Onze premiereis naar Berlijn I Prikkeldraad Bezuiniging op Volksgezondheid ALGEMEENE VRIJDAG 9 DECEMBER TWEEDE KAMER Het groote belang der Kinderuitzending Malariabestrijding R.K. WERKLIEDENVERBOND Meer leden en toch verlies Onze in- en uitvoer Steeds achteruitgang HET NIEUWE KAMERLID Mr. Romme ST. LOUIS TE OUDENBOSCH Mgr. Paulissen Levensloop van den nieuwen bisschop WIJZIGING CRISISPACHTWET Opschorting betalingsplicht Rentevergoeding Pastoor Dr. van Koeverden f Bekend apologeet en letterkundige RIJKSTOEZICHT DER SPOORWEGEN ZELDZAAM WEEK-END De avondvergadering Voor een luttel bedrag zijn onze lezers in de gelegenheid, de Duitsche hoofdstad te leeren kennen Tevens bijwoning van het Graalspel Spreken of zwijgen De petroleumproductie Gelukkige regeling te Parijs? KONINKLIJK VOORBEELD Geen officieele feesten DE TEXTIELINDUSTRIE Nieuwe loonsverlaging bij Van Heel Co. BRANDSTICHTING? De vermoedelijke dader was veel te hoog verzekerd Den Haag, 8 December 1932. Over de afdeeling „Volksgezondheid", waar over gisteren reeds de Katholieken Maenen en Kampschöer, de sociaal-democraten mevrouw de VriesBruins en mr. van den Bergh ge sproken hadden, heeft heden nog een elftal sprekers het woord gevoerd. Vanzelfsprekend was het een vrijwel algemeens jeremiade over de inderdaad nogal krasse bezuinigingen op dezen tak van staatszorg. Met MINISTER RUYS, die de weinig aan gename taak had, deze besnoeiingen te ver dedigen, kan men zich troosten met de ge dachte, dat weliswaar de bedragen, op de be grooting uitgetrokken voor de volksgezondheid, belangrijk lager dan verleden jaar zijn, maar dat in vergelijking tot vroegere jaren het thans gevoteerde nog steeds een belangrijke verhoo ging beteekent. Men kan zich sussen door zich vast te klampen aan de tijdelijkheid van de maatregelen en men kan ook nog met zekere genoegdoening constateeren, dat de gezond heidszorg hier te lande op buitengewoon hoog peil staat en beter is dan waar elders ook. Maar dit neemt niet weg, dat het zuur is, mifs in deze afdeeling van zoo uitstekend be stede posten te moeten schrappen. Het is waar, een sluitend budget en de daarmee gepaard gaande waardevastheid van den gulden is ook voor dezen tak van Overheidszorg van het hoog ste belang een blik in buitenlandsche toe standen doet dat weer beter begrijpen maar het neemt niet weg, dat de begeerte, om hier dan in vredesnaam maar eens wat minder consciëntieus op alleen het geldelijke te letten, hij vele leden wel heel sterk was. Zoo sloot zich ook MEJUFFROUW MEYER heden weder aan bü den aandrang, om toch minder dan 25 pet. te bezuinigen op de uit- kending van zwakke kinderen naar buiten, op dat instituten als het Groene en het Gele Kruis hun hoogst verdienstelijk werk kunnen blijven verrichten. Later zullen, wanneer deze bezuiniging doorgaat, de kosten van de tuber culosebestrijding noodzakelijk moeten stijgen, sldus de katholieke afgevaardigde, omdat be knibbeld werd op het instituut, dat zulk een uitnemende preventieve werking tegen deze kwaal heeft. De heer KETELAAR zelf één van de voor mannen van dit zeer heilzame sociale werk trachtte zelfs met een motie aandrang op den Minister uit te oefenen. Immers, ook de pro vincies en de gemeenten zijn genoopt, op hare subsidies te besnoeien. En dies wilde de vrij- Önnig-democratische veteraan de Kamer de Wenschelijkheid, dat de Regeering alsnog bij suppletoire begrooting den post verhoogen zou, doen uitspreken. Die motie is tenslotte inge trokken. Niet, omdat Minister Ruys aan het verlangen tegemoetkwam, maar omdat een eventueele verwerping alleen maar averechts zou werken. Want de bewindsman had betoogd, dat hij het greote belang van de kinderuitzen ding terdege inziet en dat hij door andere Verdeeling van de hier uitgetrokken gelden de bezuiniging op speciaal dezen post misschien wat minder ingrijpend zou kunnen maken. De bezuiniging op de kinderhygiëne immers is bij de Memorie van Antwoord geheel teruggeno men, omdat de Minister d&t werk eigenlijk nög belangrijker vindt. Wellicht, dat dus alsnog door verschuiving van gelden in het belang van de kinderuitzending iets zal worden ge daan. Er waren nog méér moties. Een van mevrouw °E VRIES—BRUINS, die zich tegen de ver jaging van de posten voor tuberculosebestrij ding uitsprak, werd met 40 tegen 39 stemmen