r
i
Zoekt gij betrouwbaar
Personeel
Als het voorjaar in aantocht is.
Plaats dan een „Omroeper"
voor 75.000 gezinnen.
ril
Enkele onzer Italianen onder de loupe
m
m
P«%'
Boek eo Blad
iaaniraniUMHinMimiinmnimiinniiiHmuiuiininii
mninninniininiiiiiiintiniiiiiniiiiiniiiiinimuiniiiiiiiinniiiiiiiuiiuuimnuiiii^
VRIJDAG 24 FEBRUARI 1933
-
3T%>
—JZdÉh
*•1-
-
EEN LIEFHEBBER van het verblijf aan het strand vond deze week reeds een
vroegtijdig zitje aan de Scheveningsche boulevard.
HET OVERDEKT SPORTFONDSENBAD
tt Arnhem In aanbouw. - Een overzicht van
bet werk.
VAN SCHILDER TOT
ZANGER
In Giovanni Brevario heeft zich de
geschiedenis Messchaert-Urlus
herhaald
Sara Scuderi's ring
Margherita Sahi in Don Pasquale
Luigi Fort
Marchi
Sara Scuderi
Academische examens
FOTOREPORTAGE
r-
■v
Sfcyjxj;
r •-•••••;• wifflroiiij' "rwtq
-
„v ■-
xowttiMHOMOH»/.
PiliHRMHPiPPIpM
t*.
FN DE SCHEVENINGSCHE
HAVEN sloeg deze week een
garnalen-motorloggertje we
gens het ruwe weer om. De
overblijfselen van het scheepje
worden op den wal gesleept.
TEN BEHOEVE VAN de waterweg van Dora
recht naar de zee ondergaat de brug over de
Oude Maas bij Spijkenisse een vernieuwing.
Arbeiders bezig met het bevestigen van nieuw*
b rugspijlen.
••x:-;- V-viV-
WA
i
;v
'Wl» -''-iM*
DE TWEE LANDHUIZEN te Katwijk aan Zee, alwaar H. K. H. Prinses Juliana tijdens baar studententijd
verblijf heeft gehouden, zijn door de Prinses aangekocht. Rechts „'t Waelre" en links „Hoogcate".
Het zou natuurlijk meer efficient geweest zijn
als ik voor dit massa-interview op een ochtend
naar den Zwarteweg gestapt was om tijdens ie
repetitie enkele kopstukken onder het mes te
nemen.
Maar lang niet zoo gezellig en waarschijnlijk
ook heel wat minder interessant dan het slacht
offer in zijn hol te gaan opzoeken. In casu over
het algemeen een gemeubileerde suite in de
nabijheid van het station, zoodat ze 's avonds
na aankomst van den trein in een wip thuis
zijn.
Toevallig Eraldo Coda kennende, sprak ik
met hem over mijn voorgenomen „massa
slachting!"
En den dag daarop belde hij me al op, dat
Marchl, de schilderende opera-zanger, ons voor
het theeuurtje geïnviteerd had.
„Ik ben ook van de partij, want hij
spreekt uitsluitend Italiaansch, dus leek een
tolk me niet overbodig"zegt de jonge bas.
die een van de weinigen van het gezelschap is,
die niet alleen onze taal verstaat, maar zelfs
heel behoorlijk spreekt.
Bij het gros der anderen mag je al heel blij
zijn als ze met Fransch terecht kunnen. Toen
ik den volgenden dag bij Marchi aanbelde ont
ving het dienstmeisje me met: „Er is al een
heele visite boven!" De schrik sloeg me om
het hart en dat zullen allen, die wel eens
dood-alleen in een groep Italianen verzeild
raakten, met me meevoelen.
Niet dat er ook maar iets aan de ontvangst
zou mankeeren! Hartelijk genoeg, maar ais ze
in vuur raken vergeten ze soms heelemaal, dat
Italiaansch niet de eenige taal ter wereld is en
overstroomen ze je met verhalen in hun zoet
vloeiende moedertaal.
