Jaarboek Vereeniging „Haerlem"
DINSDAG 13 SEPTEMBER
Maatregelen tot behoud van het
oude Haarlemsche
stedenschoon
Jhr. Mr. J. Boreel van
Hogelanden gehuldigd
De gashouder
Jhr. mr. J. W. G. Boreel van
Hogelanden 1852—10 Sep-
tem ber1932)
*aam.
BLOEMENDAAL
BEVERWIJK
BEVERWIJK
HEEMSTEDE
OVERVEEN
SANTPOORT
IJMUIDEN
DUIVENSPORT
Postduivenvereeniging
De Snelvlieger
INGEZONDEN
Verschenen is het jaarboek 1931 van de ver
eeniging „Haerlem", gedrukt bjj de firma De
Erven P. Bohn N.V. alhier.
Evenals de aftdere uitgaven van deze ver
eeniging maakt het een keurig verzorgden in
druk en bevat het zeer interessante en lezens
waardige artikelen.
In het jaarverslag 1931 van de vereeniging
«Haerlem", dat evenals het financieel overzicht
over 1931 in dit jaarboek is opgenomen, tref
fen ons in het bijzonder enkele passages over
de maatregelen, welke genomen zijn om het
JUooie oude Haarlemsche stedenschoon te
behouden.
..Zonder de medewerking van de eigenaren,
zoo zegt het jaarverslag, is bedroefd weinig te
bereiken, omdat het behoud van het oude dik
wijls onmogelijk is en bovendien extra-gelde
lijke offers vergt, welke onze vereeniging niet
kan brengen.
Toch zijn wij veel verder dan vroeger, omdat
bu sedert eenige jaren de voorlichting van de
schoonheidscommissie en het bureau van bouw
en woningtoezicht is verkregen, welke beide ons
"Un niet genoeg te waardeeren hulp en steun
Wu'leenen. Vergeten mag ook niet worden de
Rijksmonumenten-commissie, welke meermalen
baar tusschenkomst geeft. Het spreekt wel van
2elf. dat wij ons over het bestaan van de
schoonheidscommissie hartelijk verheugen, orn
aat zij niet alleen veel kwaads verhoedt, doch
er ook altijd op uit is een goede oplossing te
Vinden, indien een gedeelte van een fraaien
ëevel moet worden veranderd, wijl het perceel,
Wat meestal geschiedt, voor winkel moet wor
sen dienstbaar gemaakt. Zoo zijn wij dan zeker
tevreden, doch nog niet voldaan, want zoolang
°bze gemeente nog geen monumentenverorde-
b'ng ais in den Haag en andere plaatsen
beeft, zal niet altijd en juist bij belangrijke
Perceelen, dat verhoed kunnen worden, waar-
°or alle oprechte Haarlemmers zoo bevreesd
syn.
Over den grooten gashouder schrijft het
Jaarverslag:
Door de groote wolkenkrabbers, die hier en
uaar in onze goede stad verrijzen en voor de
Rchtige uitoefening der betreffende bedrijven
Wel noodig zullen zijn, gaat veel van het rustige
thtieme karakter verloren, vooral, indien zij
ln een omgeving komen, waar zij allerminst
Passen. Doch wat te denken van den afschu-
Welijken gashouder, waarover al menigmaal
Werd geschreven, doch waarover ook wij toch
Wel ons woord mogen spreken, al baat het niet
bieer? Het moet de hoogste niet alleen van
Rederland, maar van alle landen zijn, natuur-
bjk met uitzondering van Amerika en nu zijn
er nog ja, zoo zijn er die daar trotsch
°P gaan. Waar ge ook binnen of buiten de
Eemeente gaat staan om van het mooie Haar
lemsche stadsbeeld te genieten, overal steekt hij
Verwaten zijn kop op, om met zijn plompheid
bw genoegen voor immer te bederven. Was er
biet de kennis en kunde van onze bekwame
'tigenieurs niet iets te bereiken geweest, dat
Rinder in h«t oog viel, door b.v. het gevaarte
an dubbelen omvang te maken, waardoor het
alf zoo hoog ware geworden, of in den grond
ce stoppen?
Gedane zaken nemen evenwel geen keer, hoe
der ook te bejammeren, doch dat bij zulke
°verheids-bouwsels een wakend oog moet toe-
2ieh, zal toch wel een ieder beamen.
Verder noemt het jaarverslag de geveltjes,
PR gespaard bleven, o.a. dat van perceel An-
Rioniestraat 37, waarin de oudste gevelsteen
D572) van Haarlem is gemetseld (St. Joris met
den draak), memoreert het den brand van den
°;en de Adriaan, een ramp voor Haarlem en
®ee*t het een overzicht van alles, wat met de
ci'eeniging in verband stond.
Van de schitterende artikelen, die in het
jaarboek zijn opgenomen, noemen wij J. J. Ker-
Ter'i door E(rnst) K(relage), A. de Clercq,
boor J. m. C. Hoog, J. P. Hulswit, door (ir.)
f- C. Dufour (oud-directeur van O. W. te
Raarlem), Vincent Loosjes, door (Mr.) A. S.
rRedema, A. H. Broos, door H. D. Tjeenk
Relink, Zuster A. L. Hoog, door Jhr. Dr. M.
van Lennep, ir. Daniël de Clercq, door G. S.
bc Clercq, Akendam en Pictura, door Geer-
Ruida Carelsen, terwijl het voorts een over-
jdcht bevat van eenige publieke instellingen en
czienswaardigheden en een kroniek over 1931.
Zeer fraaie platen, o.a. van den molen De
^-briaan, verluchten en verduidelijken het
JRheel, zoodat het voor den lagen prijs (ƒ2.50)
en buitengewoon kostbaar boekwerk is.
Voortreffelijk is tenslotte ook het artikel, ge-
pM aan Jhr. Mr. J. W. G. Boreel van Hoge-
adden, oud-burgemeester van Haarlem, waar-
ah de eerste alinea tevens de reden bevat,
Raarom dit jaarboek zoo laat (10 September)
erschenen is en dat wij hier in zijn geheel
citeeren:
Ih het vorig najaar werd in Haerlem's Be-
■-Uursvergadering besloten dit Jaarboek te laten
^erschijnen op 10 September als blijk van bij-
ondere hulde aan ons eerelid, Jhr. Mr. J. W. G.
