STADSNIEUWS ZADELHOFF ff W GELDERSCHE ROOKWORST De Vaticaansche sterrewacht Oorlogstoerusting in Japan I HET j j GROOTE I AVONTUUR ld ROBINSON CRUSOE'S AVONTUREN Dié goeie ROBINSONschoen voor Vader en Zoon MAANDAG 9 JANUARI Vloot den Oceaan op Een Kabinetscrisis in Roemenië ZILVEREN PRIESTERFEEST Pater Gratianus O.M.C. De ontvangst De feestdag Receptie Jubilé-avond NEDERLANDSCHE SMALFILMLIGA 2e Internationaal Concours OM HET BEHOUD DER H.O.V.! Een sympathiek geluid Het Uitvoerend Comité werkt constant door De één-guldenskaarten INDERDAAD IETS FIJNS De luchtmanoeuvres zullen dit jaar ongekend groot zijn s s Het zilveren priesterfeest van den Weleerw. Pater Gratianus, van de orde der Paters Capu- cijnen te IJmuiden-Oost, is gisteren op luister rijke wijze gevierd. Maandenlang heeft het feestcomité, gevormd uit de parochianen van IJmuiden-Oost, een prijzenswaardige activiteit aan den dag gelegd om van dit jubileum een echt Roomsch feest te maken en zij is daarin prachtig geslaagd. De devote kloosterkerk aan den Engelmun- dusweg was onder deskundige leiding smaakvol versierd, terwijl het altaar met een schat van bloemen en planten was omgeven. Zaterdagavond had in de kerk de plechtige ontvangst van den Eerw. jubilaris plaats. Toen de jubileerende priester het hem zoo vertrou wende Godshuis binnenschreed, voorafgegaan door een stoet van bruidjes en misdienaars, waarbij zich een groep jonge wachters, het eere en uitvoerend comité hadden aangesloten, werd hem door de talrijk opgekomen parochianen een welkomstlied toegezongen. Bij het betreden van het altaar zette het zangkoor, 'onder leiding van den heer P. C. Grimbergen, het plechtig vierstemmig „Veni Creator" van Pr. Eyspink in, waarna het plech tig Lof een aanvang nam. Celebrant was de Eerw. jubilaris, geassisteerd door den Zeereerw. Pater Richardus, Rector van het klooster, als diaken en den Weleerw. Pater Germanus als sub-diaken. Ceremoniarius was de Weleerw. Pater Vicarius. De plechtigheid werd met den zegen met het Allerheiligste besloten. In tegenstelling met de natuur, die gisteren slechts een sombere en naargeestige triesten dag voor ons over had, heerschte er m het klooster en de parochie de geest van Roomsche blijd schap, de geest van blijmoedige dankbaarheid, van de viering van het zilveren feest van een geacht en bemind priester. Een generale H. Communie der parochianen Vormde den schoonen inzet van dezen feestdag. Om half elf volgde de plechtige Hoogmis, op gedragen door den Eerw. jubilaris met dezelfde assistentie van den vorigen avond. Ook nu weer was het kerkgebouw dicht bezet met parochia nen. Na het Evangelie beklom de Eerw. Pater Ger manus den kansel voor het uitspreken van de feestpredikatie, waarvoor Z. Eerw. als tekst had gekozen de woorden uit het boek Ecclesiasticus: „Vreest God en hebt eerbied voor Zijne Pries ters". In zijn inleiding wees de Eerw. spr. erop, dat wy allen herinneringen bezitten van blijde dagen in ons leven, dagen, waarop weldaden en zege ningen ons deel zijn geworden. Maar geen enkele dezer zegeningen, hetzij onze eerste H. Com munie, hetzij het oogenblik waarop wij onzen levensstaat ingingen, geen enkele andere kan vergeleken worden bij de zegening, die de jubi leerende priester op dezen dag in dankbare liefde en blijdschap herdenkt. En het was voor den Eerw. spr., als orde-broeder en klasgenoot van den jubilaris, een vreugde om hierover tè mogen spreken, vooral ook, nu van de zijde der parochianen op zoo velerlei wijze blijk gegeven is van echt medeleven in dit priesterfeest. Op dit oogenblik meende de Eerw. spr. niet beter te kunnen doen, dan te spreken over de verheven waardigheid van het priesterschap. Van zichzelf zal de jubileerde priester gaarne zeggen, slecht? een onwaardige dienstknecht te zijn. maar zijn waardigheid als priester is boven elke andere verheven. Hij is de „andere Christus". Hij vervult de taak voor Christus op aarde, door den menschen den weg te toonen naar den hemel. Een andere Christus is de priester op het altaar; en hij' is het, wanneer hij het goddelijk gebod