S.D.A.P. OP DEN TERUGTOCHT D' 't Weer op Zondag Prikkeldraad De relletjes te Paramaribo Van de Perstribune Na een nieuwe vergissing" Gezagspaladijnen VRIJDAG 24 FEBRUARI Nadering van de lente ELECTRISCHE CENTRALE OP TERSCHELLING De geschiedenis van een bijzonder man De winter neemt nog geen afscheid en brengt nog koud weer WAT IN ARNHEM VERDWIJNEN GAAT VRIJE MEENINGSUITING Maar niet als de „strijdkracht" der S.D.A.P. wordt aangetast Officieel geopend ZEEUWSCHE KAMERZETEL Gerezen moeilijkheden De Lauwersgracht in vcintertooi KATHOLIEKE VERKENNERS Groepsgeestelijken in het bisdom Breda Program der R.K. Staatspartij Gebeurtenissen, welke aan de arrestatie van De Kom voorafgingen NEDERLAND—DUITSCHLAND Geen geldige reden voor te veel pessimisme Dichter-politicus Mr. A. Baron van Wijnbergen KATHOLIEKE ZIELZORG In den Wieringermeerpolder ARKA IN DEN HAAG Jubileerende bestuurderen KATHOLIEKE VROUWEN NAAR ROME Internationale Unie van R.K. Vrouwenbonden Pauselijke onderscheiding x GEEN AUDIËNTIE FILMVERTOONING TE MAASTRICHT Mgr. Lemmens woont de voorstelling bij z. HITLERIAANSCH GEDOE Een Nederlandsche winkelier bedreigd DOOR EEN AUTO GEGREPEN Jongen levensgevaarlijk gewond 99 e met zooveel bravour door den heer Albarda, leider der S. D. A. P., aange vraagde interpellatie over het optreden der regeering tegenover de muiters der „Zeven Provinciën" is nog niet aan de orde gesteld. of ziereeds bevindt de S. D. A. P. zich op den terugtocht. Toen de muiterij uitbrak, verkeerde de S. D. A. P. hier te lande in een zeer geanimeerde stemming: de heer Cramer verzekerde, dat de muiterij hem uit het hart gegrepen was en hem een „verduiveld genoegen" bezorgde; de heer Albarda deed lustig mee aan de ophitsings actie tegen de regeering door de verantwoor delijkheid voor het heele geval op de Neder- landsche regeering te laden zonder ook maar een woord van afkeuring voor de ongehoorde daad van muiterij te kunnen vinden; de heer Wibaut, die aanvankelijk weinig instemming met de muiters wilde betuigen, trok, zoodra de partijgeest over hem vaardig werd, terstond zijn ietwat afkeurend oordeel weer in en juichte dapper mee in het koor van de velen, die zich Verheugden over dit opmerkelijke geval var. dappere ongehoorzaamheid". En intusschen sloofde de roode Arbeiders pers zich dag en nacht uit om de revolution- nalre daad der muiters hemelhoog te verheer lijken; het bevel van den minister van defen sie, waarbij de roode bladen voor de marine mannen verboden werden, trachtte men zelfs te saboteeren door de uitgave van een blad on der anderen naam; de geïllustreerde so ciaal-democratische pers bleef in deze agita tie niet in gebreke: er werden nummers van „De Notenkraker" verspreid, welke om hun schandelijken inhoud terstond in beslag geno men hadden moeten worden. Inmiddels: de S. D. A. P. vierde een waar muiterij-festijn. En zij maakte zich reeds op om van dc .moordpartij" der regeering de verkiezings vruchten te gaan plukken. Doch zooals gezegd nog is de interpel- latie-Albarda niet aan de orde gekomen, of de fuivende partij is alreeds katerig op den sma- delijken terugtocht. Men heeft zijn vergissing blijkbaar ingezien, Wat nog niet beteekent, dat men zijn ongelijk erkent. Men heeft zich na 1918 opnieuw! ver gist. De „leider" Albarda, die uit vrees voor de communistische zweep enkele weken geleden nog zoo volkomen instemde met het gejuich om de muiterij, althans alles nè, liet, waardoor hij zijn uit het lood geslagen partijgenooten, zoowel op de vloot als daarbuiten, tot rede had kunnen brengen, schrijft nu zoetsappig in de roode pers: „Het wordt meer dan tijd, dat men zich tot *n erns-ige en rustige beoordeeling van 't ern stige geval, met zijn oorzaken en zijn gevol gen, bezint. Duurt de opwinding voort, dan komt men van kwaad tot erger, en