In blijde verwachting Besparing aan de schatkist Het trustcontract der bakkers ZATERDAG 3 DECEMBER LEEKEPREEKEN MARIA VEREERING Kleeren maken den man HET A.V.R.O.-BEHEER Fraaie toestanden Officieele tekst der beschuld iging W aar om geen ontslag BIJ DE JAARSWISSELING Meer salaris gevraagd NEDERLANDSCHE BANK Bezetting der directie TWEEDE KAMER WIJZIGING VAN DE PENSIOENWET Ondanks bezwaren aanvaardde de Kamer het ontwerp met 60 tegen 24 stemmen De Genestet spreekt Over de reserves Premie voor eigen pensioen EERSTE KAMER Bezuinigingen bij de rechtspraak Drie ontwerpen aanvaard Het nut betwijfeld G oedkoopd uur koop LANDBOUW-BEDRIJFSRAAD Zoetsappig' „Wees Uzelf!" Autobusdienst over den afsluitdijk Vergunning aan de A.T.O. Veel liefhebbers afgescheept Voorloopige voorziening Overwegingen Spoorwegen BEGRAFENIS PASTOOR THUS Aanbieding aan den minister van het contract en verzoek om medewerking Maatregelen geëischt De bruggenbouw over de rivieren Toename van het interprovinciaal verkeer Uitvoer naar Frankrijk Commissie ingesteld voor fruit en versche groenten „DE HAVIK" GESTRAND Oponthoud te Marseille MARINERAAD Prof. Taverne voorzitter Audiëntie De Liturgie der Katholieke Kerk ruimt in haar Adventsgebeden een groote en voor name plaats in voor Maria. In haar verwachting op de hernieuwde komst van den Christus vergeet zij niet de Moeder dier blijde verwachting. Wat is dat teer: een jonggehuwde vrouw, die haar kleine verwacht. Als het waar is, dat de vrouw zulk een groot deel van de zondestraf draagt: „In smarten zult gij baren", dan is het toch ook niet minder waar, dat in en rond het vrouwenleven nog veel paradijsschoon is blijven hangen. De aanstaande moeder in blijde verwachting; o, dan is zij het voorwerp van een meer on baatzuchtige liefde van haar man, dan wordt zij omringd met zoo groote zorg door allen, die het goed met haar meenen. Dat zijn teere dagen, als haar vingeren zich reppen en haar handen zich roeren en haar gedachten rekenen, om alles toch zelf klaar te maken voor den uitzet van haar baby. Het morgenrood der moederweelde; voorspel van den hoogsten vrouwenrijkdom. Armoede en gebrek kunnen ook de moeders kwellen, genot en weelde kunnen ook een groot, gedeelte- van het vrouwenhart opeischen, maar zij zijn bij de goedgeaarde vrouw, die zich het instrument weet van Gods scheppend vermogen, niet in staat om het diepe geluk, de zaligheid Van het eerste moederworden te dooden. De Kerk leeft weer in de blijde verwachting- op Christus' komst, maar deze weken beleeft ze met en door Maria. De boodschap des Engels, Maria's verloving met Joseph, de overschaduwing van Maria door den H. Geest, dat zijn de Adventsgebeurtenissen, die naast het verlangen van het Oude Verbond naar den Messias worden overwogen in de Ad ventsgebeden der H. Kerk, terwijl haar liturgie niet moede wordt de hemelsche lofprijzingen op Maria in haar gezangen telkens weer te her halen. Vrees niet, Maria, gij hebt genade gevonden bij den Heer, de H. Geest zal in u nederdalen en de kracht des Allerhoogsten zal u overscha duwen. De wonderdaden in Maria gewrocht worden verheerlijkt: Gij zult een Zoon barenden toch uw maagdelijkheid niet verliezen, gij zult zwan ger bevonden worden en toch een ongeschonden moeder blijven; uw Zoon zal God en menscli tevens zijn. Ten slotte valt ook midden in den Advents tijd het feest van Maria's Onbevlekte Ontvan genis, dat is dat zuiver katholieke feest, waarop de geloovige zich herinnert hoe Maria omwille van de geboorte van den Godmensch bij de ont vangenis reeds in Anna's moederschoot bevrijd is gebleven van elke aanraking ook met de erf zonde, Hoe heerlijken schat bezit de Katholieke Kerk in Haar Mariavereering. De Katholiek kent niet minder dan de Protestant de oneindige hoog heid en grootheid van het Goddelijk Wezen. Maar beter dan de Protestant kent de Ka tholiek het Goddelijk nederbuigen van dat hooge Wezen tot den mensch en die betere ken nis van die Goddelijke mildheid wordt niet het minst ondersteund juist in en door de Maria vereering. De eerste groote daad van Goddelijk neder buigen is de menschwording van God den Zoon; daardoor is God ons nabij gekomen tot in de. menschelijke natuur, daardoor is God de Zoon naar het woord van den