AVONTUREN IN JEMEN SMOKKELHANDEL NAAR OMHOOG E VIJANDEN VAN HET BIJENDORP RADIO-PROGRAM Het Geboortebewijs Kobiis Lang van DE VROUW MET HET MASKER ZATERDAG 27 AUGUSTUS Een reportage uit het heilige land van den Imam DUUR PENSION Aan het werk!... Bankbiljetten en een „gekke" Giaur... Overvallen en gevangen... Allah is genadig!... Zeewater als medicijn Zondag 28 Augustus VERHAAL VAN DEN DAG Maandag 29 Augustus AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL FEUILLETON as 6-= Sedert enkele dagen snijdt het vuilste en «Herigste van alle vrachtschepen ter wereld ?oor de olie-achtige golven van de Roode Zee. kokende gloed van de ziedende zonneschijf ®eeft zelfs de alleen in lendedoeken gehulde jatrozen als doode vliegen op het dek neerge teld. Kapitein en eerste officier, beiden diklijvige ^vantijnen, houden siesta en laten zich door koolzwarten Soedan-jongen bedienen, die 's morgens vroeg tot 's avonds laat met ;erfrisschende dranken onderweg is, van de feuken naar de kapiteinskajuit en van de kapi- teinskajuit naar de keukenAlleen de brom merige Xersche machine-ingenieur soest op de c°mmandobrug. Als de kust, een dunne lijn, in zicht komt, pinkelt de telegraaf en de machine stopt. Nog wee uur heeft men den tijd, voordat het duis ter invalt en ons vaartuig, dat onder Portu- tf'esche vlag vaart, en wiens eigenaar en be vrachter in Lionden den Zondag vieren, heeft liet den minsten lust om in Hodeida binnen te °open. Met havenautoriteiten en douanen wil Ge „Manuela" niets te doen hebben. In haar liimen heeft zij rijst, Javaansche suiker, Euro. teesché textielwaren en honderden balen tabak. Waar de dikke kapitein, die juist steunend en azend aan dek geklommen is en nu met zijn ^eiss-kijker den horizont afzoekt, heeft zijn £'gen methoden om de onderdanen van het heilige Imamaat Jemen tegen voordeelige prij- ^n van de verlangde genotsmiddelen te voor den. Als principieel tegenstander van de grens. Wieven wa'cht hij liever op de vriendelijke duisternis, die in aantocht is en schip en kust haar zwarten mantel hult. Alleen aan den Voorsteven brandt een lantaarn, die vanuit de hust als een dwaallichtje zichtbaar moet *Ün DuisternisMet het luieren is het thans Üedaan. De luiken van het ruim zijn wijd ge iend. Matrozen en stokers sjouwen kisten, vaten en balen naar het dek, de betaalmeester Vloekt, omdat er iets op zijn lijsten niet klopt en de eerste officier raast over een matroos, die Gestruikeld is en in het ruim is gevallen. Hij *noet iets gebroken hebben, want hij kreunt jammerlijk, maar men heeft nu geen tijd zich •bet hem te bemoeien, want ieder oogenblik hunnen de booten van den Arabischen smok kelaar opduiken, om de lading over te nemen. „Hoho!" klinkt het gedempt uit het duister en spoedig klautert een uitgemergelde kerel met een rooden baard aan boord, die den kapitein hartelijk in zijn beenige armen knelt. Hü is hoo mager als een skelet, ruim twee meter lang en zijn tulband lijkt wel een wagenwiel Twee of drie platte roeibooten, bemand met een paar dozijn naakte, bruine kerels, volgen hem. Het overladen neemt een aanvang. Een Eenvoudige kraan, die met de hand bediend V^ordt en een glijbaan van zeildoek vergemak, helijken het werk. De roodgebaarde man rekent onderwijl met flen kapitein af. Zij zijn oude vrienden en een dik pakje bankbiljetten, Engelsche Ponden, dat door de harige klauw van den kapitein teeder Geliefkoosd wordt, toont aan, dat in dit ge lukkige Arabië nóch crediet gevraagd, nóch toegestaan wordtZij zijn beiden vroolijk, berekenen in stilte hun winst en het is tijd, dat de Levantijn ook aan mij denkt. Ik stoor hem in zijn zalige overpeinzingenHij begrijpt. „Deze schriftgeleerde, o eerwaardige, wenscht het Rijk van den Imam onder de bescherming van uw vriendschap te betreden". Het duurt langen tijd, voordat de roode baard begrepen heeft, dat de „Giaur" (ongeloovige) geen visum heeft en niet wekenlang kan afwachten, totdat hij dit na langdradige diplomatieke besprekin gen verkregen heeft. Maar eindelijk voelt hij waar men heen wil, dat de /Schriftgeleerde" in Arabische kleeding wil landen, om op deze wijze vermomd de