Mites mr* m n HUISHOUDELIJK ZELF MAKEN VOOR DE KEUKEN NA „DE AVERIJ y iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiM I1IIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIII1III1IIHIIII Ik heb m'n dienstbode af moeten schaf fen," zucht menige huisvrouw tegen woordig en erkent in stilte of hardop, dat het heelemaal niet meevalt om alles zelf te moeten doen en dat in een huishou den, zoo'n beetje aldoor gegeten en ge dronken schijnt te worden. Want als je als huisvrouw „zonder hulp" in je keuken staat, is er altijd afwasch en je moppert er wel eens over dat een modern mensch zoo ijselijk veel behoeften heeft. Het begint 's morgen vroeg al met het „kopje thee met een beschuitje"; voor sommigen met een kop koffie of chocolade en dan het ontbijt. Een verstandig mensch maakt koffie-extract, doet dat zoo „onder de druppeltjes door," tijdens het koken en scharrelen in de keuken, als je alle ge legenheid hebt met heel kleine scheutjes tegelijk het water op te gieten en je koffie volgens de regelen van de kunst te filtree- ren, zoodat je een heerlijk sterk extract krijgt voor een paar dagen tegelijk (niet langer, want dan wordt het minder lekker of bederft zelfs). En het ontbijt? Is niet iedere huisvrouw in een dienstbodenloos gezin zóó ver, dat ze reeds 's avonds de tafel dekt? En is het bij velen al doorge drongen dat een Engelsch ontbijt wel heel erg goed is en een uitstekende basis voor dagbegin? Heeft men nog een hooikist, waarin de pap wordt gezet, de havermout of gries, de maizena of boekweitgrutjes of eten de huisgenooten de echte Engelsche gerechten: corn flakes, puffed rice en al die andere dingen, waar je alleen maar melk hebt op te gieten? Een beetje duur zijn die buitenissighe den en duur schrappen we langzamerhand uit ons woordenboek. Yoghurt wordt ook al veel als ontbijt genuttigd en dan volgen de boterhammen, die als men gezond wil leven hoort te beleggen met tomaat, kom kommer, sla, geraspte wortels of andere rauwe geraspte groenten; met schijfjes ap pel, banaan, peer, geraspte of gemalen noten en allerlei „natuurproducten" waarvan men tegenwoordig het hoogste heil ver wacht. Jam en pindakaas, bruine suiker, honig en chocoladestrooisel, koek en ge stampte muisjes doen nog steeds opgeld bij kinderen, maar de grooten verlangen wel erg naar iets hartigs, ook ai is de dag pas aan den hemel. Kaas en eieren, stie- kum een Engelsch stukje spek met spiegel ei of een bescheiden restje worst, vleesch of visch van den vorigen dag, zal den wer kenden huisvader moed geven en ja, een stevig ontbijt is gezond- In den haring- tijd is zoo'n stuk zeebanket een lepel ge zondheid en voor de liefhebbers blijft er rolmops en gemarineerde haring, plus verfijnde lekkernijen, door bezuinigende huismoeders echter angstvallig verdon keremaand. Maar.... het afwasschen van den ont bijtboel! De huisvrouw zucht en betreurt haar verdwenen hulp, terwijl ze wascht en droogt, stoft en veegt en zuigt en aan den gang gaat voor het eten, want.... in een huishouden zonder hulp is het veel mak kelijker om half één of één uur te middag malen. Maarhet is zoo ongezellig en de meeste mannen vinden het naar, mop peren 's avonds wat over hun kale boter ham, terwijl toch menschen die het weten kunnen, zeggen dat het veel gezonder is, je hoofdmaaltijd midden op den dag te nemen. Dus: vooruit dan maar en zorgen voor het maal en dat practisch doen; je aardappels geschild laten komen, je groen- Op verzoek; Gebreide kousenbroek voor kindje van pint. 1 jaar Men breit, met aluminiumnaalden no. 2 of 2)4. Het broekje wordt gebreid in 2 helf ten. Men begint aan den bovenkant, waarvoor men 74 st. opzet en breit eerst 'n boord van 2 r. 2 aver. Na 8 toeren breit men 'n gaat- jestoer 2 st. samenbr-, draad omslaan, enz. voor het doorhalen van 'n elastiek en vervolgens nog 10 