Apostel de eerstgebo rene onder de broeders. Maar nog nader treedt God tot onze verbeel ding door zich een der onzen te hebben uitge kozen tot menschelijke moeder, aan wie Hij kinderlijken eerbied, kinderlijke gehoorzaamheid heeft willen betuigen, die Hij nog altijd als moeder erkent en dus met heerlijkheid heeft gekroond in den hemel en die Hij heeft willen uitroepen tot ook onze geestelijke, hemelsche moeder. Hij, de eerstgeborene onder ons, deelt met ons het voorrecht van zulk een moeder! Moge de Mariavereering ons Katholieken dan ook in waarheid dichter tot Jezus, dichter tot God brengen. Want als God zich heeft nedergebogen tot ons, moeten wij met Gods hulp trachten, ons steeds meer te verheffen tot God. En daartoe reikt Maria ons de moederlijk steunende hand. Eén zaak is er slechts, di eons van die ver heffing tot God afhoudt en dat is de zonde, het bewuste kwaad; en ééne zaak is het slechts, die ons tot God opheft en dat is de deugd! Als God zich een moeder uitkiest: de innigste vereeniging, die hier op aarde denkbaar is: moe der en kind, dan zoekt Hij zich een moeder, die uitblinkt boven anderen, die gezegend is onder alle vrouwen. Maar die schittering, dat uitblinken van Ma ria ligt niet in wat de aarde zegen noemt: in roem en eer, in genot en weelde: haar schoon heid is gansch innerlijk! Te Oosterbeek is door de politie aangehou den een zwervende man, J. J. H. genaamd, in gezelschap van een vrouw M. K.; eerstgenoem de domicilie hebbende te Utrecht en laatstge noemde te Den Dolder. De man, die eenigen tijd geleden bü het Ned. Leger des Heils werkzaam was geweest, Dleek zelf collectelijsten te hebben vervaardigd en geteekend als Officier van het Leger des Heils. Daar hij echter niet over een uniform beschik te, wist hij zich de medewerking te verschaffen van een vrouw, die in het bezit was van den bekenden hoed. Met haar medewerking werd de aanvrage geloofwaardig gemaakt. Om de lijsten op peil te brengen vulde H. zeif een vrij groot bedrag in als ontvangen. Door deze han deling wist het paar een vrij belangrijk bedrag in te zamelen, hetgeen reeds gedeeltelijk ten eigen bate was gebruikt. Bij informatie bij het Leger des Heils bleek de man niet bekend te zijn. De gearresteerden hebben een bekentenis afgelegd en zijn naar het Huis van Bewaring te Arnhem overgebracht. In zooverre haar lichaam deelt in de uitver kiezing, is dit een voorrecht, dat onttrokken is aan de oogen der menschen en voor het overige is het bij haar zieleschoonheid, zielerijkdom. zieleweelde. Mogen wij van Maria vooral in dezen moei lijken tijd leeren: het opstreven naar God ls onafhankelijk van armoede, onafhankelijk van lijden in het lichaam, maar wel onderworpen aan de zorg voor de ziel. AD INTERIM. „Het Volk" bericht: Mr. R. van Woelderen heeft Vrijdag met mr. W. R. Nijkerk als procureur conclusie van repliek genomen in het schadevergoedingsproces, dat door het vroegere A.V.R.O.-bestuurslid mr. J. van Doome tegen de A.V.R.O. wox-dt ge voerd. Een van de grondslagen, waarop mr. Van Doorne zich thans in deze verdedigt is de acte van beschuldiging, die door den voorzitter van de A.V.R.O., dr. Molhuysen (thans eere- voor zitter), tegen den geroyeerde is voorgelezen. De A.V.R.O. heeft zich tijdens dit proces her haaldelijk beroepen op het feit, dat deze acte van beschuldiging niet op papier stond, doch door den voorzitter zonder voorbereiding werd uitgesproken. De A.V.R.O. wraakte vervolgens het verslag, dat mr. Van Doorne in deze roye mentsvergadering van de acte had gemaakt. In deze conclusie brengt mr. Van Doorne thans den officieelen tekst van deze acte van beschuldiging. Zij blijkt namelijk wel degelijk op papier gesteld geweest te zijn. Mr. v. Doorne verklaart, dat hij dit origineele stuk na zijn royement heeft ontvangen van iemand, die nog lid is van het A.V.R.O.