dan wordt het hoe langer hoe moeilijker tot de kalmte terug te keeren, die voor een rechtvaardig oordeel ver- eischte is. Geen eerlijk en ernstig mensch zal de „mui terij" beschouwen als een onschuldige hande ling, die goedgekeurd mag worden. Zelfs als die handeling ten onrechte muiterij genoemd wordt, en in wezen en bedoeling slechts een zeer slecht gekozen vorm van demonstratie was, kan zij niet anders dan volstrekt ontoe laatbaar worden genoemd." Bezinning, drie weken na datum! En dat noemt zich dan verantwoordelijk leider van de op één na grootste politieke party in Nederland! In „Het Volk" van gisterenavond komt de heer Albarda er nu aan herinneren, dat hy reeds op 8 Februari, by de interpellatie-Drop, gezegd heeft: „Natuuriyk, de regeering kan geen ander Standpunt innemen dan dit: het schip moet onder het marine-bevel terug. Het zou dwaas heid zyn om van de regeering iets anders te Verwachten of te verlangen. Dat moet de regeering, dat moet elke regeering natuuriyk eischen. Dat spreekt van zelf." Deze verklaring is echter wel heel platonisch geweest: was dit een veroordeeling van de mui terij? zyn deze woorden, door wièn ook, als Zoodanig opgevat? is, integendeel, juist na 8 Februari de muitery-agitatie door de S. D. A. P. niet op haar hevigst gevoerd? Zie! Dat is nu juist het laffe in den terug tocht der S. D. A. P. (door het manmoedige Woord van Prof. Goudriaan natuuriyk niet Weinig bevorderd), dat zy nu puntje by paaltje komt de verantwoordeiykheid voor haar gezagondermynend en revolutionnair gestook, in concurrentie met de Communisti sche Party, niet aandurft. De ontnuchtering, het besef van de werke lijkheid, is evenals na de „vergissing" van 1918 gekomen. Dit beteekent geen bekeering: de heeren zullen zich, wanneer zy de kans schoon zien, by de eerste de beste gelegenheid opnieuw éven revolutionnair toonen, met éven weinig eerbied voor ieder ander wettig gezag dan dat der S. D. A. P., zy biyven voor de natie even onbetrouwbaar als tevoren. De thans in de S. D. A. P. op te merken ken tering beteekent niets anders dan de erkenning van een heel ordinaire vergissing: de heeren hebben op het verkeerde paard gewed en ze vreezen, dat heel die muitery-agitatie hun bij de komende verkiezingen nadeel in plaats van winst zal bezorgen. Uit wei-overwogen, maar intusschen laf-be- hartigd partybelang krabbelen de heeren nu terug, niet als gevolg van eeriyker of ver beterd inzicht. Dat zullen wy tydens de komende verkie zingsactie niet mogen vergeten. Sedert de vorige week hebben zeer belang- ryke veranderingen in den algemeenen toe stand plaats gehad. Over het algemeen is in Europa en vooral in b~f "rordoosten en Oos ten en in Duitschland de jrst veel sterker ge worden en is daar een weersgesteldheid ingetre den, die veel overeenkomst heeft met dien van den nawinter van 1929. Het seizoen is echter te ver gevorderd dan dat in ons land de vorst, die des nachts soms tamely k sterk is, zich over dag, by den krachtigen zonneschyn kan handhaven. Schaatsenryders moeten daarom van die vorst geen verwachtingen koesteren. De algemeene afkoeling in Europa en het ontstaan van een zeer uitgebreid vorst-gebied, dat zich tot aan ons land uitstrekt, is een ge volg van het ophouden van den aanvoer van warme lucht en het daarvoor in de plaats toe- stroomen van zeer koude lucht, die uit het hooge Noorden komt. Dit verschynsel staat in het nauwste verband met de nadering van de lente en de algemeene verandering in de lucht- stroomen in dezen tyd van het jaar. In de eerste helft der week ontwikkelde zich een samengesteld depressie-gebied langs de Noorsche kust en over de Noordzee en hier door ontstond buiig weer met veel sneeuw en hagel. Deze depressie, ingeklemd tusschen een gebied van hoogen druk, dat van Groenland over den