Verworpen. Bijna was zij, doordat de Katho- ueken mejuffrouw Meyer en de heer Maenen I met links medestemden, aanvaard geworden. De Minister kon met het oog op de finan- ciën onmogelijk toezeggingen doen en het is uileen merkwaardig, dat hij ook hier weer te genover zich vond deliberalen, wier voor ster, mr. Knottenbelt, bij het. Algemeen Be- ëfootingsdebat degene was, die erop hamerde, dat de Regeering veel te weinig bezuinigde. Komt de Regeering met voorstellen, dan is de vrijheidsbond vrijwel constant tegen. De derde motie zij was van den liberaal dh Vos en sprak zich uit voor het handhaven van een post van ƒ3500.voor de malariabe strijding in Noord-Holland werd met 42 tegen stemmen verworpen. Het is inderdaad vreemd ook de Katholieke afgevaardigde van de Bilt legde hier nadruk op ƒ-> dat de gelden voor de bestrijding van deze jveliswaar niet gevaarlijke, maar dan toch hoogsfc hinderlijke ziekte geheel geschrapt zijn. Mi- mster Ruys zag dit blijkbaar ook wel in. Al- ~bans hij zegde toe, dat, als er iets gedaan kon ™°rden, het eerst de malariabestrijding aan de °eurt zal zijn. En daarom is de negatieve uit braak van de Kamer over dr. Vos' motie voor was gevorderd tot de afdeeling: Arbeidersver zekering. Veel schot heeft er in de afwerking van die afdeeling niet gezeten tengevolge van een vrij uitgebreid en af en toe zeer vinnig debat tus- schen de heeren Kersten en Zandt, die weer alle mogelijke „argumenten" tegen de sociale verzekering aanvoerden, en den anti-revolu- tionnair Smeenk en de sociaal-democraten Duys en Schaper. We zullen er in verband met den ons krap toegemeten tijd niet op ingaan. De beide sociaal-democraten waren wel eens erg persoonlijk in hunne bestrijding, terwijl Minis ter Verschuur, die de redevoeringen van Staat kundig-Gereformeerde zijde, altijd eender van toon en altijd eender van inhoud, met zekere berusting heeft leeren beluisteren, vrijwel smeekte om nu eindelijk eens een goed gefun deerd principieel betoog, waar men als bestrij der althans vat op heeft. Als het Kersten-trio zich mettertijd daaraan eens wagen wil, zal het niet gemakkelijk kunnen verklaren, hoe in hun kerkgenootschap voor de weduwe van den predikant gezorgd wordt in geval van diens overlijden, zonder dat men daarmede in strijd komt met de in de Kamer altijd beladen prin cipes op het gebied der verzekering. Hoofdzaak bij dit debat is altijd vooral de heeren Kupers en Oud verdiepten zich er weer in de zorg voor de ouden van dagen, die inderdaad veel beter kan zijn. De positie van deze menschèn wordt, ook al door de slechte tijden, steeds ellendiger, maar de Minister waarschuwt, dat, als men te uitsluitend de reeds 65-jarigen in het oog vat, nooit tot een behoorlijk voor allen geldend stelsel te komen is. De bewindsman heeft zelf plannen tot ver betering van de ouderdomsverzekering gehad, welke ongeveer 20 millioen zouden kosten en welke het vraagstuk vrijwel geheel zouden heb ben opgelost, maar ook déArvoor heeft de crisis een stokje gestoken. In ieder geval is thans de oplossing meer naar de toekomst we kunnen allen hopen: een niet te verre toekomst verschoven. Nu maar opeens met het stelsel van de fonds vorming te breken en de reserves voor de noodlijdende ouden van dagen te besteden, zoo als Mr. Oud suggereerde, acht Minister Ver schuur niet gerechtvaardigd. Maar wél is in de toekomst misschien te denken aan een ander systeem van financiering, aan een overgang b.v. van het stelsel der fondsvorming op een combinatie van omslagstelsel en fondsvorming. En den voorstanders van staatspensionneering houdt de Minister voor, dat het niet goed is, dit desideratum al te scherp tegenover de so ciale verzekering te stellen. Veel beter is het tusschen die twee denkbeelden een zekere har monie te scheppen. De plattelander Braat wil staatspensioen voor alle Nederlanders. Zij allen óók de ambte naren zullen een uitkeering van 5.moe ten krijgen. Dan is men van de heele sociale verzekering en van de ambtenaarspensioenen met één slag af. Het is niet te verwonderen, dat de Minister deze buitengewoon primitieve trouvaille als „volkomen onredelijke mystiek" afstrafte. De heer Braat vergeet maar even, dat er ook nog zoo iets als invaliditeits-verzekering, ongevallenverzekering en ziekteverzekering be staat! Ten aanzien van de te verwachten