1882 GOUDEN JUBILE 1932
Hulp in de zielzorg
itiltfSll
Awspieato en Frankrijk
MIJLPAAL VOOR DE DERDE
"ÏFRANCISCUS TOONDE DE DAAD
te
Het woord van
Leo XIII
Naasten I iefde
Sociale Actie
Jeugdactie
God zond Franciscus om de kwalen
van zijn tijd te genezen door
de Derde Orde
Theoretisch en practisch moet de Derde
Orde een groote kracht zijn, een hulpe in
de zielzorg, en dus van de zielzorg wordt
gevraagd een meer dan gewone zorg voor
de Derde Orde.
Theoretisch. Wat heeft Franciscus met
Zijn Derde Orde bedoeld? De zieke maat
schappij te hervormen tot een gezonde, d.i.
en kan alléén zijn een waarachtig Christe
lijke, dus een evangelische eene, die zich
op het standpunt stelt: Vivo ego, jam non
ego, vivit vero in me Christus. Ik leef, maar
niet ik, maar Christus leeft in mij.
De individuen vormen de maatschappij,
zóó de eenling, zóó het getal. En dus aller
eerst sel/-heiliging, Christus in de ziel,
in het verstand, in den wil van het individu;
conform dus aan het Evangelie. Daarom
gaf Franciscus een regel voor het leven in
Christus, berustend op Evangelie en de ge
boden, die geen Christen te zwaar kunnen
lijken. Geen homoeopatische genezing der
maatschappij, zooals socialisten en commu
nisten enz. willen de kwalen van den tijd,
geboren uit ongeloof en zedenbederf, te wil
len genezen met atheïsme en Sodoma's
manieren. Franciscus genas met contraire
geneesmiddelen. Hij stelde voor individuen
en dus voor de maatschappij als recept:
tegen haat liefde, tegen twisten vrede, tegen
moord, geen wapenen dragen, tegen weelde-
eenvoud, tegen zinnelijkheid soberheid,
tegen Godverzakingintense godsdienstzin.
De maatschappij èn individu zijn recidi
ve. We behoeven dat nu niet verder te
betoogen. We staan dus niet verwonderd als
we Leo XIII in zijn Auspicato onomwonden
hooren beweren: „Ik verwacht de weder
geboorte der maatschappij van de werk
zaamheid der Derde Orde."
Wij verwachten hulp in de tegenwoordige
misstanden van de stichtingen van den H.
Franciscus. Wanneer deze bloeien zullen,
moeten ook geloof, vroomheid en het Chris
telijke detfgden-leven roemrijk opbloeien.
Vegèenigd door den band der broederlijke
liefde, zullen de menschen elkander bemin
nen en aan de armen en ongelukkigen, die
het evenbeeld van Christus zijn, eerbied
betuigen.
En nu moeten we niet spreken als zij,
die beweren: maar dat moet ieder Christen
doen en dat kunnen we ook bereiken door
allerlei andere godsdienstige vereenigingen.
Ik zou dit willen en ook durven beweren:
als het hoogste gezag, belichaamd in den
grooten Ziener van deze verwarde tijden,
spreekt en zegt: „God zond Franciscus om
de kwalen van zijn tijd te genezen door de
Derde Orde. Deze achten wij „hoven alle
andere" het geschiktste middel om de wereld
terug te roepen tot de ware en degelijke
navolging van het Evangelie", dan kunnen
we ons daar veilig bij neerleggen, en hoe
veel goeds ook andere vereenigingen stich
ten, blijft altijd nog met Pauselijk Gezag
gestaafd, staan: „het hoven alle andere" en
„het geschiktste".
Ja, ik durf beweren, dat, wie den Franeis-
caanschen levensvorm in al zijn conclusies
aanvaardt, zich altijd inniger met God wil
Vereenigen en daardoor ook alle andere
godsdienstige vereenigingen meer
bloeien in quantiteit en qualiteit.