-bestuur; deze heeft hem tegelijkertijd de notulen van de betreffende ver gadering, die later zijn uitgereikt, verstrekt. In het lijvige stuk wordt dan een reeks van de door mr. van Doorne bedoelde wantoestan den opgesomd, terwijl ook de verhouding tus- schen A.V.R.O. en „Telegraaf" uitvoerig wordt besproken. „Terwijl de bedrijfsdirecteur Vogt," aldus zegt het, „met den meesten klem, ja zelfs bezworen had, dat hij en de A.V.R.O., niets maar dai ook niets met „De Telegraaf" uitstaande had den, bleek eischer onomstootelijk, dat zoowel in het verleden banden, ook van financieeien aard, tusschen hem (Vogt) en de „Telegraaf" wa ren gelegd, en nadien bestendigd, terwijl tijdens het bestuurslidmaatschap van mr. van Doorne alle bestuursaangelegenheden van de A.V.R.O. door den directeur Vogt met de directie van de „Telegraaf" werden besproken. Ook de samen werking met de V.A.R.A. was zoo niet geïnsti geerd (aangemoedigd) door, dan toch besproken met en gepousseerd (doorgezet) door „De Tele- Mr. van Doome onthult verder, dat een func tionaris (wiens naam niet wordt genoemd) bij de A.V.R.O. was betrapt op het vervalschen en innen van quitanties tot zeer aanzienlijke be dragen en in een dagelijksche bestuursver gadering den heer Vogt werd opgedragen dezen man onmiddellijk te ontslaan en de zaak in handen der Justitie te geven. Hij deelt verder mede, dat deze functionaris door den directeur Vogt werd gehandhaafd en van justitieele ver volging nooit iets werd vernomen. Mr. van Doorne's verdediging wijdt dan ver der de aandacht aan de positie van baron Tin dal in de A.V.R.O. „Door het lid van het dagelijksch bestuur aldus zegt hij, „G. baron Tindal was aan het bestuur van de A.V.R.O. financieelen bijstand gevraagd in dezen vorm of voor hem geen Be zoldigde betrekking bij de A.V.R.O. kon worden gecreëerd (geschapen), waarop door dat be stuur afwijzend werd beslist, aangezien de sta tuten bezoldiging van bestuursleden verbieden. Ten einde hem echter tegemoet te komen werd besloten hem te belasten met het bezoe ken en organiseeren van A.V.R.O.-actie-comits's tegen een vacatie-geld (vergoeding voor ver zuim) van 15 per dag. Later kwam mr. van Doorne ter oore, dat baron Tindal toch een vast bedrag ontving. In een bestuursvergadering, waar hij inlichtingen vroeg, werd dat ontkend. Bij zijn verdediging geeft mr. Van Doorne nu een uit treksel uit notulen van een bestuursvergade ring van de A.V.R.O., gehouden na zijn roye ment (opnieuw blijkt het A.V.R.O.-bestuur nog niet luchtdicht te zijn), waarin wordt erkend, dat aan baron Tindal toch 'n betrekking tegen een vaste vergoeding is gegeven. Het stuk zegt verder woordelijk: „Eveneens was (is) gebleken, dat de heer Tindal, terwijl hij bestuurslid van de A.V.R.O. was, gedurende geruimen tijd een maandelijksch bedrag van de „Telegraaf'-directie had ontvangen, niet als medewerker aan dit blad, maar uit hoofde van zijn relaties als mede-oprichter van de A.V.R.O." De Nederlandsche R. K. Bond van Handels-, Kantoor- en Winkelbedienden „St. Franciscus van Assisië" en de Nederlandsche Vereeniging van Christelijke Kantoor- en Handelsbedien den wendden zich per circulaire tot H.H. Wergevers in handel, industrie en verkeers wezen, met verzoek de vroeger steeds gevolgde gewoonte om bij de jaarswisseling aan het jeugdige personeel salarisverhooging toe te kennen, opnieuw te gaan volgen. Zij wijzen er op dat het absoluut noodzake lijk is dat de salarissen der kantoor- en han delsbedienden op hooger peil komen en zij m daartoe een dringend beroep op de mede werking van H.H. Werkgevers. Zeer in het bijzonder wordt er de aandacht op gevestigd, dat de periodieke salarisverhoo- gingen, door welke de jeugdige kantoor- en handelsbedienden op een eenigszins behoorlijk inkomen moeten geraken, in een buitengewoon groot aantal gevallen zijn stopgezet. Zij stellen de vraag hoe jonge menschen, die in verhou ding tot hun leeftijd geheel onvoldoende wor den gesalarieerd, ooit tot een huwelijk kun nen komen of hoe zij zich in materieelen zin voor het huwelijk kunnen voorbereiden. „Men spreekt van moreel en zedelijk verval, niet het minst onder de jeugdige menschen, maar zou er tusschen dat verval en de geheel onvoldoende salarieering van jeugdig personeel geen nauw verband bestaan?" Met grooten aandrang wordt dit onder de aandacht van H.H. Werkgevers gebracht. Op de vragen van het Tweede Kamerlid Biere- ma betreffende vermindering van het aantal directeuren der Nederlandsche Bank, heeft mi nister de Geer, minister van Financiën, geant woord, dat volgens het Bankoetrooi de beslissing over het aantal directeuren berust bij de ge meenschappelijke