Licht in de duisternis? Van de Perstribune Prikkeldraad De dempdraak is overgestoken EEN MISLUKT RELLETJE - VRIJDAG 9 SEPTEMBER Zou een priester ten onrechte niet vervolgd zijn? Ml Geenliberale Jaarbeurs ENKHUIZEN RESPECTEERT ZICHZELF De karakteristieke Havendijk te Enkhuizen, welke den Dempdraak voor den neus werd weggesnoept De vestinggracht van Willemstad Een vrijers-bolswerk „Het Volk" en hei vonnis van Beuthen Samenwerking VRIJSTELLING VAN DIENST, Voor autoriteiten en personeel der Vaticaansche Stad Roode schooltjes Vreemde arbeiders Slechts een voor-ontwerp BENOEMINGEN Paters Jezuïeten Congregatie der Redemptoristen De wereld-ekonomie toont zich telkens opnieuw één groot raadsel, waarvan de oplossing niet te berekenen valt. Enkele maanden geleden waren alle „des kundigen" het er nog hopeloos-eenstemmig over eens, dat het einde van de krisis nog niet te be-droomen was en dat er geen enkel lichtstraaltje in het krisis-duister opgemerkt kon worden; in vele kringen werd er zelfs aan gewanhoopt, of deze krisis wel ooit voorbij zou gaan, of niet een nieuwe wereld-oorlog of een wereld revolutie de menschheid eerst in nog die pere ellende zou moeten storten, alvorens een nieuwe ekonomische wereldorde zou kunnen ontstaan. Maar zie! terwijl de geleerde ekonomen ons en zichzelf nog met allen nadruk be- leeraarden, dat geen enkel verschijnsel wees op een kentering ten goede in den toestand, dat integendeel de ekono mische toestand nog steeds verwarder en hopeloozer werd, begonnen de beurzen met die van New-York aan de spits plotseling en toch geleidelijk te herleven, zonder dat iemand eigenlijk kon aantoo- nen, waar de oorzaken van deze opleving gezocht moesten worden. Verbaasd heeft men het raadsel opge merkt; men was er een oogenblikje stil en beduusd van en durfde er zich nauwelijks rekenschap van vragen, of dit nou werke lijk een begin van ekonomisch herstel be- teekende; slechts heel aarzelend en schuchter werd hier en daar de vraag ge steld: voorspelt deze hausse het einde van de krisis? Deze aarzeling en deze schuchterheid zijn volkomen natuurlijk en verklaar baar. Allen, die van verre of van dichtebij met de ekonomie in theorie, zoowel als in prak tijk, te maken hebben, weten, dat deze schoone wetenschap met ons, kortzichtige stervelingen, voortdurend een grillig en vaak maar al te wreed spelletje pleegt te spelen. Drie jaren van krisis hadden ons vrijwel onontvankelijk gemaakt voor optimistische verwachtingen; veler hoop was al zoo vaak ijdel gebleken; om ons heen duurde de de pressie voort in nog steeds verergerende mate; er viel dat was het voornaamste geen redelijk motief aan te wijzen voor de stijgingen ter beurze. Er bestond zoo redeneerde men geen enkele directe aanleiding om het koerspeii tientallen punten naar boven te schroeven en zelfs New-Yorksche zakenlieden, die toch belang hadden bij een algemeene op leving aldaar, waarschuwden voor over drijving, die de welvaart niet ten goede zou kunnen komen. Wat wij in deze tijden noodig hebben zoo lazen wij onlangs in een financieelen brief uit Amerika is rust; rust om te herstellen van de geslagen wonden; een nieuwe uitbarsting van speculatie zou de moreele en ook de financieele verwording nog slechts vergrooten. Wel erkende men een zekere reëele oor zaak voor de hausse in de Vereenigde Sta ten, doch die oorzaken werkten indirect en behoefden niet van langen duur te zijn. Ten eerste was het koersniveau vermoe delijk té sterk de verkeerde richting uitge slagen, zoodat een reactie niet kon uitblij ven, wanneer een groep van kapitaalkrach tige banken, firma's en personen, gesteund door de Regeering de handen in elkander sloeg. Ten tweede was er in de internatio nale