opvolgt: gaat, en on derwijst alle volken. De zegeningen van het priesterschap bege leiden ons door het leven. De priester verheft den pas-geborene tot een kind van God's vriendschap, hij helpt het vormen en ontwik kelen, zorgt voor de bijbrenging van een gods dienstige overtuiging en een levensideaal en voert het naar het altaar, naar het geluk van een vereeniging met zijn God. Hij volgt den groeienden mensch verder door het leven, zit in den biechtstoel, om, als een anderen Christus den gevallene te verheffen. Wanneer de mensch de levenstaak aanvaardt, is het de priester, die zijn zegen hierover uit spreekt. Hij is het ook, die bij de moeilijk heden des levens moed en vertrouwen in spreekt en komt dan eindelijk het oogenblik van heengaan uit deze wereld, dan is het weer de priester, die den stervende helpt om Gods eeuwigen vrede te kunnen ingaan. Daarom mogen wij den priester eeren krach tens zijn roeping en zijn toewijding. Daarom ook is er reden om ons den dag zijner uitver kiezing met blijdschap te herinneren en hem in blijdschap het Magnificat toe te zingen. Moge de jubilaris zoo eindigde de eerw. spr. nog tal van jaren arbeiden ter eere Gods en tot zegen van zeer velen. Moge zijn arbeid inderdaad die zijn van een anderen Christus en moge eenmaal het loon daarvoor evenredig zijn. Na de treffende predikatie, die met groote aandacht werd gevolgd, werd het H. Offer voortgezet. Het zangkoor voerde op zeer verdienstelijke wijze de „Missa in honorem Reginae Sacra- tissimi Rosarii uit van J. v. d. Sluis. Na de Hoogmis werd de priester-cantate van J. Haagh C.s.s.R. uitgevoerd. Nadat des middags om half drie een plechtig dank-Lof was gecelebreerd, volgde in het patro- naatsgebouw de receptie, welke zeer druk be zocht was. Allereerst werd aan de vertegenwoordigers der organisaties, waarvan de eerw. jubilaris geestelijk adviseur is, gelegenheid gegeven om hun gelukwenschen aan te bieden. Allereerst werd het woord gevoerd door den voorzitter van den R.K. Volksbond te Velsen, den heer C. P. J. Maas, die namens alle wer kende en werklooze arbeiders den jubileerenden priester huldigde, in de eerste plaats als gees telijk adviseur en priester en vervolgens als vriend van den arbeidenden stand, waarvoor de eerw. jubilaris een warme liefde en een oprecht hart toedraagt. Spr. hoopte, dat God pater Gratianus de kracht zal geven, om zijn zegenrijk werk nog lange jaren voort te zetten, tot heil van kerk en maatschappij. Achtereenvolgens werden hierna gelukwen schen aangeboden door den heer v. Geelen na mens den R.K. Volksbond, kring IJmuiden- Oost; den heer Kooiman, namens ,,St. Paulus"; den heer Remmen namens de R.K. Bakkersge zellen; den heer Leeuw namens de R.K. Me taalbewerkers; den heer Smakman namens de R.K. Hafldels- en Kantoorbedienden; mevr. A. de Rui namens den R.K. Vrouwenbond; den heer Bruinenberg namens „Herwonnen Levens kracht"; den heer Vrijhof namens de Tooneel- vereeniging; den heer Strijbosch namens, de Speeltuinvereeniging „Vrü en blij" en den heer de moeilijke tijdsomstandigheden hebben de parochianen de gelden hiervoor bijeengebracht, zoodat den jubilaris op dezen dag de fraai be werkte gewaden konden worden aangeboden. Zij zijn dezen morgen, tijdens de plechtige Hoogmis, voor het eerst gebruikt. De eerw. spr. herinnerde dan nog aan den arbeid van den eerw. jubilaris, in het sociale leven en eindigde met de hoop uit te spreken, dat pater Gratianüs nog vele jaren aan zijn werkzaam leven zal kunnen mogen toevoegen. De eerw. jubilaris dankte in hartelijke be woordingen allen, die aan dit schoone feest hebben medegewerkt. Hem was nog een ge schenk onder couvert aangeboden. Pater rector heeft hem toegestaan, om dit geschenk te ge bruiken voor de meest-getroffenen in de paro chie; voor de werkloozen. De eerw. spr. dankte ook pater Germanus, zijn vroegeren studie-genoot en eindigde met de verzekering te geven gaarne zijn beste krachten aan de parochie te zullen geven. De mededeeling, dat pater Gratianus zijn ge schenk voor de werkloozen zou bestemmen, werd met een donderend applaus