In blijde verwachting
Besparing aan de schatkist
Het trustcontract
der bakkers
ZATERDAG 3 DECEMBER
LEEKEPREEKEN
MARIA VEREERING
Kleeren maken den man
HET A.V.R.O.-BEHEER
Fraaie toestanden
Officieele tekst der
beschuld iging
W aar om geen ontslag
BIJ DE JAARSWISSELING
Meer salaris gevraagd
NEDERLANDSCHE BANK
Bezetting der directie
TWEEDE KAMER
WIJZIGING VAN DE
PENSIOENWET
Ondanks bezwaren aanvaardde de
Kamer het ontwerp met
60 tegen 24 stemmen
De Genestet spreekt
Over de reserves
Premie voor eigen pensioen
EERSTE KAMER
Bezuinigingen bij de
rechtspraak
Drie ontwerpen aanvaard
Het nut betwijfeld
G oedkoopd uur koop
LANDBOUW-BEDRIJFSRAAD
Zoetsappig'
„Wees Uzelf!"
Autobusdienst over den
afsluitdijk
Vergunning aan de A.T.O. Veel
liefhebbers afgescheept
Voorloopige voorziening
Overwegingen
Spoorwegen
BEGRAFENIS PASTOOR THUS
Aanbieding aan den minister van
het contract en verzoek om
medewerking
Maatregelen geëischt
De bruggenbouw over
de rivieren
Toename van het interprovinciaal
verkeer
Uitvoer naar Frankrijk
Commissie ingesteld voor fruit
en versche groenten
„DE HAVIK" GESTRAND
Oponthoud te Marseille
MARINERAAD
Prof. Taverne voorzitter
Audiëntie
De Liturgie der Katholieke Kerk ruimt in
haar Adventsgebeden een groote en voor
name plaats in voor Maria.
In haar verwachting op de hernieuwde komst
van den Christus vergeet zij niet de Moeder dier
blijde verwachting.
Wat is dat teer: een jonggehuwde vrouw, die
haar kleine verwacht. Als het waar is, dat de
vrouw zulk een groot deel van de zondestraf
draagt: „In smarten zult gij baren", dan is het
toch ook niet minder waar, dat in en rond het
vrouwenleven nog veel paradijsschoon is blijven
hangen.
De aanstaande moeder in blijde verwachting;
o, dan is zij het voorwerp van een meer on
baatzuchtige liefde van haar man, dan wordt
zij omringd met zoo groote zorg door allen, die
het goed met haar meenen.
Dat zijn teere dagen, als haar vingeren zich
reppen en haar handen zich roeren en haar
gedachten rekenen, om alles toch zelf klaar te
maken voor den uitzet van haar baby.
Het morgenrood der moederweelde; voorspel
van den hoogsten vrouwenrijkdom.
Armoede en gebrek kunnen ook de moeders
kwellen, genot en weelde kunnen ook een groot,
gedeelte- van het vrouwenhart opeischen, maar
zij zijn bij de goedgeaarde vrouw, die zich het
instrument weet van Gods scheppend vermogen,
niet in staat om het diepe geluk, de zaligheid
Van het eerste moederworden te dooden.
De Kerk leeft weer in de blijde verwachting-
op Christus' komst, maar deze weken beleeft ze
met en door Maria.
De boodschap des Engels, Maria's verloving
met Joseph, de overschaduwing van Maria door
den H. Geest, dat zijn de Adventsgebeurtenissen,
die naast het verlangen van het Oude Verbond
naar den Messias worden overwogen in de Ad
ventsgebeden der H. Kerk, terwijl haar liturgie
niet moede wordt de hemelsche lofprijzingen op
Maria in haar gezangen telkens weer te her
halen.
Vrees niet, Maria, gij hebt genade gevonden
bij den Heer, de H. Geest zal in u nederdalen
en de kracht des Allerhoogsten zal u overscha
duwen.
De wonderdaden in Maria gewrocht worden
verheerlijkt: Gij zult een Zoon barenden toch
uw maagdelijkheid niet verliezen, gij zult zwan
ger bevonden worden en toch een ongeschonden
moeder blijven; uw Zoon zal God en menscli
tevens zijn.
Ten slotte valt ook midden in den Advents
tijd het feest van Maria's Onbevlekte Ontvan
genis, dat is dat zuiver katholieke feest, waarop
de geloovige zich herinnert hoe Maria omwille
van de geboorte van den Godmensch bij de ont
vangenis reeds in Anna's moederschoot bevrijd
is gebleven van elke aanraking ook met de erf
zonde,
Hoe heerlijken schat bezit de Katholieke Kerk
in Haar Mariavereering. De Katholiek kent niet
minder dan de Protestant de oneindige hoog
heid en grootheid van het Goddelijk Wezen.
Maar beter dan de Protestant kent de Ka
tholiek het Goddelijk nederbuigen van dat
hooge Wezen tot den mensch en die betere ken
nis van die Goddelijke mildheid wordt niet het
minst ondersteund juist in en door de Maria
vereering.
