IN EN OM HAARLEM
J**
De Haarlemmerhout!
t
BEKENDE HAARLEMMERS
f X)
UITZIJN GESCHIEDENIS
DONDERDAG 9 FEBRUARI
Uit den Gemeenteraad
- v
- - -
Hildebrand-monument
Indië-Haarlem per
motorfiets
PIETER HASSELAAR
HET PLEIN EN DE DREEF IN HILDEBRAND'S TIJD
PASTOOR J. J. A. M. KROOK
Zilveren jubileum
„DE AANGEKLEEDE BLOEM"
Opening door minister Verschuur
Vliegtuig gedaald
Aanbesteding
sap
Hoe genoeglijk rolt het leven Des gerusten landman heen
dreven zonder zorgen eeuw geleên
Veilig wand'lend langs de
Herhaalde malen verwoest en
weer aangelegd
Verwoest en vernieuwd
Eigenaren
HET PLEIN EN DE DREEF IN DEN TEGENWOORDIGEN TIJD
fff
Hoe genoeglijk rolt het leven Des gerusten fietsers heen Heel behendig en
bedreven Door geen auto aangereên
De Baan
Het Hobbelig-Bobbeligveld
Feesten
De laatste feiten
Oudejaarsnacht in sneeuw- en
modderpoelen van
Afghanistan
NEDERL. ZWEMBOND
Kring Haarlem
„Herwonnen Levenskracht"
Postagentschap
Centraal Comité voor werkloozen
„Amor in de Pastorie"
Lezing over de spelregels
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiimiimiiiiiiiiiii
In de laatste jaren waren wij er in Haarlem
aan gewoon geraakt, dat de koude win
terdagen vergezeld gingen van communis
tische straatrelletjes.
Tijdens de vry felle vorstperiode van onlangs
is er echter niets van dien aard gebeurd en
dat zal wel verband hebben gehouden met het
krachtig optreden der Haarlemsche politie in
het begin van dezen winter. Het bleek gisteren
intusschen ook, dat de afdeeling Holland van
Sovjet-Rusland opdracht heeft gekregen, nu
er niet meer op straat, waar de politie, goed
deels uit zelfverdediging, tegenwoordig raak
slaat, gedemonstreerd wordt, in de vergader
zalen herrie te schoppen. En zoo hebben de
communisten in navolging van wat de laatste
dagen in de Tweede Kamer en in verschillende
gemeenteraden van groote steden te zien is
geweest, ook geprobeerd in de Haarlemsche
vergaderzaal de blommetjes buiten te zetten.
„Frisch en froh" zette de heer Peper by het
begin der zitting het rumoerig spektakel in.
Dat het een vooropgezet plan was bleek uit
de overgroote belangstelling van communisten
op de publieke tribune. De heer Peper vroeg
het woord over het „schandelijk tekort aan
voldoende maatregelen voor een behoorlijke
verzorging van de werkloozen tijdens de jong
ste koude-periode." Toen hij wat erg uitvoerig
werd, maande de voorzitter, die aan het door
zichtige spelletje een eind wilde maken, den
heer Peper tot kortheid aan. En toen deze
aan dat verzoek niet voldeed, schorste hij de
vergadering.
Na heropening werd 's heeren Pepers spreek
tijd tot vijf minuten gerantsoeneerd.
De heer Oversteegen nam daarop zijn taak
over en toen kwam ook de publieke tribune in
actie. Enkele bezoekers reageerden op een on
beduidende opmerking van Oversteegen met
als applaus bedoeld voetgetrappel. Deze instem
ming kwam intusschen blijkbaar niet op het
afgesproken moment, want de heer Overstee
gen was stom verbaasd over zijn voorbarig
succes en er ook heelemaal niet mee in zijn
schik, want hij had nog graag een lange rede
voering afgestoken. Maar het was gebeurd en
de voorzitter liet oogenblikkelijk de publieke
tribune ontruimen. De heer Oversteegen was
toen vlug aan het einde van zyn propaganda-
speech, zoodat door het resoluut en vlug in
grijpen van den voorzitter dit communistisch
als propaganda bedoelde, relletje op niets uit
liep.
