Morgen de beslissing verwacht Het einde bij Straat Soenda? I VEREENIGDE KATHOLIEKE PERS Weer een telegram der muiters Het nieuws van heden GAAN DE MEERDEREN VRIJ UIT? DE BAROMETER DONDERDAG 9 FEBRUARI 1933 BUREAUX: NASSAULAAN 51 - TEL. 13866 ABONNEMENTEN: voor Haarlem en Agentschappen per week 25 cent; per kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal f 3.58 bij vooruitbetaling DAGBLAD UITGEGEVEN DOOR DE N.V. DRUKKERIJ DE SPAARNESTAD, HAARLEM - TELEFOON 13866 De Kamerleden hadden thans over het incident beter kunnen zwijgen, meent prof. Aalberse Roode motie verworpen Reactie op de „Java" Schip wordt als muitend oorlogsschip behandeld Concentratie heden voltooid De positie van het schip De achtergeblevenen naar Medan De achtervolging Waarschuwende officier in het hospitaal Aanhankelijkheidsbetooging De „Aldebaran" te Padang In de Tweede Kamer Tweeslachtige houding der S. D. A. P. Omdat wij hier zitten! Desnoods geweld Een bezadigd oordeel Belgische belangstelling WAAR DE KONINGIN EN DE PRINSES VERBLIJVEN Gezicht op Lenzerheide, waar H. M. de Koningin en H. K. H, Prinses Juliana momenteel vertoeven Zij wenschen zich over te geven op de door hen reeds eerder gestelde voorwaarden Waarom de „Eridanus" zoo dicht in de buurt was Communistisch commentaar In Den Helder is het rustig Matrozenbond geen vakver eeniging DIT NUMMER BESTAAT UIT TIEN BLADZIJDEN Het Orde te Paramaribo hersteld De spoorwegstaking in Ierland ,1 IL. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT VIJF EN VIJFTIGSTE JAARCANC No. 18299 Advertentieprijzen: Per lossen regel 30 ct.; ingez. mededeelingen 50 cent; idem op pag. één 65 cent per regel. Bij contract sterk verlaagde prijzen. Voor de kleine annonces „Omroepers" zie de rubriek Uit Batavia werden Woensdagmiddag nog de volgende ten deele reeds door ons ver melde bijzonderheden aan de „Telegraaf" geseind: Op het oogenblik is de positie van „De Zeven Provinciën" volgens de laatste berichten aldus, dat het muitende schip Benkoelen halver wege Padang en de zuidpunt van Sumatra nadert. Aan den anderen kant wordt medegedeeld, dat het Java-eskader, dat de muiters tegemoet vaart, Donderdag Straat Soenda gepasseerd zal zijn. Men verwacht op grond van deze ge gevens, dat het eskader zich Vrijdag tegenover de muitende „Zeven Provinciën" zal bevinden. Op dien dag wordt dan ook de beslissing ver wacht, die zich op een wijze, waarover op dit oogenblik nog niets definitiefs te zeggen valt, vermoedelijk zal afspelen nabij den Straat Sóenda. Het ligt, naar wij vernemen, in de bedoeling van het Java-eskader om, indien dat noodig blijkt, over te gaan tot een gemeenschappelijke krachtige actie, d.w.z. dat gezamenlijk zal wor den geageerd met de vliegmachines en de tor pedobooten. die tot het Java-eskader behooren, 2oodat de muiters zich zullen bevinden tegen óver een gesloten front van gevechtseenheden van uiteenloopenden aard. Een bijzondere correspondent van de „Maas bode" meldt uit Soerabaja d.d. 8 Febr. het vol gende Toen op de „Java" het bericht werd ontvan gen van de muiterij op de „Zeven Provinciën" is de geheele inlandsche bemanning door het overige personeel met revolvers naar den voor bak gedreven, waar zij onder bewaking van schildwachten is opgesloten gehouden. Het Europeesche gedeelte van de bemanning heeft den kruiser daarop naar Soerabaja gebracht. Commandant van den kruiser ,,Java" is de kapitein ter zee J. T. A. J. Bruinsma. Groeps commandant van de torpedojagers, tevens com mandant van de „Evertsen" is de kapitein luitenant ter zee Doorman, commandant van de „Piet Hein" is de luitenant ter zee der eerste klasse J. B. de Meester. BATAVIA, 9 Febr. (Aneta). In verband met het optreden tegen „De Zeven Provinciën" ver klaart het Departement van Marine in Ned.