De eerste groote daad van Goddelijk neder
buigen is de menschwording van God den Zoon;
daardoor is God ons nabij gekomen tot in de.
menschelijke natuur, daardoor is God de Zoon
naar het woord van den Apostel de eerstgebo
rene onder de broeders.
Maar nog nader treedt God tot onze verbeel
ding door zich een der onzen te hebben uitge
kozen tot menschelijke moeder, aan wie Hij
kinderlijken eerbied, kinderlijke gehoorzaamheid
heeft willen betuigen, die Hij nog altijd als
moeder erkent en dus met heerlijkheid heeft
gekroond in den hemel en die Hij heeft willen
uitroepen tot ook onze geestelijke, hemelsche
moeder.
Hij, de eerstgeborene onder ons, deelt met ons
het voorrecht van zulk een moeder!
Moge de Mariavereering ons Katholieken dan
ook in waarheid dichter tot Jezus, dichter tot
God brengen.
Want als God zich heeft nedergebogen tot
ons, moeten wij met Gods hulp trachten, ons
steeds meer te verheffen tot God.
En daartoe reikt Maria ons de moederlijk
steunende hand.
Eén zaak is er slechts, di eons van die ver
heffing tot God afhoudt en dat is de zonde, het
bewuste kwaad; en ééne zaak is het slechts, die
ons tot God opheft en dat is de deugd!
Als God zich een moeder uitkiest: de innigste
vereeniging, die hier op aarde denkbaar is: moe
der en kind, dan zoekt Hij zich een moeder, die
uitblinkt boven anderen, die gezegend is onder
alle vrouwen.
Maar die schittering, dat uitblinken van Ma
ria ligt niet in wat de aarde zegen noemt: in
roem en eer, in genot en weelde: haar schoon
heid is gansch innerlijk!
Te Oosterbeek is door de politie aangehou
den een zwervende man, J. J. H. genaamd, in
gezelschap van een vrouw M. K.; eerstgenoem
de domicilie hebbende te Utrecht en laatstge
noemde te Den Dolder.
De man, die eenigen tijd geleden bü het Ned.
Leger des Heils werkzaam was geweest, Dleek
zelf collectelijsten te hebben vervaardigd en
geteekend als Officier van het Leger des Heils.
Daar hij echter niet over een uniform beschik
te, wist hij zich de medewerking te verschaffen
van een vrouw, die in het bezit was van den
bekenden hoed. Met haar medewerking werd
de aanvrage geloofwaardig gemaakt. Om de
lijsten op peil te brengen vulde H. zeif een vrij
groot bedrag in als ontvangen. Door deze han
deling wist het paar een vrij belangrijk bedrag
in te zamelen, hetgeen reeds gedeeltelijk ten
eigen bate was gebruikt. Bij informatie bij het
Leger des Heils bleek de man niet bekend te
zijn. De gearresteerden hebben een bekentenis
afgelegd en zijn naar het Huis van Bewaring
te Arnhem overgebracht.
In zooverre haar lichaam deelt in de uitver
kiezing, is dit een voorrecht, dat onttrokken is
aan de oogen der menschen en voor het overige
is het bij haar zieleschoonheid, zielerijkdom.
zieleweelde.
Mogen wij van Maria vooral in dezen moei
lijken tijd leeren: het opstreven naar God ls
onafhankelijk van armoede, onafhankelijk van
lijden in het lichaam, maar wel onderworpen
aan de zorg voor de ziel.
AD INTERIM.
„Het Volk" bericht:
Mr. R. van Woelderen heeft Vrijdag met
mr. W. R. Nijkerk als procureur conclusie van
repliek genomen in het schadevergoedingsproces,
dat door het vroegere A.V.R.O.-bestuurslid
mr. J. van Doome tegen de A.V.R.O. wox-dt ge
voerd.
Een van de grondslagen, waarop mr. Van
Doorne zich thans in deze verdedigt is de acte
van beschuldiging, die door den voorzitter van
de A.V.R.O., dr. Molhuysen (thans eere- voor
zitter), tegen den geroyeerde is voorgelezen.
De A.V.R.O. heeft zich tijdens dit proces her
haaldelijk beroepen op het feit, dat deze acte
van beschuldiging niet op papier stond, doch
door den voorzitter zonder voorbereiding werd
uitgesproken. De A.V.R.O. wraakte vervolgens
het verslag, dat mr. Van Doorne in deze roye
mentsvergadering van de acte had gemaakt.
In deze conclusie brengt mr. Van Doorne
thans den officieelen tekst van deze acte van
beschuldiging. Zij blijkt namelijk wel degelijk
op papier gesteld geweest te zijn. Mr. v. Doorne
verklaart, dat hij dit origineele stuk na zijn
royement heeft ontvangen van iemand, die nog
lid is van het A.V.R.O.-bestuur; deze heeft hem
tegelijkertijd de notulen van de betreffende ver
gadering, die later zijn uitgereikt, verstrekt.
In het lijvige stuk wordt dan een reeks van
de door mr. van Doorne bedoelde wantoestan
den opgesomd, terwijl ook de verhouding tus-
schen A.V.R.O. en „Telegraaf" uitvoerig wordt
besproken.
