Naar het Kind van Bethlehem
Financiën onder de loupe
Retraiten voor
werkloozen
Het opcentenwetje
ROBERT KOCH
ZATERDAG 17 DECEMBER
Het hoogheilig mysterie
WERKVERSCHAFFING
EN BOUWBEDRIJF
MOTIE-BRAAMBEEK
VERWORPEN
Drukke week achter
den rug
Resultaten niet direct
bereikt
Memorie van antwoord
aan Eerste Kamer
LEEKEPREEKEN
H. H. WIJDINGEN
Vijftig jaar geleden ontdekte hij
den tuberkel-bacil
ARBEIDSBEMIDDELING
De heer Folmer gehuldigd
In het Missiehuis te Stein
TWEEDE KAMER
Gelijkstelling van ongehuwde kost-
winnaars met gehuwde inzake
den pensioenaftrek
De Kamer-revue
Max van Poll
Een looden last
Belasting-ontduiking
Opheffing bankgeheim
Pensioenaftrek
Bespreking op het departement
met werkgevers- en werk
nemersorganisaties
TEGEN HET SOCIALISME
Nieuw mandement der bisschoppen
ELECTRIFICATIE BAANVAK
ROTTERDAM—DORDRECHT
In 1934 gereed
BEGRAFENIS MR. DE VEER
Velen rond de groeve
CRISIS-VARKENSWET
Heffingen verlengd
GEZANT VAN DER GOES
Eervol ontslag verleend
Oorspronkelijk wetsontwerp niet
in strijd met den geest van
het Ouchy-verbond
De tijdelijkheid
HET CRISIS-BOTERMERK
CLEARING-OVEREENKOMST
Tusschen Nederland en
Duitschland
Katholiek Tooneelblad
De jaarlijksche terugkeer van den kerke-
1 ijken feestkrlng is voor ons een feit
geworden, dat wij met de nuchterheid,
*elke het hedendaagsche leven kenmerkt, aan
aarden. Paschen en Pinksteren gaan ons voor
bij in de blonde overhuiving van jongen bloesem
etl een tengere weelde van overal opensprin-
8end leven als een teeken dat het zonnetij
kadert. Maar reeds valt de regen over den
bauwen dag van Allerzielen, en op een morgen
feest de priester het Evangelie van den eersten
bondag van den Advent, en we weten, dat het
bu weldra Kerstmis zal zijn. Deze jaarlijksche
fehigkeer geeft in onze zielen onafgebroken het
^nvoudige, maar groote besef, dat een lange
fevensduur geen voorwaarde is voor het vol
groeien naar Gods gelijkenis, ja, dat geen deel
van ons leven, hoe kortstondig en onaanzienlijk
°°k, verwaarloosd mag worden, maar dat elke
bijzonderheid, als het leven in zijn organisch
Seheel, geroepen is om naar het beeld Christi
fe Worden geboetseerd.
Ret Kerstfeest sluit harmonisch aan bij den
«yclus van het kerkelijk jaar, dat ons telkens
•fe heilige geheimen van Christus' leven op
aarde in de aanschouwing des geestes brengt,
°Pdat de roeping van ons menschelijk bestaan
afe een vlam steeds duidelijk voor onze oogen
bchte en wij Christus' leven als een voorbeeld
v°or ons denkende en doende wezen zien. Het
fe'kenjare terugkeeren der herdenking van
Christus bevrijdende menschwording is het
^hoonste symbool der blijde onverwoestbaarheid
v®n onze verzoening met God en onze ver
broedering met alle menschen, wijl toch allen
Beroepen zijn tot de wedergeboorte in Christus.
Naarmate de Advent van Kerstmis ten einde
feopt en de dag van Kerstmis naderbij komt,
boeten wij ons dieper bezinnen op de mysterie
Vah de menschwording van den Zoon Gods.
bleer dan voor Paschen en Pinksteren bereiden
ons gewoonlijk voor op dezen Hoogtij-dag,
•Paar is deze voorbereiding niet ten nauwste
herbonden aan een zucht naar tijdelijk genoe-
B6n? Och, de donkere dagen der komende week
^Uen ons vanzelf brengen in een stemming van
6t'l verbeiden, en zij, die in den vreemde toeven,
^Hen zich de intimiteit en de innigheid van
het huisgezin herinneren, zullen voor hun geest
"fe gezichten halen, die zoo goed en vertrouw-
V°1 waren.
