIJZONDERHEDEN VER-
RADIOGIDS
zacht en geneest men met
Doo» 30-60-90 ct. Tube 80 et,
Bi) Apcth en Drogisten
met je wagen om ze af te halen. Vindt een
excuus voor mijn afwezigheid. Op den terug
tocht ter hoogte van den weg naar het meer
wordt je auto defect. Na wat gepeuter en ge
zoek en flink op het merk te hebben afgegeven,
zie je de noodzakelijkheid er van in thuis een
of ander gereedschap of desnoods benzine te
gaan halen. In den tijd dat je weg bent, krij
gen die twee eens een mooie gelegenheid elkaar
te vertellen wat ze op het hart hebben. Kort
om, hoe je het klaar speelt is me eender, ars
je maar zorgt, dat de opzet lukt."
„Amice, dat zul je toch niet van mij verlan
gen? Op een nacht eventjes vijf kilometer te
tippelen en later met een bus benzine dat zelf
de spelletje nog eens uit te halen, en dat
allemaal ter willen van
„Het geluk van twee menschen," voltooide
van Leeuwen. „Toen ik hen uitnoodigde, wa
ren het jouw woorden, dat beiden wel eens
een handje moest toegestoken worden, die me
dreven, en daarom is het me bijna een voor
recht dit zaakje nu eens aan jou op te dragen."
Mijn kennis van autotechniek is wanneer het
een band omleggen betreft, geweldig, en in
dien het vullen van de reservoirs een school
vak was, dan kreeg ik op m'n rapport er zeker
een 8 voor, doch voor de bijzonderheden van
den motor, zou ik met een drie al prachtig
voor den dag komen. Ik besloot daarom het op
een benzine-tekort te laten aankomen.
De vreugde van het weerzien op den bewus-
ten avond was groot. Alles ging naar wensch.
We reden weg en de motor trok prachtig op.
Wel brak me het angstzweet uit, dat niette
genstaande alle berekening de wagen niet op
de juiste plaats zou stoppen, doch bij het klim
men tegen een heuveltje begon de motor te
kloppen en na veel gesteun en gezucht ston
den we met een schok stil op een heel gunstige
plaats.
Iedere „huwelijksbemiddelaar" zou zich on
getwijfeld evenals ik vergenoegd de kin gestre
ken hebben, dat tenminste de eerste acte zoo
goed gespeeld was. Laat ik niet omschrijven
hoe grondig Eddy en ik den motor hebben na
gekeken en den geweldigen uithaal waarmede
dit in zijn werk ging vóór vastgesteld werd,
dat benzinegebrek de oorzaak was. Voldoende
zij, dat ik ten slotte verdween en beiden in
afwachting van m'n terugkomst de richting
naar het meer insloegen.
Bij mijn aankomst grinnikte van Leeuwen
en mompelde iets van voor een verlovings
maaltijd te zullen zorgen
De weg terug met de zware bus benzine en
een plagerig regentje was geen genoegen, doch
het vooruitzicht dat ook hieraan een eind zou
komen, gaf me kracht. Na veel gehijg en gepuf
bereikte ik eindelijk den wagen, waar tot mijn
groote blijdschap Eddy en Nonny hand in hand
op me zaten te wachten. De opzet was ge
lukt
Heel spoedig waren we weer thuis. Van
Leeuwen, z'n vrouw en ik popelden letterlijk.
Lang is onze nieuwsgierigheid niet op de proef
gesteld. Met hakkelende stem stotterde Eddy:
„Jullie, beste vrienden, zijn de eersten aan wie
we het vértellen
In trio krijschten we: „HeuschJul
lie
„Ja," zeide Nonny, „we hebben ons vonge
week verloofd
Van Leeuwen stak een nieuwe sigaar op, mt
hand jeukte van de zware benzinebus
D!1 verlies van een Cf) bij een breuk van f Af) bij verlies van *n
duim of wijsvinger T Dl/, "been of arm Tri/»" anderen vinger
rotuui
19
Ik wil genade, en geen gerechtigheid, snikte
de man. Om Gods wil, help me!
Maurice aarzelde. Weer werd de stilte van den
Vroegen morgen verbroken door dat heesche,
schrikaanjagende geluid. Zijn sportief instinct
Werd opgewekt. Hij had maar weinig sympathie
Voor het gebruik van zulke middelen tegen men-
schelijke wezens.
Ik zal u een kans geven, zeide hij. Denk
eraan, het is niets meer dan een kans. Kom mee.