■°°feel van Hogelanden die zoolang hij Burge
rmester van Haarlem was, onze Eerevoorzit-
fheeft willen zijn.
Dat aan mij werd toevertrouwd, naar aan
leiding van dezen gedenkdag eenige bladzijden
bjah den Jubilaris te wijden speciaal aan
bat deel van diens leven dat onze Vereeniging
et meest ter harte gaat is mij een groot
VQ°rrecht. Ik heb mij daarvoor durven aan-
°leden, omdat ik als Gemeentesecretaris elf
atl diens negentien Burgemeestersjaren zijn
Penvoerder heb mogen zijn. Ik heb het be-
56®rd, omdat ik gaarne in deze populaire ge-
vmiedrollen wilde vastleggen, hoe de ,,insi-
ers" in dien tijd een van de levensperioden
waaraan ik almede het liefste terugdenk
Prgemeester Boreel hebben gezien.
Wei is de Magistraat bij zijn aftreden in
Ke Raadzaal hulde gebracht in zeer kenschet
ste bewoordingen, zoo sierlijk en zoo juist
kozen, dat zij hier bezwaarlijk zullen zijn te
Jfenaren, doch oude Verhandelingen van den
j, efneenteraad komen onder weinig oogen.
°vendien legt de atmospheer van de Raad-
jjal banden aan, welke men hier niet gevoelt.
'er kan men zich meer laten gaan, zich vrijer
"'ten.
V/erkelijk goede Burgemeesters zijn zeld-
Ran hoeveel vereischten heeft men niet te
doen om dien naam te verdienen! Vooreerst
materie, waaruit de Burgemeester is opge-
st ^n, de mensch! Wie als mensch niet hoog
j-aat> kan geen goed Burgemeester zijn. Het
°°fd der Gemeente moet, omdat hij meer
aan den weg timmert dan welke andere
btoriteit ook, het voorbeeld zijn, waarnaar
die de Gemeente dienen, hetzij hoog,
laag, zich kunnen richten,
wie eigen belang of glorie zoekt, kieze een
andere richting en late het Burgemeesters
ambt aan hen, die het beschouwen als een
schoone taak, waaraan zich te mogen wijden,
een eer is.
Dat een Burgemeester, die zijn functie aldus
opvat, verheffend op zijn omgeving werkt, ligt
voor de hand. Onwillekeurig spoort hij door
zijn voorbeeld anderen aan, op hun beurt het
voorbeeld te geven en ook het beste te leve
ren, waartoe zij bij machte zijn. Zooals een
zichzelven-niet-vergetend chef het peil van
zijn omgeving onvermijdelijk neerhaalt, zoo
voeren de hoogere principes van hem die zich
slechts beijvert de hem toevertrouwde zaak te
behartigen, dat peil onwillekeurig op. Slechts
wie het ambtelijk serail kent, kan beseffen,
hoe snel en hoe sterk deze verschillende in
vloeden zich kunnen doen gelden, juist bij de
gemeenteadministratie, omdat de daarbij be
trokkenen elkaar zelden of nooit uit het oog
verliezen en onderling zooveel contact heb
ben. Slechts de daar ingewijde weet, van hoe
overwegend belang het is, dat de leiding be
rust bij mannen van hooge opvatting en ka
rakter.
Niet de vlotte, soepele, als van zelf naar
voren komende menschen, die onmiudellijk op'
alles bescheid weten en dadelijk voor iedere
moeilijkheid een uitweg zien, zijn de beste
Burgemeesters. Op de korte baan mogen zij
het soms schijnen, doch in werkelijkheid heeft
de Gemeente noodig de Bestuurders die meer
op toekomstige Gemeentebelangen dan op di
rect succes letten, de hoekige karakters, de
mannen van overtuiging, van durf, voor wie
plicht een hooger begrip, voor wie volksgunst
een futiliteit is.
Dat is het hout voor goede Burgemeesters
vereischt en uit een zeer gaaf stuk daarvan
was Burgemeester Boreel gesneden!
Als man van traditie, waardigheid en hoof-
sche vormen, als zoon van een van oudsher
met regeeren vertrouwd geslacht, was hij de
bij uitstek geschikte persoon om zijn Ambt op
hooge wijze te vervullen.
Allerminst conservatief echter. Dat stond
wel dadelijk vast.
Het bestuur van zijn Ambtsvoorganger, hoe
wel in vele opzichten terecht geprezen, was
min of meer autocratisch geweest en reeds
de uitnoodiging aan de tot dusver in de
Raadzaal verspreid zittende Wethouders, om
voortaan met den Voorzitter plaats te nemen
aan dezelfde tafel, als een te zamen hoorend
Dagelijksch Bestuur, werd gehoord als een
nieuw geluid. Door dezen maatregel kwam de
wettelijke positie van de Wethouders tegenover
den Raad duidelijker uit en won het College
van B. en W. aan innerlijke kracht, 's Bur
gemeesters ernstige levensopvatting, welke hem
in iedere gezagsfunctie een van Hoogerhand
opgelegde taak deed zien, noopte hem nauw
gezet te waken, dat de Machten in de Ge
meente zich binnen de wettelijke grenzen hiel
den. De Raad moest hebben wat des Raads
was, het Dagelijksch Bestuur wat tot het werk
van dat College behoorde, doch evenmin als de
Burgemeester of Burgemeester en Wethouders
zich ten koste van den Raad bevoegdheden
konden aanmatigen, mochten laatstgenoemde
Colleges aan zich trekken, wat de Wetgever
aan den Burgemeester had opgedragen; mid
dellijk noch onmiddellijk.
