STADSNIEUWS
ZADELHOFF
ff W
GELDERSCHE
ROOKWORST
De Vaticaansche
sterrewacht
Oorlogstoerusting
in Japan
I HET j
j GROOTE I
AVONTUUR
ld
ROBINSON CRUSOE'S AVONTUREN
Dié goeie ROBINSONschoen voor
Vader en Zoon
MAANDAG 9 JANUARI
Vloot den Oceaan op
Een Kabinetscrisis in
Roemenië
ZILVEREN PRIESTERFEEST
Pater Gratianus O.M.C.
De ontvangst
De feestdag
Receptie
Jubilé-avond
NEDERLANDSCHE
SMALFILMLIGA
2e Internationaal Concours
OM HET BEHOUD DER H.O.V.!
Een sympathiek geluid
Het Uitvoerend Comité
werkt constant door
De één-guldenskaarten
INDERDAAD IETS FIJNS
De luchtmanoeuvres zullen dit jaar
ongekend groot zijn
s s
Het zilveren priesterfeest van den Weleerw.
Pater Gratianus, van de orde der Paters Capu-
cijnen te IJmuiden-Oost, is gisteren op luister
rijke wijze gevierd. Maandenlang heeft het
feestcomité, gevormd uit de parochianen van
IJmuiden-Oost, een prijzenswaardige activiteit
aan den dag gelegd om van dit jubileum een
echt Roomsch feest te maken en zij is daarin
prachtig geslaagd.
De devote kloosterkerk aan den Engelmun-
dusweg was onder deskundige leiding smaakvol
versierd, terwijl het altaar met een schat van
bloemen en planten was omgeven.
Zaterdagavond had in de kerk de plechtige
ontvangst van den Eerw. jubilaris plaats. Toen
de jubileerende priester het hem zoo vertrou
wende Godshuis binnenschreed, voorafgegaan
door een stoet van bruidjes en misdienaars,
waarbij zich een groep jonge wachters, het eere
en uitvoerend comité hadden aangesloten, werd
hem door de talrijk opgekomen parochianen
een welkomstlied toegezongen.
Bij het betreden van het altaar zette het
zangkoor, 'onder leiding van den heer P. C.
Grimbergen, het plechtig vierstemmig „Veni
Creator" van Pr. Eyspink in, waarna het plech
tig Lof een aanvang nam. Celebrant was de
Eerw. jubilaris, geassisteerd door den Zeereerw.
Pater Richardus, Rector van het klooster, als
diaken en den Weleerw. Pater Germanus als
sub-diaken. Ceremoniarius was de Weleerw.
Pater Vicarius.
De plechtigheid werd met den zegen met het
Allerheiligste besloten.
In tegenstelling met de natuur, die gisteren
slechts een sombere en naargeestige triesten dag
voor ons over had, heerschte er m het klooster
en de parochie de geest van Roomsche blijd
schap, de geest van blijmoedige dankbaarheid,
van de viering van het zilveren feest van een
geacht en bemind priester.
Een generale H. Communie der parochianen
Vormde den schoonen inzet van dezen feestdag.
Om half elf volgde de plechtige Hoogmis, op
gedragen door den Eerw. jubilaris met dezelfde
assistentie van den vorigen avond. Ook nu weer
was het kerkgebouw dicht bezet met parochia
nen.
Na het Evangelie beklom de Eerw. Pater Ger
manus den kansel voor het uitspreken van de
feestpredikatie, waarvoor Z. Eerw. als tekst had
gekozen de woorden uit het boek Ecclesiasticus:
„Vreest God en hebt eerbied voor Zijne Pries
ters".
In zijn inleiding wees de Eerw. spr. erop, dat
wy allen herinneringen bezitten van blijde dagen
in ons leven, dagen, waarop weldaden en zege
ningen ons deel zijn geworden. Maar geen enkele
dezer zegeningen, hetzij onze eerste H. Com
munie, hetzij het oogenblik waarop wij onzen
levensstaat ingingen, geen enkele andere kan
vergeleken worden bij de zegening, die de jubi
leerende priester op dezen dag in dankbare
liefde en blijdschap herdenkt. En het was voor
den Eerw. spr., als orde-broeder en klasgenoot
van den jubilaris, een vreugde om hierover tè
mogen spreken, vooral ook, nu van de zijde der
parochianen op zoo velerlei wijze blijk gegeven
is van echt medeleven in dit priesterfeest.
Op dit oogenblik meende de Eerw. spr. niet
beter te kunnen doen, dan te spreken over de
verheven waardigheid van het priesterschap.
