Het geld en de politiek
f
f
De positie van de
„Alkaid"
Nederlander genezen te Beauraing?
DUITSCHLAND NA DEN
OORLOG
DE WERKVERSCHAFFING
HET WEER OP ZONDAG
Verschijning te
Banneux?
De koster van Enschede
VRIJDAG 11 AUGUSTUS
Het parlement
Het dichten der gaten
Strenge handhaving
Een maand proeftijd
DE SNELSTE ELECTRISCHE TREIN
Slechts weinig kans op verstoring
van het mooie weer
Deze Duitsche locomotief kan met 7 personenrijtuigen een
snelheid bereiken van ruim 151 K.M. per uur
Reddingswerkzaamheden worden
door het stormachtige weer
zeer belemmerd
BOOMKWEEKERSCREDIET
VAN HET RIJK
Waarborg door de gemeenten?
HET CADEAUSTELSEL
Rapport inzake het onderzoek
15 Augustus de groote dag
Toelatingsleeftijd voor de
lagere school
NAA BOVEN-DIGOEL
Drie interneeringen
MISBRUIK VAN PASPOORTEN
Voor deviezen-smokkel
Strenge maatregelen van Minister
Slotemaker in verband met de
ongeregeld heden
DOOR EEN TRAM GEGREPEN
Doodelijk ongeluk te Zeist
HET VERDRINKINGSGEVAL
TE DE ZILK
Nadere bijzonderheden
OVER BOORD GESLAGEN
Strekdam der St. Servatiusbrug
gereed
BEPERKING VAN DEN
TUINBOUW?
Nieuwe Gouverneur Midden-Java
Het Keizerrijk was een Republiek geworden.
Het algemeen geheim kiesrecht voor mannen
en vrouwen werd de grondslag der Staatsrege
ling.
Na de Novemberrevolutie van 1918 waren de
heerlijkheden van het oude regiem ten einde. De
opstand van een uitgehongerd volk en een uit
geput leger had in politiek opzicht maar één
doel: de oude machthebbers, kroon, adel en
de machtsinstrumenten der feodale aristocratie
in Bestuur en Leger ter zijde te stellen. Wat
moest in dezer plaats worden gesteld?
Daags voor den 9en November zelde het oude
regiem nog toe de invoering van het democra
tisch parlementair stelsel in het Rijk en in
Pruisen. De Marxisten verlangden meer. In de
plaats van het feodaal-kapltalistisch systeem
moest niet 'n burgerlijk kapitalisme treden, maar
het Socialisme. Maar hoe? Het Rijkscongres der
Arbeiders- en Soldaten-raden verklaarde op 16
December 1918, dat er een grondwetgevende
Nationale Vergadering moest komen, gekozen
volgens een uiterst democratisch kiesrecht. De
weg van het Socialisme zou moeten loopen over
de Democratie.
Maar de verkiezing viel anders uit, dan zij
verwacht hadden. De niet-soclalistische par
tijen behaalden een kleine meerderheid. Het
Socialisme bleef in het draden-complex van de
Democratie hangen.
Zoo was de November-revolutie van 1918 niet
Veel meer dan de voltooiing van de Maart-re
volutie van 1848. De macht der feodale heeren
Was nu geknot; het grondkapitaal kwam op
gelijke lijn met het industrie- en geld-kapitaal.
De November-revolutie was niet de zegepraal
van het proletariaat, maar de overwinning van
het burgerlijk kapitaal op de feodale machten.
Hoewel men in andere landen had kunnen
leeren, dat Democratie en Kapitalisme zeer
goed vereenigbaar waren, waren toch de Duit-
sche industrieelen tegen het democratisch-par-
lementaire stelsel. In het Parlement zagen zij
een broeinest voor socialiseerings-experimenten,
een gevaar voor het kapitalistisch economisch
systeem, een voedingsbodem voor de begeerlijk
heid en de machtsaanspraken van de proleta
rische massa. Daarom steunde de industrie in
het vervolg, ook financieel, alle anti-parle
mentaire strevingen, ten slotte ook het natio-
haal-socialisme.
De Duitsche, uiterst democratische, Grond
wet van Weimar, alleen rekening houdende met
individueele burgers, die allen kiezers werden,
en niet met economische machtsfactoren,
bood voor dergelijk optreden alle gelegenheid.
Middels het Parlement zou de Staat door het
geheele volk geregeerd worden, en hoe het po
litiek georganiseerd was, daar hield de Grond
wet geen rekening mee. De verkiezing van het
Parlement was de uitspraak van het volk, hoe
het geregeerd wilde worden. De gekozenen ver
tegenwoordigden niet hun partij of belangen
groep, maar het geheele volk. Het geheim stem
recht zou de vrije uitoefening van het kiesrecht
waarborgen.