hoofdstad Sana te bereiken. Wat de smokkelaar het minste kan begrijpen, is het doel van dit avontuur! Alleen om te zien en het geziene te beschrijven? Allah! Wat zijn er voor gekken op de wereld?! Zijn bezwaren worden eerst overwonnen na het van eigenaar verwisselen van een bankbiljet De booten knarsen bij de landing op het strand stille helpers bergen geluidloos de waardevolle goederen, laden deze op kameelen, die kwaadaardig knorrend opstaan en wegge leid worden. Scherp Zuid-Oostelijk gaat het aan armzalige vlekken voorbij, waar honden oorverdoovend blaffen en nomaden in tenten in hun Talmoed verdiept zijn. Plotseling houden wij halter vallen schotenéén, twee, een gilsalvovuur! In een hinderlaag ge vallen! Een sterke afdeeling kameelruiters, die er al niet veel vertrouwenwekkender dan de smokkelaars uitzien, heeft ons ingesloten en vuurt zoolang, tot de overwonnenen ten teeken van overgave hun armen omhoog steken. On danks de dolle schietpartij schijnt geen van allen ernstig gewond te zijnalleen een ka meel wentelt zich in zijn bloed. Een schot van een der kameelruiters verlost het dier uit zijn lijden. In den grauwen morgen marcheert een lan ge rij, met touwen aan elkaar gebonden smok kelaars over den weg, waaronder een dood moede „schriftgeleerde", die nu mag nadenken, of het wel verstandig is om zonder visum het land van den Imam Mohammed Yahya te be treden. De knorrende, leege maag roept vree- selijke visioenen van Arabische rechtspraak op: afgehakte neuzen, afgesneden ooren, af gekapte armenTegen 9 uur 's morgens be reiken wij een ellendig dorp van ongeveer 20 leemhutten. Hier wordt rust gehouden. De ge vangenen krijgen water, terwijl de soldaten een soort boonengerecht, dat men inderhaast op eenige vuren toebereidde, naar binnen wer ken Dan gaat het urenlang door mul zand, tot dat de eerste huizen van Hodeida opduiken. Nauwe stegen, kale muren, schreeuwende straatjongensEen oud gebouw neemt ons opgeweerkolven wijzen ons onzacht den weg naar een lager gelegen kelderverdieping, die in een eeuw niet schoon gemaakt schijnt te zijnvuil, schimmel, spinnen, kakkerlak ken en rottende afval van allerlei soort zorgt hier voor een aangename verpoozing. Ik vlucht van de eene plaats naar de andere, tot groot ongenoegen van de smokkelaars, die zich, alle kakkerlakken ten spijt, heerlijk te slapen leg gen en hartverheffend snorken, hun lot in de handen van Allah stellend, met de berusting van den waren Oosterling „Effendi", zegt de witgebaarde rechter na het derde kopje koffie, „onze hooggeëerbiedig- de Heer en Gebieder, de Imam Yahya Moham med el Muetawakil ibn Hamid ed Din, dien Allah moge zegenen, heeft genade voor recht laten gelden. Hij luisterde naar de stem van den consul, die voor uw onschuld opkwam. De Imam is barmhartig en een vader der dwalen- uiiiiiiiiinmiminn Tegenwoordig wijst de richting Wel een beetje naar omhoog, Evengoed bij wetenschappen, Handelsman of theoloog. Denk maar aan Piccard z'n reisje, Of raketten naar de maan, En den vliegtocht, met familie, Nog wel over d' Oceaan! Zelfs het kwik stijgt bij vacantie, Ook de bèurs staat niet zoo slecht. Slechts bij stijgen van de koersen Komt de beursman goed terecht! Want omhoog gaan is vooruitgang Wat omhoog gaat, gaat vooruit. Ja, dat klinkt nu wel heel aardig, Maar het komt niet altijd uit! Dit begrijpt de Amsterdammer, Nu de rekening niet klopt En de Stad haar rijke uitlaat Uit bezuiniging niet stopt! Dus weer hooger de belasting Is het somber perspectief. Maar, helaas, is zóó'n vooruitgang Voor de burgers negatief! MARTIN BERDEN (Nadruk verboden) den. II behoeft slechts 10 Pond Sterling voor de „verpleging" in de gevangenis te betalen en dan moogt gij het zeilschip nemen, dat u naar Aden zal brengen. Allah is genadig, en zal u voor storm en voor de daemonen van de Zee behoeden. Maar denk er voortaan aan, dat het den ongeloovigen niet past, het land van den Heiligen Imam te betreden! Zijn toorn is ditmaal langs u gegaan, doch waag het niet, dien toom een tweede maal op te wekken!" „Zeg uw Heer en Gebieder eerbiedig dank! Maar 10 Pond voor twee schotels rijst en een kruik wateris dat