Het geld en de politiek f f De positie van de „Alkaid" Nederlander genezen te Beauraing? DUITSCHLAND NA DEN OORLOG DE WERKVERSCHAFFING HET WEER OP ZONDAG Verschijning te Banneux? De koster van Enschede VRIJDAG 11 AUGUSTUS Het parlement Het dichten der gaten Strenge handhaving Een maand proeftijd DE SNELSTE ELECTRISCHE TREIN Slechts weinig kans op verstoring van het mooie weer Deze Duitsche locomotief kan met 7 personenrijtuigen een snelheid bereiken van ruim 151 K.M. per uur Reddingswerkzaamheden worden door het stormachtige weer zeer belemmerd BOOMKWEEKERSCREDIET VAN HET RIJK Waarborg door de gemeenten? HET CADEAUSTELSEL Rapport inzake het onderzoek 15 Augustus de groote dag Toelatingsleeftijd voor de lagere school NAA BOVEN-DIGOEL Drie interneeringen MISBRUIK VAN PASPOORTEN Voor deviezen-smokkel Strenge maatregelen van Minister Slotemaker in verband met de ongeregeld heden DOOR EEN TRAM GEGREPEN Doodelijk ongeluk te Zeist HET VERDRINKINGSGEVAL TE DE ZILK Nadere bijzonderheden OVER BOORD GESLAGEN Strekdam der St. Servatiusbrug gereed BEPERKING VAN DEN TUINBOUW? Nieuwe Gouverneur Midden-Java Het Keizerrijk was een Republiek geworden. Het algemeen geheim kiesrecht voor mannen en vrouwen werd de grondslag der Staatsrege ling. Na de Novemberrevolutie van 1918 waren de heerlijkheden van het oude regiem ten einde. De opstand van een uitgehongerd volk en een uit geput leger had in politiek opzicht maar één doel: de oude machthebbers, kroon, adel en de machtsinstrumenten der feodale aristocratie in Bestuur en Leger ter zijde te stellen. Wat moest in dezer plaats worden gesteld? Daags voor den 9en November zelde het oude regiem nog toe de invoering van het democra tisch parlementair stelsel in het Rijk en in Pruisen. De Marxisten verlangden meer. In de plaats van het feodaal-kapltalistisch systeem moest niet 'n burgerlijk kapitalisme treden, maar het Socialisme. Maar hoe? Het Rijkscongres der Arbeiders- en Soldaten-raden verklaarde op 16 December 1918, dat er een grondwetgevende Nationale Vergadering moest komen, gekozen volgens een uiterst democratisch kiesrecht. De weg van het Socialisme zou moeten loopen over de Democratie. Maar de verkiezing viel anders uit, dan zij verwacht hadden. De niet-soclalistische par tijen behaalden een kleine meerderheid. Het Socialisme bleef in het draden-complex van de Democratie hangen. Zoo was de November-revolutie van 1918 niet Veel meer dan de voltooiing van de Maart-re volutie van 1848. De macht der feodale heeren Was nu geknot; het grondkapitaal kwam op gelijke lijn met het industrie- en geld-kapitaal. De November-revolutie was niet de zegepraal van het proletariaat, maar de overwinning van het burgerlijk kapitaal op de feodale machten. Hoewel men in andere landen had kunnen leeren, dat Democratie en Kapitalisme zeer goed vereenigbaar waren, waren toch de Duit- sche industrieelen tegen het democratisch-par- lementaire stelsel. In het Parlement zagen zij een broeinest voor socialiseerings-experimenten, een gevaar voor het kapitalistisch economisch systeem, een voedingsbodem voor de begeerlijk heid en de machtsaanspraken van de proleta rische massa. Daarom steunde de industrie in het vervolg, ook financieel, alle anti-parle mentaire strevingen, ten slotte ook het natio- haal-socialisme. De Duitsche, uiterst democratische, Grond wet van Weimar, alleen rekening houdende met individueele burgers, die allen kiezers werden, en niet met economische machtsfactoren, bood voor dergelijk optreden alle gelegenheid. Middels het Parlement zou de Staat door het geheele volk geregeerd worden, en hoe het po litiek georganiseerd was, daar hield de Grond wet geen rekening mee. De verkiezing van het Parlement was de uitspraak van het volk, hoe het geregeerd wilde worden. De gekozenen ver tegenwoordigden niet