ou\/ PLOOIROKJE VOOR MEISJES VAN 6 JAAR HET BEWERKEN VAN ETERNIET VOOR 'N SCHOORSTEENMANTEL 2 ORIGINEELE GESCHENKJES «m S EEN BRIEF VAN GERRIT EN JAN DE 1 1 HANDENARBEID i I II i 11 i i GOEDEN NACHT! 0 1 Q i li! i I 0 J Portretlijstje OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK VERBODEN Bijgaand geven wij verschillende ideëen voor schoorsteenplaten, platen passend in de schoorsteenopening achter de kachel. Bij een haard treft U natuurlijk de plaat aan die den haard insluit. Een haardkachel of een gewone kachel staat voor den Het is het beste de opening precies op te meten en de plaat op maat te laten maken bij den handelaar. U krijgt dan natuurlijk de opening waar door de kachelpijp moet komen nog zelf te maken. Deze opening wordt precies op de plaats waar ze komen moet afgeteekend met potlood, een cirkelvormige opening even ruimer dan de pijp, want deze moet er doorheen. Een dammetje van stopverf wordt rond om de afteekening gelegd. Nu leggen we de plaat buiten, tenminste als het niet regent, en gieten het cirkeltje vol met zoutzuur. Dit nu laten we liggen totdat het geheel is uitgewerkt; krab daarna de overgebleven asbest-vezels, welke men over houdt nadat de kalk er uitgetrokken is, weg. Gooi dan opnieuw de plek met zoutzuur vol, zorgen de dat de dam van stopverf nog in*zijn ge heel is; is dit niet het geval, dan eerst bij- stoppen. Ditzelfde herhalen we eenige keeren; als het zoutzuur is uitgewerkt de vezels weg krabben en weer opnieuw volgieten. Het zoutzuur behoeft niet hoog te staan, doch wel moet de oppervlakte geheel bedekt zijn. U zult dan met een beitel en een hamer het gat er in kunnen tikken. Bent u bang dat het gat reeds ontstaat na de tweede of derde behandeling met zoutzuur, dan is 't goed een extra stukje steen of iets anders onder de bewuste plek te leggen, zoodat geen zoutzuur op de steenen van uw plaats je kan loopen; dat zou leelijke vlekken ge ven. Op dezelfde manier gaan we ook de ver sieringen maken. Een rand aan beide kan ten van de plaat b.v., staat heel mooi. U Lengte 65 c-M., heupwijdte 78 c.M. Benoo- digd: 85 c.M. kamgaren van 130 c.M. breed te, 35 c-M. voering van 85 c.M. breedte, 3 knoopjes. Een kort plooirokje staat alle meisjes, zoowel bij een blousje als bij een aardig truitje. Het leuke effect zit eigenlijk in de breedte der plooien en in het oppersen. We beginnen met het rokje. Hiervoor knipt ge twee strooken van 40 cM. lengte; de naad- Middenvoor komt dan rechts, zoodat men nu van rechts af begint te meten. Hierna worden de plooien ingeregen. Nu het lijfje. Het wordt volgens de aangegeven maten geteekend en uitgeknipt met een naad. Dan kunt ge zij- en schoudernaadjes met een platten naad verbinden. Middenachter stikt ge aan beide kanten een 3 c.M. breeden zoom in. waarna het halsje en de arms- gaatjes met een schuin biesje worden afge- schoorstéèn en men kan daarom een plaat maken in de opening. We bedoelen een plaat van eterniet, dat brandvrij is en de warmte niet aanneemt. kunt dit op de téekening zien. U kunt er natuurlijk ook allerlei figuren op maken, zooals vliegende vogels, bloemen enz. en indien de voorbeelden op onze teekening f i |J| Jl 1 <f p I J" i li 1 i M i I i i i i 1 i I I /L LI 1 J_i L 1_ J_i_ J_ L_L jes worden aan elkaar gestikt, terwijl men er voor zorgt, dat het rokje 206 c.M. wijd wordt. Dan maakt ge er een 5 c.M. breeden zoom in, welke ingeperst wordt, alvorens tot het inrijgen der plooien over te gaan- Mlen moet er voor zorgen, dat de naden in de plooidiepten wegvallen. Het rokje legt ge dubbel, links middenvoor, rechts midden achter. Van links meet