Een tweede verandering in de verhouding
tusschen Wethouders en Raadsleden welke hij
noodzakelijk achtte, was het afschaffen van
den zoogenaamden „Vóórraad" met welken
wijdschen naam men het volgende insluipsel
placht aan te duiden. Door den lossen samen
hang van het Dagelijksch Bestuur vóór Bur
gemeester Boreels komst, gevoelden de Wet
houders zich destijds meer Raadslid dan Wet
houder en zoo was de gewoonte ontstaan, dat
zij des Maandags vóór de bijeenkomst van den
Gemeenteraad naar de leeskamer gingen, waar
dan een talrijke groep Raadsleden de stukken
placht te komen lezen. Daar werden dan de
motieven welke bij de beraadslagingen in het
College van B. en W. hadden gegolden, ver
trouwelijk uiteengezet en besproken. Daar
werden de voorloopige afspraken gemaakt om
de behandeling in de openbare vergadering
van den Raad vlotter te doen loopen. Met
kracht verzette de nieuwe Burgemeester zich
tegen deze wijze van doen. Hij achtte die
ontoelaatbaar. De Wetgever wilde toch, dat
de normale gedachtenwisseling in het publiek
geschiedde, in de openbare zitting van den
Raad, waarvoor alle leden behoorlijk waren
opgeroepen. Eerst daar moesten de motieven,
welke het Dagelijksch Bestuur nader wensch-
te toe te lichten en in het debat wilde laten
wegen, worden ter sprake gebracht. De Raad
had daar recht op. Bovendien moest een open
hartige gedachtenwisseling in het College van
B. en W. onvermijdelijk lijden door zulke diep
gaande vertrouwelijke besprekingen van een
deel van dat College met een deel van den
Raad. Het gold hier echter een ingeroeste ge
woonte en andere middelen dan die der over
reding stonden den Burgemeester niet ten
dienste, dus moest de uitroeiing veel tijd vor
deren, doch ten slotte heeft diens voortdurend
hameren op de onwettigheid en op de practi-
sche bezwaren toch den „Vóórraad" geleidelijk
doen verdwijnen.
Ook in vele andere opzichten bleek spoedig,
dat de uiting in 's Burgemeesters intreerede 1),
„dat aan nieuwe tijden nieuwe eischen worden
gesteld, waaraan met verstand en wijsheid
voldaan moet worden" geen ijdele klank zoude
blijken.
Typeerend waren in dit verband de onder
algemeene instemming aangehoorde woorden
door Jhr. Mr. P. W. van Styrum als oudste
raadslid bij het afscheid van Burgemeester
Boreel tot dien gericht. Ik veroorloof me daar
uit een kort citaat 2).
„U heeft voor nieuwe eischen een open oor
„en oog gehad en zijt in vele gevallen voor
gegaan.
„Ook dan, wanneer de Raad niet dadelijk
„bereid was met die nieuwe denkbeelden mede
„te gaan, hebben ten slotte meestal Uwe
„denkbeelden gezegevierd.
„Ik herinner in dit verband aan Uwe be
langrijke Nota betreffende minimumloon en
maximumarbeidsduur, aan Uwe bemoeiingen
„ten behoeve van de tot stand koming van de
„melkverordening, die uit hygiënisch oogpunt
„voor de Gemeente van zoo groote waarde is,
„aan wat door U gedaan is ter bestrijding
„van de werkloosheid, aan de samenwerking
„met de omliggende Gemeenten door U zoo
„warm voorgestaan." enz.
Men ziet het, de nieuwe Burgemeester was
zijn tijd vooruit en zag dikwerf verder dan de
Bestuurderen aan wier hoofd hij was gesteld.
Waren zijne geavanceerde ideeën ten op
zichte van de politiek door Haarlem tegenover
het forensenvraagstuk te volgen, overgenomen,
de geheele streek en Haarlem niet het minst, i
zou daar wel bij gevaren zijn.
Doch al was dan geen autocraat, geen man
wars van nieuwe denkbeelden, aan het hoofd
der Gemeente geplaatst, wel was deze Burge- I
meester een geboren gezagsman. Zijn geheele
persoonlijkheid dicteerde kracht en orde en,
hoe overwegend zijn invloed was, kwam wel j
het sterkst aan het licht bij tijdelijke afwe- j
zigheid, want als de Burgemeester aanwezig
was, liep alles als van zelf, geruischloos.
Uitnemend leider van vergaderingen, wist
hij ook daar op juiste en tactvolle wijze ge-
bruik te maken van zijn overwicht. In de klei- j
nere Colleges was het naar zich toe halen van
1) Raadsnotulen van 5 April 1893, pag. 212.
2) Raadsnotulen van 3 Juli 1912, pag. 446.
den voorzittershamer veelal voldoende om de
discussie weer in het goede spoor te brengen,
in den Raad geschiedde dit met enkele spaar
zame woorden. Streng en formeel werd daar
de hand gehouden aan de punctueele naleving
van het Reglement van Orde, zelfs in die ma
te, dat in een van de eerste vergaderingen
door zijn opvolger gepresideerd, een van de
meest vooruitstrevende Raadsleden het noodig
achtte op een vermeende afwijking van het
hem zoo grondig ingeprente Reglement te wij
zen. In werkelijkheid was dit Reglement na
tuurlijk slechts een hulpmiddel. Het was Bur
gemeester Boreel zelf, die door zijn positie
boven personen en partijen, doch vooral door
zijn prestigjj, de teugels wist strak te houden.
Voor de Ambtenaren was hij een streng
maar rechtvaardig Chef, zoo noodig een warm
behartiger hunner belangen, doch ook daar
bij het Gemeentebelang steeds in het oog hou
dende. Hij eischte, dat men zich geheel aan
het werk gaf. Van slag dienen, wilde hij niet
weten. Daar stond echter tegenover, dat hy,
mits de vormen werden in acht genomen,
groote vrijheid liet, zich tegenover hem te1
uiten. Met mannen wenschte hij te werken,
niet met marionetten. Vandaar ook zijn stren
ge eisch, dat de ambtelijke rapporten uitslui
tend zouden weergeven de meening van den
onderteekenaar en niet beïnvloed zijn door bo
ven dien gestelde machten of daar veronder
stelde invloeden. Daargelaten de voor de hand
liggende andere bezwaren keurde hU af in
die „cooked reports" zooals hij dergelijke stuk
ken placht te noemen, dat daarbij de onder
teekenaar niet tot ontplooiing van zijn krach
ten kon kernen en slechts formeel door zijn
onderteekening aansprakelijk was. De wer
kelijke, zelfstandige verantwoordelijkheid, een
der hoeksteenen van elk goed bestuur, werd
daardoor ondergraven.