toeren 2 r- 2 aver. Verder breit men aldoor rechts. Eerst breit men nu 'n bodempje. Men breit 6 st., keert het werk om en breit te rug. Bij den volgenden toer breit men 12 st., eer men terug breit, bij den daarop- volgenden 18 st., enz., tot men 54 st. heen en terug gebreid heeft. Verder breit men, op alle steken, 56 toeren. Dan breit men 2 st samen, bij t begin van elke naald, voor de beenstukken, tot er nog maar 44 st. overblijven. Hierop breit men nog 38 toe ren- Nu breit men, voor het voetje, 24 toe ren op de middelste 14 st., waarna men, aan weerskanten van dit smalle reepje breiwerk, de lussen opneemt. In het ge heel moet men dan, met de 14 st. van het midden, 72 st. op de naald hebben. Op deze 72 st. breit men nog 16 toeren, waarmee het voetje klaar is. De tweede helft van het slobbroekje wordt op dezelfde wijze gebreid- Is alle breiwerk klaar, dan strijkt men het onder 'n vochtigen doek, naait vervol gens eerst de beenstukken dicht met de vcetzooltjes en naait vervolgens de beide helften aan elkaar, waarbij men er na tuurlijk voor te zorgen heeft, dat de hooge kanten voor het bodempje aan elkaar ko men In plaats van elastiek kan men ook 'n koord halen door den gaatjestoer. Men werkt dit dan af met 'n paar kwastjes of pompons. DORA ten als het kan schoongemaakt, je even- tueele bieten afgekookt en altijd voor twee dagen vleesch en aardappels en zoo maken; voor twee dagen je toetje envoor 's avonds een warm hapje er bij. Het lijkt ingewikkeld en vreeselijk, maar als men wat groenten- en aardappeiresten, wat vleesch met rijst, aardappels en jus, wat uien er door en dergelijke dingen dooreen doet en in 'n ovenschaal bewaart voor het avondmaal, is het niet zoo erg. En.... de huisgenooten houden hun goed humeur en zijn best bereid eens te helpen. Als leder z'n eigen bed opmaakt, z'n waschtafel „doet" is dat al veel gewonnen en „vele handen maken licht werk" blijft een hoog en goed gebod. Is het erg om even geza menlijk de tafel af te ruimen en even te helpen met afwasschen? Eèn wascht, één droogt en de ander bergt op gaat het dan niet vlug? En is het geen voldoening als het huis netjes en gezellig is, de maal tijden naar ieders zin en men.... toekomt met het huishoudgeld? En er eigenlijk nog best een uurtje overblijft? Make the best of it, óók als het vervelend en vermoeiend blijkt de hulp te missen en ineens te moeten zorgen voor al die kamers en monden en kleeren en bijkomstigheden. Hoofd omhoog, handen uit de mouwen en er maar trotsch op zijn dat een Holland- sche vrouw veel kan..-- als ze wil; en.., moet. H. K. Hangers voor kousen en dassen Kousenhangers zijn niet alleen prac tisch, doch staan tevens alleraardigst jp de meisjeskamer. We kunnen ze in groote verscheiden heid koopen, maar zelf er eentje maken is toch nog wel zoo aardig. We nemen een kleerhanger zooals op fig. 1 met een dwarslatje en werken er een foudraal omheen van gebloemde, of ge kleurde voile. Dit wordt er ruim om heen gehaald, ingehaald zoodat aan beide kan ten korte ruches ontstaan. Het dwarslatje wordt omwikkeld met lint in een passende kleur. Vervolgens wor den aan de beide uiteinden nikkelen haakjes ingedraaid, waaraan het onderste met lint omwonden stokje met lussen komt te hangen, zooals op de teekening is aan gegeven. Een zakje van het gebloemde ma teriaal wordt nu gemaakt met een ruim strookje rondom. Dit wordt gehangen aan het dwarslatje. Het zakje zal alle benoodigdheden bevatten om kousen te kun nen repareeren, zoo als moderne kleu ren stopzijde, naal den, schaartje enz. zoodat we nooit naar dergelijke dingen be hoeven te zoeken. De 2e kousenhan ger is gemaakt van pflHRHI .w:!; j^jggj wmm Nu we den winter met de bijbehoorende sneuw- en ijspret achter den rug hebben en we zoo tusschen de sombere dagen door al eens een glimp van het voor jaar zien, begint