ge nu eerst 7 c.M. voor de 14 c.M. breede voorbaan, dan 6 c.M. voor plooidiepte. De andere plooitjes wor den alle 3 c-M. breed genomen, terwijl de diepte 6 c.M. blijft. Aan den onderkant neemt ge TA c.M. voor de voorbaan, verder 5 'A c.M. voor de diepte en 3 'A cM. voor de plooi, waarna de plooien met een kleerma kerskrijtje worden afgeteekend. Aan den anderen kant kan men hetzelfde afmeten. werkt. Alvorens het rokje aan het lijfje te zetten, legt ge den 3 c.M. breeden zoom middenachter op elkaar, rechts op links. De rafels neemt ge naar den verkeerden kant, waarna ge deze afwerkt met een recht biesje, dat na afwerking een cM. breed is en op het lijfje platgestikt wordt. Voor slui ting maakt ge rechts 3 knoopsgaatjes in, waarna ge links de knoopjes aanzet. Voor het oppersen neemt ge het aan den ver keerden kant, een natten doek legt ge er overheen, waarna ge het met een heeten bout perst, zoodat de plooien er keurig in komen. De rijgdraden haalt ge er uit, waar na ge het nog even overperst, om de in drukken van de rijgdraden weg te nemen. DINY voor U te moeilijk zijn om na te teekenen, dan kunt U heel goed een schabloonrand koopen en dien op de plaat over brengen. Dit doet U met waterverf, wat heel eenvoudig is. Gebruikt U ons voor beeld, dan moet dit overgezet worden op de plaat met behulp van carbonpapier. Ook de lijnen langs de bloemen worden geteekend; dat kunt U het beste doen door langs een liniaal twee lijnen naast el kaar te trekken. Nu moeten we de lijnen met iets bedekken, zoodat deze straks, bij het uitbijten, blijven staan. Dit gebeurt met spirituslak of zwarte fietslak, hetgeen ook spirituslak is. Alle vlakken der bloemen en bladen worden met deze lak ingevuld; de randlijnen aan beide kanten ook. Deze lak laten we goed drogen, hetgeen nogal gauw gebeurd is. Bij 't naderen der feestdagen hooren wij telkens weer de vraag; „Wat zou ik geven?" In deze tijden is deze vraag wel moeilijk te beantwoorden, daar wij ten zeerste reke- werken. Drie knoopen vormen de sluiting. Een jong meisje zullen wij zeer zeker veel pleizier kunnen doen met 'n lief zakdoeken sachet met eenige leuke zakdoekjes. Het sachet op onze teekening werd van zacht- blauwe zijde vervaardigd en versierd met een geborduurd motiefje van zachtrose zijde. De omtrek is in schulpen geknipt en met den wijden festonsteek gefestonneerd. Twee rose strikken voltooien het aardige cadeau. Zeer apart doch wel een beetje be werkelijker is de moderne tasch, welke uit een lapje donkere zijde geknipt en geheel bewerkt wordt, zoodat er van den onder grond maar heel weinig te zien blijft. Mooi is het om een zwarten ondergrond, met rose zijde en gouddraad te bewerken. De boven kant der tasch blijft effen en heeft trek- sluiting. Maar ook kleinere geschenkjes zijn altijd welkom. Wat denkt u van ons leuk paddenstoeltje, dat als naaldenkussen dienst doet en waarvan een kleine dito uit den vingerhoed bestaat? Een lapje roode en witte zijde voor steel en hoed, een lang werpig plankje, hetwelk den bodem vormt en bruin geverfd wordt en eenige draden groene wol voor de grassprietjes en het stukje „natuur" is klaar. Voor opvulling van den steel dienen watten en voor den hoed zemelen. Ook het origineele lampje, dat als tafelversiering dienst doet, is een heerlijk bezit. De vorm kan klaar gekocht worden en wordt met een restje rose of lila-zijde bespannen. Dan plaatst men dezen op een zwartgelakt plankje, waarop de fitting met de lamp is aangebracht. Een zijden pompon maakt het lampje af. Het laatste is een cadeautje voor de heeren der schepping; 't moderne aschbakje, hetwelk