IN EN OM HAARLEM
Kon inginnedag-viering
De Merwedebrug
ORIGINEELE PLANNEN
Het nieuwste stadsrumoer
R.K. OPENBARE LEESZALEN
EN BILIOTHEKEN
DINSDAG 25 JULI
Algemeene vergadering
te Haarlem
DE BRAND TE ERL IN TIROL
R. K. Onderwijzeressen bij het
Voorbereidend Onderwijs
Examen hoofdakte
t
PIETER LANGENDIJK
Een beschouwing
LUCAS VAN LEIDEN
In Teylers Museum (14941533)
V endelzw aaien van Huissensche
vendeliers. Ballonoplating
en gondelvaart
In de binnenstad
Vend elzw aaien
Luchtballon
Gondelvaart
Concert in het Bloemend, bosch
Beide pontons weer naar elkaar
toegebracht
Vanavond voortzetting
van het transport
Ernstig ongeluk in de
Vogezen
Baron uit Haarlem gedood
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Zaterdagavond werd de stilte van den
mooien zomeravond verbroken door
het Italiaansche „sprekende en musi-
ceerende" vliegtuig, dat boven onze stad en
omgeving een demonstratie gaf.
Wij kenden reeds de vliegmachines, die in de
lucht „schrijven" en de heerlijkheid van een
zomerblauwe lucht verscheuren door het ma
ken van prozaïsche letters in het uitspansel; wij
hebben in Haarlem ook reeds eenige malen
vliegmachines gezien, die door hun geronk en
schreeuwende lichtreclames, de geheimzinnig
heid en intimiteit van den avond schonden; nu
was er het nieuwste: de stem uit den hemel,
de „sprekende en musiceerende" vliegmachine.
We zijn, zooals ongetwijfeld alle Haarlem
mers, onder de bekoring gekomen van het
grootsche en indrukwekkende van deze nieuwe
uiting van 's menschen macht over de natuur,
want wij kennen wel sprekende en musiceeren
de rijdende auto's, maar de technische moei
lijkheden, die te overwinnen waren om deze
vliegmachine sprekend en musiceerend te ma
ken, waren veel en veel grooter. Er moest een
speciaal soort motoren voor worden gebouwd,
die het vliegtuig in staat stelden niet sneller
dan 80 K.M. per uur te vliegen. Om de muziek
en de menschelijke stem van een hoogte van
1000 a 1200 meter in een straal van twee kilo
meter te doen hooren, zooals Zaterdagavond
het geval was, moest het geluid aanzienlijk
worden versterkt. De vier reusachtige luidspre
kers, welker trechters uitmonden in den bodem
van de cabine, hebben elk negen geluidweer
gevers, zoodat in totaal het geluid wordt ver
sterkt door. 36 weergevers, waardoor het geluid
1.600.000 maal wordt versterkt. Hiervoor is noo-
dig een energie van 27000 Watt. die geleverd
worden door 4 electro-dynamo's, die twee aan
twee aan de achterzijde van de beide buiten
motoren zijn bevestigd en met behulp van een
propeller door den wind worden aangedreven.
De vier Delaurier-schroeven draaien met een
automatisch geregelde constante snelheid, zoo
dat tijdens de vlucht een constante electrische
stroom verzekerd is, onafhankelijk van de snel
heid van het vliegtuig. In het achtergedeelte
bevindt zich de zorgvuldig gecapitonneerde ca
bine voor den speaker, die door een gewone mi
crofoon spreekt. In de cabine bevindt zich te
vens een gramofoon met pick-up, met behulp
waarvan muziek wordt uitgezonden. In de ca
bine tusschen de versterker-installatie en de
sprekers-cabine bevindt zich het schakelbord,
waarmee energie, geluidsterkte enz. geregeld
kan worden en dat tijdens het spreken door een
deskundige wordt bediend.
Om er een denkbeeld van te geven met welke
moeilijkheden rekening moest worden gehou
den, dienen nog de volgende bijzonderheden.
Als het toestel boven de plaats, waar gespro
ken zal worden, komt, moet de piloot den mid
den-motor afzetten, terwijl de beide buiten
motoren zoo min mogelijk toeren maken. De
uitlaat dezer beide motoren is naar boven ge
richt, omdat het storende geluid zich bijna niet
met het geluid, dat de megaphoons voortbren
gen, mengt. De spreker kan bij een normale
snelheid van 80 K.M. 48 seconden na elkaar
spreken, gedurende welken tijd het geluid op
een bepaalde plaats op den grond hoorbaar
blijft, ook al beweegt het toestel zich in rechte
Hjn voort. Spreekt hij aaneen, dan gaat de rest
van zijn stem verloren.
Een en ander geeft een idee van de moeilijk
heden, die aan deze op het oog eenvoudige
toepassing van een moderne vinding vastzitten.
Voor het menschelijk vernuft, dat ons op al
deze nieuwigheden onthaalt, hebben wij alle
respect en wij hebben Zaterdagavond dan ook
met bewondering naar het fantastische geluid
uit den vliegmachine geluisterd. Hoewel er van
wat de „luchtspreker" vertelde nu nog niet veel
te verstaan was, zal dat wel spoedig verbeterd
worden. De hemel beware ons dan echter voor
een algemeene toepassing van dit wonder.