voorstel len omtrent reorganisatie van de sociale ver zekering heeft Minister Verschuur medege deeld, dat deze neerkomen op een verdere de centralisatie van de uitvoering door de Over heidsorganen, terwijl mede de mogelijkheid van uitvoering der Ongevallenwet door bedrijfsver- eenigingen geopend wordt. Ook met de afdeeling Handel en Nijverheid is de Kamer nog klaar gekomen. Daarbij was natuurlijk het debat over de handels-politieke vooruitzichten en het aandringen op maatrege len ten behoeve van allerlei bedrijven, schering en inslag. Daar echter nieuwe klanken ont braken, mogen we ons ontslagen rekenen van den plicht op de bespiegelingen, die Kamer en Minister in het nachtelijk uur ten beste gaven, in te gaan. Eerst om half drie sloot de vice-voorzitter Schaper devergadering. Het aantal leden der vakbonden steeg, naar de „Volkskrant" bericht, van 1 Juli tot 1 Oct. met 5025, doch hierbij was meegerekend de overgang en bloc van den R.K. Postbond met 4405 leden; de winst door groei verkregen be droeg dus in werkelijkheid 620 leden. De af schrijvingen in dat kwartaal bedroegen 1961. zoodat, ware de Postbond niet overgekomen, de katholieke vakbeweging dit kwartaal met 1341 zou zijn achteruitgegaan. In dat verlies deelen het sterkst „St. Ra phael" met 210, de bouwvakarbeiders met 806 de metaalbewerkers met 183 en de texrielar- beiedrs met 496 leden, bedrijven die sterk door de crisis te lijden hebben, doch waarvoor het dus voor de leden van dubbel belang was ge organiseerd te blijven. De diocesane bonden boekten 1698 leden winst en zagen, hun totaal stijgen tot 152.598. Het totaal aantal leden van het R.K. Werk liedenverbond bedroeg: 1 Januari 202.215; 1 April 206.901, 1 Juli 211.627, 1 October 214.398, zoodat het derde kwartaal, dank zij den R.K. Postbond, nog een winst opleverde. Onze invoer had in November een waarde van 106 millioen tegen 140 millioen in Novem ber van het vorig jaar; onze uitvoer in No vember een waarde van 70 millioen tegen 101 millioen in November 1931. Van 1 Januari tot en met November had onze invoer een waarde van 1193 millioen tegen 1752 millioen in hetzelfde tijdvak van 1931; onze uitvoer een waarde van 776 millioen tegen 1231 millioen. Het vorig jaar werd nog 70 percent van on zen invoer door uitvoer gedekt, thans maar 65 percent. De „N. R. Crt." schrjjft: Mr. C. P. M. Romme heeft dus eindelijk zijn benoeming tot lid van de Tweede Kamer aan genomen. Vreemd, dat hij nooit geambieerd heeft het wethouderschap van Amsterdam, dat voor hem klaar lag. Gaan zijn aspiraties meer in de richting van het landsbestuur dan in die van het stadsbestuur? Onwillekeurig vraagt men zich ook af, of nij in Den Haag evenals te Amsterdam op den voorgrond zal treden. Men ziet dat graag van Amsterdammers en wijst elkaar op mannen als Treub, Heemskerk en anderen. Het is echter gevaarlijk zich hieromtrent aan voorspellingen te wagen. Kamer en Raad zijn zeer verschil lende lichamen, wat hun karakter en hunne samenstelling betreft. Zeker is, dat men hier ter stede groote verwachtingen van mr. Romme heeft, wat betreft zijn toekomst als Kamerlid. En wel omdat te Amsterdam de blozende jonge man (hij is 35 jaar oud) zich heeft doen ken nen als iemand van scherp verstand, een be hendig debater, maar vooral als een man met een fijn politiek gevoel. Mede dank zij die eigenschap van haar voorzitter, beheerscht de Roomsche raadsfractie, die weliswaar de tweede in grootte is (en natuurlijk van echt-katholieke elasticiteit), in onzen raad meermalen de si tuatie. Niet slechts in zijn fractie, maar ook in het rood-zwart bloc, vervult hij een leidende ïol; hij houdt de heterogene bestanddeelen van dit monsterverbond zorgvuldig bij elkaar, zoo als hij ook doet met de uiteenliggende onder- deelen van zijn eigen fractie. Hem zelf heb ben we altijd gezien als meer behoorend tot den rechter- dan tot den linkèrvleugel dér fractie, vooral op grond van zijn politiek ver leden. Om zijn beteekenis op het gebied der gemeentepolitiek verheugen wij er ons over, dat hij lid van den raad blijft. Mensclien van be teekenis zijn tegenwoordig dun gezaaid in de vertegenwoordigende lichamen. Men leert ze waardeeren, ook bij verschil van inzicht op godsdienstig en politiek terrein. Gelukkig daar om dat de winst, die o.i. de Tweede Kamer heeft tï