Van zichzelf zal de jubileerde priester gaarne
zeggen, slecht? een onwaardige dienstknecht te
zijn. maar zijn waardigheid als priester is
boven elke andere verheven. Hij is de „andere
Christus". Hij vervult de taak voor Christus op
aarde, door den menschen den weg te toonen
naar den hemel. Een andere Christus is de
priester op het altaar; en hij' is het, wanneer
hij het goddelijk gebod opvolgt: gaat, en on
derwijst alle volken.
De zegeningen van het priesterschap bege
leiden ons door het leven. De priester verheft
den pas-geborene tot een kind van God's
vriendschap, hij helpt het vormen en ontwik
kelen, zorgt voor de bijbrenging van een gods
dienstige overtuiging en een levensideaal en
voert het naar het altaar, naar het geluk van
een vereeniging met zijn God.
Hij volgt den groeienden mensch verder door
het leven, zit in den biechtstoel, om, als een
anderen Christus den gevallene te verheffen.
Wanneer de mensch de levenstaak aanvaardt,
is het de priester, die zijn zegen hierover uit
spreekt. Hij is het ook, die bij de moeilijk
heden des levens moed en vertrouwen in
spreekt en komt dan eindelijk het oogenblik
van heengaan uit deze wereld, dan is het weer
de priester, die den stervende helpt om Gods
eeuwigen vrede te kunnen ingaan.
Daarom mogen wij den priester eeren krach
tens zijn roeping en zijn toewijding. Daarom
ook is er reden om ons den dag zijner uitver
kiezing met blijdschap te herinneren en hem
in blijdschap het Magnificat toe te zingen.
Moge de jubilaris zoo eindigde de eerw.
spr. nog tal van jaren arbeiden ter eere
Gods en tot zegen van zeer velen. Moge zijn
arbeid inderdaad die zijn van een anderen
Christus en moge eenmaal het loon daarvoor
evenredig zijn.
Na de treffende predikatie, die met groote
aandacht werd gevolgd, werd het H. Offer
voortgezet.
Het zangkoor voerde op zeer verdienstelijke
wijze de „Missa in honorem Reginae Sacra-
tissimi Rosarii uit van J. v. d. Sluis. Na de
Hoogmis werd de priester-cantate van J. Haagh
C.s.s.R. uitgevoerd.
Nadat des middags om half drie een plechtig
dank-Lof was gecelebreerd, volgde in het patro-
naatsgebouw de receptie, welke zeer druk be
zocht was.
Allereerst werd aan de vertegenwoordigers
der organisaties, waarvan de eerw. jubilaris
geestelijk adviseur is, gelegenheid gegeven om
hun gelukwenschen aan te bieden.
Allereerst werd het woord gevoerd door den
voorzitter van den R.K. Volksbond te Velsen,
den heer C. P. J. Maas, die namens alle wer
kende en werklooze arbeiders den jubileerenden
priester huldigde, in de eerste plaats als gees
telijk adviseur en priester en vervolgens als
vriend van den arbeidenden stand, waarvoor de
eerw. jubilaris een warme liefde en een oprecht
hart toedraagt.
Spr. hoopte, dat God pater Gratianus de
kracht zal geven, om zijn zegenrijk werk nog
lange jaren voort te zetten, tot heil van kerk
en maatschappij.
Achtereenvolgens werden hierna gelukwen
schen aangeboden door den heer v. Geelen na
mens den R.K. Volksbond, kring IJmuiden-
Oost; den heer Kooiman, namens ,,St. Paulus";
den heer Remmen namens de R.K. Bakkersge
zellen; den heer Leeuw namens de R.K. Me
taalbewerkers; den heer Smakman namens de
R.K. Hafldels- en Kantoorbedienden; mevr.
A. de Rui namens den R.K. Vrouwenbond; den
heer Bruinenberg namens „Herwonnen Levens
kracht"; den heer Vrijhof namens de Tooneel-
vereeniging; den heer Strijbosch namens, de
Speeltuinvereeniging „Vrü en blij" en den heer
de moeilijke tijdsomstandigheden hebben de
parochianen de gelden hiervoor bijeengebracht,
zoodat den jubilaris op dezen dag de fraai be
werkte gewaden konden worden aangeboden. Zij
zijn dezen morgen, tijdens de plechtige Hoogmis,
voor het eerst gebruikt.
De eerw. spr. herinnerde dan nog aan den
arbeid van den eerw. jubilaris, in het sociale
leven en eindigde met de hoop uit te spreken,
dat pater Gratianüs nog vele jaren aan zijn
werkzaam leven zal kunnen mogen toevoegen.
De eerw. jubilaris dankte in hartelijke be
woordingen allen, die aan dit schoone feest
hebben medegewerkt. Hem was nog een ge
schenk onder couvert aangeboden. Pater rector
heeft hem toegestaan, om dit geschenk te ge
bruiken voor de meest-getroffenen in de paro
chie; voor de werkloozen.