niet wat veel? „Wij hebben u niet geroepen, Effendi! D heeft gegeten en gedronken den prijs be palen wijDank den Schepper en ga in Vrede!" Het is zeer weinig bekend, dat zeewater ook inwendig als geneesmiddel wordt gebruikt, natuurlijk alleen in zorgvuldig afgepaste hoe veelheden en na een grondig onderzoek door een arts. Deze medicijn kan onder bepaalde omstandigheden een groote genezende, ver sterkende en voedende werking uitoefenen en wordt den laatsten tijd meer en meer gebruikt Het wordt gereinigd en al dan niet verdund ingenomen of geïnjecteerd. Innemen is niet in alle gevallen mogelijk; 'het heeft ten ge volge, dat de huid beter met bloed .wordt ver. zorgd en daardoor beter werkt. De resultaten zijn meestal beter, wanneer het zeewater wordt toegediend door onderhuidsche inspuitingen Het is opvallend, hoe goed de weefsels het zeewater opnemen. Wel treedt tengevolge der injecties dikwijls een lichte koorts op, doch in de gevallen, waarin deze behandeling wordt toegepast, is dit zelfs gewenscht. Soms treedt ook ongeveer veertien dagen na de injectie een algemeene reactie op, die verscheidene dagen duurt. Zeewater heeft goede resultaten ge geven bij maag- en darmstoringen, tuberculose van beenderen, klieren, huid en longen. Bij eczeem houdt het vochtig worden van de be trokken huidvlakte dikwijls reeds na de eerste of tweede injectie op; hierbij wordt de dosis op minder dan 30 kubieke c.M. bepaald. By bloedarmoede ziet men het haemoglobine- gehalte van het bloed snel stygen, terwyi in gevallen van krop, hardnekkige uitslag, haar uitval e.d. verrassende resultaten worden be reikt, wanneer dagelyks twee eetlepels zeewa ter in een bord soep wordt gebruikt. Onge- twyfeld hebben naast het keukenzout vooral de andere minerale zouten in het zeewater deze gunstige resultaten ten gevolge. Blij gezind ging Jaap naar huis, doch werd onderweg door zyn vrouw al opgevangen. Deze stond huilend voor hem: „Jaap", huilde ze, „de menschen hebben onzen korf vol rook gedaan. Ik heb nog net kunnen ontvluchten" en met dien uitroep zonk ze op den grond en kwam een heele poos daarna weer tot bewustzyn. „Niet huilen", troostte Jaap zijn vrouw, „ik heb dat al zoo dlk- wyis meegemaakt" en zonder dat mevrouw de Bie het zag wischte ook Jaap een traan weg. Toen zagen ze, dat een boer de korf op nam en er Sen honing uit deed en eerst tegen den avond drufde Jaap weer naar zijn woning te gaan. liliiiliHilillllllillllllH HUIZEN, 296 Meter 8.30 KRO Morgen wijding door pastoor L. H. Perquin O. P. 9.50 Kerkdienst uit Harlingen KRO 12.15 Lunchconcert 1.45 Causerie 2.10 Boeken en Schrijvers 2.30 KRO-orkest 4.30 Zieken- halfuur door pastoor B. de Jong NCRV Gewyde muziek 5.50 Kerkdienst uit Apel doorn KRO 7.45 Causerie van dr. R. Post 8.10 KRO-Kunstensemble onder leiding van Piet Lustenhouwer 9.10 Persberichten van het Persbureau "Vaz Dias 9.20 Symphonie- concert 10.40 Epiloog door het Kleine Koor onder leiding van Jos. H. Pickkers. HILVERSUM, 1875 Meter VARA 8.15 Lichaamsoefeningen onder leiding van G. Kleerekooper 9 uur Postduivenberichten en voetbalmededeelingen 9.05 Tuinbouwhalf- uurtje door S. S. Lantinga: „Nieuw Natuur schoon" 9.30 Orgelspel door Johan Jong Kerkdienst uit de Ned Herv. Kerk te Goor 11.30 Zondagmorgen toespraak door G. J. Zwertbroek AVRO 12.00 Tijdsein en Gramo- foonmuziek; Stedelijk orkest van Bourne mouth onder leiding van Sir Dan. Gadfrey 3.00 Aansluiting met het Kurhaus te Scheve- ningen; Residentie-orkest onder leiding van Ignaz Neumark; 12.30 Avro-Kamerorkest onder leiding van Louis Schmidt; Intermezzo: zang door het dubbelmannenkwartet „Orpheus" Breda, onder leiding van G. Buwalda 2.00 Boekenhalfuurtje: Albertine Draayer de Haas spreekt over: „Rembrandt" van Hendrik van Loon (d. i. in verband met de Rembrandt- tentoonstelling)2.30 cellorecital door Mischel Cherniavsky 3.00 Aansluiting aan het Kur haus te Scheveningen; Residentie-orkest onder leiding van Ignaz Neumark. Soliste: Mara Dvx- hom, zang; Pauze: Gramofoonmuziek VARA 5.00 Dilettantenuurtje VPRO 6.00 Boeken halfuur 6.45 Wijdingsuur AVRO 8.00 Vaz Dias Daarna Kurhaus 9.15 Clinge Doorenbos en