Waarom het noodig is zich aan te slui
ten? Omdat men zich vrijwillig verbindt
door gelofte, die eiken dag opnieuw op
wekt om meer plichtsgetrouw te zijn, en
meer te handelen uit liefde, dan om wille
van een gebod, meer blijdschap te ervaren
van de blijde Boodschap des Evangelies. De
doorsnee-katholiek is een middelmatig
mensch. Hij doet zijn plichten, maar ze zijn
hem een last en liever zou hij 's Zondags
geen Mis hooren, dan wel, maar het
„gebod" weet u!
Zoo'n doorsnee-mensch staat bij het sterf
bed zijner moeder, en moeder, wetend welk
gevaar er dreigt, laat hem beloven, om toch
goed katholiek te zullen leven. Hij belooft
het, en zij heeft hem den levensregel nog
eens voorgezegd.
Voelt ge het verschil tusschen een door
snee-katholiek en één die voor het sterf
bed van Jesus' Kruis, dat hij ter bezegeling
kuste bij zijn professie zijn Franciscaan-
sche belofte deed? Begrijpt ge nu den zucht
van Leo XIII? Reeds vroeger hebben wij
den Franciscaanschen Orden onze bij
zondere voorzorg gewijd. Nu echter, door
Gods barmhartigheid tot het opperste Her
dersambt geroepen, vermanen wij alle
christenen in dit heilig veroveringsleger van
Jesus Christus (de Derde Orde) in te treden,"
en dat Hij aan de Bisschoppen schrijft:
„Werkt, Eerw. Broeders, opdat de Derde
Orde aan het volk bekend worde, en door
het volk inderdaad hooggeacht worde.
Treft middelen, opdat de zielzorgers vlijtig
de hun toevertrouwden over zijn wezen
voorlichten, daarop wijzen, hoe licht de
intrede voor ieder is, hoeveel voordeelen tot
heil der zielen daarmede verbonden is, hoe
veel zegen de Derde Orde brengt over het
private èn publieke leven. Geve God, dat
de christelijke volken even ijverig en talrijk
de Derde Orde weder toestroomen gelijk
zij vroeger in vromen wedstrijd tot den
Heilige zelf toe-ijlden."
In dien geest spreekt Mgr. Charost op den
Tertiarissendag te Rijssel, 13 Oct. 1913:
„Sociale werken,men heeft er in de
laatste tijden vele opgericht en dat is ook
aanbevelenswaardig, ja noodzakelijk. Maar
wanneer wij willen, dat al onze werken
vrucht voorbrengen, (dan) moet men ze
een ziel, een leven geven, dan moet men ze
de kiem instorten van een ernstig-volmaakt
christendom. Die ziel, dat leven, die kiem
onzer werken, we zullen ze vinden in de
Derde Orde. Het is de H. Kerk, Die het ons
gezegd heeft, en herhaald heeft door den
mond van den grooten Paus Leo XIII en
Pius X. Waarom dan niet toestemmen, wan
neer zulk Gezag spreekt. Ja, ik aarzel niet
het voor mijn Priesters en Geloovigen te
herhalen: Wordt Derde Ordeling! Ver
breidt de Derde Orde! Het is mijn wensch,
dat al onze parochiën hare vereeniging der
Derde Orde bezitten. Zij zal alle werken
doen bloeien, Zij zal die vruchten voort
brengen, welke wij er van verwachten."
De Derde Orde moet dus zeer belangrijk
zijn voor de zielzorg.
Conclusie: de zielzorger heeft dus groote
interesse bij de Derde Orde.
Hoe en waarin zal nu praktisch de zie -
zorg er bij gebaat zijn.
Eigenlijk gezegd in alles.
Alles wat praktisch de wer
ken der zielzorg zijn zal, als
het doortrokken is van den
Franciscaanschen geest
bezield worden, leven en
vrucht afwerpen. Praktisch
zal zulk een leger in een pa
rochie als eertijds Vader zelf
rondtrekken als predikende
door hun leven zelf, en de
invloed kan niet uitblijven,
om reeds daardoor anderen
voordeelig te zijn, versprei
dend den goeden Christus-
geur.