begroet. Het was een spontane uiting van bewondering en eerbied en ook van dankbaarheid jegens deze geste van den jubileerenden priester, wiens, warm klop pend en meevoelend hart zich wederom niet verloochend had. Het was de oprechte uiting van bewondering voor een daad, een zoon van den Serafijnschen Vader Franciscus waardig! Met het dankwoord van den eerw. jubilaris was het officieele gedeelte van den avond ge ëindigd. Het verdere gedeelte werd op uitstekende wijze verzorgd door het duo Schmidt—-Da Vista, dat de aanwezigen den geheelen avond aangenaam bezig hield. Het strjjkje „Utile Dulci" zorgde op voor treffelijke wijze voor de muzikale opluistering. Zooals; bekend, werd de feestavond heden herhaald. Mertens namens het jongenspatronaat. Deze laatste spr. bood den eerw. jubilaris een fraaie foto aan, waarna de heer Strijbosch een miniatuur-model aanbood van het clubhuis; der speeltuinvereeniging. Het model is vervaardigd volkomen overeenkoms,tg het origineel en bo vendien zeer practisch ingericht om bij het vele administratieve werk van pater Gratianus dienst te doen. Vervaardiger van dit knappe werkstuk was de heer Dudink. Hierna werd nog het woord gevoerd door den senior der St. Jozefgezellen» den heer Anger- rr.ann, waarna de patronaatsjongens een mas sale hulde kwamen brengen. Zij boden hun ju bileerenden directeur een fraaie vereenigings- vlag aan, die onder daverend tromgeroffel werd ontrold. De eerw. jubilaris dankte getroffen voor deze huldiging en voegde hier een aansporing aan toe, om steeds trouw te blijven aan het vaandel. Van de gelegenheid om den eerw. jubilaris persoonlijk te complimenteeren, werd door een zeer groot aantal parochianen gebruik gemaakt. Voorts ontving de jubileerende priester tal van fraaie bloemstukken en schriftelijke geluk wenschen. Des avonds vond in het patronaatsgebouw een feestavond plaats ter huldiging van den eerw. jubilaris. De zaal was tot in de uiterste hoeken bezet, toen de jubileerende priester zijn intocht hield. Hij werd ontvangen met een welkomstlied, dat bij zijn binnenkomst door allen spontaan werd ingezet. Nadat de eerw. jubilaris met de leden van het eerecomité en het feestcomité op het podium had plaats genomen, nam de eerw. pater rector het woord voor het uitspreken van een korte feestrede. De eerw. spr. begon met er op te wijzen, dat er feesten zijn, die alleen wij roomschen kun nen vieren. Zulk een feest van echte roomsche blijdschap is de viering van het priesterjubilé van heden. Vijf en twintig jaar is gauw gezegd. En toch beteekenen zij zoo heel veel. Dit is dan ook voor den jubilaris een dag van dankbaarheid jegens God. Dat hebben de katholieken van IJmuiden- Oost begrepen en zij deelen allen in de feest vreugde. Er zijn zoovelen, die de zegeningen van het priesterschap niet kennen èn niet begrijpen en daarom doet het goed, dat er in onze omge ving zoovelen zijn, die dit wel doen en die het aanvoelen als een deel van hun eigen christelijk leven. Vandaar de groote belangstelling op den dag van heden. Aan dezen feestdag is een langdurige voor bereiding vooraf gegaan. Er is veel werk ver richt en een der voornaamste punten van voor bereiding was wel: een mooi geschenk. Over eenkomstig den wensch van den jubilaris moest het iets voor de kerk zijn. De keuze is gevallen op een stel misgewaden en kazuifel met dalmatieken. Niettegenstaande In de showroom van den heer M. J. C. Mol (Multifilm) alhier werd gisteravond een spe ciale persvoorstelling gegeven van enkele smal films, waaronder tevens de met een eersten prijs bekroonde werkjes van het bovengenoem de concours, waarvoor zeer veel belangstelling bestond. Dat iedereen, die in staat is, zich een smal filmapparaat aan te schaffen nog niet in staat is het naar behooren te hanteeren, bleek over duidelijk uit hetgeen we te zien kregen, doch tevens viel te constateeren, dat er onder de be zitters van deze apparaten verschillende prima cineasten schuilen wier werk zeer zeker de aan dacht verdient. Zoo was er bijvoorbeeld een inzending van Geoffrey Collyer en Horace R. Hughes uit En