- Indië officieel, dat vanaf het begin besloten werd, dat het schip uitsluitend zal worden be handeld als een muitend oorlogsschip. Optreden tegen „De Zeven Provinciën" wordt onraadzaam geacht vóór concentratie van een aantal vlooteenheden plaats heeft gehad, het geen verscheidene dagen moest duren als gevolg van den grooten afstand. De concentratie wordt heden voltooid, zoodat een beslissend optreden tegen morgen mag worden verwacht. BATAVIA, 9 Febr. (Aneta). De positie van „De Zeven Provinciën" was. te 4 uur v.m. Java- tijd: breedte 3 graden 56 minuten Zuid, lengte 100 graden, 44 minuten Oost. Het schip zet koers in Zuid-Oostelijke rich ting met een snelheid van TA knoop. BATAVIA, 9 Febr. (Aneta). Andere tele grammen melden, dat een gedeelte van de be manning, dat in Olehleh achterbleef, gisteren naar Medan is vertrokken, waar het zich zal in schenen naar Batavia. BATAVIA, 9 Febr. (Aneta). Toen „De Zeven Provinciën" Olehleh verliet, heeft men aan boord het anker gekapt. De „Aldebaian" zette „De Zeven Provinciën" achterna met gedoofde lichten, doch „De Ze ven Provinciën" gebruikte voortdurend zoeklich ten. BATAVIA, 9 Febr. (Aneta). De wachtdoende officier, die, toen de muiterij aan boord van „De Zeven Provinciën" uitbrak, over boord sprong, en die den commandant, die zich aan wal be vond, waarschuwde, is thans, als gevolg van een zenuwinstorting in het hospitaal opgenomen. BANDOENG, 9 Febr. (Aneta). Aan H. M. de Koningin is het volgende telegram gezonden: „Drieduizend ingezetenen van Priangan, te Bandoeng in vergadering bijeen, betuigen Uwe Majesteit eerbiedig aanhankelijkheid en ver trouwen in de kracht van uw beleid." PONTIANAK, 9 Febr. (Aneta). Hedenavond wordt door het Indo-Europeesch Verbond en de Vaderlandsche Club een aanhankelijkheidsbe tooging georganiseerd. PADANG, 8 Febr. (Aneta) De „Aldebaran'', welke de „De Zeven Provinciën" vanaf Olehleh heeft achtervolgd, is heden om 11 uur 45 v.m. in Emmahaven aangekomen. Het schip nad slechts tweederde der bemanning aan boord. De bemanning was zeer vermoeid, daar zij 2 A dag onafgebroken in touw is geweest. De proviand raakte op, het personeel werd op rantsoen ge steld. De gezaghebber confereert met den Resident van Sumatra's Westkust. DEN HAAG, 8 Februari 1933 Bij de voortgezette debatten in de Tweede Kamer over de Indische gebeurtenissen heeft Mr. Aalberse eenigszins uitvoeriger dan hij het gisteren bij de regeling van werkzaamheden deed, aangegeven, wat z.i. in dezen de houding der Staten-Generaal moet zijn. Het beste zouden de Kamerleden over het incident, dat nog niet geëindigd is, hebben gezwegen. De leider der katholieke fractie had daarvoor twee motieven, een staatkundig en een psychologisch, beide even gedegen. Psychologisch achtte hij de uitvoerige beraad slagingen niet op haar plaats, omdat wat in de Kamer wordt gezegd, uitdijt naar gelang de afstand, waarop er van wordt kennis genomen, grootei wordt. En staat kundig was er vooi debatten over de muiterij evenmin aanleiding. Het voortgezet misdrijf van de rebellie duurt nog steeds voort en in de houding, daarte genover door de Regeering aan te nemen, moet de AALBERSE Kamer zich niet mengen. Dan usurpeert zij zich de aan de Regeering toevallende bestuurstaak, terwijl zij ten aanzien dier bestuurstaak alleen het recht heeft, de Regeeringsdaden achteraf op haar juistheid te oordeelen en den betrok ken Minister ter verantwoording te roepen. Professor Aalberse heeft er zich dan ook al léén toe bepaald, aan de Regeering kracht cn beleid toe te wenschen. Zij