Aan alle sociale, charita
tieve en godsdienstige ver-
eengigingen zal de ware
Franciscus-geest ten goede
komen in de praktische uit
voering, daarvan, en dus
moesten sociale werkers, le
den van godsdienstige ver
eenigingen volbloed ter
tiaris zijn! Zooals Mgr. Vil-
iard sprak op het congres
te Paray Le Monial: „Le
Tiers-Ordre de St. Francois
doit être l'ame Chrétienne,
de tous nos oeuvres"" en we
noemen als voorbeeld eeni-
ge: Vincentianen, kerk
en armbesturen, leeken-
apostelen-propagandisten,
leden van verschillende bon
den, als Volksbond, Josephs-
Gezellen, vrouwenbonden, de
leden der verschillende con
gregaties, enz., enz. De Derde
Orde is een levensvorm, die dus den
heelen mensch omvat, en dus ook
alles zal inspireeren, wat die mensch doen
zal. Maakt de parochies Franciscaansch,
dan zullen de Bisdommen het zijn, dan zal
de Katholieke Wereld het zijn, en dan
eerst het Pauselijk woord in vervulling gaan
en de halve Christenen verdwijnen, en met
hen het halve katholieke werken.
Mag de Derde Orde dan ook in eigen
boezem niet praktisch werken?
't Spreekt vanzelf, de gloeiende Francis-
cusgeest zal zich volgens 's Pausen wensch
ontplooien in allerlei praktische liefdewer
ken voor God, voor elkander en voor ande
ren. Ik noem b.v. het toetreden tot een
Eucharistischen Bond, de gezamenlijke
aanbidding bij een 40-uren-gebed en aan
biddingsdag, het gezamenlijk bezorgen
bij het H. Sacrament, op de dagen der
maandelijksche en j aarlij ksche aanbidding
van een passend bloemstuk, het inrichten
Den 17den September zal
het vijftig jaar geleden
zijn, dat de groote Paus
Leo XIII z.g. de wereld
zijn boodschap over de
Orde van St. Franciscus
gaf.
van een bijzonderen Derde
Orde-naaikrans voor het
Franciscaansche Kerstfeest
der armen, het zorgen
voor den eerbied in Gods
Huis bij de godsdienstoefe
ningen, het veelvuldig bijwo
nen der H. Mis op de werk
dagen, veelvuldige H. Com
munie, veelvuldiger bijwo
nen der vrije godsdienst
plechtigheden, het bezorgen
van bedieningskoffertjes bij
arme zieken; het korpsgewij-
ze verrichten van den Fran
ciscaanschen lijkdienst op
den vooravond der begrafe
nis, het bijwonen van de
H. Mis na overlijden van een
medelid met zoo mogelijk al-
gemeene H. Communie tot
lafenis der ziel de bestrij
ding der drankellende, enz.,
snz. Zoo zal praktisch in de
oarochies, in de bisdommen,
In de geheele Kerk, zooals
uitgesproken werd op een
Derde Orde-dag in Limburg,
de Derde Orde zijn: „een
machtig leger van Christe
nen, die zich met hunne
priesters en kloosterlingen
van beiderlei geslacht,
vereenigen, en allen te za-
men als één biddend en
strijdend leger uitmaken,
waarvan Christus het Hoofd
is." Zij zullen zijn de waar
achtige rechtvaardigen, die
de straffende hand van God
over den in Sodoms-geest
levende wereld zullen afwenden en de Kerke
Christi overwinning bezorgen, door als an
dere Mozessen de armen tot bidden uitge
strekt te houden.
De godsdienst heeft het heidendom ver
wonnen, de Franciscus moet heden daar
aan den weg versperren en
We leven in een tijd van concentratie of
centralisatie in heel het vereenigingsleven,
moge dan de Derde Orde nog eens wor
den de groote centrale in de Kerk van
Christus op de gansche aarde en bezielen
al wat in haar leeft en werkt
Alleen de zedelijk waardevolle daad
heeft zin en waarde voor
het leven
Rotterdam.
G. TH. v.d. MEER,
Pastoor.
Heer, Gij zoucit wel Hein zijn, wanneer Gij
door mijn kleinheid zoudt begrepen worden.
