elijk teleurgesteld
De Belgen behaalden een verdiende
twee-één overwinning
Een nederlaag tot besluit
Buitenlandsch Varia
Geen geestdrift
ONFORTUINLIJK
SPEL
MAANDAG 8 MEI
Ook Adam faalde
Volgenden keer beter!
Het Oranje-team was er Zondag
middag volkomen uit
De wedstrijd
„Open doekje
De score geopend
Na de rust
1 DE SAMENSTELLING DER ELFTALLEN.
v. d. MEULEN
(H.F.C.), aanvoerder
WEBER
(A.D.O.)
PELLIKAAN
(L.O.N.G.A.)
WELS ADAM v.
(Unitas) (H.V.V.)
VAN RUN
(P.S.V.)
ANDERIESEN
Ajax)
d. BROEK
(P.S.V.)
DUIJNHOUWER
(Feijenoord)
BREITNER
(A.D.O.)
v. NELLEN
(D.H.C.)
Gelijke stand
België
België leidt
Het slechte aangeven was de
voornaamste oorzaak
van ons falen
EEN BENAUWD OOGENBLIKJE
De Belgische doelman weerde zich kranig9 zooals deze foto
duidelijk toont
Fouten?
KEGELEN
KEGELCONCOURS
HAARLEMSCHE KEGELBOND
Uitslag Invitatie Bondenwedstrijd
VOOR DE TWEEDE MAAL GEPASSEERD!
Onze tegenstanders
Yan Run zou den bal nog graag uit het doel willen kijken
lUIT DE SPORTWERELD
Reeds van vroeg in den middag stroomden
de duizenden naar het Stadion om maar
vroegtijdig aanwezig te zijn. Het verkeer
op straat was drukker dan ooit, een record aan
tal auto's, bussen, motorrijwielen, fietsen waren
geparkeerd of gestald in en of nabij het Stadion.
De geheele Stadionbuurt, alle omliggende stra
ten was een wagenpark. Vanzelfsprekend had
de verkeerspolitie handen vol werk om alles zoo
ordelijk mogelijk te doen verloopen en het dient
erkend te worden, dat het verkeer zoowel naar
als van het Stadion op voortreffelijke wijze ge
regeld was. Dat alles op zoo prachtige wijze ver
loopt, schijnt alleen in Amsterdam mogelijk te
zijn; in het buitenland hebben wij dat wel eens
anders aanschouwd.
Binnen het Stadion de bekende drukte. Im
mers, een record aantal toeschouwers zou weer
getuige zijn van den jaarlijkschen strijd tus-
schen Noord en Zuid.
In het restaurant van het Stadion recipieerde
de Nederlandsche Sportjournalistenvereeniging,
wier voorzitter jhr. J. Feith de Belgische pers
broeders toesprak.
Intuschen vernamen wij, dat van Heel met
kon uitkomen. In zijn plaats zou de ADO-speler
Breitner op de linkshalfplaats komen te staan.
't Spel is begonnen, ze staan tegenover elkaar
van beide zijden vastberaden en bezield om te
winnen, en daar lijkt het dan ook de eerste
oogenblikken op. Er wordt razend snel gespeeid
en ieder begint zich al bij voorbaat te verheugen
op een van die ouderwetsche wedstrijden, waar
in goed spel gepaard gaat met geestdrift
tot welke categorie hij ook behoort, tot
die der ras-voetballiefhebbers, die fraai en voor
alles goed spel willen zien en tot degenen, die
van een wedstrijd houden, waarin het aan span
nende oogenblikken niet ontbreekt.
Dezen middag moeten deze beide partijen,
dunkt ons, teleurgesteld zijn geweest, want noch
is er goed gevoetbald, noch werden er zooveel
spannende momenten geboden, dat de op doel
punten azende menigte zou 'kunnen zijn be
vredigd.
Daarbij kwam dat het weer niet meewerkte
en zoo beleefden we in het roemruchte Olym
pische Stadion een vrij saaien middag.