Van zijn Sovjettistische leermeesters, die ver
leden jaar zooveel tijd aan zyn revolutionnaire
opvoeding hebben besteed, krijgt Oversteegen
voor zyn mise-en-scène van achteren vast niet
meer dan een magere twee op zijn rapport.
Maar ook den socialisten zitten de aanstaan
de Juni-gebeurtentsaen dwars voor de keel.
Het maakt ze zenuwachtig. En zoo was het de
heer Reinalda, die als derde politieke mars
kramer het podium besteeg om met markt
geschreeuw uit de ellende der werkloosheid
Wat politieke munt voor de S. D. A. P. te halen
Een ellendig bedryf toch als men bedenkt, dat,
Waar ter wereld de socialisten ook regeeren,
de werkloozen niet beter verzorgd worden dan
in Nederland.
Na deze ietwat dramatischen inzet kreeg de
beer Gerritsz gelegenheid om in het boetekleed
te gaan staan. Hij legde n.l. een verklaring af.
waarbij hy zyn verwijten aan het adres van
de N. Z. H. T. M. als zou deze, tegen de over
eenkomst in, wagens van twintig meter lengte
op de lyn HaarlemLeiden laten loopen, in
trok. De wethouder verzekerde, datzijn ge
heugen hem parten had gespeeld. Na alles wat
wy over het geval hebben geschreven zullen wij
er nu over zwygen. Het zyn uiterst pyniyke
gebeurtenissen voor een wethouder.-
De nader vastgestelde voorwaarden voor de
Uitgifte in erfpacht van den tuin van het Bron
gebouw aan de N. V. Het Sportfondsenbad wer
den nu door den Raad zonder hoofdelyke
stemming goedgekeurd.
Voor de vernieuwing van het uurwerk in den
toren van de groote kerk werd een crediet
goedgekeurd. Hierby deelde de heer Joosten
mede, dat hy nog altijd de electrische avond-
Verlichting betreurt, omdat zy in strijd is
met zyn aesthetisch gevoelen. Alle Haarlem
mers zyn dat zeker niet met hem eens, maar
toen hy het tafereel schetste van den toren, die
zoetjes aan wegschemert in het vallende
Volgens W. P. J. Overveen in zyn „Haarlem
sche straatnamen" werd Pieter Dirkszoon Has
selaar geboren in 1556.
Hoewel nog zeer jong (ongeveer 18 jaar), was
hij tydens het Spaansche beleg van Haarlem in
15721173 lid van het St. Hubertusgilde. Als
vaandrig der schutterij nam hy deel aan menig
krijgsbedrijf en verwierf zich een welverdien
den roem.
Na de overgave der stad was hy niet by het
pardon" begrepen ('d.w.z. behoorde hy tot de
genen, die door de Spanjaarden uit wraak wer
den gearresteerd en die terechtgesteld zouden
Worden), doch in hetzelfde jaar (1573) nog uit
gewisseld met enkelen zyner stadgenooten
tegen eenige Spanjaarden, die op de Zuiderzee
in handen der onzen waren gevallen.
Hy schynt zich daarna te Amsterdam geves
tigd en zich tcegelegd te hebben op den handel.
Niet alleen mogen wy hem aanmerken als
een der grondleggers der Oost-Indische Com
pagnie, maar ook als den man, die als raad en
schepen van Amsterdam zyn belangen met
yver bevorderde.
Volgens anderen werd Hasselaar, een broe-
derszoon van Kenau Hasselaar, omstreeks
1555 te Haarlem geboren. Tydens het beleg
voer hy met eenige burgers naar Halfweg met
het plan de werken der belegeraars te verwoes
ten.
Daar deze echter te ver gevorderd waren en
hy zich den terugtocht afgesneden zag, ging hy
haar Leiden.
