IN EN OM HAARLEM J** De Haarlemmerhout! t BEKENDE HAARLEMMERS f X) UITZIJN GESCHIEDENIS DONDERDAG 9 FEBRUARI Uit den Gemeenteraad - v - - - Hildebrand-monument Indië-Haarlem per motorfiets PIETER HASSELAAR HET PLEIN EN DE DREEF IN HILDEBRAND'S TIJD PASTOOR J. J. A. M. KROOK Zilveren jubileum „DE AANGEKLEEDE BLOEM" Opening door minister Verschuur Vliegtuig gedaald Aanbesteding sap Hoe genoeglijk rolt het leven Des gerusten landman heen dreven zonder zorgen eeuw geleên Veilig wand'lend langs de Herhaalde malen verwoest en weer aangelegd Verwoest en vernieuwd Eigenaren HET PLEIN EN DE DREEF IN DEN TEGENWOORDIGEN TIJD fff Hoe genoeglijk rolt het leven Des gerusten fietsers heen Heel behendig en bedreven Door geen auto aangereên De Baan Het Hobbelig-Bobbeligveld Feesten De laatste feiten Oudejaarsnacht in sneeuw- en modderpoelen van Afghanistan NEDERL. ZWEMBOND Kring Haarlem „Herwonnen Levenskracht" Postagentschap Centraal Comité voor werkloozen „Amor in de Pastorie" Lezing over de spelregels iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiimiimiiiiiiiiiii In de laatste jaren waren wij er in Haarlem aan gewoon geraakt, dat de koude win terdagen vergezeld gingen van communis tische straatrelletjes. Tijdens de vry felle vorstperiode van onlangs is er echter niets van dien aard gebeurd en dat zal wel verband hebben gehouden met het krachtig optreden der Haarlemsche politie in het begin van dezen winter. Het bleek gisteren intusschen ook, dat de afdeeling Holland van Sovjet-Rusland opdracht heeft gekregen, nu er niet meer op straat, waar de politie, goed deels uit zelfverdediging, tegenwoordig raak slaat, gedemonstreerd wordt, in de vergader zalen herrie te schoppen. En zoo hebben de communisten in navolging van wat de laatste dagen in de Tweede Kamer en in verschillende gemeenteraden van groote steden te zien is geweest, ook geprobeerd in de Haarlemsche vergaderzaal de blommetjes buiten te zetten. „Frisch en froh" zette de heer Peper by het begin der zitting het rumoerig spektakel in. Dat het een vooropgezet plan was bleek uit de overgroote belangstelling van communisten op de publieke tribune. De heer Peper vroeg het woord over het „schandelijk tekort aan voldoende maatregelen voor een behoorlijke verzorging van de werkloozen tijdens de jong ste koude-periode." Toen hij wat erg uitvoerig werd, maande de voorzitter, die aan het door zichtige spelletje een eind wilde maken, den heer Peper tot kortheid aan. En toen deze aan dat verzoek niet voldeed, schorste hij de vergadering. Na heropening werd 's heeren Pepers spreek tijd tot vijf minuten gerantsoeneerd. De heer Oversteegen nam daarop zijn taak over en toen kwam ook de publieke tribune in actie. Enkele bezoekers reageerden op een on beduidende opmerking van Oversteegen met als applaus bedoeld voetgetrappel. Deze instem ming kwam intusschen blijkbaar niet op het afgesproken moment, want de heer Overstee gen was stom verbaasd over zijn voorbarig succes en er ook heelemaal niet mee in zijn schik, want hij had nog graag een lange rede voering afgestoken. Maar het was gebeurd en de voorzitter liet oogenblikkelijk de publieke tribune ontruimen. De heer Oversteegen was toen vlug aan het einde van zyn propaganda- speech, zoodat door het resoluut en vlug in grijpen van den voorzitter dit communistisch als propaganda bedoelde, relletje op niets uit liep. Van zijn Sovjettistische leermeesters, die ver leden jaar zooveel tijd aan zyn revolutionnaire opvoeding hebben besteed, krijgt Oversteegen voor zyn mise-en-scène van achteren vast niet meer dan een magere twee op zijn rapport. Maar ook den socialisten zitten de aanstaan de Juni-gebeurtentsaen dwars voor de keel. Het