hun partij of belangen groep, maar het geheele volk. Het geheim stem recht zou de vrije uitoefening van het kiesrecht waarborgen. Zoo is de grondfictie van het parlementair regeerstelsel, ook door de Grondwet van Wei- mar aanvaard. Maar hoe, met welke middelen, wordt de stembusstrijd gevoerd? Hoe wordt de individueele kiezer beïnvloed, om op bepaalde wijze zijn stem uit te brengen? Het woord Party was in Duitschland wei nig in eere, maar het had toch een zekeren nymbus, omdat men achter iedere partij een wereldbeschouwing zag. Dit was waar voor de sociaal-democratische partij, en voor het Cen trum, waarachter de Marxistische en de Ka tholieke wereldbeschouwingen stonden. Maar overigens waren de Duitsche „partijen" niet veel meer dan belangengroepeeringen, om organisa torisch de Rijks- en Landdagen-verkiezingen te beïnvloeden. Om haar actie te voeren, hebben die partijen allereerst geld noodig, geld voor de bezoldiging hunner functionarissen en voor de kosten der propaganda. Bij de meeste partijen zijn de bij dragen der leden te gering, om die kosten te dekken. In 1928 kostte aan de S. D. A. P. één stem 27 pf, en één mandaat 16.500 M. Niet veel duurder werkte het Centrum: 33 pf. per stem, 20.000 M. per mandaat. De Duitsch-Nationalen betaalden 1.15 M. per stem, en 68.500 M. per mandaat. De Duitsche Volkspartij 1.40 M. per stem, en 83 000 M. per mandaat. De Democratische Partij 1.40 M. per stem, en 84.000 M. per mandaat. In 't geheel betaalden deze vijf Partijen voor de verkiezingen in 1928: S. D. A. P. 2.570.000 Centrum 1250.000 D.-Nationale 5.000.000 D.-Volksp. 3.750.000 Dem. partij 2.100.000 Uit de gewone partij inkomsten kunnen deze millioenen niet betaald worden. Men moet dit geld dus op andere wijze bij elkaar brengen. Van de Communisten kan men aannemen dat ze geld uit Moskou ontvangen. Echter hoe veel, weet niemand. Maar de anderen? Men voelt, hoe in de hooge verkiezingskosten een methode schuilt, om door geld politieken invloed uit te oefenen. Allereerst het euvel, dat men naar goed bemiddelde candidaten uitziet, die hun verkie zingskosten zelf kunnen dragen. Er zijn par tijen, die van den gekozen candidaat een be paalde som voor de partijkas vragen. Een man als C. P. von Siemens, die in 1919 als eerste op de lijst der Democraten te Berlijn voorkwam, is voor zijn partij ongetwijfeld wel iets meer dan alleen een moreele aanwinst. Kleine par tijtjes plaatsen zelfs advertenties, waarbij can- didaten gevraagd worden, bereid om minstens 5000 M. aan de partijkas te „leenen". In sommige partijen heeft men industrie commissies, die de verbinding met de betaal- krachtige industrieelen bewerken, om ze tegen den verkiezingsstrijd voor de partij aan te pom pen. Die commissies verzameien aldus wel het geld, maar storten het niet in de partij-kas. Aldus krijgen ze grooten invloed op de candi- daatstelling. Een haar minder gewenscht voor komende candidaat ontvangt in zijn district geen ondersteuning. Nog anders bij de Demo craten; daar is de voorzitter van de industrie commissie, de afgevaardigde Hermann Fischer, tevens penningmeester van de partij! Maar niet de afzonderlijke industriëelen^file- gen aldus hun obolen te offeren op het poli tieke altaar, doch gewoonlijk de bonden en concerns, die dan een omslag over hun leden heffen, gewoonlijk een zeker bedrag per ar beider. In 1924 kwam een industrie-verkiezings fonds tot stand, dat candidaten van verschil lende partijen ondersteunde, vooral echter die van de Duitsche Volkspartij en de Duitsch-na- tionale Partij. Dit fonds werkte ook weer in 1928. De zware industrie heeft een eigen ver kiezingsfonds voor 't Rijnland en Westfalen. Bij de banken bestaat minder animo om bij verkiezingen bepaalde partijen of candidaten finantieel te steunen, en bij den handel nog minder. De