Maar saai of niet, de wedstrijd dient versla
gen en dus tijgen we aan het werk om zoo
natuurgetrouw mogelijk een relaas te geven van
wat de tweemaal elf gisterenmiddag hebben te
zien gegeven.
We stellen voorop, dat de Belgen wat dit be
treft, vooraan stonden. Ze waren snel, doortas
tend, gevaarlijk, technisch boven ons uitstekend
en zoo vol goeden moed, dat het voor onze
ploeg, zelfs met den bekenden factor van den
geestdrift, op het laatst vrijwel onmogelijk werd,
nog een behoorlijk resultaat te bereiken.
Vooral in onze voorhoede faalde het. Adam
was daar wel actief en ofschoon hij heel dik
wijls van zijn plaats dwaalde, hij scheen daar
voor reden te hebben, wist hij herhaaldelijk
goede, neen, zeer fraaie kansen te scheppen,
welke door 'n actievere voorhoede dan die thans
aan het werk was, zeker zouden zijn benut.
Roemen wij, dan moet daarachter' ook ter
stond de opmerking gemaakt, dat vele van de
door hem aangegeven ballen absoluut kwamen
buiten het bereik, voor wien zij waren bestemd
We hebben den kleinen H.V.V.'er wel eens beter
gezien.
In het begin leverde hij mooie staaltjes, zoo
mooi, dat het publiek niet nalaten kon hem een
„open doekje" te geven.
Maar bij dat eene applaus is het gebleven,
waarmee natuurlijk niet gezegd is dat hij in
den verderen duur van den wedstrijd niet nog
goede dingen heeft gedaan, soms zelfs betere
dan die, waarvoor hij het applaus ontving, 't
Publiek echter is vaak meer ingesteld op din
gen die de oogen streelen dan op die, welke
voor een wedstrijd van goed voetbal iets te be-
teekenen hebben.
Het zij zoo. Deze speler heeft met min of meer
succes dan de anderen getracht ervan te maken
wat ervan te maken was.
Het is weinig interessant het verloop van den
wedstrijd op den voet te volgen, waarom wij ons
zullen bepalen tot een overzichtelijk relaas met
aanduiding van de voornaamste voorvallen.
Daarbij valt in de eerste plaats te vermelden,
dat onze vleugelspelers dezen middag wel zee
actief zijn geweest. Zoowel Van Nellen als Wels
kregen herhaaldelijk den bal toegespeeld en
over het algemeen wisten ze daar behoorlijk
weg mee.
Alleen het middentrio werd ons inziens te
weinig in het spel betrokken. Wat Adam betreft
was dit een gevolg van diens eigen speelwijze
om zich tusschen voor- en middenhoede op te
stellen. Echter wat de anderen, v. d. Broek en
Duynhouwer aangaat, dient gezegd, dat zij zich
ook niet erg waardig betoonden goede voorzet
ten toegespeeld te krijgen.
Ze waren te sloom, te langzaam, te aarzelend,
te treuzelend, te besluiteloos. Kansen kregen ze
te over, maar zü wisten ze niet te benutten.
Te hunner verontschuldiging dient evenwel
gezegd, dat de Belgische achterhoede, met doel
man Braet als uitblinker, geenszins geneigd bleek
zich te doen passeeren.
In tegenstelling met onze voorhoede, was die
der Belgen een en al snelheid, over de heeie
linie.
Al zullen Wels en Van Nellen hun confraters
v. d. Eynde en Versyp weinig hebben toegege
ven, Saeys, Desmet en Voorhof waren stuk voor
stuk stukken beter dan Duynhouwer en v. d.
Broek. Doch, al deze verschillen in kracht en
snelheid in aanmerking genomen, leek het er in
den aanvang op, dat wij den „Belzen" behoorlijk
partij zouden geven.
't Liep best. Tusschen Pelikaan, Adam en
Wels vlotte het aanvankelijk zoo, alsof er geen
Belgen bestonden.
Spoedig echter blijkt, dat Braet van rins is
een woordje mee te spreken en zijn eerste woord
jes laten aan duidelijkheid niets te wenschen
over.