maakt ze zenuwachtig. En zoo was het de heer Reinalda, die als derde politieke mars kramer het podium besteeg om met markt geschreeuw uit de ellende der werkloosheid Wat politieke munt voor de S. D. A. P. te halen Een ellendig bedryf toch als men bedenkt, dat, Waar ter wereld de socialisten ook regeeren, de werkloozen niet beter verzorgd worden dan in Nederland. Na deze ietwat dramatischen inzet kreeg de beer Gerritsz gelegenheid om in het boetekleed te gaan staan. Hij legde n.l. een verklaring af. waarbij hy zyn verwijten aan het adres van de N. Z. H. T. M. als zou deze, tegen de over eenkomst in, wagens van twintig meter lengte op de lyn HaarlemLeiden laten loopen, in trok. De wethouder verzekerde, datzijn ge heugen hem parten had gespeeld. Na alles wat wy over het geval hebben geschreven zullen wij er nu over zwygen. Het zyn uiterst pyniyke gebeurtenissen voor een wethouder.- De nader vastgestelde voorwaarden voor de Uitgifte in erfpacht van den tuin van het Bron gebouw aan de N. V. Het Sportfondsenbad wer den nu door den Raad zonder hoofdelyke stemming goedgekeurd. Voor de vernieuwing van het uurwerk in den toren van de groote kerk werd een crediet goedgekeurd. Hierby deelde de heer Joosten mede, dat hy nog altijd de electrische avond- Verlichting betreurt, omdat zy in strijd is met zyn aesthetisch gevoelen. Alle Haarlem mers zyn dat zeker niet met hem eens, maar toen hy het tafereel schetste van den toren, die zoetjes aan wegschemert in het vallende Volgens W. P. J. Overveen in zyn „Haarlem sche straatnamen" werd Pieter Dirkszoon Has selaar geboren in 1556. Hoewel nog zeer jong (ongeveer 18 jaar), was hij tydens het Spaansche beleg van Haarlem in 15721173 lid van het St. Hubertusgilde. Als vaandrig der schutterij nam hy deel aan menig krijgsbedrijf en verwierf zich een welverdien den roem. Na de overgave der stad was hy niet by het pardon" begrepen ('d.w.z. behoorde hy tot de genen, die door de Spanjaarden uit wraak wer den gearresteerd en die terechtgesteld zouden Worden), doch in hetzelfde jaar (1573) nog uit gewisseld met enkelen zyner stadgenooten tegen eenige Spanjaarden, die op de Zuiderzee in handen der onzen waren gevallen. Hy schynt zich daarna te Amsterdam geves tigd en zich tcegelegd te hebben op den handel. Niet alleen mogen wy hem aanmerken als een der grondleggers der Oost-Indische Com pagnie, maar ook als den man, die als raad en schepen van Amsterdam zyn belangen met yver bevorderde. Volgens anderen werd Hasselaar, een broe- derszoon van Kenau Hasselaar, omstreeks 1555 te Haarlem geboren. Tydens het beleg voer hy met eenige burgers naar Halfweg met het plan de werken der belegeraars te verwoes ten. Daar deze echter te ver gevorderd waren en hy zich den terugtocht afgesneden zag, ging hy haar Leiden. Toen de Prins van Oranje brieven wilde d'en overbrengen naar Haarlem, bood hij zich aan, en bereikte na tal van avonturen de stad. Hy overleed in 1615 of 1616 te Amsterdam. Haarlem heeft een straat naar hem genoemd. avonddonker en in verband hiermede vroeg om het electrisch licht pas twee uur na zonsonder gang te ontsteken, betuigden vele raadsleden daarmede hun instemming. De heer H. v. d. Pol te Heemstede had tot den Raad het verzoek gericht om toekenning eener tweede hypotheek voor den bouw van 120 ééngezinswoningen naby de Reigerstraat en B. en W. stelden voor een bedrag van hoog stens 600 per woning te verschaffen. Het bleek echter, dat de raadsleden geenszins en thousiast op het denkbeeld om dit particulier initiatief te steunen ingingen, temeer niet om dat verzuimd was, de commissie van Openbare Werken te hooren. De heer Gerritsz was toen evenmin bereid om met groote energie het