Wij bereiden ons dus voor! Maar zijn wij
letterdaad wel bereid tot de overdenking van
bet hoogheilig mysterie, dat zich in dien ont-
*agwekkenden en klaar brandenden nacht vol
lek door de geboorte van een Kind, aan wien
Vah den beginne af geen plaats werd gegund,
bet armste Kind aller tijden, geboren aan den
^eg, schier als een zwerver? Het kerstbrood
BSat knapperen, de moeders vinden op zolder
•fe nog blinkende siersels en het engelenhaar
'an den kerstboom van verleden jaar. Middeler
wijl wordt het politieke, maatschappelijke en
*«fs het huiselijke leven door onrust gekweld,
maar al te goed bemerken we, dat de aarde
6eh dal van tranen is. Komt het Kerstfeest niet
fetwat ongelegen? Is het voor velen wel meer dan
11 sprookje, dat wij aflezen van de beelden
groepen in de kerk, maar dat kwalijk past tus
sen de financieele en economische crisis, en
voor hen de beursnoteeringert niet belangrij
ker dan de bakerpraatjes over 'n Kind, dat zich in
&be kinderen spiegelt? En als er dan toch een
feest op komst is, welnu, de dagbladen staan
Thiers vol van advertenties over hotels, waar
"b Kerstnacht een soirée dansante wordt ge-
ke?en en waar danseressen van internationale
^txnaardheid zullen optreden, welnu, zeggen ze,
aten We daar dan heengaan, en vergeten dat in
*fezelfde dagbladen geschreven wordt over stoe-
van hongerende menschen, die naar de
^°ote steden trekken om brood, en over werk-
fe°zen in Amerika, die doodvriezen van kou.
We bereiden ons dus voor. Dan moeten wij
op de eerste plaats aan denken, dat er
r®ven al dit menschelijk bestel een God regeert,
j/6 niet falen kan, maar met volle zekerheid
eb lot der menschheid, van ieder individu,
ieder gezin, van iederen Staat en Maat-
^happij
richt naar Zijn goedvinden. Wie in
een opperste ieiding gelooft, kan zich laven
®an
de wetenschap, dat hetgeen hier gebeurt
j eohts van voorbij gaanden aard is en het eigen-
bke leven van den mensch een eeuwigheid
uPrt, die heel wat meer zorg vereischt dan
et Wereldfeest en ook heel wat meer aandacht
j^aagt dan de kleine ellende van dit korte
ev®h, al hebben wij Katholieken den plicht
a2e ellende tegen te gaan, een plicht, welken wij
aar al te zeer veronachtzamen, een plicht die
yjfet in de komende dagen ons moet drijven tot
P groote naastenliefde.
bereiden ons dus voor, opdat met de
v°Pist van den Heiland de mensch zich zal
erPieuwen en als de mensch zich vernieuwt
de maatschappij in het deelachtig wor-
P aan het leven Gods.
zjjn „Grondslagen der negentiende eeuw"
door Chamberlain, die midden in de
berheid van zijn rationalistisch denkstelsel
eer dan eens gesidderd heeft voor het over-
pfefegend boven menschelijke van den
alileeschen menschenzoon, Diens geboorte
Pbapteekend als „de gewichtigste datum der
beele geschiedenis." Vergeten wij dit friet,
nu het Kerstfeest nadert. Opnieuw zal de triom
fantelijke zaligheid, di^ reeds om het geheim
zelve van dit gebeuren gloort, gaan lichten uit
den aandoenlijken vorm van het teederste, dat
voor de menschelijke verhoudingen bestaat: het
Kind. Wij zullen „het Kind vinden in een
stal in doeken gewikkeld". Wij zullen bemerken
loos gedolven te hebben naar het heilmiddel
dat ons met onszelven en de volkeren met
elkaar moet verzoenen. Een Kind zal ons de
wijsheid brengen.
Bereiden wij ons dus voor:
„O, Emmanuel, onze Koning en onze Wet
gever, verwachte der volkeren en hun Verlosser,
kom, om ons te verlossen."
AD INTERIM
Het kon de tijd ligt nog niet ver ach
ter ons den indruk wekken, dat de
hoogmoedige mensch, die tengevolge
van den ongekenden vooruitgang op schier elk
gebied in de negentiende eeuw, meer en meer
zich bewust was gaan worden het te kunnen
stellen zonder God, vertrouwde het zoover te
zulen brengen, dat hij zich geleidelijk zou
kunnen onttrekken aan de verdere ten-uit
voerlegging van het vonnis, in het eerste men-
schenpaar over het menschdom uitgesproken,
dat de mensch in het zweet des aansclrijns zijn
brood eten zou. Was beperking van den arbeid
niet een der hoogste idealen, en gold het ver
richten van meer arbeid, dan was toegestaan
niet als een der meest laakbare daden?
