De ramp te Muidien in 1883 ^3^ Md mimi van dm day ONZE 216e UITKEERING f 72.205, keerden wij heden uit HET CADET JE ROBINSON CRUSOE'S AVONTUREN De ROBINSONheerenmolière kost: zwart f 4.50 - bruin f 4.90 \Tafellakem HET I GROOTE 1 AVONTUUR WOENSDAG 18 JANUARI ZWARE ONTPLOFFING Op 19 Januari 1883 vloog de kruitfabriek „de Krijgs man" in de lucht Vele dooden en ge wonden Kruitstoven gesprongen De slachtoffers Vernieling De strijd in het Saar- gebied Vreemde vondst te Berlijn Het grootste schip ter wereld Brandbare decoraties worden niet uitgevoerd Bioscoop op zee ingevolge de voor onze abonné's geldende gratis ongevallen verzekering aan den Heer W. VAN BREUKELEN, Koninginnelaan 91, Soestdijk, wegens een aan hem overkomen ongeval. Dit is WAARMEDE THANS EEN TOTAAL BEDRAG VAN aan onze verzekerde abonné's is uitgekeerd. DE DIRECTIE Alle abonné's ongevallen* verzekerd voor een der volgende ultkeeringen f3000. verlies6va'n 'beide armen, beide beenen of beide oogen f750doodelijkeneV afloop f250.- AANG1FTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL FEUILLETON Morgen is het vijftig jaar geleden, dat Muiden door een ontzettende ontplof- ramp werd getroffen, waarbij verschil lende dooden te betreuren vielen. Zelden heeft een catastrophe zulk een be roering in het land gebracht als deze ver schrikkelijke ramp, die zoo droevige gevolgen had. Op Vrijdag 19 Januari des morgens om zeven uur werd in de stilte van den ochtend in de hoofdstad een aardschok waargenomen, gevolgd door nog enkele schokken, die de bewoners den angst op het lijf joegen. De ruiten sprongen stuk en de menschen liepen hun huizen uit. Natuurlijk vreesde men voor een aardbeving, doch spoedig zou blijken, dat men met een ont ploffing te doen had, die Muiden had getroffen, dat op ongeveer twaalf kilometer afstand van Amsterdam ligt. De kruitfabriek der firma Bredius was grootendeels in de lucht gevlogen. Vrijwel alle huizen te Muiden werden geheel of gedeeltelijk van hun daken beroofd. Vele muren waren gescheurd, en zelfs talrijke huizen te Weesp, dat een half uur van Muiden ligt, werden gehavend. Ook te Abcoude, Nigtevechte, Naarden, Bussum, Braamberge moesten vele schoorsteenen en ruiten het ontgelden. De zoogenaamde kruitstoven, waarvan er tien tot twaalf in de fabriek aanwezig waren, waren gesprongen. Niemand durfde echter de plaats des onheils naderen, omdat men ieder oogenbiik kon vreezen, dat ook de kruittoren, die niet minder dan 150.000 kilo kruit bevatte, even eens in de lucht zou vliegen. Gelukkig kwam het niet zoover, maar reeds waren de ge volgen van de ramp verschrikkelijk. Na de ge weldige slagen, waarvan de ontploffing verge zeld ging, ontstond een paniek onder de be volking, die in allerijl dfe vlucht nam. Duizen den toeschouwers, waaronder talrijke autoritei ten, stroomden naar Muiden om de verwoes tingen te gaan zien. Uit Naarden werden militairen gezonden tot verstrekking van hulp. Aanvankelijk was het niet mogelijk het aan tal slachtoffers op te geven. Men vermoedde, dat op het oogenbiik dat de ontploffing plaats greep, ongeveer 24 militairen en 16 werklieden in de fabriek aanwezig waren, daar de werk zaamheden juist in vollen gang waren. De aardschokken moeten buitengewoon hevig ge weest zijn. Het water van de vaart, waaraan de fabriek ligt, sloeg over den weg en op het station te Hilversum, meer dan twee uur van Muiden verwijderd, doofden alle lichten uit. De fabrieksterreinen en de wegen om de fa briek waren bezaaid met stukken steen en hout, terwijl boomstammen tientallen meters ver weg waren geslingerd. Het Muiderslot werd gehavend aan deuren en vensters en de ramen der R. K. kerk werden alle vernield. Het aantal slachtoffers was groot. Niet min der dan elf lijken werden geborgen, vermoe delijk werden deze slachtoffers