store zich noch aan de raadslieden, die haar „krachtpatserij" aan bevelen, noch aan hen, die thans reeds, nu het objectief zéér ernstige misdrijf nog altijd voort duurt, clementie voor de daders pleiten. En verder doe zij later, opdat de Kamer dan haar oordeel vormen kan, volledige opening van zaken over de feiten zelf en de maatregelen, daartegen getroffen. Had Professor Aalberse zijn beknopte ver klaring bij het begin der debatten afgelegd in nóg korteren vorm drong zij gisteren bij de regeling van werkzaamheden niet zoo door wellicht had hij anderen ertoe gebracht, zijn goede voorbeeld te volgen. Want nu is er door verschillende leden nog vrij uitvoerig gesproken. De tweeslachtige houding der S.D.A.P. ten opzichte van de gebeurtenissen in Indië is ook heden nog gebleken. Ook de voorzitter van de roode fractie, Ir. Albarda, heeft geen enkeJ woord van afkeuring' over de dienstweigering en de muiterij gesproken en de koloniale des kundige Ir. Cramer gaf te kennen, dat hij geen moment spijt had van de door hem op de protestbijeenkomst te Den Haag gesproken zuiver revolutionnaire en de muiterij toejui chende woorden. Stelt men daartegenover en de communist Wijnkoop deed dit natuurlijk gretig dat gisterenmiddag in de Eerste Kamer Dr. Wibaut de muiterij als een onbe zonnen daad afkeurde, dan heeft men zoo eeni- ge stroomingen bijeen, die momenteel op een punt van zóó essentieel belang bestaan in de partij, welke zoo graag smaalt op het ontbre ken van eenheid in andere partijen. De een verontschuldigt, de ander juicht toe en de derde keurt af de opstandigheid van leden der weermacht. Wat overigens den meest radicalen van dit drietal, Ir. Cramer, betreft, zijn excla maties over wat hij voelt voor het Indische volk en over wat hij voor dit volk in zijn loop baan heeft over gehad, werden door de rest der Kamer met verbazing aangehoord. Men geeft in socialistischen kring zoo gaarne af op al wat men onder de kapitalistische klasse gelieft te rangschikken, maar men vergeet, dat er in de eigen roode rijen mannen meeloopen, wier persoonlijk vermogen en wier uit de schatkist getrokken inkomsten van dien aard zijn, dat zij een bestaan hebben, dat verre uitgaat boven dat van degenen, die zij bestrijden en die zij tegenover de minder bedeelde broeders zoo zwart mogelijk maken. Hoe lang al trekt de heer Cramer zijn non-activiteitstractement uit de Indische schatkist? En wie waren degenen, die iedere vrijwillige korting op hun schade loosstelling als Kamerlid afwezen? Het is vooral de Vrijheidsbonder Mr. Boon geweest, die op duidelijke wijze de verschillen in de S.D.A.P. ten opzichte van de Indische feiten en het weinige houvast, dat men daar door op deze partij heeft, heeft aangegeven. En de oorzaak daarvan? Toen de liberale woord voerder die wilde aangeven, gaf de communist Wijnkoop haar al. Op Mr. Boon's vraag, hoe het kwam, dat Dr. Wibaut in de Eerste Kamer anders sprak dan de heeren Albarda, Cramer en Drop, gaf het communistisch „enfant ter rible" per interruptie het antwoord: „Omdat wij hier zitten!" Inderdaad, dat is de reden, waarom de nei ging, om zich aan te stellen als lieden van de directe revolutionnaire daad, bij sommigen in de S.D.A.P. weer boven komt. De heer Albarda had alleen critiek op het beleid der Regeering bij de korting. Na 's mi nisters mededeelingen kunnen wij die niet deelen. Wél keuren wij mét hem af, dat de commandant van de „Zeven Provinciën" met een deel der officieren feestjes gearrangeerd heeft, terwijl men weten kon, dat de geest onder de bemanning tengevolge van de kor tingen niet te best moest zijn. En als het waar is. dat de commandant tevoren op