voor stel te verdedigen en dus werd het aange houden. By de rondvraag werd het werkloozenvraag- stuk nog eens behandeeld. De heer Van Liemt zegde praeadvies van B. en W. toe op het ver zoek om de werkloozen slechts éénmaal per dag te laten stempelen. De heer Reinalda had betoogd, dat geen vrees behoeft te bestaan, dat werkloozen in dezen tijd ongemerkt byverdien- sten maken, maar de heer Van Liemt haalde frappante voorbeelden aan, dat zulks tóch voorkomt. Eén recent geval is er van iemand, die gedurende vyf weken kans zag steun te trekken, alhoewel hy in die weken 22, 17, 30, 50 en 80 had verdiend. By de behandeling van het voorstel om een bydrage te geven voor het crisiscomité, had de wethouder toegezegd, dat B. en W. gaarne zullen overwegen behoudens de vereischte goedkeuring een hoogere bydrage te geven ten einde de verschaffing van kleeding en schoeisel meer intensief te doen zyn. Vrijdag 10 Februari zal de zeereerwaarde heer J. J. A. M. Krook, pastoor der St. Martinus- kerk te Hillegom zyn zilveren pastoorsjubileum vieren. Pastoor J. J. A. M. Krook werd geboren te Amsterdam 19 Maart 1864 en op 15 Augustus 1891 priester gewyd. Kort daarop werd hy be noemd tot kapelaan te Overveen, daarna te Warmond, vervolgens te Dordrecht en ten slotte te 's-Gravenhage. In laatstgenoemde plaats wa r hy directeur der R. K. Militairenvereeniging De regeering erkende zyn verdiensten in deze functie door hem te benoemen tot ridder in de orde van Oranje-Nassau. Na te Wieringen als pastoor werkzaam te zijn geweest, werd pastoor Krook overgeplaatst naar Heikenszand. terwijl hy thans reeds dertien jaar als opvolger van den zeereerwaarden heer pastoor J. C. Grossel te Hillegom werkzaam is. 15 Februari zal de bloemententoonstelling annex handels- en industriebeurs „De aange- kleede bloem" te Sassenheim des middags 3 uur worden geopend. Naar wij vernemen zal de opening geschie den door Zyne Excellentie Minister Verschuur. Door het plotseling opkomen van den zee- damp was een militair vliegtuig Woensdagmid dag gedwongen, op het strand te Zandvoort te landen. Nadat de mist weer opgetrokken was, werd de tocht voortgezet. Woensdagmiddag werd door den heer J. P. Vos, architect B. N. A., in Hotel „Royal", Sta tionsplein, alhier, aanbesteed: Het bouwen van een dubbele villa aan de Dreef te Heemstede. Ingekomen waren 18 biljetten. Laagste inschryfster was de firma Jansen en Moens, te Haarlem, voor 17.200. V m A p T .f n ♦<,- tv" r- mmgr. - w sms (Vrij naar C. POOT) Waar in 't bronsgroen eikenhout, t nach- tegaa'tje zingtAls men op een heerlijken zomerdag dit bekende liedje van Henri Tyssen uit de geopende ramen van een stadsschool hoort galmen, dan krijgt men byna dadelyk den frisschen boschgeur van den Haarlemmerhout in den neus Wy spreken met opzet van den Haarlemmer hout en niet van een of ander willekeurig bosch. Haarlem toch is (dank zy Nurks, het onaangenaam mensch in den Haarlemmer hout!) zóó vergroeid met zijn „Hout", dat een Haarlemmer by het woord „hout" onmiddellyk aan zijn „Hout" denkt En daarom, nu het 450 jaar geleden is, dat dit bosch (thans nog slechts een groot park) in het bezit van de stad Haarlem kwam, achten wy het oorbaar iets uit zyn geschiedenis op te diepen. De geschiedenisboekjes op de lagere scholen verhalen uit den treure, dat Holland in den Germanentyd geheel bedekt was met reusach tige wouden, waarvan het Haarlemmer-, het Haagsche en het Alkmaarderhout nog de scha mele overblyfselen zijn. De naam Holland zou er zelfs van afkomstig zyn, zooals de naam Haarlemmerhout van den oorspronkelijken naam „Haerlemmerholte" afgeleid is. Er wordt er dan byverteld, dat in die bosschen allerlei wilde dieren, als