De burgemeester evenmin als de Wethouders,
mochten zich te ver begeven op het terrein
der Ambtenaren. Zij moesten zich niet ver
liezen in details, doch moesten zich bepalen
tot de groote lijnen. Waarom zich zoo groote
uitgaven te getroosten en zooveel moeite te
doen om de knapste Ambtenaren te krijgen,
als men hunne krachten slechts ten deele zou
benutten? Bestuurders mochten niet vergeten,
dat bij hunne keuze geheel andere overwe
gingen hadden voorgezeten dan bij de benoe
ming der Ambtenaren waarbij n. de beste vak
mannen gezocht wordt. Ook diende in het
ocg gehouden, dat hij die deelneemt aan de
voorbereiding, geen vrije beoordeeling behoudt
en zijn objectieven kijk verliest.
Men leide hieruit echter vooral niet af, dat
tijdens zijn Bestuur de Ambtenaren abnorma-
len invloed hadden, zich meer konden doen
gelden dan hun positie medebracht.
„Indien U mij overtuigen kunt, dat wat U
voorstelt, juist is en in het belang der Ge
beente, zal ik het steunen, doch die over
tuiging moet voorafgaan," luidde het ge
woonlijk. Men kreeg de gelegenheid wat men
voorstelde, toe te lichten en te motiveeren,
doch persoonlijken invloed bezat eigenlijk
niemand, 's Burgemeesters eigen, zelfstandig
gevestigd, oordeel zou hem ten slotte den weg
wijzen en, ten einde tot op het laatste moment
de absolute vrijheid te behouden, werd prin
cipieel aan niemand ooit eenige toezegging
gedaan, waarvan een typisch voorbeeld zou
zijn aan te halen.
Maar, uit den aard der zaak moet een schets,
als dit artikeltje bedoelt te zijn, kort blijven.
Dus mag niet uitgeweid over veel wat eigen
lijk om vermelding vraagt. Dus niet over de
groote preventieve werking, welke uitging van
de overal gevoelde zekerheid, dat een man
aan het hoofd stond, die diep doordrongen
van de verantwoordelijkheid, welke op hem
als vertegenwoordiger van aller belangen
rustte, in alle omstandigheden, hoe moeilijk
ook, zijn plicht zoude weten te doen. Evenmni
van 's Burgemeesters buitengewone gave van
snel intuïtief aanvoelen, waarvan treffende
voorbeelden zouden zijn aan te voeren. Ik kan
dus ook niet beschrijven, hoe, vóór nog hier
te lande aan Woningwet en dergelijke alge
meene voorschriften gedacht werd, reeds te
Haarlem pogingen in die richting werden in
het werk gesteld en daarvoor de hulp van de
zrg.n. „Rechtsgeleerde Commissie" werd in
geroepen; evenmin uitweiden over de pogin
gen om de begraafplaats meer in overeen
stemming te brengen met de nieuwere
eischen, noch over de kinderspeelplaatsen, voor
welke plannen Burgemeester Boreel zooveel en
zoo warm gestreden heeft.
Toch mocht ik deze laatste twee zaken, niet
onvermeld laten, daar zij, ofschoon indirect,
ook verband hielden met het „toilet van de
stad", dat hem zoozeer ter harte ging.
Hoewel van nature zuinig en afkeerig van
onnoodige uitgaven, vond hij, dat, indien er
wel termen bestonden, om in de beurs te tas
ten, niet geschroomd moest worden, dit flink
te doen. Welnu, Hout en Plantsoenen verdien
den en eisch ten nauwkeurige verzorging! Een
Gemeente, die zich respecteerde en zeker
Haarlem als „Bloemenstad", mocht daar niets
aan laten ontbreken. Het gold hier decorum,
geen praal!
In dezelfde lijn bewogen zich zijne aanmoe
digingen tot bevordering van een ander stede-
schoon. Men denke aan zijne bemoeiingen voor
den gevelwedstrijd. Trouwens in het algemeen
gevoelde de Burgemeester veel voor de schoone
kunsten en moedigde die gaarne aan. In dit
verband mag wel eens herinnerd aan de op
dracht, welke hij gaf aan den heer E. Voet Jr.
een van Haarlem's kunstzinnigste zonen, om
een nieuwe Burgemeestersketen te vervaardi
gen, door welke opdracht de Gemeente een
waarlijk meesterstuk rijker werd.
Het ligt intusschen voor de hand, dat hij als
man van smaak en traditie niet minder ge
voelde voor de kunstschatten aan Haarlem
door vorige geslachten nagelaten en evenzeer,
dat toen onze Vereeniging werd opgericht, de
oprichters unaniem wenschten, dat aan Bur
gemeester Boreel het Eerevoorzitterschap werd
aangeboden. Het werd met gratie aanvaard en
de Burgemeester-Eerevoorzitter gaf, telkens als
de gelegenheid zich aanbeod, blijken van le
vendige belangstelling en o.a. bij den herbouw
van den Stadhuistoren daadwerkelijken steun.
Ook de Stichting van het Frans Halsmuseum,
die heel wat voeten in de aarde gehad heeft
en waarbij Haarlem's Raad bezwaarlijk gezegd
kan worden over ijs van één nacht te zijn ge
gaan, is voor een groot deel Burgemeester Bo-
reel's werk. Terecht zou men het kunnen aan
halen als een proeve van zijn taai doorzet
tingsvermogen.
Is het dan niet te begrijpen, dat die tijd in
spireerend werkte? Zelfs het terugdenken er
aan is opwekkend.
„Of een Secretaris zijn Ambt goed en met
„liefde kan vervullen, hangt voor een groot
„deel af van den Burgemeester en hoeveel heb
„ik, dit in het oog houdende, aan Burgemees
ter Boreel te danken. Diens hoogstaand ka
rakter, gepaard aan fijne tact om alle per
soonlijke elementen uit de zaken te verwij
deren, diens kwaliteiten als Mensch en als
„Regent hebben het mij tot een lust gemaakt
„onder hem te arbeiden. Zonder de teugels te
„laten glippen, heeft hij mij zooveel mogelijk
„zelfstandigheid gelaten en daardoor ge-
maakt, dat het Ambt van Secretaris mij bleef
„boeien."