onze donkere zware win- terkleeding ons te vervelen en verlangen we naar een leuke lichte jas of een aardig voorjaarspakje. Fig. 1030 is een sport- of reisjas van lichtbeige kameelhaar of andere soepele wollen stof. Zij heeft doorgestikte revers en manchetten. Ook de opgezette zijstuk ken, waarin de zakken verborgen zijn, zijn dicht langs den naad doorgestikt. De das is in de moderne kleuren beige en rood- Ook het mutsje, dat gemaakt is uit de stof van den mantel heeft een roode veer. Fig. 1031 bestaat uit een japon van ge streepte crêpe craqulé in de kleuren zwart, rood en grijs, waarop een jasje ge dragen wordt van effen zwarte wollen stof. Dit sluit rond den hals met een lipje dat aan het voorpand is geknipt. Het wordt verder met eenige knoopen en knoopsga ten gesloten. De shawl van de japon dra gen we nonchalant over het jasje en halen een eind onder de sluiting door. De muts maken we ook weer in combinatie met het pakje. Fig. 1032 is een eenvoudige voorjaars mantel van grijze diagonaalstof. Zooals we op de teekening zien is het 'n raglanmo- del. Er behoort een smalle ceintuur bij van dezelfde stof, een regenmantelslui ting aan de mouwen en kleine belegstuk- jes op de zakken. POLA. een enkelen kleerhanger Drie ringen wor den er bij gezaagd met een middellijn van 15 c.M. en een cirkelopening doorsnee van 11 cM. We kunnen ze zagen uit dik triplex en als de meisjes het zelf niet aandurven, kij ken ze maar eens vriendelijk vragend rond en het werkje zal wel even voor haar ge daan worden. De kleerhanger is omwerkt op dezelfde manier als de eerste, een fan tasie-kopje kunnen we voor den haak ma ken. Zijn de ringen gezaagd, dan worden ze keurig geschuurd; de drie ringen wor den nu op een lijn naast elkaar gehangen aan lintjes. Ze worden mooi glad rose of zacht lila geschilderd, óók de binnen en buiten rand jes. Bij rose ringen neemt men rose lint en bij zacht lila ringen, donker lila lint. Dassenhanger Ik weet niet of uw echtgenoot zuinig is op zijn dassen, er prijs op stelt wanneer ze keurig gestrikt zijn en niet gekreukt. De mijne heeft weinig op met die dingen, doch ik houd vol, dat het netjes staat wanneer de das correct gestrikt zit. In de eerste plaats kan ik U dan ook den dassen- strekker van koperdraad gemaakt in een houten handvat, aanbevelen Deze is voor weinig geld te koopen. Men schuift de das over het draad, draait het handvat om zoodat de draadvorm uit komt te staan en de das gestrekt wordt. Houd het geheel nu een goed tijdje boven stoom, laat daarna drogen en schuif de das er af, zij zal er als nieuw uitzien. Ook heeft men reeds electrische dassen- strekkers welke men verwarmt door een stekker in het stopcontact te doen; het verwarmingselement zal hetzelfde resul taat geven als de strijkbout, alleen krijgt men niet de gladde vouwen welke bij het strijken ontstaan, doordat we dan niet in de das kunnen komen. Beide strekkers zijn een oplossing voor de huisvrouw die de dassen van haar echtgenoot van tijd tot tijd schoon houdt met benzine. U doet dit 't best door ze uit te spoelen in benzine (niet- bij het vuur natuurlijk, maar liefst buiten). Laat ze goed weeken en knijp ze vervolgens uit. Leg ze nu op een tafeltje of aanrecht en wrijf de vuile vlekken weg met een schoon watje, of lapje. U neemt net zoo lang een schoon watje totdat dit niet meer vuil wordt. Droog de das nu goed en doe haar vervolgens over den strekker. Ook gekreukte dassen kunnen W/eer mooi glad worden En dan pas komen we waar we wezen willen, want als mevrouw zoo keurig is op de dassen van haar man zal ze ook 'n goed plaatsje willen hebben, waar ze netjes op geborgen zijn. Ze moeten opgehangen worden, want gevouwen dassen kreuken weer. Indien U nog geen dassenhanger bezit, kan ik U er Werpt uw gebroken aardewerk niet weg. U kunt er iets aardigs van ma