Oostelüken Atl. Oceaan naar het Zui den reikt, en een ander over Finland, en niet gevoed door warme luchtstroomen, kan zich noch verder ontwikkelen, noch verplaatsen, en zal dus zeer waarschyniyk tegen het einde der week afsterven, waardoor de buiigheid van het weer geleideiyk zal verminderen. Over het algemeen zal nog toevoer van kou de lucht uit het Noorden en Noordoosten plaats vinden, zoodat wy aan het einde der week nog lichte vorst des nachts, dooi over dag en over het algemeen koud weer met wind uit het Noorden of daaromtrent kunnen verwachten. (Nadruk verboden). technische staf, die de benoodigde werken heeft uitgevoerd. De president-commissaris, dr. B. A. Geer- lings, sprak het openingswoord, waarin hy den nadruk legde op het groote nut, dat in de toe komst is te verwachten van deze modernisee ring, vooral met het oog op hei, vreemdelin genverkeer. Vervolgens werd het woord gevoerd door den heer Pleyte, ingenieur van het Technische Ad viesbureau der Unie van Waterschapsbonder te Haarlem, welk bureau de plannen heeft ge maakt en doen uitvoeren. Spr. sprak er zyn voldoening over uit. dat de electrificeering, zy het voorloopig nog vooi een deel van Terschelling, toch is tot stand gekomen, nadat verschillende pogingen in die richting mislukt waren. Hierop gaf spr. een beknopte technische uit eenzetting van de inrichting van het bedrijf en wel om speciaal naar voren te brengen de wijze, waarop de groote moeilijkheden, die een kleine centrale meebrengt, met het ook op ren tabiliteit, waren overwonnen. De burgemeester, hierna het woord voerend, sloot zich van harte aan bij de hulde, die de vorige spr. aan de medewerkers had gericht, en wenschte dit deel van zijn gemeente geluk met dezen grooten vooruitgang, waarna hij het bedryf officieel in werking stelde. De afdeeling Amsterdam 9 der S. D. A. P. heeft met op één na algemeene stemmen een motie aangenomen, waarin het royement van prof. Goudriaan wordt geëischt. De motie, die We aan „Het Volk" ontleenen, luidt als volgt: De vergadering, kennis genomen hebbende Van het artikel „De S.D. A.P. en de onaan tastbaarheid van het wettig gezag in een de- mocratischen staat" van pg. prof. J. Goudriaan Jr. in „De Groene Amsterdammer" van 18 Fe bruari j.L, is van oordeel, dat in dit artikel een rechtstreeksche aanval op de S.D.A.P. is gedaan, stelt voorop, dat in de S. D. A. P. de vrye meeningsuiting is gewaarborgd; stelt vast, dat het recht van vrije meenings uiting niet tot gevolg heeft, dat men zich naar buiten mag losmaken van het partijstandpunt, van oordeel, dat dit thans wel is geschied en dat daarmede de strijdkracht onzer party Wordt aangetast; verzoekt het Partijbestuur tegen bovenge- hoemden partijgenoot maatregelen te nemen °P grond van artikel 12, dat behelst het roye ment var n tijgenooten, wier gedrag de party benadeelt. Dezer dagen is de eerste electrische centrale op Terschelling, die voorloopig Midsland en omstreken, later hopeiyk geheel Terschelling, van electrische energie zal voorzien, officieel geopend. Aanwezig waren burgemeester en wethouders van Terschelling, vele aandeelhouders der N. V. Terschellinger Electriciteits-Maatschappy en de De uitslag der stemming op de gecombineer de vergadering van de kieskringen Den Bosch- Zeeland, welke kringen, naar bekend is, tot één groep zyn verbonden, heeft tot moeilijkheden aanleiding gegeven. De vijf veilig gestelde zetels zijn alle aan zoogenaamde „Bossche" candi- daten toegewezen, terwijl het aftredend Zeéuw- sche lid niet werd geadviseerd. In den kring Zeeland heeft dit feit tot een actie onder de R. K. kiezers geleid. Er is, nadat de Rükskieskring Zeeland zich reeds afzydig had verklaard inzake propaganda voor het po litiek advies, thans een comité van actie ge constitueerd, dat alles zal doen om den Katho