Toen de Prins van Oranje brieven wilde d'en
overbrengen naar Haarlem, bood hij zich aan,
en bereikte na tal van avonturen de stad.
Hy overleed in 1615 of 1616 te Amsterdam.
Haarlem heeft een straat naar hem genoemd.
avonddonker en in verband hiermede vroeg om
het electrisch licht pas twee uur na zonsonder
gang te ontsteken, betuigden vele raadsleden
daarmede hun instemming.
De heer H. v. d. Pol te Heemstede had tot
den Raad het verzoek gericht om toekenning
eener tweede hypotheek voor den bouw van
120 ééngezinswoningen naby de Reigerstraat
en B. en W. stelden voor een bedrag van hoog
stens 600 per woning te verschaffen. Het
bleek echter, dat de raadsleden geenszins en
thousiast op het denkbeeld om dit particulier
initiatief te steunen ingingen, temeer niet om
dat verzuimd was, de commissie van Openbare
Werken te hooren. De heer Gerritsz was toen
evenmin bereid om met groote energie het voor
stel te verdedigen en dus werd het aange
houden.
By de rondvraag werd het werkloozenvraag-
stuk nog eens behandeeld. De heer Van Liemt
zegde praeadvies van B. en W. toe op het ver
zoek om de werkloozen slechts éénmaal per
dag te laten stempelen. De heer Reinalda had
betoogd, dat geen vrees behoeft te bestaan, dat
werkloozen in dezen tijd ongemerkt byverdien-
sten maken, maar de heer Van Liemt haalde
frappante voorbeelden aan, dat zulks tóch
voorkomt. Eén recent geval is er van iemand,
die gedurende vyf weken kans zag steun te
trekken, alhoewel hy in die weken 22, 17,
30, 50 en 80 had verdiend.
By de behandeling van het voorstel om een
bydrage te geven voor het crisiscomité, had de
wethouder toegezegd, dat B. en W. gaarne
zullen overwegen behoudens de vereischte
goedkeuring een hoogere bydrage te geven ten
einde de verschaffing van kleeding en schoeisel
meer intensief te doen zyn.
Vrijdag 10 Februari zal de zeereerwaarde heer
J. J. A. M. Krook, pastoor der St. Martinus-
kerk te Hillegom zyn zilveren pastoorsjubileum
vieren. Pastoor J. J. A. M. Krook werd geboren
te Amsterdam 19 Maart 1864 en op 15 Augustus
1891 priester gewyd. Kort daarop werd hy be
noemd tot kapelaan te Overveen, daarna te
Warmond, vervolgens te Dordrecht en ten slotte
te 's-Gravenhage. In laatstgenoemde plaats wa r
hy directeur der R. K. Militairenvereeniging
De regeering erkende zyn verdiensten in deze
functie door hem te benoemen tot ridder in de
orde van Oranje-Nassau.
Na te Wieringen als pastoor werkzaam te zijn
geweest, werd pastoor Krook overgeplaatst naar
Heikenszand. terwijl hy thans reeds dertien jaar
als opvolger van den zeereerwaarden heer
pastoor J. C. Grossel te Hillegom werkzaam is.
15 Februari zal de bloemententoonstelling
annex handels- en industriebeurs „De aange-
kleede bloem" te Sassenheim des middags 3 uur
worden geopend.
Naar wij vernemen zal de opening geschie
den door Zyne Excellentie Minister Verschuur.
Door het plotseling opkomen van den zee-
damp was een militair vliegtuig Woensdagmid
dag gedwongen, op het strand te Zandvoort te
landen.
Nadat de mist weer opgetrokken was, werd
de tocht voortgezet.
Woensdagmiddag werd door den heer J. P.
Vos, architect B. N. A., in Hotel „Royal", Sta
tionsplein, alhier, aanbesteed:
Het bouwen van een dubbele villa aan de
Dreef te Heemstede.