Hij, die, naast de geschiedbeschrijving zich
wil vermeien in geschiedbeschouwing, zal een
maal stellig rijke stof tot overweging vinden in
het feit, dat zoo spoedig daarna een zoo nij
pend gebrek juist aan arbeid zich gevoelen
deed, dat zoo spoedig daarna zoovele mil-
lioenen moesten bidden en smeeken juist om
arbeid, waardoor bevestiging vond, voor hem,
die verstaan wilde, het diepzinnig woord van
dr. Schaepman betreffende het boven aange
geven Godswoord:
O vonnis, dat genade ztft,
O straf, die vrijheid schept.
Wij zullen ons thans friet begeven in zoo
danige beschouwingen.
Voor heden ligt voor ons het feit der ont
stellende werkloosheid met al de droevige ge
volgen daarvan, zoowel geestelijke als stoffe
lijke.
In de vertegenwoordigende lichamen, in we
tenschappelijke bijeenkomsten, in volksverga
deringen, in de Pers overal dringt zich het
probleem der werkloosheid naar voren en eischt
bespreking, eischt oplossing.
Zien eenerzijds de officieele lichamen, de
particuliere instellingen met zorg de toekomst
tegen, niet wetend, hoe zij steun zullen kun
nen blijven verleenen, anderzijds worden
klachten, vaak niet ongegronde klachten ver
nomen, dat de geboden steun niet toereikend is
om in den stoffelijken nood te voorzien.
En toch zoude dit alles niet tot zoo groote
ongerustheid behoeven te stemmen, indien de
gevolgen der werkloosheid zich slechts deden
gevoelen op stoffelijk terrein. Veel, veel groo-
ter echter is de schade, aangericht onder gees
telijk, onder zedelijk opzicht.
En daarom, hoe lofwaardig ook zij de stof
felijke steun, hoe onontbeerlijk, daarbovenuit
gaat toch de voorziening in den geestelijken
nood.
Welnu, een der schoonste weldaden, die men
den werkloozen bewijzen kan, is het hen in de
gelegenheid stellen deel te nemen aan een ge
sloten retraite, en we achten het dan ook een
voorrecht te mogen voldoen aan een tot ons
gericht hoogst vereerend verzoek, enkele woor
den aan dit heerlijk werk te wijden.
Wellicht zal de een of ander zeggen: Maar
zij, die zoo gebukt gaan onder de zorgen voor
het dagelijksch levensonderhoud, zijn daar
voor immers niet vatbaar. Welnu, die zóó
mochten spreken zouden blijk geven al heel
weinig kijk te hebben op de maatschappelijke
behoeften.
Men vrage het maar eens aan onze Vincen-
tianen, en zij zullen het met enthousiasme
meedeelen, dat in zoovele gezinnen de echt-
broederlijke omgang der bezoekers, de geeste
lijke opheffing heel wat meer welkom zijn dan
de stoffelijke steun, en dat zij zoo veel meer
•zouden kunnen doen, indien ze slechts meer
medebezoekers hadden. Och, mochten met
name onze jongeren dat toch eens toonen te
verstaan!
Welnu, zoo staat het ook geschapen in zoo
vele gezinnen der werkloozen. Gesnakt wordt
er naar geestelijken steun. Gelijk alom in onze
huidige wereld is ook voor die gezinnen het
woord van Johannes van toepassing: „Midden
onder U staat Hij, dien gij niet kent" in de
retraite leeren ze Hem kennen. Maar boven
dien: de proef behoeft niet meer te worden ge
nomen: de proef is genomen, en ten volle ge
slaagd. Werkloozen hebben deelgenomen aan
retraiten in onze retraite-huizen en ze zijn te
ruggekeerd naar eigen verklaring zoo
dankbaar, zoo voldaan teruggekeerd als an
dere menschen, met een anderen kijk op de
wereld, teruggekeerd in Christelijke gemoeds
stemming, besloten onwrikbaar zich vast te
blijven houden aan wat hun in de retraite-
dagen zoo helder voorgehouden werd, overtuigd
op die wijze steeds het hoofd te zullen kunnen
bieden aan wat overgezonden worden mocht,
wetend waar zij, de nood moge nog zoo
hoog stijgen ten slotte overvloedig kracht en
troost zullen kunnen vinden.
Gelijk we boven reeds schreven, gaarne ves
tigen wij de aandacht op dit heerlijk werk ten
bate der werkloozen, die zoozeer belangstelling
en steun verdienen.
Mogen dan allen, die daartoe in staat zijn, in
welke functie ook, het hunne bijdragen, opdat
het deelnemen der werkloozen aan de retraiten
worde bevorderd.
Moge ook dit werk financieel worden ge
steund.
Zeker, o zoo weinig wordt door de retraite
huizen gevraagd: maar zelfs het weinige, ver
meerderd met de reiskosten kunnen zoovelen
niet betalen.