gram. muz. 9.45 Omroeporkest onder leiding van Nico Treep 10.15 Omroep^ orkest li.00 Kovacs Lajos en zijn orkest. BRUSSEL 509 M. 5.20 Dansmuziek uit de Kurzaal te Ostende 6.20 gramofoonmuziek 7.05 gramofoonmuziek 8.20 concert door net Radio-orkest o. 1. v. Karei Walpot 9.20 con cert o 1. v. Rasse. KALUNDBORG 1153 M. 3.50 Orkest o. v. Prehn 8.20 Deensche muziek, door het Omroeporkest o. 1. v. Launy Gröndahl 10.20 dansmuziek uit „Wivex" o. 1 v. Teddy Petersen BERLIJN 419 M. 12.50 middagconcert 3.50 concert 4.50 populair concert 8.20 concert 9.00 muziek bij zangspelen van Goethe, omroeporkest o. 1. v. Bruno Seidler Winkler. HAMBURG 372 M. concert o. 1. v. Nie mann 5.20 „Die Weser" luisterspel in vier scènes van Lerbs 6.20 populair concert 10.55 dansmuziek. KÖNIGWUSTERHAUSEN 1635 M. Con- certen. LANGENBERG, 472 M. 1.20 concert o. v. Eysoldt 4.50 vocaal concert 8.20 populair concert 11.05 concert. DAVENTRY 1554 M. 12.0£ orgel recital 1.20 concert 2.35 gramofoonmuziek 3.20 concert 4.35 concert door B.B.C. orkest 5.50 cellorecital 9.25 concert 10.50 epiloog „In the Strength of The Lord God". PARIJS EIFFEL 1446 M. 1.45 concert o 1. v. Ed. Flament 8.50 gramofoonmuziek. PARIJS R. 1725 M, 8.05 gramofoonmuziek 12.50 idem 1.20 gramofoonmuziek 1.50 idem 4.20 concert 6.20 populaire gramo foonmuziek 8.20 omroeporkest 9.05 vervolg concert 9.50 voortzetting concert. MILAAN 331 M. 8.50 „Anima allegra", opera in drie bedrijven. ROME 441 M. „Die lustige Witwe" ope rette in drie aetes. WEENEN 517 M. 7.55 Serge Abranovic zingt 10.35 Otto Rönsen en zijn orkest. WARSCHAU, 1441 M. 5.20 Omroeporkest o. 1. v. J. Oziminski 6.40 populaire orkest concert 8.20 De Philharmonie van War schau o 1. v. J. Oziminski 10.20 dansmuziek 11.10 dansmuziek. BEROMüNSTER, 460 M. 7.20 Tijdsein en gramofoonmuziek. HUIZEN, 296 M. N.C.R.V. 8.00 Schrift lezing 8.15 Morgenconcert 10.30 Korte ziekendienst door Dr. F. W. C. L Schulte 11.00 Lezen van Chr. lectuur van Vollenhoven 11.30 Gramofoonmuziek 12.00 Politiebe richten 12.30 Orgelconcert 2.00 Gramo foonmuziek 2.30 Nic. Dixon: „Leven en arbeid van Soendar Singh" 3.00 Gramo foonmuziek 3.15 Knipcursus 3.30 Cursus in knippen en stofversieren 3.45 Verzorging zender 4.00 Ziekénuurtje 5.00 Concert 6.30 Vragenuurtje 7.30 Politie-berichten 7.45 Persberichten van het Ned. Chr. Pers bureau 8.00 De Haarlemsche Orkestvereenl- ging o.l.v. Frits Schuurman 9.00 G. Westra: „Het vyftigjarig jubileum van den St. Gott- hardtunnel" 9.30 Vervolg concert 10.00 Persberichten van het Persbureau Vaz Dias 10.30 Gramofoonmuziek. HILVERSUM, 1875 M. A.V.R.O. 8:00 Tüdsein en gramofoonmuziek 10.00 Morgen wijding 10.15 Gramofoonmuziek 10.30 Oohtendconcert door het ensemble Rentmees ter. Tussehenspel van gramofoonmuziek 12.30 Kovas Lajos en zijn orkest. Tussehenspel van gramofoonmuziek 1.45 Rustpoos voor de N. S. F. voor het verzorgen van den zender 2.00 Zangrecital 2.30 Max Tak: „Turf in Lusteloos, languit op z'n buik, z'n hoofd ge steund in z'n beide handen, lag Joost Torn op het dek van de „Noor", die in de drukke haven stad op bevrachting wachtte. Joost had eeni- gen tyd liggen suffen boven een krant van een week oud, toen eensklaps z'n aandacht viel op een advertentie. Hy uitte een kreet van verrassing, sprong overeind en zei tegen z'n maat, die tegenover hem op z'n mondhormonica zat te spelen: „Allemachtig! Als dat nu geen puur geluk en een buitenkansje is! Kijk eens Bram!" Hij overhandigde de krant aan den aange sprokene en de ander las: „Indien Kobus Lang, geboren te Zandwük, matroos, zich in verbinding wil stellen met den ondergeteekende, zal dit in zijn voordeel zyn. Mr. J. Vermeylen, Hoofdstraat 71, Noorddam". „Lang", mompelde Bram nadenkend. „Ik ge loof dat ik me dien vent herinner. La-me eens kijken. Was dat niet die kerel die we te Port- Saïd aan boord namen, toen de Korte z'n been gebroken had?" „Je hebt geiyk; iedereen noemde hem den mottige. Maar z'n werkelijke naam was Kobus Lang en hij was uit Zandwyk. Ik weet het, om dat ik z'n geboortebewijs in m'n zak heb". „Wat zeg je daar? Hoe kom je daaraan?" „Ik heb het gevonden tusschen andere pa pieren van