Jaarboek Vereeniging „Haerlem" DINSDAG 13 SEPTEMBER Maatregelen tot behoud van het oude Haarlemsche stedenschoon Jhr. Mr. J. Boreel van Hogelanden gehuldigd De gashouder Jhr. mr. J. W. G. Boreel van Hogelanden 1852—10 Sep- tem ber1932) *aam. BLOEMENDAAL BEVERWIJK BEVERWIJK HEEMSTEDE OVERVEEN SANTPOORT IJMUIDEN DUIVENSPORT Postduivenvereeniging De Snelvlieger INGEZONDEN Verschenen is het jaarboek 1931 van de ver eeniging „Haerlem", gedrukt bjj de firma De Erven P. Bohn N.V. alhier. Evenals de aftdere uitgaven van deze ver eeniging maakt het een keurig verzorgden in druk en bevat het zeer interessante en lezens waardige artikelen. In het jaarverslag 1931 van de vereeniging «Haerlem", dat evenals het financieel overzicht over 1931 in dit jaarboek is opgenomen, tref fen ons in het bijzonder enkele passages over de maatregelen, welke genomen zijn om het JUooie oude Haarlemsche stedenschoon te behouden. ..Zonder de medewerking van de eigenaren, zoo zegt het jaarverslag, is bedroefd weinig te bereiken, omdat het behoud van het oude dik wijls onmogelijk is en bovendien extra-gelde lijke offers vergt, welke onze vereeniging niet kan brengen. Toch zijn wij veel verder dan vroeger, omdat bu sedert eenige jaren de voorlichting van de schoonheidscommissie en het bureau van bouw en woningtoezicht is verkregen, welke beide ons "Un niet genoeg te waardeeren hulp en steun Wu'leenen. Vergeten mag ook niet worden de Rijksmonumenten-commissie, welke meermalen baar tusschenkomst geeft. Het spreekt wel van 2elf. dat wij ons over het bestaan van de schoonheidscommissie hartelijk verheugen, orn aat zij niet alleen veel kwaads verhoedt, doch er ook altijd op uit is een goede oplossing te Vinden, indien een gedeelte van een fraaien ëevel moet worden veranderd, wijl het perceel, Wat meestal geschiedt, voor winkel moet wor sen dienstbaar gemaakt. Zoo zijn wij dan zeker tevreden, doch nog niet voldaan, want zoolang °bze gemeente nog geen monumentenverorde- b'ng ais in den Haag en andere plaatsen beeft, zal niet altijd en juist bij belangrijke Perceelen, dat verhoed kunnen worden, waar- °or alle oprechte Haarlemmers zoo bevreesd syn. Over den grooten gashouder schrijft het Jaarverslag: Door de groote wolkenkrabbers, die hier en uaar in onze goede stad verrijzen en voor de Rchtige uitoefening der betreffende bedrijven Wel noodig zullen zijn, gaat veel van het rustige thtieme karakter verloren, vooral, indien zij ln een omgeving komen, waar zij allerminst Passen. Doch wat te denken van den afschu- Welijken gashouder, waarover al menigmaal Werd geschreven, doch waarover ook wij toch Wel ons woord mogen spreken, al baat het niet bieer? Het moet de hoogste niet alleen van Rederland, maar van alle landen zijn, natuur- bjk met uitzondering van Amerika en nu zijn er nog ja, zoo zijn er die daar trotsch °P gaan. Waar ge ook binnen of buiten de Eemeente gaat staan om van het mooie Haar lemsche stadsbeeld te genieten, overal steekt hij Verwaten zijn kop op, om met zijn plompheid bw genoegen voor immer te bederven. Was er biet de kennis en kunde van onze bekwame 'tigenieurs niet iets te bereiken geweest, dat Rinder in h«t oog viel, door b.v. het gevaarte an dubbelen omvang te maken, waardoor het alf zoo hoog ware geworden, of in den grond ce stoppen? Gedane zaken nemen evenwel geen keer, hoe der ook te bejammeren, doch dat bij zulke °verheids-bouwsels een wakend oog moet toe- 2ieh, zal toch wel een ieder beamen. Verder noemt het jaarverslag de geveltjes, PR gespaard bleven, o.a. dat van perceel An- Rioniestraat 37, waarin de oudste gevelsteen D572) van Haarlem is gemetseld (St. Joris met den draak), memoreert het den brand van den °;en de Adriaan, een ramp voor Haarlem en ®ee*t het een overzicht van alles, wat met de ci'eeniging in verband stond. Van de schitterende artikelen, die in het jaarboek zijn opgenomen, noemen wij J. J. Ker- Ter'i door E(rnst) K(relage), A. de Clercq, boor J. m. C. Hoog, J. P. Hulswit, door (ir.) f- C. Dufour (oud-directeur van O. W. te Raarlem), Vincent Loosjes, door (Mr.) A. S. rRedema, A. H. Broos, door H. D. Tjeenk Relink, Zuster A. L. Hoog, door Jhr. Dr. M. van Lennep, ir. Daniël de Clercq, door G. S. bc Clercq, Akendam en Pictura, door Geer- Ruida Carelsen, terwijl het voorts een over- jdcht bevat van eenige publieke instellingen en czienswaardigheden en een kroniek over 1931. Zeer fraaie platen, o.a. van den molen De ^-briaan, verluchten en verduidelijken het JRheel, zoodat het voor den lagen prijs (ƒ2.50) en buitengewoon kostbaar boekwerk is. Voortreffelijk is tenslotte ook het artikel, ge- pM aan Jhr. Mr. J. W. G. Boreel van Hoge- adden, oud-burgemeester van Haarlem, waar- ah de eerste alinea tevens de reden bevat, Raarom dit jaarboek zoo laat (10 September) erschenen is en dat wij hier in zijn geheel citeeren: Ih het vorig najaar werd in Haerlem's Be- ■-Uursvergadering besloten dit Jaarboek te laten ^erschijnen op 10 September als blijk van bij- ondere hulde aan ons eerelid, Jhr. Mr. J. W. G. ■°°feel van Hogelanden die