politiek iets veranderd, zoodat er wat meer vertrouwen was gaan heerschen, zon der dat men nog kon zeggen, dat dit glimpje van betere verstandhouding weer stand kon bieden aan den invloed van de groote tegenstellingen, die nog altijd be stonden. Ten derde waren de Amerikaan- sche verkiezingen op handen. De republi keinen behartigden over het algemeen het belang van het groot-kapitaal in al zijn vormen; het was dus dringend noodig, dat Hoover herkozen werd, wanneer men de verhoudingen bezag uit het hoekpunt van het groote bedrijfsleven. Hoover had een goede kans, wanneer de massa voorge spiegeld werd, dat de welvaarts-periode aan het terugkeeren was, en waar het, in verband met de technische marktpositie, niet zoo moeilijk was om een schijn-hausse te verwekken, omdat de steunende groepen over fabelachtige kapitalen beschikten, was het de aangewezen politieke weg om man en paard voor de effectenmarkt te span- hen Aldus werden de stijgingen ter beurze aanvankelijk hoogst argwanend be schouwd, en nóg komt de hausse velen al te verdacht voor. Men kan werkelijk ook thans nog geen antwoord geven op de vraag, of de koers- verbeteringen niet voor het grootste deel het gevolg zijn van een op geen enkele reëele basis berustende, al te diepe inzin king; beteekenen de tot op heden waarge nomen stijgingen slechts een natuurlijke reactie op een onnatuurlijke daling? slechts een vanzelfsprekende rectificatie in het krisisbeeld? Beteekenen de stijgingen niet anders dan een registratie van de verbeterde financieele verhouding tusschen de wereld rijken Duitschland en Frankrijk? En is er dus in het ekonomisch leven niet méér heil te verhopen dan de problematiek- verbeterde positie van Duitschland ten op zichte van Frankrijk en omgekeerd wet tigt? En vooral: zijn deze koersen verbeteringen niet al te zeer te beschouwen als het gevolg van Politieke manoeuvres, van kunstmatige financieele beïnvloeding? Slechts wanneer deze hausse zoo zeide (en zegt men nog) terecht een reëele basis had en heeft, kan zij als een goed voorteeken, als een preludium tot een meer harmonisch-ekonomisch leven opgevat worden. De gebeurtenissen der laatste weken nu hebben de hoop daarop zeer sterk verleven digd. Er zijn werkelijk verschijnselen, welke er op kunnen wijzen, dat de huidige hausse beweging een verbetering in den ekonomi- schen toestand voorspelt: het schijnt, dat het diepste inzinkingspunt gepasseerd is.... Het nog tamelijke nieuwe Kamerlid Pee reboom heeft zich in anti-papisme zoo spoedig mogelijk zijn grooten voorganger waardig willen toonen, weshalve hij per 3 September j.l. den Minister van Justitie o.a. de volgende vragen gesteld heeft: „Is het den Minister bekend, dat te Breda een Roomsch priester zich schuldig zou hebben gemaakt aan een ergerlijk zeden misdrijf; dat daarvan toen aangifte is ge daan en door de marechaussee ook proces verbaal is opgemaakt; dat de Officier van Justitie de zaak aanvankelijk ook heeft vervolgd, maar dat, ten slotte, van die ver volging is afgezien? Is de Minister bereid mededeeling te doen van de ware reden, waarom genoemde Roomsche priester, in weerwil van zulk een beschuldiging, ten slotte niet is vervolgd? Is de Minister bereid om, in geval het blijken mocht, dat dit afzien van de vervol ging van dezen Roomschen priester in on miskenbaar verband staat met de overwe gend Roomsche samenstelling van de Bre- dasche Rechtbank, zoodanige maatregelen te treffen, waardoor gevallen van bevoor rechting van andere en bijzonderlijk van dergelijke Roomsche priesters niet meer kunnen voorkomen en de Bredasche Recht bank het beslist ontoelaatbare daarvan onder het oog te brengen?" Het spijt ons voor den heer Peereboom en diens nobele bedoelingen bij het stellen van deze suggestieve vragen, maarhet rel letje zal tot smadelijke mislukking gedoemd blijken. Uit Breda immers vernemen wij: In het begin van dit jaar is inderdaad een katholiek priester te Breda beschuldigd van het feit, dat hij zich aan zeer onbe hoorlijke handelingen op zedelijk gebied zou hebben schuldig gemaakt. De subst.