Hij ging den ander voor naar de leigroeve.
Kunt u zwemmen? vroeg hij.
Ja, antwoordde de man.
Hier wasch ik me 's morgens, zei Maurice.
TJ zult zien, dat, hoewel u naar beneden kunt
klauteren, en onderduiken, de kanten te steil
zijn, om er weer uit te komen. Daarom heb ik
den anderen kant een touw vastgemaakt. Het
gaat door die boschjes, en zit om den stam van
een boom, onder het kreupelhout. Als u naar den
overkant zwemt, kunt u u zelf uit het water op
trekken, en u juist boven den rand van het wa
ter tusschen de planten verbergen. Er is net een
kans, dat u aan alle waarneming ontsnapt.
Hij klauterde al naar beneden, doch Maurice
hield hem nog even staande:
Ik zal een stel droge kleeren in de hut ach
terlaten, zeide hij. Als ze de jacht mochten opge
ven, kunt u ze gerust nemen. Nu moet u het
water in. Ze zijn al in het kreupelhout.
De man sprong te water, als een geoefend dui
ker. Maurice keerde zich om, en begaf zich weer
naar zijn tijdelijk verblijf.
XIV.
Buiten op den weg bevond zich een kleine,
bonte groep mannen. Charles Bell sprong juist
van zijn paard. De honden waren al bij de hut.
Wat, voor den duivel, doet u hier? vroeg
Bell, toen Maurice tusschen het kreupelhout te
voorschijn kwam.
Maurice wees naar de hut.
Ik kon geen ander onderdak vinden, ant
woordde hij, dank zij de omstandigheden, die
u kent.
Charles Bell trapte het hek open. Hij was
bleek, en er waren donkere kringen onder zijn
oogen. Hij was nog in avondtoilet, behalve een
jas van ruwe stof, die hij aangetrokken had;
maar zijn witte das hing los, en zijn lakschoe
nen waren bespat met modder.
We jagen een man op, zei hij. Hebt
hem misschien gezien?
Ja, antwoordde Maurice. Wat heeft hij ge
daan?
Er was een ooogenblik stilte. Dan zei Bell,
met een snik:
Hij heeft mijn vader vermoord.
Maurice was diep getroffen.
U bedoelt dat mr. Bell dood is? vroeg hij,
op een toon van verbijstering.
Dood! antwoordde de jongeman met een snik.
Vermobrd in zijn stoel.
De honden kwamen thans uit de hut, en
richtten zich naar het kreupelhout verder op.
De kleine groep kwam nu door het hek binnen.
Ik heb onderdak gegeven aan een man, die
bekende, dat hij in moeilijkheid was, zeide hij
ernstig. Hij hoorde de honden, en werd razend
van angst. Hij is in de leigroeve gesprongen.
De honden waren thans op het spoor. Zij
volgden het tot den rand van de groeve. Hier
waren de struiken platgetreden en een pet hing
aan één ervan, dicht bij het water. Zij bogen
allen voorover, en staarden in het water, dat
onnatuurlijk zwart zag. Amies, de hoofd
opzichter, richtte zich op.
Het is 25 voet diep, sommigen zeggen 40,
en het is een loodrechte kant, verklaarde hij op
indrukwekkenden toon. We zullen moeten
dreggen naar het lijk.
Laten we liever de honden naar den
anderen kant brengen, en ons vergewissen, of
hij er daar soms weer uitgekomen is, zei een
uit de groep.
Amies wees verachtelijk naar den steilen
kant. Zoo iets was absoluut onmogelijk. Niette'
min werden de honden naar den overkant ge
bracht. Een minuut of wat waren ze onrustig,
maar tenslotte kwamen ze terug naar de plaats,
vanwaar hun prooi gedoken had. Allen tuurden
als betooverd in het donkere water.
Ik dacht zoo, alsdat ze een of twee keer
boven kwamen, vóór ze verdronken, merkte er
een op.
Niet, als ze niet willen, antwoordde een
ander. Hij was gek van angst, en had niet
al te veel zin. Hij wist wel, dat de appeltjes
gaar waren.
De honden werden gemuilband, en wegge
bracht. Een voor een verspreidden de boeren en
knechts zich. Twee van hen gingen telegra-
feeren om een dreg. Charles Bell was een der
laatsten, die vertrok.