In dezen jachtenden tijd was tot voor kort
de avond een geschikt moment om den gespan
nen geest even tot rust te laten komen. Wel
loopt men kans, dat de avondlijke stilte door
het gekerm van een radio werd verbroken,
maar in den regel zijn de buren wel zoo wel-
levend, dat zij dit soort burengerucht achter
wege laten. Hoe zal men zich echter in de stille
zomeravonden tegen de rustverstoring door de
„Stem uit de Lucht" kunnen beschermen?
Wij waren Zaterdagavond toevallig in Aer-
denhout, toen het vliegtuig zich deed hooren
en het verbreken van de avondstilte daar was
weinig minder dan wreed.
Wat staat ons wellicht te wachten?
De tallooze jazz- en tango-deuntjes, die
avond aan avond uit radio en gramofoon door
de wijd-geopende ramen klingelen, schijnen
blijkbaar uniforme verlangens van alle men
schen, van welken stand of graad van cultuur
of gemoedsstemming te moeten bevredigen.
Maar het aantal menschen, dat daarvan ge
dwongen werd te profiteeren, was betrekkelijk
klein als wij het vergelijken met hen, die straks
zullen moeten luisteren naar wat de „spreken
de en musiceerende" vliegmachine zal voor
zetten.
Tot zelfs de genoegens der menschen worden
op die manier gelijk gemaakt, het genoegen,
dat is het gebruik, dat de mensch maakt van
de oogenblikken van vrijheid. Niets dus zou een
meer individueel karakter moeten dragen dan
het zoeken naar genoegen. Indien echter onze
smaken op die manier genivelleerd zouden
worden, indien er een soort éénheidsmensch
zou ontstaan, wel dan zou het menschdom
toch een groot goed verloren hebben.
Er is nog wel geen aanleiding om de onschul
dige demonstraties van de musiceerende vlieg
machines te verbieden. Integendeel, ze zijn nu
nog leerzaam. Maar het kan toch geen kwaad
om nu alvast te laten hooren, dat er voor de
mechaniseering van ons leven grenzen zijn en
dat zeer waarschijnlijk het grootste deel van
't menschdom niet gediend zal wezen van „stem
men uit den hemel" en t.z.t. zullen verzoeken,
deze te rekenen tot het onsmakelijkste buren
gerucht, dat wij kennen.
Op Zaterdag en Zor.dag 22 en 23 Juli J.l.
hield de Bond van R. K. Openbare Leeszalen
en Bibliotheken zijn jaarvergadering te Haar
lem.
Op Zaterdagavond vergaderden de besturen
der V aangesloten Openbare Leeszalen in het
gebouw der R K. O. L. B. aan de Nieuwe
Gracht te Haarlem, alwaar allereerst een
woord van welkom werd gesproken door mr.
dr. A. F. Bijvoet, secretaris van het Haarlem
sche bestuur, bij afwezigheid van den plaatse
lijken voorzitter, den heer G. H Wenslink.
Vervolgens werd bezichtigd een tentoonstel
ling van boeken over Haarlemsche merkwaar
digheden, die door de goede zorgen van het
personeel in de bovenzaal bijeen was gelegd en
die een eerste inzicht kon geven in den rijkdom
van Hollands oudste kuituurcentrum.
Onder leiding van den Bondsvoorzitter, den
heer P. P. J. A. van der Putt, wethouder van
onderwijs te Eindhoven werd de agenda der
algemeene vergadering behandeld, waarbij uit
voerig werd besproken de uitgave van een al-
gemeenen omschrijvenden R K. Jeugdkatalo-
gus, vooral bedoeld voor de rijpende jeugd, die
een goede gids zal kunnen zijn voor ouders en
opvoeders en voor de naar ontwikkeling hun
kerende jeugd zelve. Mej. C. Post, directrice
der RKOLB te Delft, die als voorzitster eener
commissie dit werk heeft voltooid en persklaar
gemaakt, ontving den dank der vergadering.
Besproken werd ook de mogelijkheid van
samenwerking tusschen neutrale en RKOLB.
welke door de onverbiddelijke tijdsomstandig
heden 'aan de orde zal komen, waarbij de ver
gadering uitdrukkelijk wenschte te zien vast
gesteld dat het eigen doel der Katholieke in
stellingen, als reden van hun bestaan, onver
anderd in het oog moet worden gehouden, ook
al moet de inrichting van het werk meer en
jneer worden versoberd.
Een ander punt van bespreking was nog de
samenwerking met andere kultureele kringen
in een jaarlijksche gezamenlijke „week-end"-
bijeenkomst volgens de gedachte van den heer
Bernard Verhoeven, in ,,De Schakel" ontwik
keld. De vergadering wilde een proef nemen
met dergelijke breedere bijeenkomsten, maar
vooral ook rekening houden met den wensch
van het Leeszaal-personeel dat voortaan gaarne
de gelegenheid zal zien, met.de besturen samen
de wederzijdsche en algemeene belangen der
Leeszalen breedvoeriger te kunnen bespreken
dan volgens deze agenda mogelijk was.