vergadering van directie en commissarissen. De minister heeft daarop geen invloed. Intusschen werd hem reeds geruimen tijd geleden, tegelijk met de kennisgeving van de ontslagaanvraag per 15 Januari a.s. van den directeur-secretaris, meegedeeld, dat een der andere directeuren zich bereid had verklaard als directeur-secretaris op te treden en dat de direc tie met één lid zou worden verminderd. In de gemeenschappelijke vergadering van directie en commissarissen van 21 November j.l. is in dien zin besloten. Den Haag, 2 December Minister DE GEER heeft heden weer een ont werp door de Tweede Kamer aanvaard gezien, dat een belangrijk onderdeel is van zijn dek kingsplan. Een wijziging in de Pensioenwet, krachtens welke de bijdrage van het Rijksperso neel voor het eigen pensioen van 3 op 8 procent gebracht mag worden. Gecombineerd met een wijziging van de Invaliditeitswet, de Ouderdoms wet, de Radenwet en de Ziektewet, welke een vermindering van de Rijksbijdrage aan de sociale verzekeringsfondsen beteekent en bovendien de administartiekosten en de verzending van dienststukken terzake van dé Invaliditeitswet, alsmede de salarissen van de voorzitters van de Raden van Arbeid en de kosten van den Verzekeringsraad ten laste van het Invaliditeitsfonds brengt, levert aan de schatkist eene besparing op van 13.176.925 en 28.400.000 is 41.576.925. Met 60 tegen 24 stemmen heeft de Kamer dit ontwerp aanvaard, al waren er natuurlijk be zwaren. Het gaat Minister VERSCHUUR even zeer als den sociaal-democraat KUPERS aan het hart, dat de reserve's, die in de verzekerings fondsen zitten, moeten worden aangetast. De heer Kupers was wel bevreesd, dat het Invalidi teitsfonds deze aderlating niet zou kunnen lijden en gaf daarover beschouwingen, aanmerkelijk somberder dan men van deze zijde gewoonlijk, als het over financieele perspectieven gaat, te hooren krijgt, maar Minister Verschuur legde er den vollen nadruk op, dat uitsluitend datgene, wat niet noodig is voor de dekking van de aan spraken der verzekerden, als spaarpot beschouwd wordt. Verder gaat hij niet, al bezweert ds. KERSTEN hem met nog zooveel emphase, des noods de fondsen in hun geheel maar op te maken. De bewindsman betreurt natuurlijk, dat deze maatregel de verbeteringen, die in onze sociale verzekering zonder twijfel nog kunnen worden aangebracht, naar een verder verschiet verschuift, maar de financieele nood dwingt er toe. De heer SCHOUTEN wees er terecht op, dat alleen de sociaal-democraten en commu nisten zich ook tegen dit ontwerp weer verzetten, omdat zij de werkelijkheid niet wenschen te zien. Wat deze afgevaardigde opmerkte over de zon derlinge en niet geheel rechtvaardige figuur, dat men de salarissen van de voorzitters der Raden van Arbeid en de kosten van den Verzekerings raad ten laste brengt van het Invaliditeitsfonds alléén, terwijl genoemde functionarissen en ge noemd orgaan hun zorg ook over de andere sociale verzekeringen uitstrekken, was juist. En Minister Verschuur zal nagaan, hoe hierin ver andering te brengen is. Wat de verhooging van de bijdrage in de premie voor eigen pen sioen van het Rijks personeel betreft, heeft de Katholieke afge vaardigde, de heer Su- RING, in een bondig en helder betoog eigen lijk het standpunt van héél de Kamer, minus de roode fracties, uit eengezet. Hij heeft Minister de Geer ertoe gebracht, een amende ment over te nemen, dat den maatregel tot bet Rijkspersoneel be perkt. Want de wijzi ging, die de Regeering op artikel 36 der Pen sioenwet voorstelde, gaf ook aan de lagere Overheidsorganen al te gemakkelijk de bevoegdheid, om eenzelfden maatregel ten opzichte van hun personeel te nemen. Uit 's Ministers zwijgen over de vorderingen van het Georganiseerd Overleg maakte de Ka tholieke afgevaardigde op, dat men totnogtoe met de onderhandelingen niet opgeschoten was, maar dat niettemin nog kans op overeenstemming aanwezig was. Zijn gissing bleek juist. En door dat mede te deelen had Minister de Geer het fiat van den heer Suring, om in de mate, waar toe het Georganiseerd Overleg aanleiding geven zal, gebrui'; te maken van de gevraagde bevoegd heid. J. G. SURING DEN HAAG, 2 Dec. 1932 De Eerste Kamer heeft heden, zich natuurlijk ten opzichte van de voorgenomen opheffing