„Zoetvloeiend" kan Italiaansch zeker klinken,
maar als het clubje op hol slaat en drukgeba-
rend betoogt, dan houd
ik in het begin mijn
hart vast uit angst
voor hoogloopende
ruzie!
Binnenkomende ont
waar ik behalve mijn
slachtoffer nog een
heele visite. Ze zijn
gezellig onder elkaar,
zoeken elkaar steeds
op, een van de rede
nen, dat ons Hol-
landsch ze zoo lang
vreemd blijft.
Ter eere van mij
wordt de zwarte koffie
vandaag vervangen
door thee en de gast
vrouw weet niet. hoe
ze me verwennen
Leo Piccivli moet.
Via mijn Hollandsche en Fransche tolken in
terview ik ondertusschen den gastheer, die op
mijn verzoek een en ander van zijn schilderwerk
te voorschijn haalt.
Eigenlijk was ik eerst schilder en stu
deerde aan de academie te Florence. Zingen
was voor mij echter een tweede natuur en op
een goeden dag liet ik me door een van mijn
vrienden verleiden om mijn stem te laten toet
sen. Gevolg was, dat ik naar Rome toog om
mijn stem te laten vormen. Toen ik enkele
jaren later debuteerde leek het er veel op of
het bij één optreden zou blijven. Ik was zóó
gedesillusioneerd door het contrast tusschen
schijn en werkelijkheid van het plankenleven,
dat ik weer gauw naar Florence terugging naar
mijn eerste liefde.
Die ik toch maar ten deele trouw zou blijven,
want na een jaar stond ik weer op de planken."
Onder de schilderstukjes, die meest olieverf
op hout zijn, is een gezicht op Torre dei Lago.
de plaats waar Puccini zijn Manon en Bohème
schreef. Er zit daar veel wild in de buurt en de
componist, die een hartstochtelijk jager was.
kwam er telkens weer terug en ligt er nu ook
volgens eigen beschikking begraven.
Het zou wel eens kunnen gebeuren, dat
Marchi zich op een goeden dag op ruimer schaal
als beeldend kunstenaar liet kennen door het
houden van een tentoonstelling. En daar zullen
we dan behalve zijn zonovergoten doekjes uit
het vaderland verschillende heel goede beeld-
houw-werkjes kunnen bewonderen.
Zijn: „Zoodra het seizoen afgeloopen is ga
ik weer aan den slag".... versta ik werkelijk
al zonder tolk!
Als er sprake is van terugkeeren naar het
vaderland verzucht Coda: „Waren we maar
eenmaal zoover!".... en op mijn verbaasden
blik legt hij uit: .Natuurlijk heb ik plezier in
mijn werk en na vier seizoenen voel ik me hier
ook best thuis. Maar er is daar een kleine trek
pleister!".
Waarop het tengere, blonde vrouwtje Coda
vervolgt: „Ja, een schat van een baby! Toen
we in October weggingen was hij pas vijf maan
den, zoodat hij ons niet eens zal herkennen.
Wel hard om zoover van hem weg te moeten!
Maar dat gaat nu eenmaal niet anders, als je
in een pension moet leven en er voortdurend
uit moet. Als grootvader hem nu maar niet al
te veel verwent! Grootmoeder schrijft zulke
verstandige brieven, dat ik niet mag aannemen,
dat zij daar ook al aan meedoet!"
Misschien, dat niet iedereen begrijpt, waarom
dat artistenvrouwtje, dat zoo zichtbaar naar
baby verlangt, dan maar niet liever wat meer
thuisblijft. Maar degenen, die thuiszijn achter
de coulissen, weten, dat het gros van deze
vrouwtjes geheel opgaat in de loopbaan van
haar man en de voorstellingen zooveel mogelijk
bijwoont. Ze zitten dan trouw in de kleedkamer
te wachten en helpen niet alleen met verwisse
len van costuum, maar roepen onophoudelijk
de Madonna aan. Gaat er een première, dan
hebben ze zelfs geen tijd voor het onafschei
delijke handwerkje en loopen handenwringend
in de gangen op en neer! Getroost door haar
vriendinnen, die een oogenblik later in het
zelfde schuitje zullen varen.