- officier van justitie te Breda, mr. graaf Van Limburg Stirum, ging tot een vervolging over. De Bredasche rechtbank echter stel de, na in raadkamer geweest te zijn, den verdachte buiten vervolging, omdat ieder bewijs van schuld afwezig was. Van deze uitspraak ging mr. graaf van Limburg Stirum in hooger beroep bij het Gerechtshof te Den Bosch. Het Hof heeft echter het beroep van den officier van justitie verworpen, den verdachte dus even zeer buiten vervolging gesteld. Tot meerdere geruststelling van den heer Peereboom zij opgemerkt, dat in het Bos sche Hof zitting had de protestant se he raadsheer mr. Van Veen, terwijl de eisch tot vrijspraak gesteld werd door den protestantschen advocaat-generaal mr. Couvée. We gelooven, dat hier ieder verder com mentaar overbodig is. Onder den titel Liberale Jaarbeurs? lezen wij in de „Residentiebode" van j.l. Woensdagavond o.m. het volgende: „Men kan, bij wijze van spreken, geen liberaal blad openslaan, of men vindt er een groote advertentie van de Jaarbeurs in. Lezers of geen lezers, de advertentie is er. Na veel zoeken ontdekten we ook één Katholiek blad, dat die adver- tie had. Een anti-revolutionnair C.-H. blad, dat ze opnam, konden we niet vinden. De Jaarbeurs is dus blijkbaar zoo ongeveer alleen voor liberale kooplui bedoeld." Wij kunnen het katholieke Haagsche blad geruststellen: de Jaarbeurs is niet alleen voor libetale kooplui bedoeld, doch voor al len, zonder onderscheid van richting. Het moge o.m. hieruit blijken, dat het Jaarbeursbestuur ter gelegenheid van iede re Jaarbeurs adverteert, niet uitsluitend in de liberale bladen, doch ook en zelfs in niet geringe mate in de katholieke en christe lijke pers. Het Secretariaat van de Jaarbeurs was zoo welwillend ons de namen te noemen van de katholieke dagbladen (de vakbladen laten we nog buiten beschouwing), waarin het geregeld adverteert. Welnu, we noteerden in de volgorde waarin ons de bladen genoemd werden: Maasbode, Huisgezin, Dagblad van Noord- Brabant, Eindhovensch Dagblad, Eindho- vensche en Meierij sche Courant, Tijd, Nieuwe Haarlemsche Courant, Limburgsch Dagblad, Volkskrant, Centrum, Limburger Koerier, Gelderlander, Utrechtsche Cou rant, Nieuwe Koerier, N. Venlosche Courant en Nieuwe Tilburgsche Courant. Het zijn er precies geteld zestien, 't Is waarde Residentiebode is er niet bij. Maar in 't vervolg zal ook dit blad er bij be- hooren, die verzekering kunnen we geven. Van de chr. pers noemen we Standaard en Nederlander, doch er stonden op de lijst van bladen, waarin geadverteerd wordt, nog enkele andere A.R. bladen. De schrijver in de Residentiebode heeft dus al bijzonder slecht gezocht. Alvorens met zijn ondoordacht geschre ven stukje de Residentiebode te verrijken, had hij o.i. beter gedaan zich eerst te ver staan met het secretariaat van de Jaar beurs te Utrecht, dat steeds de pers welwil lend te woord staat. Zijn artikeltje, dat den indruk maakt in katholieken kring stemming te willen ma ken tegen de Jaarbeurs, ware dan wellicht- in de pen gebleven. Toevallig viel ons oog op eenige pas sages, voorkomende in een feuilleton van het chr. historisch dagblad. En daarin lazen wij, dat een Jezuïet aan een beroemd historieschrijver het ver haal speelt in Zweden, een paar eeuwen geleden bij wijze van straf en boete het bevel geeft de geschiedenis van zijn land verdraaid