hem, toen hy overboord geslagen was. Ik heb het maar bij me gestoken; je kan nooit weten hoe zoo iets te pas komt. Nu heb ik de kans om op 'n gemakkelyke manier aan een erfenis te komen". „Hoe weet je dat het een erfenis is?" vroeg Bram. „Natuurlijk gaat het om een erfenis...." viel de ander uit; „dat is het altijd als ze praten van een advocaat. Wat zou het anders zijn?" Joost nam weer de krant op, las de adverten tie nog eens en verviel in een diep nadenken Na eenige oogenblikken hief hij het hoofd op en sprak: „In ieder geval zie ik niet in, dat er iets op tegen is om eens naar dien advocaat te gaan en met dat geboortebewys in m'n zak me voor Kobus Lang uit te geven. Ik laat hem het ge boortebewijs zien. Lang heeft daar zelf lengte en andere dingen op geschreven en die kloppen allemaal heel goed met de myne". „Ik zou wel eens willen zien", lachte Bram, „of jij kans zag, er een advocaat tusschen te nemen. Je denkt zeker dat ze maar op dat eer lijke gezicht van jou zullen afgaan, en dat ze niet eens by den schipper zullen informeereii, voordat ze je die erfenis uitbetalen?" „Zoo gek ben ik niet. Maar als hij voorloopig gelooft dat ik Kobus Lang ben, zal hij me vast wel wat op voorschot geven. En voordat hij merkt dat ik hem voor den ged gehouden heb zijn we immers al lang weer hier weg. Het is in elk geval een aardige manier om eens een extraatje te hebben". „Ik geloof" opperde Bram, „dat het een aar dige manier is om een paar maanden te krij gen. Ik bemoei er me in ieder geval niet mee Ik houd me buiten schot". Den volgenden morgen maakte Joost z'n toilet met een zorg als hij er in jaren niet aan be steed had. Van den schipper had hij verlof gekregen om aan wal te gaan. In de wachtkamer by Mr. Vermeylen moest Joost geruimen tyd wachten. Hy trachte den tyd te dooden, door met boosaardige blikken den jongsten bediende schrik aan te jagen, die hem beleedigd had, door direct by z'n binnen komst het geldkistje in een la te sluiten. Eindelijk werd hy in 't privé-kantoor gelaten en bevond hy zich tegenover een langen, Hin ken, nog betrekkelijk jongen man, die achter een groot bureau, bedekt met stapels papieren, zat. Joost haalde de krant uit z'n zak en legde het doel van z'n komst uit. Toen hy den naam Kobus Lang noemde, werd de advocaat direct vriendelijker en noodigde hem uit te gaan zitten. ,Ik ben blij dat je eindelijk gekomen bent", sprak hij; „ik heb al verscheidene keeren een advertentie geplaatst. Maar voor we verder gaan, zou ik eerst wel eens willen weten of je kunt laten zien dat je Kobus Lang bent. Heb je papieren by je?" „Ik heb dit", antwoordde Joost, het geboor tebewijs te voorschyn halend. Het document scheen voldoende te zyn. De advocaat knikte gaf het Joost weer terug, en zei, nadat hij nog had gevraagd voor welke reederij Joost voer: „Juist. Nu kunnen we tot de zaak komen...." „Ja", zei Joost, die zich niet meer kon bedwin gen, „Ik wou U eigenlijk vragenof TJ.... ja, ziet U, ik begrijp wel, dat U mij die erfenis niet maar direct kunt uitbetalen, maar ik zou wel graag willen, dat U me wat op voorschot kon gevenU begrijpt, zeelui, die hebben al tijd.... En ik heb wel eens gehoord, dat dit wel meer gebeurt". „Dat is zoo", stemde de advocaat toe, „maar ik geloof, dat er een misverstand in 't spel is. Er is hier geen sprake van een erfenis". „Geen erfenis?!" herhaalde Joost verbouwe reerd. „Neen, het is een van die pijnlijke gevallen, waarbij je, in plaats van geld te krijgen, geld zult moeten betalen". Hij rommelde wat onder de papieren op zyn bureau, en haalde een brief voor den dag. „Ik heb een brief hier van je vrouw". „Van m'n vrouw?" herhaalde Joost, bleek wordend. Inwendig schold hij zich zelf uit voor een stommeling, omdat hij niet vermoed had dat het zoo iets zou zijn. Hij had altijd z'n best ge daan om niet in de netten van -de een of andere vrouw verstrikt te raken en nu werd hy met de vrouw van een ander opgescheept en zou hy er voor moeten dokken. „Ik begrijp best", hernam Mr. Vermeylen, „dat je bij de gedachte aan je vrouw een beetje in de war raakt. Ik moet echter erby zeggen, dat je haar niet mooi behandeld hebt. Sinds