boeken, geen verlies beteekent voor den gemeenteraad van Amsterdam. Op Donderdag 15 dezer zal het vijftig jaren geleden zijn, dat te Oudenbosch het externaat van het alom in den lande bekende instituut „St. Louis" werd opgericht. Met het oog op de benarde economische tijdsomstandigheden is van een plechtige viering dezer herdenking, op ver zoek der Broeders, afgezien. Z. H. Exc. Mgr. H. J. Paulissen werd, zooals •emeld, geboren te Maastricht (Wolder) op 1 Nov. 1881. In 1892 deed hij zijn intrede in het pas gebouwde missiehuis van de Sociëteit der Afrikaansche Missiën van Cadier en Keer. Den 12den Juni 1904 werd hij te Cork (Ier land) priester gewijd. In 1905 vertrok hij naar de missie in Nigeria (West-Afrika), waar de ijverige missionaris bleef tot 1919. In dat jaar volgde de benoeming tot assistent van den Generaal Overste. In 1920 gewerd hem de op dracht voorbereidende maatregelen te treffen voor de oprichting van een Nederlandsche Pro vincie der Sociëteit. De thans benoemde Bisschop vestigde zich toen in het missiehuis te Cadier en Keer. Van hieruit werden door hem gesticht het groot seminarie der sociëteit te Bemelen, de oplei dingsschool voor broeders missionarissen te Blitterswijk, de apostolische school te St. Mi- chels Gestel en te Hastings (Engeland) het groot-seminarie voor de theologie. In 1923 werd pater Paulissen gekozen tot Pro vinciaal der nieuwe Nederlandsche Provincie, waarvan hij met pater dr. J. Mouren de stich ter was geweest. In 1931 werd hij herkozen. Dit nieuwe tijd perk werd hoofdzakelijk benut voor de missie zelf. Daarom vertrok hij ook den 3den Novem ber 1931 naar Afrika om een visitatiereis te ma ken. Deze reis duurde acht maanden, gedurende welken tijd het fundament werd gelegd voor het nieuwe bisdom Kumasi, waarvan Mgr. Paulissen nu de eerste bisschop is. Op 3 November j.l. vertrok hij naar de mis sie in Egypte, alwaar de paters dezer Sociëteit werkzaam zijn. Mgr. bevindt zich op het oogen- blik nogdaar met het oog op de uitbreiding van het werk onder de Kopten, dat waarschijn lijk door de Sociëteit der Afrikaansche Missiën zal worden ondernomen. Tegen Kerstmis hoopt Z. H. Exc. Mgr. H. J. Paulissen weer in het vaderland terug te zijn. Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging van de Crisispachtwet 1932. De strekking van het wetsontwerp is twee ledig. Voorgesteld wordt: le. een voorziening naar aanleiding van de uitspraak van den Hoogen Raad, dat de Crisis pachtwet 1932 geen betrekking heeft op den tuinbouw; 2e. verzachting van de bepaling uit genoem de wet (art. 2 laatste lid), dat een tijdig inge diend verzoekschrift om geheele of gedeelte lijke ontheffing van betaling van een pacht- termijn de verplichting tot betaling opschort zoolang op dat verzoekschrift niet is beschikt. Ten aanzien van sub 2 merkt de Regeering op: Tegen de Crisispachtwet zijn verschillende bedenkingen geopperd. Het verdient in het al gemeen geen aanbeveling om een pas tot stand gekomen wet dadelijk weer te wijzigen. Doch er is één punt, dat zich wel heel sterk naar voren dringt. Dat is de opschorting van de ver plichting tot betaling,, gedurende de geheele behandeling van het verzoekschrift. Door een verzoekschrift in te dienen, verkrijgt de pach ter een moratorium, dat geruimen tijd kan du ren, zonder, dat bü zelfs rente behoeft te ver goeden over het bedrag, dat hij krachtens uit spraak der Kamer voor crisispachtzaken zal hebben te voldoen. Dit gaat te yer. Een nadere voorziening te dezen is dringend geboden. Het ontwerp komt niet terug op het begin sel van de opschortende kracht, dat de wetge ver heeft aanvaard. Doch wel brengt het eenige correctie aan. Die correctie is van tweeërlei aard. In de eerste plaats wordt voorgesteld, dat de kantonrechter, als zijn ondernomen poging om tusschen partyen een minnelijke regeling tot stand te brengen is mislukt, een beslissing geeft in hoeverre de betalingsplicht zal blijven opgeschort gedurende de verdere behandeling der zaak. In de tweede plaats is er geen reden den ver pachter blüvend te belasten met het nadeel, dat hij zelfs de verminderde pachtsom inge volge de wet geruimen tijd later ontvangt dan de betaling volgens de pachtovereenkomst had moeten geschieden. Hij zal zich, ingevolge de wet, met een lagere pacht dan de overeengekomene tevreden moeten stellen, doch het nadeel bo vendien, dat hij deze pacht later ontvangt, worde zooveel mogelijk weggenomen door hem aanspraak te geven op een rente over de la gere pachtsom, berekend naar 5 pet. 