en vervalscht te boek te stellen! „Ik wil" aldus deze roman-Jezuïet ,dat je roem en nageslacht van je werpt, om alléén het doel van het oogenblik te die nen, en dat doel is de overwinning van Rome in het Noorden. Ik wil, dat je de ge schiedenis van de koningen Gustaaf den Eersten en Karei den Negenden zoodanig schrijft, dat alles, wat zij gedaan hebben voor de reformatie, beiden him en hun rijk tot verderf en verdoemenis geweest is. En ik wil, dat je deze nieuwe geschiedenis zult baseeren op zulke vertrouwbare documen ten, dat ze in de oogen des volks alle be wijzen van het tegendeel trotseeren documenten, die niet bestaan, dat weet ik natuurlijk wel, maar die jij moet maken documenten, waarvan de vaischheid mis schien na een menschenleeftijd uitkomt, maar die voor het oogenblik aan het be oogde doel beantwoorden." De Jezuïet" doet nog veel meer er is ook van „vergiftiging" sprake! maar het bovenstaande is al ruim voldoende, om een denkbeeld te geven van 's mans persoon en methoden. De lezers moeten er wel van rillen en be ven. Wij vragen ons echter af, hoe een ernstig blad er toe komt een dergelijk venijnig tendenz-verhaal in zijn kolommen op te nemen? De redactie van De Nederlander pleegt zich nogal eens tegen het anti-pa pisme te keeren, waaraan sommige groepjes van protestanten in ons land zich regelma tig te buiten gaan en de dwaze stemming makerij tegen Rome werd meer dan eens in hare kolommen gesignaleerd en gecriti- seerd. Kunnen griezel-verhalen, als het onder havige, echter wel een ander effect hebben dan zulk een stemmingmakerij? En wordt op deze wijze niet juist datgene aangekweekt en gevoed, wat de redactie in hare politieke en andere artikelen bestrijdt? Er zijn nu eenmaal heel wat lezers, en vooral lezeressen, die wel getrouw het feuilleton volgen, maar lang niet altijd hun licht opsteken bij het hoofdartikel. En zoo kan de invloed van verhalen, als bovenbedoeld, hoe ongerijmd en onbenullig ook, veel en veel grooter blijken dan wordt vermoed. P. S. Enkhuizen voelde niets voor Pur- merends trieste voorbeeld wordt thans Bolsward het slachtoffer? Aan Heemschut's maandblad over Juli-Aug. ontleenen wij het volgende overzicht: Ondanks den vacantietijd was er velerlei werk aan den winkel. De dempdraak, die te Enkhuizen met zijn zanderige uitwerpselen den Havendijk wilde vullen op de wijze zooals hij dit aan Purmer- ends Singel deed, werd door Heemschuttors opgejaagd. Even werd hij nog gesignaleerd aan de Staaleversgracht te Enkhuizen, doch ver dween toen uit 't gezicht. Thans blijkt dat dit monster zich over den Zuiderzee-afsluitdijk naar Friesland heeft begeven. Dit traject lag voor de hand. Nu is hij aangekomen te Bols ward. Daar te Bolsward besloot de ge meenteraad tegen het advies van Burgemeester en Wethouders te dempen het aardige oude grachtje langs de Broerestraat en Snorkstraat. Slaagt de booze geest in zijn onnaspeurbaar schoonheidsvernielend streven, dan zijn in dit lieve Friesche stadje meer onheilen het gevolg. In 't Mei-nummer schreven we: „Werkloosheid, dat is 't eenig argument dat blijft. Doch als men ergens een berg zand van links naar rechts laat verplaatsen wordt er niets bereikt en gaat niets verloren, doch als men een gracht dempt wordt niets bereikt en gaat er wel iets verloren. En voor dat verloren gaan betaalt men dan 50.000 meer". Dat gold den Havendijk te Enk huizen. Voor Bolswards grachtje geldt hetzelf de recept; alleen het geldcijfer is ƒ25.000. De dempdraak doet reeds een meer coulante aan bieding, mogelijk onder invloed van de malaise. Het dagelijksch bestuur zond te dezer zake een adres aan het Provinciaal Bestuur van Fries land, verzoekende het raadsbesluit niet te wil len