Zoo is de grondfictie van het parlementair
regeerstelsel, ook door de Grondwet van Wei-
mar aanvaard. Maar hoe, met welke middelen,
wordt de stembusstrijd gevoerd? Hoe wordt de
individueele kiezer beïnvloed, om op bepaalde
wijze zijn stem uit te brengen?
Het woord Party was in Duitschland wei
nig in eere, maar het had toch een zekeren
nymbus, omdat men achter iedere partij een
wereldbeschouwing zag. Dit was waar voor de
sociaal-democratische partij, en voor het Cen
trum, waarachter de Marxistische en de Ka
tholieke wereldbeschouwingen stonden. Maar
overigens waren de Duitsche „partijen" niet veel
meer dan belangengroepeeringen, om organisa
torisch de Rijks- en Landdagen-verkiezingen te
beïnvloeden.
Om haar actie te voeren, hebben die partijen
allereerst geld noodig, geld voor de bezoldiging
hunner functionarissen en voor de kosten der
propaganda. Bij de meeste partijen zijn de bij
dragen der leden te gering, om die kosten te
dekken.
In 1928 kostte aan de S. D. A. P. één stem
27 pf, en één mandaat 16.500 M.
Niet veel duurder werkte het Centrum: 33 pf.
per stem, 20.000 M. per mandaat.
De Duitsch-Nationalen betaalden 1.15 M. per
stem, en 68.500 M. per mandaat. De Duitsche
Volkspartij 1.40 M. per stem, en 83 000 M. per
mandaat. De Democratische Partij 1.40 M. per
stem, en 84.000 M. per mandaat.
In 't geheel betaalden deze vijf Partijen voor
de verkiezingen in 1928:
S. D. A. P. 2.570.000
Centrum 1250.000
D.-Nationale 5.000.000
D.-Volksp. 3.750.000
Dem. partij 2.100.000
Uit de gewone partij inkomsten kunnen deze
millioenen niet betaald worden. Men moet dit
geld dus op andere wijze bij elkaar brengen.
Van de Communisten kan men aannemen
dat ze geld uit Moskou ontvangen. Echter hoe
veel, weet niemand. Maar de anderen?
Men voelt, hoe in de hooge verkiezingskosten
een methode schuilt, om door geld politieken
invloed uit te oefenen.
Allereerst het euvel, dat men naar goed
bemiddelde candidaten uitziet, die hun verkie
zingskosten zelf kunnen dragen. Er zijn par
tijen, die van den gekozen candidaat een be
paalde som voor de partijkas vragen. Een man
als C. P. von Siemens, die in 1919 als eerste op
de lijst der Democraten te Berlijn voorkwam,
is voor zijn partij ongetwijfeld wel iets meer
dan alleen een moreele aanwinst. Kleine par
tijtjes plaatsen zelfs advertenties, waarbij can-
didaten gevraagd worden, bereid om minstens
5000 M. aan de partijkas te „leenen".
In sommige partijen heeft men industrie
commissies, die de verbinding met de betaal-
krachtige industrieelen bewerken, om ze tegen
den verkiezingsstrijd voor de partij aan te pom
pen. Die commissies verzameien aldus wel het
geld, maar storten het niet in de partij-kas.
Aldus krijgen ze grooten invloed op de candi-
daatstelling. Een haar minder gewenscht voor
komende candidaat ontvangt in zijn district
geen ondersteuning. Nog anders bij de Demo
craten; daar is de voorzitter van de industrie
commissie, de afgevaardigde Hermann Fischer,
tevens penningmeester van de partij!
Maar niet de afzonderlijke industriëelen^file-
gen aldus hun obolen te offeren op het poli
tieke altaar, doch gewoonlijk de bonden en
concerns, die dan een omslag over hun leden
heffen, gewoonlijk een zeker bedrag per ar
beider. In 1924 kwam een industrie-verkiezings
fonds tot stand, dat candidaten van verschil
lende partijen ondersteunde, vooral echter die
van de Duitsche Volkspartij en de Duitsch-na-
tionale Partij. Dit fonds werkte ook weer in
1928. De zware industrie heeft een eigen ver
kiezingsfonds voor 't Rijnland en Westfalen.
Bij de banken bestaat minder animo om bij
verkiezingen bepaalde partijen of candidaten
finantieel te steunen, en bij den handel nog
minder.
De Gross-Berliner Aerztebund vroeg van zijn
leden in 1928 een bijdrage van 20 M., om can-
didaat-gestelde artsen te steunen. Men wend
de zich tot de partijen, en vroeg deze, artsen
candidaat te stellen. Maar veel succes had men
hiermee niet.