'sjaars, over den tijd, dat de verplichting tot betaling ingevolge de wet is opgeschort geweest. Tegen over den pachter is deze rentevergoeding niet onbillijk, daar deze het voordeel van de latere betaüng heeft genoten. Hedennacht is na een kortstondige, .doch hevige ongesteldheid op 53-jarigen leeftijd in het St. Antoniusziekenhuis te Utrecht overle den de Zeereerw. Zeergeleerde heer dr. W. G. J. van Koeverden, pastoor der O. L. Vrouwe parochie te Utrecht. Dr. W. v. Koeverden werd geboren in 1879. Den 15den Augustus 1903 werd hij priester ge wijd. Sinds 1929 was hij pastoor der O. L. Vrouwe-parochie te Utrecht. In dr. van Koeverden verliest niet alleen het Aartsbisdom, maar heel onze Kerkprovincie een hoogstaande priesterlijke figuur. Hij be hoorde tot de geestelijken, wier lippen, volgens het Schriftuurlijke woord, de wetenschap be waren. Zijn naam als Scripturist, als letterkundige verwierf hij zich in de jaren dat hij leeraar was aan het Aartsbisschoppelijk Seminarie te Culemborg in den tijd van praeses J. A. S. van Schalk en zijn medeleeraar dr. Hoogveld. Een heel bijzonder talent legde hij aan den dag bü het overzetten uit den grondtekst van Bijbelsche poëzie in levend Nederlandsch. Fi lologisch was zijn vertaalmethode ingesteld; hij verwerkte het nieuwste van het nieuwe uit de wetenschappelijke literatuur; hij had soms allerlei bij overwegingen bü de keuze en de be werking van zijn stof; en het resultaat was een Nederlandsch van soms verrassend mooie taal. Ook in de Vondel-studie was hij thuis als een vakman, en hij ging er wat trotsch op, dat hij van 's Lands grootsten Poëet vele oorspron kelijke oudste drukken bezat. Zóó was hü een sieraad van onzen Clerus, die bemind was en gezien ook bü andersdenken den. Moge het licht van den Heer der Weten schappen reeds voor pastoor Koeverden zün opgegaan De plechtige uitvaart en begrafenis zal plaats hebben a.s. Maandag te Utrecht. Het rijkstoezicht bij de Nederlandsche Spoor wegen zal belangrijk worden ingekrompen, daar het kantoor te Haarlem, onder leiding van hoofdingenieur van Ooyen eerlang zal verdwü- nen en deze heele tak van dienst door de Ned. Spoorwegen zelf zal worden overgenomen. Deze opheffing is o.a. des te belangrijker, daar aan het kantoor Haarlem ook de voorbereidende werkzaamheden waren opgedragen terzake van de ringbaan om Amsterdam. Het grootste gedeelte van het personeel, w.o. een ingenieur, hoofdopzichters, opzichters en teekenaars is per 1 Februari 1933 ontslag aan gezegd. Slechts hoofdingenieur van Ooyen, een hoofd opzichter en eenige hulpen zullen gehandhaafd blijven om enkele aangelegenheden af te wik kelen meldt „De Maasbode". de zaak, die de voorsteller voorstaat, weinig be- °rderlijk. Hü had wüs moeten zijn als stadge noot Ketelaar en zün motie moeten intrekken. Wat de volkshuisvesting betreft, is vooral weer van katholieke zijde door de heeren Mae- *etl en Kampschöer op verlaging van de ren- e der woningbouwvoorschotten aan de gemeen ten en woningbouwvereenigingen aangedrongen. e Minister wil deze zaak eerst nog eens aan- 'dn, doch wees erop, dat renteverlaging nood- akelijk gepaard zou moeten gaan met eene ver eng van de bü dragen, welke werden gegeven ls eene gedeeltelijke compensatie voor de hooge ente der voorschotten. Verlaging van de huren f°u daardoor dus slechts zeer gedeeltelük ver ben worden. de onderafdeeling „vleesehkeuringswet" is °g even ter sprake gekomen 't voornemen der P peering, om aan de N.V. Thermo-chemische awieken een crediet toe te staan voor de op- j chting van een destructor te Woerden. Reeds j? zÜn Memorie van Antwoord schreef Minister gjjys, dat over deze zaak, waartegen groote be- j. aren worden ingebracht, omdat te Overschie oivfS een destructor in werking is, een nader derzoek gaande is. Het resultaat van dat on- -rzoek wacht hü alsnog af. Over de onderhandelingen met Amsterdam 0ver de handhaving van de Rijksvroedvrouwen- Schooi heeft de Minister nog eens herhaald, dat Van stroefheid zünerzijds geen sprake is. Hü cht echter op voorstellen van Amsterdam, die aahnernelyk zü'n en die de inrichting als