„Terwijl de bedrijfsdirecteur Vogt," aldus zegt
het, „met den meesten klem, ja zelfs bezworen
had, dat hij en de A.V.R.O., niets maar dai
ook niets met „De Telegraaf" uitstaande had
den, bleek eischer onomstootelijk, dat zoowel
in het verleden banden, ook van financieeien
aard, tusschen hem (Vogt) en de „Telegraaf" wa
ren gelegd, en nadien bestendigd, terwijl tijdens
het bestuurslidmaatschap van mr. van Doorne
alle bestuursaangelegenheden van de A.V.R.O.
door den directeur Vogt met de directie van de
„Telegraaf" werden besproken. Ook de samen
werking met de V.A.R.A. was zoo niet geïnsti
geerd (aangemoedigd) door, dan toch besproken
met en gepousseerd (doorgezet) door „De Tele-
Mr. van Doome onthult verder, dat een func
tionaris (wiens naam niet wordt genoemd) bij
de A.V.R.O. was betrapt op het vervalschen en
innen van quitanties tot zeer aanzienlijke be
dragen en in een dagelijksche bestuursver
gadering den heer Vogt werd opgedragen dezen
man onmiddellijk te ontslaan en de zaak in
handen der Justitie te geven. Hij deelt verder
mede, dat deze functionaris door den directeur
Vogt werd gehandhaafd en van justitieele ver
volging nooit iets werd vernomen.
Mr. van Doorne's verdediging wijdt dan ver
der de aandacht aan de positie van baron Tin
dal in de A.V.R.O.
„Door het lid van het dagelijksch bestuur
aldus zegt hij, „G. baron Tindal was aan het
bestuur van de A.V.R.O. financieelen bijstand
gevraagd in dezen vorm of voor hem geen Be
zoldigde betrekking bij de A.V.R.O. kon worden
gecreëerd (geschapen), waarop door dat be
stuur afwijzend werd beslist, aangezien de sta
tuten bezoldiging van bestuursleden verbieden.
Ten einde hem echter tegemoet te komen
werd besloten hem te belasten met het bezoe
ken en organiseeren van A.V.R.O.-actie-comits's
tegen een vacatie-geld (vergoeding voor ver
zuim) van 15 per dag.
Later kwam mr. van Doorne ter oore, dat
baron Tindal toch een vast bedrag
ontving. In een bestuursvergadering, waar hij
inlichtingen vroeg, werd dat ontkend. Bij zijn
verdediging geeft mr. Van Doorne nu een uit
treksel uit notulen van een bestuursvergade
ring van de A.V.R.O., gehouden na zijn roye
ment (opnieuw blijkt het A.V.R.O.-bestuur nog
niet luchtdicht te zijn), waarin wordt erkend,
dat aan baron Tindal toch 'n betrekking tegen
een vaste vergoeding is gegeven.
Het stuk zegt verder woordelijk: „Eveneens
was (is) gebleken, dat de heer Tindal, terwijl
hij bestuurslid van de A.V.R.O. was, gedurende
geruimen tijd een maandelijksch bedrag van de
„Telegraaf'-directie had ontvangen, niet als
medewerker aan dit blad, maar uit hoofde van
zijn relaties als mede-oprichter van de A.V.R.O."
De Nederlandsche R. K. Bond van Handels-,
Kantoor- en Winkelbedienden „St. Franciscus
van Assisië" en de Nederlandsche Vereeniging
van Christelijke Kantoor- en Handelsbedien
den wendden zich per circulaire tot H.H.
Wergevers in handel, industrie en verkeers
wezen, met verzoek de vroeger steeds gevolgde
gewoonte om bij de jaarswisseling aan het
jeugdige personeel salarisverhooging toe te
kennen, opnieuw te gaan volgen.
Zij wijzen er op dat het absoluut noodzake
lijk is dat de salarissen der kantoor- en han
delsbedienden op hooger peil komen en zij
m daartoe een dringend beroep op de mede
werking van H.H. Werkgevers.
Zeer in het bijzonder wordt er de aandacht
op gevestigd, dat de periodieke salarisverhoo-
gingen, door welke de jeugdige kantoor- en
handelsbedienden op een eenigszins behoorlijk
inkomen moeten geraken, in een buitengewoon
groot aantal gevallen zijn stopgezet. Zij stellen
de vraag hoe jonge menschen, die in verhou
ding tot hun leeftijd geheel onvoldoende wor
den gesalarieerd, ooit tot een huwelijk kun
nen komen of hoe zij zich in materieelen
zin voor het huwelijk kunnen voorbereiden.
„Men spreekt van moreel en zedelijk verval,
niet het minst onder de jeugdige menschen,
maar zou er tusschen dat verval en de geheel
onvoldoende salarieering van jeugdig personeel
geen nauw verband bestaan?"