Gross-Berliner Aerztebund vroeg van zijn leden in 1928 een bijdrage van 20 M., om can- didaat-gestelde artsen te steunen. Men wend de zich tot de partijen, en vroeg deze, artsen candidaat te stellen. Maar veel succes had men hiermee niet. De Middenstand ziet er meer heil in, zelf candidaten te stellen, door middel van de „Wirt- schaftspartei", die hoofdzakelijk door midden- stands-vereenigingen gefinancieerd wordt. De Arbeiders-vakbeweging behoeft niet met geld te werken; door haar groot aantal leden, allen kiezers, oefent zij reeds voldoenden in vloed op de partijen uit. De Rijks-Landbund is de uitgesproken poli tieke organisatie der boeren, groote zoowel als kleine, werkgevers zoowel als arbeiders. Hij ver zamelt groote geldmiddelen, o.a. van den land bouw, coöperaties, door middel van geld-leenin- gen. Maar met de terugbetaling dier leeningen staat 't niet al te best. Hij ondersteunt vooral de Duitsch-nationale candidaten. Maar de te gengestelde belangen in één niet prineipieelen bond vereenigd, hebben alreeds tot afsplinte- ringen aanleiding gegeven. Zeer waar was echter hetgeen de vroegere Rijksvoedings-minister Dietrich in het verloop der agrarische debatten op 25 Juni 1929 in den Rijksdag opmerkte: „Als de boeren 't alleen moeten hebben van de agrarische belangengroe pen, en niet hun verdedigers in de groote poli tieke partijen hadden, zou er voor den land bouw niet veel te bereiken zijn." Laten de kiezers van Braat c.s. dit eens in 't oor knoopen! Maar van al deze finantieele beïnvloedingen van de Partijen en van de verkiezingen is het noodlottig gevolg, dat er zich in den Rijksdag leden bevinden, die zich niet, zooals de Grond wet eischt, vertegenwoordigers van het geheele volk gevoelen, maar uitsluitend representanten en advocaten van bepaalde economische belan gen. Zoo is men gaan spreken van industrie-af gevaardigden, middenstands-afgevaardigden, landbouw-afgevaardigden, arbeiders-afgevaai - digden. En op deze wijze heeft men langs eco- nomischen wg de Volksvertegenworodiging on dermijnd. Zoo waren er in 1928 in den Rijksdag op de 490 leden niet minder dan 76 industrie-afge vaardigden, dus 16 pCt.! Onder dezen waren er echter niet meer dan een dozijn industrieelen. Nog langs een anderen weg loopt de industrie invloed naar het Parlement. Men benoemt in verschillende groote naamlooze vennootschap pen Rijksdagleden tot commissaris. In Oosten rijk, Tsjecho-Slowakije en Polen is dit bij de wet verboden. Ook in Frankrijk. In Duitschland niet, al voelt men, dat hierin een gevaarlijke misstand schuilt. Zoo waren er in den Rijksdag van 1924 niet' minder dan 65 afgevaardigden met 275 commissariaten. Het sterkst was dit bij de Duitsche Volkspartij. Deze had 45 Rijksdag leden, waarvan 16 niet minder dan 77 commis sariaten hadden. Of proportioneel was 't eigenlijk nog erger bij de Democratische Partij Op 25 Rijksdagleden waren er 11 met samen 87 commissariaten! Dit hooge cijfer werd ech ter veroorzaakt vooral door den advocaat Her mann Fischer, die op zijn eentje 49 commis sariaten had. Er is hier een zekere wisselwerking: Sommigen worden in den Rijksdag gekozen, omdat zij com missaris van een of andere groote N.V. zijn; anderen worden tot commissaris gekozen, om dat ze lid van den Rijksdag zijn: dat stéAt! In 1927 deed zich 't vermakelijke geval in den Rijksdag voor, dat bij de bespreking over de monopoliseering van de lucifersindustrie de Duitsch-nationale afgevaardigde Behrens, een landarbeider, daar zoo ijverig aan deel nam. Wat bleek? Hij was commissaris van de Pruisi sche Hypotheekbank, die nauw gelieerd was met de Zweedsche luciferstrust! Toch kan men, als men spreekt over de plu tocratie in het Parlement, niet denken aan de parlementsleden-zelf. Er zitten maar weinig rijke lieden in den Rijksdag. Trekt men van het