De Middenstand ziet er meer heil in, zelf
candidaten te stellen, door middel van de „Wirt-
schaftspartei", die hoofdzakelijk door midden-
stands-vereenigingen gefinancieerd wordt.
De Arbeiders-vakbeweging behoeft niet met
geld te werken; door haar groot aantal leden,
allen kiezers, oefent zij reeds voldoenden in
vloed op de partijen uit.
De Rijks-Landbund is de uitgesproken poli
tieke organisatie der boeren, groote zoowel als
kleine, werkgevers zoowel als arbeiders. Hij ver
zamelt groote geldmiddelen, o.a. van den land
bouw, coöperaties, door middel van geld-leenin-
gen. Maar met de terugbetaling dier leeningen
staat 't niet al te best. Hij ondersteunt vooral
de Duitsch-nationale candidaten. Maar de te
gengestelde belangen in één niet prineipieelen
bond vereenigd, hebben alreeds tot afsplinte-
ringen aanleiding gegeven.
Zeer waar was echter hetgeen de vroegere
Rijksvoedings-minister Dietrich in het verloop
der agrarische debatten op 25 Juni 1929 in den
Rijksdag opmerkte: „Als de boeren 't alleen
moeten hebben van de agrarische belangengroe
pen, en niet hun verdedigers in de groote poli
tieke partijen hadden, zou er voor den land
bouw niet veel te bereiken zijn."
Laten de kiezers van Braat c.s. dit eens in 't
oor knoopen!
Maar van al deze finantieele beïnvloedingen
van de Partijen en van de verkiezingen is het
noodlottig gevolg, dat er zich in den Rijksdag
leden bevinden, die zich niet, zooals de Grond
wet eischt, vertegenwoordigers van het geheele
volk gevoelen, maar uitsluitend representanten
en advocaten van bepaalde economische belan
gen.
Zoo is men gaan spreken van industrie-af
gevaardigden, middenstands-afgevaardigden,
landbouw-afgevaardigden, arbeiders-afgevaai -
digden. En op deze wijze heeft men langs eco-
nomischen wg de Volksvertegenworodiging on
dermijnd.
Zoo waren er in 1928 in den Rijksdag op de
490 leden niet minder dan 76 industrie-afge
vaardigden, dus 16 pCt.! Onder dezen waren er
echter niet meer dan een dozijn industrieelen.
Nog langs een anderen weg loopt de industrie
invloed naar het Parlement. Men benoemt in
verschillende groote naamlooze vennootschap
pen Rijksdagleden tot commissaris. In Oosten
rijk, Tsjecho-Slowakije en Polen is dit bij de
wet verboden. Ook in Frankrijk. In Duitschland
niet, al voelt men, dat hierin een gevaarlijke
misstand schuilt. Zoo waren er in den Rijksdag
van 1924 niet' minder dan 65 afgevaardigden
met 275 commissariaten. Het sterkst was dit bij
de Duitsche Volkspartij. Deze had 45 Rijksdag
leden, waarvan 16 niet minder dan 77 commis
sariaten hadden. Of proportioneel was 't
eigenlijk nog erger bij de Democratische Partij
Op 25 Rijksdagleden waren er 11 met samen
87 commissariaten! Dit hooge cijfer werd ech
ter veroorzaakt vooral door den advocaat Her
mann Fischer, die op zijn eentje 49 commis
sariaten had.
Er is hier een zekere wisselwerking: Sommigen
worden in den Rijksdag gekozen, omdat zij com
missaris van een of andere groote N.V. zijn;
anderen worden tot commissaris gekozen, om
dat ze lid van den Rijksdag zijn: dat stéAt!
In 1927 deed zich 't vermakelijke geval in den
Rijksdag voor, dat bij de bespreking over de
monopoliseering van de lucifersindustrie de
Duitsch-nationale afgevaardigde Behrens, een
landarbeider, daar zoo ijverig aan deel nam.
Wat bleek? Hij was commissaris van de Pruisi
sche Hypotheekbank, die nauw gelieerd was
met de Zweedsche luciferstrust!
Toch kan men, als men spreekt over de plu
tocratie in het Parlement, niet denken aan de
parlementsleden-zelf. Er zitten maar weinig
rijke lieden in den Rijksdag. Trekt men van het
totale aantal leden het dozijn industrieelen en
een paar grootgrondbezitters af, dan houdt
men niet veel meer over dan middenstanders
en arbeiders. Maar wel moet men daarbij den
ken aan den invloed, bij de verkiezingen uitge
oefend door het geldbezit en de economische
belangen.
Laat men gezamenlijk bij een verkiezing 10
of 15 millioen Mark besteden wat beteekende
dit bedrag, vergeleken met de voor- en nadeelen
van een tar.efs- of belasting-verhooging?