Op Zondagmorgen droeg Mgr. A. F. M.
Sweers, President van het Groot-Seminarie te
Haaren en adviseur van den Bond, de H. Mis
op voor de vergadering in de kapel der eerw.
zusters aan de Koningstraat en daarna werd te
elf uur een gezamenlijk bezoek gebracht aan
het Frans Hals-museum, alwaar het gezelschap
op uitnemende wijze werd rondgeleid door den
directeur, den heer G. D. Gratama, die dan ook
den bijzonderen dank voor zijn welwillende me
dewerking van al de aanwezigen, waaronder
thans ook verscheidene dames van het Lees
zaal-personeel, in ontvangst had te nemen.
Na een gezamenlijke lunch in restaurant
Brinkmann werd een bezoek gebracht aaan het
Bisschoppelijk Museum, nadat de directeur,
KanunniK Boogmans, tevens adviseur der Haar
lemsche RKOLB, een algemeene en voor het
Leeszaaipersoneel zeer leerzame inleiding had
gehouden over de geschiedenis der Bisschop
pelijke Musea in Nederland en over de practi-
sche in aanmerking komende literatuur over
de kerkelijke kunst die in een goede openbare
leeszaal op haar plaats behoort te staan.
De bijeenkomst werd beëindigd met een ge
zamenlijk bezoek aan de kathedraal van Sint
Bavo, die eveneens werd bezichtigd onder des
kundige leiding en het gezelschap ging ten
slotte uiteen met een diepen indruk van de
beteekenis van Hollands oudste kuituurcen
trum, hetgeen ook in de nadrukkelijke dank
woorden van den Bondsvoorzitter tot het Haar
lemsche bestuur gericht in waardeering voor
de goede zorgen, aan de voorbereiding dezer
bijeenkomst besteed, tot uiting werd gebracht.
In het volgend jaar zal de Bondsvergade
ring waarschijnlijk te Utrecht worden gehou
den, om het nieuwe gebouw der RKOLB al
daar gezamenlijk te kunnen bezichtigen.
Dezer dagen vergaderden te Amsterdam de
besturen van de R. K. Vereenigingen van On
derwijzeressen bij het V. O. uit Amsterdam,
Rotterdam, 's Gravenhage, Haarlem en Alk
maar.
In tegenwoordigheid van de geestelijke ad
viseurs der vereenigingen uit Amsterdam, Rot
terdam en 's Gravenhage werd de Diocesane
Bond gesticht.
Het hoofdbestuur werd als volgt samenge
teld: mej. S. de Wit, presidente der afdeeling
Amsterdam, presidente; mej. H. S. Rogier,
presidente der afd. Rotterdam, secretaresse;
mej. B. Hogeveen, presidente der afd. Haar
lem, penningmeesteresse. Overige leden van
het hoofdbestuur eerw. Zuster Odulfa, presi
dente van de afd. Alkmaar, en mej. C. Tap,
presidente van de afd. 's Gravenhage.
Het secretariaat van het hoofdbestuur is
gevestigd Bergweg 188, Rotterdam Noord.
HAARLEM, 24 Juli. Geëxamineerd 3 vrouwe
lijke en 4 mannelijke candidaten. Geslaagd de
dames M. C. Scheffener te Wormerveer, F.
Woudt te Haarlem en de heer J. E. Liere te
Haarlem.
Wat er van het passiespel-theater te Erl na den zwaren "brand overbleef
25 Juli 1683, dus 250 jaar geleden, werd de
bekende Pieter Langendijk te Haarlem gebo
ren.
Ter herdenking wijdt het „Handelsblad" de
volgende beschouwing aan hem:
Heeft hij, als dichter, nog beteekenis voor
dezen tijd? Men kan deze vraag niet ontken
nend beantwoorden, want, al zijn de hekeldich
ten, herders- en feest-zangen, waaraan hij
naarstig gearbeid heeft, in het vergeetboek ge
raakt, zijn kluchten worden ook heden ten dage
nog vertoond. En niet alleen door het dilettan-
ten-tooneel.
De rol van Sanche Pance uit „Don Quichot
op de bruiloft van Kamacho" is voor Bouw
meester een glans-rol geweest. De „Don Qui
chot" is hier acht jaar geleden en met succes
door het Vereenigd Tooneel op Frankendaal
gespeedl, met Lobo in de titelrol en met een
vermakelijke Sanche Pance van Joh. Kaart. In
hetzelfde voorjaar voerde het Rotterdamsch
Hofstad-tooneel „De Spiegel der Vaderland-
sche Kooplieden" op, onder Hermann Schwab's
verdienstelijke regie. De kleine reeks Langen-
dijk-voorstellingen was in September van het
jaar '24 ingeleid door „Krelis Louwen", in
een opvoering van Het Schouwtooneel. Jan
Musch had de titelrol en die rol had voor hem
geschreven kunnen zijn.
Men ziet, groot is de belangstelling voor Lan-
gendijk's tooneelwerk weliswaar niet, maar men
kan toch ook niet zeggen, dat de dichter alle
beteekenis voor dezen tijd verloren heeft. Zijn
grollen, kwinkslagen en snedige zetten vinden
nog weerklank bij een Hollandseh publiek.