zoolang hij Burge rmester van Haarlem was, onze Eerevoorzit- fheeft willen zijn. Dat aan mij werd toevertrouwd, naar aan leiding van dezen gedenkdag eenige bladzijden bjah den Jubilaris te wijden speciaal aan bat deel van diens leven dat onze Vereeniging et meest ter harte gaat is mij een groot VQ°rrecht. Ik heb mij daarvoor durven aan- °leden, omdat ik als Gemeentesecretaris elf atl diens negentien Burgemeestersjaren zijn Penvoerder heb mogen zijn. Ik heb het be- 56®rd, omdat ik gaarne in deze populaire ge- vmiedrollen wilde vastleggen, hoe de ,,insi- ers" in dien tijd een van de levensperioden waaraan ik almede het liefste terugdenk Prgemeester Boreel hebben gezien. Wei is de Magistraat bij zijn aftreden in Ke Raadzaal hulde gebracht in zeer kenschet ste bewoordingen, zoo sierlijk en zoo juist kozen, dat zij hier bezwaarlijk zullen zijn te Jfenaren, doch oude Verhandelingen van den j, efneenteraad komen onder weinig oogen. °vendien legt de atmospheer van de Raad- jjal banden aan, welke men hier niet gevoelt. 'er kan men zich meer laten gaan, zich vrijer "'ten. V/erkelijk goede Burgemeesters zijn zeld- Ran hoeveel vereischten heeft men niet te doen om dien naam te verdienen! Vooreerst materie, waaruit de Burgemeester is opge- st ^n, de mensch! Wie als mensch niet hoog j-aat> kan geen goed Burgemeester zijn. Het °°fd der Gemeente moet, omdat hij meer aan den weg timmert dan welke andere btoriteit ook, het voorbeeld zijn, waarnaar die de Gemeente dienen, hetzij hoog, laag, zich kunnen richten, wie eigen belang of glorie zoekt, kieze een andere richting en late het Burgemeesters ambt aan hen, die het beschouwen als een schoone taak, waaraan zich te mogen wijden, een eer is. Dat een Burgemeester, die zijn functie aldus opvat, verheffend op zijn omgeving werkt, ligt voor de hand. Onwillekeurig spoort hij door zijn voorbeeld anderen aan, op hun beurt het voorbeeld te geven en ook het beste te leve ren, waartoe zij bij machte zijn. Zooals een zichzelven-niet-vergetend chef het peil van zijn omgeving onvermijdelijk neerhaalt, zoo voeren de hoogere principes van hem die zich slechts beijvert de hem toevertrouwde zaak te behartigen, dat peil onwillekeurig op. Slechts wie het ambtelijk serail kent, kan beseffen, hoe snel en hoe sterk deze verschillende in vloeden zich kunnen doen gelden, juist bij de gemeenteadministratie, omdat de daarbij be trokkenen elkaar zelden of nooit uit het oog verliezen en onderling zooveel contact heb ben. Slechts de daar ingewijde weet, van hoe overwegend belang het is, dat de leiding be rust bij mannen van hooge opvatting en ka rakter. Niet de vlotte, soepele, als van zelf naar voren komende menschen, die onmiudellijk op' alles bescheid weten en dadelijk voor iedere moeilijkheid een uitweg zien, zijn de beste Burgemeesters. Op de korte baan mogen zij het soms schijnen, doch in werkelijkheid heeft de Gemeente noodig de Bestuurders die meer op toekomstige Gemeentebelangen dan op di rect succes letten, de hoekige karakters, de mannen van overtuiging, van durf, voor wie plicht een hooger begrip, voor wie volksgunst een futiliteit is. Dat is het hout voor goede Burgemeesters vereischt en uit een zeer gaaf stuk daarvan was Burgemeester Boreel gesneden! Als man van traditie, waardigheid en hoof- sche vormen, als zoon van een van oudsher met regeeren vertrouwd geslacht, was hij de bij uitstek geschikte persoon om zijn Ambt op hooge wijze te vervullen. Allerminst conservatief echter. Dat stond wel dadelijk vast. Het bestuur van zijn Ambtsvoorganger, hoe wel in vele opzichten terecht geprezen, was min of meer autocratisch geweest en reeds de uitnoodiging aan de tot dusver in de Raadzaal verspreid zittende Wethouders, om voortaan met den Voorzitter plaats te nemen aan dezelfde tafel, als een te zamen hoorend Dagelijksch Bestuur, werd gehoord als een nieuw geluid. Door dezen maatregel kwam de wettelijke positie van de Wethouders tegenover den Raad duidelijker uit en won het College van B. en W. aan innerlijke kracht, 's Bur gemeesters ernstige levensopvatting, welke hem in iedere gezagsfunctie een van Hoogerhand opgelegde taak deed zien, noopte hem nauw gezet te waken, dat de Machten in de Ge meente zich binnen de wettelijke grenzen hiel den. De Raad moest hebben wat des Raads was, het Dagelijksch Bestuur wat tot het werk van dat College behoorde, doch evenmin als de Burgemeester of Burgemeester en Wethouders zich ten koste van den Raad bevoegdheden konden aanmatigen, mochten laatstgenoemde Colleges aan zich trekken, wat de Wetgever aan den Burgemeester had opgedragen; mid dellijk noch onmiddellijk. Een tweede verandering in de verhouding tusschen Wethouders en Raadsleden welke hij noodzakelijk achtte, was het afschaffen van den zoogenaamden „Vóórraad" met welken wijdschen naam men het volgende insluipsel placht aan te duiden. Door den lossen samen hang van het Dagelijksch Bestuur vóór Bur gemeester Boreels komst, gevoelden de Wet houders zich destijds meer Raadslid dan Wet houder en zoo was de gewoonte