je haar twee jaar geleden verliet, heb je je heelemaal niet meer om haar bekommerd. Ze heeft er toen een rechtszaak van gemaakt en de rechtbank heeft je by verstek veroordeeld, haar per week zes gulden uit te keeren. Wanneer je niet in gaat op het voorstel dat ik je thans namens haar zal doen, moet ik je laten vervolgen". Joost streek met z'n tong langs z'n droge lip pen. „En dan..r. wat dan?" vroeg hij. „Ja, dan zal de reedery, waarvoor je vaart het van je gage moeten afhouden. Maar, ze wil niet hard tegen je zijn. Als je dit stuk teekent. waarin je verklaart dat de reederij elke week vier gulden voor haar van je gage mag afhou den, zal ze je niet laten vervolgen. Ik raad je sterk aan, het te doen, want anders zal je ze ker in moeilijkheden komen en moet je nog meer betalen". „En als ik weiger om te teekenen?" „Dan stuur ik direct om de politie". Joost zuchtte en nam de pen op. Hij wist dat er niets anders op zat. Met bevende vingers zette hij Kobus Lang" onder het stuk. Toen hij het document teruggaf, glimlachte de advo caat fijntjes. „Ik geloof, dat ik voor den gek gehouden ben", merkte Joost somber op. „U zei in de adverten tie, dat het in mijn voordeel zou zijn, als ik bij U kwam. Mr. Vermeylen lachte. „Is dat dan niet zoo?" vroeg hy. „Je bent veroordeeld om zes gulden per week te betalen en nu kom je er af met vier. Het is waar, je kon er ook niets anders uit op maken, maar dat was een handigheid, die een advocaat zich wel veroorloven mag Genoegelyk in z'n handen wryvend, leunde hy achterover in z'n stoel en keek Joost lachend aan. Deze keek hem op z'n beurt aan. „U schynt het erg leuk te vinden", merkte hy ten slotte op. „Natuurlyk heeft het geval z'n vermakelijke zyde", lachte de andere, „maar ik kan me best voorstellen, dat je m'n handigheidje niet zoo waardeert, als ik het zelf doe. Maar je moet me niet kwalijk nemen, dat ik er me een beetje over verheug, dat je zoo gemakkelijk in de val geloopen bent die ik voor je heb opgesteld". „O, aan kwalijk nemen denk ik niet", zei Joost onverschillig, terwijl hy opstond om naar de deur ging. „Het kan me eigenlijk niets sche len. In ieder geval zou ik maar niet naar de reederij schrijven als ik U was „En waarom niet?" vroeg de ander verbaasd. „Omdat" zei Joost, langzaam en duidelyk sprekend, „omdat Kobus Lang niet meer op de gagelyst staat. Hy is een paar maanden gele den over boord geslagen en verdrongen. U dacht dat i k het was maar ik ben het n i e t. Ik heb maar een grapje uitgehaald. Dat mag een zee man zich wel veroorloven. Maar ik kan best begrijpen, dat U het niet zoo aardig vindt als ik". je ransel" 3.30 Aansluiting met het Grand Hotel te Scheveningen; Jack Hollis en zijn or kest 4.30 Kinderuur door Rie Beyer 5.30 Orgelconcert door Pierre Palla 7.00 Boeken halfuur door Dr. P. H. Ritter Jr „Gesprd- che mit Mussolini" van Emil Ludwig 7.30 Gramofoonmuziek 8.00 A.V.R.O.-opera- uitzendingen, opera-fragmenten uit te voeren door leden van de N. V. Italiaansche Opera m.m.v. Het Omroeporkest o.l.v. Marini: Tus sehenspel van gramofoonmuziek 10.15 Weer berichten en Nieuwsberichten van het Pers bureau Vaz Dias 10.25 Omroeporkest o.l.v. Nico Treep 11.00 Aansluiting met hotel Hamdorff" te Laren (N.-H.). Dansmuziek door „The Ramblers", o.l.v. Masman. BRUSSEL (509 M.) 5.20 Concert door, het radio-orkest o.l.v. Frans André; 6.20 gramofoon muziek; 9.20 concert uit het Casino te Knocke. KALUNDBORG, 1153 M. 3.50 Uitzending uit Restaurant „Wivex"; 5.20 gramofoonmuziek; 8.20 concert door het Radio-omroeporkest o.l.v. Emil Reesen; 10.35 omroeporkest o.l.v. Emil Reesen. BERLIJN (419 M.) 9.30 concert door het kamerorkest; 10.35 Politische Zeitunsschau. HAMBURG, 372 M. 1.35 gramofoonmuziek; 2.00 gramofoonmuziek; 8.20 concert door het Norag-orkest. KÖNIGWUSTERHAUSEN (1635 M.) 2.20 gramofoonmuziek. LANGENBERG (472 M.) 12.20 populair con cert; 1.50 concert o.l.v. Eysoldt; 10.40 populaire en dansmuziek. DAVENTRY (1555 M.) 12.20 concert; 1.05 concert door het Commodore Grand orkest o.l.v. Joseph Muscant; 2.20 gramofoonmuziek; 7.30 gramofoonmuziek; 10.35 dansmuziek. PARIJS EIFFEL (1446 M.) 8.50 gevarieerd