geland getiteld „Night scène", die reeds dade lijk bü het begin verraste ddor juistheid van weergave en zuiverheid van filmopvatting. Die onrustige lichtflikkeringen van reclamestella ges en dat schichtige verkeer in die duisternis, was werkelijk volmaakt. Het suggereerde vol komen de avondstemming van een moderne grootstad. We hadden dit alles dan ook graag in het verdere gedeelte van deze film willen terugvinden, d.w.z. meer gedegen uitgewerkt en ook meer in het kader van dat beeld passend. Het vervolg, dat bestond uit een toonen van avond-genoegens van enkele menschen, was hoewel op zichzelf goed, toch slechts een ver liezen in détails, terwijl het begin de volledige stad met alles wat daarbij annex is, om vatte. Of dat de oorzaak geweest is, dat deze film de derde prijs werd toegekend, weten we niet, doch naar ons inzien lijkt ons deze plaats volkomen onverdiend. Dit valt te meer op wanneer mer. daarnaast een hope loos geval als „Nuages" een product uit België van John A. van Hemelrijck en Sam Polyat- chek een tweeden prijs ziet toegekend. We heb ben een schipper gezien met zijn dochter en haar vrijer nog enkele schippers en een paar vrouwen, en over dit alles hingen soms magere soms dikbuikige wolken, daartusschen door wat ruzie, gekif en nog wat, maar de hemel mag weten wat deze haché van beelden eigenlijk te beteekenen had. De eerste prijs (en nu hebben we het nog steeds over de 16 m.M. films met scenario) viel aan J. Lemare en J. Valdts (Frankrijk) ten deel voor hun film week-end, de langste van het heele programma. De film werd met geluid vertoond en het geheel nog al tamelijk ponti ficaal opgediend. Er kwamen verschillende zeer goede dingen in voor, al herinnerden enkele daarvan tamelijk sterk aan René Clair. Vooral aan het eind werd een Grand Guignol-achtige spanning bereikt, door een raak gebruik van de camera en een goede montage. Het Week-end zelf was tamelijk onbenullig en verder is het ons een raadsel waarom de jongeman juist in het diepste van het kasteel zijn weddenschap ging botvieren. Van de 16 m.M. klasse documentaire, behaal den A. Carré en Scheffer te Rotterdam een wel verdienden eersten prijs, met „De Straat." Het is de straat zooals iedere stedeling die kent, al- Ivy bewaarde zorgvuldig wat haver mout in een groote houten trommel, maar Freddy Vrijdag en anderen lie ten vaak het deksel open, waarover Ivy zich altijd heel boos maakte. Op een dag wilde Ivy wat haver mout gaan halen, toen zij eenige wil de eenden haastig uit de trommel zag opvliegen, waarvan het deksel wéér openstond. „Daar heeft iemand weer vergeten, de trommel dicht te doen," jammerde Ivy, „en nu hebben die eenden na tuurlijk mijn havermout opgegeten." Ivy maakte zich hoe langer hoe boozer, omdat Freddy het deksel weer open gelaten had, maar de zeeman liet haar "zien, dat de eenden zeven eieren in de havermout gelegd had den. „Ik vind het zoo erg niet, als iemand wat havermout opeet, en er zeven eieren voor in de plaats geeft, en jij Robbie?" „Neen," zei Robbie, „ik houd zelfs heel wat meer van versche eieren, dan van havermout." (Morgenavond vervolg thans eens of meerdere malen gezien heeft. De straat met al haar lief en leed en haar da- gelijksche bevolking. Nauwkeurig hebben de makers de straat geobserveerd en het resultaat daarvan vastgelegd. Er zit een juiste vaart en gang in evenals in het leven op de straat zelf. Den 2en prijs behaalden John en Dorothy Rid ley met Behind the scenes een film a la Mol, doch minder doorwrocht en betrekkelijk onsa menhangend. In 9.5 mM. scenario klasse behaalde Frank rijk wederom den eersten prijs met Vendetta van M. Machabert, Le Puy (Het Loire) een al- lereigenaardigste primitieve film, met een ne gentiende eeuwsche komiekerigheid. De groot ste verdienste van de makers is, dat zij in dezen tijd van modemisme op filmgebied, met een blij gezicht dit gevalletje maakten en aanbo den. De 2e prijs kreeg Engeland met Nightmare en den 3den Hongarije met Nur em Traum van den amateur Mozgofenykipezök Egyesülete uit Boedapest. Van de documentaire 95 m.M. klasse werd