Met grooten aandrang wordt dit onder de
aandacht van H.H. Werkgevers gebracht.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid Biere-
ma betreffende vermindering van het aantal
directeuren der Nederlandsche Bank, heeft mi
nister de Geer, minister van Financiën, geant
woord, dat volgens het Bankoetrooi de beslissing
over het aantal directeuren berust bij de ge
meenschappelijke vergadering van directie en
commissarissen. De minister heeft daarop geen
invloed. Intusschen werd hem reeds geruimen
tijd geleden, tegelijk met de kennisgeving van
de ontslagaanvraag per 15 Januari a.s. van den
directeur-secretaris, meegedeeld, dat een der
andere directeuren zich bereid had verklaard als
directeur-secretaris op te treden en dat de direc
tie met één lid zou worden verminderd. In de
gemeenschappelijke vergadering van directie en
commissarissen van 21 November j.l. is in dien
zin besloten.
Den Haag, 2 December
Minister DE GEER heeft heden weer een ont
werp door de Tweede Kamer aanvaard gezien,
dat een belangrijk onderdeel is van zijn dek
kingsplan. Een wijziging in de Pensioenwet,
krachtens welke de bijdrage van het Rijksperso
neel voor het eigen pensioen van 3 op 8 procent
gebracht mag worden. Gecombineerd met een
wijziging van de Invaliditeitswet, de Ouderdoms
wet, de Radenwet en de Ziektewet, welke
een vermindering van de Rijksbijdrage aan
de sociale verzekeringsfondsen beteekent en
bovendien de administartiekosten en de
verzending van dienststukken terzake van
dé Invaliditeitswet, alsmede de salarissen
van de voorzitters van de Raden van
Arbeid en de kosten van den Verzekeringsraad
ten laste van het Invaliditeitsfonds brengt, levert
aan de schatkist eene besparing op van
13.176.925 en 28.400.000 is 41.576.925.
Met 60 tegen 24 stemmen heeft de Kamer dit
ontwerp aanvaard, al waren er natuurlijk be
zwaren. Het gaat Minister VERSCHUUR even
zeer als den sociaal-democraat KUPERS aan het
hart, dat de reserve's, die in de verzekerings
fondsen zitten, moeten worden aangetast. De
heer Kupers was wel bevreesd, dat het Invalidi
teitsfonds deze aderlating niet zou kunnen lijden
en gaf daarover beschouwingen, aanmerkelijk
somberder dan men van deze zijde gewoonlijk,
als het over financieele perspectieven gaat, te
hooren krijgt, maar Minister Verschuur legde er
den vollen nadruk op, dat uitsluitend datgene,
wat niet noodig is voor de dekking van de aan
spraken der verzekerden, als spaarpot beschouwd
wordt. Verder gaat hij niet, al bezweert ds.
KERSTEN hem met nog zooveel emphase, des
noods de fondsen in hun geheel maar op te
maken. De bewindsman betreurt natuurlijk, dat
deze maatregel de verbeteringen, die in onze
sociale verzekering zonder twijfel nog kunnen
worden aangebracht, naar een verder verschiet
verschuift, maar de financieele nood dwingt er
toe. De heer SCHOUTEN wees er terecht op,
dat alleen de sociaal-democraten en commu
nisten zich ook tegen dit ontwerp weer verzetten,
omdat zij de werkelijkheid niet wenschen te zien.
Wat deze afgevaardigde opmerkte over de zon
derlinge en niet geheel rechtvaardige figuur, dat
men de salarissen van de voorzitters der Raden
van Arbeid en de kosten van den Verzekerings
raad ten laste brengt van het Invaliditeitsfonds
alléén, terwijl genoemde functionarissen en ge
noemd orgaan hun zorg ook over de andere
sociale verzekeringen uitstrekken, was juist. En
Minister Verschuur zal nagaan, hoe hierin ver
andering te brengen is.
Wat de verhooging van de bijdrage in de
premie voor eigen pen
sioen van het Rijks
personeel betreft, heeft
de Katholieke afge
vaardigde, de heer Su-
RING, in een bondig
en helder betoog eigen
lijk het standpunt van
héél de Kamer, minus
de roode fracties, uit
eengezet. Hij heeft
Minister de Geer ertoe
gebracht, een amende
ment over te nemen,
dat den maatregel tot
bet Rijkspersoneel be
perkt. Want de wijzi
ging, die de Regeering
op artikel 36 der Pen
sioenwet voorstelde,
gaf ook aan de lagere Overheidsorganen al te
gemakkelijk de bevoegdheid, om eenzelfden
maatregel ten opzichte van hun personeel te
nemen.
Uit 's Ministers zwijgen over de vorderingen
van het Georganiseerd Overleg maakte de Ka
tholieke afgevaardigde op, dat men totnogtoe
met de onderhandelingen niet opgeschoten was,
maar dat niettemin nog kans op overeenstemming
aanwezig was. Zijn gissing bleek juist. En door
dat mede te deelen had Minister de Geer het
fiat van den heer Suring, om in de mate, waar
toe het Georganiseerd Overleg aanleiding geven
zal, gebrui'; te maken van de gevraagde bevoegd
heid.