op den fau teuil zijn plaats vindt; gemakkelijk, vindt u niet? Men kan deze aschbakjes» ook in leder uitgevoerd koopen, maar zelf ge maakt vind ik veel aardiger. Men kan zoo wel leder als stevige stof hiervoor gebruiken. Het laatste wordt met een felle kleur ge festonneerd. Juist in het midden van den rechten lap lijmt men het aschbakje op. Aan beide uiteinden wordt een tasch je op gestikt voor sigaretten of sigaren. Als wij een keuze uit deze geschenkjes doen, zullen wij en de ontvangende zeer zeker tevreden en hoogst voldaan zijn. ETA ning moeten houden met onze beurs, welke den aankoop van luxe-geschenken niet toelaat. Handige vingertjes kunnen echter met weinig kosten zéér veel bereiken. Me nig aardig cadeautje behoeft ons niet meer te kosten dan eenige knutseluurtjes en ze zullen met veel vreugde begroet worden als wij origineele ideeën in toepassing brengen. Om onze lezeressen een weinig op weg te helpen, breng ik hier verschillende voor werpen, die wij zonder veel moeite uit al lerlei resten vervaardigen kunnen. Daar is op de eerste plaats een apart kapmanteltje, bijzonder geschikt voor een jong getrouwd vrouwtje, voor wie zulk een mode-nieuwtje een kostbaar bezit betee- kent. Het is vervaardigd uit een vierkanten lap rose kunstzijde of tricoline en wordt af gewerkt met okerkleurige kant en dito entredeux. De halsopening wordt afgewerkt met zijden lint, welks einden tot een strikje gebonden worden. Op onze teekening zien wij het kapmanteltje geheel klaar en daar naast hoe het geknipt wordt. Het is een Werkje van één enkel uurtje en voldoet als geschenkje toch buitengewoon. Ook het warme gewatteerde jasje zonder mouwen vormt een begeerd geschenk. Men kiest een of andere warme stof van een diepe tint rood of paars. Nadat het model geknipt is, wordt het met watten belegd en gevoerd. Dan wordt het geheele jasje in schulpen of ruiten doorstikt. Zulks kan met de machine of met heel kleine rijgsteekjes geschieden. Men moet de lijnen natuurlijk eerst met een witten draad voor trekken, daar men anders onmogelijk het patroon secuur kan Nu maken we een dammetje van stopverf precies rondom langs de geheele plaat, zoo dat er niets van de aanstonds te gebruiken vloeistof kan wegvloeien. Daarna gieten we tusschen de afgebakende ruimte zoutzuur. U doet dit ook weer buiten of in de schuur, omdat de damp gevaarlijk is; ook zorgen dat er niets van het zoutzuur op uw klee- ren komt. U laat het zoutzuur weer uit werken en krabt de vezels asbest weg, pre cies langs de randen en figuren, zoodat deze en relief komen. Is de teekening na de eerste behandeling niet voldoende zicht baar, dan volgt, liefst na afwassching van de overgebleven vezels, een tweede behan deling. Even nog dit; voor de scherpte is het misschien noodig na een eerste behandeling met zoutzuur de zwarte lak even over te halen alvorens U de tweede zoutzuur- behandeling toepast. U ziet dit zelf wel. Is het relief nu voldoende, dan gaan we, als de plaat schoon is, de bloemen en den ondergrond kleuren, b.v. roode tulpen, groen blad. U doet dit over de bestaande zwarte lak voor zoover deze er nog op zit. U gebruikt yoor het beschilderen van re- lief-figuren en voor den ondergrond olie verf, doch alvorens te gaan schilderen, dient de plaat eerst geheel bestreken te worden met blanke lak. Dit is altijd noodig bij eterniet-beschildering, daar anders de verf niet houdt. Deze lak moet, alvorens men met het schilderen begint, eerst goed droog zijn. Als U de plaat gaat plaatsen, altijd eerst de kachelpijp door het gat steken en eerst dan de pijp in het schoorsteengat; de kachel