Onze v. d. Meulen krijgt naar verhouding
veel minder werk, maar zien we het goed
hij betoont niet de zekerheid, welke we van hem
gewend zijn.
Er is eenige aarzeling in zijn optreden. Zijn
wegwerken van den bal is niet zoo zeker als ge
woonlijk.
Kwaad voorteeken? Niet bijgeloovig zijn! Moed
houden.
Dit te doen is echter gemakkelijker gezegd dan
gedaan, vooral wanneer de eerste goal komt aan
de zijde, waarvan ieder die voor Holland voelt,
deze niet wenscht.
Toch komt het eerste doelpunt aan dien kant
en wel reeds na tien minuten door Desmedt, die
op doel afstormt.
v. d. Meulen aarzelt tusschen uitloopen of
blijven staan. Maar, hij kiest het eerste, in casu
het verkeerde en de snelle Belg heeft het leder
reeds in de touwen gejaagd (01).
De Belgische vlaggen op de tribune, waar de
„gulle mannekens" zaten, vlogen omhoog, de
geestdrift der Hollanders daalde, doch slechts
even.
Voort ging het weer. Onze vleugels bleven
even actief als voorheen, de Belgen evenzoo, en
zoo ontstaan er voor beide doelen soms hache
lijke oogenblikken, waaruit echter, wat den Bel
gischen kant betreft, de doelman meestal red
ding weten te brengen en aan onze zijde de
beide achterspelers Weber en Van Run, die ech
ter, of leek het maar zoo? ook schijnen te
deelen in het algemeene euvel van ons nationale
team.
Tal van gevaarlijke oogenblikken zijn er, zoo
als gezegd, geweest, maar wij houden stand. De
Belgen eveneens en zoo komt de rust met den
stand van 01 in ons nadeel.
Alles is nog mogelijk. Overspeeld zijn we niet
en zóó sterk is dit elftal der Belgen toch ook
niet, dat ze het met alle geweld moeten winnen.
Hoop is er nog in overvloed, maar het is de
hoop, die een weinig van overmoed weg heeft.
Heusch, zooals de onzen het doen, is het niet
slecht, maar tusschen niet slecht en goed ligt
dat weinigje verschil, dat onze ploeg noodig heeft
om het tegen deze technisch beter spelende te
genstanders te kunnen bolwerken.
Maar helaas, dezelfde fouten worden her
haald. De middenspelers plaatsen ofwel slecht
of zij zetten zóó hard voor, dat onze aanvals-
linie den bal niet meer kan bereiken.
Ongeveer alle spelers van onze middenlinie
bezondigen zich daaraan, met uitzondering mis
schien van Pelikaan, die zich daaraan iets min
der schuldig maakt.
't Zou echter geen echte NederlandBelgië-
wedstrijd zijn als er niet een paar echt-span-
nende momenten in voorkwamen. Dit gebeurt
dan ook bij tijd en wijle en dit vergoedt veel
van het overigens matte vertoon.
Dat we het winnen zullen begint intusschen
problematisch te worden en zelfs een gelijk spel
dreigt al tot de onmogelijkheden te 'gaan be-
hooren.
't Was, zooals ons een Belgische journalist bij
den wedstrijd Amsterdam—Antwerpen zei, „Gij-
lui, gü, gij verdient den victorie, maar gij
zijt-gij te langzaam".
Dat we in dit geval den victorie zouden ver-
itiiiimiimmiiiiiiiing
Nederland:
Scheidsrechter
OHLSSON (Zweden)
diend hebben, zou te veel zijn gezegd, want,
eerlijk, de Belgen waren ons te vlug af.
Dat we in dit geval de victorie zouden ver-
nen maken, staat vast, althans volgens ons.
Dotjes van kansen zijn er verknoeid, al moet
alweer gezegd, dat Braet op zijn post was, het
geen evenwel niet verhindert, dat, nadat de
tweede helft een twintigtal minuten oud is door
de Nederlanders de gelijkmaker wordt gescoord
(11) en wel door Adam, die na een feilen
aanval der onzen, welke Braet noodzaakt zijn
doel te verlaten, inschiet.