Mogen de katholieken daarom voor dit edel
werk ook een geldelijk offer weten te brengen.
Vraagt men hoe? In elke plaats zullen stel
lig één of meer geestelijken of leeken te vin
den zijn, bereid om voor dat doel gelden in
ontvangst te nemen, terwijl het allereenvou
digst nog is een bedrag te storten op de giro
rekening van een onzer retraitehuizen met bij
voeging het te willen besteden voor de retrai
ten voor werkloozen.
Wij zouden hem of haar, die dit artikel heeft
willen lezen, durven vragen: „Doe dat nog he
den; morgen wordt het zoo licht vergeten."
A. VAN WIJNBERGEN
Ongetwijfeld is Robert Koch een der groot
ste genieën, welke in de laatste honderd jaar
zijn werkzaam geweest op het gebied der me
dische wetenschap. Zijn arbeid, die zich hoofd
zakelijk bewoog op het terrein der bacteriolo
gie en serologie, was van baanbrekenden aard,
zijn vindingen hebben den grondslag gelegd
voor de prophylactische maatregelen, waardoor
het ons mogelijk werd meerdere besmettelijke
zieken terug te dringen.
Groote bekoring gaat er uit van den le
vensloop van dezen geleerde. Geboren uit zeer
intellectueele ouders, die het echter in finan
cieel opzicht niet bijzonder breed hadden, wist
hij zich door eigen kracht tot eene wetenschap
pelijke hoogte op te werken, waardoor hij in
staat was ons geheel nieuwe inzichten te ge
ven in de oorzaken en de bestrijding der be
smettelijke ziekten.
Bewondering moeten wij hebben voor zijn
hoog wetenschappelijken arbeid, verricht met
uiterst eenvoudige hulpmiddelen, terwijl hij
als „Kreisphysikus" te Wollstein werkzaam
was. Een deel van zijn spreekkamer was zijn
laboratorium, waarin hij elk oogenblik door
bracht, wanneer zijn zeer drukke praktijk hem
niet in beslag nam.
In 1880 werd hij lid van het „Kaiserliches
Gesundheidsamt", waardoor hij van Wollstein
naar Berlijn moest verhuizen. In dezen nieu
wen werkkring kon zijn geniale geest zich ten
volle ontplooien. Reeds in Augustus 1881 begon
hij zijne onderzoekingen omtrent de oorzaak
der tuberculose. Bewust ging hij op zijn doel
af, en reeds na eenige maanden was hij met
zijne onderzoekingen zoover gevorderd, dat het
onomstootelijk vast stond, dat de tuberculose
verwekt wordt door een bacil. Den 24en Maart
1882 deelde Koch het resultaat van zijn werk
mede in een zitting van de „Physiologische
Gesellschaft" te Berlijn in eene rede, die tot
titel had: „Die Aetiologie der Tuberkulose."
Geweldige emotie verwekte deze mededeeling
eerst in de wetenschappelijke kringen, zeer
spoedig daarna over de geheele wereld.
De draagwijdte van deze ontdekking werd
onmiddellijk aangevoeld; eene doeltreffende
bestrijding der ziekte, die jaarlijks tienduizen
den slachtoffers vroeg, was thans mogelijk.
De tijd heeft geleerd, dat deze meening juist
geweest is: de sterfte aan tuberculose is in de
geheele beschaafde wereld aanzienlijk gedaald.
Na de ontdekking van den tuberkelbacil heeft
Koch nog een enorme hoeveelheid wetenschap
pelijken arbeid verricht. Zijne onderzoekingen
op het gebied der tropische ziekten, waarvoor
hij groote reizen heeft moeten ondernemen,
zijn algemeen bekend.
Te vroeg is hij, na een leven van moeitevol
len arbeid, heengegaan. Hjj overleed te Baden-
Baden den 27sten Mei 1910, dus op een leef
tijd van slechts 66 jaren.
Wie omtrent deze hoogst belangrijke figuur
in de geschiedenis der lijdende menschheid
wat meer vernemen wil, luistere heden,
Zaterdag, van 5.10 tot 5.30 uur naar
den K. R. O., wanneer d'\ R. N. M. Eijkel,
hoofdinspecteur van de Volksgezondheid, over
leven en werken van Robert Koch een radio
rede uitspreken zal.
De directeuren van Arbeidsbeurzen vergader
den dezer dagen te Utrecht onder voorzitter
schap van den directeur van den Rijksdienst
der Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbe
middeling, den heer A. Folmer.
Behandeld werden: de arbeidsbemiddeling
voor het hotel- en restaurantbedrijf, die voor
handelsreizigers en handelsagenten en die voor
het landbouwbedrijf. Voorts werd een bespre
king gehouden over de administratie en de
statistiek voor de organen der arbeidsbemid
deling.