goedkeuren. Vestingwerken vragen alom de aandacht. Naarden is sedert de groote verkeersweg er langs gaat wat tot rust gekomen, doch klaar is dit vraagstuk niet. Willemstad is merkwaar dig omdat dit een ontworpen vesting met erin een stad is van 1583 in tegenstelling met vestingwerken aangebracht om een bestaande stad. De vestingwerken van Willemstad zijn sedert lang verwaarloosd. Sedert in 1926 de vesting werd opgeheven kwam het geheel in Heemschut's belangstelling. Nu is de Rijks werkverschaffing bezig de met riet dichtgegroei- In het onderhoud, dat de R-redacteur van het „Alg. Hbl." dezer dagen had met den aftredenden directeur-generaal van den ar beid, zei deze sprekend over zijn sociale en politieke gevoelens o.a.: „Als ik b.v. eens terugdenk aan wat er eertijds in en uit de S.D.A.P., in de dagen van een Tak, van een TroeLstra en hun medestrijders, tot uiting kwam, en als ik nu ,Het Volk" met zijn toegeven aan en speculeeren op sensatielust, ter hand neem dan zie ik bep. t een betreurens- waardigen achteruitgang." Die woorden werden Het Volk" van 25 Aug. j.l. typisch onde eapt. Onder een foto van de rechtszaal ie Beuthen stond o.a. het onderschrift: GELIJK RECHT VOOR ALLEN! De rechtbank te Beuthen heeft het dood vonnis geveld over de vijf nationaal-so- cialisten, die een tweetal Poolsche repu blikeinen op gruwelijke wijze hebben af geslacht. Hitler, die altijd den mond vol heeft van de „Marxistische terreur", heeft op zijn bekende wijze tegen dit vonnis geprotesteerd. Ook de beruchte veemmoordenaar en Nazi-leider Heines heeft de regeering in brallende bewoor dingen bedreigd- Von Papen zal waar schijnlijk wel zwichten, en het doodvon nis in tuchthuisstr if veranderen." Naar aanleiding van deze beide citaatjes maakt T. L. in „De Vrijheid" de volgende rake opmerkingen: „Daar behoeft niets aan toegevoegd te worden, het is vólkernen duidelijk: von Pa pen, die het den socialisten nooit naar den zin maakt, zal ook in dit opzicht wel weer teleurstellen, „hij zal waarschijnlijk wel zwichten en het doodvonnis in tuchthuis straf veranderen." Toen in Italië de doodstraf weer werd in gevoerd, schreef „Het Volk": „de fascisti sche staatsidee eischt-e nu eenmaal dit bloedoffer, precies op dezelfde wijze als ook in den bolsjewistischen staat zoo gemakke lijk met het neerschieten van beklaagden wordt omgesprongen." En toen in de Rijks dagcommissie tot herziening van het straf stelsel het voorstel tot afschaffing van de doodstraf werd ingetrokken, reageerde de heer Kleerekooper in „Het Volk" op beide feiten met: „Ziedaar twee verschijnselen van inzinkende beschaving. Zij ontspruiten uit een bron van geestelijke ontaarding." „Het Volk" vertoont dus met de boven staande opmerking een symptoom van „in zinkende beschaving" der sociaal-democra tie. Of is het geen bewijs van „geestelijke ontaarding, bloedoffers" te eischen nu het niet gaat om partij genooten? In Februari van dit jaar heeft „Het Volk" nog trots geconstateerd: Het socialisme heeft in zijn jeugd de groote tradities van de Fransche revolutie overgenomen. Echter niet de traditie van het revolutionnaire schrikbewind. De principieele aïschaffing van de doodstraf dat was het verzet tegen de terreur van 1793. Daardoor onder scheidde het democratisch socialisme zich toen van de Jacobijnen en daardoor onder scheidt het zich thans van het bolsjewis me." Hoe moet men die woorden, hoe moet men de doodstraf-clausule in de Koloniale paragraaf van de S.D.A.P. echter rijmen met die spijtige veronderstelling van een mogelijke verandering van het vonnis van Beuthen? Gelden de argumenten tegen de doodstraf wellicht alleen wanneer het een vonnis van fascisten en communisten en berechting van arbeiders