Een enkel woord van herdenking van dezen
letterkundige is dus zeker gerechtvaardigd De
luimigheid van Langendijk is min of meer terre
a terre, maar zij laat zich in meer dan in één
blijspel ter dege gelden. Langendijk heeft op
vaak treffende wijze de zeden van zijn tijd
weergegeven en aan den bouw zijner blij- en
kluchtspelen heeft hij vermoedelijk onder
invloed van Molière meer artistieke zorg be
steed dan velen zijner tijdgenooten. Bovendien
heeft hij zich over het algemeen van grove
boertigheid onthouden. Hij streefde ernaar om
het komisch drama, gelijk prof. Kalff het uit
drukt „tot een school der deugd te maken er
uit te weren wat voor de gegoede standen aan-
stootelijk heette of was". En in dit streven is
hij ten volle geslaagd. „Niet zoozeer door de ze
delijke strekking zijner blijspelen," schrijft
prof. J. te Winkel „maar door zijn afkeer
van wulpsche en dartele tooneelen en zijn stre
ven naar kieschheid en betamelijkheid van uit
drukking, vooral waar sexueele verhoudingen
ter sprake komen, heeft Langendijk ten volle
weten te beantwoorden aan de eischen der
tooneelhervormers van het eind der zeventien
de eeuw en spiegelt hij den beschavingstoestand
van de tweede helft der achttiende, althans in
de burgerkringen, vrij nauwkeurig af."
De conservator van Teylers' museum heeft Ce
sympathieke gedachte gehad 'n Lucas van Lei
den-tentoonstelling te houden ter gelegenheid
van diens eeuwfeest. Het is n.l. 400 jaar geleden
dat deze meester stierf. Tot nog toe is't't,eeni
ge wat er van 'n Lucas van Leiden-herdenking
gemerkt is. Van buitenlandsche grootheden op
ieder gebied worden bij de geringste aanleiding
schitterende huldedagen op touw gezet in con
cert- en vergaderzalen, doch de Hollandsche
meesters moeten het immer ontgelden, 'n Ten
toonstelling als deze kan velen 't besef bij
brengen welke groote persoonlijkheid Holland
geteld heeft vóór de geijkte gouden eeuw. Voor
den grooten Rembrandt zelfs is Lucas in vele op
zichten 'n leermeester geweest. De bekende ets
„Christus aan het volk getoond" van Rembrandt
heeft sterke herinneringen aan Lucas, vooral in
de volksgroep in de eerste staten van deze ets.
De gravure van Lucas over dat onderwerp is
hier aanwezig; 'n schitterend staaltje van zijn
meesterschap over de graveerkunst. Het werk is
gemaakt in 1510, toen de meester pas 16 jaar
oud was. Er zijn hier trouwens meerdere exem
plaren van veertien- en vijftienjarigen leeftijd,
die niet alleen hoog-technisch meesterschap
maar ook 'n edel evenwicht en beheerschlng
toonen. Lucas leefde ten tijde van de hoog-
renaissance in Italië; hij heeft deze groote da
gen van nabij gevolgd en z'n voordeel eruit ge
trokken zonder 'n slappe Italianisant te worden.
Hij vertoont veel overeenkomst met Dürer in
Duitschland en heeft diens fijne lynenpsycho-
logie. Op deze tentoonstelling liggen verder
prachtige gravures over 't eerste menschenpaar,
episoden uit Christus' leven, apostel-figuren, de
vier Evangelisten en 'n mooi portret in O. I.
inkt. Alles bij elkaar een mooie tentoonstelling,
die niet vermoeit door 'n overdadig aantal num
mers en die de aandacht laat vallen op het
werk van den grootsten schilder en graveur
dien Holland in de 16e eeuw had.
'n Klein bovenzaaltje biedt een collectie mo
derne krijtteekeningen en aquarellen, waaron
der 'n prachtige kop in krijt van Breitner en
wat werk van Jongkind te vermelden zijn.
De vacantiemaand Augustus moge velen er
toe brengen 'n enkel uurtje te offeren op het
altaar van Lucas van Leiden's kunst, dat wel
gevallig zal zijn aan de eigen Hollandsche schil
derkunst.
H. P.
De langste dag is weer reeds lang geweest,
de dagen worden weer korter. zy krui
pen voort of vliegen voort al naar
gelang men vacantie heeft of nog op zijn va-
cantie zit te wachtenLangzaam aan nadert weer
onze nationale feestdag bij uitnemendheid:
Koninginnedag. Bruingebrand en opgefrischt
naar geest en lichaam beschouwen de meeste
menschen den 3 lsten Augustus als de afsluiting
van een heerlijken vacantietijd, van reizen en
rust en den overgang van den zomer naar den
herfst. Nog één dag van jool en pret en de ge
wone dagelyksche sleur en arbeid sleept allen
weer verder.
Koninginnedag is de meest geliefde dag van
vermaak voor oud en jong en degenen, die
volks- of muziekfeesten op dezen dag organi-
seeren, hebben altijd een dankbaar werk ver
richt.