De opmerking van Richard Lewinsohn is niet
zoo onjuist: „So betrachtet, spielt das Geld in
der Politiek, das Geld als Mittel zur Macht, eine
ahnliche Rolle wie die Fermente in der Chemie:
es ist einer jener Reizstoffe, die schon in klein
sten Quantitaten grösste Wirkungen auszulösen
vermögen."
Laat men nu uit deze beschouwingen vooral
niet de conclusie trekken: dus weg met het
parlementaire stelsel! Zou men werkelijk mee-
nen, dat in het „Derde Rijk" van Hitier het
geld geen rol speelt? Alle kritiek is verboden
en wordt als landverraad gestraft. De geheele
pers is gemuilband. Het nationaal-socialisme is
groot geworden vooral ook door den finantiee-
len steun van de grootindustrie. Gelooft men,
dat deze geldmachten thans in Duitschland
eensklaps van allen politieken invloed beroofd
zijn? Alleen kan men thans niet meer achter
de schermen zien. Dat is het voornaamste ver
schil.
Een week geleden zijn twee mogelijkheden
voor de verdere ontwikkeling van den weers-
toestand genoemd. De tweede mogelijkheid zou
zijn, dat het depressie-gebied over Noord-
Europa zich iets naar het Zuiden zou uitbrei
den, waardoor de wind meer naar het Westen
zou loopen en het weer matig warm doch
eenigszins bewolkt zou blijven. De ontwikke
ling van de weersgesteldheid heeft zich daarna
ook in dien zin voltrokken.
Voor de nu te verwachten weersgesteldheid is
het gebied van hoogen druk over Zuidwest-
Europa in de eerste plaats van belang. Het is
een zeer gunstige omstandigheid, dat over het
geheele gebied ten Noordwesten van Europa een
vrij koele en droge Westelijke tot Noordweste-
Hjken luchtstroom waait, want daardoor wordt
het genoemde gebied van hoogen druk belang
rijk versterkt en bereidt het zich meer en meer
over de Noordzee en omgeving uit. De baro
meterstijging der laatste dagen was hiervan
het gevolg en kan, wanneer zij doorgaat, als
een bijzonder gunstig teeken voor den langeren
duur van het mooie weer worden beschouwd.
Er is dus heel veel kans, dat het weer bij
den week-overgang nog droog, zonnig en warm
zal zijn en dat de temperatuur weer geleidelijk
hooger zal worden.
Desniettegenstaande mogen wij niet voorbij
zien, dat zich in Zuidwest-Europa een zwakke
depressie heeft ontwikkeld, die Noordoostwaarts
optrekt. Een nieuwe daling van den barometer
vóór Zondag, gepaard met het omloopen van
den wind naar het Zuidoosten en sterke stij
ging van de temperatuur zou dan een voortee
ken zijn van de ontwikkeling van een onweers
toestand, maar deze is niet te vreezen zoolang
de barometer blijft stijgen of zijn hoogen stand
behoudt. De kans op ontwikkeling van den
weerstoestand in dezen zin is evenwel gering.
(Nadruk verboden)
Reuter seint ons uit Moskou:
De kapitein van de Russische sleepboot „Sov-
narkom" heeft bijzonderheden medegedeeld over
den schipbreuk van het Nederlandsche stoom
schip „Alkaid" en de reddingswerkzaamheden.
Deze sleepboot heeft te Archangel twintig
opvarenden van de „Alkaid' aan land gebracht.
De kapitein van de „Sovnarkom" deelde mede,
dat hij de „Alkaid" aantrof met diep gezonken
achterschip, voor tweederde vastzittend op een
zandbank.
Op 4 dezer werd begonnen met het dichten
der gaten in drie ruimen en de machinekamer.
Afslepen bleek onmogelijk en op 8 dezer is de
„Sovnarkom", na elf man van de eigen beman
ning op de „Alkaid" te hebben achtergelaten,
met een deel van de Nederlandsche equipage
naar Archangel gevaren, om nieuw materiaal
voor het dichten der gaten te halen.
De reddingswerkzaamheden werden door 't
stormachtige weer zeer belemmerd. De positie
van de „Alkaid", die gevaar loopt bij den eer
sten storm in twee stukken te breken, is zeer
hachelijk.
In verband met het door het Rijk te ver-
leenen Boomkweekerscrediet is op initiatief van
B. en W. van Boskoop een bijeenkomst gehou
den van gemeentebesturen uit de Rijnstreek,
waarin beskoten is den betrokken gemeentera
den voor de stellen, dat de voor dit crediet
benoodigde waarborg zal worden gegeven door
de gemeente, waar de crediet-aanvrager ge
vestigd is, ongeacht de vraag in welke gemeen
te het bedrijf wordt uitgeoefend.