Ingekomen waren 18 biljetten.
Laagste inschryfster was de firma Jansen
en Moens, te Haarlem, voor 17.200.
V m A p T
.f n ♦<,-
tv" r-
mmgr. - w sms
(Vrij naar C. POOT)
Waar in 't bronsgroen eikenhout, t nach-
tegaa'tje zingtAls men op een
heerlijken zomerdag dit bekende liedje
van Henri Tyssen uit de geopende ramen van
een stadsschool hoort galmen, dan krijgt men
byna dadelyk den frisschen boschgeur van den
Haarlemmerhout in den neus
Wy spreken met opzet van den Haarlemmer
hout en niet van een of ander willekeurig
bosch. Haarlem toch is (dank zy Nurks, het
onaangenaam mensch in den Haarlemmer
hout!) zóó vergroeid met zijn „Hout", dat een
Haarlemmer by het woord „hout" onmiddellyk
aan zijn „Hout" denkt
En daarom, nu het 450 jaar geleden is, dat
dit bosch (thans nog slechts een groot park)
in het bezit van de stad Haarlem kwam, achten
wy het oorbaar iets uit zyn geschiedenis op te
diepen.
De geschiedenisboekjes op de lagere scholen
verhalen uit den treure, dat Holland in den
Germanentyd geheel bedekt was met reusach
tige wouden, waarvan het Haarlemmer-, het
Haagsche en het Alkmaarderhout nog de scha
mele overblyfselen zijn. De naam Holland zou
er zelfs van afkomstig zyn, zooals de naam
Haarlemmerhout van den oorspronkelijken
naam „Haerlemmerholte" afgeleid is. Er wordt
er dan byverteld, dat in die bosschen allerlei
wilde dieren, als zwijnen, beren, wolven, enz.
huisden, waarop de edellieden gaarne jacht
maakten. In het archief vonden we een mede-
deeling, die dit op aardige wyze illustreert. Wil
lem III n.l., Graaf van Holland en meestal
Willem de Goede genaamd, beloofde „voor be
wezen diensten" in 1314 aan een van zyn feo
dale heeren, Gijsbert van Ysselstein, jaarlyks
een hert uit het Haarlemmerhout te schenken,
een belofte, welke in dien tyd ongetwijfeld zeer
gemakkelyk te vervullen was, al kende men
toen nog geen hertenkamp zooals nu
Het spreekt wel vanzelf, dat in de Middel
eeuwen de Haarlemmerhout er eenigszins an
ders uitzag dan thans. Men trof er toen nog
geen banken of lantaarns of asphaltwegen aan,
de boomen groeiden nog in ongekuischten vorm,
terwyl de uitgestrektheid nog zoo groot was,
dat het Spaame er nog daorheen stroomde en
zelfs „De Vogelenzang" er nog in gelegen was.
Het omsloot dan ook het geheel Zuidelyke ge
deelte van de stad.
In den loop der eeuwen hebben stormen den
Haarlemmerhout herhaalde malen geteisterd,
zooals een hevige storm in 1703, die behalve
het haantje van de Groote Kerk en het kruis
van de Nieuwe Kerk ook nog 200 a 300 boomen
omverwierp. Op 23 November 1836, 14 October
1881 en 28 Mei 1860 richtten resp. een storm
uit het N.W., een Pinksterstorm en een storm
uit het Z.O. eveneens groote schade kan.
Niet alleen de Natuur, ook de menschenhand
verwoestte eenige malen het bosch. Vooral in de
Middeleeuwen en den tachtig-jarigen oorlog
met zijn vele strooptochten, plunderingen en be
legeringen liet men soms van den Haarlemmer
hout niet veel meer dan wat kale stammen en
stronken over, en dikwyls zelfs dat nog niet
eens
Tydens de Hoeksche en Kabeljauwsche twis
ten in 1426 trokken Jacoba van Beieren met een
groot leger uit Utrecht, Schoonhoven en Oude
water, en de aartsvijanden van Haarlem, Jonk
heer Willem van Brederode met de Kenne-
mers en burgers van Alkmaar naar Haarlem.