onmiddellijk gedood. Vrijwel alle werklieden, die niet gedood werden, waren min of meer zwaar gewond. Hieronder waren arbeiders, die meters ver wer den weggeslingerd. Verschillende koeien, die 'n een naburige weide liepen, werden gedood. Van alle kanten kwam hulp opdagen en aanvanke lijk geschiedde de hulpverleening vrij gebrekkig. De fabriek der firma Bredius voerde den naam „De Krijgsman" en vervaardigde voor namelijk buskruit. Oorspronkelijk was deze fa briek gevestigd aan het Kruitmakerspad te Amsterdam. In 1702 ging zij over naar Muiden, waar zij onder bijzonder toezicht stond van den Minister van Oorlog. Ongeveer 34 jaar tevoren had in de fabriek reeds een ontploffing plaats gehad, die echter niet zulke verschrikkelijke gevolgen had. De ramp van 1883 echter was zoo ernstig en vervulde de bewoners van Muiden met zoodani- gen schrik, dat zij de fabriek het liefst uit de plaats zouden verwijderd gezien hebben. Men sprak reeds van overplaatsing naar de Mooker- hei of Drenthe. Volgens verklaring van de werklieden bevond zich op het oogenbiik van de ramp een hoe veelheid kruit in de ovens van ongeveer 15.000 kilo. In de z.g. glanshuizen waren 10.000 kilo en in de pakhuizen 3000 kilo voorradig. Al deze voorraden waren bestemd voor Zuid-Afrika «e lagen voor de verzending gereed. De sol daten die uit Naarden waren aangekomen, hadden nog kans gezien om duizenden kilo's te redden, hetgeen een groot geluk moest ge noemd worden, daar de gevolgen van de ramp niet te overzien waren geweest, wanneer alle voorraden waren ontploft. vrijwel niets overgebleven. Van de molens en machinerieën is alleen het geraamte over gebleven. Nog ernstiger zou de ramp geweest zijn, wanneer de fabriek niet was omgeven ge weest door geboomte, dat juist met het oog op een ontploffingsmogelijkheid op de fabrieks terreinen was geplaatst. Tusschen de boom stammen en de takken was het dan ook een wemeling van stukken balk, steenen, machine- deelen en vaatwerken. Op sommige plaatsen waren de huizen met fundament en al weg gevlogen en een oud gebouwtje, waarin een vrouw met dertien kinderen aanwezig waren, vloog in de lucht, zonder dat een der aanwe zigen eenig letsel had bekomen. In de R. K. kerk te Weesp was juist de Heilige Mis half geëindigd, toen de ontploffing plaats greep. Het was niet mogelijk den heili gen Dienst verder voort te zetten, zoodat de H. Mis halverwege moest bëeindigd worden. De schrik onder de bevolking was zoo groot, dat de burgemeester van Weesp het noodig oor deelde, bij bekkenslag bekend te maken, dat het gevaar niet zoo ernstig was, als men aan vankelijk vermoedde. Doch de rust en de kalmte kwamen slechts zeer langzaam terug. De energie van de fabriek werd geleverd door één machine, die door een overdekte as met de molens verbonden was en door middel van een staaldraad de drijfkracht mededeelde aan de meer afgelegen werkplaatsen. Ter ver mijding van het gevaar was deze machine niet In maar tegen de fabriek aan geplaatst. De fabricage van het kruit geschiedde in de molens, waar het poeder werd gemalen door groote roteerende steenen. Achter de molens lagen de stoven, of droogkamers, waar het kruit zijn laatste bewerking onderging. Nog weken lang bleef de ramp van Muiden het onderwerp der gesprekken zoowel in de hoofdstad als in de omliggende plaatsen. We ken lang ook duurde de tocht naar de plaats des onheils door duizenden nieuwsgierigen uit alle oorden der omgeving en ook thans nog leeft de ramp van Muiden in veler herinnering voort. De fabriek zelf werd bijna totaal vernield en Van de kleinere gebouwtjes in de omgeving is Naast den Duitschen Landsraad van 't Saar- gebied, die voor honderd procent Duitsch is, maar daarom nog geen instelling van beteese- nis is voor de Fransche regeeringscommissie, bestaat er nog een tweede