zwijnen, beren, wolven, enz. huisden, waarop de edellieden gaarne jacht maakten. In het archief vonden we een mede- deeling, die dit op aardige wyze illustreert. Wil lem III n.l., Graaf van Holland en meestal Willem de Goede genaamd, beloofde „voor be wezen diensten" in 1314 aan een van zyn feo dale heeren, Gijsbert van Ysselstein, jaarlyks een hert uit het Haarlemmerhout te schenken, een belofte, welke in dien tyd ongetwijfeld zeer gemakkelyk te vervullen was, al kende men toen nog geen hertenkamp zooals nu Het spreekt wel vanzelf, dat in de Middel eeuwen de Haarlemmerhout er eenigszins an ders uitzag dan thans. Men trof er toen nog geen banken of lantaarns of asphaltwegen aan, de boomen groeiden nog in ongekuischten vorm, terwyl de uitgestrektheid nog zoo groot was, dat het Spaame er nog daorheen stroomde en zelfs „De Vogelenzang" er nog in gelegen was. Het omsloot dan ook het geheel Zuidelyke ge deelte van de stad. In den loop der eeuwen hebben stormen den Haarlemmerhout herhaalde malen geteisterd, zooals een hevige storm in 1703, die behalve het haantje van de Groote Kerk en het kruis van de Nieuwe Kerk ook nog 200 a 300 boomen omverwierp. Op 23 November 1836, 14 October 1881 en 28 Mei 1860 richtten resp. een storm uit het N.W., een Pinksterstorm en een storm uit het Z.O. eveneens groote schade kan. Niet alleen de Natuur, ook de menschenhand verwoestte eenige malen het bosch. Vooral in de Middeleeuwen en den tachtig-jarigen oorlog met zijn vele strooptochten, plunderingen en be legeringen liet men soms van den Haarlemmer hout niet veel meer dan wat kale stammen en stronken over, en dikwyls zelfs dat nog niet eens Tydens de Hoeksche en Kabeljauwsche twis ten in 1426 trokken Jacoba van Beieren met een groot leger uit Utrecht, Schoonhoven en Oude water, en de aartsvijanden van Haarlem, Jonk heer Willem van Brederode met de Kenne- mers en burgers van Alkmaar naar Haarlem. De stadhouder van Holland, Jacob van Gaes- beek, die wist wat een prachtige schuilplaats de Haarlemmerhout voor de belegeraars zou zijn, liet daarom het geheele woud omhakken en platbranden, evenals de boomgaarden, welke in dien tijd om de stad geplant waren. Wy zullen van het beleg zelf niet veel zeg gen. Op 8 Mei 1429 werd een wapenstilstand gesloten na een moedige verdediging, waarna men begon het bosch opnieuw aan te leggen. Ook gedurende het beleg door de Spanjaar den in den tachtig-jarigen oorlog werd de Haarlemmerhout geheel verwoest, met uitzon dering van de tegenwoordige Spanjaardslaan. Een nieuwe beplanting na het beleg was nood- zakelyk, welke dan ook in 1584-1585 uitgevoerd werd. In de volgende eeuwen zijn verschillende ma len groote deelen van het woud veranderd en opnieuw aangelegd, zooals in 1705 de z.g. Oude of Kleine Hout, in Augustus 1754 de Nieuwe Hout en in 1828 zelfs het geheele bosch door den bekenden architect J. D. Zocher, die ook het Staten Bolwerk en verschi'lende andere parken heeft aangelegd. Men zal zich misschien amper kunnen voorstellen, dat 72 jaar geleden ook het Plein, thans een groote asphaltvlakte, een beurt kreeg en opnieuw met boomen be plant werd, tegelykertyd met het geheele bosch tot aan den z.g. Blauwen Steen by de Meester- lottelaan. In de oudste tyden behóórde de grond aan den stam, die erop woonde, vervolgens aan het stamhoofd en tenslotte aan den Landsheer. By het overgaan van de macht over Holland aan de Staten, kregen deze ook de beschikking over de Landsgronden en aldus ook over den Haar lemmerhout. In 1406 werden dan ook met ver gunning van de Raadslieden van Holland eenige gedeelten verkocht. In de troebele ty den na het beleg in 1573, toen de Haarlem merhout geheel verwoest was en velen in de