goed aansluiten, zoodat de pijp niet meer weg kan en dan de plaat aanschui ven en op haar plaats brengen. U moet ook voorzichtig omgaan met een groote plaat eternit; deze niet over een kant leggen, er op leunen of ruw iets op laten vallen, of er op trappen, als de plaat ongelijk ligt, want dan heeft U kans op knappen. Maakt U een breeden rand, welke relief is rondom, dan behoeft U alleen langs den binnenkant een randje van stopverf te maken. Voor den zomer kunt U een dergelijke plaat maken voor verfraaiing en als weg werking van de schoorsteenopening, maar dan natuurlijk zonder een kachelpijpgat erin. Wilt U beslist zelf de plaat op maat ma ken, dan is het 't beste te snijden met een scherpe, puntige vijl, en daarbij steeds sterk drukken en trekken langs een rechte lat. Het duurt nog al lang, maar op die ma nier krijgt U de plaat toch het beste afge sneden. Indien U de behandeling liever eerst eens wilt probeeren op een klein stukje, dan is het aardig een klein naamplaatje te ma ken: de buitenrand en de letters relief, dus eerst met lak opgeschilderd, daarna dam metjes van stopverf en uit laten bijten. U kunt de letters en den rand later heel goed schilderen, terwijl U den ondergrond de natuurlijke kleur laat. ANEMOON. OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK VERBODEN DE B.L.N.S. .Beste allemaal, Jullie dachten zeker, dat er van ons geen brief meer kwam. Mis hoor! Uitstel is geen afstel. Zooals jullie kunnen weten, hebben we onze plannen: een fietstocht in Duitschland te maken, veranderd en zijn we ons eigen land gaan „betrappen". Nu, daar is nog heel wat moois te zien en te beleven. We hadden als uitgangspunt Arnhem gekozen. Ik weet niet of jullie allemaal in die plaats bekend bent, maar wie er nooit geweest is, die kan ik aanra den er heen te gaan. 't Is er prachtig, hoor. Van de stad zelf hebben we niet zoo veel gezien. Wel zijn we in het museum van de Heidemaatschappij geweest, waar we aller lei interessante dingen zagen. We kregen den raad ook de aquariums eens te gaan be kijken. Nu, dat wilden we maar al te graag. De Heidemaatschappij kweekt allerlei vis- schen, zoetwatervisschen, zooals karpers en baarzen, die, als ze groot zijn, naar andere plaatsen worden overgebracht. Ook forel len worden er gekweekt en het was verba zend interessant later, toen we in de Beek huizen bosschen kwamen, de forellen in de beken te zien springen (fig. 1, 2, 3). We be zochten ook Sonsbeek en het park Roozen- daal, waar je de „bedriegertjes" hebt, die iedereen in 't land kent en waar je onder een grooten waterval door kunt loopen. Van Roozendaal naar Velp en naar de bos schen van Beekhuizen is maar een klein eindje. Die Beekhuizensche bosschen zijn aangekocht door de Vereeniging tot Be houd van Natuurmonumenten. Dat is maar gelukkig, want anders zou alles in villater rein veranderen. We zagen ook even de Rodelbaan, nu een zandige helling. In den winter moet het heerlijk zijn met een slee daar naar beneden te glijden. In de bos schen stonden hier en daar paddenstoelen, maar veel waren 't er niet; het is te droog geweest den laatsten tijd. Natuurlijk moesten we Nederland's Hoor het klokje, hoor het klokje; Hoor het klokje zeven slaan! Kleine meisjes, kleine jongens, Zou je niet naar bed toe gaan? Weg je speelgoed, weg je poppen, Kom, het warme bedje wacht. Nu is 't tijd voor rustig slapen Heel den langen, langen nacht! Nu niet zeuren, nu niet pruilen, Morgen is er weer een dag, Weet je, dat ik ginds in 't hoekje Jullie vriend Klaas Vaak reeds zag? Kijk hem lachen, kijk hem wenken: „Kinderen, kom, haast je wat, Ik moet