de hoogte is gesteld van de voornemens der bemanning waarschuwing, die hij niet ernstig moet hebben opgevat dan achten wij met ir. Al barda, maar óók met minister Deckers, een zeer krassen maatregel noodzakelijk. Niet al leen de minderen, ook de meerderen, die ge faald mochten hebben, dienen gestraft. De heer ALBARDA was van oordeel, dat het schip onder het marinegezag moet worden teruggebracht. Maar het uiterste moest wor den gedaan, om verlies van menschenlevens te voorkomen. Het komt er maar op aan, wat men onder „het uiterste" verstaat. Ook dr. Colijn, die om zijn uitlating elders over het in den grond boren met een torpedo zwaar werd aangevallen, heeft gesproken en sprak ook thans van desnoods geweld. En de Regeerings- verklaring zelf bevatte uitdrukkelijk de woor den „na sommatie". In zijn repliek heeft trou wens minister Deckers nog onderstreept, dat natuurlijk naast de kracht, waarmee zou wor den opgetreden, het beleid niet ontbreken zal. Overigens bevatte 's ministers repliek alléén dit feitelijk nieuws, dat onbekende en onver antwoordelijke individuen met valsche berichten getracht hebben, de onrust te vergrooten. Mr. MARCHANT was in zijn oordeel zeer gematigd en bezadigd. Of de regeering terzake van de salarismaatregelen geheel vrij-uit gaat, betwijfelde hij. Overigens was ook hij van oor deel, dat met kracht, maar ook met tact, de „Zeven Provinciën" zoo spoedig mogelijk moet worden hernomen en achtte hij evenals prof. Aalberse het moment allerminst geschikt, om thans reeds allerlei maatregelen tot zuivering van de marine aan te bevelen. Men kent de feiten nog niet voldoende en is evenmin op de hoogte van den omvang van de onbetrouw baarheid der marine. Ir. Albarda heeft in zijn rede, geheel ver getend, wat partij genooten, in het buitenland aan het bewind, ter handhaving van hun positie doen en deden wij denken aan de Spaansche regeering en aan Noske, Severing en Greszinski de maatregelen, reeds thans door de regeering tegen de socialistische pers ge nomen, fel gegispt. Maar wie dagelijks leest, hoe deze pers den geest onder de weermacht vergiftigt en het vertrouwen in den minister ondermijnt, moet billijken, dat mr. Deckers deze bladen uit de kazernes en van de schepen weert. Het feit, dat de redactie Dinsdagavond de verantwoording van zich afschoof voor een interview over de muiterij in haar Maandag ochtendblad en dat zij dit deed wegens „den groven vorm" en „de verschillende onjuist heden" van dat interview, geeft een indruk van het geringe verantwoordelijkheidsbesef, waarmede de Arbeiderspers in tijden van span ning haar bladen vult. DAVID WIJNKOOP hield een nonsensicale „Dauerrede", waarin de noodige uitspraken voorkwamen, die menig ander voorzitter on middellijk zou hebben afgestraft. Toch kreeg de tactische en hoogst correcte president van Schaik van den communist de Visser het ver wijt van partijdigheid te hooren, toen hij bij den aanvang der vergadering voorstelde, diens interpellatie over vrijwel hetzelfde onderwerp als dat in behandeling was, niet toe te staan. De Kamer ging met 75 tegen 2 stemmen daarin met haar voorzitter mede. En aan het eind van den middag verwierp zij met 53 tegen 20 (sociaal-democratische en communistische) stemmen de motie-Drop, die de verklaring der regeering onbevredigend oordeelde. In België, waar overigens de belangstelling voor de muiterij op de „Zeven Provinciën" groot is, worden de berichten in het algemeen zonder - BATAVIA, 8 Febr. (Aneta). Naar wij ver nemen heeft het radiostation van de „De Zeven Provinciën" het volgende draadlooze bericht uitgezonden, dat gericht was aan den com mandant van het schip, den