De eerw. spr. dankte ook pater Germanus,
zijn vroegeren studie-genoot en eindigde met
de verzekering te geven gaarne zijn beste
krachten aan de parochie te zullen geven.
De mededeeling, dat pater Gratianus zijn ge
schenk voor de werkloozen zou bestemmen, werd
met een donderend applaus begroet. Het was
een spontane uiting van bewondering en eerbied
en ook van dankbaarheid jegens deze geste van
den jubileerenden priester, wiens, warm klop
pend en meevoelend hart zich wederom niet
verloochend had.
Het was de oprechte uiting van bewondering
voor een daad, een zoon van den Serafijnschen
Vader Franciscus waardig!
Met het dankwoord van den eerw. jubilaris
was het officieele gedeelte van den avond ge
ëindigd.
Het verdere gedeelte werd op uitstekende wijze
verzorgd door het duo Schmidt—-Da Vista, dat
de aanwezigen den geheelen avond aangenaam
bezig hield.
Het strjjkje „Utile Dulci" zorgde op voor
treffelijke wijze voor de muzikale opluistering.
Zooals; bekend, werd de feestavond heden
herhaald.
Mertens namens het jongenspatronaat.
Deze laatste spr. bood den eerw. jubilaris een
fraaie foto aan, waarna de heer Strijbosch een
miniatuur-model aanbood van het clubhuis; der
speeltuinvereeniging. Het model is vervaardigd
volkomen overeenkoms,tg het origineel en bo
vendien zeer practisch ingericht om bij het vele
administratieve werk van pater Gratianus dienst
te doen. Vervaardiger van dit knappe werkstuk
was de heer Dudink.
Hierna werd nog het woord gevoerd door den
senior der St. Jozefgezellen» den heer Anger-
rr.ann, waarna de patronaatsjongens een mas
sale hulde kwamen brengen. Zij boden hun ju
bileerenden directeur een fraaie vereenigings-
vlag aan, die onder daverend tromgeroffel werd
ontrold.
De eerw. jubilaris dankte getroffen voor deze
huldiging en voegde hier een aansporing aan
toe, om steeds trouw te blijven aan het vaandel.
Van de gelegenheid om den eerw. jubilaris
persoonlijk te complimenteeren, werd door een
zeer groot aantal parochianen gebruik gemaakt.
Voorts ontving de jubileerende priester tal
van fraaie bloemstukken en schriftelijke geluk
wenschen.
Des avonds vond in het patronaatsgebouw
een feestavond plaats ter huldiging van den
eerw. jubilaris.
De zaal was tot in de uiterste hoeken bezet,
toen de jubileerende priester zijn intocht hield.
Hij werd ontvangen met een welkomstlied, dat
bij zijn binnenkomst door allen spontaan werd
ingezet.
Nadat de eerw. jubilaris met de leden van het
eerecomité en het feestcomité op het podium
had plaats genomen, nam de eerw. pater rector
het woord voor het uitspreken van een korte
feestrede.
De eerw. spr. begon met er op te wijzen, dat
er feesten zijn, die alleen wij roomschen kun
nen vieren. Zulk een feest van echte roomsche
blijdschap is de viering van het priesterjubilé
van heden.
Vijf en twintig jaar is gauw gezegd. En toch
beteekenen zij zoo heel veel. Dit is dan ook voor
den jubilaris een dag van dankbaarheid jegens
God. Dat hebben de katholieken van IJmuiden-
Oost begrepen en zij deelen allen in de feest
vreugde. Er zijn zoovelen, die de zegeningen van
het priesterschap niet kennen èn niet begrijpen
en daarom doet het goed, dat er in onze omge
ving zoovelen zijn, die dit wel doen en die het
aanvoelen als een deel van hun eigen christelijk
leven. Vandaar de groote belangstelling op den
dag van heden.
Aan dezen feestdag is een langdurige voor
bereiding vooraf gegaan. Er is veel werk ver
richt en een der voornaamste punten van voor
bereiding was wel: een mooi geschenk. Over
eenkomstig den wensch van den jubilaris moest
het iets voor de kerk zijn.
De keuze is gevallen op een stel misgewaden
en kazuifel met dalmatieken. Niettegenstaande
In de showroom van den heer M. J. C. Mol
(Multifilm) alhier werd gisteravond een spe
ciale persvoorstelling gegeven van enkele smal
films, waaronder tevens de met een eersten
prijs bekroonde werkjes van het bovengenoem
de concours, waarvoor zeer veel belangstelling
bestond.
Dat iedereen, die in staat is, zich een smal
filmapparaat aan te schaffen nog niet in staat
is het naar behooren te hanteeren, bleek over
duidelijk uit hetgeen we te zien kregen, doch
tevens viel te constateeren, dat er onder de be
zitters van deze apparaten verschillende prima
cineasten schuilen wier werk zeer zeker de aan
dacht verdient.