betreft? Arbeiders wel te verstaan, die lid zijn van d e partij want nu het arbeiders betreft, die in een vijandige groep georganiseerd zijn, wordt spijtig verondersteld, dat von Papen zich wel zal laten ompraten of intimideeren door „het dreigend gebral van den veem moordenaar Heines". Het lijkt er eigenlijk een beetje op of op het laatste oogenblik een woordje is weggelaten, waarvan de be- teekenis uit het geheel spreekt: „Jammer". Hier treedt inderdaad „een betreurens waardige achteruitgang" aan den dag, die echter in Mei van dit jaar door A. B. K. in dit blad reeds veroordeeld werd met de woorden: „En nochtans wat baat de Doodstraf? Als altijd voeren ook hier de onnoozelen en de zwetsers het hoogste woord." Om het nu maar zacht uit te drukken: het is niet practisch van de Arbeiderspers zoo duidelijk te demonstreeren dat ze, wat een der hoofdfiguren van de S. D. A. P. „onnoozelen en zwetsers" noemt, als volks voorlichters aan haar blad verbonden heeft." de vestinggracht leeg te graven. Jammerklach ten komen er van Willemstadters omdat deze werkzaamheden zoodanig geschieden, dat die gracht niet hoekig zoo 't behoort doch afgerond wordt uitgegraven, doch voornamelijk omdat de uitkomende grond wordt geworpen in de buitengracht die daar om den Singelweg de vesting omsluit, zoodat er van die buiten gracht slechts een sloot van eenige meters breed overblijft, 't Is ook wel een zonderling geval. De moeilijkheid schijnt te zijn dat men geen raad weet met den uitkomenden grond. Zou er, wanneer men toch aan het werkverschaffen is, nergens waardeering zijn voor eenige duizen den kubieke meters vruchtbaren grond. Te Geertruidenberg heeft men in de 19e eeuw de fortificatiën van den „sleutel van Holland" vrijwel geheel geëgaliseerd om bouwterrein te verkrijgen. In 1918 was er weer behoefte aan bouwterrein; op advies van Heemschut werd toen één gaaf bolwerk gespaard met ingebouwde borstweringen, opgaand geboomte, vestinggracht, singelweg en buitengracht. Nu was daar een streven om óf het heele bolwerk af te graven voor werkverschaffing óf alleen de inwendige aardhoopen wat eens kantige borstweringen waren met taluds, opritten, plongee, barbets en emplacement en zulks omdat daar bij avond zoo erg gevrijd werd. Na bezoek ter plaatse bracht Heemschut een advies uit hierop neer komende, dat Geertruidenberg elke ontspan ningsgelegenheid mist en het bolwerk een voor driekwart voltooid wandelpark is, dat men eerst in den kantigen vestingtrant terug moet bren gen en dan voorzien van wandelpaden en ban ken en tegen 't erge vrijen eenige elec- trische lichtpunten. Dat kan best, want de groote electrische centrale voor N.-Brabant en Zeeland staat er vlak bij; de schakelaars mag men dan wel zwaar vergrendelen. Moet alles dan vlak? Op de Mookerheide waar een Heemschut ter al niet heen genoodigd wordt is de Heu- mensche schans. Er kwamen klachten dat dit historiestuk werd afgegraven, 't Is eigenaardig. Een gracht droge of natte daargelaten moet vol, een object dat boven de aarde uit steekt weggegraven. Alles vlak, daar gaan we heen. Na onderzoek blijkt dat de Nederlandsche Spoorwegen zand doet graven van de Mooker heide en dat deze afgraving geleidelijk de Heu- mensche schans nadert. Tevens bleek, dat in de oorlogsjaren de gemobiliseerden loopgraven hebben gemaakt die zij bij hun afscheid niet bepaald netjes hebben achtergelaten. Een en ander is niet geheel in overeenstemming met het roemrucht verleden der Heumensche schans. Verdwijnende buitenplaatsen De buitenplaatsen zijn sterk aan 't verdwij nen. Men behoeft slechts om te zwerven in de omgeving van Den Haag of Haarlem of Zeist om daarvan een indruk te krijgen. Des te meer vreugde biedt het