ken. zult waarschijnlijk gelukkig zijn en weinig breken, doch uw dienstmeisje of dochtertje zal af en toe brokken maken, dergelijke huiselijke ongelukjes gebeuren dikwijls en in ieder geval u gooit niets weg van het gebroken porcelein of aardewerk, maar u bewaart alles in een kistje. Heeft u een hoeveelheid van die brokken, dan kunt u er een moza'iekschaal of -vaas van maken en wel op de volgende manier U zoekt de kleuren bij elkaar zooveel mo gelijk, de groote stukken worden gebroken, totdat ze ongeveer de grootte hebben van een vierkant stuivertje. U heeft nu een goedkoope schaal of een aardewerken pul, die u niet mooi van kleur vindt. U haalt voor een paar stuivers goede zachte stop verf, u smeert de stopverf over de schaal of den pul. Voor een fruitschaal zult u eerst den binnenkant bestrijken en later, als die geheel ingelegd is, pas den buitenkant, de stopverf wordt er ongeveer K c.M. dik op gesmeerd, zoo gelijk mogelijk. U begint nu van boven bij een pul of schaal gesorteerde scherven een voor een in de stopverf te drukken. U kunt natuurlijk wérken in kringen, met gekleurde randen, figuren en naar elk gewenscht ontwerp, tusschen elk stukje laat men een ruimte van ongeveer K c-M., ze komen dus niet precies tegen elkaar. Wanneer u een kan of vaas aldus volgedrukt heeft met stukjes, dan zal de stopverf tusschen de stukjes uitpuilen, dit wordt weggehaald en gladgestreken met een mes, waarna we alles afvegen met een ouden lap. Het zal er nu reeds aardig uit zien, we laten het nu eerst heel goed drogen, Dit duurt op zijn minst drie dagen, eerst dan wordt het ge heel glad bijge schuurd met het fijnste schuurpa pier. De stopverf, welke dan nog hier en daarover het porcelein zit, gaat weg en we krijgen dan 'n geheel vlak oppervlak. De dunne zicht bare streepjes stopverf wor den nu met zwart of goud of met 'n an dere kleur zoo als groen, rood of blauw opgeschilderd. U gebruikt daarvoor een dun penseel en u neemt een klein busje olieverf. Het tweede mozaiekwerkje is met eier schalen. We kunnen er houten voorwerpen mee versieren, zooals allerlei houten doos jes, houten borstels en houten broodbakjes, blaadjes, enz. U neemt voor ons werkje witte eier- doppen en u legt deze in het heet water; als t wa ter koud is, zult u de velletjes ge makkelijk kun nen verwijderen; nu stoot u de eier schalen in kleine stukjes, ongeveer gelijk van groot te. Bij een houten borstel smeren we eerst den boven kant in met lijm uit een tube, zooiets als tijger- lijm, taai, vlugdrogend; denkt u dat het oppervlak te vlug in droogt dan doet u het stukje voor stukje. U drukt een stukje eierschaal op het met lijm ingesmeerde gedeelte, drukt 't op zijn plaats, zoodat in het stukje weer extra barstjes ontstaan, een tweede stukje volgt, enz.; de stukjes worden dicht bij elkaar gebracht, doch niet geheel aansluitend. U brengt ze op het oppervlak en u rangschikt ze met een speld, zorgende, dat er K. m.M. ope-/ een heel goedkoop aan de hand doen. Onze teekening zal het u reeds duidelijk maken. Men koopt groote houten, beenen, koperen of stalen ringen; maak nu aan eiken ring reepjes lint, elk stukje ongeveer 7 cM. langer dan een vorig. Het lint wordt van boven om eiken ring genaaid en alle linten met ringen komen te zamen vast aan één ring van boven. Het korte stukje met een ring van voren. Aan den langsten band, dus den achter sten kan u nog 'n kl. zakje maken met slui ting, voor reserve benoodigdheden, zooals boorden- en manchettenknoopjes, dassen- speldjes enz. zoodat U direct weet waar die dingen te vinden. ANEMOON. Verschillende soepen Macaronisoep. Bij 40 gram macaroni neemt men voor deze soep: 1 liter water, K liter melk, 1 ons geraspte oude kaas, 1 ei, 25 gram boter en zout naar smaak en 'n stukje foelie. De in stukjes gebroken macaroni wordt met het zout en de foelie gaar