lieken Zeeuwschen Tweede Kamerzetel te be houden. Wij herinneren eraan, dat in 1929, toen voor het eerst de samenwerking Den BoschZeeland tot stand kwam, de Zeeuwsche zetel (die kwa liteitszetel voor den middenstand was) op een veilige plaats op het stembiljet voorkwam, na melijk als po. 3. Thans heeft de kieskring-groep Den BoschZeeland slechts twee kwaliteits zetels, waarvan Defensie (mr. dr. L. Deckers) als lijstaanvoerder, Financiën (Fleskens) als no. 2 zijn gesteld. No. 3 als eerste vrije zetel is de heer mr. Fr. Feulings, wiens candidatuur blijkens de ter geconmbineerde vergadering uit gebrachte stemmen als no. 1 der vrije zetels de gewilde was (36 van de 42 stemmen). Voor de 4e en 5e plaats zijn geadviseerd de heeren van de Putt en Max van Poll. De Zeeuwsche candidaat en aftredend lid Lockefeer, alsmede het aftredend lid Schaeprnan, zyn niet opnieuw geadviseerd. In den kring Zeeland ontmoet de uitschake ling van den Zeeuwscnen zetel dermate verzet dat alle kiesvereenigingen der provincie a.s. Zaterdag zullen bijeenkomen in een groote ver gadering te Ter Neuzen, teneinde volgens het reglement der R. K. Staatspartij een kiescomité te stichten. Dit kiescomité zal alles in het werk stellen om den Zeeuwschen zetel in de R. K. Tweede Kamerfractie te handhaven. Z. H. Exc. de Bisschop van Breda heeft voor de katholieke Verkenners benoemd tot groeps- geesteiyken van de Edward Poppe-groep, Se minarie IJpelaar, prof. W. van der Maden; van de William Doyle-groep, Seminarie IJpelaar, prof. A. Douwenburg; van de St. Joris-groep, Seminarie Wernhoutsburg, prof. J. Zoetmulder; van de Generaal de Charette-groep en de Don Bosco-groep, Teteringen, Rev. J. van Besouw; van de Abbaga-groep, Borgvliet, Rev. C. Joling; van de St. Paulus-groep, Terheyden, Rev. C. Vermunt; van de St. Wiliibrordus-groep, Hulst, Rev. J. Vermeulen. In de uitgavenreeks der R. K. Staatsparty is als nummer dertien verschenen een brochure, inhoudende het program 1933. Hierby is tevens afgedrukt de tekst van het program 1929 en van 1922, beide voorzien van de noodige aanteekeningen en verwijzingen. Tevens is interessant de inleidende verklaring op het program van 1896 nog eens te lezen. Omtrent de arrestatie van De Kom te Para maribo en wat daaraan is voorafgegaan lezen wy in „De West" de volgende by zonderheden: Bywyien heerschte in de stad een paniekstem ming. Tal van winkels sloten deuren en vensters. Sommigen spijkerden planken voor de ramen. Verschrikte ouders lieten in alleryi him kinderen van school halen. De marktvrouwen borgen in haast haar waren op. De wildste geruchten de den de ronde: er waren onlusten uitgebroken door het optreden van den communist De Kom. Gelukkig bleken de geruchten weldra overdre ven. De winkels openden weder hun luiken. Wat was er gebeurd? Ongeveer een maand geleden keer te de ner- A. de Kom, Surinamer van geboorde in zijn !and terug. Nauweiyks voet aan wal gezet, be gon hij zyn communistische agitatie. Eerst zocht hy contact met Creolen. Dit schijnt niet te zijn medegevallen. Bij de meer ontwikkelde ingezetenen vond De Kom, naar het schynt, weinig aanhang voor zijn denkbeelden. Toen zocht hij contact met de Aziaten, zoo wel Britsch-Indiërs als Javanen. Op hen bleek hij dadeiyk grooten invloed te hebben. Het stroomde imigranten naar zün kantoor, dat hy doopte met den naam van advies-bureau, hoek Hofstraat en Pontewerfstraat. Een stroom die voortdurend aangroeide. Vrydag (27 Jan.) waren er een 800 immi granten op bezoek, Zondag nog meer en gis teren, Dinsdag, heeft men kunnen nagaan, dat er ongeveer 1350 menschen by hem geweest zyn. Van alle kanten kwamen uit de distric ten berichten van den „opmarsch" naar Para maribo. Tenslotte mocht het bestuur dezen gang van zaken niet langer aanzien. Plakkaten, in de Hindostansche en