Dezer dagen heeft het „Nationaal Comité tot
beteugeling van het Cadeaustelsel" de veelzij
dige gegevens, die het, als resultaat van het
voor eenigen tijd terug ingestelde nationaal
onderzoek naar het cadeaustelsel, heeft bijeen
gebracht, gepubliceerd.
Hierdoor komen de gegevens, welke dit Co
mité verzamelde ter begeleiding van deszelfs in
Mei j.l. tot de regeering gericht verzoek tot het
instellen van een wettelijke regeling van het
cadeaustelsel, ter beschikking van alle eroepen
van belanghebbenden, hun instellingen en or
ganisaties, van welke laatste er reeds ee
tal zijn aangesloten bij het Comi e.
Het onderzoek omvatte o.a. een 9000-tal or
ganisaties, instellingen en firmaF, terwijl de
gegevens werden ontleend aan de 1870 inge
komen ingevulde vragenlijsten, waaruit o. a.
bleek, dat 95 pet. van de belanghebbenden, die
hun antwoord inzonden, tegen het cadeau
stelsel is en van deze categorie zich bovendien
90 pet. vóór wettelijke regeling van dit verkoop
systeem verklaart.
De zeer vele gegevens zijn overzichtelijk en
groepsgewijze in het rapport verwerkt, terwijl
de cijfers der vele groepen weer zijn samen ge
vat in een algemeen overzicht.
Dit rapport en het schema van wet, aanbe
volen door den Middenstandsraad, worden
thans door de betrokken instanties nader be
studeerd, waarna de Minister van Economische
Zaken t.z.t. zijn standpunt in deze aangele
genheid zal bepalen.
De buitengewone gebeurtenissen te Beauraing
hebben de aandacht eenigszins afgeleid van
het naburige dorpje Banneux, waar de Heilige
Maagd verschenen zou zijn aan het jonge
meisje Marietje Beco. Toch stroomen ook hier
heen de pelgrims. Zondag jj. werd hun aantal
geschat op 15000. De groote dag van Banneux
zal, naar men weet, den 15den Augustus moe
ten zijn, feestdag van Maria's ten Hemelopne
ming. Reeds zijn in België en Frankrijk groote
bedevaarten georganiseerd. De kapel van „Onze
Lieve Vrouw der Armen" zal onder groote
plechtigheid worden ingezegend. Daarna wor
den de zieken gezegend. De „Radio Catholique"
zal de plechtigheid uitzenden. De burgemeester
van Louveigné, tot wiens gebied Banneux be
hoort, heeft onder zware straffen verboden, dat
op 15 Augustus winkels, kramen of tenten
worden opgeslagen op den weg van Banneux
naar Tancrémont. Alle commercieele of finan-
cieele belangzucht wordt ten strengste geweerd.
Mgr. Millot, vicaris-generaal van het bisdom
Versailles, die Donderdag j.l. een bezoek bracht
aan Banneux en gedurende eenigen tijd sprak
met Marietje Beco, verklaarde zich overtuigd
van het ernstige en buitengewone karakter der
verschijnselen, over wier oorsprong nog geen
voldoende zekerheid bestaat.
Naar wij vernemen hebben de Inspecteurs bij
het Lager Onderwijs het volgend schrijven ge
richt tot de Gemeentebesturen: „Op verzoek
van den Minister van Onderwijs Kunsten en
Wetenschappen bericht ik u, dat naar zijn oor
deel scholen voor G. L. O. welke niet stipt het
voorschrift betreffende den toelatingsleeftijd
naleven, art. 11 der L. O. Wet overtreden en
daarmede ophouden scholen te zijn in den zin
der wet en dus niet langer in aanmerking kun
nen komen voor vergoeding uit 's Rijkskas.
Men schrijft ons uit Enschede:
Ieder katholiek inwoner van Enschede kent
den heer Nobbenhuis, den vroegeren koster van
de St. Jacobusparochie. Jaren lang heeft hij
in de oude Sint Jacobuskerk in de schaduw van
het altaar zijn brood verdiend. Jaren lang, tot
zijn 63ste toe. Tot hem in de groote nieuwe
kerk 't werk niet meer mogelijk was. Want de
heer Nobbenhuis was een versleten mensch.
Wanneer je 32 jaar lang den morgen en
'n stuk van den avond hebt doorgebracht in 'n
kerk, waar 't altijd tochtte, waar 't altijd
vochtig was en waar 't 's winters zoo bitter
koud kon zijn, wanneer je er overdag boven
dien in weer en wind per fiets er op uit moest
om 't sobere loon wat aan te vullen met de
verdiensten van allerlei bijbaantjes, dan betee-
kent ouder worden niets meer en niets min
der dan versleten zijn.