gekookt in ongeveer 20 minuten. Dan verwijdert men de foelie, neemt de soep van het vuur en roert er de geraspte kaas door. Het ei klopt men in de soepterrine, giet er langzaam, onder voortdurend roeren, de soep bij en roert er tot slot de in kleine klontjes ver deelde boter bij. In plaats van geraspte kaas kan men ook dobbelsteentjes kaas nemen. Hiervoor is jonge kaas evenmin geschikt. Men snijdt haar in dobbelsteentjes, die men in melk doopt, in paneermeel wentelt en dan vlug bakt in weinig boter. Deze kaasdobbelsteen tjes kan men voor het opdienen in de soep doen ofwel men presenteert ze apart. Gulasch-soep. Bij 1 pond runderpoulet neemt men hiervoor: ons varkensreuzel, ui, K eetlepel paprica, 1 peterseliewortel, 1 pond aardappelen, eenige worteltjes, zout en 1^ liter water. Het vleesch wordt in stukjes gesneden ter grootte van 'n hazelnoot. De ui wordt fijn gesnipperd en in het vet lichtgeel ge braden in 'n diepe pan. Dan voegt men er de paprica bij, roert hem goed door het vet en voegt er het gewasschen vleesch bij. Men strooit er het zout over heen, dekt de pan goed dicht en laat het heel zachtjes, onge veer 'n half uurtje, stoven. Nu voegt men er den peteseliewortel bij en de in schijfjes gesneden worteltjes en giet er zooveel wa ter bij, dat alles flink onder staat. Men laat de soep dan zachtjes koken, tot het vleesch door en door gaar is, voegt er de in dobbel steentjes gesneden aardappelen bij, vult het geheel, zoo noodig, nog aan met water en laat ook de aardappelen goed gaar wor den. Londonderry soep. Men trekt voor deze soep eerst, op de gewone wijze, bouillon en ver der heeft men dan, voor ongeveer 1% liter bouillon, noodig: K ons boter, M ons bloem, theelepel kerry, 1 eierdooier, 1 d-L. room of melk, 'n klein blikje champignons en verschillende kruiden, 'n stukje foelie, 'n takje peterselie, 'n stukje thijm, 1 kleinen ui, 1 Spaansche peper, 1 wortel en wat zout. Men laat den bouillon trekken met alle kruiden, behalve de Spaansche peper, de kerry en den ui. Deze drie fruit men met de boter, tot de gesneden ui lichtgeel is. Dan voegt men er de bloem bij en roert al les, op 'n klein pitje, tot een gladde massa. Men voegt er dan, onder voortdurend roe ren, den bouillon bij, waarin men tevoren alle kruiden goed gaar heeft laten worden. De soep moet dan nog 5 a 10 minuten door koken, waarna men ze zeeft en op smaak afmaakt met zout en peper, de doorgesne den champignons en het nat daarvan. Desgewenscht kan men er nog 1 eetlepel Madera bijvoegen. De eierdooier wordt in de soepterrine goed geklopt met 'n weinig zout. Men klopt er dan eerst enkele lepels soep door en voegt dan, al roerende, de overige soep er bij. ADRIANA KNUIST—POLLEPEL ning tusschen elk stukje blijft evenals bij het porcelein mozaïekwerk. U drukt ieder stukje stevig aan, en zoo den geheelen borstel, doosjes, houten schaal, napje of ander houten voorwerpje. Ook dit werk wordt drie dagen te drogen gezet, vervol gens schuren we alles glad met zeer fijn schuurpapier. Nu koopt u een fleschje gekleurden inkt, dun vloeibaar, in zacht- lila, zachtblauw of groen en bestrijkt er het geheele oppervlak gelijkmatig mede. Is dit goed droog, dan wordt het aldus be werkte voorwerp gelakt met blank vernis. Houten schaaltjes en doosjes zoudt u voor de toilettafel kunnen maken met een bij passenden borstel, tandenborstel, enz. Doos jes, welke u alleen van buiten met de eier schalen belegt, worden van binnen met olieverf beschilderd. Zeer aardig is deze bewerking voor houten eierdopjes. De kinderen zouden iets aardigs kunnen maken van papier; houten voorwerpjes, schoteltjes, doosjes worden besmeerd met lijm uit een tube en stukjes papier worden er opgelegd, precies zooals in de vorige stukjes beschreven, echter kan men nu mooie gekleurde patronen verkrijgen, eerst met potlood