Zoo was er bijvoorbeeld een inzending van
Geoffrey Collyer en Horace R. Hughes uit En
geland getiteld „Night scène", die reeds dade
lijk bü het begin verraste ddor juistheid van
weergave en zuiverheid van filmopvatting. Die
onrustige lichtflikkeringen van reclamestella
ges en dat schichtige verkeer in die duisternis,
was werkelijk volmaakt. Het suggereerde vol
komen de avondstemming van een moderne
grootstad. We hadden dit alles dan ook graag
in het verdere gedeelte van deze film willen
terugvinden, d.w.z. meer gedegen uitgewerkt en
ook meer in het kader van dat beeld passend.
Het vervolg, dat bestond uit een toonen van
avond-genoegens van enkele menschen, was
hoewel op zichzelf goed, toch slechts een ver
liezen in détails, terwijl het begin de volledige
stad met alles wat daarbij annex is, om
vatte. Of dat de oorzaak geweest is, dat
deze film de derde prijs werd toegekend,
weten we niet, doch naar ons inzien lijkt
ons deze plaats volkomen onverdiend. Dit valt
te meer op wanneer mer. daarnaast een hope
loos geval als „Nuages" een product uit België
van John A. van Hemelrijck en Sam Polyat-
chek een tweeden prijs ziet toegekend. We heb
ben een schipper gezien met zijn dochter en
haar vrijer nog enkele schippers en een paar
vrouwen, en over dit alles hingen soms magere
soms dikbuikige wolken, daartusschen door wat
ruzie, gekif en nog wat, maar de hemel mag
weten wat deze haché van beelden eigenlijk te
beteekenen had.
De eerste prijs (en nu hebben we het nog
steeds over de 16 m.M. films met scenario) viel
aan J. Lemare en J. Valdts (Frankrijk) ten deel
voor hun film week-end, de langste van het
heele programma. De film werd met geluid
vertoond en het geheel nog al tamelijk ponti
ficaal opgediend. Er kwamen verschillende zeer
goede dingen in voor, al herinnerden enkele
daarvan tamelijk sterk aan René Clair. Vooral
aan het eind werd een Grand Guignol-achtige
spanning bereikt, door een raak gebruik van de
camera en een goede montage. Het Week-end
zelf was tamelijk onbenullig en verder is het
ons een raadsel waarom de jongeman juist in
het diepste van het kasteel zijn weddenschap
ging botvieren.
Van de 16 m.M. klasse documentaire, behaal
den A. Carré en Scheffer te Rotterdam een wel
verdienden eersten prijs, met „De Straat." Het
is de straat zooals iedere stedeling die kent, al-
Ivy bewaarde zorgvuldig wat haver
mout in een groote houten trommel,
maar Freddy Vrijdag en anderen lie
ten vaak het deksel open, waarover
Ivy zich altijd heel boos maakte.
Op een dag wilde Ivy wat haver
mout gaan halen, toen zij eenige wil
de eenden haastig uit de trommel zag
opvliegen, waarvan het deksel wéér
openstond.
„Daar heeft iemand weer vergeten,
de trommel dicht te doen," jammerde
Ivy, „en nu hebben die eenden na
tuurlijk mijn havermout opgegeten."
Ivy maakte zich hoe langer hoe
boozer, omdat Freddy het deksel weer
open gelaten had, maar de zeeman
liet haar "zien, dat de eenden zeven
eieren in de havermout gelegd had
den.
„Ik vind het zoo erg niet, als
iemand wat havermout opeet, en er
zeven eieren voor in de plaats geeft,
en jij Robbie?"
„Neen," zei Robbie, „ik houd zelfs
heel wat meer van versche eieren,
dan van havermout."
(Morgenavond vervolg
thans eens of meerdere malen gezien heeft.
De straat met al haar lief en leed en haar da-
gelijksche bevolking. Nauwkeurig hebben de
makers de straat geobserveerd en het resultaat
daarvan vastgelegd. Er zit een juiste vaart en
gang in evenals in het leven op de straat zelf.
Den 2en prijs behaalden John en Dorothy Rid
ley met Behind the scenes een film a la Mol,
doch minder doorwrocht en betrekkelijk onsa
menhangend.
In 9.5 mM. scenario klasse behaalde Frank
rijk wederom den eersten prijs met Vendetta
van M. Machabert, Le Puy (Het Loire) een al-
lereigenaardigste primitieve film, met een ne
gentiende eeuwsche komiekerigheid. De groot
ste verdienste van de makers is, dat zij in dezen
tijd van modemisme op filmgebied, met een
blij gezicht dit gevalletje maakten en aanbo
den. De 2e prijs kreeg Engeland met Nightmare
en den 3den Hongarije met Nur em Traum van
den amateur Mozgofenykipezök Egyesülete uit
Boedapest.
