S.D.A.P. OP DEN TERUGTOCHT
D'
't Weer op Zondag
Prikkeldraad
De relletjes te
Paramaribo
Van de Perstribune
Na een nieuwe
vergissing"
Gezagspaladijnen
VRIJDAG 24 FEBRUARI
Nadering van de lente
ELECTRISCHE CENTRALE
OP TERSCHELLING
De geschiedenis van een
bijzonder man
De winter neemt nog geen afscheid
en brengt nog koud weer
WAT IN ARNHEM VERDWIJNEN GAAT
VRIJE MEENINGSUITING
Maar niet als de „strijdkracht" der
S.D.A.P. wordt aangetast
Officieel geopend
ZEEUWSCHE KAMERZETEL
Gerezen moeilijkheden
De Lauwersgracht in vcintertooi
KATHOLIEKE VERKENNERS
Groepsgeestelijken in het
bisdom Breda
Program der R.K. Staatspartij
Gebeurtenissen, welke aan de
arrestatie van De Kom
voorafgingen
NEDERLAND—DUITSCHLAND
Geen geldige reden voor te veel
pessimisme
Dichter-politicus
Mr. A. Baron van Wijnbergen
KATHOLIEKE ZIELZORG
In den Wieringermeerpolder
ARKA IN DEN HAAG
Jubileerende bestuurderen
KATHOLIEKE VROUWEN
NAAR ROME
Internationale Unie van
R.K. Vrouwenbonden
Pauselijke onderscheiding
x GEEN AUDIËNTIE
FILMVERTOONING
TE MAASTRICHT
Mgr. Lemmens woont de
voorstelling bij
z.
HITLERIAANSCH GEDOE
Een Nederlandsche winkelier
bedreigd
DOOR EEN AUTO GEGREPEN
Jongen levensgevaarlijk gewond
99
e met zooveel bravour door den heer
Albarda, leider der S. D. A. P., aange
vraagde interpellatie over het optreden
der regeering tegenover de muiters der „Zeven
Provinciën" is nog niet aan de orde gesteld.
of ziereeds bevindt de S. D. A. P. zich op
den terugtocht.
Toen de muiterij uitbrak, verkeerde de S. D.
A. P. hier te lande in een zeer geanimeerde
stemming: de heer Cramer verzekerde, dat de
muiterij hem uit het hart gegrepen was en hem
een „verduiveld genoegen" bezorgde; de heer
Albarda deed lustig mee aan de ophitsings
actie tegen de regeering door de verantwoor
delijkheid voor het heele geval op de Neder-
landsche regeering te laden zonder ook maar
een woord van afkeuring voor de ongehoorde
daad van muiterij te kunnen vinden; de heer
Wibaut, die aanvankelijk weinig instemming
met de muiters wilde betuigen, trok, zoodra de
partijgeest over hem vaardig werd, terstond zijn
ietwat afkeurend oordeel weer in en juichte
dapper mee in het koor van de velen, die zich
Verheugden over dit opmerkelijke geval var.
dappere ongehoorzaamheid".
En intusschen sloofde de roode Arbeiders
pers zich dag en nacht uit om de revolution-
nalre daad der muiters hemelhoog te verheer
lijken; het bevel van den minister van defen
sie, waarbij de roode bladen voor de marine
mannen verboden werden, trachtte men zelfs
te saboteeren door de uitgave van een blad on
der anderen naam; de geïllustreerde so
ciaal-democratische pers bleef in deze agita
tie niet in gebreke: er werden nummers van
„De Notenkraker" verspreid, welke om hun
schandelijken inhoud terstond in beslag geno
men hadden moeten worden.
Inmiddels: de S. D. A. P. vierde een waar
muiterij-festijn.
En zij maakte zich reeds op om van dc
.moordpartij" der regeering de verkiezings
vruchten te gaan plukken.
Doch zooals gezegd nog is de interpel-
latie-Albarda niet aan de orde gekomen, of de
fuivende partij is alreeds katerig op den sma-
delijken terugtocht.
Men heeft zijn vergissing blijkbaar ingezien,
Wat nog niet beteekent, dat men zijn ongelijk
erkent.
Men heeft zich na 1918 opnieuw! ver
gist.
De „leider" Albarda, die uit vrees voor de
communistische zweep enkele weken geleden
nog zoo volkomen instemde met het gejuich
om de muiterij, althans alles nè, liet, waardoor
hij zijn uit het lood geslagen partijgenooten,
zoowel op de vloot als daarbuiten, tot rede had
kunnen brengen, schrijft nu zoetsappig in de
roode pers:
„Het wordt meer dan tijd, dat men zich tot
*n erns-ige en rustige beoordeeling van 't ern
stige geval, met zijn oorzaken en zijn gevol
gen, bezint.