De stadhouder van Holland, Jacob van Gaes-
beek, die wist wat een prachtige schuilplaats
de Haarlemmerhout voor de belegeraars zou
zijn, liet daarom het geheele woud omhakken
en platbranden, evenals de boomgaarden, welke
in dien tijd om de stad geplant waren.
Wy zullen van het beleg zelf niet veel zeg
gen. Op 8 Mei 1429 werd een wapenstilstand
gesloten na een moedige verdediging, waarna
men begon het bosch opnieuw aan te leggen.
Ook gedurende het beleg door de Spanjaar
den in den tachtig-jarigen oorlog werd de
Haarlemmerhout geheel verwoest, met uitzon
dering van de tegenwoordige Spanjaardslaan.
Een nieuwe beplanting na het beleg was nood-
zakelyk, welke dan ook in 1584-1585 uitgevoerd
werd.
In de volgende eeuwen zijn verschillende ma
len groote deelen van het woud veranderd en
opnieuw aangelegd, zooals in 1705 de z.g. Oude
of Kleine Hout, in Augustus 1754 de Nieuwe
Hout en in 1828 zelfs het geheele bosch door
den bekenden architect J. D. Zocher, die ook
het Staten Bolwerk en verschi'lende andere
parken heeft aangelegd. Men zal zich misschien
amper kunnen voorstellen, dat 72 jaar geleden
ook het Plein, thans een groote asphaltvlakte,
een beurt kreeg en opnieuw met boomen be
plant werd, tegelykertyd met het geheele bosch
tot aan den z.g. Blauwen Steen by de Meester-
lottelaan.
In de oudste tyden behóórde de grond aan
den stam, die erop woonde, vervolgens aan het
stamhoofd en tenslotte aan den Landsheer. By
het overgaan van de macht over Holland aan
de Staten, kregen deze ook de beschikking over
de Landsgronden en aldus ook over den Haar
lemmerhout. In 1406 werden dan ook met ver
gunning van de Raadslieden van Holland
eenige gedeelten verkocht. In de troebele ty
den na het beleg in 1573, toen de Haarlem
merhout geheel verwoest was en velen in de
stad gebrek leden, stonden de Staten van Hol
land den grond van den Haarlemmerhout in
erfpacht af onder voorwaarde, dat de erfpachts
som (325 pond per jaar) zou betaald worden
aan de predikanten, zoolang in hun onderhoud
niet op andere wyze was voorzien.
Sedert dien tyd is de Haarlemmerhout in
het bezit van de stad gebleven, welke daarvan
een prachtig, beroemd (Camera Obscura!) wan
delpark heeft gemaakt.
m
De Baan, van oudsher ook het „Speelveld"
genoemd, was in de 14de eeuw een groote gras
vlakte, welke op 20 Februari 1390 door Hertog
Albrecht aan de stad Haarlem als belooning
voor bewezen diensten, geschonken werd. Het
bestuur kende een eeuw later de op
brengst ervan, grashuur, enz., toe aan de „Ge-
tydenmeesteren der Zeven Getyden" van de
St. Bavokerk, welk besluit door Hertog
Philips van Bourgondië werd goedgekeurd. In
een handvest bevestigde hy de stad nogmaals
in het bezit van de Baan „om daarop te gaan
spacieren, spelen, balslaan ende recreatie-hou
den", waaruit blijkt, dat het openluchtspel
geen specialiteit van den modernen tyd is, zoo
als zoo dikwijls beweerd wordt
Ruim drie eeuwen heeft het speelveld zyn
naam eer aangedaan, tot in October 1807 Ko
ning Lodewijk het van de stad voor ƒ6000
kocht, om daarvan 'n botanischen tuin te ma
ken, waarvan echter weinig terecht is geko
men
Gelukkig gaf de Nederlandsche Staat, die
het Speelveld met de erfenis van Koning Lo-
dewyk in bezit kreeg, het weer aan
de stad terug. Opnieuw werd het tót een wan
delplaats aangelegd en ontving daarby den
weinig poëtischen naam van „Koekamp". Later
werd het Brongebouw erop gezet en thans is
de Dreef nog t eenig overblijfsel, dat den naam
„wandelplaats" waardig is
Terloops willen wy nog even op een ander
gedeelte wyzen, n.l. het Hobbelig-Bobbeligveld.