opgeteekend. We smeren de lijm hierbij vooral niet dik, de stukjes pa pier worden even aangedrukt. Het geheel wordt goed gedroogd, de lijntjes tusschen de stukjes worden met zwarte verf geschil derd. Het geheel wordt later gelakt met blank vernis, het voorwerpje is dan goed af te lappen. ANEMOON Des zeerobs gaê gebogen staat in kinderkamer over een bedje-klein; als 'n hamer haar 't harte slaat. Hijg-aêmend ligt haaf baby neer, schier-brekend droogjes- Hól is 't gezichtje; gefronst de boogjes der brauwtjes-teêr. Dage' en nachten heeft zij gevmakt in spanningstijgendi nu is de crisis daar; schoon hijgend, ze 'r beden slaakt. Niemand die moeder medetromt weg bij de sponde van haar gemarteld wicht; geen stónde met goud beloond Tot eind'lijk is 't gevaar voorbij tot moe's victorie haar wake' en bidden schaftten glorie en over-blij: Zinkt zij inéén en wordt gebracht, 'n bewustelooze, ten bedde, om daar te verpoozen tot nieuwe kracht...... Toen ze 'r oogleên opslaan mocht, haar éérste vragen gold 't kind, waarmee pa aan kwam dragen, zoodra zij 't zocht. Het sloeg zijn armpjes om haar nek wijl 't luide kraaide, en moeder 't koosde, kuste1 en aaide, o, géén gebrek! De zeerob stond ontroerd er bij, hij, de gestaalde, toen daar zijn vrouw en kind zoo stra&lden na „de'averij" Herman J. Haijemaije. Broek voor jongens van 12 jaar Heupwijdte 90 c.M„ lengte 54 c.M. Be- noodigd: 1.40 M. stof van 70 c.M., of 70 c.M. stof van 1.30 M. breedte, 1.20 M. voe ring, 7 groote en 2 kleine knoopjes. Wanneer ge voor het broekpatroon een rechthoek opzet, welke 66 c.M. lang, en 61 r immgm i I c.M. breed is, dan kunt ge alle aangegeven maten hierin afteekenen, waarna ge 't pa troon op de vaste lijnen uitknipt. Van den zak, welke op het patroon is afgeteekend maakt ge even afzonderlijk een patroon, door dit na te radeeren. Hierna legt ge het patroon van voor- en achterkant op de stof, waarna ge het met 'n IK c.M. naad uitknipt, terwijl onder- en bovenaan 3 cM. bijgeknipt wordt. Men begint met de zakken. Hiervoor knipt ge 4 stukken voe ring volgens het patroon, waarna ge voor den inkijk op deze stukken een stukje stof stikt, dat 18 cM. lang en 5 c.M. breed wordt. Vervolgens legt ge twee van deze stukken op den voorkant van de broek, goede kanten op elkaar, waarna ge de 16 c.M. van de zakbreedte langs stikt. Dan kunt ge den zak naar den verkeerden kant toe omhalen waarna ge verder den inslag op den zijnaad aan den voorkant van de broek even omrijgt. De beide andere stuk ken worden aan den achterkant van de broek vastgestikt, waarna ge de voorkan ten op de .achterkanten kunt stikken, met uitzondering van de 16 cM. voor den in gang van den zak. Nu kunt ge aan den achterkant het 17 c.M. lange en 2 cM. breede heupnaadje instikken, waarna ge den achternaad en 7 c.M. van den voor naad dichtstikt. Hierna verbindt ge ook den pijpnaad; voor- en achternaad komen hierbij op elkaar. Voor het split knipt ge 3 stukjes voering en 2 stukjes stof. Links zet ge in den vorm van het split eerst een stukje voering tegen. Hierna stikt ge een stukje stof en een stukje voering tegen el kaar, voor de knoopsgaten, terwijl dit ge lijk met eerstgenoemd voeringstuk wordt tegengestikt. Ook voor den rechterkant stikt ge stof en voering tegen elkaar, en stikt dit aan voor de knoopjes. Dan kunt ge de broek boven aan en aan de pijpen op lengte omrijgen. De voering stikt ge in elkaar, waarna ge ze bovenaan en. aan de pijpen langs zoomt; ook langs het split. Hierna wordt de broek stevig opgeperst, ook de vouw in de pijpen, waarna ge op de daarvoor bestemde plaat sen de knoopen aanzet. De twee kleine op het split, de zes groote voor de bretelles, één groote bovenaan het split. DINY. mm wouw mm ihiaak huishouding (OS! nVriiiiiiiiti'iii 99 i v t t f., -v -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 10