Duurt de opwinding voort, dan komt men
van kwaad tot erger, en dan wordt het hoe
langer hoe moeilijker tot de kalmte terug te
keeren, die voor een rechtvaardig oordeel ver-
eischte is.
Geen eerlijk en ernstig mensch zal de „mui
terij" beschouwen als een onschuldige hande
ling, die goedgekeurd mag worden. Zelfs als
die handeling ten onrechte muiterij genoemd
wordt, en in wezen en bedoeling slechts een
zeer slecht gekozen vorm van demonstratie
was, kan zij niet anders dan volstrekt ontoe
laatbaar worden genoemd."
Bezinning, drie weken na datum!
En dat noemt zich dan verantwoordelijk
leider van de op één na grootste politieke
party in Nederland!
In „Het Volk" van gisterenavond komt de
heer Albarda er nu aan herinneren, dat hy
reeds op 8 Februari, by de interpellatie-Drop,
gezegd heeft:
„Natuuriyk, de regeering kan geen ander
Standpunt innemen dan dit: het schip moet
onder het marine-bevel terug. Het zou dwaas
heid zyn om van de regeering iets anders te
Verwachten of te verlangen. Dat moet de
regeering, dat moet elke regeering natuuriyk
eischen. Dat spreekt van zelf."
Deze verklaring is echter wel heel platonisch
geweest: was dit een veroordeeling van de mui
terij? zyn deze woorden, door wièn ook, als
Zoodanig opgevat? is, integendeel, juist na 8
Februari de muitery-agitatie door de S. D.
A. P. niet op haar hevigst gevoerd?
Zie! Dat is nu juist het laffe in den terug
tocht der S. D. A. P. (door het manmoedige
Woord van Prof. Goudriaan natuuriyk niet
Weinig bevorderd), dat zy nu puntje by
paaltje komt de verantwoordeiykheid voor
haar gezagondermynend en revolutionnair
gestook, in concurrentie met de Communisti
sche Party, niet aandurft.
De ontnuchtering, het besef van de werke
lijkheid, is evenals na de „vergissing" van
1918 gekomen.
Dit beteekent geen bekeering: de heeren
zullen zich, wanneer zy de kans schoon zien,
by de eerste de beste gelegenheid opnieuw
éven revolutionnair toonen, met éven weinig
eerbied voor ieder ander wettig gezag dan dat
der S. D. A. P., zy biyven voor de natie even
onbetrouwbaar als tevoren.
De thans in de S. D. A. P. op te merken ken
tering beteekent niets anders dan de erkenning
van een heel ordinaire vergissing: de heeren
hebben op het verkeerde paard gewed en ze
vreezen, dat heel die muitery-agitatie hun bij
de komende verkiezingen nadeel in plaats van
winst zal bezorgen.
Uit wei-overwogen, maar intusschen laf-be-
hartigd partybelang krabbelen de heeren nu
terug, niet als gevolg van eeriyker of ver
beterd inzicht.
Dat zullen wy tydens de komende verkie
zingsactie niet mogen vergeten.
Sedert de vorige week hebben zeer belang-
ryke veranderingen in den algemeenen toe
stand plaats gehad. Over het algemeen is in
Europa en vooral in b~f "rordoosten en Oos
ten en in Duitschland de jrst veel sterker ge
worden en is daar een weersgesteldheid ingetre
den, die veel overeenkomst heeft met dien van
den nawinter van 1929. Het seizoen is echter
te ver gevorderd dan dat in ons land de vorst,
die des nachts soms tamely k sterk is, zich
over dag, by den krachtigen zonneschyn kan
handhaven. Schaatsenryders moeten daarom
van die vorst geen verwachtingen koesteren.
De algemeene afkoeling in Europa en het
ontstaan van een zeer uitgebreid vorst-gebied,
dat zich tot aan ons land uitstrekt, is een ge
volg van het ophouden van den aanvoer van
warme lucht en het daarvoor in de plaats toe-
stroomen van zeer koude lucht, die uit het
hooge Noorden komt. Dit verschynsel staat in
het nauwste verband met de nadering van de
lente en de algemeene verandering in de lucht-
stroomen in dezen tyd van het jaar.