Het is niet bekend, waaraan dit gedeelte zyn
karakteristieken naam ontleent. Waarschyn-
lyk zal de zeer oneffen oppervlakte speciaal in
een tyd, toen de rytuigen nog geen veeren
hadden en luchtbanden onbekende dingen wa
ren, daaraan wel niet vreemd zijn! Eerst in
1702 werd dit tamelyke groote veld bij den
Haarlemmerhout gevoegd en met boomen be
plant. Uit het feit, dat het planten van den
eersten boom door den zoon van burgemeester
Sylvius op 10 November 1703 met eenige plech
tigheid gepaard ging, blijkt dat dergelijke cere
moniën ook al niet uit de laatste jaren da
teerenOok in dien tyd klaagde men steen
en been over het teveel aan eerste-steen-leg-
gingen, jubileumfeesten en dergelijke! Een oud
geschrift meldt, „datter Godt geklaegt was
soveele als de boerenmeyden dansten
Nu wij het toch over feesten hebben, memo-
reeren wy hier even, dat de Haarlemmerhout
een geëigende gelegenheid was om allerlei
feesten en tentoonstellingen te organiseeren.
Wat wilde men ook meer: Een romantisch
décor van boomen, de frissche lucht en ruimte
en vryheid!
Janssen van Raay meldt in zyn necrologie,
dat in 1697 Czaar Peter en zijn gemalin Ca-
tharina eenige dagen in den Haarlemmerhout
doorbrachten en feestelyk onthaald werden
door vele personen, o. a. door Peter Koolaart,
echtgenoot van de dichteres Elisabeth Hoof-
man.
De Hollandsche Maatschappy voor Landbouw
en de Ned. Maatschappy voor Tuinbouw en
Plantkunde hebben herhaalde malen (1868,
1879, 1882 enz.) jaarvergaderingen en tentoon
stellingen in het bosch gehouden.
Ten slotte nog een enkel woord over de ont
wikkeling sedert 1800. Het spreekt wel vanzelf
dat de Haarlemmermeer ook zyn deel heeft
gehad van de uitbreidingswoede, welke zich
van Haarlem in de laatste helft van de 19e
eeuw meester maakte. Groote gedeelten, zoo
als het „Rozenprieel", de gronden langs de
Leidschevaart, langs den Heerenweg en op de
Heemsteedsche grens, werden bebouwd en sport
terreinen en breede rijwegen aangelegd. Dat
daarby een kostelyk stuk van de ongerepte na
tuur verloren ging, telde in die dagen nu niet
zoo heel veel medeWel probeerde men het
bosch te „verfraaien" door den aanleg van een
grintweg in 1857, het eerste symptoom van' de
verkeersontwikkeling, en den bouw in 1869 door
de Duinwaterleiding Maatschappy, van een
fontein, welke tot groot genoegen van de Haar
lemmers op 15 Mei 1870 begon te springen, maar
sedert dien alweer naar het rijk der herinne
ring is verwezen.