De heer Nobbenhuis
liep dan ook reeds
meerdere jaren met een
stok. Strompelde vo- r
al den laatsten tijd
slechts moeizaam voort,
kon zich soms maar met
moeite staande houden
en verstijfde meer en
meer in bijna al z'.i
ledenmaten.
Vooral 't linkerbeen be
gaf hem geheel en al,
terwijl hij aldoor door
een knagende pijn ge
plaagd werd.
Door 'n verstijving van
den rug was de heer
Nobbenhuis voorts nauwelijks in staat zich op
te richten, wanneer hij eenigen tijd gezeten
had.
Hierbij kwam nog dat de toestand van den
patiënt er niet beter op geworden was door een
lichte attaque van beroerte, welke in den afge-
loopen winter opname in het R. K. Zfekenhuis
ter plaatse noodzakelijk maakte. Geen wonder,
dat het vooruitzicht van een moeilijken ouden
De heer Nobbenhuis
dag genoemden heer soms ten zeerste depri
meerde....
Nu wilde het toeval dat een plaatselijke on
derneming in verband met de bekende gebeur
tenissen van 5 Augustus vanuit Twente een
busreis organiseerde naar Beauraing.
Bijne dertig personen uit Enschede, Hengelo
en Almelo, alsook 'n Duitsch meisje namen er
aan deel. Tot de deelnemers behoorden even
eens de heer Nobbenhuis met diens vrouw,
't Waren wel geen overdreven verwachtingen,
waaronder men uit Enschede vertrok, maar
toch hield men heel diep in z'n binnenste zoo'n
klein vlammetje levendig van stille hoop en
oprecht vertrouwen.
In Beauraing hadden zoowel de heer Nobben
huis als de heer Oostrik, eveneens een patiënt
uit Enschede, het voorrecht tot den klooster
tuin te worden toegelaten, waar zij verscheide
ne uren in de nabijheid van de grot vertoef-
Zooals het nuchteren Hollanders gewoonlijk
vergaat, zagen ze natuurlijk geen verschijnin
gen en geen wonderen. Wel hadden ze daar
entegen veel hinder van de drukte en de warm
te en kwamen ze danig onder den indruk van
de onbeschrijfelijke ellende, die ze om zich heen
zagen. Van drukte gesproken. Die was zóó ge
weldig, dat ze twee uren noodig hadden om
over een afstand van pl.m. 300 M. den klooster
tuin te bereiken.
Overigens verliep de tocht zonder bijzonder
heden.
Na een moeizamen rit arriveerde men in den
nacht van Zondag op Maandag eerst om twee
uur in Enschede. Eerlijk gezegd was het gezel
schap eenigszins teleurgesteld. De heer Nobben
huis, wiens stok nagenoeg versleten was, had
zich in de Ardennen voor 'n prikje 'n tweeden
op reserve gekocht.
Bij 't verlaten van de bus wist hij het gezel
schap dan ook nog op te vronlijken met de op
merking: „Nu ben ik naar Beauraing gegaan
om er m'n stok achter te laten, en nu kom ik
warempel met twee terug."
Intusschen viel het dien nacht reeds op, dat
onze patiënt zeer welgemoed was en dat hij
ondanks groote vermoeienis vrij gemakkelijk z'n
woning bereikte.
Toen hij den volgenden morgen in de om
geving van z'n woning wandelde, viel het hem
op, dat t allemaal veel vlugger en veel lichter
ging dan gewoonlijk. Hij probeerde wat minder
op zijn stok te steunen, ook dat ging goed, zoo
dat hij eindelijk besloot 't ding in den gang
neer te zetten.
Sedert dien heeft de heer N. geen stok meer
in z'n handen gehad. Hij ioopt geheel zelf
standig en voelt zich best. lederen dag heeft
tot nog toe nieuwe verbetering in den toestand
gebracht. De pijn is nagenoeg geheel weg, ter
wijl de stijfheid in den rug eveneens verdwe
nen is. Hij richt zich vlot op en zoekt geen
steun meer wanneer hij zich beweegt.
Zoo is het verhaal, dat eerst anderen deden
en dat daarna de heer N. zélf vertelde.
We kennen den heer N. goed. Toen we hem
even in z'n huiskamer opzochten en hem daar
welgedaan op een gewonen stoel zagen zit
ten, men z'n pijpje in den mond, vroegen we
ons werkelijk af of dat nu dat hulpelooze man
netje was, waarmee we tot voor kort zoon me
delijden hadden, wanneer we het daar heen
zagen strompelen.