In de eerste helft der week ontwikkelde
zich een samengesteld depressie-gebied langs
de Noorsche kust en over de Noordzee en hier
door ontstond buiig weer met veel sneeuw en
hagel. Deze depressie, ingeklemd tusschen een
gebied van hoogen druk, dat van Groenland
over den Oostelüken Atl. Oceaan naar het Zui
den reikt, en een ander over Finland, en niet
gevoed door warme luchtstroomen, kan zich
noch verder ontwikkelen, noch verplaatsen, en
zal dus zeer waarschyniyk tegen het einde der
week afsterven, waardoor de buiigheid van het
weer geleideiyk zal verminderen.
Over het algemeen zal nog toevoer van kou
de lucht uit het Noorden en Noordoosten plaats
vinden, zoodat wy aan het einde der week nog
lichte vorst des nachts, dooi over dag en over
het algemeen koud weer met wind uit het
Noorden of daaromtrent kunnen verwachten.
(Nadruk verboden).
technische staf, die de benoodigde werken heeft
uitgevoerd.
De president-commissaris, dr. B. A. Geer-
lings, sprak het openingswoord, waarin hy den
nadruk legde op het groote nut, dat in de toe
komst is te verwachten van deze modernisee
ring, vooral met het oog op hei, vreemdelin
genverkeer.
Vervolgens werd het woord gevoerd door den
heer Pleyte, ingenieur van het Technische Ad
viesbureau der Unie van Waterschapsbonder
te Haarlem, welk bureau de plannen heeft ge
maakt en doen uitvoeren.
Spr. sprak er zyn voldoening over uit. dat
de electrificeering, zy het voorloopig nog vooi
een deel van Terschelling, toch is tot stand
gekomen, nadat verschillende pogingen in die
richting mislukt waren.
Hierop gaf spr. een beknopte technische uit
eenzetting van de inrichting van het bedrijf
en wel om speciaal naar voren te brengen de
wijze, waarop de groote moeilijkheden, die een
kleine centrale meebrengt, met het ook op ren
tabiliteit, waren overwonnen.
De burgemeester, hierna het woord voerend,
sloot zich van harte aan bij de hulde, die de
vorige spr. aan de medewerkers had gericht,
en wenschte dit deel van zijn gemeente geluk
met dezen grooten vooruitgang, waarna hij
het bedryf officieel in werking stelde.
De afdeeling Amsterdam 9 der S. D. A. P.
heeft met op één na algemeene stemmen een
motie aangenomen, waarin het royement van
prof. Goudriaan wordt geëischt. De motie, die
We aan „Het Volk" ontleenen, luidt als volgt:
De vergadering, kennis genomen hebbende
Van het artikel „De S.D. A.P. en de onaan
tastbaarheid van het wettig gezag in een de-
mocratischen staat" van pg. prof. J. Goudriaan
Jr. in „De Groene Amsterdammer" van 18 Fe
bruari j.L, is van oordeel, dat in dit artikel
een rechtstreeksche aanval op de S.D.A.P. is
gedaan,
stelt voorop, dat in de S. D. A. P. de vrye
meeningsuiting is gewaarborgd;
stelt vast, dat het recht van vrije meenings
uiting niet tot gevolg heeft, dat men zich naar
buiten mag losmaken van het partijstandpunt,
van oordeel, dat dit thans wel is geschied
en dat daarmede de strijdkracht onzer party
Wordt aangetast;
verzoekt het Partijbestuur tegen bovenge-
hoemden partijgenoot maatregelen te nemen
°P grond van artikel 12, dat behelst het roye
ment var n tijgenooten, wier gedrag de party
benadeelt.
Dezer dagen is de eerste electrische centrale
op Terschelling, die voorloopig Midsland en
omstreken, later hopeiyk geheel Terschelling,
van electrische energie zal voorzien, officieel
geopend.
Aanwezig waren burgemeester en wethouders
van Terschelling, vele aandeelhouders der N. V.
Terschellinger Electriciteits-Maatschappy en de
De uitslag der stemming op de gecombineer
de vergadering van de kieskringen Den Bosch-
Zeeland, welke kringen, naar bekend is, tot één
groep zyn verbonden, heeft tot moeilijkheden
aanleiding gegeven. De vijf veilig gestelde zetels
zijn alle aan zoogenaamde „Bossche" candi-
daten toegewezen, terwijl het aftredend Zeéuw-
sche lid niet werd geadviseerd.
In den kring Zeeland heeft dit feit tot een
actie onder de R. K. kiezers geleid. Er is, nadat
de Rükskieskring Zeeland zich reeds afzydig
had verklaard inzake propaganda voor het po
litiek advies, thans een comité van actie ge
constitueerd, dat alles zal doen om den Katho
lieken Zeeuwschen Tweede Kamerzetel te be
houden.