ontstaan, dat zij des Maandags vóór de bijeenkomst van den Gemeenteraad naar de leeskamer gingen, waar dan een talrijke groep Raadsleden de stukken placht te komen lezen. Daar werden dan de motieven welke bij de beraadslagingen in het College van B. en W. hadden gegolden, ver trouwelijk uiteengezet en besproken. Daar werden de voorloopige afspraken gemaakt om de behandeling in de openbare vergadering van den Raad vlotter te doen loopen. Met kracht verzette de nieuwe Burgemeester zich tegen deze wijze van doen. Hij achtte die ontoelaatbaar. De Wetgever wilde toch, dat de normale gedachtenwisseling in het publiek geschiedde, in de openbare zitting van den Raad, waarvoor alle leden behoorlijk waren opgeroepen. Eerst daar moesten de motieven, welke het Dagelijksch Bestuur nader wensch- te toe te lichten en in het debat wilde laten wegen, worden ter sprake gebracht. De Raad had daar recht op. Bovendien moest een open hartige gedachtenwisseling in het College van B. en W. onvermijdelijk lijden door zulke diep gaande vertrouwelijke besprekingen van een deel van dat College met een deel van den Raad. Het gold hier echter een ingeroeste ge woonte en andere middelen dan die der over reding stonden den Burgemeester niet ten dienste, dus moest de uitroeiing veel tijd vor deren, doch ten slotte heeft diens voortdurend hameren op de onwettigheid en op de practi- sche bezwaren toch den „Vóórraad" geleidelijk doen verdwijnen. Ook in vele andere opzichten bleek spoedig, dat de uiting in 's Burgemeesters intreerede 1), „dat aan nieuwe tijden nieuwe eischen worden gesteld, waaraan met verstand en wijsheid voldaan moet worden" geen ijdele klank zoude blijken. Typeerend waren in dit verband de onder algemeene instemming aangehoorde woorden door Jhr. Mr. P. W. van Styrum als oudste raadslid bij het afscheid van Burgemeester Boreel tot dien gericht. Ik veroorloof me daar uit een kort citaat 2). „U heeft voor nieuwe eischen een open oor „en oog gehad en zijt in vele gevallen voor gegaan. „Ook dan, wanneer de Raad niet dadelijk „bereid was met die nieuwe denkbeelden mede „te gaan, hebben ten slotte meestal Uwe „denkbeelden gezegevierd. „Ik herinner in dit verband aan Uwe be langrijke Nota betreffende minimumloon en maximumarbeidsduur, aan Uwe bemoeiingen „ten behoeve van de tot stand koming van de „melkverordening, die uit hygiënisch oogpunt „voor de Gemeente van zoo groote waarde is, „aan wat door U gedaan is ter bestrijding „van de werkloosheid, aan de samenwerking „met de omliggende Gemeenten door U zoo „warm voorgestaan." enz. Men ziet het, de nieuwe Burgemeester was zijn tijd vooruit en zag dikwerf verder dan de Bestuurderen aan wier hoofd hij was gesteld. Waren zijne geavanceerde ideeën ten op zichte van de politiek door Haarlem tegenover het forensenvraagstuk te volgen, overgenomen, de geheele streek en Haarlem niet het minst, i zou daar wel bij gevaren zijn. Doch al was dan geen autocraat, geen man wars van nieuwe denkbeelden, aan het hoofd der Gemeente geplaatst, wel was deze Burge- I meester een geboren gezagsman. Zijn geheele persoonlijkheid dicteerde kracht en orde en, hoe overwegend zijn invloed was, kwam wel j het sterkst aan het licht bij tijdelijke afwe- j zigheid, want als de Burgemeester aanwezig was, liep alles als van zelf, geruischloos. Uitnemend leider van vergaderingen, wist hij ook daar op juiste en tactvolle wijze ge- bruik te maken van zijn overwicht. In de klei- j nere Colleges was het naar zich toe halen van 1) Raadsnotulen van 5 April 1893, pag. 212. 2) Raadsnotulen van 3 Juli 1912, pag. 446. den voorzittershamer veelal voldoende om de discussie weer in het goede spoor te brengen, in den Raad geschiedde dit met enkele spaar zame woorden. Streng en formeel werd daar de hand gehouden aan de punctueele naleving van het Reglement van Orde, zelfs in die ma te, dat in een van de eerste vergaderingen door zijn opvolger gepresideerd, een van de meest vooruitstrevende Raadsleden het noodig achtte op een vermeende afwijking van het hem zoo grondig ingeprente Reglement te wij zen. In werkelijkheid was dit Reglement na tuurlijk slechts een hulpmiddel. Het was Bur gemeester Boreel zelf, die door zijn positie boven personen en partijen, doch vooral door zijn prestigjj, de teugels wist strak te houden. Voor de Ambtenaren was hij een streng maar rechtvaardig Chef, zoo noodig een warm behartiger hunner belangen, doch ook daar bij het Gemeentebelang steeds in het oog hou dende. Hij eischte, dat men zich geheel aan het werk gaf. Van slag dienen, wilde hij niet weten. Daar stond echter tegenover, dat hy, mits de vormen werden in acht genomen, groote vrijheid liet, zich tegenover hem te1 uiten. Met mannen wenschte hij te werken, niet met marionetten. Vandaar ook zijn stren ge eisch, dat de ambtelijke rapporten uitslui tend zouden weergeven de meening van den onderteekenaar en niet beïnvloed zijn door bo ven dien gestelde machten of daar veronder stelde invloeden. Daargelaten de voor de hand liggende andere bezwaren keurde hU af in die „cooked reports" zooals hij dergelijke stuk ken placht te noemen, dat daarbij de onder teekenaar niet tot ontplooiing van zijn krach ten kon kernen en slechts formeel door zijn onderteekening aansprakelijk was. De wer kelijke, zelfstandige verantwoordelijkheid, een der hoeksteenen van elk goed bestuur, werd daardoor ondergraven. De burgemeester evenmin als de Wethouders, mochten zich te ver begeven op het terrein der Ambtenaren. Zij moesten zich niet ver liezen in details, doch moesten zich bepalen tot de groote lijnen. Waarom zich zoo groote uitgaven te getroosten en zooveel moeite te doen om de knapste Ambtenaren te krijgen, als men hunne krachten slechts ten deele zou benutten? Bestuurders mochten niet vergeten, dat bij hunne keuze geheel andere overwe gingen hadden voorgezeten dan bij de benoe ming der Ambtenaren waarbij n. de beste vak mannen gezocht wordt. Ook diende in het ocg gehouden, dat hij die deelneemt aan de voorbereiding, geen vrije beoordeeling behoudt en zijn objectieven kijk verliest. Men leide hieruit echter vooral niet af, dat tijdens zijn Bestuur de Ambtenaren abnorma- len invloed hadden, zich meer konden doen gelden dan hun positie medebracht. „Indien U mij overtuigen kunt, dat wat U voorstelt, juist is en in het belang der Ge beente, zal ik het steunen, doch die over tuiging moet voorafgaan," luidde het ge woonlijk. Men kreeg de gelegenheid wat men voorstelde, toe te lichten en te motiveeren, doch persoonlijken invloed bezat eigenlijk niemand, 's Burgemeesters eigen, zelfstandig gevestigd, oordeel zou hem ten slotte den weg wijzen en, ten einde tot op het laatste moment de absolute vrijheid te behouden, werd prin cipieel aan niemand ooit eenige toezegging gedaan, waarvan een typisch voorbeeld zou zijn aan te halen. Maar, uit den aard der zaak moet een schets, als dit artikeltje bedoelt te zijn, kort blijven. Dus mag niet uitgeweid over veel wat eigen lijk om vermelding vraagt. Dus niet over de groote preventieve werking, welke uitging van de overal gevoelde zekerheid, dat een man aan het hoofd stond, die diep doordrongen van de verantwoordelijkheid, welke op hem als vertegenwoordiger van aller belangen rustte, in alle omstandigheden, hoe moeilijk ook, zijn plicht zoude weten te doen. Evenmni van 's Burgemeesters buitengewone gave van snel intuïtief aanvoelen, waarvan treffende voorbeelden zouden zijn aan te voeren. Ik kan dus ook niet beschrijven, hoe, vóór nog hier te lande aan Woningwet en dergelijke alge meene voorschriften gedacht werd, reeds te Haarlem pogingen in die richting werden in het werk gesteld en daarvoor de hulp van de zrg.n. „Rechtsgeleerde Commissie" werd in geroepen; evenmin uitweiden over de pogin gen om de begraafplaats meer in overeen stemming te brengen met de nieuwere eischen, noch over de kinderspeelplaatsen, voor welke plannen Burgemeester Boreel zooveel en zoo warm gestreden heeft. Toch mocht ik deze laatste twee zaken, niet onvermeld laten, daar zij, ofschoon indirect, ook verband hielden met het „toilet van de stad", dat hem zoozeer ter harte ging. Hoewel van nature zuinig en afkeerig van onnoodige uitgaven, vond hij, dat, indien er wel termen bestonden, om in de beurs te tas ten, niet geschroomd moest worden, dit flink te doen. Welnu, Hout en Plantsoenen verdien den en eisch ten nauwkeurige verzorging! Een Gemeente, die zich respecteerde en zeker Haarlem als „Bloemenstad", mocht daar niets aan laten ontbreken. Het gold hier decorum, geen praal! In dezelfde lijn bewogen zich zijne aanmoe digingen tot bevordering van een ander stede- schoon. Men denke aan zijne bemoeiingen voor den gevelwedstrijd. Trouwens in het algemeen gevoelde de Burgemeester veel voor de schoone kunsten en moedigde die gaarne aan. In dit verband mag wel eens herinnerd aan de op dracht, welke hij gaf aan den heer E. Voet Jr. een van Haarlem's kunstzinnigste zonen, om een nieuwe Burgemeestersketen te vervaardi gen, door welke opdracht de Gemeente een waarlijk meesterstuk rijker werd. Het ligt intusschen voor de hand, dat hij als man van smaak en traditie niet minder ge voelde voor de kunstschatten aan Haarlem door vorige geslachten nagelaten en evenzeer, dat toen onze Vereeniging werd opgericht, de oprichters unaniem wenschten, dat aan Bur gemeester Boreel het Eerevoorzitterschap werd aangeboden. Het werd met gratie aanvaard en de Burgemeester-Eerevoorzitter gaf, telkens als de gelegenheid zich aanbeod, blijken van le vendige belangstelling en o.a. bij den herbouw van den Stadhuistoren daadwerkelijken steun. Ook de Stichting van het Frans Halsmuseum, die heel wat voeten in de aarde gehad heeft en waarbij Haarlem's Raad bezwaarlijk gezegd kan worden over ijs van één nacht te zijn ge gaan, is voor een groot deel Burgemeester Bo- reel's werk. Terecht zou men het kunnen aan halen als een proeve van zijn taai doorzet tingsvermogen. Is het dan niet te begrijpen, dat die tijd in spireerend werkte? Zelfs het terugdenken er aan is opwekkend. „Of een Secretaris zijn Ambt goed en met „liefde kan vervullen, hangt