totale aantal leden het dozijn industrieelen en een paar grootgrondbezitters af, dan houdt men niet veel meer over dan middenstanders en arbeiders. Maar wel moet men daarbij den ken aan den invloed, bij de verkiezingen uitge oefend door het geldbezit en de economische belangen. Laat men gezamenlijk bij een verkiezing 10 of 15 millioen Mark besteden wat beteekende dit bedrag, vergeleken met de voor- en nadeelen van een tar.efs- of belasting-verhooging? De opmerking van Richard Lewinsohn is niet zoo onjuist: „So betrachtet, spielt das Geld in der Politiek, das Geld als Mittel zur Macht, eine ahnliche Rolle wie die Fermente in der Chemie: es ist einer jener Reizstoffe, die schon in klein sten Quantitaten grösste Wirkungen auszulösen vermögen." Laat men nu uit deze beschouwingen vooral niet de conclusie trekken: dus weg met het parlementaire stelsel! Zou men werkelijk mee- nen, dat in het „Derde Rijk" van Hitier het geld geen rol speelt? Alle kritiek is verboden en wordt als landverraad gestraft. De geheele pers is gemuilband. Het nationaal-socialisme is groot geworden vooral ook door den finantiee- len steun van de grootindustrie. Gelooft men, dat deze geldmachten thans in Duitschland eensklaps van allen politieken invloed beroofd zijn? Alleen kan men thans niet meer achter de schermen zien. Dat is het voornaamste ver schil. Een week geleden zijn twee mogelijkheden voor de verdere ontwikkeling van den weers- toestand genoemd. De tweede mogelijkheid zou zijn, dat het depressie-gebied over Noord- Europa zich iets naar het Zuiden zou uitbrei den, waardoor de wind meer naar het Westen zou loopen en het weer matig warm doch eenigszins bewolkt zou blijven. De ontwikke ling van de weersgesteldheid heeft zich daarna ook in dien zin voltrokken. Voor de nu te verwachten weersgesteldheid is het gebied van hoogen druk over Zuidwest- Europa in de eerste plaats van belang. Het is een zeer gunstige omstandigheid, dat over het geheele gebied ten Noordwesten van Europa een vrij koele en droge Westelijke tot Noordweste- Hjken luchtstroom waait, want daardoor wordt het genoemde gebied van hoogen druk belang rijk versterkt en bereidt het zich meer en meer over de Noordzee en omgeving uit. De baro meterstijging der laatste dagen was hiervan het gevolg en kan, wanneer zij doorgaat, als een bijzonder gunstig teeken voor den langeren duur van het mooie weer worden beschouwd. Er is dus heel veel kans, dat het weer bij den week-overgang nog droog, zonnig en warm zal zijn en dat de temperatuur weer geleidelijk hooger zal worden. Desniettegenstaande mogen wij niet voorbij zien, dat zich in Zuidwest-Europa een zwakke depressie heeft ontwikkeld, die Noordoostwaarts optrekt. Een nieuwe daling van den barometer vóór Zondag, gepaard met het omloopen van den wind naar het Zuidoosten en sterke stij ging van de temperatuur zou dan een voortee ken zijn van de ontwikkeling van een onweers toestand, maar deze is niet te vreezen zoolang de barometer blijft stijgen of zijn hoogen stand behoudt. De kans op ontwikkeling van den weerstoestand in dezen zin is evenwel gering. (Nadruk verboden) Reuter seint ons uit Moskou: De kapitein van de Russische sleepboot „Sov- narkom" heeft bijzonderheden medegedeeld over den schipbreuk van het Nederlandsche stoom schip „Alkaid" en de reddingswerkzaamheden. Deze sleepboot heeft te Archangel twintig opvarenden van de „Alkaid' aan land gebracht. De kapitein van de „Sovnarkom" deelde mede, dat hij de „Alkaid" aantrof met diep gezonken achterschip, voor tweederde vastzittend op een zandbank. Op 4 dezer werd begonnen met het dichten der gaten in drie ruimen en de machinekamer. Afslepen bleek onmogelijk en op 8 dezer is de „Sovnarkom", na elf man van de eigen beman ning op de „Alkaid" te hebben achtergelaten, met een deel van de