kapitein-luitenant ter zee P. Eikenboom, die aan boord vertoeft van het Gouvemementsvaartuig „Eridanus", dat nog immer de vervolging voortzet: „Wij verzoeken U om den hoogeren autoriteiten namens ons te willen mededeelen dat door ons geen communistische neigingen worden gekoes terd en dat wij niet van plan zijn tot geweld dadigheden over té gaan. Wij willen alleen protesteeren tegen de korting op de salarissen en tegen het in arrest stellen van onze kame raden. Alles aan boord is goed. Er zijn geen gewonden. De dienst heeft voortgang als ge woonlijk. Wij zijn bereid ons over te geven in den vorm waarvan ons eerder bericht melding heeft gemaakt, (onderteekend) De Europeesche en Inheemsche bemanning." Aneta-Holland meldt, dat in bevoegde marine kringen aan het radiotelegram van „De Zeven Provinciën" weinig beteekenis wordt gehecht. Aanvankelijk hebben de muiters een telegram van soortgelijken inhoud gezonden aan den commandant der marine te Soerabaja en nu met geen enkel woord daarop geantwoord is, zullen zij het waarschijnlijk nog eens via com mandant Eikenboom willen probeeren. De regeering zal echter ongetwijfeld de ge stelde voorwaarden van onmiddellijke en on voorwaardelijke overgave handhaven en van dit telegram geen nota nemen. Wat de onderteekening: Europeesch en in- Iandsch personeel betreft, is men van meening, dat deze wel onder alle voorbehoud bezien moet worden. commentaar in de pers gegeven. Alleen de so ciaal-democratische „Volksgazette" onderneemt in een hoofdartikel, getiteld „De diepere gron den van de gebeurtenissen op „De Zeven Pro vinciën", een hevigen aanval op het Nederland- sche beleid in Indië, zooals men die overigens ook in de Nederlandsche roode pers kan vin den. Naar aanleiding van de gemaakte opmerking, dat niet duidelijk was waar het Gouv. stoom schip „Eridanus" zoo spoedig vandaan kwam. schrijft een ter zake kundig lezer aan het „Handelsblad", dat dit vaartuig te Padang ir. station ligt (zooals de „Aldebaran" te Oleh-leh) en daar ter beschikking is van den resident van Sumatra's Westkust ongetwijfeld keert de „Aldebaran" na bunkeren te Padang naar haar station (Oleh-leh) terug en achtervolgt de „Eridanus" de „Zeven" tot hulp- van om de Zuid komt opdagen. Gezagvoerder van de „Eridanus" is de heer J. C. Lagaay, destijds, aldus brengt genoemd blad in herinnering, commandant van de „Zee meeuw" (zusterschip van de eveneens omge slagen „Krakatau") toen dat schip in het voor jaar van 1928 in het Westervaarwater van Soerabaya kapseisde. Commandant Lagaay, een te Padang zeer populaire persoonlijkheid, heeft bij die gelegenheid ongeveer twee uur bewus teloos te water gelegen, tot hij door de „J. H. Menters" van de B.P.M. werd opgepikt. Zoowel in de Fransche „Humanité" als in de Duitsche „Rote Fahne" putten de communisti sche onruststokers zich uit in loftuitingen en blijken van bewondering voor de muitende be manning van het oorlogsschip. De „Humanité" herinnert aan de „Potemkin". en aan de mui terij op de Engelsche „Innergordon" van ander half jaar geleden, en besluit: „Laten wij hen (de muiters) krachtig steunen door overal betuigingen van sympathie voor hen te doen aannemen en protestmoties tegen de Hollandsche regeering, om deze te verhinderen in de uitvoering van haar misdadige plannen tot het bombardeeren van het opstandige schip." De „Rote Fahne" brengt voor dit oproer nul de aan „onze Nederlandsche broederpartij, wel ke, gedachtig aan haar grootschen plicht be treffende het bevrijden van de door het Neder landsche imperialisme onderdrukte koloniale volken, reeds sedert jaren in leger en vloot een moedige anti-militaristische activiteit aan den dag