Kamer van acht leden, welke door de regeeringscommissie is ingesteld. De voorzitter van deze Kamer is een notaris, die voor de Franschen vele notarieele acten heeft opgesteld en voor wien de Franschen dus een goede relatie zijn. De taak van deze Kamer van acht is haar goedkeuring te hechten aan besluiten van de regeeringscommissie, opdat de Volkenbond den indruk zal krijgen, dat deze besluiten rekening houden met het welzijn en den wil van het volk. De politieke partijen heb ben herhaaldelijk opheffing van deze Kamer geëischt, maar tot dusver zonder succes. Men heeft opgemerkt, dat het geld, dat deze Kamer kost, beter voor andere doeleinden kan worden aangewend. Dit alles heeft echter niets gehol pen, want thans heeft de regeeringscommissie het mandaat der Kamer wederom met een Jaar verlengd. Hoopt men wellicht bij de voorberei ding van de aanstaande volksstemming langs deze Kamer duistere invloeden te kunnen aan wenden ten gunste van Frankrijk? Deze vraag stelt zich de bevolking van het Saargebied da gelijks, want het is een bekend feit, aldus de vertegenwoordigers der Saarbevolking, dat nie mand met deze Kamer accoord gaat. En het is eveneens een feit, dat de volksstemming zich niets zal laten gelegen liggen aan de werkzaam heden der Kamer en dat het resultaat een groo te teleurstelling voor de Fransche Regeerings commissie zal worden. In den laatsten tijd zijn een groot aantal buitenlanders, waaronder het meerendeel Fran schen, door de Regeeringscommissie benoemd in de hoogere functies der werkaangelegen- heden, hoewel deze heeren weinig te doen heb ben en een leven kunnen leiden als een prins. Men neemt dan ook aan, dat zij niets anders te doen hebben dan te waken over de Fransche belangen en deze taak vervullen de heeren vol gens algemeen gevoelen met groote toewijding. Dit valt temeer op, als men bedenkt, dat ae aangesteld functionarissen tot dusver slechts zeer ondergeschikte betrekkingen hebben ver vuld. Men eischt thans, dat zij als volkomen overbodig zullen worden ontslagen, vooral om dat zij worden beschouwd als politieke agitators van de Franschen. Intusschen hebben deze ambtenaren reeds zelf ingezien, dat zij aan 't kortste einde zullen trekken, en zij beginnen zelf reeds langzaam-aan den aftocht te blazen. Reeds een zestal heeft zich den laatsten tijd teruggetrokken en het land verlaten. Vier hier van zijn Franschen, die hun vaderland weer hebben opgezocht; verder een-Pool en een En- gelsche. Dé Pool had toezicht op de filmcensuur in het Saargebied en de Engelsche was opge klommen van stenotypiste tot referendaris. Nu deze zes vertrokken zijn, blijkt plotseling, dat hun plaatsen niet worden aangevuld. Zij zijn dus blijkbaar geen vacatures. Het is dan ook moeilijk uit te maken, waarmede de gevluchte ambtenaren hun tijd hebben doorgebracht, maar inmiddels hebben zij voor hun sinecure een sa laris ontvangen van ongeveer 500.000 francs per hoofd. Het behoeft geen betoog, dat zulke toestan den groot misnoegen wekken onder de bevol king en dat dit misnoegen niet zonder gevolgen zal blijven bij den uitslag van de volksstem ming. niiimimniiu Wat wij voor het grijpen hebben i Wordt niet altijd gewaardeerd, Want de trek begint te komen Als het in de kast mankeert! Zoo het heerlijk versch cadetje, Is bijzonder favoriet, Juist omdat men het des morgens Op geen enk'le tafel ziet Want de actie is verbazend 1 En men voert een zwaren strijd Om te komen tot het versche Malsch cadetje bij 't ontbijt. f 's Morgens vroeg reeds watertanden Bij het zachte, smeltend wit, i Als het korstje even knappert En de geur er nog aan zit. i En belegd met ham of knackworst, Plokworst of canard truffée, Ja, dan brengt het versch cadetje Eere aan zijn renommée! i Ons humeur wordt zelfs al beter Enkel door het blij verschiet, Daar