Nederlandsche equipage naar Archangel gevaren, om nieuw materiaal voor het dichten der gaten te halen. De reddingswerkzaamheden werden door 't stormachtige weer zeer belemmerd. De positie van de „Alkaid", die gevaar loopt bij den eer sten storm in twee stukken te breken, is zeer hachelijk. In verband met het door het Rijk te ver- leenen Boomkweekerscrediet is op initiatief van B. en W. van Boskoop een bijeenkomst gehou den van gemeentebesturen uit de Rijnstreek, waarin beskoten is den betrokken gemeentera den voor de stellen, dat de voor dit crediet benoodigde waarborg zal worden gegeven door de gemeente, waar de crediet-aanvrager ge vestigd is, ongeacht de vraag in welke gemeen te het bedrijf wordt uitgeoefend. Dezer dagen heeft het „Nationaal Comité tot beteugeling van het Cadeaustelsel" de veelzij dige gegevens, die het, als resultaat van het voor eenigen tijd terug ingestelde nationaal onderzoek naar het cadeaustelsel, heeft bijeen gebracht, gepubliceerd. Hierdoor komen de gegevens, welke dit Co mité verzamelde ter begeleiding van deszelfs in Mei j.l. tot de regeering gericht verzoek tot het instellen van een wettelijke regeling van het cadeaustelsel, ter beschikking van alle eroepen van belanghebbenden, hun instellingen en or ganisaties, van welke laatste er reeds ee tal zijn aangesloten bij het Comi e. Het onderzoek omvatte o.a. een 9000-tal or ganisaties, instellingen en firmaF, terwijl de gegevens werden ontleend aan de 1870 inge komen ingevulde vragenlijsten, waaruit o. a. bleek, dat 95 pet. van de belanghebbenden, die hun antwoord inzonden, tegen het cadeau stelsel is en van deze categorie zich bovendien 90 pet. vóór wettelijke regeling van dit verkoop systeem verklaart. De zeer vele gegevens zijn overzichtelijk en groepsgewijze in het rapport verwerkt, terwijl de cijfers der vele groepen weer zijn samen ge vat in een algemeen overzicht. Dit rapport en het schema van wet, aanbe volen door den Middenstandsraad, worden thans door de betrokken instanties nader be studeerd, waarna de Minister van Economische Zaken t.z.t. zijn standpunt in deze aangele genheid zal bepalen. De buitengewone gebeurtenissen te Beauraing hebben de aandacht eenigszins afgeleid van het naburige dorpje Banneux, waar de Heilige Maagd verschenen zou zijn aan het jonge meisje Marietje Beco. Toch stroomen ook hier heen de pelgrims. Zondag jj. werd hun aantal geschat op 15000. De groote dag van Banneux zal, naar men weet, den 15den Augustus moe ten zijn, feestdag van Maria's ten Hemelopne ming. Reeds zijn in België en Frankrijk groote bedevaarten georganiseerd. De kapel van „Onze Lieve Vrouw der Armen" zal onder groote plechtigheid worden ingezegend. Daarna wor den de zieken gezegend. De „Radio Catholique" zal de plechtigheid uitzenden. De burgemeester van Louveigné, tot wiens gebied Banneux be hoort, heeft onder zware straffen verboden, dat op 15 Augustus winkels, kramen of tenten worden opgeslagen op den weg van Banneux naar Tancrémont. Alle commercieele of finan- cieele belangzucht wordt ten strengste geweerd. Mgr. Millot, vicaris-generaal van het bisdom Versailles, die Donderdag j.l. een bezoek bracht aan Banneux en gedurende eenigen tijd sprak met Marietje Beco, verklaarde zich overtuigd van het ernstige en buitengewone karakter der verschijnselen, over wier oorsprong nog geen voldoende zekerheid bestaat. Naar wij vernemen hebben de Inspecteurs bij het Lager Onderwijs het volgend schrijven ge richt tot de Gemeentebesturen: „Op verzoek van den Minister van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen bericht ik u, dat naar zijn oor deel scholen voor G. L. O. welke niet stipt het voorschrift betreffende den toelatingsleeftijd naleven, art. 11 der L. O. Wet overtreden en daarmede ophouden scholen te zijn in den zin der wet en dus niet