't Vertrouwen keert terug! Zullen we het nog
halen?
Er zijn altijd optimisten, zeker bij een wed
strijd NederlandBelgië, en dus blijven we
hopen.
Tijd is er nog te over. Alles kan nog gebeu
ren. Maar de voetbalkenner heeft iets gemerkt,
gezien, dat het tempo bij de onzen veel te laag
is, gemerkt ook, dat we tekortschieten in tech
niek.
't Kan lukken, maar dan moet er ook aan
gepakt, dan zal de spelmethode der onzen moe
ten worden veranderd.
Aanpakken doen ze wel, maar zü blijven in
denzelfden, destructieven speeltrant vervolgen.
Zóó winnen we het niet. Combinatie is over
het algemeen ver te zoeken, het plaatsen blijft
nog altijd slecht, het middentrio blijft talmen.
Als we 't gelijk houden is er al iets gewonnen.
Dan plots gaat het er op lijken of ze toch nog
eenige reserve in petto hebben gehouden en
ondanks het feit, dat het veld door den inmid
dels gevallen regen „zwaarder" is geworden,
spelen de Oranjemannen heel flink, zoo
flink, dat sommige der Belgen het noodig gaan
achten het spel op te houden door te gaan
treuzelen met uittrappen en uitgooien. Ook het
feit, dat zij de buitenspelval openzetten, waar
in onze spelers zich helaas laten vangen, duidt
wel op eenige vrees van de zijde der Belgen, die
intusschen het beste van het spel blijven hou
den.
Hebben we in den loop van dit korte verhaal
eenige welverdiende pluimpjes moeten brengen
aan het adres van den Belgischen doelman, die
vele en in hun soort gevaarlijke schoten had te
houden dan v. d. Meulen, ook aan onzen doel
man komt voor de prestaties, die hij, vooral in
de tweede helft heeft geleverd, een woord van
lof toe.
v. d. EYNDE SAEYS DESMEDT
(Beerschot) (C.S. Brugge) (Uccle)
CLAESSENS HELLEMANS
(Union St.G.) (F.C. Mechelen)
HOYDONCKX
Excelsior aanvoerder
BRAET
(C. S. Brugge)
VOORHOOF VERSYP
(Liersche) (F.C. Brugge)
VAN INGELGHEM
(Daring)
DEDEKEN
(Antwerp)
allllllllllUIHIIIIIIHIlllllllHlllllllllllllllllllllllllllllllUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIlUllllllllllHIHHIIIIIIlUIIIIIHIIIHIIHIIIMIHIIUIIIIIHimililHIlHIHliT
Moge het zijn, en het is volgens ons zoo, dat
Braet voor het Belgische elftal den wedstrijd
heeft gewonnen, wat v. d. Meulen, ondanks de
mindere zekerheid, welke hem als fout zou kun
nen worden aangemerkt, gedaan heeft, be
hoedde ons elftal voor een grootere nederlaag,
dan welke het thans heeft geleden en die een
feit werd door een zeer scherp en onverwacht
schot van Voorhoof, gelost tien minuten voor
het einde, welk schot v. d. Meulen, misschien
verkeerd, de meeningen daarover blijven steeds
verdeeld, trachtte te stoppen met zijn voeten.
In elk geval, 't feit was er: t was 1—2 en daar
bleef het bij.
Ook ditmaal heeft de Nederlandsche ploeg op
eigen bodem haar talrijke aanhangers teleur
gesteld en het gaat er zoo langzamerhand naar
uitzien, dat de Hollandsche voetbalenthousiast
een reis naar België, Frankrijk of Duitschland
zal moeten maken om de oranjemannen niet
alleen op hun best te zien, doch tevens de
vreugde van een overwinning te kunnen sma
ken.
Bij dezen wedstrijd tegen de Roode Duivels
stonden de kansen absoluut in ons voordeel.