Wij herinneren eraan, dat in 1929, toen voor
het eerst de samenwerking Den BoschZeeland
tot stand kwam, de Zeeuwsche zetel (die kwa
liteitszetel voor den middenstand was) op een
veilige plaats op het stembiljet voorkwam, na
melijk als po. 3. Thans heeft de kieskring-groep
Den BoschZeeland slechts twee kwaliteits
zetels, waarvan Defensie (mr. dr. L. Deckers)
als lijstaanvoerder, Financiën (Fleskens) als
no. 2 zijn gesteld. No. 3 als eerste vrije zetel is
de heer mr. Fr. Feulings, wiens candidatuur
blijkens de ter geconmbineerde vergadering uit
gebrachte stemmen als no. 1 der vrije zetels
de gewilde was (36 van de 42 stemmen). Voor
de 4e en 5e plaats zijn geadviseerd de heeren
van de Putt en Max van Poll. De Zeeuwsche
candidaat en aftredend lid Lockefeer, alsmede
het aftredend lid Schaeprnan, zyn niet opnieuw
geadviseerd.
In den kring Zeeland ontmoet de uitschake
ling van den Zeeuwscnen zetel dermate verzet
dat alle kiesvereenigingen der provincie a.s.
Zaterdag zullen bijeenkomen in een groote ver
gadering te Ter Neuzen, teneinde volgens het
reglement der R. K. Staatspartij een kiescomité
te stichten. Dit kiescomité zal alles in het werk
stellen om den Zeeuwschen zetel in de R. K.
Tweede Kamerfractie te handhaven.
Z. H. Exc. de Bisschop van Breda heeft voor
de katholieke Verkenners benoemd tot groeps-
geesteiyken van de Edward Poppe-groep, Se
minarie IJpelaar, prof. W. van der Maden; van
de William Doyle-groep, Seminarie IJpelaar,
prof. A. Douwenburg; van de St. Joris-groep,
Seminarie Wernhoutsburg, prof. J. Zoetmulder;
van de Generaal de Charette-groep en de Don
Bosco-groep, Teteringen, Rev. J. van Besouw;
van de Abbaga-groep, Borgvliet, Rev. C. Joling;
van de St. Paulus-groep, Terheyden, Rev. C.
Vermunt; van de St. Wiliibrordus-groep, Hulst,
Rev. J. Vermeulen.
In de uitgavenreeks der R. K. Staatsparty is
als nummer dertien verschenen een brochure,
inhoudende het program 1933.
Hierby is tevens afgedrukt de tekst van het
program 1929 en van 1922, beide voorzien van
de noodige aanteekeningen en verwijzingen.
Tevens is interessant de inleidende verklaring
op het program van 1896 nog eens te lezen.
Omtrent de arrestatie van De Kom te Para
maribo en wat daaraan is voorafgegaan lezen
wy in „De West" de volgende by zonderheden:
Bywyien heerschte in de stad een paniekstem
ming. Tal van winkels sloten deuren en vensters.
Sommigen spijkerden planken voor de ramen.
Verschrikte ouders lieten in alleryi him kinderen
van school halen. De marktvrouwen borgen in
haast haar waren op. De wildste geruchten de
den de ronde: er waren onlusten uitgebroken
door het optreden van den communist De Kom.
Gelukkig bleken de geruchten weldra overdre
ven. De winkels openden weder hun luiken.
Wat was er gebeurd?
Ongeveer een maand geleden keer te de ner-
A. de Kom, Surinamer van geboorde in zijn
!and terug. Nauweiyks voet aan wal gezet, be
gon hij zyn communistische agitatie. Eerst
zocht hy contact met Creolen. Dit schijnt niet
te zijn medegevallen. Bij de meer ontwikkelde
ingezetenen vond De Kom, naar het schynt,
weinig aanhang voor zijn denkbeelden.
Toen zocht hij contact met de Aziaten, zoo
wel Britsch-Indiërs als Javanen. Op hen bleek
hij dadeiyk grooten invloed te hebben. Het
stroomde imigranten naar zün kantoor, dat hy
doopte met den naam van advies-bureau, hoek
Hofstraat en Pontewerfstraat. Een stroom die
voortdurend aangroeide.
Vrydag (27 Jan.) waren er een 800 immi
granten op bezoek, Zondag nog meer en gis
teren, Dinsdag, heeft men kunnen nagaan, dat
er ongeveer 1350 menschen by hem geweest
zyn. Van alle kanten kwamen uit de distric
ten berichten van den „opmarsch" naar Para
maribo.