Javaansche talen werden aangeplakt, om aan de immigranten den raad te geven, zich met hun belangen te wenden tot den agent-generaal of andere bevoegde autoriteiten. Tolken werden bij het veerhoofd op Meerzorg geplaatst, om de naar de stad trekkende immigranten te waarschuwen, dat zy tijd en geld voor niet verloren. Niets mocht baten. Wat eigeniyk zijn plannen waren, daarom trent liet De Kom zich niet veel uit. Hü trok zelfs naar de districten, Comme- wyne, Suriname, Saramacca om contact te zoeken met de immigranten. Men noemde hem een „koning". In zyn kantoor bevindt zich een kistje vol met medailles. Dat waren volgens hem onderscheidingsteekens, die hem overal waren toegekend. Zyn bewonderaars noemden hem 'n discipel van Gandhi, de Javanen zagen in hem een tweeden Allah. Zijn faam drong door tot in alle uithoeken. Toen op 31 Jan. rapporten inkwamen, dat een duizendkoppige menigte weder verzameld was, begaven zich de procureur-generaal en de commissaris van politie per auto ter plaatse. In het belang van de orde werd last gegeven om de straat schoon te vegen. Daar het op den duur bezwaarlijk was een detachement van 24 politiebeambten op dit ééne punt te handha ven, werd de hulp van militairen ingeroepen, om het bedoelde punt af te zetten. Op het erf bevonden zich nog een driehonderd menschen. die men geleideiyk liet afvloeien. Op 1 Febr. om vyf uur waren er reeds we der een paar honderd immigranten op het erf van De Kom. De massa groeide voortdurend aan. Om half acht verscheen weder een mili taire patrouille ter plaatse, ditmaal onder commando van luitenant Blanke. Omstreeks halfnegen zette zich de reusach tige massa in beweging: De Kom zou naar den gouverneur gaan! Natuurlijk werden maatre gelen genomen om te beletten, dat de demon stranten het gouvernementshuis bereikte. De politie dreef de menschen de zijstraten in. In middels bleek De Krom in een auto te zijn ge stapt. In de Heerenstraat werd hy aangehou den. Op het bureau bevond zich de procureur-ge neraal, die, na enkele woorden met De Kom te hebben gewisseld, last gaf hem in verzekerde bewaring te stellen. Aan zyn vrouw, die zich kort daarna aan meldde, werd medegedeeld, dat haar man moest biyven in verband met een tegen hem inge steld onderzoek. De immigranten, die in hem een byzonder man zagen, omdat biykbaar het gouvernement hem niet kon arresteeren, zullen nu wel inzien, dat hü in dit opzicht maar een gewoon mensch is. Zooals ik Donderdag van zeer goed ingelichte zijde uit regeeringskringen vernam, kan men, aldus seinde de Beriynsche correspondent van het „Handelsblad", in de Duitsche officieele handelspolitiek afwending van de meestbegun- stiging in handelsverdragen en een principieel nieuwe verdragsmethode tegemoelzien. Wat in het byzonder de Duitsch-Nederland- sche handelsbetrekkingen betreft, koestert mün zegsman de hoop, dat beide landen tot een nieuw verdrag op langen termijn zullen komen, waarby met de wederzijdsche belangen reke ning wordt gehouden. Hij verklaarde, dat het te wenschen ware, dat Nederland inziet dat Duitschland voorloopig eerst zijn eigen gewel dige binnenlandsche moeilijkheden moet over winnen. In een later stadium ware dan stellig de weg te vinden, waarop ook Nederland kon medegaan. Hieraan kan ik toevoegen, dat ik van in vloedrijke Nederlandsche zijde de verzekering heb gekregen, dat op het oogenblik voor al te pessimistische beschouwingen geen geldige re den aanwezig is. Zooals onze lezers weten, heeft Bernard Canter, roman- en tooneelschryver mis schien in verband met de malaise in het kunstvak; déér biyven wy buiten groote plannen opgezet tot het stichten van een poli tieke party „groot liberaal blok", welke partij tot taak zou hebben, allen Nederlanders het op deze wereld opperst denkbare geluk te bezorgen hy kwam met