S. Franciscus.
In de encyclieken, waarin Pius XI de
beide groote problemen van den modernen
tijd behandelt: huwelijk en maatschappe
lijke verhoudingen, komt duidelijk aan den
dag, dat de uitredding uit de huidige ver
warring niet mogelijk is zonder den goeden
wil.
De menschen moeten zijn van goeden wil
en de goede wil is onmogelijk' zonder zui
ver moreele levenshouding.
Het komt per slot van rekening niet aan
op de kwantitatieve prestaties van den
mensch, of hij een familie sticht of een
wereldrijk, of hij steden bouwt of straten
veegt, of hij werkt met hoofd of met hand,
de levenswaarde ontleent alle werk aan de
intentie, aan de innerlijke gesteltenis,
waarmee het wordt verricht, aan de liefde
waaruit het wordt geboren.
Alleen de zedelijk waardevolle daad heeft
zin en waarde voor het leven.
Het is de beteekenis en de roeping dei-
Derde Orde van Sint Franciscus op zeer
bizondere wijze deze gedachte te propagee-
ren en levend te maken in de maat
schappij.
De Derde Orde heeft niet rechtstreeks
tot taak te zorgen voor betere bestaans
voorwaarden, betere woning, minder arbeid,
een redelijke portie van de geneugten des
levens. Haar taak is het allereerst: het
individu te verdiepen, te verrijken met
geestelijke waarden, die cultuur te brengen
die alleen in den meest zuiveren zin op
dien naam aanspraak kan maken.
Zij heeft dat te doen door de intense
beleving van de blijde Boodschap, die
Christus aan de wereld bracht, en waarvan
Hij zelf de ziel is.
Franciscus heeft met de daad getoond,
hoe we de boodschap van Christus te aan
vaarden en te beleven hebben.
Hij heeft liefgehad met een ontzaglijke
liefde. Die liefde heeft het Evangelie voor
hem levend gemaakt en het levende Evan
gelie heeft hem Christus, die liefde is, al
door nader gebracht. Het was een wissel
werking.
Zoo groeide in hem die uiterst gevoelige
Katholieke mentaliteit, dat christelijk in
stinct, dat met Evangelische roekeloosheid
zelfs wet en letter voorbij kon loopen, zon
der dat ze zich aan hem hebben gewroken.
Dat streven om zuiver Evangelisch te
zijn, zonder spitsvondigheid en haarkloo-
verij, die hoofsche nauwlettendheid op
Christus, die in het Evangelie het boek zag
van de fijne levensvormen naar Christus'
stijl, die kinderlijke spontaneïteit en een
voud, waarmee elke zin van of over Chris
tus in eigen leven werd nagebeeld met een
romantisch realisme, dat is de bekoorlijk-
zullen
De heilige transporf
Matt. Talbot
Wider
De Franciscaansche gedachte dient
het geheele katholieke leven
te doordringen
door
P. Dr. FIDENTIUS V. d. BORNE O-F.M.
Dit hoofdstuk uit de geschiedenis der
Franciskaansche Derde Orde heeft een
eenigszins kwaden naam. Er vallen inder
daad dwalingen te signaleeren, die schijnen
te duiden op 'n slecht begrijpen der Derde
Orde. Toch is die afkeuring slechts ten dee-
le verdiend. Want die misvattingen betref
fende het wezen der Derde Orde zijn van
uit het milieu grootendeels te verontschul
digen. En nog voornamer is er was
naast het verkeérde heel veel goeds, dat
nog heden onze belangstelling verdient, ja
zelfs aktueel in striktsten zin mag worden
genoemd.
Toen Paus Leo XIII nog als Kardinaal t
bisdom Perugia bestuurde, had hij op dui
delijke wijze blijk gegeven van zijn hoog
achting voor de Franciskaansche Derde Or
de. Geheel zijn pontificaat door zou hij die
richtlijnen blijven volgen. Telkens opnieuw,
bij allerlei gelegenheid, wees hij op de be
teekenis van dit instituut, ook voor den mo
dernen tijd.