van rechtbanken en kantongerechten alle vrijheid voorbehoudend, de drie ontwerpjes aanvaard, die met genoemden grooten bezuinigingsmaat regel nogal eens in verband gebracht wor den. Dit laatste ge schiedt volgens Minis- ter DONNER ten on rechte. Want zelfs al zou de opheffing van een aantal rechtban ken en kantongerech ten den zegen der Staten-Generaal niet kunnen erlangen de Tweede Kamer heeft van zeer weinig instemming blijk ge geven dan nóg heb. ben de ontwerpen, thans door de Staten- MINISTER DONNER Generaal aanvaard, een eigen onafhankelijke waarde als strevende naar zuinigheid en effi ciency bij de rechtspraak. De voortaan geldende leeftijdsgrens van 70 jaar voor rechterlijke ambtenaren en het facultatief stellen van de thans verplichte conclusie van het Open baar Ministerie in sommige civiele procedure's lokten weinig debat uit, al had bij beide ont werpen de nestor van de Eerste Kamer, jhr. VAN SASSE VAN IJSSELT, die zelf als presi dent van het Bossche Hof zal worden „wegge- welterd" (zooals mr. Mendels het noemt), een korte opmerking.. Langer bekeek de Senaat het waren de heeren VAN SASSE VAN IJSSELT, MENDELS MICHIELS VAN KESSENICH, JANSSEN en SMEENGE het ontwerp, krachtens hetwelk voor de berechting van eenvoudige civiele zaken voortaan aan iedere rechtbank een enkelvoudige Kamer zal bestaan. De vijf zeer deskundige sprekers twijfelden allen aan het nut en de be zuiniging, die deze maatregel brengen moet. Het moge waar zijn dat aan de Rotterdamsche en Amsterdamsche rechtbank, waar zulk een enkelvoudige Kamer reeds bestaat, de „unus judex" dikwijls hoogst tijdroovende en inge wikkelde zaken te berechten krijgt, daar staat tegenover, dat hij voortaan (in tegenstelling met den toestand van het oogenblik) zaken, die aanvankelijk eenvoudig schenen, doch tijdens de behandeling een gecompliceerd ka rakter gaan vertoonen, weder kan terugwijzen naar den meervoudigen rechter. De Minister verweerde zich uitstekend tegen de vijf des kundige opperaars van zwarigheden. En hij heeft bij dezen maatregel tot parool: afwachten wat het inburgeren van het instituut der enkel voudige Kamer in de practijk aan bezuiniging oplevert. Dat dit niet veel zou zijn, was namelijk één der argumenten. Het publiek zou reeds thans in den enkelvoudigen rechter niet zoo veel vertrou wen hebben en van zijne beslissingen altijd in appèl gaan. Is dat ook in de toekomst het geval, dan kan inderdaad goedkoop hier duurkoop be- teekenen. Maar juist het feit, dat thans aan alle rechtbanken de „unus judex" zijn intrede doet, zal de justitiabelen ertoe brengen, het in stituut minder dan voorheen, toen het slechts facultatief was, als iets uitzonderlijks en buite nissigs te beschouwen. De Algemeene R. K. Landbouw-Bedrijfsraad houdt dit jaar zijn algemeene vergadering te Utrecht en wel op Maandag 12 December, in de groote zaal van het hotel „Kasteel van Ant werpen". Naast de voorstellen van de bijzondere R. K. noemde Jan TER LAAN, zuur als steeds, dat standpunt. Want hü vindt het overleg, dat plaats heeft, een pure overbodigheid, waarmede men alleen den schijn van overleg handhaaft. Zoo wel de heer Suring als de heeren KETELAAR en Schouten namen daartegen krachtig stel ling. De socialistische organisatie aldus de heer Ketelaar, wien men een open oog voor de ambtenarenbelangen toch op de laatste plaats ontzeggen zal heeft zich teruggetrokken, om dat zij nu eenmaal alleen Georganiseerd Over leg over loonsverhooging kennen wil. Men is daarmede natuurlijk lijnrecht in strijd met de houding, ten opzichte van loonkwesties in het particuliere bedrijf, aangenomen, waar men dat overleg óók over verslechtering van de arbeids voorwaarden juist eischt. Maar een tegenspraak méér komt er bij de S.D.A.P. niet zoo op aan. De halsstarrigheid, waarmede men daar ook thans nog de salarisverlaging der ambtenaren afwijst, motiveert men met de stelling, dat het overheidspersoneel niet in een uitzonderings positie geplaatst mag worden. Alsof het niet feitelijk juist in die positie komt, wanneer het niet in de allerwegen afgekomen loonsverlagin gen deelt! aldus Jan Ter Laan tot den heer Suring met een insinuatie, als zou deze over de zaak zijn persoonlijke zienswijze onder stoelen en banken gestoken