Na afhandeling der agenda werd de voorzit
ter, namens alle aanwezigen, toegesproken door
den heer W. F. Detiger, directeur van de
arbeidsbeurs te Amsterdam, in verband met de
omstandigheid, dat de heer Folmer met 1 Ja
nuari a.s. zijn functie neerlegt. Spr. bracht o.a.
in herinnering wat in de afgeloopen 18 jaren,
gedurende welke de heer Folmer directeur van
den Rijksdienst was, in het belang van de open
bare arbeidsbemiddeling is tot stand gekomen
en de belangrijke ontwikkeling, die zij in de
jaren heeft verkregen, waarbij hij wees o.m. op
de totstandkoming van de wet op de arbeids
bemiddeling.
Voorts bracht spr. namens allen den heer
Folmer dank voor de samenwerking in die 18
jaren, en ook aan den heer M. H. Roodschild,
hoofdcommies bij den Rijksdienst, die eveneens
dezen dienst met ingang van 1 Januari as. zal
verlaten, werd een hartelijk woord van dank
en afscheid gericht.
De heer Folmer dankte zijnerzijds de direc
teuren van de arbeidsbeurzen hartelijk voor de
in die jaren ondervonden medewerking; wan
neer de arbeidsbemiddeling tot belangrijke ont
wikkeling kon worden gebracht, dan is dat voor
het grootste deel te danken aan zijn medewer
kers, de directeuren van districtsarbeidsbeurzen,
en aan de personen bij den Rijksdienst, die hem
met hun werkkracht en toewijding krachtig
terzijde stonden. Spr. is overtuigd dat de goede
samenwerking tusschen Rijksdienst en arbeids
beurzen ook in de toekomst niet zal ontbreken.
Nadat voor het gesprokene, ook door den
heer Roodschild, en de vergadering voor haar
instemming, was bedankt, sloot de voorzitter
de drukbezochte bijeenkomst.
W' R- Exc. Mgr. G. H. J Lemmens, Bisschop
Roermond, dient heden in de kapel van
Missiehuis te Stein de Wijding der vier
Car5ere orden toe aan de volgende Fraters
j?ielieten uit het Studiehuis te Merkelbeek:
s6j. Eusebius Schalkwijk Fr. Richardus Vis-
R1-- Paulus Schmit, Fr. Mattheus Chappin,
ppeorgius Boxelaar, Fr. Raphael Gooyer,
IV zfbastianus Heyman. Fr. Berthold Lurvink.
lw nisius Cloosterman, Fr. Felicius Wezen-
ti0. Er, Fabianus Kluessjen, Fr. Valerius
jjPenbrouwers.
Heilig subdiakonaat aan Fr. Chrysosto
van Velzen en Fr. Alexius van Wanroij.
diet Mgr. het Heilig diaconaat toe
Aigv; Chrysostomus van Velzen en Fr.
*iüs van Wanroij.
Den Haag, 16 December
Met 51 tegen 21 stemmen heeft de Kamer een
uit het nachtelijk debat over de Spoorwegen
overgeschoten motie-Van Braambeek, die zich
tegen verdere verlaging van de loonen bij het
Spoorwegbedrijf uitsprak, verworpen. Buiten de
roode fracties stelde men zich op het standpunt
en van Katholieke zijde deed ir. BONGAERTS
dit in een korte verklaring blijken, dat han
gende het Georganiseerd Overleg een uitspraak
van de Kamer niet gewenscht was.
De verwerping der motie mag dus niet worden
opgevat, als zouden de 51 tegenstemmers zich
onvoorwaardelijk vóór verdere aantasting der
loonen hebben uitgesproken.
De laatste middag dezer zeer drukke week
de volgende week wordt nóg drukker, want ook
Maandagmiddag en -avond vergadert men is
door de Kamer besteed voor hoofdstük VII B,
het Departement van Financiën. Dan passeeren
allerlei wenschen op het gebied van toepassing
der belasting- en accijnswetgeving de revue en
wordt ook van gedachten gewisseld over salaris-
en pensioenkwesties. We mogen ons bepalen tot
de weergave van wat Minister DE GEER ten
aanzien van de meer belangrijke punten tri be
scheid gaf, al ontbraken definitieve toezeggingen.
De landelijke eigendommen voortaan weder
voor de vermogensbelasting naar de gebruiks
waarde in plaats van naar de verkoopwaarde te
doen aanslaan, kon de Minister aan Baron VAN
VOORST niet toezeggen, al ging dan met die
weigering gepaard de vertroosting, dat de druk
dier belasting, ook indien weer zooals vóór 1918
naar de gebruikswaarde aangeslagen werd, niet
zou meevallen en al beloofde de Minister, dat hij
zou overwegen een instructie aan de inspecteurs,
om bij de schatting van landelijke eigendommen
coulanter en minder rigoureus op te treden.