Het actieve bestuur van het centrum-comité
van de vereeniging „Koninginnedag" heeft na
tuurlijk weer een grootsch programma en
een origineel bovendien! voor 31 Augustus
ontworpen en het een en ander daarvan in een
eenigszins intieme persconferentie medegedeeld.
De dag wordt des morgens om 7 uur, zooals
alle jaren, begonnen met een algemeene re
veille. Men zal dit wellicht weinig origineel
vinden, maar men kan nu eenmaal het feest
niet met b.v. een vuurwerk aanvangen. Het
centrum-comité heeft gemeend de traditie van
de reveille hoog te moeten houden en de re
veille is dan ook als het ware de bazuinstoot,
die allen tot het feest roept.
De reveille zal weer door twee muziekcorpsen
„Omgeroepen" worden, die weer van twee plaat
sen in de stad zullen vertrekken.
Ook de eveneens traditioneele aubade zal dit
jaar waarschijnlijk weer zijn gewone (vlot) ver
loop hebben, evenals de festiviteiten in het
Hertenkamp.
Het hoogtepunt van het feest figuurlijk
althans, want het letterlijke komt pas later
begint dan zoo om en nabij half 2 des mid
dags op het Stationsplein. Het centrum-comité
heeft n.l. het vendelcorps uit Huissen (bij Nij
megen in Gelderland) uitgenoodigd zijn kunst
stukken ook eens in Haarlem te komen ver-
toonen iets, wat nog niet „dagewesen" is en
ook nooit in andere steden of dorpen gebeurt
of gebeurd is welke uitnoodiging bereidwillig
is aangenomen. Zoo zal dan een bontgekleed
vendelcorps met den trein (van welk station
mogen wij niet verklappen!) aan het Haar
lemsche station arriveeren en met muziek voor
op een marsch door de stad maken, welke op
de Groote Markt beëindigd zal worden. Het
gezelschap in zijn mooie grijs-witte uniformen
zal hoogstwaarschijnlijk bestaan uit 18 personen,
n.l. een vaandeldrager, een koning, twee ad
judanten, een generaal en 13 vendeliers.
De hooge gasten dragen een hoed, zooals
de Boeren in Zuid-Afrika, en dat ze veel be
kijks zullen hebben, durven wü nu al vast te
voorspellen!
Op de Groote Markt is bij hun aankomst
reeds alles in gereedheid gebracht. De afzetting
op het plein zal ditmaal geheel anders zijn dan
dit jaar bij de Willem-de-Zwijgerfeesten. Het
gereserveerde gedeelte voor autoriteiten en leden
van „Koninginnedag" is bepaald vlak voor het
modemagazijn van de fa. Kreymborg en het
café-restaurant Gebr. Brinkmann, terwijl de
afzetting van het overige gedeelte van het plein
zal geschieden volgens de lijn: Rembrandt-
theaterstandbeeld Laurens Costerdriehoekige
vluchtheuvel voor het stadhuishoek Barteljo-
risstraatGroote Markt. De tram blijft den ge-
heelen middag rijden, de rails bevinden zich
achter genoemde lijn.
Naast 't standbeeld van Laurens Coster wordt
een muziektent opgesteld en daarnaast, dus
midden op het middentrottoir van het plein
verrichten de vendelzwaaiers hun interessante
bewegingen, begeleid door (wals)muziek van
de Harmonie „Crescendo".
Het hoogtepunt van het feest in letterlijken
zin wordt bereikt in de pauze van het vendel-
zwaaien. Dan zal midden op de Groote Markt
een 3.75 M. lang luchtschip of een luchtballon
van 3 25 M. in doorsnee worden opgelaten en
waarschijnlijk tot een respectabele hoogte op
stijgen, al zal de stratosfeer natuurlijk wel niet
bereikt worden!
De ballon is gevuld met een patentvulling,
het omhulsel bestaat uit een onbrandbaar pa-
pierpraeparaat, gevaar is er dus niet alleen
men weet niet vooruit waar de ballon zal dalen!
De opstijging geschiedt door het verwarmen
van de patentvulling door een vlam, die onder
de luchtballon wordt aangestoken. De ballon
heeft een half uur „draagkracht" en als de at
tractie slaagt, zal ze na afloop van het vendel-
zwaaien herhaald worden.
En als het nu regent of gaat regenen? zal
wellicht een pessimist opmerken, De organisa
tors hebben op hun vingers uitgeteld wanneer
het op Koninginnedag regende en dat was
bijna nooit behoudens soms een regenbuitje
voor de stof! Men kan den ballon natuurlijk
niet in een zaal oplaten, maar niettemin zal
het programma ook bij regen zooveel mogelijk
afgewerkt worden.
Om 'n uur of zes is er rust dinertyd! Op
de Groote Markt zullen op dat uur alléén mu
ziek en de feestgeluiden van de toehoorders te
hooren zijn en bij de kramen en vermakelijk
heden, welke dit keer weer op de gewone plaat
sen in de stad opgesteld zullen worden, gaat
den geheelen dag het leven gewoon door.