stad gebrek leden, stonden de Staten van Hol land den grond van den Haarlemmerhout in erfpacht af onder voorwaarde, dat de erfpachts som (325 pond per jaar) zou betaald worden aan de predikanten, zoolang in hun onderhoud niet op andere wyze was voorzien. Sedert dien tyd is de Haarlemmerhout in het bezit van de stad gebleven, welke daarvan een prachtig, beroemd (Camera Obscura!) wan delpark heeft gemaakt. m De Baan, van oudsher ook het „Speelveld" genoemd, was in de 14de eeuw een groote gras vlakte, welke op 20 Februari 1390 door Hertog Albrecht aan de stad Haarlem als belooning voor bewezen diensten, geschonken werd. Het bestuur kende een eeuw later de op brengst ervan, grashuur, enz., toe aan de „Ge- tydenmeesteren der Zeven Getyden" van de St. Bavokerk, welk besluit door Hertog Philips van Bourgondië werd goedgekeurd. In een handvest bevestigde hy de stad nogmaals in het bezit van de Baan „om daarop te gaan spacieren, spelen, balslaan ende recreatie-hou den", waaruit blijkt, dat het openluchtspel geen specialiteit van den modernen tyd is, zoo als zoo dikwijls beweerd wordt Ruim drie eeuwen heeft het speelveld zyn naam eer aangedaan, tot in October 1807 Ko ning Lodewijk het van de stad voor ƒ6000 kocht, om daarvan 'n botanischen tuin te ma ken, waarvan echter weinig terecht is geko men Gelukkig gaf de Nederlandsche Staat, die het Speelveld met de erfenis van Koning Lo- dewyk in bezit kreeg, het weer aan de stad terug. Opnieuw werd het tót een wan delplaats aangelegd en ontving daarby den weinig poëtischen naam van „Koekamp". Later werd het Brongebouw erop gezet en thans is de Dreef nog t eenig overblijfsel, dat den naam „wandelplaats" waardig is Terloops willen wy nog even op een ander gedeelte wyzen, n.l. het Hobbelig-Bobbeligveld. Het is niet bekend, waaraan dit gedeelte zyn karakteristieken naam ontleent. Waarschyn- lyk zal de zeer oneffen oppervlakte speciaal in een tyd, toen de rytuigen nog geen veeren hadden en luchtbanden onbekende dingen wa ren, daaraan wel niet vreemd zijn! Eerst in 1702 werd dit tamelyke groote veld bij den Haarlemmerhout gevoegd en met boomen be plant. Uit het feit, dat het planten van den eersten boom door den zoon van burgemeester Sylvius op 10 November 1703 met eenige plech tigheid gepaard ging, blijkt dat dergelijke cere moniën ook al niet uit de laatste jaren da teerenOok in dien tyd klaagde men steen en been over het teveel aan eerste-steen-leg- gingen, jubileumfeesten en dergelijke! Een oud geschrift meldt, „datter Godt geklaegt was soveele als de boerenmeyden dansten Nu wij het toch over feesten hebben, memo- reeren wy hier even, dat de Haarlemmerhout een geëigende gelegenheid was om allerlei feesten en tentoonstellingen te organiseeren. Wat wilde men ook meer: Een romantisch décor van boomen, de frissche lucht en ruimte en vryheid! Janssen van Raay meldt in zyn necrologie, dat in 1697 Czaar Peter en zijn gemalin Ca- tharina eenige dagen in den Haarlemmerhout doorbrachten en feestelyk onthaald werden door vele personen, o. a. door Peter Koolaart, echtgenoot van de dichteres Elisabeth Hoof- man. De Hollandsche Maatschappy voor Landbouw en de Ned. Maatschappy voor Tuinbouw en Plantkunde hebben herhaalde malen (1868, 1879, 1882 enz.) jaarvergaderingen en tentoon stellingen in het bosch gehouden. Ten slotte nog een enkel woord over de ont wikkeling sedert 1800. Het spreekt wel vanzelf dat de Haarlemmermeer ook zyn deel heeft gehad van de uitbreidingswoede, welke zich van Haarlem in de laatste helft van de 19e eeuw meester maakte. Groote gedeelten, zoo als het „Rozenprieel", de gronden langs de Leidschevaart, langs den Heerenweg en op de Heemsteedsche grens, werden bebouwd