Van de documentaire 95 m.M. klasse werd
Holland 1 met Werkdag van K. van Vliet,
Frankrijk 2e met Bonjour Paris van Josep Gal-
ceran en 3e Joego Slavië met Plitvicer Seen
van Dr. Max Paspa.
Nog werden er een tweetal Duitsche filmpjes
vertoond o.a. „Diebstahl, verdachtigt wird..?"
en „Hanschen auf dem Autofriedhof," die beide
welverdiend geen prijs kregen.
L. V.
(Ingezonden mededeeling.)
De secretaris van het Uitvoerend Comité der
Vrienden van de H. O. V. schrijft ons:
Het doet ons goed ook buiten ons Uitvoerend
Comité een sympathiek geluid te mogen hoo-
ren, dat wij hier laten volgen:
Voor het behoud der H. 9. V.!
Eerst, wanneer men iets niet meer heeft, be
seft men wat men gehad heeft. Laten' wij eens
nu op dit oogenblik beseffen, wat wij bezitten
in de H. O. V. en het niet zóóver laten komen,
dat het onherroepelijk te laat is.
Aanvankelijk leek het onmogelijk te kunnen
slagen, maar nu de termijn voor kaartverkoop
tot 15 Februari a.s. verlengd is, kunnen wij
overwinnen, wij allen, Haarlemmers, mits wij
de handen ineenslaan en allen bereid zijn te
willen medewerken.
Beroepsmusici, muziekbeoefenaren en V
hebbers, gij allen, die zult moeten constatee
ren, dat de H. O. V. een instituut is. dat eeu
belang heeft voor onze stad en omliggende ge
meenten, zoudt gij niet allen zelf willen probee-
ren in eigen vrienden- en kennissenkring, b.v.
10, 20, 30, 50 kaarten aan den man te brengen?
Gij hebt maar op te bellen één der nummers
12699, 12433, 12049 en een uur later hebt gij de
kaarten in depót aan huis..
Laten wij ons nu eens actief en belangstel
lend betoonen in plaats van laks en lauw.
Laten wij kunnen zeggen: in twee maanden
tijds is de overwinning ons!
Het Algemeen Ondersteuningsfonds voor
toonkunstenaars (A.O.V.T.) te Amsterdam
slaagde in een half jaar tijds met een verloting
van 25000 loten f 1, over het geheele land.
Laat ons, Haarlemmers, het record slaan en
met 20.000 kaarten a 1 met recht op een
concert, in slechts twee maanden tijds het be
houd van onze H. O. V. verzekeren.
Op hoop van zegen dan aan het werk!
Mevr. J. Verkruijsenvan Vladeracken.
Wij zijn mevrouw Verkruijsen zeer dankbaar
voor dit sympathiek en opwekkend woord.
Dergelijke steun is onzer Commissie uiter
aard zeer welkom. Hij kan niet anders dan aan
onze actie kracht bijzetten, haar verstegen
en verlevendigen.
Den geheelen dag door worden aan de inge
zetenen van Haarlem en omliggende gemeen
ten de couverts geschreven, waarin de reeds
vroeger gepubliceerde, door de 3 Commissie
leden eigenhandig onderteekende. circulaire om
een gift ten bate van het behoud onzer H.O.V.
en verzonden.
Stort uwe bijdrage op Postrekening 142822,
Haarlem!
Door verschillenden zijn wij opgebeld, die ons
vroegen: Op wiens naam is dat? Dat is op
naam van Mr. A. Beets, Houtplein 8, onzen
penningmeester.
Ook wordt ons gevraagd: hoe staat het toch
met de 20.000 één-guldenskaarten? Dat is na
tuurlijk niet zoo gemakkelijk nog te zeggen,
daar alles in volle circulatie en actie is.
Wel kunnen wij mededeelen, dat onze pen
ningmeester over de 10.000 reeds heeft uitge
geven en dat de verkoop schitterend gaat.
Steeds meer dames en heeren komen zich
dagelijks aanmelden om zich met den verkoop
te belasten.
Oók de orkestleden der H. O. V. gaan zich
nu in de groote actie werpen.
Wij hebben dezen algemeenen indruk: wan
neer er intensief gewerkt wordt, dan offeren de
Haarlemmers en bewoners der buitengemeenten
gaarne hun gulden om de H. O. V. te redden.
15 Februari maken wij de eindrekening. Wij
zijn optimist.
MERK
Gelijk men weet, zal de Vaticaansche sterre
wacht van de Citta del Vaticano binnenkort
worden verplaatst naar Castel Gandolfo, de
bekende villa des Pausen.
Over deze verplaatsing en de inrichting van
het nieuwe observatorium deelt Pater Stein in
de Januari-aflevering van „Studiën" een en
ander mede.