Evenals twee jaar geleden organiseert het
centrum-comité weer den avond van Konin
ginnedag 'n gondelvaart. De opstelling geschiedt
in de haven van de fa. Keur aan het Spaame,
tegenover de plaats waar vroeger de molen „De
Adriaen" stond. Des avonds worden de booten
door sleepbooten naar den Kloppersingel bij
het Spaarne gesleept, waar om half negen ver
trokken wordt. Men vaart vervolgens door den
Kloppersingel, schotersingel en Nieuwe Gracht
waar naar de haven van de fa. Keur, waar „de
stoet ontbonden" zal worden, zooals de geijkte
term daarvoor luidt. Daar de Schoterbrug
slechts een passage van maximum-hoogte van
1.45 M. en maximum-breedte van 4 M. toe
laat, zijn ook de deelnemende „gondels" aan
deze maximum-maten gebonden.
Drie muziekcorpsen reizen in gondels mede
en zullen voor de stemming zorgen, evenals
de verlichting, welke door middel van reuk- en
rooklooze magnesiafakkels in twee kleuren zal
geschieden, welke voor90 pet. ongevaarlijk
zijn. Het 10 pet. gevaar verhoogt natuurlijk
voor velen de attractie van het geheel!
Voor de mooiste (groeps) gondels zijn weer
prijzen in verschillenden vorm beschikbaar ge
steld, die denzelfden avond nog in het café
restaurant „Gebr. Brinkmann" met muziek
aan de prijswinnaars uitgereikt zullen wor
den. De jury bestaat uit de kunstschilders
Herman Moerkerk, Cor Dik en Mathé v. d.
Weiden.
De deelneming en medewerking voor deze
gondelvaart is reeds van alle zijden zeer groot,
maar kan nog grooter zijn. Wil men deelnemen
of inlichtingen hebben, dan wende men zich
(schriftelijk) tot den heer Andr. Kurvers,
Smedestraat 13.
Het centrum-comité verwacht, dat voor de
gondelvaart ook de belangstelling van kijkers
„aan den wal" even groot zal zijn als twee jaar
geleden, eveneens nog grooter
En last not least daar op Koninginnedag
tevens het 35-jarig regeeringsjubileum van H.
M. de Koningin herdacht zal worden, steke ieder
op dien dag de nationale vlag uit!
Het bovenstaande zijn nog slechts voorloopige
mededeelingen en dan nog alleen van het
centrum-comité, dat zijn werkzaamheden be
perkt binnen de singels der stad. Men leze dus
goed de nadere aanwijzingen en programma's
na van „Koninginnedag", die successievelijk in
ons blad zullen verschijnenl
Langendijks' leven is niet bepaald voorspoedig
geweest. Hij heeft van zijn prille jeugd tot zijn
ouden dag met geldzorgen te kampen gehad en
de sarcastische toon van zijn verzen over
„Geld" is daaruit wel te verklaren:
'k Placht wel eer zoo zot te weezen,
Schoon ik vrij veel heb geleezen,
Dat de waereld hing aan een
Van atomen groot en kleen,
Deeltjes rond of scherp van hoeken
Die gestaag malkander zoeken,
Maar 'k zie nu 't is mis gesteld,
want zij hangt aan een van geld.
't Geld maakt vreede, 't geld doet vechten,
't Bouwt Kasteelen, 't doet ze slechten.
't Geld zet ezels in den raad,
't Voert den bek van d'Advokaat.
't Brengt de Docters by de kranken,
,'t Komponeert Aptekers dranken,
't Roert des Ziekentroosters mond,
't Helpt de dooden in den grond.
Voor het geld van domme leeken
Hoort men vrome menschen preeken;
En voor lui van 't zelve soort,
Dansen de apen op de koort,
't Geld doet schouten schelmen vangen,
't Geld doet kleine diefjes hangen,
En het maakt de grooten vry,
Hoe besmet met schelmery.
Is een Juffer krom of blind,
't Geld maakt dat ze een vrijer vind,
Geele muffe totebellen
Hebben zy maar geld te tellen,
Worden 't jawoord afgevraagd,
Voor een vrolyke, arme maagd.
Langendijk's vader was metselaarsbaas te
Haarlem en te Oudkarspel geboren, een der
vier dorpen die tezamen „de Langendijk" vor
men. Toen hij zes jaar was verloor Pieter zijn
vader, en zijn moeder stuurde het kind naar
Amsterdam, waar hij in de leer kwam bij Wil
lem Sewel. De weduwe Langendijk was zeer
spilziek, verkwistte in enkele jaren al haar
have en goed en moest daarom in 1695 in Den
Haag een linnenwinkeltje beginnen. De kleine
Pieter, toen twaalf jaar oud, trachtte reeds
iets bij te verdienen met het teekenen van
damast-patronen, en later ook met etsen. En
kele jaren later kon hij zich reeds als patroon-
teekenaar eerst te Amsterdam en later in
1722 te Haarlem vestigen. Zijn moeder bleef
tot haar dood bij hem wonen, en vergalde zijn
leven door haar slecht humeur.
Te Haarlem wordt Pieter Langendijk lid van
de Kamer „Trou Moet Blycken". Weldra wordt
hij Factor der Rederijkers en hij blijft dat heel
zijn leven. Als zijn moeder in 1727 gestorven
is kan hij eindelijk aan trouwen denken en
hij neemt Joanetta Maria Sennepart tot vrouw,
voor wie hij al vijftien jaar liefde had gevoeld.