hebben. Ieder, die dezen afgevaardigde in de Kamer meemaakt, werpt zulk een ver moeden verre van zich. Maar het kostelijke is, dat die insinuatie kwam uit den hoek van een partij, welke juist berucht is, wijl haar ver tegenwoordigers keer op keer niet eigen inzicht, maar het dictaat van hun kiezers volgen. Is het te verwonderen, dat de heer Schouten, die Jan Ter Laan in zijn beleid als Rotter- damsch wethouder gekend en bestreden heeft, er de Genestet bijhaalde? „Wees uzelf! zei ik tot iemand. Maar hij kon niet; hij was niemand!" Het was voor de sociaal-democraten, die zich zelf in de vertegenwoordigende colleges en ook in het Georganiseerd Overleg moedwillig van alle verantwoordelijke werk buitensluiten, weer geen dag, om met trots op terug te blikken. Landbouw-Bedrijfsraden en goedkeuring van de jaarverslagen, rekening en verantwoording en begrooting, zal de voorzitter van den Alge- meenen R. K. Landbouw-Bedrijfsraad, pater mr. dr. Arn. Borret S.J., een inleiding houden over „Natuur en bovennatuur in het sociale en economische leven", terwijl mr. H. van Raas- tert, adj.-secretaris van den Raad, zal spreken over „Inhoud van het ontwerp van wet inzake de instelling van bedrijfsraden, zooals t luidt na de aanneming er van door de Tweede Ka mer der Staten-Generaal". Bij Ged. Staten van Noord-Holland zijn ver scheidene verzoeken ingekomen van autobus exploitanten om vergunning tot het in werking brengen van autobusdiensten, o.a. van Alkmaar naar Leeuwarden en Sneek; van Den Helder en van Medemblik naar deze plaatsen; van Den Oever naar Harlingen; van Amsterdam over Purmerend, Alkmaar, Burgerbrug, Oudesluis en Den Oever naar Groningen; van Alkmaar naar Harlingen; van Amsterdam over Hoorn, Medem blik en Den Oever naar Leeuwarden, alles strekkende voor zooveel het door de diensten te rijden traject in de provincie Noord-Holland ge legen is. Op deze verzoeken heeft het Provinciaal Be stuur afwijzend beschikt, daarbij gelet op een brief van de directie der Ned. Spoorwegen, hou dende bezwaar tegen het verleenen van de ge vraagde vergunning, aangezien naar haar mee ning, gelet op de aanvrage van de N.V. A.T.O. voor een autobusdienst AlkmaarLeeuwarden, aan de voorgestelde verbindingen geen behoefte bestaat, terwijl voorts de aanleg van een spoor weg over den afsluitdijk in het gedrang zou ko men. Ged. Staten overwegen, dat naar hun meening aan meer dan één autobusdienst over den af sluitdijk althans voorloopig geen behoefte bestaat; dat hun college om redenen van ver- keerseconomie en van verkeerstechniek en uit hoofde van billijkheid aan een A. T. O.-dienst de voorkeur meent te moeten geven boven de door aanvragers(sters) voorgestelde verbindin gen, en dat op grond hiervan bij besluit van 23 November aan de N. V. Algemeene Transport Onderneming, te Utrecht, als dochtermaat schappij van de Nederl. Spoorwegen, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst van Alkmaar over St. Maartens- vlotbrug, De Kooi, Van Ewijcksluis en Den Oever naar Leeuwarden en terug, voorzooveel 't dcor dien dienst te rijden traject in de provincie Noord-Holland is gelegen. Ged. Staten van Noord-Holland hebben bij hun beslissing gelet o.a. op een brief van de Nederlandsche Handelsreizigers-Vereeniging, te Rotterdam, en op een telegram van de Ver- keerscommissie van handelsreizigers-organisa ties, te Leeuwarden, houdende verzoek de ge vraagde vergunning alleen te verleenen onder de uitdrukkelijke voorwaarde, dat op den dienst AlkmaarLeeuwarden ook spoorweg-abonne menten geldig zullen zijn. Laat in den middag is de Kamer nog aan de naasting van de spoorwegen UtrechtZwolle. Zwolle—Kampen en Den Dolder—Baarn begon nen. Door verschillende sprekers werd critiek ge oefend op de wijze, waarop men de gemeente Kampen niet rechtvaardig behandeld heeft, ter wijl algemeen de stopzetting van den dienst Zwolle—Blokzijl als een ramp voor Noord-West- Overijssel beschouwd werd. Want de wegen zijn daar niet breed genoeg, om den dienst door autobussen te laten overnemen. Een zevental sprekers, waaronder van Katho lieke zijde, de heer ENGELS, verzetten zich op deze gronden tegen het ontwerp en alleen de sociaal-democraat van Braambeek stond aan de zijde van den minister. Tenslotte is op