Tenslotte mocht het bestuur dezen gang van
zaken niet langer aanzien. Plakkaten, in de
Hindostansche en Javaansche talen werden
aangeplakt, om aan de immigranten den raad
te geven, zich met hun belangen te wenden
tot den agent-generaal of andere bevoegde
autoriteiten. Tolken werden bij het veerhoofd
op Meerzorg geplaatst, om de naar de stad
trekkende immigranten te waarschuwen, dat
zy tijd en geld voor niet verloren. Niets mocht
baten.
Wat eigeniyk zijn plannen waren, daarom
trent liet De Kom zich niet veel uit.
Hü trok zelfs naar de districten, Comme-
wyne, Suriname, Saramacca om contact te
zoeken met de immigranten. Men noemde hem
een „koning". In zyn kantoor bevindt zich een
kistje vol met medailles. Dat waren volgens
hem onderscheidingsteekens, die hem overal
waren toegekend. Zyn bewonderaars noemden
hem 'n discipel van Gandhi, de Javanen zagen
in hem een tweeden Allah. Zijn faam drong
door tot in alle uithoeken.
Toen op 31 Jan. rapporten inkwamen, dat
een duizendkoppige menigte weder verzameld
was, begaven zich de procureur-generaal en de
commissaris van politie per auto ter plaatse.
In het belang van de orde werd last gegeven
om de straat schoon te vegen. Daar het op den
duur bezwaarlijk was een detachement van 24
politiebeambten op dit ééne punt te handha
ven, werd de hulp van militairen ingeroepen,
om het bedoelde punt af te zetten. Op het erf
bevonden zich nog een driehonderd menschen.
die men geleideiyk liet afvloeien.
Op 1 Febr. om vyf uur waren er reeds we
der een paar honderd immigranten op het erf
van De Kom. De massa groeide voortdurend
aan. Om half acht verscheen weder een mili
taire patrouille ter plaatse, ditmaal onder
commando van luitenant Blanke.
Omstreeks halfnegen zette zich de reusach
tige massa in beweging: De Kom zou naar den
gouverneur gaan! Natuurlijk werden maatre
gelen genomen om te beletten, dat de demon
stranten het gouvernementshuis bereikte. De
politie dreef de menschen de zijstraten in. In
middels bleek De Krom in een auto te zijn ge
stapt. In de Heerenstraat werd hy aangehou
den.
Op het bureau bevond zich de procureur-ge
neraal, die, na enkele woorden met De Kom
te hebben gewisseld, last gaf hem in verzekerde
bewaring te stellen.
Aan zyn vrouw, die zich kort daarna aan
meldde, werd medegedeeld, dat haar man moest
biyven in verband met een tegen hem inge
steld onderzoek.
De immigranten, die in hem een byzonder
man zagen, omdat biykbaar het gouvernement
hem niet kon arresteeren, zullen nu wel inzien,
dat hü in dit opzicht maar een gewoon mensch
is.
Zooals ik Donderdag van zeer goed ingelichte
zijde uit regeeringskringen vernam, kan men,
aldus seinde de Beriynsche correspondent van
het „Handelsblad", in de Duitsche officieele
handelspolitiek afwending van de meestbegun-
stiging in handelsverdragen en een principieel
nieuwe verdragsmethode tegemoelzien.
Wat in het byzonder de Duitsch-Nederland-
sche handelsbetrekkingen betreft, koestert mün
zegsman de hoop, dat beide landen tot een
nieuw verdrag op langen termijn zullen komen,
waarby met de wederzijdsche belangen reke
ning wordt gehouden. Hij verklaarde, dat het
te wenschen ware, dat Nederland inziet dat
Duitschland voorloopig eerst zijn eigen gewel
dige binnenlandsche moeilijkheden moet over
winnen. In een later stadium ware dan stellig
de weg te vinden, waarop ook Nederland kon
medegaan.
Hieraan kan ik toevoegen, dat ik van in
vloedrijke Nederlandsche zijde de verzekering
heb gekregen, dat op het oogenblik voor al te
pessimistische beschouwingen geen geldige re
den aanwezig is.
Zooals onze lezers weten, heeft Bernard
Canter, roman- en tooneelschryver mis
schien in verband met de malaise in het
kunstvak; déér biyven wy buiten groote
plannen opgezet tot het stichten van een poli
tieke party „groot liberaal blok", welke partij
tot taak zou hebben, allen Nederlanders het op
deze wereld opperst denkbare geluk te bezorgen
hy kwam met een aanlokkeiyk program, o.a.:
afschaffing van 't faillissement voor minder
dan 50.000, rykspensioen voor alle directebe-
lastingbetalers, neutraal lager onderwijs alleen
in de ochtenduren, opdat de onderwijzers niet
des nachts hun acten zouden moeten halen en
daar de middaguren voor zouden kunnen be
steden.