een aanlokkeiyk program, o.a.: afschaffing van 't faillissement voor minder dan 50.000, rykspensioen voor alle directebe- lastingbetalers, neutraal lager onderwijs alleen in de ochtenduren, opdat de onderwijzers niet des nachts hun acten zouden moeten halen en daar de middaguren voor zouden kunnen be steden. Maar Bernard Canter heeft biykbaar nog niet genoeg aanlokkeiyks by elkaar gebracht; er zal nog wat bij moeten Immers: het zaakje trèkt niet! Reeds eenmaal kon de stichtingsvergadering niet doorgaan wegens gebrek aan aanwezigen; Bernard Canter heeft zich echter niet laten ontmoedigen: een tweede byeenkomst werd belegd en ziehier wat de „Residentiebode" daarover ver telt: Tegen het aanvangsuur bevonden zich in het zaaltje, dat ruimte voor tweehonderd toehoor ders biedt, twee personen: te weten de spreker en diens ega. Twee verslaggevers die het zy tot eere van de redacties gezegd geen op dracht hadden om het betoog van den spreker te komen verslaan, doch uit liefde voor hun vak herwaarts waren gekomen, meldden zich aan de vestiaire waar de garderobier zich voor alle zekerheid van een extra-hulp had laten voorzien. Er kwam evenwel geen sterveling op dagen en de beide verslaggevers genoten niet weinig van den aanblik van een leeg podium maar meer nog van de houding van den spreker en diens gezellin, die beiden op de eerste rij hadd enplaats genomen en een kwar tier lang de pose aannamen van menschen die met gespannen aandacht naar een redenaar luisteren, zonder ook maar een woord met elkan der te wisselen. Eindeiyk kwam er „gehoor" opdagen, een heer en een dame, die mee hiel pen wachten tot er nog iemand komen zou. Helaas! ook deze hulp mocht niet baten. Het bleef bij het kwartet in de zaal, de twee van ijver blakende verslaggevers en de teleurgestelde menschen in de garderobe. Er werd tweemaal zaalhuur betaald en de verslaggevers kregen de mededeeling dat het afgeloopen" was. Ondankbaar volk van Nederland!! In het „Katholieke Schoolblad" wordt Mr. A. I. M. J. Baron van Wijnbergen bij zyn af scheid van de Tweede Kamer als volgt gehul digd: „De dagbladen berichtten dezer dagen, dat Mr. Baron van Wynbergen te kennen heeft ge geven, dat hy niet meer in aanmerking wenst te komen voor een zetel in de Tweede Kamer. Naar bericht wordt, zal hem een funktie wor den opgedragen, waardoor het de Heer van Wijnbergen beter voorkomt zich uit dat deel der politiek terug te trekken. Met hem gaat heen een zeer invloedrijk en gezaghebbend man. Iemand, wiens naam in de geschiedenis van het onderwys steeds met ere zal worden genoemd; iemand die mede gewerkt heeft aan de werkelike samenstelling van de geschiedenis van ons onderwys; iemand die in meer dan een opzicht zyn stempel daarop ge drukt heeft. Bijna 29 jaar heeft hy Gelderland in de Tweede Kamer vertegenwoordigd. Het woord Van hulde by dit afscheid door de Voorzitter van de Bond van R. K. Kiesvereenigingen in de Rijkskieskringen Arnhem-Nymegen, Mr. Baron van Voorst tot Voorst, op de vergadering in het openbaar gebracht is dan ook alleszins verdiend en wij onderstrepen dit gaarne. Al hebben ook wy in de loop der tyden meer dan eens tenopzichte yan een of andere kwestie een ander standpunt ingenomen dan deze ver tegenwoordiger van het onderwys in onze R. K Staatsparty, toch past het een woord van hulde te brengen niet alleen voor zijn politiek werk. maar ook voor hetgeen hij deed speciaal voor het onderwijs in 't algemeen en voor het R. K. Onderwijs in 't biezonder. In de stryd voor de geiykstelling van het Bie zonder met het Openbaar onderwys stond Baron van Wijnbergen steeds vooraan, steeds hield hy de principiële lyn strak en hij wist van geen wyken in deze. Geen kommissie op onderwys- gebied kon worden ingesteld of van Wijnbergen maakte er deel van uit. Hoewel geen man uit