Ook op het café- en restaurantbedrijf drukt
volgens afgevaardigden als dr. BIEREMA, mr.
OUD en dr. KORTENHORST een looden last in
den vorm van de voor deze bedrijven naar de
volle huurwaarde geheven personeele belasting.
Deze heffing voortaan, evenals voor hotels en
winkels naar 1/3 van de huruwaarde te doen
plaats hebben gaat Minister de Geer te ver
men zou dan de gemeenten hiermede groote ba
ten ontnemen maar wel wil hij alweder over
wegen, of niet ten aanzien van deze belasting
aan de gemeenten zelf meerdere vrijheid kan
worden gegeven, opdat in concrete gevallen,
waarin b.". sluiting van bedrijven de consequen
tie zijn zou, de druk zou kunnen verminderd
worden.
De ontduiking van het mutatierecht tegen te
gaan ontduiking, die b.v. plaats vindt door
een huis op naam van een N.V. in te schrijven
en dan het huis over te dragen door overdracht
van de aandeelen overweegt Minister de Geer
natuurlijk gaarne, want dat kan hem enkel maar
voordeel brengen. Een aequivalent voor het ge
mis van baten tengevolge van tegemoetkoming
op het gebied van de personeele belasting is dit
echter niet, omdat de laatste aan de gemeenten
ten goede komt en de bestrijding van de ont
duiking van overdrachtsrecht ten bate van
's Rijks kas geschiedt.
In verband met de ontduiking van de belastin
gen is o.a. door den Katholieken afgevaardigde
VAN POLL wederom opheffing van het bank
geheim bepleit. Minister de Geer blijft dat af
wijzen op grond van den afschrikwekkenden in
vloed, dien de maatregelen zouden hebben op de
buitenlandsche beleggingen hier te lande. Over
een anderen wensch van den heer Van Poll, het
kosteloos ter beschikking stellen van rijwielbe-
lastingplaatjes natuurlijk met de noodige
restricties aan groote gezinnen, liet de be
windsman zich minder positief uit. Hij zou eens
moeten becijferen, wat dit de schatkist kosten
zou, maar wèl wees hij in dit verband op het
voordeel, dat in het Nederlandsche systeem van
heffing dezer belasting de verschillende gezins
leden de rijwielplaatjes onderling aan elkander
kunnen leenen. Dit laatste is in het Belgische
systeem van meerdere administratie niet moge
lijk, al heeft in België degene, die zijn rijwiel
plaatje door verlies of diefstal kwijtraakt, weer
een betere positie.
Een maatregel tegen belastingvlucht ook
alweer een desideratum van den heer Van Poll
heeft de Minister vroeger al eens willen ne
men.-Maar toen hielp heel de Katholieke fractie
het ontwerp afwijzen. Daar wanen dan ook, her-
nneren wij ons, goede argumenten o.a. van wijlen
den heer Van Vuuren, voor.
Mejuffrouw MEIJER heeft een succesje ge
had, doordat zij een goede formuleering aangaf
voor een eventueelen maatregel, waardoor onge
huwde kostwinners, wat den pensioenaftrek be
treft, met gehuwden zouden kunnen worden ge
lijkgesteld. Minister de Geer staat tegenover
dezen wensch vanwege de moeilijkheden in de
zoo gevarieerde practijk nog huiverig, maar hij
gaf toe, dat, als in die richting iets gedaan
wordt, de weg, dien mejuffrouw Meijer aangaf,
de beste is.
De Katholieke afgevaardigde wil ongehuwden
met gehuwden gelijkstellen, voorzooverre de
eersten naar het oordeel van den
Minister dus stuk voor stuk beschouwd
als kostwinner zijn aan te merken. Langs dezen
weg kan inderdaad voor de vele ongehuwde
kostwinners, die er slechter aan toe zijn dan
gehuwden zonder kinderen, een onrecht worden
weggenomen.
Voor het overige was het debat genoeglijk,
maar weinig belangwekkend.
Donderdagmiddag had op het departement
van Binnenlandsche Zaken de reeds door ons
aangekondigde bespreking plaats met vertegen
woordigers van de werkgevers- en werknemers
organisaties uit het bouwbedrijf over den om
vang der werkverschaffing in dit bedrijf.
Doordat de Minister plotseling in de Kamer
moest zijn werden de besprekingen gevoerd met
den secretaris-generaal van het departement,
mr. dr. Frederiks.
Resultaten werden, naar de „Volkskrant" ver
neemt, staande de conferentie niet bereikt.