Maar Bernard Canter heeft biykbaar nog niet
genoeg aanlokkeiyks by elkaar gebracht; er
zal nog wat bij moeten
Immers: het zaakje trèkt niet!
Reeds eenmaal kon de stichtingsvergadering
niet doorgaan wegens gebrek aan aanwezigen;
Bernard Canter heeft zich echter niet laten
ontmoedigen:
een tweede byeenkomst werd belegd en
ziehier wat de „Residentiebode" daarover ver
telt:
Tegen het aanvangsuur bevonden zich in het
zaaltje, dat ruimte voor tweehonderd toehoor
ders biedt, twee personen: te weten de spreker
en diens ega. Twee verslaggevers die het zy
tot eere van de redacties gezegd geen op
dracht hadden om het betoog van den spreker
te komen verslaan, doch uit liefde voor hun
vak herwaarts waren gekomen, meldden zich
aan de vestiaire waar de garderobier zich voor
alle zekerheid van een extra-hulp had laten
voorzien. Er kwam evenwel geen sterveling op
dagen en de beide verslaggevers genoten niet
weinig van den aanblik van een leeg podium
maar meer nog van de houding van den
spreker en diens gezellin, die beiden op de
eerste rij hadd enplaats genomen en een kwar
tier lang de pose aannamen van menschen die
met gespannen aandacht naar een redenaar
luisteren, zonder ook maar een woord met elkan
der te wisselen. Eindeiyk kwam er „gehoor"
opdagen, een heer en een dame, die mee hiel
pen wachten tot er nog iemand komen zou.
Helaas! ook deze hulp mocht niet baten. Het
bleef bij het kwartet in de zaal, de twee van
ijver blakende verslaggevers en de teleurgestelde
menschen in de garderobe.
Er werd tweemaal zaalhuur betaald en de
verslaggevers kregen de mededeeling dat het
afgeloopen" was.
Ondankbaar volk van Nederland!!
In het „Katholieke Schoolblad" wordt Mr.
A. I. M. J. Baron van Wijnbergen bij zyn af
scheid van de Tweede Kamer als volgt gehul
digd:
„De dagbladen berichtten dezer dagen, dat
Mr. Baron van Wynbergen te kennen heeft ge
geven, dat hy niet meer in aanmerking wenst
te komen voor een zetel in de Tweede Kamer.
Naar bericht wordt, zal hem een funktie wor
den opgedragen, waardoor het de Heer van
Wijnbergen beter voorkomt zich uit dat deel der
politiek terug te trekken.
Met hem gaat heen een zeer invloedrijk en
gezaghebbend man. Iemand, wiens naam in de
geschiedenis van het onderwys steeds met ere
zal worden genoemd; iemand die mede gewerkt
heeft aan de werkelike samenstelling van de
geschiedenis van ons onderwys; iemand die in
meer dan een opzicht zyn stempel daarop ge
drukt heeft.
Bijna 29 jaar heeft hy Gelderland in de
Tweede Kamer vertegenwoordigd. Het woord
Van hulde by dit afscheid door de Voorzitter
van de Bond van R. K. Kiesvereenigingen in
de Rijkskieskringen Arnhem-Nymegen, Mr.
Baron van Voorst tot Voorst, op de vergadering
in het openbaar gebracht is dan ook alleszins
verdiend en wij onderstrepen dit gaarne.
Al hebben ook wy in de loop der tyden meer
dan eens tenopzichte yan een of andere kwestie
een ander standpunt ingenomen dan deze ver
tegenwoordiger van het onderwys in onze R. K
Staatsparty, toch past het een woord van hulde
te brengen niet alleen voor zijn politiek werk.
maar ook voor hetgeen hij deed speciaal voor
het onderwijs in 't algemeen en voor het R. K.
Onderwijs in 't biezonder.
In de stryd voor de geiykstelling van het Bie
zonder met het Openbaar onderwys stond Baron
van Wijnbergen steeds vooraan, steeds hield hy
de principiële lyn strak en hij wist van geen
wyken in deze. Geen kommissie op onderwys-
gebied kon worden ingesteld of van Wijnbergen
maakte er deel van uit. Hoewel geen man uit
de praktyk voortgekomen, was hy toch zeker
op het gebied van wetgeving deskundig en al
waren wy het speciaal wat twee punten betreft
n.l. in zyn kursus-wet en de uniforme leerlin-
genschaal nooit met hem eens, we moeten eer
bied en respekt hebben voor zijn werk en voor
zyn strijdwijze.