Binnen twee jaar zal de Pauselijke Sterre
wacht die voor haar kijkers twee koepels van
resp. 8 en 8K M. inwendige middellijn krijgt
een voor haar doel en omvang volledige uitrus
ting ontvangen volgens de nieuwste eischen der
wetenschap.
De visueele kijker uit Rome wordt door Zeiss
nieuw gemonteerd en zal worden opgesteld op
den trappentoren van Castel Gandolfo, terwijl
dezelfde firma opdracht kreeg voor de levering
van een fotografischen kijker. Dit zal geen
dubbelkijker zijn, bestaande uit twee identieke
astrografen, doch in plaats van een dezer zaï
een spiegelkijker komen, waardoor het instru
ment aan veelzijdigheid wint. Deze fotografi
sche kijker krijgt zijn plaats op het Noord-
Oostelijk gedeelte van het kasteelterras, van
welks hoogte, 430 M. boven de zee, men naar
alle zijden een prachtig vrij uitzicht geniet.
Beide kijkers worden voorzien van een elec-
trisch drijfwerk met seconde-contróle.
Een hoogst belangrijke uitbreiding van de
sterrewacht vormt het astrophysisch laborato
rium, dat zal komen te staan onder leiding van
Pater Ab. Gatterer S.J., tot heden professor aan
de Universiteit te Innsbruck. Het doel daarvan
is door quantitatieve en qualitatieve spectra al-
onderzoekingen een bijdrage te leveren tot ver
klaring der met kijkers en as trograaf waarge
nomen verschijnselen.
Daarbij wordt niet zoozeer beoogd, uit te ma
ken, uit welke elementen de kosmische lichamen
zijn samengesteld, als wel inzicht te krijgen in
sche materie (dichtheid, druk, temperatuur,
ionisatie, enz.). In het laboratorium tracht men
daarom door methodische wijziging van den
physischen toestand der stoffen deze zóó te
doen lichten, dat hun spectrum overeenstemt
met het waargenomene aan den hemel.
Bijzonder zal de aandacht gewyö worden aan
kwesties aangaande den bouw en de samenstel
ling der atmosfeer van sterren en planeten, en
de emissie van metastabiele atomen in de lich
tende kosmische nevels. Een ander punt van t
program is het spectrale onderzoek der col
lectie meteorieten van de Sterrewacht, om zoo
mogelijk den fijneren bouw der kosmische ele
menten uit te vorschen en o.a. het betrekkelijk
aantal der isotope componenten in aardsche en
kosmische stoffen onderling te vergelijken.
Verder zal er een uitgebreid onderzoek worden
ingesteld omtrent de spectrale emissie van zulke
gasmengsels, als van bijzonder belang zijn uit
astrophysisch oogpunt. Langs foto-chemischen
weg zal worden gezocht naar geschikte methe
den en sensibilisatoren, om de fotografische op
name der donkere wolken van P. Hagen met
den nieuwen spiegelkijker mogelijk te maken.
TOKIO, 7 Jan. (Reuter) Het Japansche
leger zal dit jaar luchtmanoeuvres houden,
zoo groot als nog nimmer hebben plaatsge
had.
De geheele militaire luchtvloot zal worden
gemobiliseerd; ook de leden van de lucht
vaart-scholen zullen deelnemen aan de oefe
ningen, die boven het dichtbevolkte gebied
van Centraal-Japan zullen worden gehouden.
De militaire autoriteiten zullen de bevolking
oproepen aan de oefeningen deel te nemen
door hun huizen en steden te beschermen te
gen de aanvallen van „vijandelijke" vliegtui
gen, die brandende bommen zullen neerwer
pen. De Japansche oorlogsmarine zal in het
begin van den zomer de speciale manoeuvres
houden, die eens in de vijf jaar plaats hebben
in het Westelijk deel van den Stillen Oceaan.
Bij deze oefeningen zullen de nieuwe marine
vliegtuigen en de nieuwe kruisers aan speciale
proefnemingen worden onderworpen.
De marine-bevelhebbers zullen tevens on
derzoeken hoe zij kunnen optreden tegen een
vijandelijke vloot, die zou trachten Japan te
bereiken en aan te vallen.
BOEKAREST, 7 Jan. (Reuter.) De bladen
alhier zijn vandaag met extra-edities versche
nen, in verband met de geruchten over moei
lijkheden van het kabinet-Maniu.
De minister van Binn. Zaken had namelijk
den koning voorgesteld, den hoofdcommissaris
van politie te Boekarest en den commandant
der gendarmerie uit him functies te ontzetten,
daar zij zonder toestemming der regeering di
verse maatregelen hadden getroffen. Koning
Carol heeft aan dit verzoek echter geen ge
volg willen geven, waarin het kabinet een uiting
van wantrouwen ziet, zoodat het zich met den
minister van Binn. Zaken solidair heeft ver
klaard. Tot Titulescu, den minister van Buit.