voor een groot „deel af van den Burgemeester en hoeveel heb „ik, dit in het oog houdende, aan Burgemees ter Boreel te danken. Diens hoogstaand ka rakter, gepaard aan fijne tact om alle per soonlijke elementen uit de zaken te verwij deren, diens kwaliteiten als Mensch en als „Regent hebben het mij tot een lust gemaakt „onder hem te arbeiden. Zonder de teugels te „laten glippen, heeft hij mij zooveel mogelijk „zelfstandigheid gelaten en daardoor ge- maakt, dat het Ambt van Secretaris mij bleef „boeien." Met deze woorden bracht ik hem by mijn heengaan in 1909 in den Raad mijn dank. Waarom die hier aangehaald? Omdat de herlezing daarvan de gedachte deed rijzen, dat, hoe anders men ook in veel dingen denken gaat, ik thans, ruim 23 jaren later, weer ge heel hetzelfde zoude hebben gezegd. Zooals ik Burgemeester Boreel zag bij mijn afscheid als Secretaris, zoo zie ik hem nog. Zijn beeld heeft zich in die kwart eeuw niet gewijzigd. En Jhr. Boreel zelf? Hij is nu op het punt tachtig jaar te worden. Tachtig jaar en niet tegenstaande dien hoogen leeftijd, niettegen staande de zorg en kommer die ook hem niet bespaard zijn gebleven, nog een krachtig man, nog een alleszins energieke figuur. Bijna ge heel ongebogen van houding, volstrekt onge bogen van karakter. De Vereeniging Haerlem, die zich gedurende haar geheele bestaan bewust is geweest van zijn sympathieke belangstelling en zich ha- rerzijdsch nauw aan den Jubilaris verbonden heeft gevoeld, verheugt zich levendig in dezen bijzonderen feestdag. Zoo doen wij, hare Bestuursleden, het. Mogen nog vele mooie en gelukkige jaren voor ons Eerelid zijn weggelegd! Augustus 1932. PIJNACKER. Burgerlyke Stand. Geboren: M. P. L. ElderingPeltenburg, z. OndertrouwdJ. G. Hoge en A. L. M. J- Huijs- ser; P. W. van der Zon en A. M. C. Zomer; W. J. Dieks en J. M. Aarsman. Getrouwd. J. de Graaf en J. Slomp. Overleden: A. C. W. Zeilinga, 67 j.; A. F. Herbermann, 69 j. Examens Kunstwachtdiploma Zaterdag middag werd aan het Bloemendaalsche strand, in- en voor het gebouw van de Bloemendaal sche Reddings Brigade, het examen afgenomen voor het indertijd, door den Ned. Bond tot het redden van drenkelingen ingestelde „Kust wachtdiploma". Dit examen werd voor de eerste maal in Nederland afgenomen. Alleen zij, die reeds in het bezit zijn van de Bonds- diploma's A en B kunnen aan dit examen mee doen. Er waren Zaterdag 8 candidaten, 7 van de Bloemendaalsche- en 1 van de Haarlemsche Redd, Brigade. Alle 8 candidaten zijn geslaagd voor het technisch gedeelte, n.l. mej. A. Evers en de hee- ren J. Hasselmeyer, P. A. Postma, W. Budding, D. Denijs, R. J. Rohlfs, A. J. Fater en A. de Bruyn (H.R.B.). Ernstige aanrijding. Zaterdagavond had op den hoek van de Kloosterstraat en de Baan- straat een aanrijding plaats. De motorrijder J. W. uit Heemskerk kwam met flinke snelheid uit den Kees Selfsweg rijden en naderde tegelijk met een personenauto het kruispunt. De motor rijder, die den automobilist voorrang had dienen te verleenen, wilde nog voor de auto passeeren. Deze manoeuvre mislukte echter met het gevolg, dat een aanrijding plaats vond. De motorrijder werd, evenals de dame, die op de duo had plaats genomen, tegen den grond geslagen. De bestuur der van het motorrijwiel werd gewond aan een der voeten, doch bleek er verder goed te zijn afgekomen. Erger was het met de duorijdster gesteld. Zij werd met een dübeenbreuk bij om wonenden binnengedragen. Nadat haar genees kundige hulp was verleend werd zij ter verple ging in het Roode Kruis Ziekenhuis opgenomen. De motorrijder kon zich naar huis begeven. De Rijksveldwacht heeft naar de schuldvraag een onderzoek ingesteld. SPOEDEISCHENDE RAADSVERGADERING Geldleening van 6 ton Gisterenavond werd ten raadhuize een spoed- eischende raadsvergadering gehouden onder voorzitterschap van den burgemeeSter. De raad was voltallig. De agenda vermeldde als eenlgst punt van behandeling: het" aangaan van -een -geldleening tot een bedrag van ten hoogste f 600.000 tegen een rente van ca. 5 lA pet. en tegen den koers van 99 XA. De geldleening is verdeeld in 600 obligatiën van f 1000, die voorzien zijn van halfjaarlyk- sche coupons, waarvan de eerste verschijnt op 1 April 1933. Gedurende de eerste 10 jaar zal jaarlijks op 1 October een bedrag van f 20.000 worden afgelost. Het restant der. leening ad f 400.000 wordt op 1 October 1942 afgelost. Na opening der vergadering ging de raad on middellijk over in geheime zitting, ter nadere bespreking van het voorstel. Na heropening der openbare vergadering merkte de heer EIJKING op, dat de rente aan den hoogen kant is. Spr. wees op het stand punt der regeering, die alles naar beneden wil hebben. Alhoewel spr. niet tegen het voorstel zou stemmen, werkt dit toch niet mee om deze verlaging door te voeren. Integendeel wordt het kapitaal gesteund, terwijl voor den kleinen man niets bescnikbaar is. De heer VISSER was het hiermede eens en becritiseert in dit verband de houding der re geering. De VOORZITTER gaf toe dat het rentetype niet laag is. B. en W. hébben