legt." Onze speciale correspondent te Den Helder bericht, d.d. heden: Bij onze aankomst begaven we ons terstond naar de buitenhaven, teneinde na te gaan. in hoeverre de verspreide geruchten, als zou er een zekere animositeit onder het lagere marine personeel heerschen, tengevolge waarvan de overheid zou zijn overgegaan tot maatregelen als het inhouden van alle schietwapenen, waar heid bevatten. Zelf hebben we echter moeten constateeren, dat de haven niet den indruk maakte van een plaats, waar een zeer geladen atmosfeer heerscht. Weliswaar is de belangstel ling voor de schepen van de zijde der burgerij opvallend grooter te noemen dan in normale omstandigheden, en loopen er verschillende elementen rond, die daar eigenlijk minder thuis hooren. Ook van een uiterlijk merkbare stren gere bewaking dan gewoonlijk bleek ons heden niets, terwijl de stemming onder de manschap pen oogenschijnlijk uitstekend is. Wel zagen we venten met de verboden dagbladen, waaronder natuurlijk in de eerste plaats opviel het nieuwe blad der Arbeiderspers, genaamd „De Zeven Provinciën". We hebben echter kunnen consta teeren en vernamen het terloops ook nog van de colporteurs zelf, dat het met den verkoop lang niet meeviel!! Na een korte wandeling langs de buiten haven, waar de schepen uiterlijk niets bijzon ders te zien gaven, begaven we ons naar het bureau van het C. A. M. B. O. (Comitee tot behartiging van /ie algemeene belangen van het Marinepersoneel beneden den rang van officier), gevestigd Hoofdgracht 34, waar wij zeer welwillend te woord zijn gestaan door een der aanwezige bestuursleden. Op onze vraag, hoe in het algemeen de stemming onder het lagere marinepersoneel was, werd ons medege deeld, dat vanzelfsprekend de gebeurtenissen in Indië hier door een ieder met de grootste belangstelling worden gevolgd. Van sympathie met deze daad is echter weinig te bespeuren! Weliswaar was men in den aanvang zeer ont stemd onder het personeel over het verbod der sociaal-democratische dagbladen, hetgeen naar ronde zeemansmanier niet onder stoelen en banken is gestoken! De mannen hebben zich echter na de ver klaringen hunner officieren direct weten te schikken in het besluit van den minister. Se dert de eerste inbeslagneming en de daarop gevolgde waarschuwingen is dan ook geen en kel exemplaar der bewuste organen meer on der het marinepersoneel aangetroffen. Over het verspreide gerucht van het inhouden der wapens van het lagere marinepersoneel kon of wilde men ons vooralsnog^geen inlichtingen verstrekken. Wel legde het bestuurslid er den nadruk op, dat de toestand als zeer rustig moet worden beschouwd. Van de op touw ge zette ijverige propaganda der linksche groe pen, zoowel op den wal als in het stadje zelf, wordt zoo weinig mogelijk notitie genomen. „Dan gaat de pret er het gauwste af!" We begaven ons vervolgens naar het R. K. Militairen-Tehuis, waar men ons slechts kon mededeelen, dat hedenavond het Katholiek Marinepersoneel zijn houding zal bepalen en den toestand onder oogen zien. Naar aanleiding van de audiëntie van het Cambo op het departement van Defensie wijdt „Het Vaderland" een beschouwing aan het ka rakter van den Matrozenbond. Het blad schrijft o.m.: „De Matrozenbond mocht dan bestaan uit menschen, die hetzelfde vak of beroep uit oefenen, een vakvereeniging was hij niet. Een vakvereeniging staat toch in dien ~;n tegenover den werkgever, dat zij, zoodra er geschil ont staat over de arbeidsvoorwaarden, met alle wettige middelen, de staking incluis, op haar overwinning mag aansturen, juist zooals de patroons dat ook mogen doen, en tegenover de staking de uitsluiting zetten. „Maar bij de Marine bestaan