Zaken, die zich op het oogenblik in het buiten
land bevindt, werd het verzoek gericht, onver
wijld naar Roemenië terug te keeren.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii fEUlLLETON
aiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiimiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiii;
1
De zware teakhouten deur ging zachtjes open
en een Europeesche dienstbode trad, met een
dienblad in de hand, de eetzaal binnen. Aan de
tafel, waarboven een groote neerhangende
waaier in rhythmisch-balanceerende beweging
een aangename koelte verspreidde, zaten drie
personen te wachten op de lunch, of, zooals
men daarginds in Britsch-Indië zegt, de
„tiffin".
Het waren een jonge vrouw en twee lieve,
mooie kindertjes, haar kinderen: een jongen
en een meisje.
„Wat ben je vandaag laat, Ketty!" riep de
jeugdige moeder. „Patrick en Mary zien scheel
van den honger en ik zelf heb al meer dan
'n half uur flinken trek...."
Deze op vriendelijken toon uitgesproken be
risping liet de persoon, tot wie ze gericht werd,
blijkbaar volkomen koud.
Zij begon te lachen en antwoordde op een
toon van vertrouwelijke toegenegenheid, zooals
men die bij een of anderen „dienstbaren geest"
die „zoo goed als van de familie is", wel meer
aantreft: „Ik ben van de stad in gestrekten
draf hierheen gereden enik breng de post
meê. Ja, mevrouw, de post brieven uit dat
akelige land van de Afridis, waar meneer
tegen de oproerlingen aan het vechten is, en
waar mijn vader wel niet vecht, maar doedel
zak voor hem speelt
Bij die woorden sprongen de beide kinderen
op „een brief van papa! een brief van papal"
„Dank je wel, Ketty!"
„Ik hoop daarom, dat mevrouw het me niet
kwalijk neemt, dat ik wat laat ben en dat mijn
heer Patrick en miss Mary niet boos op me
zijn, omdat ik hen „scheel heb laten zien" van
den honger.
Zonder een antwoord af te wachten zette.
Ketty het dienstblad neer op de tafel, die nu
een verzameling te zien gaf van allerlei kran
ten, brieven en eetwaren. Zij verwijderde zich
haastig, terwijl de jonge vrouw en de kinderen
met zenuwachtig-bevende handen het pakje
openmaakten, dat een brief bevatte van den
dierbaren afwezige.
Men kan die ontroering begrijpen, als men
denkt aan de gevaren, ontketend door dien
verwoeden oorlog die jaren geleden ontbrand
was op de grenzen van Britsch-Indië en
Afghanistan, een afschuwelijken oorlog, zon
der roem en zonder menscheüjk mededoogen,
een strijd tusschen moderne Britsche wapen-
taktiek en wapengeweld eenerzijds en inboor-
lingen-fanatisme van den anderen kant, een
strijd, die in dat ontzaglijk uitgestrekte land
thans, in de dagen van Ghandi, nóg niet ge
heel tot rust gekomen is, maar die voortduurt
door de dreigende handhaving van Engeland's
militaire overmacht tegen rumoerige betoogin
gen van inlanders, nu en dan afgewisseld door
politieke misdaden: spoorwegaanslagen, moor
den, enz. Hetzelfde vuur dat thans nog altijd
smeult, sloeg destijds, in de dagen waarin ons
verhaal speelt, in laaien brand uit.
De moeder hield de dikke, vierkante, mas
sieve enveloppe in de hand en wierp, alvorens
ze te openen, een blik vol teederheid op een
groot portret-ten-voeten-uit. voorstellende een
hoofdofficier van het regiment der Gordon-
Hooglanders, 'n prachtsoldaat van omstreeks
veertig jaren, het hoofd van dit huisgezin.
Er kwamen tranen in hare oogen en een
lichte zenuwtrekking teekende zich af op haar
gelaat, welks zachte schoonheid en bekoring
ender den invloed van dit verschrikkelijk kli
maat nog niet had geleden.
De beide kinderen ontstelden en grepen hare
handen:
„Mama, weent u?"
„Ja, kindertjes! Maar het zijn tranen, die mij
goed doen."
Zooals die drie daar bij elkaar zijn vormen
zij een allerbekoorlijkst beeld van gezondheid,
kracht, geluk en liefde. De groote slanke figuur
der moeder met haar bruin-blond haar doet
h«-»T veeleer op een oudere zuster gelijken.
Zij vertoont dezelfde gelaatstrekken als haar
zoon, een reeds flink ontwikkelde jongeman,
terwijl het meisje een frappante gelijkenis heeft
met den officier dezelfde groote blauwe
oogen en blonde haren, dezelfde kalme en be
sliste gelaatsuitdrukking, maar getemperd, ver
zacht door een vrouwelijke gratie.