echter geen kans gezien om hierin verandering te krijgen. Het voorstel werd hierna met- algemeene stemmen aangenomen. In verband met dit besluit wei-den nog eenige suppletoire begrootingen vastgesteld, waarna de vergadering gesloten werd. De Harddraverij Voor de jaarlijksche harddraverij, welke Donderdag a.s. op de Breestraat wordt gehouden, bestaat groote belangstelling. Vooral de attractie, welke er dit jaar aan verbonden is, n.l. de wedloop door Beverwijk, belooft een groot succes te worden, gezien het feit, dat zich hiervoor reeds 26 deelnemers hebben laten inschrijven, waarmede vele be kende athleten. Voor bijzonderheden omtrent dezen dag, zie men de adverentie, welke in dit nummer voor komt. Ongelukje. Doordat een 16-jarige jongen bij het oversteken van den weg op den spoor overweg aan deZandvoortschelaan alhier niet op het verkeer lette, kwam hij met zijn voet onder 'n passeerenden auto. De bestuurder van dien auto reed zeer langzaam en stopte on middellijk. Dr. D. uit Aerdenhout, die de eerste hulp verleende, constateerde een verwonding aan het been. Op diens advies is hij per auto naar zijn woning vervoerd. Inbraak. Door den heer P. is aangifte gedaan, dat in zijn consumptietent aan den Glipperweg is ingebroken. Vermist worden een hoeveelheid chocoladereepen en bonbons. Dahlia-tentoonstelling Tuinliedenvereeniging Aerdenhout-O. Niettegenstaande 't slechte weer van Zondag, mocht deze tentoonstelling nog vrij veel belangstelling trekken. En zij die regen en wind getrotseerd hebben, zullen er geen spijt van gehad hebben. Er waren dahlia's die, wat kwaliteit betreft, met de beste inzen dingen in den lande konden wedijveren. Maar ook de andere planten en bloemen waren het bezichtigen overwaard. Natuurlijk trok de inzending planten van den heer B. Nieuwenhuis, chef-kweeker der firma v. Em- pelen en van Dijk, maar ook die der jongste van Ieperen mocht,gezien worden. En vele be zoekers zullen niet vaak zulk een verzameling afgesneden bloeiende heestertakken en na- jaarsbloemen gezien hebben als die inzending van Goudswaard en v. d. Meer. En dat de leden bij een vroegeren bindcur- sus veel kennis hebben opgedaan, bleek uit de fraaie bloemstukken en manden en vazen, alles door hen zelf opgesteld, evenals het ge heel, nu door hen zelf gearrangeerd. De jury, bestaande uit de heeren Carl van Empelen, J. F. Ch. Dix en Vader kende de volgende prijzen toe: Afgesneden bloemen, gekeurd voor opstelling en kwaliteit: le pr. H. P. van Gurp; 2e pr. C. van Iperen; 3e pr. Goudswaard en v. d. Meer; 4e pr. A. Kramer; 5e pr. Rietvink. Inzendingen potplanten: le pr. H. v. Iperen. (De inzending van den heer B. Nieuwenhuis was ter opluistering, doch de jury meende den inzender te moeten feliciteeren voor opstelling zoowel als kwaliteit). Prijsvraag bloemstukken van dahlia's: le pr. P. Warmerdam; 2e pr. F. Booms; 3e pr. J. Warmerdam. Prijsvraag vazen dahlia's: le pr. F. Booms; 2e pr. C. van Iperen. Voor vaas Chrysanten Mr. Gulling kreeg de heer B. Donkelaar 9 punten en voor tuinvaas gevuld met Dahlia's de heer H. P. v. Gurp 8 punten. De Floraliavereeniging Hieraan was door 6 scholen deelgenomen. Voor iedere school was een aantal prijzen be schikbaar gesteld, naar verhouding van inge zonden potjes. De uitslag hiervan was: Jacobaschool: le pr. P. Draijer; 2e pr. G. Penders; 3e pr. Th. Bosse. Bosch-Hovenschool: le pr. Loverstegen; 2e pr. W. Vinke; 3e pr. T. Deer; 4e pr. C. Koper; 5e pr. L. de Haan; 6e pr. P. v. d. Bos; 7e pr. T. Coust; 8e pr. J. Bos. St. Antoniusschool: le pr. M. Daniels; 2e pr. Th. Smit; 3e pr. L. Smit; 4e pr. S. Kramer; 5e pr. A. Pronk. St. Jozefschool: le pr. Heemskerk; 2e pr. v. d. Nes; 3e pr. G. Berrus. Nic. Beetsschool: le pr. M. Kortenhoeve; 2e pr. H. Hum ting; 3e pr. A. Huizinga. O. L. School, Voorweg: le pr. J. Sloof. Gevonden voorwerpen. Terug te bekomen bij de Bel, Binnenweg 19, een wandelstok; Be- verdam, Jan v. d. Bergstraat 12, een rozen krans; Nachtveiligheidsdienst, Haarlem, een slinger van een auto; Vester, Koediefslaan 49, een ceintuur van een regenjas; Smit, Landzicht laan 39, een ceintuur; Wiersma, Raadhuisstraat 15, een kinderportemonnaie met inhoud; Dim mers, Lieven de Keylaan 3, een autoped; Veld huizen, Drieheerenlaan 49, een Duitsche herders hond; Bureau van Politie, Raadhuisstraat, een ceintuur en twee sleutels aan een touwtje. HET 40-JARIG BESTAAN VAN DEN R. K. VOLKSBOND De avondfeesten De avondfeesten ter gelegenheid van het 40- jarig bestaan van den R. K. Volksbond moes ten, daar de afdeeling, begonnen met 35 leden, nu circa 500 leden bevat, in twee groepen ge splitst worden om allen een plaatsje in de feestzaal te geven. En zoo was Zondagavond de zaal stampvol. Onder de vele officieele personen merkten wij o.a. op: den H. E. heer Weijtenburg, regent van 't Groot-Seminarie, prof. D. Bout, de beide pa rochieherders en kapelaans, de burgemeester van Heemstede, jhr. J. W. van Doom, Mr. J. B. Bomans, het R. K. Kerkbestuur, deputaties van de verschillende R. K. instellingen als