Allereerst waren de resultaten der Belgen in
hun laatste interlandwedstrijden, uitgezonderd
de eervolle nederlaag tegen de Italianen en het
gelijke spel tegen Zwitserland, van dien aard,
dat van een crisis in het Belgische voetbal kon
worden gesproken. Vervolgens had Holland de
Belgen nauwelijks een maand geleden in eigen
huis overtuigend geklopt, zoodat er dus wer
kelijk wel termen aanwezig waren om min of
meer op een Hollandsche zegepraal te rekenen.
ill
Edoch, het heeft niet zoo mogen zijn. De Bel
gen hebben gewonnen en niemand zal ontken
nen, dat hun overwinning verdiend was. Mis
schien is het feit, dat van Heel niet van de
partij was, hierbij van beteekenis geweest, doch
men zou het Hollandsche voetbal al een heel
slechten dienst bewijzen, wanneer men er van
vertellen ging, dat het ontbreken van een en
kelen speler de oorzaak van een nederlaag kan
zijn. Ongetwijfeld is het gemis van onzen besten
halfspeler van invloed geweest, doch men wüte
daaraan de nederlaag in geen geval.
Waar de oorzaak dan wel gezocht moet wor
den? Vooreerst zijn de Belgen heusch niet zoo
slecht als men zou kunnen veronderstellen. Wij
hebben hierop al meer gewezen en hebben na
de overwinning der onzen in Antwerpen ook
niet gezegd, dat dit een gevolg was van een
absolute superioriteit der Hollanders. Het voet
bal van boven en onder den Moerdijk verschilt
zoo weinig, dat de uitslagen van het treffen tus
schen Noord en Zuid wel twijfelachtig moeten
zijn. Mogelijk is de Technische Commissie van
den K.N.V.B. gedurende den laatsten tijd wat
gelukkiger met haar keuze geweest en vervol
gens mag men niet vergeten, dat de wissel
valligheid van het spel niet altijd even gelijk
matig verdeeld kan zijn.
Om kort te gaan, Belgen en Hollanders zijn
op voetbalgebied aan elkaar gewaagd en nu
Zondag verschillende oranjespelers eenigszins
beneden hun vorm bleven, konden de Belgen
ons op volkomen regelmatige en even verdiende
wijze verslaan.
Misschien had Holland met een tikje geluk
twee doelpunten kunnen maken en mogelijk
ook hadden de Roode Duivels er maar één ge
had, wanneer Desmedt in den aanvang den bal
niet op een centimeter over v. d. Meulen's voet
had gelepeld, doch wij nemen den maatstaf
anders en zeggen, dat de Belgen de overwinning
verdienden omdat hun spel in het veld veel
zuiverder was en de Hollanders bij herhaling
de ballen voor de voeten van een tegenstander
plaatsten. Ja, wij gelooven zelfs den spijker op
den kop te slaan, indien we beweren, dat het
zeer slechte afgeven van onze halflinie en
voorhoede de oorzaak van onze nederlaag zijn
geweest en de Belgische overwinning verdiend
maakten. Want, in elk geval waren de tegen
standers ons op dit belangrijk punt verreweg
de baas.
Dat ons elftal Zondag voldaan heeft zal nie
mand durven zeggen, doch evenmin zijn wij
er van overtuigd, dat onze elftalcommissie een
beduidend sterkere ploeg in het veld kan bren
gen.
Neem b.v. onze verdediging v. d. Meulen had
zijn dag niet, of juister is het misschien te zeg
gen, dat onze doelman de hoog noodige mede
werking van vrouwe Fortuna moest ontberen.
Deze is voor een doelverdediger nu eenmaal
noodzaak. Men zou de beide tegen ons ge
scoorde doelpunten houdbaar hebben kunnen
noemen, omdat in beide gevallen de bal nau
welijks eenige centimeters over den voet van
v. d. Meulen het doel trof. Maar men moet
hierbij niet vergeten, dat er in deze twee ge
vallen eigenlijk voor onzen keeper geen andere
mogelijkheid was dan zijn beenen te gebruiken.