de praktyk voortgekomen, was hy toch zeker op het gebied van wetgeving deskundig en al waren wy het speciaal wat twee punten betreft n.l. in zyn kursus-wet en de uniforme leerlin- genschaal nooit met hem eens, we moeten eer bied en respekt hebben voor zijn werk en voor zyn strijdwijze. Hulde brengen we hem voor hetgeen hy o.a. in de voorbereiding en de uitvoering van de wet 1920 heeft tot stand gebracht. Met Mr. Baron van Wijnbergen gaat een groot man uit de Kamer. Onze beste wensen voor de toekomst verge zeilen hem." Bij Bisschoppelyk Besluit van den llen Fe bruari 1933 is opgericht te Slootdorp in den Wieringermeerpolder een nieuwe parochie on der den titel van den H. Geest en is benoemd tot eersten pastoor dezer nieuwe parochie de Weleerw. heer F. Braak. De nieuwe parochie omvat al het tot nu toe drooggelegde land binnen de natuuriyke gren zen van de Wieringermeer. Onlangs is er in de Indische wateren op heel sensationeele wijze gedemonstreerd, wat er zooal het gevolg kan zyn van op hitsing en opruiing 't Was er bloedige ernst en het onvermyde- lyk slot was afschrikwekkend tragisch. Het wil ons echter voorkomen, dat nog lang niet iedereen de pynlyke les begrepen, laat staan: ter harte genomen heeft; immers, ter- wyl het treurspel der „Zeven Provinciën" nog nauwelijks of nog niet ten einde is, wordt er in ons land de laatste weken veel propaganda ge voerd voor een tooneelstuk „De Matrozen van Cattaro," waarin merkwaardiger- en toevalli- gerwyze als spel vertoond wordt een geval van muitery, vrijwel analoog aan wat als droeve werkelijkheid zich afspeelde op „De Zeven Pro vinciën"; ook de muitende matrozen van Cattaro moeten ten slotte het onderspit delven, maar als aan het slot een der belhamels uit roept „Dat is het einde!" dan „corrigeert" hem een andere muiter: „Neen, dit is het be gin!" Zooals men ziet: een lang niet onschuldig stuk, een stuk met een revolutionnaire, gevaar lijke strekking, een stuk, dat echter juist in deze dagen nog oneindig veel gevaarlyker, dus absoluut ontoelaatbaar moet heeten. Een onschuldige opera als „La muette de Por- tici" heeft indertijd in Brussel een revolutie doen uitbreken doordat de lucht daar nu een maal met revolutie-electriciteit geladen was. Hoeveel gevaarlijker moet dan niet een revo lutionnair stuk als „De Matrozen van Cattaro" in deze dagen inwerken op de massa! Verschillende autoriteiten hebben dit goed begrepen: te Rotterdam, te Haarlem, te Alk maar, enz. werd de vertooning in het publiek verboden. B. en W. van Amsterdam zijn blykbaar ech ter een andere meening toegedaan: zy hebben het stuk niet alleen niet willen verbieden, neen, ze hebben bovendien hun buitengewone inge nomenheid met dit stuk in deze dagen willen toonen door de voorstelling in den Stads schouwburg nota bene! te subsidieeren! Aldus stellen de hoofdstedelijke gezagdragers zich vóór, den eerbied voor het gezag te be vorderen en het gezag hoog te houden. Een beroep op de commissie van voorlichting inzake subsidieverleening aan tooneelvoorstel lingen heeft als B. en W. daar neiging toe mochten gevoelen geen zin, daar deze com missie vóór de gebeurtenissen met „De Zeven Provinciën" advies uitbracht en bovendien alleen maar de kunstwaarde en niet de strekking te beoordeelen heeft. Het zal ons benieuwen, hoe B. en W. van Amsterdam hun voorliefde voor een revolution nair stuk in deze woelige dagen zullen verkla ren en motiveeren. Voorloopig lyken de heeren ons gezagspala- dynen van een bedenkeiyke soort. Donderdagavond werd een vergadering ge houden van de afdeeling Den Haag van de Alg. R.K. Ambtenaarsvereeniging onder voor zitterschap van den heer H. C. Ernst. Nadat door comitéleden de jubileerende leden van het dagelijksch bestuur waren binnengeleid, sprak de heer Ernst hen toe en huldigde hen in warme