Met deze woorden bracht ik hem by mijn
heengaan in 1909 in den Raad mijn dank.
Waarom die hier aangehaald? Omdat de
herlezing daarvan de gedachte deed rijzen, dat,
hoe anders men ook in veel dingen denken
gaat, ik thans, ruim 23 jaren later, weer ge
heel hetzelfde zoude hebben gezegd. Zooals ik
Burgemeester Boreel zag bij mijn afscheid als
Secretaris, zoo zie ik hem nog. Zijn beeld heeft
zich in die kwart eeuw niet gewijzigd.
En Jhr. Boreel zelf? Hij is nu op het punt
tachtig jaar te worden. Tachtig jaar en niet
tegenstaande dien hoogen leeftijd, niettegen
staande de zorg en kommer die ook hem niet
bespaard zijn gebleven, nog een krachtig man,
nog een alleszins energieke figuur. Bijna ge
heel ongebogen van houding, volstrekt onge
bogen van karakter.
De Vereeniging Haerlem, die zich gedurende
haar geheele bestaan bewust is geweest van
zijn sympathieke belangstelling en zich ha-
rerzijdsch nauw aan den Jubilaris verbonden
heeft gevoeld, verheugt zich levendig in dezen
bijzonderen feestdag.
Zoo doen wij, hare Bestuursleden, het.
Mogen nog vele mooie en gelukkige jaren
voor ons Eerelid zijn weggelegd!
Augustus 1932.
PIJNACKER.
Burgerlyke Stand.
Geboren: M. P. L. ElderingPeltenburg, z.
OndertrouwdJ. G. Hoge en A. L. M. J- Huijs-
ser; P. W. van der Zon en A. M. C. Zomer;
W. J. Dieks en J. M. Aarsman.
Getrouwd. J. de Graaf en J. Slomp.
Overleden: A. C. W. Zeilinga, 67 j.; A. F.
Herbermann, 69 j.
Examens Kunstwachtdiploma Zaterdag
middag werd aan het Bloemendaalsche strand,
in- en voor het gebouw van de Bloemendaal
sche Reddings Brigade, het examen afgenomen
voor het indertijd, door den Ned. Bond tot het
redden van drenkelingen ingestelde „Kust
wachtdiploma". Dit examen werd voor de
eerste maal in Nederland afgenomen. Alleen
zij, die reeds in het bezit zijn van de Bonds-
diploma's A en B kunnen aan dit examen mee
doen.
Er waren Zaterdag 8 candidaten, 7 van de
Bloemendaalsche- en 1 van de Haarlemsche
Redd, Brigade.
Alle 8 candidaten zijn geslaagd voor het
technisch gedeelte, n.l. mej. A. Evers en de hee-
ren J. Hasselmeyer, P. A. Postma, W. Budding,
D. Denijs, R. J. Rohlfs, A. J. Fater en A. de
Bruyn (H.R.B.).
Ernstige aanrijding. Zaterdagavond had op
den hoek van de Kloosterstraat en de Baan-
straat een aanrijding plaats. De motorrijder
J. W. uit Heemskerk kwam met flinke snelheid
uit den Kees Selfsweg rijden en naderde tegelijk
met een personenauto het kruispunt. De motor
rijder, die den automobilist voorrang had dienen
te verleenen, wilde nog voor de auto passeeren.
Deze manoeuvre mislukte echter met het gevolg,
dat een aanrijding plaats vond. De motorrijder
werd, evenals de dame, die op de duo had plaats
genomen, tegen den grond geslagen. De bestuur
der van het motorrijwiel werd gewond aan een
der voeten, doch bleek er verder goed te zijn
afgekomen. Erger was het met de duorijdster
gesteld. Zij werd met een dübeenbreuk bij om
wonenden binnengedragen. Nadat haar genees
kundige hulp was verleend werd zij ter verple
ging in het Roode Kruis Ziekenhuis opgenomen.
De motorrijder kon zich naar huis begeven. De
Rijksveldwacht heeft naar de schuldvraag een
onderzoek ingesteld.
SPOEDEISCHENDE RAADSVERGADERING
Geldleening van 6 ton
Gisterenavond werd ten raadhuize een spoed-
eischende raadsvergadering gehouden onder
voorzitterschap van den burgemeeSter.
De raad was voltallig.
De agenda vermeldde als eenlgst punt van
behandeling: het" aangaan van -een -geldleening
tot een bedrag van ten hoogste f 600.000 tegen
een rente van ca. 5 lA pet. en tegen den koers
van 99 XA.
De geldleening is verdeeld in 600 obligatiën
van f 1000, die voorzien zijn van halfjaarlyk-
sche coupons, waarvan de eerste verschijnt op
1 April 1933.
Gedurende de eerste 10 jaar zal jaarlijks
op 1 October een bedrag van f 20.000 worden
afgelost. Het restant der. leening ad f 400.000
wordt op 1 October 1942 afgelost.
Na opening der vergadering ging de raad on
middellijk over in geheime zitting, ter nadere
bespreking van het voorstel.
Na heropening der openbare vergadering
merkte de heer EIJKING op, dat de rente aan
den hoogen kant is. Spr. wees op het stand
punt der regeering, die alles naar beneden wil
hebben. Alhoewel spr. niet tegen het voorstel
zou stemmen, werkt dit toch niet mee om deze
verlaging door te voeren. Integendeel wordt het
kapitaal gesteund, terwijl voor den kleinen
man niets bescnikbaar is.
De heer VISSER was het hiermede eens en
becritiseert in dit verband de houding der re
geering.
De VOORZITTER gaf toe dat het rentetype
niet laag is. B. en W. hébben echter geen kans
gezien om hierin verandering te krijgen.
Het voorstel werd hierna met- algemeene
stemmen aangenomen.
In verband met dit besluit wei-den nog eenige
suppletoire begrootingen vastgesteld, waarna
de vergadering gesloten werd.