Vooral in verband met Frankrijk wist de
Paus telkens weer het gesprek te brengen
op de Derde Orde. Het is niet te veel be
weerd, wanneer wordt gezegd, dat Leo XIII
heel bijzonder in de Franciskaansche Derde
Orde het groote middel zag om Frankrijk
te redden. In Frankrijk werd, vooral na het
verschijnen van „Auspicato" (1882) met be
reidwilligheid geluisterd.
Heel in 't bijzonder geldt dit voor den
tijd, die volgde op „Rerum Novarum" (1891),
waarin de maatschappelijke vernieuwing
werd uiteengezet. Reeds in 1893 werd te
Rome een internationaal Kongres van Ter
tiarissen gehouden, waarbij vooral Frankrijk
sterk was vertegenwoordigd.
Een der resultaten van het grootsche
Kongres, dat door de vurige woorden van
Leo XIII ten sterkste werd aangemoedigd,
was de stichting eener studie-commissie
om de organisatie der Derde Orde te be
vorderen. Haar eerste bijeenkomst was in
Val-des-Bois in het aartsbisdom Reims on
der leiding van P. Turliglio, afgevaardigde
van den minister-generaal der Minderbroe
ders. Van bijzondere beteekenis was de om
standigheid, dat de vergaderingen werden
gehouden ten huize van den groot-industri
eel Léon Harmei, vurig Tertiaris en om zijn
schitterende sociale stichtingen bekend als
„le bon Père".
Door Harmei werd als onder-voorzitter
persoonlijk verslag uitgebracht aan Paus
Leo XIII op een audiëntie van 1894. De Paus
was zichtbaar verheugd over de mededee-
ling en sprak de veelzeggende woorden:
„De Derde Orde van Sint Franciscus, ge
organiseerd ten behoeve der sociale aktie,
zal overal wonderlijke vruchten kunnen
voortbrengen en in 't bijzonder Frankrijk
kunnen redden". Toen Harmei melding
maakte van het voornemen om ook in Italië
zulk een studie-bijeenkomst te houden, ant
woordde de paus, dat hij dit plan niet al
leen wilde zegenen, maar dat hij ook de
Bisschoppen zou aansporen het zoo sterk
mogelijk te bevorderen".
Als vanzelf sprekend legde men een nauw
verband tusschen Auspicato en Rerum
Novarum. Dit was ongetwijfeld volgens de
bedoeling van den Paus, die dikwijls genoeg
als zijn meening had te kennen gegeven
dat de Franciscus-gedachte geheel het
katholieke leven diende te doordringen en
die nog bij gelegenheid van het Kongres
de Orde had geroemd als „een der meest
werkzame middelen, die door de Voorzienig
heid aan de Christenen in de wereld waren
geschonken om te leven volgens 't HnEvan-
gelie."
Toch waren gevaren niet denkbeeldig. Het
woord „sociale aktie" omvatte zooveel en
gemakkelijk kon het eigenlijke doel der
Derde Orde: de leden te brengen tot levens
verdieping door het werken-naar-buiten
worden verdrongen. Er waren nog andere
gevaren, waarvan men zich in het begin
echter evenzeer bewust bleef. Zoo wees
M. Boullet, generaal-vikaris van Orleans, in
zijn breed uitgewerkt Rapport over het
sociaal program der Derde Orde op de nood
zakelijkheid, dat men katholiek, d-w.z. alge
meen, moest blijven en zich niet op één
richting mocht blind staren. Daarmee wilde
hij echter geenszins konkrete plannen uit
sluiten; integendeel, hij gaf scherp omlijnde
bepalingen over den plicht van den Tertiaris
een rechtvaardig loon uit te keeren.
Dat men het ernstig meende met het uit
voeren van een maatschappelijke hervor
ming, bleek o.a. hieruit, dat een „Union
fraternelle" werd gevormd tusschen Tertia
rissen-werkgevers en werknemers te Rou-
baix, welk initiatief door Harmei in een
zijner vurige en heldere toespraken ten
voorbeeld werd gesteld.