verzoek van minister Reymer de behandeling geschorst, opdat de gemeenten, betrokken bij den tramweg ZwolleBlokzijl, als- 1 nog gelegenheid zullen hebben, over deze kwestie contact met hem te zoeken. Zij overwegen, dat het tot stand komen van den afsluitdijk de wenschelijkheid en mogelijk heid schept een rechtstreeksche landverbinding tusschen Noord-Holland en Friesland in het le ven te roepen, dat deze verbinding naar het oordeel van hun college niet alleen van beteekenis zal zijn voor het verkeer tusschen beide provincies, maar ook een belangrijke schakel zal vormen in het on derling verkeer tusschen andere gebiedsdeelen van het land, dat de afsluitdijk naar het oordeel van hun college slechts dan ten volle aan de eischen van bedoeld verkeer dienstbaar zal kunnen worden gemaakt, indien een goede spoorverbinding over dien dijk tot stand wordt gebracht, waarop dan door autobuslijnen zal kunnen worden aangeslo ten, dat het in werking brengen van een autobus dienst als eenig openbaar middel van vervoer uit dien hoofde slechts als een voorloopige voor ziening kan worden beschouwd, welke zoo spoe dig mogelijk voor een voorziening, waarin de spoorlijn althans de hoofdverbinding vormt, zal moeten plaats maken, dat Ged. Staten de bevoegdheid missen van de Nederlandsche Spoorwegen een bindende ver klaring te eischen in zake den aanleg en de ex ploitatie van een dergelijke spoorlijn, maar hun hierboven uitgesproken opvatting tot uitdruk king kan worden gebracht door de te verleenen concessie voor een autobusdienst over den af sluitdijk tot een bepaalde periode te beperken om aldus de Nederlandsche Spoorwegen in de gelegenheid te stellen bedoelde spoorverbinding binnen dien tijd tot stand te brengen, dat een termijn van ongeveer vijf jaar voor 't beoogde doel redelijk kan worden geacht, dat hun college, in verband met zijn opvat ting, dat de in werking te brengen autobus dienst over den afsluitdijk als voorlooper van een spoorverbinding moet worden beschouwd, het aangewezen acht, bedoelde concessie aan de N. V. Algemeene Transport Onderneming, te Utrecht, als dochtermaatschappij van de Ned. Spoorwegen, te verleenen, dat zulks ook billijk is te achten met het oog op het feit, dat door de Nederlandsche Spoor wegen groote kapitaalsuitgaven voor den aanleg van de desbetreffende spoorlijn zullen moeten worden gedaan en aan het verleenen van de desbetreffende concessie aan de N.V. Algemeene Transport Onderneming ook het voordeel ver bonden is, dat de overgang van autobus- tot spoorverbinding zal worden vergemakkelijkt; en ten slotte ten aanzien van de tegen de voorge stelde verbinding schriftelijk ingebrachte be zwaren, dat door de bestaande verkeersmiddelen in deze provincie in de behoeften van het lokaal vervoer inderdaad voldoende wordt voorzien, zoodat in de aan de N.V. A. T. O. te verleenen vergunning zoodanig verbod behoort te worden opgenomen, dat alleen vervoer van Noord-Hol land naar Friesland en omgekeerd mogelijk wordt. De vergunning is verleend onder o.a. de voor waarde, dat het volgende traject wordt gevolgd: Van Alkmaar (Stationsplein) langs den Stationsweg, den Helderscheweg, den Rijksweg ten Westen van het Noordhollandsch kanaal tot De Kooi en verder langs den Balgweg, den Schorweg, den Verlengden Stoomweg, den Westerzandvaartweg, den Stoomweg, den Ewijckvaartsweg, den Afsluitdijk, den Konings weg, de Hoofdstraat, den Gemeenelandsweg en den Afsluitdijk tot de provinciale grens. In de richting naar Alkmaar wordt hetzelfde traject gevolgd. Rijdende in de richting naar Leeuwarden worden op het traject Alkmaar-Oostzijde Slui- zencomplex bij Den Oever (pl.m. 500 M. voorbij Vuurtoren) geen passagiers uitgelaten en rijden de in de richting naar Alkmaar worden op dat traject geen passagiers ingelaten. De begrafenis van het stoffelijk overschot van den Zeereerw. heer J. H. A. Thus, in leven pastoor te Sassenheim, zal Maandag om half twaalf plaats vinden op het kerkhof aldaar. Het stoffelijk overschot zal Zondagmiddag in de kerk worden opgebaard. De Metten zullen Zondagavond om 7 uur uur worden gehouden en de Lauden Maandag morgen half tien. De Ned. bakkersorganisaties hebben aan den Minister van Economische Zaken het vol gende adres gezonden: „De vier