geen mensch van droog, oud- bakken Zwaar en kruimig brood geniet. I Maar wanneer de actie doel treft En het versch cadetje slaagt, Dan is alles niet gewonnen, Daar er nog een vijand daagt! En die vijand is de dokter i Want al is de wet het niet, Dan is hij het, die zoo gaarne U het versche brood verbiedt! MARTIN BERDEN Nadruk verboden) nillliiiiiiiiiilillIiilllllliIlllllliillilllilllllllllllliliiilMlliillliillilllllliuirr BERLIJN, 17 Jan. (W.B.) Kort voor midder nacht werd gisterenavond nabij den Alexander- platz een ongeveer 40-jarig man gevonden, met een ernstige hoofdwonde en in bewusteloozen toestand. In zijn zakken bevonden zich groote sommen gelds in Duitsche en buitenlandsche valuta, o.m. 18.000 Zwitsersche francs, 23.000 Fransche francs, 520 Oostenrijksche schillingen en 100 Amerikaansche dollars. Hij werd later door eenige personen herkend als de huisknecht Kowall. |n het ziekenhuis kreeg de man korten tijd het bewustzijn terug, maar hij kon niet zeggen hoe hij aan zijn ver wondingen gekomen was. Men heeft ook nog niet kunnen uitmaken hoe hij in 't bezit kwam van de geldsommen. De binneninrichting van het grootste schip ter wereld, de „Normandië" (73000 ton) zal niet naar de ontworpen plannen worden uitgevoerd. De brand van de „Atlantique" is een zeer harde les geweest. Het schip zou in zijn zalen kost bare gelakte houtsoorten krijgen. Maar men zal thans wachten, totdat het officieele onderzoek naar den brand op de „Atlantique" is afge- loopen. Ook de groote assurantiemaatschappijen eischen thans brandvrije verf op de nieuwe schepen en vervanging der lakken op de oude schepen. Een groep van zulke assurantiemaat schappijen heeft in verloop van 4 Jaar totaal 30.5 millioen dollar voor brandschade op oceaan schepen uitbetaald. Hier is de lijst: „Europa" (1929) brand tijdens den bouw 4.000.000 Dollar „Paris" (1929) brand in het dok 370.000 Dollar „City of Honolulu" (1930) brand in de haven van Honolulu 1.750.000 Dollar „Bermuda" (1931) brand in de haven van Belfast 4.250.000 Dollar „Bermuda" (1931) brand in de haven van Bermuda 2.300.000 Dollar „Segovia" (1931) brand in de haven van Newport News 4.500.000 Dollar „Georges Philippar" (1932) brand in de Roode Zee 6.250.000 Dollar „Pieter Cornelisz. Hooft" (1932) brand in de haven van Amsterdam 3 300.000 Dollar „Atlantique" (1933) brand in het Kanaal 10.000.000 Dollar Deze lijst is nog niet eens volledig. In Frankrijk eischt men thans, dat de passa giersschepen op de wijze van oorlogsschepen zul len worden gebouwd. De tusschenmuren moeten uit staal beslaan. Deze kan men dan met beton bespuiten, waarop de binnendecoratie kan wor den aangebracht. Hout moet als muurbekleeding zooveel mogelijk verdwijnen en slechts in ge- prepareerden toestand gebruikt worden. Tot de vertrekken op de „Atlantique", die het eerst moesten worden verlaten, behoorde de mar conistenhut. Men eischt thans, dat er twee wor den aangebracht, een op het voor- en een op het achterschip. (United Press) Kaarsen waren heel schaarsch op het Artis-eiland, en Freddy Vrijdag was dan ook heel kwaad, toen de papegaai drie kaarsen oppikte en er mee weg vloog. Lorre dacht, dat ze van suiker waren, anders had hij ze wel laten liggen. De zeeman, Robbie en Topsy zetten den vogel na. „Laat die,kaarsen vallen, Lorre!" riep de zeeman. „Laat meteen vallen! Versta je me!" Lorre liet de kaarsen juist vallen op het moment, dat hij over Willie Woensdag heenvloog, die tusschen de klippen lag te snorken. Al de kaarsen kwamen op Willie terecht, en een viel precies in zijn open mond, zonder dat hij ervan wakker werd. „Hij slaapt nog!" riep Topsy ver baasd uit. „Ja, maar nu snorkt hij tenminste niet meer, en de kaarsen hebben we terug," zei Freddy Vrijdag. (Morgenavond vervolg) (Jongensmaten naar verhouding