Holland 1 met Werkdag van K. van Vliet, Frankrijk 2e met Bonjour Paris van Josep Gal- ceran en 3e Joego Slavië met Plitvicer Seen van Dr. Max Paspa. Nog werden er een tweetal Duitsche filmpjes vertoond o.a. „Diebstahl, verdachtigt wird..?" en „Hanschen auf dem Autofriedhof," die beide welverdiend geen prijs kregen. L. V. (Ingezonden mededeeling.) De secretaris van het Uitvoerend Comité der Vrienden van de H. O. V. schrijft ons: Het doet ons goed ook buiten ons Uitvoerend Comité een sympathiek geluid te mogen hoo- ren, dat wij hier laten volgen: Voor het behoud der H. 9. V.! Eerst, wanneer men iets niet meer heeft, be seft men wat men gehad heeft. Laten' wij eens nu op dit oogenblik beseffen, wat wij bezitten in de H. O. V. en het niet zóóver laten komen, dat het onherroepelijk te laat is. Aanvankelijk leek het onmogelijk te kunnen slagen, maar nu de termijn voor kaartverkoop tot 15 Februari a.s. verlengd is, kunnen wij overwinnen, wij allen, Haarlemmers, mits wij de handen ineenslaan en allen bereid zijn te willen medewerken. Beroepsmusici, muziekbeoefenaren en V hebbers, gij allen, die zult moeten constatee ren, dat de H. O. V. een instituut is. dat eeu belang heeft voor onze stad en omliggende ge meenten, zoudt gij niet allen zelf willen probee- ren in eigen vrienden- en kennissenkring, b.v. 10, 20, 30, 50 kaarten aan den man te brengen? Gij hebt maar op te bellen één der nummers 12699, 12433, 12049 en een uur later hebt gij de kaarten in depót aan huis.. Laten wij ons nu eens actief en belangstel lend betoonen in plaats van laks en lauw. Laten wij kunnen zeggen: in twee maanden tijds is de overwinning ons! Het Algemeen Ondersteuningsfonds voor toonkunstenaars (A.O.V.T.) te Amsterdam slaagde in een half jaar tijds met een verloting van 25000 loten f 1, over het geheele land. Laat ons, Haarlemmers, het record slaan en met 20.000 kaarten a 1 met recht op een concert, in slechts twee maanden tijds het be houd van onze H. O. V. verzekeren. Op hoop van zegen dan aan het werk! Mevr. J. Verkruijsenvan Vladeracken. Wij zijn mevrouw Verkruijsen zeer dankbaar voor dit sympathiek en opwekkend woord. Dergelijke steun is onzer Commissie uiter aard zeer welkom. Hij kan niet anders dan aan onze actie kracht bijzetten, haar verstegen en verlevendigen. Den geheelen dag door worden aan de inge zetenen van Haarlem en omliggende gemeen ten de couverts geschreven, waarin de reeds vroeger gepubliceerde, door de 3 Commissie leden eigenhandig onderteekende. circulaire om een gift ten bate van het behoud onzer H.O.V. en verzonden. Stort uwe bijdrage op Postrekening 142822, Haarlem! Door verschillenden zijn wij opgebeld, die ons vroegen: Op wiens naam is dat? Dat is op naam van Mr. A. Beets, Houtplein 8, onzen penningmeester. Ook wordt ons gevraagd: hoe staat het toch met de 20.000 één-guldenskaarten? Dat is na tuurlijk niet zoo gemakkelijk nog te zeggen, daar alles in volle circulatie en actie is. Wel kunnen wij mededeelen, dat onze pen ningmeester over de 10.000 reeds heeft uitge geven en dat de verkoop schitterend gaat. Steeds meer dames en heeren komen zich dagelijks aanmelden om zich met den verkoop te belasten. Oók de orkestleden der H. O. V. gaan zich nu in de groote actie werpen. Wij hebben dezen algemeenen indruk: wan neer er intensief gewerkt wordt, dan offeren de Haarlemmers en bewoners der buitengemeenten gaarne hun gulden om de H. O. V. te redden. 15 Februari maken wij de eindrekening. Wij zijn optimist. MERK Gelijk men weet, zal de Vaticaansche sterre wacht van de Citta del Vaticano binnenkort worden verplaatst naar Castel Gandolfo, de bekende villa des Pausen. Over deze verplaatsing en de inrichting van het nieuwe observatorium deelt Pater Stein in de Januari-aflevering van „Studiën" een en ander mede. Binnen twee jaar zal de Pauselijke Sterre wacht die voor haar kijkers twee koepels van resp. 8 en 8K M. inwendige middellijn krijgt een voor haar doel en omvang volledige uitrus ting ontvangen volgens de nieuwste eischen der wetenschap. De visueele kijker uit Rome wordt door Zeiss nieuw