In dien tijd van afwachting heeft hij klaar
blijkelijk geen gelegenheid gehad het karakter
zijner aanstaande gade te doorgronden. Hij
moest spoedig ondervinden, dat hij van den
regen in den drop was gekomen. Zijn vrouw
heeft zijn leven nog meer vergald dan zijn
moeder had gedaan. Zijn gedicht „Op Xan
tippe" verraadt ons iets ervan:
*k Hoef om Xantippe na den
Schouwburg nooit te gaan.
Al preekt daar Sokrates; want ik
kan zelfs wel preeken:
Maar wil myn wyf haar zien,
daar zou ik toe verstaan,
Het kon haar nut zyn om haar kop
te leeren breeken.
'k Verguist noch geld noch tyd
voor hartzeer en verdriet;
'k Zie die Comedie in myn huis
genoeg voor niet.
Langendijk's Xantippe stierf in 1739. Maar
het geluk lacht hem daarom nog niet toe. Hij
gaat financieel achteruit en tracht door het
schrijven van bruiloftszangen en andere gele
genheidsgedichten iets bij te verdienen. In
1747 moet hij zijn boeken en plaatwerken ver-
koopen. Tenslotte springt de overheid bij en
het gemeentebestuur van Haarlem biedt hem
een plaats aan in het Proveniershuis, mits hij
zich belast met het schrijven van Stads historie.
Inderdaad begint de grijze poëet, nauwgezet en
werkzaam als hij is, met een groot werk over
Haarlem. Maar het is niet voltooid. In 1756 is
Pieter Langendijk gestorven.
Het heeft weinig zin hier een opsomming te
geven van Langendijk's werken. De voornaam
ste hebben wij reeds genoemd: „Don Quichot
op de bruiloft van Kamacho", „Krelis Louwen
of Alexander de Groote op het poëeten maal".
„Het wederzijds huwelijksbedrog", „De wis
kunstenaars of 't gevlugte juffertje", „Spiegel
der Vaderlandsche Kooplieden", „Xantippe of
het booze wijf des filozoofs Socrates beteu
geld' enz. Als Factor van de Haarlemsche Ka
mer schreef hij ieder jaar een „jaardicht", een
soort rijmkroniek in Alexandrijnen, door den
tijdgenoot geprezen maar thans vergeten. Het
zelfde geldt voor een verzameling van jaar
dichten in 1747 begonnen en in 1762 als geheel
gedrukt onder den titel „Willem de Eerste,
Prins van Oranje, grondlegger der Nederland-
sche vrijheid". Een werk, dat onvoltooid geble
ven is.
Woensdagavond 26 Juli te 8.15 uur zal door de
R. K. Harmonie „Euphonia" in het Bloemen-
daalsche Bosch een concert gegeven worden on-
deer leiding van den heer J. W. Lefeber.
Het programma luidt:
Nord et Sud (Noord en Zuid) marsch
C. Feike
Prairial (Weidemaand) ouverture F. Andrieu
Rendez vous (afgesproken samenkomst) gavottè
W. Aletter
Valse Bohème (Boheemsche wals) Fr. Popy
La fille du tambour-major (de dochter van den
tamboer-majoor) fantasie Offenbach
Le Baron Tzigane (de zigeuner baron) fantasie
Joh. Strauss
Le regiment qui passe (voorbijtrekkend regi
ment) karakterstuk R. Eilenberg
Rosen aus dem Süden (Zuidelijke Rozen) wals
Joh. Strauss
Odéon (Muziekzaal te Parijs) marsch
Ant. Tierolff
Den geheelen Maandag heeft de Nederland*
sche Dokmaatschappij de noodige voorberei
dingen getroffen om te trachten het trans
port van de Merwedebrug, die sinds het pas-
seeren van de sluis in het Merwedekanaal
daar was blijven liggen, voort te zetten. Op
de beide pontons, waarop het geweldige ge-
'vaarte rust, waren in den loop van den dag
vier hydraulische vijzels aangebracht. Deza
vijzels moeten dienen om de pontons naar
elkaar toe te drukken, omdat was komen vast
te staan, dat de lieren niet in staat waren de
pontons naar elkaar toe te trekken.
In de avonduren kwam men met de voorbe
reidende werkzaamheden gereed en tegen half
negen werd het scheepvaartverkeer door de
sluizen en op het kanaal nabij de pontons op
nieuw stopgezet. On den oever aan de stads-
zijde bevonden zich tal van belangstellenden,
die in het gelukkige bezit waren van toegangs-'
kaarten tot hét afgezette terrein. Onder hen
bevonden zich de stadsingenieur Kohier en
andere in de werkzaamheden belang stellende
ingenieurs. Op de brug over het Merwede-
kannaal achter de afzetting had zich opnieuw
een groote menigte nieuwsgierigen verzameld.
Van de werkzaamheden viel echter weinig
te zien, kleine motorbootjes voeren heen van
en naar de pontons, werklieden klommen de
brug op en af en nu en dan klonken geweldige
slagen tegen het machtige constructiewerk.