J. G. SURING
DEN HAAG, 2 Dec. 1932
De Eerste Kamer heeft heden, zich natuurlijk
ten opzichte van de voorgenomen opheffing van
rechtbanken en kantongerechten alle vrijheid
voorbehoudend, de drie ontwerpjes aanvaard,
die met genoemden grooten bezuinigingsmaat
regel nogal eens in
verband gebracht wor
den. Dit laatste ge
schiedt volgens Minis-
ter DONNER ten on
rechte. Want zelfs al
zou de opheffing van
een aantal rechtban
ken en kantongerech
ten den zegen der
Staten-Generaal niet
kunnen erlangen
de Tweede Kamer
heeft van zeer weinig
instemming blijk ge
geven dan nóg heb.
ben de ontwerpen,
thans door de Staten- MINISTER DONNER
Generaal aanvaard, een eigen onafhankelijke
waarde als strevende naar zuinigheid en effi
ciency bij de rechtspraak. De voortaan geldende
leeftijdsgrens van 70 jaar voor rechterlijke
ambtenaren en het facultatief stellen van de
thans verplichte conclusie van het Open
baar Ministerie in sommige civiele procedure's
lokten weinig debat uit, al had bij beide ont
werpen de nestor van de Eerste Kamer, jhr.
VAN SASSE VAN IJSSELT, die zelf als presi
dent van het Bossche Hof zal worden „wegge-
welterd" (zooals mr. Mendels het noemt), een
korte opmerking..
Langer bekeek de Senaat het waren de
heeren VAN SASSE VAN IJSSELT, MENDELS
MICHIELS VAN KESSENICH, JANSSEN en
SMEENGE het ontwerp, krachtens hetwelk
voor de berechting van eenvoudige civiele zaken
voortaan aan iedere rechtbank een enkelvoudige
Kamer zal bestaan. De vijf zeer deskundige
sprekers twijfelden allen aan het nut en de be
zuiniging, die deze maatregel brengen moet.
Het moge waar zijn dat aan de Rotterdamsche
en Amsterdamsche rechtbank, waar zulk een
enkelvoudige Kamer reeds bestaat, de „unus
judex" dikwijls hoogst tijdroovende en inge
wikkelde zaken te berechten krijgt, daar staat
tegenover, dat hij voortaan (in tegenstelling
met den toestand van het oogenblik) zaken,
die aanvankelijk eenvoudig schenen, doch
tijdens de behandeling een gecompliceerd ka
rakter gaan vertoonen, weder kan terugwijzen
naar den meervoudigen rechter. De Minister
verweerde zich uitstekend tegen de vijf des
kundige opperaars van zwarigheden. En hij
heeft bij dezen maatregel tot parool: afwachten
wat het inburgeren van het instituut der enkel
voudige Kamer in de practijk aan bezuiniging
oplevert.
Dat dit niet veel zou zijn, was namelijk één
der argumenten. Het publiek zou reeds thans in
den enkelvoudigen rechter niet zoo veel vertrou
wen hebben en van zijne beslissingen altijd in
appèl gaan. Is dat ook in de toekomst het geval,
dan kan inderdaad goedkoop hier duurkoop be-
teekenen. Maar juist het feit, dat thans aan
alle rechtbanken de „unus judex" zijn intrede
doet, zal de justitiabelen ertoe brengen, het in
stituut minder dan voorheen, toen het slechts
facultatief was, als iets uitzonderlijks en buite
nissigs te beschouwen.
De Algemeene R. K. Landbouw-Bedrijfsraad
houdt dit jaar zijn algemeene vergadering te
Utrecht en wel op Maandag 12 December, in
de groote zaal van het hotel „Kasteel van Ant
werpen".
Naast de voorstellen van de bijzondere R. K.
noemde Jan TER LAAN, zuur als steeds, dat
standpunt. Want hü vindt het overleg, dat plaats
heeft, een pure overbodigheid, waarmede men
alleen den schijn van overleg handhaaft. Zoo
wel de heer Suring als de heeren KETELAAR
en Schouten namen daartegen krachtig stel
ling. De socialistische organisatie aldus de
heer Ketelaar, wien men een open oog voor de
ambtenarenbelangen toch op de laatste plaats
ontzeggen zal heeft zich teruggetrokken, om
dat zij nu eenmaal alleen Georganiseerd Over
leg over loonsverhooging kennen wil. Men is
daarmede natuurlijk lijnrecht in strijd met de
houding, ten opzichte van loonkwesties in het
particuliere bedrijf, aangenomen, waar men dat
overleg óók over verslechtering van de arbeids
voorwaarden juist eischt. Maar een tegenspraak
méér komt er bij de S.D.A.P. niet zoo op aan.