Ik hoop, dat u mij wilt toestaan, u te zeg
gen, hoe ik met u begaan ben, zei Maurice ern
stig. zulk een drama in een plaats als Ru-
lery lijkt bijna ongeloofelijk. Ik veronderstel,
het hier een poging tot diefstal betrof?
Ik weet het werkelijk niet, antwoordde Bell.
Er was een hoop geld onaangeroerd geble
ven, en ik kan niet ontdekken, of er iets ont
breekt. De man kwam, toen de dienstboden al
naar bed gegaan waren, maar ze hoorden hem
aan de deur kloppen, en dat mijn vader hem
binnen liet.
Ze hoorden dus geen worsteling, of zoo?
vroeg Maurice.
Bell schudde het hoofd.
.Hij kreeg waarschijnlijk alleen een klap
op zijn hoofd, antwoordde hij. Graikson zegt,
dat hij misschien dood gebleven is van den
schrik.
Maurice voelde zich merkwaardig opgelucht.
De man kwam dus niet, om te vermoor
den, zeide hij. Misschien niet een om te ste
len. Er kan een twist plaats gehad hebben.
In ieder geval heeft hij hem gedood, zei
Bell gebroken. Hoe laat was het, dat u hem
het eerst zag?
Omstreeks middernacht, denk ik zoo,
antwoordde Maurice. Hij kwam als een
dronkeman den weg af.
Hoe zag hij er uit? vroeg Bell.
Hij was klein, en een vreemdeling, zou ik
zeggen, antwoordde Maurice. Hij sprak vol
maakt Engelsch, maar met een accent, en toen
hij sliep, sprak hij in zichzelf in een taal, die
ik. naar mij beste weten, nog nooit eerder in
mijn leven gehoord heb.
Een vreemdeling? mompelde Bell. Bent
u daar wel zeker van?
Volkomen zeker, antwoordde Maurice.
Daar kon ik me niet in vergissen.
Charles Bell steeg weer op zijn paard en
wendde het dier in de richting naar huis. Hij
stelde geen vragen meer. Hij scheen, zoo mo
gelijk, nog ernstiger dan eerst. Doch vóór hij
wegging, wees hij met zijn zweep naar de be
schutte plaats.
U hebt geen recht om daar te verblijven,
dat weet u? zei hij. We kunnen het niet toe
laten. U moet onmiddellijk opruimen.
Heel goed, antwoordde Maurice. Ik
maak me schuldig aan een overtreding, na
tuurlijk, maar men moet toch èrgens slapen.
Er is voor u heelemaal geen noodzaak, om
op Rulery te blijven, zei Bell, Ik geloof, dat
het beste wat u onder de omstandigheden
doen kunt is, heen te gaan.
Onder de omstandigheden?
De ironie van deze woorden trof hem diep.
Wat wist deze jongeman van de omstandighe
den? Ja, er waren redenen, nu, waarom hij
van Rulery zou wegvluchten, alsof de plaats
door den duivel bezeten was. Maar geen le
vende ziel kon die redenen kennen, behalve
hij zelf.
Ik zou er voor het oogenblik natuurlijk
niet aan kunnen denken, om mijn voordrachten
te houden, zei Maurice ernstig. Als u denkt,
dat het beter zou zijn, zal ik weggaan.
Charles Bell knikte, terwijl hij wegreed. t
Ik ben blij, dat ik het hoor, zei hij kortaf,
Gaat u in de steden preeken, waar dit schuim
vandaan komt. D^r is werk in overvloed voor
menschen als u.
Maurice bleef staan, tot de jongeman op zijn
paard verdwenen was. Dan wendde hij zich-
om, en ging langzaam terug naar de leigroeve-
Het zwarte water bleef effen en zonder rimpels.'
Er was nergens een geluid van een menschelijk
wezen te hooren. In het aangrenzende veld was
een ftiaaimachine aan het werk. In het kreu
pelhout waren de konijnen, die in den afgeloo--
pen nacht opgeschrikt waren door den storm-,
nog darteier aan het heen en weer draven, dan
anders. Een eenzame lijster floot ergens op den(
achtergrond. Het zonlicht lag in grillige stree—1
pen over het struikgewas. Een zachte bries uitd
het Westen deed juist het gebladerte boven zijn'
hoofd bewegen. Er was niets in de lucht, wat'
op eenigerlei wijze deed denken aan het vreemde,
tragische element, dat de komst van dezen op-^
gejaagden man niettemin gebracht had.
.(Wordt vervolgd)?