bewoordingen ter gelegenheid van hun 12 y2 -jarig lidmaatschap van het Dage- lyksch Bestuur. Aan den voorzitter der vereeniging, den heer Moonen, bood hy een bloemstuk aan; vervol gens een bureaustoel voor den penningmeester, den heer Pegt. De geestelyke adviseur, kapelaan C. A. Rui- genwaard, huldigde den secretaris, den heer W. J. van Dyck, voor zijn blymoedige werk zaamheid voor de katholieke zaak. Spr. speldde den heer van Dyck het gouden eere-kruis „Pro Ecclesia et Pontifice", hem door Z. H. den Paus geschonken, op de borst. Een groot aantal autoriteiten en leden kwam zyn opwachting maken en bood den jubilarissen zyn gelukwenschen aan. Onder voorzitterschap van mevr. F. Steen bergheEngeringh kwamen de voorzitsters der Studie-commissies van de Internationale Unie van R. K. Vrouwenbonden met de secretaresse mej. M. Romme en den geestelijken adviseur Mgr. prof. dr. J. Hoogveld te Utrecht byeen, ter voorbereiding van het vierjaarlyksch con gres, dat in 1934 te Rome zal worden gehou den. Op de verzoeken, die het bestuur der Unie uit by na alle landen der wereld bereikten, werd besloten dit congres te houden vóór het sluiten van het H. Jaar. Daarom werd het voorberèi- dend congreswerk (huishoudelyke vergaderin gen, commissie-vergaderingen) bepaald voor de Goede Week van 1934, terwyi het officieele congres zal plaats hebben in de Paaschweek van dat jaar. De heer J. H. Hissel, oud-hoofd der school te Bocholtz, werd begiftigd met het gouden kruis Pro Ecclesia et Pontifice, Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht zal Dinsdag as. geen audiëntie verleenen. van H. Exc. Mgr. Dr. G. Lemmens, Bisschop Roermond heeft Donderdag de voorstel ling van de Eidophonfilm „Das Meer ruft" in het Mabi-theater te Maastricht by gewoond. Onder de vele aanwezige geestelijke en we reldlijke autoriteiten merkten we o.a. op Mgr. Bauduin, Vic.-Gen., Mgr. Dr. Poels, Mgr. Wou ters, Deken Schoenmaeckers, prof. Bemelmans, de pastoors der stad, Mr. L. B. J. van Oppen, burgemeester van Maastricht. wethouder Schoonbrood, Mr. Jaspar, kantonrechter, Mr. J. Gadiot, rechter der arr. Rechtbank, de heer Smitshuijsen, directeur der N.V. Eidophon en de heer Nelissen, gedel. Commissaris. Niet alleen, dat de Nazi's na Hitler's Rijks kanselierschap in Duitschland zich nog meer gaan veroorloven dan voorheen, hun macht wellust strekt zich thans ook uit tot op Neder- landsch grondgebied. Pas is het geval gebeurd aan de Douane te Kerkrade, waar volgens de Zuid-Limb." enkele bruinhemden op Neder- landsch grondgebied een persoon bedreigden. Gisteren weer. Uit de richting Kohlscheid- Pannesheide kwam een auto aan, beladen met Nazi's, de zgn. Sturmtruppe S. A„ die naby den winkel van L. aan de Nieuwstraat (Nederl. ge bied) stopte. Enkele „Heil-Hitler"-lui sprongen van den wagen, drongen den winkel van L. bin nen en bedreigden een aldaar vertoevenden Duitscher uit Würselen. Blykbaar was deze in hun oogen een anti-Hitleriaan en men pakte hem handtastelyk aan, tengevolge waarvan hij enkele verwondingen opliep. Toen later na de gedane aangifte de Kerk- raadsche politie ter plaatse verscheen was niets meer van een ,3ruinhemd" te bespeuren. „Willst du nicht mein Bruder sein Op den Kaldenkerkerweg te Venlo is Don derdagavond de vyftien-Jarige jongen A. Teeu- wen door een passeerenden auto van den heer Bouman uit Venlo aangereden en ongeveer 16 Meter weggeslingerd. Met een zware hersen schudding, ernstige schaafwonden en een been breuk werd de jongen opgenomen en naar het R. K. Ziekenhuis overgebracht. Men vreest voor het leven van den knaap. Na de aanry- ding reed de auto tegen een lantaarnpaal, waardoor de wagen ernstig werd beschadigd. Hoe het ongeluk zich precies heeft toegedragen is nog niet bekend.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 5