Terwille van het voordeel van „Twee vliegen
in één klap" sla ik de vriendelijke uitnoodiging
van Signora Coda om den volgenden dag bij
haar te komen teaen af en laat den jongen bas
wat over zich zelf praten.
„Als jongen van dertien jaar nam een
vriend me mee naar de Opera en sindsdien
had ik nog maar één ideaal, n.l. zelf op de
planken te verschijnen. Daar vader gesneu
veld was toen ik nog maar negen jaar was
leerde ik al heel jong den ernst des levens
kennen en werkte op de Fiat-fabrieken te
Turijn, 's Avonds nam ik van mijn spaarduitjes
zanglessen en werkte zoo hard, dat ik na vier
jaar mijn doel bereikt had.
Het is wel hard werken, want in 1929 zong
ik b.v. niet minder dan 340 maal!"
Juist toen ik op het punt stond om afscheid
te nemen kwam de tenor Giovanni Brevario
binnen en ofschoon ook hij geen enkele taal
behalve Italiaansch spreekt en het heele ge
sprek via Coda moest gaan, wilde ik mij deze
kans om mijn buit van dezen middag nog uit te
breiden niet laten ontglippen.
De jeugd van den tenor is vrij hard geweest
Tot zijn 28ste jaar was hij arbeider in een
kachelfabriek en toen herhaalde zich de ge
schiedenis MesschaertUrlus.
Op een Zondag ging Brevario met een club
kameraden in de omgeving van Bergamo bij
Milaan wandelen.
Ze waren in hun schik om het mooie weer,
misschien nog meer om den vrijen dag eD
zongen het hoogste lied.
Een rijke inwoner uit de stad passeerde in
zijn „voiture de grand luxe" en werd getroffen
door een stem, die helder boven de anderen
uit-klonk. Hij liet zijn auto stoppen en zei.
„Als jullie in die herberg voor mij wilt zingen
betaal ik jullie verteringen!"
Daar voelden de jongens wel voor! De kunst
liefhebber ontdekte al gauw wien hij hebben
moest en bood den verbaasden man aan om
hem voor zang te laten opleiden. Brevario was
echter getrouwd en zelfs al vader van twee
kinderen. Het ging dus niet aan om een zeker
bestaan prijs te geven voor een onzekere toe
komst. Bovendien, waarvan te leven in den
studietijd? Maar de Maecenes bleek er niet
tegen op te zien om behalve de studie ook nog
het gezin te onderhouden.
En na twee jaar nu 9 jaar geleden de
buteerde Brevario in „Trovatore."
Coda en hij zijn dikke vrienden. Nog uit
Lissabon, waar ze beiden vier jaar geleden
contract hadden.
Waar er hier maar vijf maanden gewerkt
wordt spreekt het van zelf, dat er voor de zo
mermaanden ander emplooi gezocht moet
worden.
Dat gebeurt meestal via de artistenbeurs in
Milaan, waar het middelpunt van de markt is.
Verschillende van „onze" Italianen komen
's zomers een maand terug voor een concert-
tournée. Zooals ze trouwens ook in het seizoen
verschillende opera-concerten geven.
Eigenlijk niets voor ons. Acteeren, het
kruipen in de huid van een ander zit den
Italiaan nu eenmaal in het bloed"
Den volgenden dag waagde ik een poging bij
Ileana Leonidoff, de leidster van het ballet, die
tot voor enkele jaren met een eigen ballet
troep door Europa trok.
Genaturaliseerd Italiaansche verwierf ze in
Rome naam met het organiseeren van groote
feesten aan het Hof en bij de upper-ten en
gaf jarenlang den Italiaanschen prinsessen dans
les. Daar de Italiaansche Koningin, die in Mon
tenegro is geboren, een deel van haar opvoe
ding te Sint Petersburg ontving, kwam ze graag
met de Russische danseres over vervlogen tij
den babbelen.
De taak, die Leonidoff in Holland wachtte
was verre van gemakkelijk.