gemonteerd en zal worden opgesteld op den trappentoren van Castel Gandolfo, terwijl dezelfde firma opdracht kreeg voor de levering van een fotografischen kijker. Dit zal geen dubbelkijker zijn, bestaande uit twee identieke astrografen, doch in plaats van een dezer zaï een spiegelkijker komen, waardoor het instru ment aan veelzijdigheid wint. Deze fotografi sche kijker krijgt zijn plaats op het Noord- Oostelijk gedeelte van het kasteelterras, van welks hoogte, 430 M. boven de zee, men naar alle zijden een prachtig vrij uitzicht geniet. Beide kijkers worden voorzien van een elec- trisch drijfwerk met seconde-contróle. Een hoogst belangrijke uitbreiding van de sterrewacht vormt het astrophysisch laborato rium, dat zal komen te staan onder leiding van Pater Ab. Gatterer S.J., tot heden professor aan de Universiteit te Innsbruck. Het doel daarvan is door quantitatieve en qualitatieve spectra al- onderzoekingen een bijdrage te leveren tot ver klaring der met kijkers en as trograaf waarge nomen verschijnselen. Daarbij wordt niet zoozeer beoogd, uit te ma ken, uit welke elementen de kosmische lichamen zijn samengesteld, als wel inzicht te krijgen in sche materie (dichtheid, druk, temperatuur, ionisatie, enz.). In het laboratorium tracht men daarom door methodische wijziging van den physischen toestand der stoffen deze zóó te doen lichten, dat hun spectrum overeenstemt met het waargenomene aan den hemel. Bijzonder zal de aandacht gewyö worden aan kwesties aangaande den bouw en de samenstel ling der atmosfeer van sterren en planeten, en de emissie van metastabiele atomen in de lich tende kosmische nevels. Een ander punt van t program is het spectrale onderzoek der col lectie meteorieten van de Sterrewacht, om zoo mogelijk den fijneren bouw der kosmische ele menten uit te vorschen en o.a. het betrekkelijk aantal der isotope componenten in aardsche en kosmische stoffen onderling te vergelijken. Verder zal er een uitgebreid onderzoek worden ingesteld omtrent de spectrale emissie van zulke gasmengsels, als van bijzonder belang zijn uit astrophysisch oogpunt. Langs foto-chemischen weg zal worden gezocht naar geschikte methe den en sensibilisatoren, om de fotografische op name der donkere wolken van P. Hagen met den nieuwen spiegelkijker mogelijk te maken. TOKIO, 7 Jan. (Reuter) Het Japansche leger zal dit jaar luchtmanoeuvres houden, zoo groot als nog nimmer hebben plaatsge had. De geheele militaire luchtvloot zal worden gemobiliseerd; ook de leden van de lucht vaart-scholen zullen deelnemen aan de oefe ningen, die boven het dichtbevolkte gebied van Centraal-Japan zullen worden gehouden. De militaire autoriteiten zullen de bevolking oproepen aan de oefeningen deel te nemen door hun huizen en steden te beschermen te gen de aanvallen van „vijandelijke" vliegtui gen, die brandende bommen zullen neerwer pen. De Japansche oorlogsmarine zal in het begin van den zomer de speciale manoeuvres houden, die eens in de vijf jaar plaats hebben in het Westelijk deel van den Stillen Oceaan. Bij deze oefeningen zullen de nieuwe marine vliegtuigen en de nieuwe kruisers aan speciale proefnemingen worden onderworpen. De marine-bevelhebbers zullen tevens on derzoeken hoe zij kunnen optreden tegen een vijandelijke vloot, die zou trachten Japan te bereiken en aan te vallen. BOEKAREST, 7 Jan. (Reuter.) De bladen alhier zijn vandaag met extra-edities versche nen, in verband met de geruchten over moei lijkheden van het kabinet-Maniu. De minister van Binn. Zaken had namelijk den koning voorgesteld, den hoofdcommissaris van politie te Boekarest en den commandant der gendarmerie uit him functies te ontzetten, daar zij zonder toestemming der regeering di verse maatregelen hadden getroffen. Koning Carol heeft aan dit verzoek echter geen ge volg willen geven, waarin het kabinet een uiting van wantrouwen ziet, zoodat het zich met den minister van Binn. Zaken solidair heeft ver klaard. Tot Titulescu, den minister van Buit. Zaken, die zich op het oogenblik in het buiten land bevindt, werd het verzoek gericht, onver wijld naar Roemenië terug te keeren. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii fEUlLLETON aiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiimiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiii; 1 De zware teakhouten deur ging zachtjes open en een Europeesche dienstbode trad, met een dienblad in de hand, de eetzaal binnen. Aan de tafel, waarboven een groote neerhangende waaier in rhythmisch-balanceerende beweging een aangename koelte verspreidde, zaten drie personen te wachten op de lunch, of, zooals men daarginds in Britsch-Indië zegt, de „tiffin". Het waren een jonge vrouw en twee lieve, mooie kindertjes, haar kinderen: een jongen en een meisje. „Wat ben je vandaag laat, Ketty!" riep de jeugdige moeder. „Patrick en Mary zien scheel van den honger en ik zelf heb al meer dan 'n half uur flinken trek...." Deze op vriendelijken toon uitgesproken be risping liet de persoon, tot wie ze gericht werd, blijkbaar volkomen koud. Zij begon te lachen en antwoordde op een toon van vertrouwelijke toegenegenheid, zooals men die bij een of anderen „dienstbaren geest" die „zoo goed als van de familie is", wel meer aantreft: „Ik ben van de stad in gestrekten draf hierheen gereden enik breng de post meê. Ja, mevrouw, de post brieven uit dat akelige land van de Afridis, waar meneer tegen de oproerlingen aan het vechten is, en waar mijn vader wel niet vecht, maar doedel zak voor hem speelt Bij die woorden sprongen de beide kinderen op „een brief van papa! een brief van papal" „Dank je wel, Ketty!" „Ik hoop daarom, dat mevrouw het me niet kwalijk neemt, dat ik wat laat ben en dat mijn heer Patrick en miss Mary niet boos op me zijn, omdat ik hen „scheel heb laten zien" van den honger. Zonder een antwoord af te wachten zette. Ketty het dienstblad neer op de tafel, die nu een verzameling te zien gaf van allerlei kran ten, brieven en eetwaren. Zij verwijderde zich haastig, terwijl de jonge vrouw en de kinderen met zenuwachtig-bevende handen het pakje openmaakten, dat een brief bevatte van den dierbaren afwezige. Men kan die ontroering begrijpen, als men denkt aan de gevaren, ontketend door dien verwoeden oorlog die jaren geleden ontbrand was op de grenzen van Britsch-Indië en Afghanistan, een afschuwelijken oorlog, zon der roem en zonder menscheüjk mededoogen, een strijd tusschen moderne Britsche wapen- taktiek en wapengeweld eenerzijds en inboor- lingen-fanatisme van den anderen kant, een strijd, die in dat ontzaglijk uitgestrekte land thans, in de dagen van Ghandi, nóg niet ge heel tot rust gekomen is, maar die voortduurt door de dreigende handhaving van Engeland's militaire overmacht tegen rumoerige betoogin gen van inlanders, nu en dan afgewisseld door politieke misdaden: spoorwegaanslagen, moor den, enz. Hetzelfde vuur dat thans nog altijd smeult, sloeg destijds, in de dagen waarin ons verhaal speelt, in laaien brand uit. De moeder hield de dikke, vierkante, mas sieve enveloppe in de hand en wierp, alvorens ze te openen, een blik vol teederheid op een groot portret-ten-voeten-uit. voorstellende een hoofdofficier van het regiment der Gordon- Hooglanders, 'n prachtsoldaat van omstreeks veertig jaren, het hoofd van dit huisgezin. Er kwamen tranen in hare oogen en een lichte zenuwtrekking teekende zich af op haar gelaat, welks zachte schoonheid en bekoring ender den invloed van dit verschrikkelijk kli maat nog niet had geleden. De beide kinderen ontstelden en grepen hare handen: „Mama, weent u?" „Ja, kindertjes! Maar het zijn tranen, die mij goed doen." Zooals die drie daar bij elkaar zijn vormen zij een allerbekoorlijkst beeld van gezondheid, kracht, geluk en liefde. De groote slanke figuur der moeder met haar bruin-blond haar doet h«-»T veeleer op een oudere zuster gelijken. Zij vertoont dezelfde gelaatstrekken als haar zoon, een reeds flink ontwikkelde jongeman, terwijl het meisje een frappante gelijkenis heeft met den officier dezelfde groote blauwe oogen en blonde haren, dezelfde kalme en be sliste gelaatsuitdrukking, maar getemperd, ver zacht door een vrouwelijke gratie. Patrick is veertien