en sport terreinen en breede rijwegen aangelegd. Dat daarby een kostelyk stuk van de ongerepte na tuur verloren ging, telde in die dagen nu niet zoo heel veel medeWel probeerde men het bosch te „verfraaien" door den aanleg van een grintweg in 1857, het eerste symptoom van' de verkeersontwikkeling, en den bouw in 1869 door de Duinwaterleiding Maatschappy, van een fontein, welke tot groot genoegen van de Haar lemmers op 15 Mei 1870 begon te springen, maar sedert dien alweer naar het rijk der herinne ring is verwezen. Voorts memoreeren wy den aanleg van de paardentram en stoomtram, resp. in 1877 en 1881, de joyeuse entree van het hertenkamp, en de oprichting op 5 April 1882 volgens het Raadsbesluit van de eerste drie kiosken, „om gedurende den zomer verfrisschende dranken te verkoopen", en des winters (maar zoover was men toen nog niet!) warme chocolade De paardentram werd later geëlectrificeerd en doorgetrokken tot Heemstede, vele villa's zyn bygebouwd, het motorverkeer eischte breedere wegen en ten slotte kreeg het stand beeld van Laurens Coster, dat oorspronkeiyk in den Hout stond, een plaatsje op de Groote Markt, terwyl het Hildebrand-monument eer lang de personen zal tooonen, die den Haar lemmerhout onsterfeiyk hebben gemaakt. Wy hopen het tenminste nog eens te beleven Dit zijn zoo in vogelvlucht de voornaamste gebeurtenissen van ons geliefd wandeloord, waarin iedere Haarlemmer ongetwyfeld wel eenes een keertje in zyn leven een „luchtje is gaan scheppen" „Als taaie honden hebben we doorgebeten" melden brieven van onze dappere motoristen Aukes en Herweyer uit Afghanistan. Waar schuwing en sombere voorspelling ten spyt zyn zij door 't land der Afridi's getrokken, om langs den hoogen, moeilyken Kaijberpas Afghanistan binnen te komen, waar zij, boven verwachting niet alleen welwillend door autoriteiten toege laten werden, maar zelfs verwelkomd door den Minister van Buitenl. Zaken, die hun een thee aanbood in de ministersclub te Kaboel, en die persoonlijk in hun logboeken vastlegde, dat zy de eerste Nederlanders waren, die ooit Afghanistan bezocht hebben. Van Kaboel ging de tocht langs zeer slechte wegen over hooge bergpassen „onder helsche koude" (gezonde afwisseling na eenige ja ren tropenhitte) naar Kandahar. Enkele keeren overnachtten ze in z.g. „resthouses" met eenige comfort een kale vloer en een bak met wa ter, dat 's ochtends eenige c.M. dik bevroren was, zonder bedden, zonder dekens, zelfs 'n enkelen keer zonder eten. Den vierden dag daalden zy naar de lage poestah's, waar de sneeuw nat en de weg steeds modderiger werd en waar de motor al maar moeizamer door-sukkelde. Toen de avond viel, geen weg meer kenbaar, mijlen ver nog van Kandahar, gaf de trouwe motor 't voorgoed op, tot de assen weggezakt in de eindelooze vieze kleverige modderbry. In dien sneeuw-en modderpoel werd de kam- peertent uitgezet en in diepe duisternis in een van de meest eenzame en onherbergzame oor den der wereld zochten zij, doornat en dood- verkleumd een beetje bescherming tegen yzigen wind en striemende sneeuw en regen onder het dunne door stormwind gescheurde kampeer- doek. Zoo wachtten zij den eindeloozen nacht. en dachten aan Haarlem en Heemstede, dat by warmen haard en vroolyken dronk, by punch en appelbollen.... „oud in nieuw" vierde. Doch, zooals vaak, als de nood t hoogste is, Dank zij de sympathieke voorzorgen van autoriteiten in Kaboel, was de Gouverneur van Kandahar telegrafisch in kennis gesteld van him komst. Toen na informatie bleek, dat zy den bestemden avond niet te Kandahar aan gekomen waren, zond de actieve Gouverneur 's nachts nog een kleine expeditie met een autobus uit, om de vermiste Hollanders op te