goedkooper) (Ingezonden mededeeling) Het is al heel wat jaren geleden, dat mijn vriend Gaston Vadasz en ik een uitnoo- diging kregen voor een intiem dinertje bij den heer Pierre de Laval, in die dagen een der bekendste bankiers te Parijs. De familie de Laval behoorde niet tot mijn intiemste ken nissen, al had ik ze, natuurlijk, wel meer dan eens ontmoet. En het was Gaston geweest, die me had weten over te halen, de invitatie aan te nemen, omdat hij gecharmeerd was op Yvonne, de dochter van den bankier, en hij mij zijn, naar hij hoopte, aanstaande vrouw wilde voorstellen. Wellicht hoopte hij mijn oor deel te vernemen over zijn keuze. Het diner was zeer geanimeerd. De bankier toonde zich een aangenaam causeur, die over de verschillende onderwerpen van den dag prettig wist te praten, zijn meening met een of andere anecdote aanvullende. Mevrouw was een allercharmantste gastvrouw, terwijl Yvon ne zich voornamelijk met Gaston bezig hield. Ik begreep volkomen zijn keus. Yvonne, een statige verschijning, had de blauwe oogen en het zonblonde haar van een vrouw uit het hooge Noorden. En bovendien, Gaston wist wel wat hij deed, Yvonne kon rekenen op een aardige huwelijksgift van haar vader, die zich zeer zeker niet karig zou toonen voor zijn eenig kind, dat door hem sinds haar geboorte met weelde was omringd. Bij het dessert kwam een verrassing. Mevrouw de Laval noodigde ons uit met potlood onze handteekeningen op het tafellaken te schrij ven, dat hagelwit over de ronde tafel was uit gespreid. Mevrouw gaf ons, na onze verwondering te hebben waargenomen, de verklaring: Sinds lang, zei ze, is het gewoonte gewor den, onzen gasten, waarop wij prijsstellen en die ons de eer hebben aangedaan onze uitnoo- diging te aanvaarden, te verzoeken, als herin nering aan hun bezoek hun handteekening op het tafellaken, dat altijd voor deze gelegenheid en uitsluitend voor deze gelegenheid wordt gebruikt, te plaatsen. Het moet natuurlijk met potlood geschieden, omdat inkt het laken zou bederven. Ik borduur de handteekening op het tafellaken, het potlood gaat er met de wasch wel weer uit en we hebben de geborduurde handteekeningen op het laken overgehouden. Wilt U zich overtuigen, vroeg ze. Ze licht te den rand van het laken, dat ver over de eettafel hing, op en toonde ons tal van hand teekeningen, door haar vaardige vingers daar op geborduurd. Ziet u, zoo ging ze voort, dat is de hand teekening van den president van de Fransche Bank, die van den eersten directeur van het „Crédit Lyonnais". Hier is de handteekening van den vroegeren minister-president en even daarboven die van de tooneelspeelster Regina Gamier, die van de bekende Yvette Gilbert wat houdt die zich nog goed voor haar jaren en van den tooneelspeler Guitry en zijn vrouw Yvonne Printemps. Ze waren ook dikwerf onze gasten. Geleidelijk voerde mevrouw ons langs den rand en de hoeken van het tafellaken. Waarschijnlijk niet zonder opzet toonde ze ons aan het slot, de namen van hen, die tot den adel behoorden. Hier vonden we den naam van Vicomte de Périgore, de handteekening van Baron de Ré- musat, terwijl zelfs de naam van een hertog, die de familie de eer had aangedaan bij haar te komen dejeuneeren, op het laken prijkte. Toen de naam van de Périgore werd ge noemd, kleurde Yvonne opmerkelijk. Na het diner, toen we samen naar huis gin gen, vertelde Gaston me, dat Périgore eens de hand had gevraagd van Yvonne, doch dat haar vader die had geweigerd, daar de burggraaf veel schulden en geen bezittingen had. Het spreekt vanzelf, dat we bij het dessert gaarne aan het verzoek voldeden en onze hand teekeningen op het tafellaken zetten. Het afscheid van den avond kwam en naar huis gaande bracht mijn vriend, het spreekt haast vanzelf, het gesprek op Yvonne, daar voor gelegenheid vindende in de