ge- centelijke of particuliere, dus niet als Rijks- °oi in het leven kunnen houden. Den Haag, 8 December 1932. ^ttadat de Kamer des middags klaargekomen jj, hiet Binnenlandsche Zaken, ls des avonus t frisschen moed de behandeling van Eco- ^üsche Zaken en Arbeid voortgezet. Men s het nu tijd om een reisje te maken? Het is nu ook niet de tijd van perziken, maar wanneer men u nü een fijne perzik voorzet, dan bijt u ook er in! Het is gewoonhjk maar de omstandigheid of je de gelegenheid wordt geboden! Die gelegenheden doen zich volop voor in het tüdperk, dat zich kenmerkt door vacan- ties. Dan zijn we er allemaal zoo'n beetje op geprepareerd. In dezen tüd van het jaar denkt de doorsnee-mensch er niet aan om op reis te gaanomdatnu ja, omdat het zoo niet de gewoonte is. Tenzij dan dat je veel tüd hebt en in diezelfde mate geld. Dan ga je naar Zwitserland om wintersport te beoefenen of naar het Zonnige Zuiden, daar de temperatuur aan de Middellandsche Zee geregeld wordt opge warmd en bügehouden. Maar nü doet zich inderdaad een gelegen heid voor om een reis te maken. Een werke- lük ongezochte gelegenheid! En wü hebben ge meend deze gelegenheid te moeten aangrüpen om onzen lezers een genoegen te doen. Op Zondag 8 Januari 1933 (dat is dus het volgende jaar, maar u moet niet meenen dat we daarom nog een jaar den tüd hebben), op dien Zondag dan, dus over een p&èr weken reeds, wordt er een grootsche spreekkoor-demonstra tie, een prachtig Graal-spel gegeven door Hol- landsche en Duitsche Graalmeisjes in het Sport- palast te Berlijn: men spreekt ervan, dat niet minder dan 1000 Hollandsche Graalmeisjes naar Berlijn trekken! Dit spreekkoor, dit Graalspel, neemt natuur lük niet zoo véél tijd in beslag; het vangt eerst Zondagavond aan, terwijl wü reeds Zaterdag in Berlün arriveeren. Men kan in Berlijn dus bovendien een volledigen program-dag beleven. Voor onze reis naar Berlün doen autocars natuurlijk geen opgeld. Wü zouden zonder twüfel een paar vliegmachines kunnen char teren. Maar behalve dat de prijs een belemme ring zou zijn, zouden wij ook plaatsruimte tekort komen, want je hebt aan een vliegmachine nog geen vóór- en achterbalcons. Afgezien nog van de vraag of een tocht door de open lucht en in de open lucht aanbevelenswaardig is in een tüdperk nu de verkoudheidsbacil zich niet ge neert zelfs verwarmde kamers binnen te drin gen. Dus bleef ons niets anders over dan een voudig een trein af te huren! Wü hebben dan ook de hand weten te léggen op een extra-trein, die ons gezelschap linea recta, dus zonder over stappen, van uit Utrecht, óns centrale punt van uitgang, naar Berlijn zal brengen. De leiding van den trein berust natuurlijk bij den machi nist, doch de leiding van het gezelschap en de leiding van de geestelijke en versnaperende ver zorging is gelegd in bekwame handen, zoodat u zelf voor niets hebt te zorgen. Wat heelemaal niet wil zeggen, dat u aan een leibandje loopt. Dit als een algemeene opmerking; hieronder geven wij een inleiding tot de reis, zooals deze wordt gemaakt onder onze auspiciën. Wij vertrekken op Zaterdag 7 Januari onge veer 12 uur in den middag uit Utrecht. De juiste tüd zal nog nader worden medegedeeld, omdat wü hierin afhankelijk zün van de directie der Spoorwegen, die dien dag nog meerdere treinen heeft te regelen dan de onze. Waarschünlijk heeft u voor deze reis geen pas noodig. Hier omtrent zijn wij reeds in onderhandeling met de Duitsche overheid, die zeer waarschünlijk het abonnement van ons blad als den juisten pas wil aanmerken. Zooals u ziet, zün wü op weg om het u zoo gemakkelük mogelük te maken. Nu zult u wel de opmerking makenmaar een reis van Utrecht naar Berlün en terug kost reeds derde klas ongeveer ƒ36, en in de aan kondiging staat ƒ30, alles inbegrepen (behou dens dan die simpele rijksdaalder aan admini- stratiegeld)Inderdaad, wü willen niet al tüd tooveren, maar zoo nu en dan lijkt het ons toch wel aardig om dat te doen! U betaalt ƒ30 en u behoeft niet verbluft op het perron achter te blüven! Wü zullen, u zelfs eens laten zien wat u krügt voor die zes gulden, welke uminder betaalt! Dat is werkelijk niet voor de poes. Uw verwachtingen zün natuurlük niet hoog ge spannen, omdat u aan een buitenlandsche reis altijd geld-uitgeven geknoopt ziet, zooals de lussen van uw bretel aan de knoopen