sporen. Wel nimmer zullen de jongelui zoeklichten en autogetoeter met zooveel vreugde begroet hebben als in dien bewusten oudejaarsnacht. En nooit voordien was t gebeurd, dat op den heel vroegen Nieuwjaarsdag t voltallig keuken- personeel van den Gouverneur van Kandahar zóó druk in de weer was om twee bijna ver ongelukte Hollanders op te kikkeren met veel heete thee, met massa's rijst en schapenvleesch en warme bedden met stapels dekens. Een eere-saluut aan de mensclflievend gast- vrye en actieve bestuurders van een volk, dat wy in onnoozele onwetendheid zoo gemakkelyk en graag rekenen tot verstarde barbaren. Den motor vond men een der volgende dagen, beroofd van vele zyner onderdeelen door „cara- vanpeople". 't Laat zich begrijpen, dat motor en berijders een week noodig hadden voor al- lernoodzakelykste reparatie. Zeer verstandig werd besloten de nog veel gevaarlyker reis door de Perzische woestijn, Oost en Noord, naar Teheran, in dezen tijd veelal geteisterd door dagenlange sneeuwstormen en onmenschelijke koude en kudden hongerige wolven, op te geven, om langs de Zuid Bagdad te bereiken, welke stad zy, volgens latere berichten reeds gepas seerd zijn, op weg, onder militair convooi, naar Damascus. De kring Haarlem van den N. Z. B. houdt op Vrydag 3 Maart a.s. de algemeene vergadering, des avonds 8 uur in hotel „Royal", Stations plein. Door den penningmeester van bovengenoem de vereeniging is in dank ontvangen de jaar- lijksche opbrengst van het busje, zynde f 9.43 V., geplaatst in het kantoor der Woningbouwver- eeniging „St. Bavo" te Haarlem. Alsmede het bedrag van f 2.85, geschonken dcor de Jeugd commissie op den gehouden kienavond van wege den Ned. R. K. Grafischen Bond, afd. Haarlem. De directeur van het Post- en Telegraafkan toor alhier maakt bekend, dat het postagent schap annex telegraafstation Wagenweg 29 tot nader bericht tydelyk op werkdagen zal zyn geopend van 9—12.30 uur en van 14—18 uur. De lezing, die dr. Molle-Eisma Woensdagmid dag heeft gehouden is een groot succes gewor den. De benedenzaal van het gebouw Spaame 92 was meer dan vol toen spreker te 2 uur zyn lezing aanving over het onderwerp: „Het ont staan van de aarde en haar ontwikkeling in verschillend tydperken". Het onderwerp werd in drie gedeelten bespro ken. 1. Het ontstaan van de aarde. 2. De ge bergte-vorming. 3. De invloed van de planten wereld op de aarde. Na een kleine pauze was er gelegenheid tot vragen stellen. Enkele zullen op volgende Woensdagmiddagen worden behan deld. Dr. Mjolle Eisma had een dankbaar applaus in ontvangst te nemen. Deze lezingen zullen aldus op de volgende Woensdagen worden voortgeozet. Wegens het groote succes, dat het amusante biyspel „Amor in de Pastorie" te Haarlem (by de drie vertooningen die het stuk tot op heden in de Spaamestad beleefde), herhaalde, heeft de directeur van het Ver. Rotterdamsch-Hof- stad-Tooneel, Cor van der Lugt Melsert besloten nogmaals een vertooning ervan te geven en wel op Woensdag 16 Februari aa. in den Stads schouwburg. De rol verdeeling is dezelfde als de vorige ma len met Anton Roemer, Johan Elsensohn, Jan van Ees, Wilh. Daymaer v. Twist in de hoofd rollen. Regie Hermann Schwab. Hedenavond zal de heer J. J. F. van Gessel, scheidsrechter van den K. N. V. B. te Amster dam, in de achterzaal van hotel „De Leeuwe rik", Kruisstraat 30 te Haarlem, voor de by den Haarl. Voetbalbond aangesloten scheidsrechters een lezing over de spelregels houden. Aanvang 8.15 uur. Voorzoover de plaatsruimte zulks toelaat, be staat bovendien voor belangstellenden, niet- scheidsrechters, de gelegenheid deze ongetwy feld leerzame causerie by te wonen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 5