Patrick is veertien jaar, zijn zuster Mary even
vijftien.
Geen van deze drie denkt nu meer aan de
lunch, die daar onaangeroerd blijft staan op de
tafel, ónder den reusachtigen waaier of „pan-
ka," die voortdurend in beweging wordt gehou
den door een bediende achter het kamerschut.
Door de groote opene vensters, omrankt met
lianen en orchideeën, heeft men uitzicht op het
park met zijn onder groen en bloemen bijna
schuil gaand prieel in het midden. Dat park is
een paradijsje: kleine grasvelden van frisch
groen, zandpaadjes, manden met veelkleurige
bloemen, palmboompjes, geweldige bamboe,
bananenboomen met hun satijnen bladeren, een
magnifieke vijgenboom, ontelbare planten en
gewassen, kortom: een mengeling van wilde
pracht en modernen tuinaanleg, een Engelsch
park met de grandioze schoonheid der tropen.
Heel in de verte de Hoegli, het westelijk ge
deelte var. den Ganges-driehoek; men kan er
de schepen zien varen en onderscheidt ook dui
delijk den grooten weg naar Calcutta. In het
rond overal villa's van de aristocratische wijk
Garden Reach, waar, ver van het gedruisoh der
groote stad, de ambtenaren wonen en de offi
cieren en verschillende voorname personen uit
de groot-industrie en de financie-wereld. In de
schaduwrijke gedeelten van den tuin, onder de
veranda's en door de met leien geplaveide gan
gen wandelen tal van Hindoe-bedienden, die
nooit haast hebben. Er zijn er hier tien om drie
personen te bedienen of liever: om in dienst
van die drie personen te luilakken, behalve
misschien de Malabarsche koetsier, 'n groote
kerel met geweldigen knevel, 'n Zigeunertype,
zwart, raadselachtig.
Ondanks deze schijnbare en overigens zeer
beperkte luxe voedsel en loon van deze met
hun vrijen tijd geen raad wetende bedienden
zijn bij het schriele af behoort de familie
niet tot de gefortuneerde.
Majoor Lennox is van adel en arm als 'n
Schot. Een zijner voorvaderen was Charles
Lennox, hertog van Richmond, zoon van ko
ning Karei n van Engeland en Louise de Ké-
roualle. Hij zou eigenlijk het recht hebben op
een zetel in het Hoogerhuis, maar zijn hopeloos
ongezonde financiën veroorloven hem dit niet.
Vandaar dat Charles Edward Lennox, laatste
hertog van Richmond in de Schotsche linie een
voudig majoor is bij het regiment Gordon-
Hooglanders en dienst doet in den veldtocht in
Britsch-Indië tegen de oproerige Afridis.
Hij heeft alleen zijn soldij, twaalfduizend gul
den, in Hollandsch geld berekend, juist ge
noeg, voor hem en zijn gezin, om er daarginds
van te leven.
Hij is getrouwd met een mooi jong meisje,
eveneens van adel, even arm als hij, en die hem
deze twee kinderen heeft geschonken, Patrick
en Mary, hun trots en hun vreugde. Het ver-
schrikkehjke Indische klimaat heeft hen altijd
gespaard; zij zijn geestelijk hoog-ontwlkkeld,
zij hebben elkaar innig hef en ondanks hun ge
brek aan ruime stoffelijke middelen gevoelen
zij zich gelukkig, zóó gelukxig om er, bij tijd en
wijle, beangst van te worden.
Zachtjes, met 'n soort van verteederden eer
bied, heeft de jonge moeder de enveloppe ge
opend: er vallen tal van blaadjes uit, fijn be
schreven, de regels dicht cp elkaar, met dwars-
regels en regels op de boven- en zijkanten, alles
om plaats te winnen.
Op een van deze blaadjes is met groote zorg
een schets geteekend, 'n plan, 'n plattegrond
met allerlei verwijzingen, stippellijnen, pijltjes
enz. Daaronder eenige woorden die de vrouw
van den majoor groote oogen doen opzetten:
„Berg dit stukje papier goed weg, bewaar het
zorgvuldig en ontdoe u ervan tot geen enkelen
prijs. Het bevat de toekomst en het fortuin van
onze kinderen."
„Vreemd!" prevelt zij. .Daten we eens zien,
kindertjes, wat papa ons stuurt."
Geen van drieën schijnt aan dat papiertje
veel waarde te hechten, ondanks het zwaar
wichtige bijschrift.
In hun jeugdige geestdrift en liefde zouden
zij wel tienmaal het beloofde fortuin willen ge
ven voor den brief van hun dierbaren afwezige.
„Voorlezen, mama. voorlezen," riepen de bei
de kinderen, terwijl hun hartjee klopten van
nieuwsgierigheid.
(Wordt vervolgd)
t