verlegenheid, welke Yvonne had getoond, toen haar moeder den naam van Périgore had uitgesproken. En? vroeg hij. Beste vrind, zei ik, ik begrijp nu eerst goed, waarom jij er prijs op stelde, dat ik de uit- noodiging van Yvonne's ouders aannam. Je was er zeker van, dat ik jouw aanstaande.... Zoo ver zijn we nog niet, viel hij mij in de rede.... een bijzonder mooie vrouw zou vin den. Zeg eens, hoe kon ik er zeker van zijn, vroeg hij weer, dat Yvonne ook jou kon be koren. Wel, kerel, dat was gemakkelijk te gissen. Als je eenig vermoeden had gehad, dat ik ma demoiselle de Laval een leelijkertje zou vinden, dan was je er niet zoo happig op geweest haar aan me voor te stellen Het voorval was ik al lang vergeten. Ik kwam in diplomatie- rJpt ken dienst, bleef jaren in het buitenland, slachtoffer van allerlei overplaatsingen en, zooals het meer gaat, de band tusschen mijn vrienden en mij geraak te wat al te los. Ik wist alleen, dat Gaston nog al carrière had gemaakt in de politiek. Naar het departement van buitenlandsche zaken te Parijs overgeplaatst, besloot ik Gaston Vadasz in de couloirs van het Palais Bourbon, waar de Kamer juist een belangrijke aangele genheid behandelde, op te zoeken. Ik gaf mijn kaartje aan den kamerbediende, en al spoedig kwam mij Gaston met het vriend schappelijke gebaar van voorheen tegemoet. We raakten niet uitgepraat over allerlei din gen, nadat we elkaar hadden verweten, dat we in al die jaren weinig aan elkaar gelegen had den laten liggenEindelijk vroeg ik: Hoe gaat het met je vrouw Met Yvonne, uitmuntendeen schat van een vrouw, hoor En haar familie, de familie de Laval? Ken je de geschiedenis van mijn schoon vader dan niet...? De man is gelukkig dood... In de gevangenis gestorven Wat zeg je? Ja, het had niet veel gescheeld, of mijn carrière was er door gebroken Vertel'op. ik ben nieuwsgierig.... Herinner ie je het tafellaken, je weet wek waarop we onze handteekeningen hebben gezet en voor ons en na ons nog vele anderen? Ja. wat heeft dat met jouw geschiedenis te maken? Alles.... Herinner je, dat onder de hand teekeningen ook die van den directeur van het Crédit Lyonnais voorkwam! Welnu, mijn schoonvader heeft, dank zij de handteekening op het tafellaken, deze zóó prachtig weten na te maken op wissels en chèques, dat hij voor 2.000 000 francs wist los te krijgen, toen hij, door allerlei speculaties, aan lager wal was geraaktOm bij te springen gaf ik de hu welijksgift van een millioen aan papa de Laval terugHet heeft lang geduurd voor men er achter kwam, wie de valsche handteekening had gemaakt. Eindelijk werd de Laval ontdekt, gearresteerd en veroordeeld En wat is er met het tafellaken gebeurd? vroeg ik. Dat diende tot stuk van overtuiging om aan te toonen, dat de Laval vol-op gelegenheid had gehad, de handteekening te bestudeeren. En nu prijkt het in het politiemuseum.... Als het je interesseert, kun jte het gaan zien. Jouw naam prijkt er ook op! BERLIJN. 17 Jan. (Reuter). Alle passagiers schepen van de Norddeutsche Lloyd zullen wor den voorzien van bioscoopzalen en projectie apparaten. De directie is tot dit besluit over gegaan daar de bioscoop aan boord van de „Bremen" en „Europa" zoo populair geworden zijn. In 1932 zijn aan boord van deze beide schepen ongeveer 100 groote films vertoond. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiriiiiiiiimiiiiiiimiiiiiiiiimiiinniiiiMiiiiiiiiiiiiiiMiin Tiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiiiiiiii:iiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii»iiniiniiiiiiiiiiii miiHMnniniHiiimmraiiui bij verlies van een hand f O Cf oij verlies van een Cfk bij een breuk van f A fï bi) verlies een voet of een oog/ A £t\J* duim of wijsvinger l/« "been of arm# trianderen van "n vinger atluiiiiiiiiiiiimiiiiiliilliilllllliiiiiilli BlIlItlMlllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllHI'lllllllllllllillllH „Mijnheer Adam Smith, uw ambtelijke ver dediger die, overeenkomstig de wet, bij het verhoor zal tegenwoordig zijn en u. met zijn advies zal bijstaan" Advocaat en beschuldigde wisselden een be leefden groet en de president ging voort: „Nu ter zake! Ik heb hier over u een zeer uitgebreid dossier". „Onmogelijk!" riep Pennyless buiten zich zelf Van verbazing. „In dit dossier wordt u gekarakteriseerd als de besliste vijand van elk gezag, van elke wet geving, van elke gehoorzaamheid aan de over heid".... „Waarom niet als anarchist?" „Reeds In Amerika", ging de rechter onver stoorbaar voort, „hebt gij op ergerlijke wijze de openbare orde verstoord, een beroep gedaan op de meest verachtelijke instincten van ge- wetenlooze lieden, achtenswaardige burgers lastig gevallen, eigendommen verwoest, geheele stedt n in opschudding gebrachtOp de Antillen, op Cuba hebt gij de zijde gekozen der rebellen, u gedragen als een bende-aan voerder en daden van zeerooverij gepleegd" „Dat is gelogen!" riep Pennyless verontwaar digd uit. „Ik heb de zwakken geholpen, de verdrukten verlost, strijd gevoerd tegen een afschuwelijke tyrannieIk heb gehandeld overeenkomstig mijn gewetensplicht als recht schapen mensch, en als het moest, zou ik het opnieuw doen. Overigens zijn wij hier niet op de Antillen, noch in de Vereenigde Staten, en gij zijt niet bevoegd feiten te beoordeelen, voor gevallen in een ander land dan het uwe". „Op dat antwoord zat. ik juist te wachten", merkte de rechter sarcastisch op. „Die feiten, die u erkent, vormen tegen u een zware aan klacht. Niet tevreden met in Amerika onlusten te hebben verwekt en op Cuba te hebben ge stookt, komt gij thans in Indië uw afschuwelijk werk voortzetten". „Gelogen!" „U wordt formeel ervan beschuldigd betrek kingen te onderhouden met de tegen het gezag der Britsche Kroon in opstand gekomen Afridis, en hen van wapenen, munitie en geld te voor zien „Dat is even infame als onzinnige laster, waartegen ik met alle kracht protesteer!" „Wij weten totdusverre niet of gij handelt op eigen gelegenheid ofwel in opdracht en voor rekening van een naburige regeering die er alle belang bij heeft ons hier moeilijkheden te veroorzaken". „Dus ik zou een agent van Rusland zijn?"... „Misschien wel!" „En daareven was ik anarchist!" „Dat zullen we later wel uitpluizen. Wat ervan zij. u wordt aangeduid als iemand die de medeplichtige is van het laagste gespuis, dat huist in Britsch-Indië, van geheimzinnige machten, van menschen zonder geweten, van bandieten en moordenaars „Ik ben hier gisterochtend aangekomen, ik ken hier niemand, zelfs niet de vertegenwoor digers der Fransche en Amerikaansche regee ringenIk zweer het u op mijn eerewoord!" Hier onderbrak de advocaat het verhoor om een beginsel-quaestie te stellen. „Ik heb de eer Zijn Excellentie den hoog edelachtbaren president van het Hof te doen opmerken, dat hier louter vermoedens bestaan en dat de Britsche wetgeving geen processen kent waarvan een te voren gegeven strekking ten grondslag ligt. Als er geen geval van „op heeter daad betrappen" kan worden aangevoerd, is de hechtenis van dezen gevangene onmogelijk te handhavenIk heb dus de eer aan te dringen op zijn onmiddellijke invrijheidstelling." „Er is hier inderdaad een geval van „heeter- daad", hervatte de rechter. „Absoluut onmogelijk!" verklaarde Pennyless op beslisten toon. „Gij hebt gisterochtend de uitvoering verhin derd van een vonnis, uitgesproken door het Hooggerechtshof, door namelijk hulp te ver- leenen aan rebellen".... „Ik heb doodeenvoudig menschen zien rond zwemmen, die wanhopige pogingen deden om stukken op te visschen van een lijk, terwijl er dozijnen van hen door krokodillen werden ver slondenIk ben hun ter hulp