te vernemen, dat een buiten goed behouden blijft en voor het publiek open gesteld; als het publiek een zoodanig gebaar nu maar op de juiste wijze weet te begrijpen. Bij de verschillende gevallen is als een zeer te waar- deeren feit te vermelden het fraaie landgoed Hondsberg, dat is „opengesteld". Dit uitge strekte gebied van meer dan honderd hectaren, eigendom van den heer H. Kleiweg de Zwaan te Amsterdam, is gelegen onder de gemeente Oisterwijk en sluit aan bij de terreinen van de Vereeniging tot behoud van Natuurmonumen ten. Lintbebouwing, een woord van onzen tijd, be duidt bouwen langs hoofdwegen en daarmede tegelijk bederven het uitzicht en den weg zelf. Wanneer een verkeersweg door een dorp voor autoverkeer onbruikbaar is door stilstaande bakkers- en groentekarren en de bewoners de voorbijsnellende auto's vervloeken, maakt de Gemeenschap een nieuwen weg op het dorp. Wanneer de menschen nu langs dien nieuwen weg weer huizen gaan bouwen en 't spel van voren aan zich herhalen gaat, moet er iets gebeuren. De Staatscommissie voor de Water staatswetgeving maakte een concept-wetsont werp tegen de lintbebouwing dat door de Re geering vrijwel ongewijzigd als wetsontwerp werd ingediend. De mededeelingenserie wordt besloten met de aandacht te vestigen op wat onze Vlaamsche broeders doen inzake het behoud van natuurschoon. De Calmpthoutsche heide, tus schen Breda en Antwerpen, ligt ten deele op Bel gisch, ten deele op Nederlandsch gebied. De Vereeniging voor Natuur- en Stedenschoon, se cretariaat Antwerpen, Ossenmarkt 22, is bezig te trachten de Calmpthoutsche heide tot na tuurreservaat te verkrijgen. Heemschut's be stuur gaat met de Vlamingen dit district be zichtigen om te oordeelen wat hier te doen staat. Het verdrag van Lateranen tusschen den H Stoel en Italië bevat een bepaling, volgens welke niet alleen de kerkelijke hoogwaardig- heidsbekleeders en het pauselijk hof, doch ook de voor het Vaticaan onontbeerlijke beambten en bedienden, zelfs zij, die niet op het gebied der Vaticaansche stad wonen en derhalve Ita- liaansche onderdanen blijven, vrijgesteld zijn van den militairen dienstplicht. Een gemengde commissie moet een lijst van deze personen opstellen. Dezer dagen, is dit geschied. De lijst bevat de namen van bijna 1900 personen, die in de toekomst dit privilege zullen genieten. Het betreft hier de leden van de edelgarde, de paleisgarde, bedienden aan het hof en beambten der Vaticaansche admi nistratie en congregaties. De ratificatie der overeenkomst zal binnen kort plaats vinden, waarmee een reeks bepa lingen van het Lateraansche verdrag zal wor den uitgevoerd. Toen indertijd bekend werd, dat namens de S. D. A. P. in het Zuiden van Limburg enkele „neutrale" volksscholen zouden wor den gesticht, heeft men de S. D. A. P. er in de niet-socialistische pers op betrapt, dat zij haar princiep de eenheids-volks school ontrouw werd en heeft men in diezelfde leugenachtige pers geïnsinueerd, ja, brutaal-weg beweerd, dat hier ten slotte niets anders dan bijzondere roode schooltjes opgericht gingen worden. Dat heette natuurlijk infaam gelieg! Deze schooltjes werden alleen maar ge sticht, omdat in Zuid-Limburg het open baar onderwijs te Roomsch-getint was: een ieder, die voor zijn kinderen nu eens prima onvervalscht-neutraal onderwijs verlangde, kon hier terecht Nu is de vorige week in Hoensbroek zoo'n wonder-school officieel geopend: er waren vele sprekers, en die sprekers hebben de S. D. A. P., het N. V. V. en het roode Ar beidersontwikkelingsinstituut mitsga ders indirect natuurlijk ook zichzelf be- fuifd, als ware hier een ongelooflijke hel dendaad verricht dank zij een energie en een opofferingsgezindheid, waarvan de