langer in aanmerking kun nen komen voor vergoeding uit 's Rijkskas. Men schrijft ons uit Enschede: Ieder katholiek inwoner van Enschede kent den heer Nobbenhuis, den vroegeren koster van de St. Jacobusparochie. Jaren lang heeft hij in de oude Sint Jacobuskerk in de schaduw van het altaar zijn brood verdiend. Jaren lang, tot zijn 63ste toe. Tot hem in de groote nieuwe kerk 't werk niet meer mogelijk was. Want de heer Nobbenhuis was een versleten mensch. Wanneer je 32 jaar lang den morgen en 'n stuk van den avond hebt doorgebracht in 'n kerk, waar 't altijd tochtte, waar 't altijd vochtig was en waar 't 's winters zoo bitter koud kon zijn, wanneer je er overdag boven dien in weer en wind per fiets er op uit moest om 't sobere loon wat aan te vullen met de verdiensten van allerlei bijbaantjes, dan betee- kent ouder worden niets meer en niets min der dan versleten zijn. De heer Nobbenhuis liep dan ook reeds meerdere jaren met een stok. Strompelde vo- r al den laatsten tijd slechts moeizaam voort, kon zich soms maar met moeite staande houden en verstijfde meer en meer in bijna al z'.i ledenmaten. Vooral 't linkerbeen be gaf hem geheel en al, terwijl hij aldoor door een knagende pijn ge plaagd werd. Door 'n verstijving van den rug was de heer Nobbenhuis voorts nauwelijks in staat zich op te richten, wanneer hij eenigen tijd gezeten had. Hierbij kwam nog dat de toestand van den patiënt er niet beter op geworden was door een lichte attaque van beroerte, welke in den afge- loopen winter opname in het R. K. Zfekenhuis ter plaatse noodzakelijk maakte. Geen wonder, dat het vooruitzicht van een moeilijken ouden De heer Nobbenhuis dag genoemden heer soms ten zeerste depri meerde.... Nu wilde het toeval dat een plaatselijke on derneming in verband met de bekende gebeur tenissen van 5 Augustus vanuit Twente een busreis organiseerde naar Beauraing. Bijne dertig personen uit Enschede, Hengelo en Almelo, alsook 'n Duitsch meisje namen er aan deel. Tot de deelnemers behoorden even eens de heer Nobbenhuis met diens vrouw, 't Waren wel geen overdreven verwachtingen, waaronder men uit Enschede vertrok, maar toch hield men heel diep in z'n binnenste zoo'n klein vlammetje levendig van stille hoop en oprecht vertrouwen. In Beauraing hadden zoowel de heer Nobben huis als de heer Oostrik, eveneens een patiënt uit Enschede, het voorrecht tot den klooster tuin te worden toegelaten, waar zij verscheide ne uren in de nabijheid van de grot vertoef- Zooals het nuchteren Hollanders gewoonlijk vergaat, zagen ze natuurlijk geen verschijnin gen en geen wonderen. Wel hadden ze daar entegen veel hinder van de drukte en de warm te en kwamen ze danig onder den indruk van de onbeschrijfelijke ellende, die ze om zich heen zagen. Van drukte gesproken. Die was zóó ge weldig, dat ze twee uren noodig hadden om over een afstand van pl.m. 300 M. den klooster tuin te bereiken. Overigens verliep de tocht zonder bijzonder heden. Na een moeizamen rit arriveerde men in den nacht van Zondag op Maandag eerst om twee uur in Enschede. Eerlijk gezegd was het gezel schap eenigszins teleurgesteld. De heer Nobben huis, wiens stok nagenoeg versleten was, had zich in de Ardennen voor 'n prikje 'n tweeden op reserve gekocht. Bij 't verlaten van de bus wist hij het gezel schap dan ook nog op te vronlijken met de op merking: „Nu ben ik naar Beauraing gegaan om er m'n stok achter te laten, en nu kom ik warempel met twee terug." Intusschen viel het dien nacht reeds op, dat onze patiënt zeer welgemoed was en dat hij ondanks groote vermoeienis vrij gemakkelijk z'n woning bereikte. Toen hij den volgenden morgen in de om geving van z'n woning wandelde, viel het hem op, dat t allemaal veel vlugger en veel lichter ging dan gewoonlijk. Hij probeerde wat minder op zijn stok te steunen, ook