De eerste bal werd van te kort-bij ingeschoten
om er naar te vallen en de tweede was zoo
onverwacht en hard, dat een val naar den bal
absoluut te laat had moeten zijn. v. d. Meulen
weet maar al te goed, dat in dergelijke gevallen
de beenen het laatste redmiddel beteekenen.
Aldus had onze nationale doelman geen ge
lukkigen dag. Men kreeg den indruk, dat v. d.
Meulen na het eerste misfortuintje zijn ver
trouwen min of meer kwijt was, iets, dat depri-
meerend op de heele verdediging werkte. Men
voelde, dat de samenwerking tusschen het drie
tal achter niet zoo was als gewoonlijk, waardoor
heel wat gevaarlijke situaties voor ons doel ont
stonden.
Noch Weber, noch Van Run hebben achter
zooveel werk verzet als eenigen tijd geleden in
de Scheldestad. Vooral Van Run werd in de
eerste helft nogal eens door Versijp gepasseerd,
hoewel dit geen doelpunten tot gevolg had. We
ber ruimde veel op, doch trad ook niet zoo op
den voorgrond als gewoonlijk.
Wanneer wij voorts het slechte plaatsen der
ballen zoo zwaar laten wegen, moet hieruit wel
haast blijken dat onze halflinie schuld aan den
slechten gang van zaken heeft gehad. Dit was
ook inderdaad zoo.
Het meest kon ons het spel van Pellikaannog
bekoren, omdat deze speler sterk is in het ver
dedigen en zijn trappen naar voren meestal niet
voor een bepaald teamgenoot zijn bedoeld. Peli
kaan bleef ook thans weer in verreweg het
grootste deel van de duels meester van het ter
rein, terwijl zijn harde en hooge trappen naar
voren dikwijls verwarring in de Belgische verde-
d:ging hebben gesticht. Ongetwijfeld was hij
dezen middag onze beste halfback.
Andriesen trad heel wat minder op den voor
grond. Zijn plaatsen was ditmaal heel zwak
Zelden kreeg één der vleugelspelers den bal
goed van hem toegespeeld. Hadden wij den
Ajaxied in vorige wedstrijden niet 50% beter ge
zien, dan zouden wij het midhalf-vraagstuk weer
naar voren brengen. Nu is daar o.i. niet zooveel
reden voor, temeer niet daar het meerendeel
onzer spelers minder dan gewoonlijk was.
Dat Breitner niet in staat zou zijn Van Heel
te vervangen wist vrijwel iedereen vooruit. De
A.D.O.-man is een geweldig vechter, doch de
verdediging is van zijn diensten heel wat meer
gebaat dan de aanval.
Onze voorhoede speelde dus niet onder be
paald gunstige omstandigheden, v. d. Broek als
midvoor heeft zijn bes,t gedaan en wij zouden
niet gaarne beweren dat Van Reenen of Lagen-
daal het er beter hadden afgebracht.
Van de beide binnenspelers ging weinig uit,
vooral ook, omdat zij van de W-formatie een
veel te lange W maakten. Steeds zag men v. d.
Broek alleen voor het Belgische doel opereeren
en herhaaldelijk konden de Belgische backs on
gehinderd den bal wegwerken, omdat zoowel
Adam als Duinhouwer niet in de buurt waren.
Eerstgenoemde had met zijn bekende trucs wel
succes^ doch eenig effect sorteerden zijn schijn
bewegingen ditmaal vrijwel niet. Bovendien hield
hy het spel vaak te lang op en was zijn plaat
sen ook al niet zooals gewooniyk.
Duinhouwer voldeed niet. Hij voelde zich blik
baar als een kat in een vreemd pakhuis. Wï
gelooven zelfs niet dat de Rotterdammer zïn
tweede kans zal krijgen.
Met v. d. Broek vonden wij Wels den beste
in den aanval. Van Nellen doaentegen was
zeer zwak in zijn schieten en heeft ook maar
weinig ballen gevaarlijk voorgezet. De D.H.C.-er
is eigenlük tydens dit seizoen nog geen enkele
maal in zijn ouden vorm geweest en zal bin
nenkort zeker vervangen worden.
aan het werk, hetgeen hij tot het einde toe vol
hield, ook toen een glad veld en dito bal dit
zeer lastig maakten.