De Harddraverij Voor de jaarlijksche
harddraverij, welke Donderdag a.s. op de
Breestraat wordt gehouden, bestaat groote
belangstelling.
Vooral de attractie, welke er dit jaar aan
verbonden is, n.l. de wedloop door Beverwijk,
belooft een groot succes te worden, gezien het
feit, dat zich hiervoor reeds 26 deelnemers
hebben laten inschrijven, waarmede vele be
kende athleten.
Voor bijzonderheden omtrent dezen dag, zie
men de adverentie, welke in dit nummer voor
komt.
Ongelukje. Doordat een 16-jarige jongen
bij het oversteken van den weg op den spoor
overweg aan deZandvoortschelaan alhier niet
op het verkeer lette, kwam hij met zijn voet
onder 'n passeerenden auto. De bestuurder van
dien auto reed zeer langzaam en stopte on
middellijk. Dr. D. uit Aerdenhout, die de eerste
hulp verleende, constateerde een verwonding
aan het been. Op diens advies is hij per auto
naar zijn woning vervoerd.
Inbraak. Door den heer P. is aangifte
gedaan, dat in zijn consumptietent aan den
Glipperweg is ingebroken. Vermist worden een
hoeveelheid chocoladereepen en bonbons.
Dahlia-tentoonstelling Tuinliedenvereeniging
Aerdenhout-O. Niettegenstaande 't slechte
weer van Zondag, mocht deze tentoonstelling
nog vrij veel belangstelling trekken. En zij die
regen en wind getrotseerd hebben, zullen er
geen spijt van gehad hebben. Er waren dahlia's
die, wat kwaliteit betreft, met de beste inzen
dingen in den lande konden wedijveren.
Maar ook de andere planten en bloemen
waren het bezichtigen overwaard. Natuurlijk
trok de inzending planten van den heer B.
Nieuwenhuis, chef-kweeker der firma v. Em-
pelen en van Dijk, maar ook die der jongste
van Ieperen mocht,gezien worden. En vele be
zoekers zullen niet vaak zulk een verzameling
afgesneden bloeiende heestertakken en na-
jaarsbloemen gezien hebben als die inzending
van Goudswaard en v. d. Meer.
En dat de leden bij een vroegeren bindcur-
sus veel kennis hebben opgedaan, bleek uit de
fraaie bloemstukken en manden en vazen,
alles door hen zelf opgesteld, evenals het ge
heel, nu door hen zelf gearrangeerd.
De jury, bestaande uit de heeren Carl van
Empelen, J. F. Ch. Dix en Vader kende de
volgende prijzen toe:
Afgesneden bloemen, gekeurd voor opstelling
en kwaliteit: le pr. H. P. van Gurp; 2e pr. C.
van Iperen; 3e pr. Goudswaard en v. d. Meer;
4e pr. A. Kramer; 5e pr. Rietvink.
Inzendingen potplanten: le pr. H. v. Iperen.
(De inzending van den heer B. Nieuwenhuis
was ter opluistering, doch de jury meende den
inzender te moeten feliciteeren voor opstelling
zoowel als kwaliteit).
Prijsvraag bloemstukken van dahlia's: le pr.
P. Warmerdam; 2e pr. F. Booms; 3e pr. J.
Warmerdam.
Prijsvraag vazen dahlia's: le pr. F. Booms;
2e pr. C. van Iperen.
Voor vaas Chrysanten Mr. Gulling kreeg de
heer B. Donkelaar 9 punten en voor tuinvaas
gevuld met Dahlia's de heer H. P. v. Gurp 8
punten.
De Floraliavereeniging
Hieraan was door 6 scholen deelgenomen.
Voor iedere school was een aantal prijzen be
schikbaar gesteld, naar verhouding van inge
zonden potjes. De uitslag hiervan was:
Jacobaschool: le pr. P. Draijer; 2e pr. G.
Penders; 3e pr. Th. Bosse.
Bosch-Hovenschool: le pr. Loverstegen; 2e
pr. W. Vinke; 3e pr. T. Deer; 4e pr. C. Koper;
5e pr. L. de Haan; 6e pr. P. v. d. Bos; 7e pr.
T. Coust; 8e pr. J. Bos.
St. Antoniusschool: le pr. M. Daniels; 2e pr.
Th. Smit; 3e pr. L. Smit; 4e pr. S. Kramer;
5e pr. A. Pronk.
St. Jozefschool: le pr. Heemskerk; 2e pr. v.
d. Nes; 3e pr. G. Berrus.
Nic. Beetsschool: le pr. M. Kortenhoeve; 2e
pr. H. Hum ting; 3e pr. A. Huizinga.
O. L. School, Voorweg: le pr. J. Sloof.
Gevonden voorwerpen. Terug te bekomen
bij de Bel, Binnenweg 19, een wandelstok; Be-
verdam, Jan v. d. Bergstraat 12, een rozen
krans; Nachtveiligheidsdienst, Haarlem, een
slinger van een auto; Vester, Koediefslaan 49,
een ceintuur van een regenjas; Smit, Landzicht
laan 39, een ceintuur; Wiersma, Raadhuisstraat
15, een kinderportemonnaie met inhoud; Dim
mers, Lieven de Keylaan 3, een autoped; Veld
huizen, Drieheerenlaan 49, een Duitsche herders
hond; Bureau van Politie, Raadhuisstraat, een
ceintuur en twee sleutels aan een touwtje.
HET 40-JARIG BESTAAN VAN DEN
R. K. VOLKSBOND
De avondfeesten
De avondfeesten ter gelegenheid van het 40-
jarig bestaan van den R. K. Volksbond moes
ten, daar de afdeeling, begonnen met 35 leden,
nu circa 500 leden bevat, in twee groepen ge
splitst worden om allen een plaatsje in de
feestzaal te geven.
En zoo was Zondagavond de zaal stampvol.
Onder de vele officieele personen merkten wij
o.a. op: den H. E. heer Weijtenburg, regent van
't Groot-Seminarie, prof. D. Bout, de beide pa
rochieherders en kapelaans, de burgemeester
van Heemstede, jhr. J. W. van Doom, Mr. J. B.