Hoewel behoorlijk geschoold, is het ballet niet
samengesteld uit virtuozen en het spijt haar
wel. dat nu het zienderoogen vooruitgaat, het
seizoen ten einde is.
„Het Hollandsche meisje is intelligent en
wat haast van nog meer waarde is, ze ont
houdt goed. Het is de taak van de leidster om
de capaciteiten van elk meisje afzonderlijk zoo
veel mogelijk naar voren te brengen"
Op weg naar de Jonge Sara Scuderi, een der
lievelingen van het publiek, kom ik net op tijd
om de knappe Margherita Salvi te helpen in
een woordenwisseling, welke ondanks vochtige
koude met open deurtje geschiedde, met een
taxi-chauffeur.
„Vreeselijk die mist! Niets is fataler voor
je keel!", zegt Salvi als we ons in een repe
titielokaal vlak bij een meters-hooge kachel
zetten.
Spaansche van geboorte studeerde deze jonge
zangeres toch in Italië, waarna ze enkele
prachtige toumées, o.a. door Noord- en Zuid-
Amerika maakte.
„En ik zou niets liever willen dan na dit
seizoen weer koffers te pakken om maar zoo
veel mogelijk van de wereld te zien. Weet
u, dat ik met eigen costumes reis? Daarin ben
ik een van de weinigen"
En toen in maximum-snelheid naar het Mali
straatje, waar op 'n eenvoudige étage de lieve
ling van het publiek met haar moeder woont
In de kamer overal bloemen, die Sara Scuderi
avond aan avond in ontvangst te nemen heeft.
De ingetogen leefwijze van het jonge meisje in
aanmerking nemende, kan men hier gerust
spreken van een hulde uitsluitend haar kunst
gebracht.
Hoewel nog heel jong leeft deze mooie Ita
liaansche geheel voor haar kunst en zelden of
nooit treft men haar bij collega's of op feesten
V/at niet zeggen wil, dat zij niet vroolijk en
opgewekt zou zijn. Dat komt vooral uit als zij
met haar moeder-vriendin aan het kibbelen
slaat. Zeer terecht is de moeder trotsch op
haar bevoorrecht kind en kan het soms slecht
verkroppen, dat Sara in zoo'n isolement leeft.
Om haar extra op dreef te helpen plaagt de
prima donna:
„Vertel maar eens van den „ring", waarop
mama in niet bij te houden tempo jammert
over Sara's veel te groote bescheidenheid en
onbaatzuchtigheid.
„Verbeeld u, toen we in Zuid-Amerika
waren gaf de Gouverneur van een der Staten
een feest, waarop ook wij genoodigd waren.
Toen mijn dochter gezongen had was hij zóó
verrukt, dat hij haar meenam naar een kist,
waarin hij een schat van juweelen verbórg.
Hij zocht een ring uit met steenen zoo groot
als erwten. En wat denkt u, dat dat gansje
zei? Dat de ring te groot was! Alsof dat pronk
juweel, het mooiste stuk uit de collectie, niet
te vernauwen was! Zichtbaar teleurgesteld nam
de Gouverneur het pracht-stuk terug en liet
Sara een anderen kièzen? En toen kwam ze me
daar met dit ringetje op de proppen!"
Het verhaal van a tot z kennende had de
jonge zangeres al een doosje uit de kast ge
haald en toonde een ring, zooals er duizend
andere zijn.
Maar haar gezicht liet duidelijk blijken, dat
ze niets geen spijt had van het verlies van het
koninklijk kleinood.
Eenvoudig als het kleinste koristje is Sara
Scuderi een der meestbelovende jonge zange
ressen. Die misschien al wereldnaam zou heb
ben als zij de opera vaarwel zegde om enkel
op concerten te zingen. Maar dat is nu een
maal niets voor een Italiaan.
Onvolledig als nooit tevoren moet ik dit
artikel eindigen en kan zelfs niet meer spreken
over den „Barbier" Piccioli en den jongen Luigi
Fort, die ik toch al onder het mes nam!
Aan alles komt een eind, zélfs aan de lank
moedigheid van de redactie, die voortdurend
met plaatsgebrek te kampen heeft!