Bü de Belgische aanvallers voldeden de vleu
gelspelers uitstekend. Voorhoof hield er in het
midden den gang in. Deze harde werker maakte
bovendien een zeer fraai doelpunt dat naar
onze meening minder houdbaar was dan het
van de tribune af gezien scheen.
De Zweedsche scheidsrechter Ohlsson heeft
dezen vïftigsten strijd tegen de Belgen uitste
kend geleid. Erg moeilük had hü het overigens
niet, gezien als vrijwel steeds, ook deze Holland
België wedstrijd er van een sportief standpunt
bezien, één van de beste soort was.
Jammer dat er voor het publiek voornamelijk
de spanning te waardeeren viel. Vooral in de
tweede helft was de echte Holland—België-
stemming er, doch de regen en vooral het
tweede doelpunt der tegenstanders bluschten het
enthousiasme tegen het einde bedenkelijk.
Helaas hebben we het seizoen 1932—1933 niet
met een overwinning kunnen besluiten. Overi
gens is er geen reden om over de resultaten van
het afgeloopen voetbaljaar in den put te zitten.
Maar dat aan den anderen kant onee Techni
sche Commissie de oogen wijd open zal moeten
houden, hebben we Zondag toch eveneens op
verschillende punten kunnen constateeren.
le prüs, Haarlem met 1199 houten; 2e prijs
met 1150 houten; 3e prijs Den Haag met 1147
houten; 4e prijs Den Helder met 1144 houten.
Hoogste werpers: 1. D. Bromer, Haarlem
met 136 houten in 20 worpen; 2e A. ter Horst,
Haarlem met 135 houten in 20 worpen.
UIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIUIIIIIIIII
imiiiiiiiiiiiMiiiimminiu:
Hulde brengen wij den Belgen
Op het voetbalveld van eer,
Waar het voetbalspel verraste
Door voetkundig gejongleer!
Hulde ook aan onze spelers
Voor hun zeer sportief betoog.'
1 Want zij bleven ook niet achter
Waar de voetbal zich bewoog!
Voetbalvuur lag ran de schenen
En al lijkt het ieiS gewaagd:
I Niet eenstemmigwant twee-kantig
Werd het doelpunt nagejaagd!
Het was spel, zooals men 't gaarne
Op het Stadion aanschouwt.
Want er werd, sportief gesproken,
Naast getrapt, ook opgebouwd!
En het resultaat tenslotte,
Wasnu ja, u weet het wél,
Want het gaat niet om de knikkers,
Doch men voetbaltom het spel! I
1 MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
Hiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiimiiiiimimiiimiiiiiiiimir
Na de nederlaag tegen de Tsjechen is Oos
tenrijk met een gelijk spel 11 uit het
strijdperk getreden tegen de Hongaren te Boe
dapest. Circa 38000 menschen, waaronder 4000
Oostenrykers, omzoomden de Franzstadter
Piatz; het veld is een kale zandvlakte, zonder
een enkel grassprietje, die voor deze speciale
gelegenheid geheel was omgeploegd en gerold.
Wel 'n scherp contract met de velden in Holland
Echter was er van het Oostenryksch elftal
geen sprake, tenminste niet in dien zin, zooals
wij het kennen. Met Hiden, Zischek, Gschweidl,
Vogel, Smistik en Gall mankeerden er zes spe
lers uit het oorspronkeiyk verband, allen we
gens blessures. Desondanks speelde men een
zeer goed spel en pasten de meeste invallers
zich zeer goed aan. En onder aanvoering van
den kranigen Sindelar hield men tot vijf minu
ten voor het einde 10 leiding, welk doelpunt
was gescoord door den Rapid-man, Osterman.