De halsstarrigheid, waarmede men daar ook
thans nog de salarisverlaging der ambtenaren
afwijst, motiveert men met de stelling, dat het
overheidspersoneel niet in een uitzonderings
positie geplaatst mag worden. Alsof het niet
feitelijk juist in die positie komt, wanneer het
niet in de allerwegen afgekomen loonsverlagin
gen deelt!
aldus Jan Ter Laan tot den heer Suring met
een insinuatie, als zou deze over de zaak zijn
persoonlijke zienswijze onder stoelen en banken
gestoken hebben. Ieder, die dezen afgevaardigde
in de Kamer meemaakt, werpt zulk een ver
moeden verre van zich. Maar het kostelijke is,
dat die insinuatie kwam uit den hoek van een
partij, welke juist berucht is, wijl haar ver
tegenwoordigers keer op keer niet eigen inzicht,
maar het dictaat van hun kiezers volgen.
Is het te verwonderen, dat de heer Schouten,
die Jan Ter Laan in zijn beleid als Rotter-
damsch wethouder gekend en bestreden heeft, er
de Genestet bijhaalde? „Wees uzelf! zei ik tot
iemand. Maar hij kon niet; hij was niemand!"
Het was voor de sociaal-democraten, die zich
zelf in de vertegenwoordigende colleges en ook
in het Georganiseerd Overleg moedwillig van
alle verantwoordelijke werk buitensluiten, weer
geen dag, om met trots op terug te blikken.
Landbouw-Bedrijfsraden en goedkeuring van
de jaarverslagen, rekening en verantwoording
en begrooting, zal de voorzitter van den Alge-
meenen R. K. Landbouw-Bedrijfsraad, pater
mr. dr. Arn. Borret S.J., een inleiding houden
over „Natuur en bovennatuur in het sociale en
economische leven", terwijl mr. H. van Raas-
tert, adj.-secretaris van den Raad, zal spreken
over „Inhoud van het ontwerp van wet inzake
de instelling van bedrijfsraden, zooals t luidt
na de aanneming er van door de Tweede Ka
mer der Staten-Generaal".
Bij Ged. Staten van Noord-Holland zijn ver
scheidene verzoeken ingekomen van autobus
exploitanten om vergunning tot het in werking
brengen van autobusdiensten, o.a. van Alkmaar
naar Leeuwarden en Sneek; van Den Helder en
van Medemblik naar deze plaatsen; van Den
Oever naar Harlingen; van Amsterdam over
Purmerend, Alkmaar, Burgerbrug, Oudesluis en
Den Oever naar Groningen; van Alkmaar naar
Harlingen; van Amsterdam over Hoorn, Medem
blik en Den Oever naar Leeuwarden, alles
strekkende voor zooveel het door de diensten te
rijden traject in de provincie Noord-Holland ge
legen is.
Op deze verzoeken heeft het Provinciaal Be
stuur afwijzend beschikt, daarbij gelet op een
brief van de directie der Ned. Spoorwegen, hou
dende bezwaar tegen het verleenen van de ge
vraagde vergunning, aangezien naar haar mee
ning, gelet op de aanvrage van de N.V. A.T.O.
voor een autobusdienst AlkmaarLeeuwarden,
aan de voorgestelde verbindingen geen behoefte
bestaat, terwijl voorts de aanleg van een spoor
weg over den afsluitdijk in het gedrang zou ko
men.
Ged. Staten overwegen, dat naar hun meening
aan meer dan één autobusdienst over den af
sluitdijk althans voorloopig geen behoefte
bestaat; dat hun college om redenen van ver-
keerseconomie en van verkeerstechniek en uit
hoofde van billijkheid aan een A. T. O.-dienst
de voorkeur meent te moeten geven boven de
door aanvragers(sters) voorgestelde verbindin
gen, en dat op grond hiervan bij besluit van 23
November aan de N. V. Algemeene Transport
Onderneming, te Utrecht, als dochtermaat
schappij van de Nederl. Spoorwegen, vergunning
is verleend tot het in werking brengen van een
autobusdienst van Alkmaar over St. Maartens-
vlotbrug, De Kooi, Van Ewijcksluis en Den
Oever naar Leeuwarden en terug, voorzooveel 't
dcor dien dienst te rijden traject in de provincie
Noord-Holland is gelegen.
Ged. Staten van Noord-Holland hebben bij
hun beslissing gelet o.a. op een brief van de
Nederlandsche Handelsreizigers-Vereeniging, te
Rotterdam, en op een telegram van de Ver-
keerscommissie van handelsreizigers-organisa
ties, te Leeuwarden, houdende verzoek de ge
vraagde vergunning alleen te verleenen onder
de uitdrukkelijke voorwaarde, dat op den dienst
AlkmaarLeeuwarden ook spoorweg-abonne
menten geldig zullen zijn.
Laat in den middag is de Kamer nog aan de
naasting van de spoorwegen UtrechtZwolle.
Zwolle—Kampen en Den Dolder—Baarn begon
nen.
Door verschillende sprekers werd critiek ge
oefend op de wijze, waarop men de gemeente
Kampen niet rechtvaardig behandeld heeft, ter
wijl algemeen de stopzetting van den dienst
Zwolle—Blokzijl als een ramp voor Noord-West-
Overijssel beschouwd werd. Want de wegen zijn
daar niet breed genoeg, om den dienst door
autobussen te laten overnemen.