't Merkwaardige is, dat de figuur van den
heer N. er ontegenzeglijk jeugdiger is gaan
uitzien Het ineengedrongene is weg, terwijl hij
overigens vlot heen en weer loopt en zijn lede
maten gemakkelijk beweegt.
.Schrijft U er niet teveel over in de krant?
vraagt de heer N., terwijl hij ons oolijk aan
kijkt want veronderstel eens dat 't over een
paar'dagen weer mis is
Intusschen ademt d'e geheele huiskamer een
sfeer van innig vertrouwen en groote dank-
b&3,rh6icl
Is er inderdaad een wonder gebeurd? Wij
zullen U geen antwoord geven op die vraag.
„Weest U toch vooral voorzichtig met zoo'n ge
val," radde ons een der heeren geestelijken
van de St. Jacobus-parochie.
Wonder of geen wonder, feit is, dat de heer
Nobbenhuis, die er meerdere jaren ellendig aan
toe was, op 63-jarigen leeftijd in vier dagen
tijds wederom een normaal gezond mensch ge
worden is. Geen dokters, noch kruiddeskundigen
of kwakzalvers, noch 't ziekenhuis bracht een
dergelijke verbetering teweeg. Deze ontstond
eerst na een bezoek aan O. L. Vrouw van Beau
raing op 5 Aug. j.l.
Wij kunnen natuurlijk niet vooruitloopen op
de beslissing der kerkelijke autoriteiten inzake
de gebeurtenissen te Beauraing en zijn ook niet
in staat, het bovennatuurlijke karakter vast te
stellen of te bewijzen in de genezing van den
heer Nobbenhuis.
Maar dit buitengewone feit ls toch te merk
waardig, dan dat wij erover zouden zwijgen.
BUITENZORG, 11 Aug (Aneta) Djama-
loedin Tamin, commissaris van de Fari( Partai
Republiek Indonesia), Mohamad Arif Siregar,
alias Mohamad Ajoob Siregar, agent van de
Partai Republiek Indonesia ter Sumatra s
Westkust en Palembang, en Daja bin Joesoef.
agent dier partij te Batavia, zullen volgens een
heden verschenen besluit te Boven-Digoel wor
den geïnterneerd.
De Commissaris der Koningin in de provin
cie Gelderland heeft een aanschrijving gericht
tot alle burgemeesters in deze provincie, waar
in hij er op wijst, dat sinds in Duitschland
verscherpte deviezen-maatregelen worden ge
nomen en van medegenomen Marken aantee-
kening wordt gehouden in de paspoorten, het
herhaaldelijk voorkomt, dat de betrokkenen,
om de consequenties van die aanteekening te
ontgaan, een of meer bladzijden uit hun pas
sen scheuren, deze vervangen door andere, enz.
Het ligt voor de hand, dat het opzettelijk
beschadigen, eventueel vervalschen van een
paspoort is te beschouwen als het misbruik
maken daarvan.
De Commissaris verzoekt den burgemeesters
derhalve, bij aanbieding ter verlenging van
paspoorten op bovenstaand misbruik te doen
letten, en indien daarvan iets blijkt, de ge
vraagde verlenging te weigeren en aanvragers
voor een nieuw paspoort naar hfem (Commis
saris) te verwijzen.
Naar wij vernemen hebben de Rijksinspecties
der Werkverschaffingen namens den Minister
van Sociale Zaken het volgend schrijven ge
richt tot de gemeentebesturen:
„Het is in den laatsten tijd herhaaldelijk
voorgevallen, dat tewerkgestelden door hun on
behoorlijk gedrag aanstoot gaven; zelfs zijn ver
schillende gevallen van bedreiging en mishan
deling van toeziendhoudend personeel voorge
komen, hetwelk geheel onduldbaar moet wor
den geacht. Personen, die zich aan bedreiging
of mishandeling van het toeziendhoudend per
soneel schuldig maken zullen in de toekomst
als regel definitief van tewerkstelling zoowel
als van opname in eenige door het Rijk gesub
sidieerde steunregeling worden uitgesloten. Voor
een goeden gang van zaken in de werkverschaf
fing is het echter niet voldoende dat de te
werkgestelden zich onthouden van strafbare
handelingen. Van de tewerkgestelden moet wor
den gevergd, dat zij den goeden wil bezitten
zonder welken geen behoorlijke loop van zaken
mogelijk is en voorts dat uit hun gedrag op de
werkverschaffing deze goede wil voortdurend
blijkt. In verband hiermede zullen voortaan de
door of vanwege den Minister van Sociale Za
ken toegestane plaatsingen bij de werkverschaf
fing een voorloopig karakter hebben en slechts
van kracht blijven zoolang de betrokkenen door
goed gedrag en ijver toonen de aan hen bestede
overheidszorg waardig te zijn. In het bijzonder
zal de eerste maand van tewerkstelling als
proeftijd worden beschouwd en zal voortzetting
der te werkstelling slechts mogelijk zijn voor
die arbeiders, die ten volle aan de gestelde
eischen voldoen.