Wanneer we echter den toestand voor den
geest roepen, die speciaal Frankrijk door
maakte, toen verschillende sociale richtin
gen onder de Katholieken ontstonden (we
denken aan de moeilijkheden van De Mun,
die met Harmei samenwerkte en zich even
eens naar Franciscus richtte), dan kan het
ons niet al te zeer verwonderen, dat dwa
lingen konden ontstaan. Een nieuwe moei
lijkheid deed zich daarenboven voor, toen
vele vereenigingen met-partikulier-doel ont-
stonden. Niet zonder reden jyees daarom
Pater Gerard bij gelegenheid van het Natio
naal Kongres in 1898 op de bedoeling, dat
de Tertiarissen geen der katholieke werken
zouden verdringen, maar ze veeleer wilden
bevorderen en met elkander in verbinding
brengen.
De stroom was echter tè sterk de poli
tiek, die ook al meesprak, laten we verder
buiten beschouwing en bepaalde maat
regelen dienden genomen. Op het Kongres
van 1900 te Rome, waar vele duizenden
Tertiarissen aanwezig waren, verklaarde
P. David Fleming O-F.M. (in overleg met
den Paus), dat men zich moest wachten de
Derde Orde te doen afwijken van den waren
weg; dat zij altijd moest blijven: een school
voor christelijke volmaaktheid. Dat daar
mede het werken naar buiten niet was ver
boden, was uit de omstandigheden duidelijk
genoeg. Maar men moest voorzichtig zijn.
Dit echter werd in de volgende jaren en
dit was in die omgeving geenszins zoo on-
heid en aantrekkelijkheid in Franciscus,
dat is de altijd nieuwe les, die hij aan eiken
tijd en aan eenieder van onzen tijd te lee-
ren heeft.
En als het waar is, dat ons volk geken
merkt is door dien dubbelen trek van
realisme en romantiek, hoever is het dan
gedisponeerd om die les te verstaan!
De beleving heeft Franciscus vanzelf ge
bracht tot de daad. De daad is de rijpe
vrucht van elke innerlijke ervaring. Leer
en daden van het Evangelie zijn hem zoo
aanschouwelijk voor den geest ^gekomen,
hebben zoozeer geregeld den polsslag van
zijn hart, dat ze den drang in hem moesten
wekken het aanschouwde voor anderen
aanschouwelijk te maken.
Waar de naastenliefde zoo krachtig uit
de centrale zon van Godsliefde uitstraalt
als bij Franciscus, daar kan het niet an-
dérs, of de daad moet werkzaam zijn tot
opbouw van het heele maatschappelijke
leven.
De taak der Derde Orde is het, die les
aan de menschen voor te houden, aan zoo-
velen als daaraan een gewillig oor willen
leenen.
Dat is de kern waarop ze zich steeds
heeft te bezinnen, wil ze zich niet verliezen
in bijkomstigheden en leven in haar peri
pheric. Die bezinning brengt de overtuiging,
dat de kleinste verbetering aan zich zelf
van grooter waarde is, dan congressen,
gloeiende redevoeringen, volle zalen, stra
lende optochten en groote cijfers,
dat de levenswijze in privaat en openbaar
leven de uitdrukking moet zijn van den in-
nerlijken Franciscaanschen dwang en de
eigen evangelische volheid.
Wanneer de gedachte van den grooten
dertiende-eeuwschen Hervormer maar sterk
genoeg doorleefd is, zal ze naar buiten bre
ken in elke daad. Dan zal ze persoonlijk
heden kweeken, die schenken aan en schep
pen voor de gemeenschap. Wat van hen
uitstraalt zal de menschen nader brengen
tot waarachtig leven en waarachtig geluk.
Zulke persoonlijkheden zullen geen ver
wijten doen aan de maatschappij, maar
aan zich zelf. Er zal in hen leven een dee
moedig gevoel van eigen ontoereikendheid
tegenover zich zelf, God en den mede-
mensch. Zij zullen te midden van de maat
schappelijke wanverhoudingen geen her
vormers willen zijn, maar belevers.