Nederlandsche Bakkersorganisaties, in aanmerking nemende, dat de slechte eco nomische toestand, waarin een belangrijk deel van het Nederlandsche bakkersbedrijf verkeert, het nemen van maatregelen om in dezen toe stand verbetering te brengen dringend nood zakelijk maakt, hebben het initiatief genomen om tot saneering van dit bedrijf te geraken. Zij hebben daartoe de medewerking verzocht en verkregen van alle Nederlandsche Meelfa brikanten om hen bij dit pogen te steunen. Na langdurige besprekingen is eindelijk een overeenkomst van de vier bovengenoemde bak kersorganisaties met de meelindustrie tot stand gekomen, alhoewel deze nog niet ondertee kend is. Aangedrongen wordt dan op medewerking van den Minister bij de uitvoering der bepalingen in de overeenkomst. Deze medewerking zou kunnen bestaan in: a. het benoemen van een commissie van toe zicht op het door contractanten bedoelde sa- neeringswerk; b. door het aanwijzen van een accountant bij het bepalen van een minimum broodprijs in een gemeente, waar getracht zal worden te saneeren. De kosten aan dit toezicht en accountants- werk verbonden, behoeven niet ten laste van het Rijk te komen. Het is niet de bedoeling van contractanten om den broodprijs zoo hoog mogelijk op te voeren, doch slechts het daarheen te leiden, de prijzen van het brood, die beneden kost prijs zijn, door maatregelen in bedoelde over eenkomst vastgesteld, te brengen op een peil, dat een bestaan van den bakker mogelijk is. Toen eenige jaren geleden de eerste brug, bestemd voor het openbaar verkeer, tusschen Noord-Brabant en het Noordelijk daarvan ge legen deel des lands gereed gekomen en in ge bruik genomen was, namelijk de brug over de Maas bij Grave, werd onmiddellijk een toe name van het interprovinciaal verkeer als ge volg daarvan geconstateerd; vooral het auto verkeer reageerde gunstig op de zeer verbe terde communicatie. Eenzelfde verschijnsel wordt thans waarge- nomen ten aanzien van de brug over de Berg-- sche Maas bij Keizersveer. Het verkeer via het Land van Heusden en Altena tusschen Cen traal en Westelijk Noord-Brabant eenerzijds en de provinciën Zuid-Holland, Gelderland, Utrecht en verderop aan den anderen kant, is dermate toegenomen, dat het pontveer over de Merwede te SleeswijkGorinchem niet meer aan de behoeften beantwoordt. In verband daarmede zal te Steenwijk een nieuwe groote ponton in dienst worden gesteld. Dit moderne en ruime ponton, voorzien van een zware oprij- brug, is reeds in de Sleeswijksche haven gear riveerd en wordt binnen afzienbaren tijd in gebruik genomen. Hebben de beide voornoemde bruggen, waar van die te Keizersveer een breedte heeft van Sy2 Meter, bewezen het verkeer krachtig te stimuleeren, buiten twijfel zal zulks in nog meerdere mate het geval zijn met de in aan bouw zijnde Waalbrug te Zalt-Bommel, die een knooppunt wordt voor het verkeer tusschen Oostelijk en Centraal Brabant met zijn voor name industriecentra en Gelderland, Utrecht en Noord-Holland. Deze brug, die als no. 3 haar voltooiing nadert, heeft een zijvlak van 11 Meter en een lengte van 860 Meter. De Minister van Economische Zaken en Arbeid heeft een commissie ingesteld voor den uitvoer naar Frankrijk van fruit en versche groenten. Tot voorzitter dezer commissie is benoemd de heer ir. J. M. Riemens; tot leden de heeren C. Minnaar, Kruininge, mr. L. Niemöller, 's Gravenhage, P. Slot A. Pzn., Broek op Lan- gendijk, F. V. Valstar, 's Gravenhage, C. Wage naar Kzn. Broek op Langendijk, C. Zwaan, Rotterdam. Bij de K.L.M. is bericht ontvangen dat het Indië-vliegtuig de „Havik" dat Donderdag uit Amsterdam is vertrokken, Vrijdag te Marseille blijft. Tengevolge van het slechte weer was het vliegveld drassig geworden tengevolge waarvan het toestel in den grond was gezakt. Met groote moeite is het toestel uit den grond getrokken. Zaterdag zal het vliegtuig de vlucht naar Indië voortzetten. Als opvolger van mr. G. Kirberger is voor vier jaren benoemd tot voorzitter van den Ma- rineraad prof. mr. B. M. Taverne, raadsheer in den Hoogen Raad, thans plaatsvervangend voorzitter. Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem zal de volgende week .Woensdag geen audiëntie yer- Jeenen,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 5