Van den wal was niet na te gaan of er be
weging in de pontons kwam, doch tegen tien
uur kon uit den stand der werkzaamheden
worden opgemaakt, dat men goede hoop heeft
thans te zullen slagen. Omstreeks dit tijdstip
arriveerde ook de pompboot van de Neder-
landsche Dok Mij,, die uitgerust is met schijn
werpers. Bij het licht van deze schijnwerpers
werden de werkzaamheden voortgezet.
Met behulp van de hydraulische vijzels is
men er in geslaagd de beide pontons weer
naar elkaar toe te brengen. Te 11 my 10
kwamen de sleden, waarop de brug op de pon
tons rust, in beweging. Aan den eenen kant
werd de ponton met behulp van den vijzel
16 c.M. en aan den anderen kant 19 cM. naar
het midden van de brug geduwd. Men was
daarmede over het „doode punt" heen en het
bleek, dat men de beide pontons verder alleen
met de lieren naar elkaar toe kon trekken.
Het werk verliep vrij vlug en men vorderde
ongeveer 1 Meter per tien minuten. Om half
twaalf waren de beide pontons ongeveer 3 M.
bij elkaar gebracht, d. w. z. aan eiken kant
ongeveer V/% M. Men hoopt te ongeveer half
één de beide pontons, die 14 M. in het geheel
naar elkaar toegebracht moeten worden, op
ongeveer 7 A M. van elkaar te hebben ge
bracht. Daarna zal het werk worden gestaakt,
waarna het transport naar den Muiderstraat-
weg hedenavond te 6 uur zal plaats hebben.
In het duister van den nacht boden de
pontons met daarboven de groote brug in het
schijnsel van de schijnwerpers een fantasti-
schen aanblik. Juist nu de werkzaamheden re
sultaat opleverden, waren nagenoeg alle toe
schouwers verdwenen. Omstreeks elf uur was
ook het geduld van de laatsten uitgeput, om
dat er niets te zien was. Zooals gemeld, kwam
er even later beweging in de pontons.
Te 1 uur 5 in den nacht waren de beide
pontons op den juisten afstand by elkaar ge
trokken. Het moeiiykste werk van het trans
port van de Merwedebrug naar de plaats van
bestemming schijnt hiermede achter den rug
te zyn.
De ingenieurs, die de leiding van het werk
hadden, namen voor de laatste maal met een
meetlint den afstand tusschen de beide pon
tons op, waarna de ploegen arbeiders, die de
lieren bedienden, zich van hun hooge positie
boven op de bokken op de pontons, waar zy
den geheelen avond hadden staan draaien,
konden verwijderen.
Het duurde nog geruimen tyd voordat de
werkzaamheden geëindigd en de pontons weer
veilig aan elkaar waren verbonden. Nadat de
noodige veiligheidsmaatregelen voor den nacht
waren genomen, werd het werk tot heden
avond gestaakt.
Zondagavond, zoo bericht Reuter ons uit
Epinal (Fr.), is een auto, waarin gezeten wa
ren baron d'Aulmis de Bouroulll, zyn vrouwen
een chauffeur, allen uit Haarlem, nabij Bain-
les-Bains geslipt en verongelukt. De heer
d'Aulnis werd op slag gedood, terwijl de barones
en de chauffeur zwaar gewond werden opge
nomen. Het gezelschap was op rondreis in de
Vogezen.
De Parysche correspondent van de „Telegraaf"
verneemt omtrent het ongeluk nader: De wagen,
waarin de familie d'Aulnis de Bourouill gezeten
was, reed Zondagnamiddag met matige snelheid
op ongeveer 4 a 5 KM. van Bains les Bains,
toen op den door een onweersbui natten straat
weg het voertuig slipte. Het voorloopig onder
zoek heeft aangetoond, dat de rem gebroken is,
vermoedelyk toen de bestuurder poogde, den
wagen alsnog tot staan te brengen. De auto
sloeg daarop omgekeerd in een greppel langs den
weg en de inzittenden kwamen er onder terecht.
De baron, wiens borstkas werd ingedrukt, was
op slag dood; de barones liep een hevige hoofd
wonde op, terwyl de chauffeur een been brak.
Door een anderen auto, die toevallig passeer
de, werden het stoffelyk overschot van den ba
ron, evenals de beide gewonden, naar het stede
lijk ziekenhuis van Epinal, 30 KM. van de plaats
des onheils gelegen, overgebracht.
Daar bleek, dat de barones de schedel gelicht
moest worden. Deze operatie werd in den loop
van den nacht verricht. Volgens de laatst ont
vangen berichten is haar toestand zeer ernstig,
doch de medici achten dezen niet hopeloos.
C. Baron d'Aulnis de Bourouill, die op zoo
ongelukkige wyze om het leven is gekomen, was
commissaris van de Haarlemsche Hulpbank en
de Alg. Credietbank en secretaris van de N.V.
Residentie Hypotheekbank.
Naar wy vernemen, was de heer d'Aulnis
sinds 23 April 1923 commissarisder Nutsspaar-
bank en voorts was hy voorzitter van het be
stuur der Haarlemsche Hulpbank en bestuurs
lid van de sociëteit „Trou moet Blycken"