Een zevental sprekers, waaronder van Katho
lieke zijde, de heer ENGELS, verzetten zich op
deze gronden tegen het ontwerp en alleen de
sociaal-democraat van Braambeek stond aan de
zijde van den minister.
Tenslotte is op verzoek van minister Reymer
de behandeling geschorst, opdat de gemeenten,
betrokken bij den tramweg ZwolleBlokzijl, als- 1
nog gelegenheid zullen hebben, over deze kwestie
contact met hem te zoeken.
Zij overwegen, dat het tot stand komen van
den afsluitdijk de wenschelijkheid en mogelijk
heid schept een rechtstreeksche landverbinding
tusschen Noord-Holland en Friesland in het le
ven te roepen,
dat deze verbinding naar het oordeel van hun
college niet alleen van beteekenis zal zijn voor
het verkeer tusschen beide provincies, maar ook
een belangrijke schakel zal vormen in het on
derling verkeer tusschen andere gebiedsdeelen
van het land,
dat de afsluitdijk naar het oordeel van hun
college slechts dan ten volle aan de eischen van
bedoeld verkeer dienstbaar zal kunnen worden
gemaakt, indien een goede spoorverbinding over
dien dijk tot stand wordt gebracht, waarop dan
door autobuslijnen zal kunnen worden aangeslo
ten,
dat het in werking brengen van een autobus
dienst als eenig openbaar middel van vervoer
uit dien hoofde slechts als een voorloopige voor
ziening kan worden beschouwd, welke zoo spoe
dig mogelijk voor een voorziening, waarin de
spoorlijn althans de hoofdverbinding vormt, zal
moeten plaats maken,
dat Ged. Staten de bevoegdheid missen van
de Nederlandsche Spoorwegen een bindende ver
klaring te eischen in zake den aanleg en de ex
ploitatie van een dergelijke spoorlijn, maar hun
hierboven uitgesproken opvatting tot uitdruk
king kan worden gebracht door de te verleenen
concessie voor een autobusdienst over den af
sluitdijk tot een bepaalde periode te beperken
om aldus de Nederlandsche Spoorwegen in de
gelegenheid te stellen bedoelde spoorverbinding
binnen dien tijd tot stand te brengen,
dat een termijn van ongeveer vijf jaar voor 't
beoogde doel redelijk kan worden geacht,
dat hun college, in verband met zijn opvat
ting, dat de in werking te brengen autobus
dienst over den afsluitdijk als voorlooper van
een spoorverbinding moet worden beschouwd,
het aangewezen acht, bedoelde concessie aan de
N. V. Algemeene Transport Onderneming, te
Utrecht, als dochtermaatschappij van de Ned.
Spoorwegen, te verleenen,
dat zulks ook billijk is te achten met het oog
op het feit, dat door de Nederlandsche Spoor
wegen groote kapitaalsuitgaven voor den aanleg
van de desbetreffende spoorlijn zullen moeten
worden gedaan en aan het verleenen van de
desbetreffende concessie aan de N.V. Algemeene
Transport Onderneming ook het voordeel ver
bonden is, dat de overgang van autobus- tot
spoorverbinding zal worden vergemakkelijkt; en
ten slotte ten aanzien van de tegen de voorge
stelde verbinding schriftelijk ingebrachte be
zwaren, dat door de bestaande verkeersmiddelen
in deze provincie in de behoeften van het lokaal
vervoer inderdaad voldoende wordt voorzien,
zoodat in de aan de N.V. A. T. O. te verleenen
vergunning zoodanig verbod behoort te worden
opgenomen, dat alleen vervoer van Noord-Hol
land naar Friesland en omgekeerd mogelijk
wordt.
De vergunning is verleend onder o.a. de voor
waarde, dat het volgende traject wordt gevolgd:
Van Alkmaar (Stationsplein) langs den
Stationsweg, den Helderscheweg, den Rijksweg
ten Westen van het Noordhollandsch kanaal tot
De Kooi en verder langs den Balgweg, den
Schorweg, den Verlengden Stoomweg, den
Westerzandvaartweg, den Stoomweg, den
Ewijckvaartsweg, den Afsluitdijk, den Konings
weg, de Hoofdstraat, den Gemeenelandsweg en
den Afsluitdijk tot de provinciale grens. In de
richting naar Alkmaar wordt hetzelfde traject
gevolgd.
Rijdende in de richting naar Leeuwarden
worden op het traject Alkmaar-Oostzijde Slui-
zencomplex bij Den Oever (pl.m. 500 M. voorbij
Vuurtoren) geen passagiers uitgelaten en rijden
de in de richting naar Alkmaar worden op dat
traject geen passagiers ingelaten.
De begrafenis van het stoffelijk overschot van
den Zeereerw. heer J. H. A. Thus, in leven
pastoor te Sassenheim, zal Maandag om half
twaalf plaats vinden op het kerkhof aldaar.
Het stoffelijk overschot zal Zondagmiddag
in de kerk worden opgebaard.
De Metten zullen Zondagavond om 7 uur
uur worden gehouden en de Lauden Maandag
morgen half tien.