Den Haag, 22 Februari 1933.
CATY VERBEEK.
LEIDEN. Bevorderd tot doctor in de rechts
geleerdheid op proefschrift, getiteld: „De vors-
tenlandsche waterschapsordonnantie toege
licht". de heer P. H. Angenent, geboren te
Bandjermasin.
L'ILLUSTRAZIONE VATIC AN A
I
Het derde nummer van de Nederlandsche
Uitgave is weer zeer interessant door de groote
verscheidenheid van zijn rijken inhoud.
De hoofdredacteur Dalla Torre schrijft dit
maal onder den titel l.Rome-Lourdes" over het
beroemde genade-oord, waar 75 jaar geleden de
eerste verschijningen plaats hadden van de
H. Maagd aan Bernadette Soubirous.
In de „Kroniek" worden vele foto-series ge
bracht, waarvan wij noemen die over „De Aan
bieding van de lammeren van den Paus op het
feest van St. Agnes", over „Het Herstel van den
Koepel van St. Pieter" en over „De radio-tele
grafische dienst Vaticaansche Stad-Amerika".
Onder „Veertien dagen Wereldpolitiek" lezen
wij een beknopte en heldere uiteenzetting van
de oorzaken der Japansch-Chineesche conflic
ten rond de Mandsjoerijsche kwestie.
Verder zijn er artikelen over „Het Heilig®
Jaar en de Lijdens-reliquien te Rome", „Het
Visioen van Alberich in een 13e eeuwscü
fresco", „Onbeschreven werken van den* schil
der G. F. Overbeck te Rome". „VoilankanrA
het Lourdes van Britsch-Indië".
In de rubriek Letteren vertelt Violet Meynell
zeer boeiend over Francis Thompson, den groo-
ten Katholieken Engelschen dichter, wiens le
ven zoo vol was van zware beproevingen. Kan»
Charles Flaus doet belangwekkende mededee-
lingen over de aanleiding van den bouw der
beroemde basiliek, die den, groenen heuvel van
Montmartre in Parijs bekroont.
Ten slotte zijn er talrijke merkwaardige foto's
uit de missies in Alaska en in China: ook wordt
de aandacht gewijd aan het Eeuwfeest van de
H. Lidwina van Schiedam, waarop zoovele Ka'
tholieken in ons land zich voorbereiden.
DE MAN VAN HET CARLTON"
HOTEL, door Edgar Walace.
Uitgevers MijA. W. Bruna en
Zn., Utrecht.
Men begint dit boek te lezen, en als het <dt
is eigenlijk veel te gauw bemerkt men
dat eenige uren zijn omgevlogen. Dat is Edge*
Wallace. Een boeiende detective-roman, vlot
geschreven en vol spanning tot de laatste blad
zijde. Lew Daney en consorten zijn geweven
zulk een wirwar van geheimzinnigheden, da»
de ontknooping even verrassend is als spel.
Voor liefhebbers van deze lectuur om van t®
smullen.
NIEUWE UITGAVEN
Bij J. M. Meulenhoff te Amsterdam zijn ver-
schenen:
„Nach Deutschland", eine Einftihrung in d^
deutsche Umgangssprache. door J. C. C.
Fleck, leerares in het Duitsch. te Haarlem;
„Conrad", roman door Carl Spitteler <SarrU*'Ij
lung deutscher Schriftsteller), met notities v
J. C de Buisonjé:
„Ponr blen comprende le francais", de
duizend meest voorkomende Fransche woor
in logisch verband, door dr. K. J. Riernf.0..
leeraar aan het Borlaens-gymnasium te
sterdam. 2e serie.
„Anthologie de la Litterature Francaise
origines aux temps moderns", door dr. 8- Br
te Winschoten, 2e druk. Bij de firma J*
Wolters te Groningen.
„Eenvoudig Boekhouden", theorie met oVy,
ven, in het bijzonder bestemd voor het NU ze.
heidsonderwtjs. herhalingsonderwtjs en heBejc-
vende leerjaar, door J. W. Hendriks en de
ker, 2e deel.