jaar, zijn zuster Mary even vijftien. Geen van deze drie denkt nu meer aan de lunch, die daar onaangeroerd blijft staan op de tafel, ónder den reusachtigen waaier of „pan- ka," die voortdurend in beweging wordt gehou den door een bediende achter het kamerschut. Door de groote opene vensters, omrankt met lianen en orchideeën, heeft men uitzicht op het park met zijn onder groen en bloemen bijna schuil gaand prieel in het midden. Dat park is een paradijsje: kleine grasvelden van frisch groen, zandpaadjes, manden met veelkleurige bloemen, palmboompjes, geweldige bamboe, bananenboomen met hun satijnen bladeren, een magnifieke vijgenboom, ontelbare planten en gewassen, kortom: een mengeling van wilde pracht en modernen tuinaanleg, een Engelsch park met de grandioze schoonheid der tropen. Heel in de verte de Hoegli, het westelijk ge deelte var. den Ganges-driehoek; men kan er de schepen zien varen en onderscheidt ook dui delijk den grooten weg naar Calcutta. In het rond overal villa's van de aristocratische wijk Garden Reach, waar, ver van het gedruisoh der groote stad, de ambtenaren wonen en de offi cieren en verschillende voorname personen uit de groot-industrie en de financie-wereld. In de schaduwrijke gedeelten van den tuin, onder de veranda's en door de met leien geplaveide gan gen wandelen tal van Hindoe-bedienden, die nooit haast hebben. Er zijn er hier tien om drie personen te bedienen of liever: om in dienst van die drie personen te luilakken, behalve misschien de Malabarsche koetsier, 'n groote kerel met geweldigen knevel, 'n Zigeunertype, zwart, raadselachtig. Ondanks deze schijnbare en overigens zeer beperkte luxe voedsel en loon van deze met hun vrijen tijd geen raad wetende bedienden zijn bij het schriele af behoort de familie niet tot de gefortuneerde. Majoor Lennox is van adel en arm als 'n Schot. Een zijner voorvaderen was Charles Lennox, hertog van Richmond, zoon van ko ning Karei n van Engeland en Louise de Ké- roualle. Hij zou eigenlijk het recht hebben op een zetel in het Hoogerhuis, maar zijn hopeloos ongezonde financiën veroorloven hem dit niet. Vandaar dat Charles Edward Lennox, laatste hertog van Richmond in de Schotsche linie een voudig majoor is bij het regiment Gordon- Hooglanders en dienst doet in den veldtocht in Britsch-Indië tegen de oproerige Afridis. Hij heeft alleen zijn soldij, twaalfduizend gul den, in Hollandsch geld berekend, juist ge noeg, voor hem en zijn gezin, om er daarginds van te leven. Hij is getrouwd met een mooi jong meisje, eveneens van adel, even arm als hij, en die hem deze twee kinderen heeft geschonken, Patrick en Mary, hun trots en hun vreugde. Het ver- schrikkehjke Indische klimaat heeft hen altijd gespaard; zij zijn geestelijk hoog-ontwlkkeld, zij hebben elkaar innig hef en ondanks hun ge brek aan ruime stoffelijke middelen gevoelen zij zich gelukkig, zóó gelukxig om er, bij tijd en wijle, beangst van te worden. Zachtjes, met 'n soort van verteederden eer bied, heeft de jonge moeder de enveloppe ge opend: er vallen tal van blaadjes uit, fijn be schreven, de regels dicht cp elkaar, met dwars- regels en regels op de boven- en zijkanten, alles om plaats te winnen. Op een van deze blaadjes is met groote zorg een schets geteekend, 'n plan, 'n plattegrond met allerlei verwijzingen, stippellijnen, pijltjes enz. Daaronder eenige woorden die de vrouw van den majoor groote oogen doen opzetten: „Berg dit stukje papier goed weg, bewaar het zorgvuldig en ontdoe u ervan tot geen enkelen prijs. Het bevat de toekomst en het fortuin van onze kinderen." „Vreemd!" prevelt zij. .Daten we eens zien, kindertjes, wat papa ons stuurt." Geen van drieën schijnt aan dat papiertje veel waarde te hechten, ondanks het zwaar wichtige bijschrift. In hun jeugdige geestdrift en liefde zouden zij wel tienmaal het beloofde fortuin willen ge ven voor den brief van hun dierbaren afwezige. „Voorlezen, mama. voorlezen," riepen de bei de kinderen, terwijl hun hartjee klopten van nieuwsgierigheid. (Wordt vervolgd) t

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 3