programma. PARIJS R. (1725 M.) 1.25 gramofoonmuziek; 4.50 concert; 9.50 concert. MILAAN (331 M.) 8.50 concert; 9.40 radio- tooneel; 10.20 concert. ROME (441 M.) 8.50 populair concert. WEENEN (517 M.) 8.50 „Das Scheudungs. soüper") omroepoperette in drie bedrijven; 10.35 gramofoonmuziek. WARSCHAU (1411 M.) 5.20 Politie Harmo nie-orkest: 6.40 dansmuziek; 11.10 dansmuziek. BEROMÜNSTER (460 M.) 8.20 Omroep orkest. VOOR NADERE BIJZONDERHEDEN VER WIJZEN WIJ NAAR DEN KATHOLIEKEN RADIOGIDlS A 17*. **L °P dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen f bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f *7Cf) bij een ongeval met f O Cf) bij verlies van een hand f Of bij verlies van een f Cfk by een breuk van Af) hy verlies van /\116 QDOIHi" o ongevallen verzekerd voor een der volgende ultkeeringen Ovlflr*"" verlies van beide armen, beide beenen of belde oogen f t/J/. - doodelijken afloop een voet of een oog# J. £iO.~ duim of wijsvinger c/l/«~been of arm f tri/,- anderen vin: 'n vinger Je ziet, hoe laat het is, riep hij uit en 26 zyn allemaal nog hier. Die twee ookl Holdemess knikte. Het meisje heeft gehuild, zei hij, en er ligt spoorboekje op de tafel. Nu is het onze beurt misschien, Elwyn. Neen, ik zou niet naar binnengaan. Wacht tot ze eruit komen. Zy bleven geruimen tyd in het gedrang staan. Ten laatste stond het gezelschap op en begaf £ich naar de deur. Letty en haar metgezel •hvamen het eerst. Het meisje had haar tranen Gedroogd, maar ze zag er nog bleek en ver strikt uit. Bell daarentegen was tamelijk opge dekt. Maurice greep haar by den arm, toen langs kwam. Letty, zei hy ernstig hebben jullie den rein gemist? Zij uitte een gesmoorden kreet, en deinsde ?fug, toen zy zag, wie het was, Maar zy her stelde zich sneL Mr. Maurice! riep zij uit. Wat hebt u me doen schrikken! Ik had niet gedacht dat ik u wéér zou zien. Maar nu die trein, Letty? vroeg hy nogeens. We hebben niet op den tyd gelet, zeide zy, terwijl haar oogen zich weer met tranen vulden. We dachten, dat het nog vóór tienen was en hei was al over elven. Ik weet werkelyk niet, wat moeder zal zeggen. Wat gaan jullie nu beginnen? vroeg hy. Zy keek zenuwachtig om zich heen. Mr. Bell zal ons bij kennissen van hem onderbrengen, antwoordde zy. En hij heeft beloofd, dat hij moeder alles uit zal leggen. Hy zegt, dat het zyn schuld is. Bell kwam nu toornig naderbij. Hoor eens even, zei hy tot Maurice bent u ons overal achterna geloopen? Neen, antwoordde Maurice kalm maar ik ben erg blij, dat ik u weer getroffen heb. Het spijt me, dat ik niet hetzelfde kan zeggen, zei Bell. Komaan, jullie! Letty beefde over haar heele lichaam. Wees nu niet zoo kinderachtig, Letty, zei Charles tot haar. Het wordt hoog tyd, dat we gaan; anders zijn de menschen naar bed. Doch het meisje keek maar, met wijd open gesperde oogen. Haar lippen rilden. Zij was totaal in de war zU was bang, en onwillekeu rig nam zij haar toevlucht tot Maurice. De menschen begonnen nu naar hen te kijken. Maurice geleidde haar naar buiten en Bell kwam achter hen aan, onder het uiten van woedende protesten. Holdemess volgde hen op den voet, Zeg eens even, begon Bell, terwijl hy zyn arm op Maurice's schouder legde. Maurice schudde hem van zich af. Mr. Bell, zeide hij, op gevaar af van onbeleefd te schynen, moet ik u verzoeken, dit geval aan mij over te laten. Wat, voor den duivel, hebt u daarmee te maken? riep Bell woedend. Ik kan niet anders doen, dan herhalen, wat ik gezegd heb, verklaarde Maurice. Bell wendde zich tot Letty, en de anderen, die hen gevolgd waren. Kom, Letty, vooruit, menschen, dezen kant uit! Doch Maurice liet hen niet gaan. Neen, zei hy, het gebeurt niet, als ze zelf niet wil. Er gaan nog meer treinen, dan die van tien uur. Bell keerde zich om, als om hem te slaan, maar Holdemess kwam tusschenbeide. Met zijn hoofd en schouders stak hy boven den ander uit. Ik geloof, zeide hy, dat ik het verzoek van mijn vriend moet steunen. Bell beefde van woede, doch antwoordde niet. We hebben er niet op tegen, dat u mee gaat naar het station, zei Maurice. Je kunt naar de w.... loopen, antwoordde Bell op woesten toon. Letty, wat