Het Hongaarsche publiek maakte een leven
als een oordeel, en vuurde onafgebroken zyn
favorieten aan, die men thans ook in staat
achtte om de Oostenrykers te verslaan. Tus
schen beide landen heerscht een even groote
nayver, als ons land kent met België. En het
gejoel, dat met den gelijkmaker uitbarstte, tart
elke beschrijving.
Het Hongaarsche team leverde een minstens
even hoog klasse-spel, als de Weensche gasten.
Een krachtige verdediging maakte het den te
genstanders lang niet gemakkeiyk om Torwart
Szabo al te dicht te naderen. In het midden
blonk Ferencvaros-spil, Sarosi, vooral uit, ter
wijl in den aanval de drie Bocskai-spelers Mar-
kos, Teleki en Engelhardt hoogeschool-voetbal
te genieten gaven. De linksbuiten Markos zag
tenslotte zijn intelligent spel door den gelijk
maker bekroond.
De vergelijkende staat tusschen beide landen
is na dezen wedstrijd:
Hongarije 72 31 17 24 79 ptn. 151—148
Oostenrijk 72 24 17 31 65 ptn. 148—151
Is Spanje zijn tijdperk van voetbal-glorie ge
passeerd? 't Heeft er veel van, want na de 01
nederlaag tegen de Franschen in Parijs volgde
thans een 11 tegen de Joego Slaven te Bel
grado. Nadat de Joego Slaven in de eerste helft
een bai in eigen doel hadden geschopt, waren
ze na de doelverwisseling zoo sterk, dat de
Spanjaarden zich hoofdzakelijk op verdedigen
hadden toe te leggen en er in slaagden, zy 't
ook met de grootste inspanning, niet meer dan
één treffer te laten passeeren.
In deze Westelijke contreien hoort men be
trekkelijk weinig van Joego-Slaven, en ook niet
van Roemeenen. Toch zou men zich in de speel-
sterkte dezer landen danig vergissen, en men
doet goed deze vooral niet laag aan te slaan.
Hoofdzakeiyk komt dit door het contact met
Oostenrijk e.a. Want geven byv. twee Joego-
Slowaaksche profs in het bekende Zwitsersche
Grasshoppers-team niet den toon aan? Ook de
Roemenen zyn specialisten in het vlotte short-
pasSing, dat zy tot in de perfectie uitvoeren,
ook al gaan ze aan dezelfde fout mank, die men
zoo veelvuldig ziet te weinig schieten.
't Was gisteren wel een dag van internationaal
voetbal, want behalve de HolandBelgië-match
werden bovendien gespeeld Zwitserland tegen
Joego Slavië, ItaliëTsjecho Slowakije en aI5
semi-internationale ontmoeting Luxemburg te
gen West Duitschland, waaraan we nog kunnen
toevoegen België B tegen Holland B.
In Zwitserland behaalden de Grasshoppers of
ficieel het kampioenschap van groep I, daaren
tegen moeten voor groep n de Young Boys en
Servette F.C. op 14 Mei een beslissingswedstrijd
spelen, daar beide teams met geiyk aantal pun
ten hun competitie beëindigden.
In Duitschland zyn de verschillende af dee
lingen begonnen met den grooten strijd om het
kampioenschap. Er staan een aantal spannende
en uitstekende .wedstryden op het programma,
waarvan de match tusschen de beide oude ri
valen uit Frankfurt ongetwyfeld het glanspunt
vormt. Intusschen zal nog danig voortgemaakt
moeten worden om voor de maand Juli gereed
te komen, daar deze zooals men weet voor voet
bal -verboden is.
By de Belgen trad het goede verdedigen van
Hooydonckx zeer op den voorgrond. Deze ge
routineerde back speelde weer als in zyn beste
dagen.
Braet, dien wij zoowel in de Belgische compe
titie als in den wedstrijd BelgiëItalië in actie
hadden gezien, bevestigde volkomen den goeden
indruk, welken wy toen van hem hebben gekre
gen. Ook Dedeken toonde zich een zeer reso-
luten back.
Verder was Heiemans als midhalf uitstekend.
De Belgische spil zette zoowel zyn linker- als
rechtervleugel steeds met afgemeten trappen
s.