evenmin als bij het leger patroons, die over de vaststelling der dienstvoorwaarden zouden mogen onderhande len, daar deze voorwaarden bij wet en regle ment door de Overheid zijn geregeld. Verande ringen daarin door het marinepersoneel ge- wenscht, kunnen dus alleen verkregen worden door een verzoek van belanghebbenden aan de regeering, langs den hiërarchisch voorgeschre ven weg. En dus zou men kunnen spreken over eene vereeniging, ten doel hebbende ter kennis van de regeering te brengen wat door de ma trozen aan wenschen werd gekoesterd, maar van eene vakvereeniging kan geen sprake we zen. Eene wezenlijke vakvereeniging zou op zichzelf reeds eene da^d van verzet geweest zijn. „De beteekenis van Marine en Leger staat De muiterij op „De Zeven Provinciën". Vrij dag ontmoeting met het eskader? Motie-Drop door de Tweede Kamer verworpen. Kard. Frühwirth is hedennacht te half een te Rome overleden. Daladier is voornemens een Fransche econo mische conferentie voor de koloniën bijeen te roepen. Duitsch-Beigische kolen-onderhandelingen voor- Ioopig afgebroken. Einde der spoorwegstaking in Ierland in zicht. De vorming van het Duitsche kabinet. De plotselinge omkeer van Hitier. Bij een hotelbrand in Canada zijn 5 menschen omgekomen. De Valera herkozen als Iersch minister-presi dent. Paul-Boncour over het Fransche plan te Ge neve. NederlandBelgië; verklaring van Minister Hymans. Onderhandelingen te Londen in verband met den bacon-uitvoer. Vier dooden bij een militair vliegongeluk in Engeland. Ernstige treinbotsing bjj Meppel; alleen mate- rieele schade. Laffe overval te Rotterdam. Na de ramp van de ,4'Atlantique"; redders te Amsterdam gehuldigd. Het algemeen indexcijfer der groothandels- prijzen in Januari met één punt gedaald. Noodlanding van twee militaire vliegtuigen: één vlieger ernstig gewond. Ontploffing te Tilburg; arbeider zwaar gewond. |1 Verwachting: Meest matige Zuid-Weste- lijke tot Westelijken wind, betrokken tot EE zwaar bewolkt, waarschijnlijk regenbuien, =j later iets kouder. Hoogste stand: 773.6 te Toulouse. Laagste stand: 727.0 te Rost. Zon op 7.30, onder 4.59. Licht EE op 5.29. Volle Maan 10 Februari. illllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllillllllllllllllllllllllUlillllllli of valt met tucht en discipline, zooals eene organisatie van scheepscommandanten niet te genover den vlootvoogd of eene organisatie van subalterne officieren niet tegenover de vlag officieren zou mogen gaan staan, is eene or ganisatie van matrozen tegen hun meerde ren het toppunt van ongerijmdheid. Zij behou den natuurlijk het recht van petitionnement langs den hun eenmaal voorgeschreven weg; maar prof. Buys zeide reeds in zijn tijd, dat de overheid, die de voorwaarden van de vrij willige dienstneming bepaalt, ook recht heeft daaraan de voorwaarde te verbinden, dat men zal afzien van het gebruik maken van een recht." PARAMARIBO, 8 Febr. (ANETA). De orde, welke alhier was verstoord door de agitatie van De Kom, is thans hersteld. In totaal zijn bij de relletjes twee personen gedood en 23 gewond. De immigranten zijn naar de plantages te ruggekeerd en hebben him werk hervat. BELFAST, 9 Febr. (VX>.). De staking bij de spoorwegen leidt thans tot een directe bedrei ging van het vervoer van post tusschen Enge land en Noord-Ierland. De vakvereeniging van spoorwegarbeiders heeft thans n.l. instructies uitgevaardigd, inhoudende, dat de arbeiders in de haven van Stranraer moeten weigeren „be smette" goederen, aangevoerd per stoomschip, te verwerken. tp-» i v v vii u i i i r s 4-^? Hoogste stand op Donderdag 1 uur mm.; 759 Voopuit

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 1