Voorts memoreeren wy den aanleg van de
paardentram en stoomtram, resp. in 1877 en
1881, de joyeuse entree van het hertenkamp,
en de oprichting op 5 April 1882 volgens het
Raadsbesluit van de eerste drie kiosken, „om
gedurende den zomer verfrisschende dranken
te verkoopen", en des winters (maar zoover
was men toen nog niet!) warme chocolade
De paardentram werd later geëlectrificeerd
en doorgetrokken tot Heemstede, vele villa's
zyn bygebouwd, het motorverkeer eischte
breedere wegen en ten slotte kreeg het stand
beeld van Laurens Coster, dat oorspronkeiyk in
den Hout stond, een plaatsje op de Groote
Markt, terwyl het Hildebrand-monument eer
lang de personen zal tooonen, die den Haar
lemmerhout onsterfeiyk hebben gemaakt. Wy
hopen het tenminste nog eens te beleven
Dit zijn zoo in vogelvlucht de voornaamste
gebeurtenissen van ons geliefd wandeloord,
waarin iedere Haarlemmer ongetwyfeld wel
eenes een keertje in zyn leven een „luchtje is
gaan scheppen"
„Als taaie honden hebben we doorgebeten"
melden brieven van onze dappere motoristen
Aukes en Herweyer uit Afghanistan. Waar
schuwing en sombere voorspelling ten spyt zyn
zij door 't land der Afridi's getrokken, om langs
den hoogen, moeilyken Kaijberpas Afghanistan
binnen te komen, waar zij, boven verwachting
niet alleen welwillend door autoriteiten toege
laten werden, maar zelfs verwelkomd door den
Minister van Buitenl. Zaken, die hun een thee
aanbood in de ministersclub te Kaboel, en die
persoonlijk in hun logboeken vastlegde, dat zy
de eerste Nederlanders waren, die ooit
Afghanistan bezocht hebben.
Van Kaboel ging de tocht langs zeer slechte
wegen over hooge bergpassen „onder helsche
koude" (gezonde afwisseling na eenige ja
ren tropenhitte) naar Kandahar. Enkele keeren
overnachtten ze in z.g. „resthouses" met eenige
comfort een kale vloer en een bak met wa
ter, dat 's ochtends eenige c.M. dik bevroren
was, zonder bedden, zonder dekens, zelfs 'n
enkelen keer zonder eten.
Den vierden dag daalden zy naar de lage
poestah's, waar de sneeuw nat en de weg steeds
modderiger werd en waar de motor al maar
moeizamer door-sukkelde.
Toen de avond viel, geen weg meer kenbaar,
mijlen ver nog van Kandahar, gaf de trouwe
motor 't voorgoed op, tot de assen weggezakt in
de eindelooze vieze kleverige modderbry.
In dien sneeuw-en modderpoel werd de kam-
peertent uitgezet en in diepe duisternis in een
van de meest eenzame en onherbergzame oor
den der wereld zochten zij, doornat en dood-
verkleumd een beetje bescherming tegen yzigen
wind en striemende sneeuw en regen onder het
dunne door stormwind gescheurde kampeer-
doek. Zoo wachtten zij den eindeloozen nacht.
en dachten aan Haarlem en Heemstede, dat by
warmen haard en vroolyken dronk, by punch
en appelbollen.... „oud in nieuw" vierde.
Doch, zooals vaak, als de nood t hoogste
is,
Dank zij de sympathieke voorzorgen van
autoriteiten in Kaboel, was de Gouverneur van
Kandahar telegrafisch in kennis gesteld van
him komst. Toen na informatie bleek, dat zy
den bestemden avond niet te Kandahar aan
gekomen waren, zond de actieve Gouverneur
's nachts nog een kleine expeditie met een
autobus uit, om de vermiste Hollanders op te
sporen.
Wel nimmer zullen de jongelui zoeklichten
en autogetoeter met zooveel vreugde begroet
hebben als in dien bewusten oudejaarsnacht.
En nooit voordien was t gebeurd, dat op den
heel vroegen Nieuwjaarsdag t voltallig keuken-
personeel van den Gouverneur van Kandahar
zóó druk in de weer was om twee bijna ver
ongelukte Hollanders op te kikkeren met veel
heete thee, met massa's rijst en schapenvleesch
en warme bedden met stapels dekens.