Hulde brengen we hem voor hetgeen hy o.a.
in de voorbereiding en de uitvoering van de
wet 1920 heeft tot stand gebracht.
Met Mr. Baron van Wijnbergen gaat een groot
man uit de Kamer.
Onze beste wensen voor de toekomst verge
zeilen hem."
Bij Bisschoppelyk Besluit van den llen Fe
bruari 1933 is opgericht te Slootdorp in den
Wieringermeerpolder een nieuwe parochie on
der den titel van den H. Geest en is benoemd
tot eersten pastoor dezer nieuwe parochie de
Weleerw. heer F. Braak.
De nieuwe parochie omvat al het tot nu toe
drooggelegde land binnen de natuuriyke gren
zen van de Wieringermeer.
Onlangs is er in de Indische wateren op
heel sensationeele wijze gedemonstreerd,
wat er zooal het gevolg kan zyn van op
hitsing en opruiing
't Was er bloedige ernst en het onvermyde-
lyk slot was afschrikwekkend tragisch.
Het wil ons echter voorkomen, dat nog lang
niet iedereen de pynlyke les begrepen, laat
staan: ter harte genomen heeft; immers, ter-
wyl het treurspel der „Zeven Provinciën" nog
nauwelijks of nog niet ten einde is, wordt er in
ons land de laatste weken veel propaganda ge
voerd voor een tooneelstuk „De Matrozen van
Cattaro," waarin merkwaardiger- en toevalli-
gerwyze als spel vertoond wordt een geval van
muitery, vrijwel analoog aan wat als droeve
werkelijkheid zich afspeelde op „De Zeven Pro
vinciën"; ook de muitende matrozen van
Cattaro moeten ten slotte het onderspit delven,
maar als aan het slot een der belhamels uit
roept „Dat is het einde!" dan „corrigeert"
hem een andere muiter: „Neen, dit is het be
gin!"
Zooals men ziet: een lang niet onschuldig
stuk, een stuk met een revolutionnaire, gevaar
lijke strekking, een stuk, dat echter juist in
deze dagen nog oneindig veel gevaarlyker, dus
absoluut ontoelaatbaar moet heeten.
Een onschuldige opera als „La muette de Por-
tici" heeft indertijd in Brussel een revolutie
doen uitbreken doordat de lucht daar nu een
maal met revolutie-electriciteit geladen was.
Hoeveel gevaarlijker moet dan niet een revo
lutionnair stuk als „De Matrozen van Cattaro"
in deze dagen inwerken op de massa!
Verschillende autoriteiten hebben dit goed
begrepen: te Rotterdam, te Haarlem, te Alk
maar, enz. werd de vertooning in het publiek
verboden.
B. en W. van Amsterdam zijn blykbaar ech
ter een andere meening toegedaan: zy hebben
het stuk niet alleen niet willen verbieden, neen,
ze hebben bovendien hun buitengewone inge
nomenheid met dit stuk in deze dagen
willen toonen door de voorstelling in den Stads
schouwburg nota bene! te subsidieeren!
Aldus stellen de hoofdstedelijke gezagdragers
zich vóór, den eerbied voor het gezag te be
vorderen en het gezag hoog te houden.
Een beroep op de commissie van voorlichting
inzake subsidieverleening aan tooneelvoorstel
lingen heeft als B. en W. daar neiging toe
mochten gevoelen geen zin, daar deze com
missie vóór de gebeurtenissen met „De Zeven
Provinciën" advies uitbracht en bovendien
alleen maar de kunstwaarde en niet de
strekking te beoordeelen heeft.
Het zal ons benieuwen, hoe B. en W. van
Amsterdam hun voorliefde voor een revolution
nair stuk in deze woelige dagen zullen verkla
ren en motiveeren.
Voorloopig lyken de heeren ons gezagspala-
dynen van een bedenkeiyke soort.
Donderdagavond werd een vergadering ge
houden van de afdeeling Den Haag van de
Alg. R.K. Ambtenaarsvereeniging onder voor
zitterschap van den heer H. C. Ernst.
Nadat door comitéleden de jubileerende leden
van het dagelijksch bestuur waren binnengeleid,
sprak de heer Ernst hen toe en huldigde hen
in warme bewoordingen ter gelegenheid van
hun 12 y2 -jarig lidmaatschap van het Dage-
lyksch Bestuur.