Hanze, K. S. A., A. R. K. A., H. B. C, terwijl mede aanwezig was een deputatie van den Christe- lijken Bestuurdersbond. De voorzitter der feestcommissie stelde in zijn openingsrede de vraag of het wel geoorloofd was in dezen tijd feest te vieren, maar als hij terug zag op wat de afdeeling heeft tot stand gebracht, dan is een feestviering zeker gewet tigd. Spr. verheugde het bijzonder den ouden strijder Jan Smit hier aanwezig te zien. Hij was het, die hier het boompje plantte! Begonnen met 35 leden zijn helaas de meeste overleden, maar één is er nog in ons midden wien de vereeniging veel dank verschuldigd is. Hem onze geulkwenschen. (Applaus). Na dit openingswoord hield de heer Smit een korte feestrede. Namens het Centraal Bestuur wenschte hij de jubileerende afdeeling geluk, maar spreekt ook woorden van dank voor wat Heemstede steeds voor den bond is geweest. Veel is hie? tot stand gekomen, niet enkel voor de leden, maar voor de geheele Katholieke zaak. Met een opwekking om den moed niet in deze moeilijke tijden te verliezen, besloot spr. zijn geestige rede. De rest van dezen avond was toevertrouwd aan het duo Cornelissen en Boeren. Nu, dat was in goede handen. Vooral de revue op de jubi leerende vereeniging sloeg in. Voor het muzikale gedeelte zorgde de Heem- steedsche Jazzband, onder leiding van den heer Jac. Bos. Beide gezelschappen hebben de aanwezigen een prettigen avond bezorgd. Maandagavond. Maandagavond weer een stampvolle zaal, nu voor het overgroote deel leden met hunne da mes. Evenals Zondagavond sprak de voorzitter der feestcommissie een openingswoord, waarin hjj de vele aanwezige leden begroette en het jammer vond, dat op gewone vergaderingen meestal slechts een 30-tal leden komen. Dit noemen wy wel de kern, zeide spr., maar als die er dan ook niet was, dan waren nooit die mooie instellingen als woningbouwvereeniging of ziekenhuisverpleging tot stand gekomen. Strijden is goed, maar dan in katholieke so ciale organisaties, besloot spr. Onder daverend applaus betrad hierna de heer Chr. v. d. Bilt de catheder. Deze begon zijn rede met te wijzen op het R. K. Véreenigingsleven, op het apostolaat der Zee en zoovele andere katholieke organisaties. Ja, over de geheele wereld voelen wy ons broe ders, zoo zeide spr. Dat maakt de Katholieke zaak zoo mooi. Dat doet niemand ons na. Spr. was e rtrotsch op, het bestuur van den Volksbond geluk te mogen wenschen, niet enkel omdat het jubileert, maar vooral omdat het een parel is aan den kroon onzer bond. Het doel van den bond is de toepassing van het geloof in het sociale leven. Volmondig er kent spr. dat de afdeeling Heemstede aan de verwachtingen heeft voldaan. Spr. riep vrouwen en meisjes op om mede te werken met haar mannen en jongens. Hun zaak is uw zaak, zeide spr., en die uwer kin deren. Tot het bestuur zeide spr.: Gij hebt een moeilijken taak, maar op God vertrouwend zal uw werk vruchtdragend zijn. Als leiddraad hebt gij de encyclieken Rerum Novarum en Quadragesima Anno. Ook de le den moeten hieraan medewerken. Heirna volgde het amusante gedeelte, als op Zondagavond. Op beide avonden werd een collecte gehou den voor „Hulp in Nood" om de zieke leden mede in de feestvreugde te doen deelen. Aan het slot van beide avonden dankte de voorzitter der afdeeling, de heer H. A. Meeu wenoord, allen, die hadden medegewerkt om dit feest zoo luisterrijk te doen slagen. Officieele opening schietbaan. Onder groote belangstelling van autoriteiten en on der begunstiging van prachtig weer, is Zater dagmorgen, zooals wij reeds meldden, de nieuwe schietbaan in het Overveensche duinterrein in gebruik genomen. Deze baan zal voornamelijk gebruikt worden door de Bloemendaalsche bur gerwacht en de Bloemendaalsche politie. Onder de talrijke belangstellènden merkter we op: Den Commissaris der Koningin in de prov N.Holland; den burgemeester van Bloemendag en diens echtgenoote, den Overste garnizoens commandant te Haarlem, den majoor-comman dant van de schoolcompagnie-motorcorps, den kapitein der militaire politie en zjjn afdeelings- commandant, den districts-commandant der rijksveldwacht, de commissarissen van politie van Bloemendaal en Haarlem, den rentmeester der erven Van der Vliet, den commandant der Haarlemsche burgerwacht met zijn staf, het bestuur der Bloemendaalsche burgerwacht, den directeur van P.W. van Bloemendaal, de com mandanten der Heemsteedsche en Velsensche burgerwachten, enz. De heer Van Langendonk, commandant van de Bloemendaalsche burgerwacht, hield een korte rede, waarin hij de aanwezigen welkom heette en een en ander meedeelde over de wor dingsgeschiedenis van de nieuwe baan. Spreker uitte woorden van dank aan het adres van den burgemeester van Bloemendaal, wiens sympathie voor de burgerwacht veel heeft bijgedragen aan het tot stand komen van deze nieuwe baan. Ook den heer Vrijland, rentmees ter der erven van der Vliet, was spr. erkente lijk voor den steun, van hem ondervonden. De heer Langendonk eindigde met het uitspreken van de verwachting, dat de nieuwe baan in de naaste toekomst