Bomans, het R. K. Kerkbestuur, deputaties van
de verschillende R. K. instellingen als Hanze,
K. S. A., A. R. K. A., H. B. C, terwijl mede
aanwezig was een deputatie van den Christe-
lijken Bestuurdersbond.
De voorzitter der feestcommissie stelde in
zijn openingsrede de vraag of het wel geoorloofd
was in dezen tijd feest te vieren, maar als hij
terug zag op wat de afdeeling heeft tot stand
gebracht, dan is een feestviering zeker gewet
tigd. Spr. verheugde het bijzonder den ouden
strijder Jan Smit hier aanwezig te zien. Hij
was het, die hier het boompje plantte!
Begonnen met 35 leden zijn helaas de meeste
overleden, maar één is er nog in ons midden
wien de vereeniging veel dank verschuldigd is.
Hem onze geulkwenschen. (Applaus).
Na dit openingswoord hield de heer Smit
een korte feestrede.
Namens het Centraal Bestuur wenschte hij
de jubileerende afdeeling geluk, maar spreekt
ook woorden van dank voor wat Heemstede
steeds voor den bond is geweest. Veel is hie?
tot stand gekomen, niet enkel voor de leden,
maar voor de geheele Katholieke zaak.
Met een opwekking om den moed niet in
deze moeilijke tijden te verliezen, besloot spr.
zijn geestige rede.
De rest van dezen avond was toevertrouwd
aan het duo Cornelissen en Boeren. Nu, dat was
in goede handen. Vooral de revue op de jubi
leerende vereeniging sloeg in.
Voor het muzikale gedeelte zorgde de Heem-
steedsche Jazzband, onder leiding van den
heer Jac. Bos. Beide gezelschappen hebben de
aanwezigen een prettigen avond bezorgd.
Maandagavond.
Maandagavond weer een stampvolle zaal, nu
voor het overgroote deel leden met hunne da
mes. Evenals Zondagavond sprak de voorzitter
der feestcommissie een openingswoord, waarin
hjj de vele aanwezige leden begroette en het
jammer vond, dat op gewone vergaderingen
meestal slechts een 30-tal leden komen. Dit
noemen wy wel de kern, zeide spr., maar als
die er dan ook niet was, dan waren nooit die
mooie instellingen als woningbouwvereeniging of
ziekenhuisverpleging tot stand gekomen.
Strijden is goed, maar dan in katholieke so
ciale organisaties, besloot spr.
Onder daverend applaus betrad hierna de heer
Chr. v. d. Bilt de catheder.
Deze begon zijn rede met te wijzen op het
R. K. Véreenigingsleven, op het apostolaat der
Zee en zoovele andere katholieke organisaties.
Ja, over de geheele wereld voelen wy ons broe
ders, zoo zeide spr. Dat maakt de Katholieke
zaak zoo mooi. Dat doet niemand ons na.
Spr. was e rtrotsch op, het bestuur van den
Volksbond geluk te mogen wenschen, niet enkel
omdat het jubileert, maar vooral omdat het
een parel is aan den kroon onzer bond.
Het doel van den bond is de toepassing van
het geloof in het sociale leven. Volmondig er
kent spr. dat de afdeeling Heemstede aan de
verwachtingen heeft voldaan.
Spr. riep vrouwen en meisjes op om mede
te werken met haar mannen en jongens. Hun
zaak is uw zaak, zeide spr., en die uwer kin
deren.
Tot het bestuur zeide spr.: Gij hebt een
moeilijken taak, maar op God vertrouwend zal
uw werk vruchtdragend zijn.
Als leiddraad hebt gij de encyclieken Rerum
Novarum en Quadragesima Anno. Ook de le
den moeten hieraan medewerken.
Heirna volgde het amusante gedeelte, als op
Zondagavond.
Op beide avonden werd een collecte gehou
den voor „Hulp in Nood" om de zieke leden
mede in de feestvreugde te doen deelen.
Aan het slot van beide avonden dankte de
voorzitter der afdeeling, de heer H. A. Meeu
wenoord, allen, die hadden medegewerkt om
dit feest zoo luisterrijk te doen slagen.
Officieele opening schietbaan. Onder
groote belangstelling van autoriteiten en on
der begunstiging van prachtig weer, is Zater
dagmorgen, zooals wij reeds meldden, de nieuwe
schietbaan in het Overveensche duinterrein in
gebruik genomen. Deze baan zal voornamelijk
gebruikt worden door de Bloemendaalsche bur
gerwacht en de Bloemendaalsche politie.
Onder de talrijke belangstellènden merkter
we op:
Den Commissaris der Koningin in de prov
N.Holland; den burgemeester van Bloemendag
en diens echtgenoote, den Overste garnizoens
commandant te Haarlem, den majoor-comman
dant van de schoolcompagnie-motorcorps, den
kapitein der militaire politie en zjjn afdeelings-
commandant, den districts-commandant der
rijksveldwacht, de commissarissen van politie
van Bloemendaal en Haarlem, den rentmeester
der erven Van der Vliet, den commandant der
Haarlemsche burgerwacht met zijn staf, het
bestuur der Bloemendaalsche burgerwacht, den
directeur van P.W. van Bloemendaal, de com
mandanten der Heemsteedsche en Velsensche
burgerwachten, enz.
De heer Van Langendonk, commandant van
de Bloemendaalsche burgerwacht, hield een
korte rede, waarin hij de aanwezigen welkom
heette en een en ander meedeelde over de wor
dingsgeschiedenis van de nieuwe baan.
Spreker uitte woorden van dank aan het
adres van den burgemeester van Bloemendaal,
wiens sympathie voor de burgerwacht veel heeft
bijgedragen aan het tot stand komen van deze
nieuwe baan. Ook den heer Vrijland, rentmees
ter der erven van der Vliet, was spr. erkente
lijk voor den steun, van hem ondervonden. De
heer Langendonk eindigde met het uitspreken
van de verwachting, dat de nieuwe baan in de
naaste toekomst ook gebruikt zal mogen wor
den door onder defensie, justitie en binnen-
landsche Zaken ressorteerende organen.