De Ned. bakkersorganisaties hebben aan den
Minister van Economische Zaken het vol
gende adres gezonden:
„De vier Nederlandsche Bakkersorganisaties,
in aanmerking nemende, dat de slechte eco
nomische toestand, waarin een belangrijk deel
van het Nederlandsche bakkersbedrijf verkeert,
het nemen van maatregelen om in dezen toe
stand verbetering te brengen dringend nood
zakelijk maakt, hebben het initiatief genomen
om tot saneering van dit bedrijf te geraken.
Zij hebben daartoe de medewerking verzocht
en verkregen van alle Nederlandsche Meelfa
brikanten om hen bij dit pogen te steunen.
Na langdurige besprekingen is eindelijk een
overeenkomst van de vier bovengenoemde bak
kersorganisaties met de meelindustrie tot stand
gekomen, alhoewel deze nog niet ondertee
kend is.
Aangedrongen wordt dan op medewerking van
den Minister bij de uitvoering der bepalingen
in de overeenkomst.
Deze medewerking zou kunnen bestaan in:
a. het benoemen van een commissie van toe
zicht op het door contractanten bedoelde sa-
neeringswerk;
b. door het aanwijzen van een accountant bij
het bepalen van een minimum broodprijs in
een gemeente, waar getracht zal worden te
saneeren.
De kosten aan dit toezicht en accountants-
werk verbonden, behoeven niet ten laste van
het Rijk te komen.
Het is niet de bedoeling van contractanten
om den broodprijs zoo hoog mogelijk op te
voeren, doch slechts het daarheen te leiden,
de prijzen van het brood, die beneden kost
prijs zijn, door maatregelen in bedoelde over
eenkomst vastgesteld, te brengen op een peil,
dat een bestaan van den bakker mogelijk is.
Toen eenige jaren geleden de eerste brug,
bestemd voor het openbaar verkeer, tusschen
Noord-Brabant en het Noordelijk daarvan ge
legen deel des lands gereed gekomen en in ge
bruik genomen was, namelijk de brug over
de Maas bij Grave, werd onmiddellijk een toe
name van het interprovinciaal verkeer als ge
volg daarvan geconstateerd; vooral het auto
verkeer reageerde gunstig op de zeer verbe
terde communicatie.
Eenzelfde verschijnsel wordt thans waarge-
nomen ten aanzien van de brug over de Berg--
sche Maas bij Keizersveer. Het verkeer via het
Land van Heusden en Altena tusschen Cen
traal en Westelijk Noord-Brabant eenerzijds
en de provinciën Zuid-Holland, Gelderland,
Utrecht en verderop aan den anderen kant, is
dermate toegenomen, dat het pontveer over de
Merwede te SleeswijkGorinchem niet meer
aan de behoeften beantwoordt. In verband
daarmede zal te Steenwijk een nieuwe groote
ponton in dienst worden gesteld. Dit moderne
en ruime ponton, voorzien van een zware oprij-
brug, is reeds in de Sleeswijksche haven gear
riveerd en wordt binnen afzienbaren tijd in
gebruik genomen.
Hebben de beide voornoemde bruggen, waar
van die te Keizersveer een breedte heeft van
Sy2 Meter, bewezen het verkeer krachtig te
stimuleeren, buiten twijfel zal zulks in nog
meerdere mate het geval zijn met de in aan
bouw zijnde Waalbrug te Zalt-Bommel, die een
knooppunt wordt voor het verkeer tusschen
Oostelijk en Centraal Brabant met zijn voor
name industriecentra en Gelderland, Utrecht
en Noord-Holland. Deze brug, die als no. 3
haar voltooiing nadert, heeft een zijvlak van
11 Meter en een lengte van 860 Meter.
De Minister van Economische Zaken en
Arbeid heeft een commissie ingesteld voor den
uitvoer naar Frankrijk van fruit en versche
groenten.
Tot voorzitter dezer commissie is benoemd
de heer ir. J. M. Riemens; tot leden de heeren
C. Minnaar, Kruininge, mr. L. Niemöller,
's Gravenhage, P. Slot A. Pzn., Broek op Lan-
gendijk, F. V. Valstar, 's Gravenhage, C. Wage
naar Kzn. Broek op Langendijk, C. Zwaan,
Rotterdam.
Bij de K.L.M. is bericht ontvangen dat het
Indië-vliegtuig de „Havik" dat Donderdag uit
Amsterdam is vertrokken, Vrijdag te Marseille
blijft. Tengevolge van het slechte weer was het
vliegveld drassig geworden tengevolge waarvan
het toestel in den grond was gezakt. Met groote
moeite is het toestel uit den grond getrokken.
Zaterdag zal het vliegtuig de vlucht naar Indië
voortzetten.
Als opvolger van mr. G. Kirberger is voor
vier jaren benoemd tot voorzitter van den Ma-
rineraad prof. mr. B. M. Taverne, raadsheer in
den Hoogen Raad, thans plaatsvervangend
voorzitter.
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem zal de
volgende week .Woensdag geen audiëntie yer-
Jeenen,