ook gebruikt zal mogen wor den door onder defensie, justitie en binnen- landsche Zaken ressorteerende organen. De volgende spreker, Jhr. den Tex, burge meester van Bloemendaal, begon met den te- genwoordigen politieken toestand in 't kort uit een te zetten. De tijden zijn niet zeer opbeu rend, maar we zullen ons maar vastklam pen aan de enkele teekenen, die wijzen op een mogelijke verbetering van den economischen en politieken toestand, zei spr. Toch is waak zaamheid nog steeds geboden. Den commandant der Bloemendaalsche burgerwacht komt zeer zeker een woord van dank toe voor het vele werk dat hij tot dusver voor de burgerwacht gedaan heeft en nog steeds doet. Zonder zijn initiatief en zonder zijn stuwende kracht zou de nieuwe baan zeer zeker niet tot stand zijn gekomen. Beiden sprekers viel een luid applous ten deel. Vervolgens stelde de commandant een dronk in op het welzijn van vorstenhuis en vaderland e i den bloei van het instituut der burgerwacht. Een sterke burgerwacht toch, zei de commou- dant, is een sterke rem tegen pogingen om tot revolutie te komen. Met een driewerf hoera! werd deze ingestel de dronk begroet. Hierna gingen allen de inrichting van de baan in oogenschouw nemen, 't Oordeel van deskundigen was, dat de baan voldoet aan alle te stellen eischen. Dat is trouwens geen wonder, daar de baan met alles wat daarbij behoort, is aangelegd vol gens de voorschriften der normaal-schietschool te 's-Gravenhage. Deze baan heeft bovendien 't voordeel, dat er geen verdwaalde kogels in het door menschen betreden gedeelte van het duin terecht kunnen komen. Ook zijn de schut ters niet meer bij slecht weer aan regen erf wind overgeleverd. Zij, die van deze banen gebruik zullen ma ken, kunnen dus voldaan zijn. Verloting. Door B. en W. van Velsen is aan de R.K. Sportvereeniging vergunning verleend tot het houden eener verloting. Aangekocht is een vet varken dat 30 September in vijftien prijzen zal verdeeld worden. Dien dag heeft des avonds in „Zomerlust" de trekking plaats. Sluiting Kampeerterrein. Op 15 Septem ber a.s. zal het kampeerterrein naby het IJmui- der Zeestrand worden gesloten en moet het dientengevolge ontruimd wezen. Gedurende de openstelling van het kampeer terrein is dit bewoond geworden door niet minder dan 5200 personen. Hospitaal Kerkschip „De Hoop". Het Hos pitaal Kerkschip „De Hoop", dat 8 Augustus van zijn tweeden kruistocht onder de haring- visschers op de Noordzee, is j.L Zaterdag in goeden welstand hier terug gekeerd. De geneesheer, Dr. F. G. van Asperen, uit Overveen, heeft in de haven van Lerwich en op zee tal van patiënten behandeld. De geestelijke verzorging was toevertrouwd aan Ds. C. M. Lutgens uit Vlaardingen. De President van Heel. De stoomreddings- boot President van Heel, welke voorheen was gestationeerd te Hoek van Holland, heeft, nu het schip van een motor is voorzien, geduren de de zomermaanden als pleiziervaartuig te IJmuiden dienst gedaan. Nu echter de tijd voor pleiziervaren voorbij is, heeft de eigenaar besloten het schip klaar te maken voor de trawlvisscherij. Een winch is reeds aan boord geplaatst, evenals de galgen en borden en men hoopt, indien het weer het toelaat, nog deze week de trawlvisscherij te gaan uitoefenen. De reddingsboot lag klaar. Tengevolge van den W. tot N.-W. storm welke gisteren (Zondag) woedde, had men de reddingsboot „Neeltje Jaeoba" vanuit de Haringhaven ge haald en nabij het Havenhoofd in de Visschers- haven gemeerd. Ook het technische personeel in dienst vaan de N. en Z.-Hoil. Redding Mij. is gedurende den geheelen dag op post geweest. Trots het ongure weer was er gedurende den middag veel publiek op het havenhoofd, dat vol belangstelling de manoeuvres volgde van de binnenkomende schepen. Wedvlucht vanaf Roosendaal op 11 Sept. Af stand 95 K.M. Eerste duif 9 u. 2 min., laatste duif 9 u. 7 min. De prijzen werden als volgt be haald: P. Bannink 1; P. J. v. Daalen 2, 7, 8, 9, 13; J. J. Petri 4, 5; V. A. Wolters, 6, 12. COLLECTE CRISIS-COMITÉ Dringende Oproep! Dames en Heeren, jongens en ouderen, ook vooral, wy roepen u toe; geeft u alsnog op, om te helpen collecteeren op Zaterdag 17 Sep tember a.s., aan het Bureau van het Crisis- Comité, Jansstraat 40 of aan een van de on derstaande adressen: Al is het maar voor een paar uur, wij heb ben u zoo dringend noodig. Mevr. A. J. Beunders—Vroesom de Haan, Julianalaan 93, Overveen. Mevr. E. vari DamCohen, Binnenweg 90, Heemstede. Mevr. A. M. Th. van CastricumPeters, Tetterodestraat 100. Mevr. J. F. R. Holtzapffel—Bakx, Sant poorterstraat 5. Mevr. J. van LiemtDolmans, Lorentz- plein 35. Mevr. C. E. Mollerus—Blanke, Vredenhof- straat 9. Mevr. Th. Ozingavan Dusseldorp, Garen- kokerskade 52. Mevr. R. J. PfaffReudler, Vredeilhof- straat 10. Mej. T. O verakker, Bloemendaalscheweg. Mevr. M. A. Reinalda, Ged. Oudegracht 81. Mevr. E. van SchelvenWilde, Kenaupark 18. Mevr. G. van der Vangstde Gilde Bredero- destraat 14. Mevr. E. van der WindenSchenk, Frans Halsstraat 13.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 3