S. D. A. P. en bevriende mogendheden het monopolie bezitten. De heeren hebben natuurlijk alleen maar geprofiteerd van de gelijkstelling en in deze scholenstichting zit niets, absoluut niets van den moed en van de offervaardigheid, waarmede de Katholieken voorheen hun eigen onderwijs bekostigden. Maar wat we zeggen wilden: Bij de officieele opening van het Hoens- broeker schooltje hebben de heeren nu eens voor ééns en voor goed willen demonstree ren, dat hier zuiver-neutraal onderwijs be doeld wordt Dat bleek reeds terstond uit de perso nen van de sprekers, die uitdrukkelijk het woord voerden in hun officieele partij functie; geredevoerd werd door den heer Woudenberg, secretaris van het partijbestuur der S. D. A. P., voorzitter van het schoolbestuur, den heer Noordhoff, bestuurslid van het N. V. V., den heer Voogd, leider van het Arbeiders ontwikkelingsinstituut der S. D. A. P., den heer Van der Bilt, bestuurslid van den rooden Mijnwerkersbond en van den Heerlenschen Bestuurdersbond, enz., enz. En wat zeiden deze heeren? O.a.: dat deze school van groote beteekenis zou zijn voor de sociaal-demokratische op voeding, daar immers hier de grondslag zou worden gelegd voor de taak, die het roode instituut straks verder zal hebben te ver richten; dat de socialistische onderwijzers hier een grootsche taak voor zich zagen wegge legd, dat de roode vakbeweging er voor moest zorgen, dat in deze school geen plaatsje onbezet bleef, enz., enz. Wie nu nog durft beweren, dat de S. D. A. P. met haar schooltjes in Zuid-Limburg van haar eenheids-scholen-princiep is afgewe ken en bijzonder-socialistisch onderwijs heeft gesticht, kan als leugenaar en laste raar niet smadelijk genoeg aan de kaak gesteld worden. Naar aanleiding van een „Maasbode"-bericht, volgens hetwelk op het departement van bin- nenlandsche zaken een wetsontwerp gereed ligt op het in dienst nemen van vreemde arbeids krachten en het de bedoeling zou zijn dit wets ontwerp reeds 1 Januari a.s. in werking te doen treden, vernemen we, dat men hier slechts te doen heeft met een voor-ontwerp, afkomstig van een interdepartementale commissie, dat gevoegd was bij een rapport dier commissie en waarover thans nog overleg gaande is tusschen de vijf departementen, welke bij 'n aangelegen heid als deze betrokken zijn. Aangezien er hier dus nog geen sprake van een bepaald wetsontwerp is, wordt het zeer on waarschijnlijk geacht, dat een eventueele maat regel, als hier bedoeld, met 1 Januari 1933 reeds in werking zou kunnen treden. Tot rector van het Noviciaat en Jumoraat te Mariëndaal bij Grave werd benoemd de Zeereerw. pater C. Minderop, Novicenmeester aldaar. Tot directeur der heeren-congregatie in de kerk van het H. Hart te Maastricht de WeJ- eerw. pater H. v. d. Hulst. Z.H.Exc. de Bisschop van Haarlem heeft benoemd tot kapelaans der kerk van O. L. Vrouw Onb. Ontvangen te 's-Gravenhage de Weleerw. paters C. van Malten en P. Theu- nissen; tot kapelaans der kerk van den H. Ignatius te Amsterdam de weleerw. paters L. v. d. Meer en B. Vroom; tot kapelaan der kerk van de H. Theresia te 's-Gravenhage den weleerw. pater J. v. d. Loo. Z.HExc. de Bisschop van 's-Hertogenbosch heeft benoemd tot kapelaan der kerk van den H. Petrus Canisius te Nijmegen den weleerw. pa ter J. Rubbens en tot assistent der kerk van den H. Joseph den weleerw. pater Chr. Franke. In tegenwoordigheid der geheele Commu- nauteit van paters en broeders Redemptoristen werden in de kerk der paters Redemptoristen te 's-Hertogenbosch op Woensdag 7 Sept. acht tien fraters in de Congregatie opgenomen. Heden, feestdag van O. L. Vrouwe Geboorte, deden achttien novicen de kloosterbeloften.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 5