Een eere-saluut aan de mensclflievend gast-
vrye en actieve bestuurders van een volk, dat
wy in onnoozele onwetendheid zoo gemakkelyk
en graag rekenen tot verstarde barbaren.
Den motor vond men een der volgende dagen,
beroofd van vele zyner onderdeelen door „cara-
vanpeople". 't Laat zich begrijpen, dat motor
en berijders een week noodig hadden voor al-
lernoodzakelykste reparatie. Zeer verstandig
werd besloten de nog veel gevaarlyker reis door
de Perzische woestijn, Oost en Noord, naar
Teheran, in dezen tijd veelal geteisterd door
dagenlange sneeuwstormen en onmenschelijke
koude en kudden hongerige wolven, op te geven,
om langs de Zuid Bagdad te bereiken, welke
stad zy, volgens latere berichten reeds gepas
seerd zijn, op weg, onder militair convooi, naar
Damascus.
De kring Haarlem van den N. Z. B. houdt op
Vrydag 3 Maart a.s. de algemeene vergadering,
des avonds 8 uur in hotel „Royal", Stations
plein.
Door den penningmeester van bovengenoem
de vereeniging is in dank ontvangen de jaar-
lijksche opbrengst van het busje, zynde f 9.43 V.,
geplaatst in het kantoor der Woningbouwver-
eeniging „St. Bavo" te Haarlem. Alsmede het
bedrag van f 2.85, geschonken dcor de Jeugd
commissie op den gehouden kienavond van
wege den Ned. R. K. Grafischen Bond, afd.
Haarlem.
De directeur van het Post- en Telegraafkan
toor alhier maakt bekend, dat het postagent
schap annex telegraafstation Wagenweg 29 tot
nader bericht tydelyk op werkdagen zal zyn
geopend van 9—12.30 uur en van 14—18 uur.
De lezing, die dr. Molle-Eisma Woensdagmid
dag heeft gehouden is een groot succes gewor
den. De benedenzaal van het gebouw Spaame
92 was meer dan vol toen spreker te 2 uur zyn
lezing aanving over het onderwerp: „Het ont
staan van de aarde en haar ontwikkeling in
verschillend tydperken".
Het onderwerp werd in drie gedeelten bespro
ken. 1. Het ontstaan van de aarde. 2. De ge
bergte-vorming. 3. De invloed van de planten
wereld op de aarde. Na een kleine pauze was
er gelegenheid tot vragen stellen. Enkele zullen
op volgende Woensdagmiddagen worden behan
deld.
Dr. Mjolle Eisma had een dankbaar applaus in
ontvangst te nemen. Deze lezingen zullen aldus
op de volgende Woensdagen worden voortgeozet.
Wegens het groote succes, dat het amusante
biyspel „Amor in de Pastorie" te Haarlem (by
de drie vertooningen die het stuk tot op heden
in de Spaamestad beleefde), herhaalde, heeft
de directeur van het Ver. Rotterdamsch-Hof-
stad-Tooneel, Cor van der Lugt Melsert besloten
nogmaals een vertooning ervan te geven en wel
op Woensdag 16 Februari aa. in den Stads
schouwburg.
De rol verdeeling is dezelfde als de vorige ma
len met Anton Roemer, Johan Elsensohn, Jan
van Ees, Wilh. Daymaer v. Twist in de hoofd
rollen. Regie Hermann Schwab.
Hedenavond zal de heer J. J. F. van Gessel,
scheidsrechter van den K. N. V. B. te Amster
dam, in de achterzaal van hotel „De Leeuwe
rik", Kruisstraat 30 te Haarlem, voor de by den
Haarl. Voetbalbond aangesloten scheidsrechters
een lezing over de spelregels houden. Aanvang
8.15 uur.
Voorzoover de plaatsruimte zulks toelaat, be
staat bovendien voor belangstellenden, niet-
scheidsrechters, de gelegenheid deze ongetwy
feld leerzame causerie by te wonen.