Donderdagavond heeft op het tramperron
te Zeist een ernstig ongeluk plaats gehad,
waarbij de 50-jarige mevrouw H. uit Amers
foort om het leven kwam.
Mevr. H„ die door haar zuster naar de tram
werd gebracht heeft een tram, komende uit
Driebergen, aangezien voor een tram waarmede
zij moest vertrekken. Toen zij poogde in te
stappen, viel zij tusschen twee wagens in en
kreeg eenige voertuigen over het lichaam,
waardoor zij onmiddellijk werd gedood. Haar
zuster die het ongeluk zag gebeuren, kreeg
ee nzenuwtoeval en moest naar het ziekenhuis
vervoerd worden.
Omtrent het geval te De Zilk, waar achter 't
Graalhuis „De Tiltenberg" de 21-jarige P. B.
uit Vogelenzang en de 33-jarige J. R. ook uit
Vogelenzang in de Zanderijvaart verdronken
zijn, deelt men ons nog van geachte zijde mede
dat beide genoemde personen konden zwemmen.
De 33-jarige Joh. R. is als slachtoffer gevallen
van zijn reddingspogingen. Ook de oudere broer
van P. Beliën hielp mede, maar moest de dren
kelingen loslaten daar hij door beide werd vast
gegrepen.
Gelukkig was ook geestelijke hulp aanwezig.
De weleerw. pater G. Severus O. M. Cap. heeft
de beide drenkelingen nog het H .Oliesel toege
diend.
Donderdagavond voer de 43-jarige G. A. Ret-
tel, gewoond hebbende aan de Nassauhaven te
Rotterdam, met een roeiboot, waarin nog een
kameraad van hem zat, in de Persoonshayen.
Toen hij trachtte een sleepschip af te houden,
viel hij overboord. Zijn kameraad schreeuwde
om hulp waarop een schipper met een dreg R.
spoedig wist op te halen. De man was echter
bewusteloos.
Nadat eenigen tyd kunstmatige ademhaling
was toegepast, keerde hij tot bewustzijn terug,
maar zijn toestand was van dien aard, dat de
G. G. D. overbrenging naar het ziekenhuis nood
zakelijk achtte. Korten tijd nadat hij naar het
ziekenhuis op den Coolsingel was gebracht, is
de man echter overleden.
De strekdam, die tot heden slechts gedeelte
lijk klaar was, is thans door het storten der
beton en het wegnemen der bekisting voor
goed verbonden met den gerestaureerden peiler.
De ijzeren overspanning is tevens klaar; de
oprit is m wording, zoodat binnen korten tijd
de St. Servatiusbrug gereed is.
De Landbouwcrisiswet is nu in zijn vollen
omvang het instrument in handen der regee
ring om van den land- en tuinbouw te redden,
wat er nog te redden is-
Het gerucht gaat, dat binnenkort de bepa
lingen omtrent de beperking van den tuinbouw
zullen afkomen, terwijl deze teeltregelingen zijn
geadviseerd door de Provinciale Commissie uit
de veilingen en deze regelingen door middel van
de veilingen zullen worden uitgevoerd.
De organisaties, welke het algemeen tuin-
bouwbelang behartigen, zouden dus niet bij het
ontwerpen der regeling zijn gehoord en ook niet
bij de uitvoering worden gekend.
Bij informatie is inderdaad gebleken, dat deze
aigerneene organisaties, zooals de L. T. B., over
een eventueele teeltregeling niet zijn gehoord,
alhoewel indertijd tusschen den R. K. Neder-
landschen Boeren- en Tuindersbond, den Chris-
telijken Boeren- en Tuindersbond en den heer
Valstar, als voorzitter van het Centraal Bureau
voor de Veilingen, was afgesproken, dat alge-
meene tuinbouwbelangen slechts in gemeen
overleg zullen worden behandeld.
Op grond van deze afspraak en op grond van
de toezegging van den Minister, verwacht de
L. T. B. omtrent de teeltregeling te worden ge
hoord. Deze organisatie, en ook de Christelijke
en de Neutrale, zijn de meest aangewezen or
ganisaties om te adviseeren over de algemeene
tuinbouwbelangen, en niet de veilingsorganisa
ties, waaruit de Provinciale Commissies zijn
gevormd.
BUITENZORG, 11 Aug. (Aneta) Met in
gang van 18 November a.s. is benoemd tot Gou
verneur van Midden-Java dé heer J. C. de Vos,
thans resident ter beschikking van den Gouver
neur van West-Java.