De beleefde gedachte maakt het leven
sterk en het sterke leven breekt zich wel
baan; en wanneer het Evangelisch is als
bij Franciscus, kan het zich bewegen in
onbegrensde ruimten, waar de voorzichti-
gen het wijze hoofd schudden. Wanneer
het leven uit dezelfde bron borrelt als M&
Franciscus, dan groeit het tot een stroom,
die meesleurt.
En wanneer het leven zoo primitief, zoo
echt en sterk evangelisch is, dan is er wei
nig gevaar voor levensvertroebeling, dat
een hardnekkig willen en een program zoo
gemakkelijk meebrengt, omdat de opzette
lijke wil om te hervormen of te protestee
ren moeilijk vrijblijft van eigenliefde en
egoïsme en gemakkelijk leidt tot krenking
en liefdeloosheid.
De beteren en besten hunkeren naar een
geestelijken ommekeer. De Derde Orde
heeft een grootsche taak te vervullen.
Langeweg.
begrijpelijk soms uit het oog verloren,
totdat Paus Pius X in 1912 (Brief Tertium
Franciscalium Ordinem) in een breed uit
gewerkt program de werkzaamheid der
Derde Orde duidelijk omschreef. Ook nu
bleef nog 'n ruim veld ter bewerking (zie rt
degelijke boek van Palmen) en slechts voor
een oppervlakkig beschouwer kon Pius X in
tegenspraak schijnen met Leo XIII.
Doch de sociale toestanden bleven zich
ontwikkelen. Na 40 jaren gaf Paus Pius XI
zijn meesterlijke aanvulling van Rerum
Novarum in de „Quadragesima Anno". Maar
ook deze Paus verloor niet de geestdrift van
Leo XIII voor de Derde Orde uit het oog.
Onder de Encyclieken, die hij aanduidde
als een bewijs, dat steeds de sociale toe
stand zijn aandacht had geboeid gehouden,
noemde hij ook zijn belangrijke Franciscus-
encycliek „Rite expiatis" (1926), waarin in
grootschen Auspicato-stijl de beteekenis van
FrancisCus' Derde Orde wordt beschreven.
Als op een voornaam onderdeel in de
Derde-Orde-Beweging, vestigde reeds Paus
Leo XIII de aandacht op de Jeugd-Aktie en
de Fransche Kongressen herhaalden dik
wijls dien uitdrukkelijken wensch. Het is
dan ook als een erfenis uit die tijden van
groot enthousiasme voor de Derde Orde te
beschouwen, dat in Frankrijk de Derde-
Orde-Jeugd spoedig een eigen organisatie
vormde in de groote Derde-Orde-Beweging.
Frisch Franciskaansch leven maakte heu
haar mogelijk nauw verband te houden met
de Katholieke Scouts en toch behalve
nog de in Franciscus-navolging hooger wil
lende „Compagnons de S. Frangois" haar
eigen karakter te behouden en zoo ten dien
ste te zijn van de groote bloeiende Action
Jeunesse Catholique Frangaise (A.C.J.F.),
door De Mun gesticht en later tot massa
organisatie uitgegroeid, die alle speciale
richtingen de vrijheid latend, ze vereenigt
in een vrijwillig gevormde eenheid van
samenwerking.
Zoo was dus de tijd der Fransche Kon
gressen, niettegenstaande de moeilijk te
vermijden ontsporingen een groote tijd,
die nog onze volle aandachMfcerdient en
zelfs actueel mag worden ^ieeten. Een
Derde-Orde-Vereeniging zooals die van
Roubaix, waar alles breed is georganiseerd,
met o-a. een eigen Bureau voor Werkver-j
schaffing onder de Tertiarissen onderling,
wijst als verbindingsstuk naar de vroegere
decenniën met spontane Auspicato-geest-
drift,
P. MAXIMILIANUS, Kapucijn
Het heilige fabrieksmeisje
Margaretha Sinclair
Leo Jungblut, Utrecht
99
99
Ontwerp Cuïjpers Ca. Roermond
Ontwerp Cujjpers C Co., Roermond