Van de zijde der vertegenwoordigers van de
organisaties werd de bestaande toestand in het
licht gesteld, een toestand die onhoudbaar dreigt
te worden, doordat hoe langer hoe meer werk
aan hèt bedrijf wordt onttrokken en onder werk-
verschaffingsvoorwaarden wordt klaar gemaakt.
Aangedrongen werd opa. inschakelen van het
bedrijf; b. het volgen van een ander systeem en
c. een permanent contact tusschen regeering en
bedrijf, ten einde het onder a .en b. genoemde
ten uitvoer te brengen.
De secretaris-generaal zal een en ander nader
bespreken, terwijl hem gegevens over den «be-
staanden toestand door de organisaties zullen
worden toegezonden.
Naar „Sint Bavo" bericht zal a.s. Zondag
den vierden Zondag van den Advent, de
voorlezing van het mandement der bis
schoppen over het socialisme niet plaats
vinden, daar binnenkort een nieuwe man
dement verschijnt.
Men zal zich herinneren, dat wij reeds in
begin September hebben medegedeeld, dat de
directie van de Nederlandsche Spoorwegen in
beginsel had besloten om over te gaan tot elec-
trificatie van het baanvak Rotterdam—Dor
drecht. De „Telegraaf" verneemt thans, dat
men vermoedelijk 15 Mei 1934 met de te ver
richten werkzaamheden gereed zal zijn. Er zal
een halfuurdienst van de lijn Amsterdam—Rot
terdam worden doorgetrokken.
Van spoorwegzijde deelde men voorts mede,
dat Dordrecht in hoofdzaak geschikt is om de
electrificatie op te nemen.
Vrijdagmiddag had op de Algemeene Be
graafplaats te Middelburg onder groote belang
stelling de teraardebestelling plaats van wijlen
den heer mr. A. A. de Veer, lid der Eerste
Kamer en wethouder van Middelburg en be
noemd tot burgemeester dier gemeente.
Onder de belangstellenden werden opgemerkt
de minister van Defensie, mr. Deckers, de leden
van de Eerste Kamer jhr. Van Citters namens
de anti-rev. en de heer Blomjous namens de
R.K. fractie.
Slechts enkele bloemstukken dekten de baar.
Aan de geopende groeve schetste ds. M. van
Empel de groote gaven van den heer De Veer.
De Minister van Economische Zaken en Ar
beid heeft bepaald, dat de heffingen krachtens
de Crisis-Varkenswet worden verlengd tot 1 Ja
nuari 1933.
Aan jhr. mr. A. van der Goes, buitengewoon
gezant en gevolmachtigd minister te Cairo is op
verzoek met 16 Dec. eervol ontslag verleend,
onder dankbetuiging.
Aan de Memorie van Antwoord over het wets
ontwerp tot tijdelijke heffing van opcenten op
sommige invoerrechten en op de accijnzen op
bier en suiker, alsmede herziening van het tarief,
wordt het volgende ontleend:
Ook de regeering is van meening, dat het oor
spronkelijk wetsontwerp niet in strijd was met
den geest van het Verdrag van Ouchy. Artikel 2
van dat ontwerp bracht misschien eenig gevaar
mede, dat de hierdoor vergroote voorsprong van
de Ouchystaten andere mogendheden er van
zou terughouden afstand te doen van hun on
voorwaardelijk meestbegunstigingsrecht en dat
zij door dit afwijzend standpunt de inwerking
treding van het verdrag zouden verhinderen of
vertragen. Toen de met het oog hierop aan
vankelijk voorgenomen wijziging van art. 2 niet
voldoende bevrediging bracht, is naar een andere
oplossing gestreefd.
Wat betreft de mededeelingen van den heer
Kortenhorst moet worden opgemerkt, dat het
geen is gerelateerd, op een misverstand moet be
rusten. Immers, op 23 Maart jJ. was het sluiten
van een conventie als die van Ouchy nog niet
aan de orde. Verder is de regeering ook niets
bekend omtrent het voornemen van België om
op het bestaande tarief nogmaals 15 opcenten
te leggen. Van een overeenkomst om wederzijds
de rechten vóór het in werking treden van het
verdrag met 30pCt. te verhoogen is nimmer
sprake geweest. Aangezien voor zooveel der
regeering bekend is, de plannen van de Belgi
sche regeering niet vast staan, ligt het niet op
den weg van de regeering op deze aangelegen
heid thans verder in te gaan.
Met belangstelling vernemende, dat verschei
dene leden in de wijziging van het ontwerp een
verbetering zien, betreurt de regeering, dat deze
leden hun stem er niet aan kunnen geven.