nog zooveel bezoeken In de groote, groote stad!" O, wat gaap je, nee maar, slaap je Nu al, kleine, kleine guit? Kijk, het maantje en Klaas Vaakje Lachen bei jou hartelijk uit. Hoor het klokje, hoor het klokje, Hoor het klokje zeven slaan; Alle lieve, zoete kinderen Zullen nu naar bed toe gaan! 22. F. Wedden, dat mijn schildpad het wint van jouw hond? We zullen ze van hier tot dien paal laten loopen. Wie het eerst over is. Kom, Caro, roept Dik, de baas heeft wat lekkers voor je. Kom hier, stomme hond, schreeuwde Zwarte Piet, maar hij kon naar zijn hond fluiten. Pas, toen de schildpad vlak bij het paaltje was, gaf Dik den hond het koek je; toen vloog hij op de schildpad af. Zie je wel, mijn schildpad heeft ge wonnen. Ik wist het toch zeker al voor uit. En nou gaf ik je hond nog wel een koekje. Anders had ie 't natuurlijk hee- lemaal niet gedaan. mooiste laan, de Middachter Allee, bekijken. Ik geloof niet, dat er in ons heele land iets indrukwekkendere bestaat dan die boo- menrij met de zijlanen. We gingen ook het landgoed op, tenminste voorzoover dat toe- gestaan is. Daar groeien enkele zeldzame planten, zooals gevlekte aronskelk (fig. 4), nagelkruid (fig. 5) en nog enkele andere. Door de Middachter Allee gingen we ver der naar Dieren, daarna naar Brummen en Zutphen, om ten slotte in Deventer bij ken nissen een onderdak te vinden. Prachtig is het gezicht op den IJsel. De eerste maal zie je die rivier bij De Steeg, waar we aan den IJsel een poos gerust hebben. De weg naar Zutphen en Deventer gaat bijna voortdu rend langs groote, mooi aangelegde villa's. Achteraf speet het me, dat we niet lan ger in Zutphen konden ronddwalen. In die stad zijn nog overblijfselen uit den Ro- meinschen tijd en er is een prachtige bi bliotheek, waarin heel zeldzame, geschreven boeken zijn. Maar we moesten nu eenmaal verder, om niet al te laat in de „Koekstad", zooals Deventer wel eens genoemd wordt om zijn Deventerkoek, aan te komen. Eer lijk gezegd waren we ook een beetje moe, niet van den tocht zelf, maar wel van de warmte en we waren blij, toen we de be roemde .Peperbus", den koepel van Deven- ters grootste kerk, de Sint Lebuinuskerk, zagen. Maar o jé, wat viel dat laatste eind tegen. Ze zeggen wel eens de laatste lood jes wegen 't zwaarst. Nu, dat gold voor den weg van Gorsel naar Deventer (Gorsel is 't laatste groote dorp als je van Zutphen komt) zeker. Maar eindelijk waren we er en nu zitten we bij onze vrienden uit te blazen. Misschien komt er later nog een vervolg van onzen tocht. Nu nog een raad sel: wie heeft dezen brief geschreven? 'k Zal t maar verklappen. Gerrit heeft geschreven en Jan gedicteerd. Tot ziens, de twee onaf scheidenlijken." Dit is een aardig cadeautje voor een ja rige in de familie of om met Sinterklaas aan moeder te geven. Je snijdt het lijstje van stevig carton en kleurt het b.v. rood. Dan ga je het netjes omwoelen met mooie breede draden raffia. Zooals je op de tee kening ziet, kun je door het samenbinden van eenige draden aardige figuurtjes vor men. Het begineind van den draad en het laatste eind steek je tusschen de draden aan den achterkant. Om de figuurtjes te maken neem je, als het heele lijstje om woeld is, een draad raffia in een naald met een groot oog. Leg dan een knoop in het eene eind van den draad en steek de naald aan den achterkant door het carton en trek den draad tot den knoop door. Dan haal je lusjes om de draden, die je gaat saambin- den en trekt ze aan en gaat verder met den zelfden draad naar de volgende figuur. I -TT UI "F;«f <f Aronifcctk,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 15