van uw pantalon. Welnu, aangenomen dan dat u verkeert onder laagspanning, omdat u meent, dat voor dit be drag niet zulk een buitenlandsche reis gemaakt kan worden, welnu, zoo zullen wü u in allen eenvoud vertellen, wat de reis u brengt. De reis naar Berlün duurt ongeveer tien uur. Geduren de die uren zullen wü u niet zonder de noodige consumptie laten! U kunt daaromtrent gerust zü'n! Het verdient echter afrijd aanbeveling met een min of meer gevulde maag op reis te gaan, daar in ieder geval niet allen tegelü'k kunnen worden bediend. Zaterdagavond komen wü dan in Berlün aan en bij wijze van spreken maken wij dan met het gezelschap een straatje óm. Logies krijgt men in prima hotels. Tüdig zal u worden be kend gemaakt in welk hotel een kamer voor u is besproken. Zondagmorgen wordt de H. Mis bijgewoond in de Hedwigkathedraal, alwaar ook Mgr. Aengenent, bisschop van Haarlem, tegen woordig zal zün. Het ontbüt kunt u gebruiken vóór of na de H. Mis. Een Duitsch ontbüt is niet zooals wij dat in Holland gewend zijn. Maar de soberheid zullen wü doen verdwijnen door de kippen eens extra voor ons te laten leggen en de marmeladepotten te verdubbelen. Daarna maken wü onder deskundig geleide een wan deling door Berlijn, om enkele interessante din gen te beküken. Want in Berlün te zün ge weest zonder b.v. een wandeling Unter den Lin den te hebben gemaaktneen, dat is niet denkbaar. Dan, zoo ongeveer half één, gaan wij dineeren in „Franziskaner", een van de meest bekende restaurants bü het Bahnhof Friedrichstrasse. Als wü van iets zeker zün, dan is het van de voedselkundige waarde van een Duitsch diner. Wü, Hollanders, staan bekend als goede eters, maar vergeleken bü de Duitschers zün wü op dit gebied nog leerlingen met onvoldoende cü- fers. In verband hiermedelaten wü de auto cars bü „Franziskaner" voorkomen en maken wü een auto-tocht door Berlün om te gaan be zichtigen wat wij in den morgen hebben over geslagen; deze tocht duurt maar liefst 2y, uur! Eten is het troetelkind van den Duitscher, dus wü laten ons voor het souper weer naar „Fran ziskaner" rüden, om de open gekomen gaatjes aan te vullen. Zelfs tochtgenooten, bij wie de gaatjes tot gaten verwijd zün, zullen daar een welkom onthaal vinden. Nadat ook deze Lucullus-genieting is volbracht stappen wü weer in de autocar, omdat wü on zen deelnemers zooveel mogelük vermoeienis wil len besparen. Wü maken dan een tocht door verlicht Berlijn van ongeveer twintig minuten om te belanden bü het Sportpalast ter büwo- ning van het spreekkoor der Graalmeisjes. Na afloop daarvan worden wü per autocar naar het station gereden, waar onze trein staat te wachten om de deelnemers aan onzen tocht weer naar Holland te brengen. Vóór dat u het weet is het dan acht uur in den morgen, den tüd, welken wij hebben be paald om terug te zijn op het punt van uitgang. Nu staat het aan u om te oordeelen of een dergelük reisje in den smaak valt of niet. Het is een week-end, zooals u zelden zal worden aan geboden. Zooals gezegd, kost de geheele reis, met alles wat daaraan zit vastgeknoopt om den dag aangenaam en verzorgd door te brengen, 30 per persoon. Alles wat u noodig heeft zit in den prüs inbegrepen. Extra-dingen moet u natuurlük zelf betalen en ook het aanschaffen van souve nirs is voor uwe rekening. U begrüpt, dat een dergelüke reis heel wat zorgen en administratie voor ons meebrengt. Want op den dag van vertrek moet alles ge reed zün. De kamers in de hotels moeten gere serveerd zün, de diners besteld, het aantal auto cars berekend; dus.... wü moeten ook tüdig weten wie meegaat! Niet dat u vandaag behoeft te beslissen. U mag ook gerust voeling houden met kennissen om een clubje te vormen in de groote club, maar beslis in ieder geval zoo spoe dig mogelük! Wü wenschen deze reis te maken tot een suc ces en tot dit succes kunt u bijdragen door er aan deel te nemen 1 Er is onlangs door eenige ontevredenen een R. K. Arbeiderspartij opgericht. Vorige week vergaderden deze dissiden ten te Den Haag en constateerden en beweerden daar allerlei straffe dingen, zooals te doen ge bruikelijk is. Zoo zeide de voorzitter, dat er onder de werk nemers alleen enthousiasme was voor de nieuwe groep en dat de weg naar het geluk is aange geven in de Pauselijke encyclieken; hiermede bewüzende, dat hij hoewel voor een