gekomen, geeri flauw vermoeden koesterende, dat de Britsche regeering, nadat eenmaal een vonnis was vol trokken, nóg zou voortwoeden tegen den ramp zalige, die aan de gerechtigheid den tol van zijn straf betaald had" „Mijnheer, de bedding der rivier hier is een begraafplaats voor sommige misdadigers, wier stoffelijk overschot onttrokken moet worden aan het huldebetoon van gevaarlijke medeplichti gen. Door uw schuld hebben de Brahmanen dezen nacht goddelijke eer kunnen bewijzen aan een afschuwelijken moordenaar! Door uw op treden is de veiligheid der Europeanen plotseling ernstig bedreigd, zijn de bandieten wakker ge worden, de geheime genootschappen in actie gekomen en staat deze provincie misschien aan den vooravond der uitbarsting van een nieuwe revolutieUw medeplichtigen begin nen zich reeds te roeren" „Ik verzeker u opnieuw op mijn eerewoord, dat ik hier niemand kenIk heb gehandeld uit loutere menschlievendheid. Ik zag menschen in gevaar verkeeren, maar kende noch hun karakter noch de reden van hun handelwijze"... Op dit oogenbiik trad heel zacht en voor zichtig de bode, die in de wachtkamer dienst had, de zaal binnen; hij droeg een dienblad met een pakje erop, gaf dit aan den rechter en zeide: „Excellentie, hier is haast bij". De president maakte het pakje onmiddel lijk open en haalde daaruit te voorschijn een langen zwarten doek en een kleinen dolk met golvend lemmet waarop een stuk papier was gestoken. Hij verbleekte lichtelijk terwijl hij de daarop in het Engelseh geschreven paar regels las, en zeide met bevende stem tot pennyless: „U ontkent nog altijd met iemand hier in eenige betrekking te staan?" „Dat zweer ik!" „Als dat zóó is, lees u dan dit stuk papier eens, hetwelk uw woorden op de meest formeele wijze logenstraft". Pennyless nam het papier aan, las snel den nhoud en slaakte een kreet van ontzetting. „Hardop lezen, als ik u verzoeken mag", zei de president. Pennyless gehoorzaamde. „Onder bedreiging met de doodstraf wordt aan den president van het Hooggerechtshof ge last zonder eenig verwijl kapitein Pennyless in vrijheid te stellen." De rechter hervatte nu op streng-zakelijken toon: „Deze halsdoek is gelijk aan dien, waarmede de hertogin van Richmond geworgd is.... Deze dolk is gelijk aan dien, welke boven haar bed was bevestigd. Mijn leven verkeert in gevaar! Maar nooit heeft een Britsch magistraat zich vrees laten aanjagen door eenige bedreiging, hoe verschrikkelijk ook. Ik zal mijn plicht doen!" Hij drukte op den electrischen belknop vlak vóór hem. De soldaten en de onderofficier traden weer binnen. „Breng den gevangene naar zijn cel terug", luidde het bevel. Verlatenheid en honger De kinderen der ongelukkige hertogin van Richmond doorvoelden heel de bitterheid des levens. Zij voelden zich ongelukkig-alleen en zagen rondom zich weliswaar medelijdende, maar niet anders dan vreemde gezichten. Zij hielden elkaar bij de handjes vast terwijl een groote menigte defileerde langs het graf waarin het stoffelijk overschot hunner lieve moeder was neergelatenhun harten klopten koortsig en hun oogjes brandden van uitgehuild verdriet. Toen de droeve plechtigheid was geëindigd, wilde men hen wegleiden uit deze voor hen zoo smartelijke omgeving. Patrick, in eenige uren van lijden gerijpt tot jongeman, maakte een afwerende beweging, en begrijpende dat hij, bij afwezigheid van den vader als hoofd der familie, de verantwoorde- ïykheid droeg voor hetgeen er verder met hen ging gebeuren, zeide hy tot zyn zuster: „Wy biyven bier by haar, nietwaar Mary?" „Ja Patrick, wy nemen afscheid van haar .is wy alleen zyn." En toen de menigte, deels stil en in gedach ten verzonken, deels zacht prevelende, het kerkhof had verlaten, Knielden de beide kin deren neer. CWordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 7