Dat dit ontwerp tegen het volksbelang ingaat
moet worden ontkend. Vóór alles is het noodig,
dat het evenwicht in 's rijks inkomsten en uit
gaven wordt bewaard.
Dat het wetsontwerp in het bijzonder het
minder draagkrachtig deel der bevolking treft,
kan in het algemeen niet worden toegegeven.
Onder de zwaarder belaste goederen bevinden
zich toch verschillende luxe voorwerpen en ge
notmiddelen, zooals fotografietoestellen, pro
jectielantaarns, wijn enz., terwijl de meest nood
zakelijke levensbehoeften buiten de heffing val
len. Daarbij komt nog, dat ook het grootste deel
der verhoogde benzinebelasting niet door de
hierbedoelde minst draagkrachtigen zal worden
betaald. Het minst ontbeerlijke van de getroffen
goederen zijn wellicht suiker en thee, doch ook
hiervan neemt het gebruik met den welstand
toe.
Tegenover den door vele leden geuiten twijfel
aan de tijdelijkheid der voorgestelde heffing,
stelt de regeering de in het ontwerp vastgelegde
bedoeling, die heffing slechts voor het komende
jaar te doen gelden. Dat die bedoeling zal wor
den verwezenlijkt, is weer hi. door de tijdens de
behandeling in de Tweede Kamer aangebrachte
wijziging hoe men daarover overigens ook
moge denken te meer waarschijnlijk gewor-
den. Het ligt in het voornemen van de regeering,
de commissie tot technische herziening van het
tarief van invoerrechten zoo spoedig mogelijk
na de beslissing over dit wetsontwerp in het
leven te roepen. De vraag, welke wijziging in de
heffing der invoerrechten is te verwachten, zal
eerst voor beantwoording vatbaar zijn, nadat de
oommissie haar rapport heeft uitgebracht.
De Crisis-Zuivelcentrale maakt bekend, dat
voor de week van 18 tot en met 24 December
de prijs van het crisis-botermerk is vastgesteld
op 85 cent per K.G. De prijs voor de vervoer-
vergunning van buitenlandsche boter bedraagt
voor die week 80 cent per K.G.
In verband met de te verwachten clearing-
overeenkomst tusschen Nederland en Duitsch
land hebben de Vereenigde Exporteurs van
Groenten, Fruit en Aardappelen een adres ge
zonden aan den Minister van Economische Za
ken en Arbeid, waarin oxn. wordt gewezen op
de opvatting van de Nederlandsche Kamer van
Koophandel voor Duitschland dat deze overeen
komst alleen den handel zal betreffen in
Nederlandsche bodem- en industrieproducten
met uitsluiting in het algemeen van transito
goederen en koloniale waren.
Het adres vestigt er de aandacht op, dat het
geen de Nederlandsche bodemproducten' voor
den land- en tuinbouw en de voortbrengselen
der industrie voor de Nijverheidsgebieden zijn,
de transitogoederen zijn voor Rotterdam en de
koloniale waren voor Amsterdam. Verzocht
wordt daarom dat zoowel transito-goederen als
koloniale artikelen in de clearing-overeenkomst
worden opgenomen.
Met ingang van half Jaryiari 1933 zal bij de
Uitgeverij „Pieter Langendijk" te Haarlem ver
schijnen een maandblad, gewijd aan binnen- en
buitenlandsch Katholiek tooneel, onder den ti
tel „Katholiek Tooneel".
De redactie, bestaande uit Pieter van der
Valk, Anton Sweers en Gerard Nielen, acht het
een cultureel en inzonderheid Katholiek be
lang, dat het leekentooneel zich meer van zijn
taak bewust wordt. Hiervoor is, naast ideëele
tevens praktische voorlichting noodzakelijk, en
de leiders van het blad stellen zich voor deze
te geven in den meest ruimen zin. De energieke
en succesvolle pogingen, die in verband met de
verheffing van het leekentooneel reeds m
Frankrijk, Duitschland en Oostenrijk werden
gedaan, gaven aanleiding tot een contact zoe
ken met verschillende buitenlandsche deskun
digen, van wie artikelen en ervaringen zullen
worden gepubliceerd.
„Katholiek Tooneel" zal, bij vernieuwden
vorm en inhoud, een voortzetting zijn van het
reeds sedert acht jaar verschijnend tijdschrift
„Roomsch Tooneel". Het Ned. Boekhuis heeft
aan de redactie het eerste publicatie-recht af
gestaan van het leekenspel „De Heilige Prole
tariër", naar den beroemden roman van Franz
Herwig.
Het administratie-adres van .Katholiek Too
neel" is gevestigd: Hasselaersplein 35, Haarlem,
alwaar gratis en franco een uitvoerig prospec
tus kan worden aangevraagd