jok kentje niet op zijde gaand toch ook nog ge voelig voor de waarheid is. Tenslotte kwam er nog het vreeselijk verwijt, dat de R. K. pers de R. K. Arbeiderspartü dood zwijgt. Hoe durft ze! Ongeveer tezelfder tüd vergaderde in dezelfde stad het verbond van R. K. Jongeren met zijn voorman, den recalcitranten professor Veraart. Zü constateerden en beweerden even straffe dingen als de malcontente arbeiders. De R. K. Staatspartij kreeg er van langs en „Quadrage- simo Anno" werd buitenmate geprezen. Ten leste werd natuurlijk ook de R. K. pers onder handen genomen. Zij was in haar beschouwingen tegen professor Veraart verschrikkelijk minderwaardig en zijn hooggeleerde verzekerde plechtig, dat hü door die journalistiek het gevoel had, dat men veiliger tusschen roodhuiden (vandaar zeker zijn sympathie voor de socialisten) kon leven dan tusschen geloofsgenooten! Het is eigenaardig! Wanneer de pers het beter acht het een of ander met den mantel der liefde te bedekken, dan roept men verontwaardigd: doodzwügtak- tiek! Spréékt diezelfde pers (tienmaal gematigder overigens dan de opposanten) dan is geen taal leelijk genoeg om die vermetelheid te brandmer ken. Zelf eischen de critici het recht op om alles, wat óns goed lijkt, plat te trappen; geen woord is hun te dik, doch de man van de krant moet lief doen en zoete broodjes bakken! Is het nu te verwonderen, dat de pers 'n beetje ver wonderd is? Zwijgt men: manden met steenen staan gereed. Spreekt men: het hagelt levens- ge vaarlük brokken verwüt, Knoop er maar een touw aan vast! Tusschen al deze tegenstrijdigheden en uiteen- loopende meeningen is er echter toch één over eenkomstigheid. Men kan geen verslag van der gelijke scheurmakers-bijeenkomsten lezen of er komen gloeiende passages in voor over de liefde voor het woord des Pausen. Achttienneen vier-en-twintig karaats, mijne heeren! In de encyclieken schü'nen deze weerspannigen even goed thuis als een gewoon katholiek in zijn kerkboek. Slechts één uitspraak van den Heiligen Vader kennen zij niet, hoewel deze toch speciaal be stemd is geweest voor de Nederlandsche Katho lieken: het is de wensch van Z. H. bekend gemaakt aan Mgr. Aengenent dat onze men- schen, vóór alles, na alles, boven alles en on-' danks alles één moeten blüven! Wij weten, dat spreken gevaarlük is, doch wij hebben ons zelf ditmaal de verzekering ge geven, dat zwijgen noch hachelijker ware ge weest Naar aanleiding van de berichten over de internationale petroleumconferentie te Parijs heeft het „Ned. Corr. Bureau" zich tot be voegde zü'de gewend, ten einde enkele nadere inlichtingen te verkrijgen. Te dier plaatse werd verzekerd, dat de berichten omtrent het wel slagen der conferentie in hoofdzaak Juist zijn. Het contract, zooals het eenige dagen geleden is opgesteld, kan thans definitief in werking treden. Men meent voor de petroleumindustrie dit als een aanzienlijken vooruitgang te mogen beschouwen. De groote onrust ten gevolge van de overproductie zou thans verdwünen en men kan veilig aannemen, dat als resultaat dezer conferentie beschouwd mag worden een con solidatie van den toestand in Europa. In verband met de tüdsomstandigheden heeft H. M. de Koningin besloten gedurende dit win terseizoen geen officieele feesten en maalrijden te doen plaats hebben. Naar we vernemen, hebben de drie arbeiders organisaties in de textiel-industrie een schrijven gericht aan de firma Van Heel en Co., te Enschedé, waarin aan genoemde firma een onderhoud wordt verzocht over de nieuw in te voeren tweemaal 5 pet. loonsverlaging. De socialistische arbeiders-organisatie heeft over genoemde kwestie reeds met haar arbei ders vergaderd. De vergadering, die zeer matig was bezocht, drog een informatorisch karakter. Woensdagmiddag werd in een perceel aan den Boschdijk, bewoond door zekere G. van M., te Eindhoven plotseling brand ontdekt, die de brandweer echter spoedig meester was. Bü een nader onderzoek bleek de politie ech ter, dat het vuur op verschillende plaatsen, maar geheel onafhankelijk van elkaar, woedde en dat tal van voorwerpen met petroleum door drongen waren. Op vermoeden van opzettelüke brandstichting is de man aangehouden en in arrest gesteld. Zün inboedel was tegen een veel te hoog bedrag verzekerd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1932 | | pagina 5