Aan den voorzitter der vereeniging, den heer
Moonen, bood hy een bloemstuk aan; vervol
gens een bureaustoel voor den penningmeester,
den heer Pegt.
De geestelyke adviseur, kapelaan C. A. Rui-
genwaard, huldigde den secretaris, den heer
W. J. van Dyck, voor zijn blymoedige werk
zaamheid voor de katholieke zaak. Spr. speldde
den heer van Dyck het gouden eere-kruis „Pro
Ecclesia et Pontifice", hem door Z. H. den Paus
geschonken, op de borst.
Een groot aantal autoriteiten en leden kwam
zyn opwachting maken en bood den jubilarissen
zyn gelukwenschen aan.
Onder voorzitterschap van mevr. F. Steen
bergheEngeringh kwamen de voorzitsters der
Studie-commissies van de Internationale Unie
van R. K. Vrouwenbonden met de secretaresse
mej. M. Romme en den geestelijken adviseur
Mgr. prof. dr. J. Hoogveld te Utrecht byeen,
ter voorbereiding van het vierjaarlyksch con
gres, dat in 1934 te Rome zal worden gehou
den.
Op de verzoeken, die het bestuur der Unie
uit by na alle landen der wereld bereikten, werd
besloten dit congres te houden vóór het sluiten
van het H. Jaar. Daarom werd het voorberèi-
dend congreswerk (huishoudelyke vergaderin
gen, commissie-vergaderingen) bepaald voor de
Goede Week van 1934, terwyi het officieele
congres zal plaats hebben in de Paaschweek
van dat jaar.
De heer J. H. Hissel, oud-hoofd der school te
Bocholtz, werd begiftigd met het gouden kruis
Pro Ecclesia et Pontifice,
Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht zal
Dinsdag as. geen audiëntie verleenen.
van
H. Exc. Mgr. Dr. G. Lemmens, Bisschop
Roermond heeft Donderdag de voorstel
ling van de Eidophonfilm „Das Meer ruft" in
het Mabi-theater te Maastricht by gewoond.
Onder de vele aanwezige geestelijke en we
reldlijke autoriteiten merkten we o.a. op Mgr.
Bauduin, Vic.-Gen., Mgr. Dr. Poels, Mgr. Wou
ters, Deken Schoenmaeckers, prof. Bemelmans,
de pastoors der stad, Mr. L. B. J. van Oppen,
burgemeester van Maastricht. wethouder
Schoonbrood, Mr. Jaspar, kantonrechter, Mr. J.
Gadiot, rechter der arr. Rechtbank, de heer
Smitshuijsen, directeur der N.V. Eidophon en
de heer Nelissen, gedel. Commissaris.
Niet alleen, dat de Nazi's na Hitler's Rijks
kanselierschap in Duitschland zich nog meer
gaan veroorloven dan voorheen, hun macht
wellust strekt zich thans ook uit tot op Neder-
landsch grondgebied. Pas is het geval gebeurd
aan de Douane te Kerkrade, waar volgens de
Zuid-Limb." enkele bruinhemden op Neder-
landsch grondgebied een persoon bedreigden.
Gisteren weer. Uit de richting Kohlscheid-
Pannesheide kwam een auto aan, beladen met
Nazi's, de zgn. Sturmtruppe S. A„ die naby den
winkel van L. aan de Nieuwstraat (Nederl. ge
bied) stopte. Enkele „Heil-Hitler"-lui sprongen
van den wagen, drongen den winkel van L. bin
nen en bedreigden een aldaar vertoevenden
Duitscher uit Würselen. Blykbaar was deze in
hun oogen een anti-Hitleriaan en men pakte
hem handtastelyk aan, tengevolge waarvan hij
enkele verwondingen opliep.
Toen later na de gedane aangifte de Kerk-
raadsche politie ter plaatse verscheen was niets
meer van een ,3ruinhemd" te bespeuren.
„Willst du nicht mein Bruder sein
Op den Kaldenkerkerweg te Venlo is Don
derdagavond de vyftien-Jarige jongen A. Teeu-
wen door een passeerenden auto van den heer
Bouman uit Venlo aangereden en ongeveer
16 Meter weggeslingerd. Met een zware hersen
schudding, ernstige schaafwonden en een been
breuk werd de jongen opgenomen en naar het
R. K. Ziekenhuis overgebracht. Men vreest
voor het leven van den knaap. Na de aanry-
ding reed de auto tegen een lantaarnpaal,
waardoor de wagen ernstig werd beschadigd.
Hoe het ongeluk zich precies heeft toegedragen
is nog niet bekend.