De volgende spreker, Jhr. den Tex, burge
meester van Bloemendaal, begon met den te-
genwoordigen politieken toestand in 't kort uit
een te zetten. De tijden zijn niet zeer opbeu
rend, maar we zullen ons maar vastklam
pen aan de enkele teekenen, die wijzen op een
mogelijke verbetering van den economischen
en politieken toestand, zei spr. Toch is waak
zaamheid nog steeds geboden. Den commandant
der Bloemendaalsche burgerwacht komt zeer
zeker een woord van dank toe voor het vele
werk dat hij tot dusver voor de burgerwacht
gedaan heeft en nog steeds doet. Zonder zijn
initiatief en zonder zijn stuwende kracht zou
de nieuwe baan zeer zeker niet tot stand zijn
gekomen.
Beiden sprekers viel een luid applous ten deel.
Vervolgens stelde de commandant een dronk
in op het welzijn van vorstenhuis en vaderland
e i den bloei van het instituut der burgerwacht.
Een sterke burgerwacht toch, zei de commou-
dant, is een sterke rem tegen pogingen om tot
revolutie te komen.
Met een driewerf hoera! werd deze ingestel
de dronk begroet.
Hierna gingen allen de inrichting van de
baan in oogenschouw nemen, 't Oordeel van
deskundigen was, dat de baan voldoet aan alle
te stellen eischen.
Dat is trouwens geen wonder, daar de baan
met alles wat daarbij behoort, is aangelegd vol
gens de voorschriften der normaal-schietschool
te 's-Gravenhage. Deze baan heeft bovendien
't voordeel, dat er geen verdwaalde kogels in
het door menschen betreden gedeelte van het
duin terecht kunnen komen. Ook zijn de schut
ters niet meer bij slecht weer aan regen erf
wind overgeleverd.
Zij, die van deze banen gebruik zullen ma
ken, kunnen dus voldaan zijn.
Verloting. Door B. en W. van Velsen is aan
de R.K. Sportvereeniging vergunning verleend
tot het houden eener verloting. Aangekocht is
een vet varken dat 30 September in vijftien
prijzen zal verdeeld worden. Dien dag heeft des
avonds in „Zomerlust" de trekking plaats.
Sluiting Kampeerterrein. Op 15 Septem
ber a.s. zal het kampeerterrein naby het IJmui-
der Zeestrand worden gesloten en moet het
dientengevolge ontruimd wezen.
Gedurende de openstelling van het kampeer
terrein is dit bewoond geworden door niet
minder dan 5200 personen.
Hospitaal Kerkschip „De Hoop". Het Hos
pitaal Kerkschip „De Hoop", dat 8 Augustus
van zijn tweeden kruistocht onder de haring-
visschers op de Noordzee, is j.L Zaterdag in
goeden welstand hier terug gekeerd.
De geneesheer, Dr. F. G. van Asperen, uit
Overveen, heeft in de haven van Lerwich en
op zee tal van patiënten behandeld.
De geestelijke verzorging was toevertrouwd
aan Ds. C. M. Lutgens uit Vlaardingen.
De President van Heel. De stoomreddings-
boot President van Heel, welke voorheen was
gestationeerd te Hoek van Holland, heeft, nu
het schip van een motor is voorzien, geduren
de de zomermaanden als pleiziervaartuig te
IJmuiden dienst gedaan.
Nu echter de tijd voor pleiziervaren voorbij
is, heeft de eigenaar besloten het schip klaar
te maken voor de trawlvisscherij. Een winch is
reeds aan boord geplaatst, evenals de galgen
en borden en men hoopt, indien het weer het
toelaat, nog deze week de trawlvisscherij te
gaan uitoefenen.
De reddingsboot lag klaar. Tengevolge
van den W. tot N.-W. storm welke gisteren
(Zondag) woedde, had men de reddingsboot
„Neeltje Jaeoba" vanuit de Haringhaven ge
haald en nabij het Havenhoofd in de Visschers-
haven gemeerd. Ook het technische personeel
in dienst vaan de N. en Z.-Hoil. Redding Mij.
is gedurende den geheelen dag op post geweest.
Trots het ongure weer was er gedurende den
middag veel publiek op het havenhoofd, dat
vol belangstelling de manoeuvres volgde van
de binnenkomende schepen.
Wedvlucht vanaf Roosendaal op 11 Sept. Af
stand 95 K.M. Eerste duif 9 u. 2 min., laatste
duif 9 u. 7 min. De prijzen werden als volgt be
haald:
P. Bannink 1; P. J. v. Daalen 2, 7, 8, 9, 13;
J. J. Petri 4, 5; V. A. Wolters, 6, 12.
COLLECTE CRISIS-COMITÉ
Dringende Oproep!
Dames en Heeren, jongens en ouderen, ook
vooral, wy roepen u toe; geeft u alsnog op,
om te helpen collecteeren op Zaterdag 17 Sep
tember a.s., aan het Bureau van het Crisis-
Comité, Jansstraat 40 of aan een van de on
derstaande adressen:
Al is het maar voor een paar uur, wij heb
ben u zoo dringend noodig.
Mevr. A. J. Beunders—Vroesom de Haan,
Julianalaan 93, Overveen.
Mevr. E. vari DamCohen, Binnenweg 90,
Heemstede.
Mevr. A. M. Th. van CastricumPeters,
Tetterodestraat 100.
Mevr. J. F. R. Holtzapffel—Bakx, Sant
poorterstraat 5.
Mevr. J. van LiemtDolmans, Lorentz-
plein 35.
Mevr. C. E. Mollerus—Blanke, Vredenhof-
straat 9.
Mevr. Th. Ozingavan Dusseldorp, Garen-
kokerskade 52.
Mevr. R. J. PfaffReudler, Vredeilhof-
straat 10.
Mej. T. O verakker, Bloemendaalscheweg.
Mevr. M. A. Reinalda, Ged. Oudegracht 81.
Mevr. E. van SchelvenWilde, Kenaupark 18.
Mevr. G. van der Vangstde Gilde Bredero-
destraat 14.
Mevr. E. van der WindenSchenk, Frans
Halsstraat 13.