wil je? Het meisje aarzelde. Dan wendde zy zich tot Maurice. Ik zou liefst naar het station gaan, en daar desnoods wachten, zei ze. Dan zullen we zoo vry zyn, je daarheen te brengen, zei Maurice. Precies, zei Holdemess bedaard. Het meisje zag zoo bleek als de dood en ver meed het, om naar Bell te kijken. Deze deed snel een pas naar haar toe. Heel goed, jongedame, zei hij. Ga dan maar, en blijf er dan ook maar. Zy begon weer te weenen. Ik wou dat ik je nooit gezien had, snikte zij, nooit! Hij draaide zich op zijn hielen om. Een scène wilde hij allerminst. Het kwam hem voor, dat een man van de wereld zulk een situatie kalm onder de oogen moest zien. Heel goed, zeide hy, daar zullen we het dan by laten. Hij bleef staan, om een sigaret op te steken, en slenterde weer terug naar het restaurant, dat zy zoo juist verlaten hadden. Letty weende nu op hartverscheurende wy'ze. De beide jongemannen keken elkander ietwat ontstemd aan. Dan begon Holdemess kalm te lachen. Je bent een pracht-exemplaar van een Don Quiehotte, om een avond mee door te brengen, zei hy zachtjes. XX. Het meisje weende nog altyd zachtjes. Zij greep Maurice bij den arm. Neem me niet kwalijk, mynheer, zei ze, maar ik geloof, dat ik toch maar beter met Charles en de anderen mee kan gaan. Denkt u, dat ik hen nog vinden kan? Ik geloof, dat je dat nu beter niet zou doen, Letty, antwoordde hij. Mijn vriend en ik 'zullen je op den trein zetten. Het is heel vriendelyk van u. mynheer, zei het meisje lusteloos, maar het komt er nu toch niet meer op aan. Moeder zal het me nooit vergeven en de anderen zullen alles overbrengen. Vanavond laat durf ik niet meer thuis komen. Dan zal ik maar liever hier blij ven. v We zullen eens overleggen, hoe we dat in orde brengen, zei Maurice. Ik wou alleen maar, dat ik een relatie in Londen ,had. Kun jy wat bedenken, Dick? Ik kan de jongedame by mijn vorige hos pita brengen, antwoordde Holdemess. Ik denk, dat die nu nog wel te bereiken is. Waarom kan ik niet naar het station gaan, en wacht entot den trein van vyf uur? zei Letty, in haar geweldigen angst voor de groote stad. Zy liepen langzaam in de richting van Picca dilly. Een fyne regen was beginnen te vallen, en de straten glommen reeds. Zy hadden geen van allen een parapluie, en Letty's hoed, met zyn gogedkoope lint en bloemen, vertoonde reeds teekenen van verval. Opeens kreeg Mau rice een idee. Wacht eens even, zei hy. Als je van nacht eens by miss Atherton logeerde, in haar huis in Berkeley Square? Daar zou toch zelfs" je moeder niets van kunnen zeggen, is 't wel? Het meisje keek op, met een plotselingen straal van hoop ophaar gelaat. Neen, dat denk ik tenmminste niet, gaf zen toe. Maar ik weet niet, waar het is, en ik geloof ook niet, dat ze me zouden opnemen. Ik weet, waar het is, zei Maurice, en of ze je opnemen, zullen w ij wel zien. Ik geloof, dat miss Atherton daar nu zelf is. Houd dat rijtuig even aan, Dick. Zy stapten in een juist voorbykomend rij tuig, en Maurice gaf den koetsier het adres. Het meisje begon weer alle vertrouwen te ver liezen. Het huis is zeker gesloten, zei ze. In ieder geval is er een huishoudster, zei Maurice vol vertrouwen. We zullen het wel klaarspelen, wees daar maar niet bang voor. Maar ik denk, dat miss Atheton er nu zelf is. Letty beefde van opwinding en angst. Ik ben doodsbang voor haar, bekende zij. Ze is zoo mooi, en ze ky'kt altyd naar je, alsof je heel ver weg was. Maurice werd opeens stil. Een stroom van herinneringen steeg in hem op. Hij had gezwo ren, dat hy ver van haar zou blijven. Zeker, dit was een heel andere zaak in zekeren zin was het een werk van barmhartigheid. Maar niettemin zou hy haar weer zien, al was het maar een oogenblik. Zijn hart bonsde geweldig. Hü keek haastig uit het raamvje. Ze waren reeds in Berkeley Square. Het rijtuig hield stü. Maurice keek omhoog. Voor verscheidene ven sters brandde licht, en een kleine auto stond voor de deur. Het huis is bewoond, zeide hy. Wees nu niet bang, Letty. Het meisje stapte uit, en klemde zich aan zyn arm vast, terwyl zy de straat overstaken. .(Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 11