dat ging goed, zoo dat hij eindelijk besloot 't ding in den gang neer te zetten. Sedert dien heeft de heer N. geen stok meer in z'n handen gehad. Hij ioopt geheel zelf standig en voelt zich best. lederen dag heeft tot nog toe nieuwe verbetering in den toestand gebracht. De pijn is nagenoeg geheel weg, ter wijl de stijfheid in den rug eveneens verdwe nen is. Hij richt zich vlot op en zoekt geen steun meer wanneer hij zich beweegt. Zoo is het verhaal, dat eerst anderen deden en dat daarna de heer N. zélf vertelde. We kennen den heer N. goed. Toen we hem even in z'n huiskamer opzochten en hem daar welgedaan op een gewonen stoel zagen zit ten, men z'n pijpje in den mond, vroegen we ons werkelijk af of dat nu dat hulpelooze man netje was, waarmee we tot voor kort zoon me delijden hadden, wanneer we het daar heen zagen strompelen. 't Merkwaardige is, dat de figuur van den heer N. er ontegenzeglijk jeugdiger is gaan uitzien Het ineengedrongene is weg, terwijl hij overigens vlot heen en weer loopt en zijn lede maten gemakkelijk beweegt. .Schrijft U er niet teveel over in de krant? vraagt de heer N., terwijl hij ons oolijk aan kijkt want veronderstel eens dat 't over een paar'dagen weer mis is Intusschen ademt d'e geheele huiskamer een sfeer van innig vertrouwen en groote dank- b&3,rh6icl Is er inderdaad een wonder gebeurd? Wij zullen U geen antwoord geven op die vraag. „Weest U toch vooral voorzichtig met zoo'n ge val," radde ons een der heeren geestelijken van de St. Jacobus-parochie. Wonder of geen wonder, feit is, dat de heer Nobbenhuis, die er meerdere jaren ellendig aan toe was, op 63-jarigen leeftijd in vier dagen tijds wederom een normaal gezond mensch ge worden is. Geen dokters, noch kruiddeskundigen of kwakzalvers, noch 't ziekenhuis bracht een dergelijke verbetering teweeg. Deze ontstond eerst na een bezoek aan O. L. Vrouw van Beau raing op 5 Aug. j.l. Wij kunnen natuurlijk niet vooruitloopen op de beslissing der kerkelijke autoriteiten inzake de gebeurtenissen te Beauraing en zijn ook niet in staat, het bovennatuurlijke karakter vast te stellen of te bewijzen in de genezing van den heer Nobbenhuis. Maar dit buitengewone feit ls toch te merk waardig, dan dat wij erover zouden zwijgen. BUITENZORG, 11 Aug (Aneta) Djama- loedin Tamin, commissaris van de Fari( Partai Republiek Indonesia), Mohamad Arif Siregar, alias Mohamad Ajoob Siregar, agent van de Partai Republiek Indonesia ter Sumatra s Westkust en Palembang, en Daja bin Joesoef. agent dier partij te Batavia, zullen volgens een heden verschenen besluit te Boven-Digoel wor den geïnterneerd. De Commissaris der Koningin in de provin cie Gelderland heeft een aanschrijving gericht tot alle burgemeesters in deze provincie, waar in hij er op wijst, dat sinds in Duitschland verscherpte deviezen-maatregelen worden ge nomen en van medegenomen Marken aantee- kening wordt gehouden in de paspoorten, het herhaaldelijk voorkomt, dat de betrokkenen, om de consequenties van die aanteekening te ontgaan, een of meer bladzijden uit hun pas sen scheuren, deze vervangen door andere, enz. Het ligt voor de hand, dat het opzettelijk beschadigen, eventueel vervalschen van een paspoort is te beschouwen als het misbruik maken daarvan. De Commissaris verzoekt den burgemeesters derhalve, bij aanbieding ter verlenging van paspoorten op bovenstaand misbruik te doen letten, en indien daarvan iets blijkt, de ge vraagde verlenging te weigeren en aanvragers voor een nieuw paspoort naar hfem (Commis saris) te verwijzen. Naar wij vernemen hebben de Rijksinspecties der Werkverschaffingen namens den Minister van Sociale Zaken het volgend schrijven ge richt tot de gemeentebesturen: „Het is in den laatsten tijd herhaaldelijk voorgevallen, dat tewerkgestelden door hun on behoorlijk gedrag aanstoot gaven; zelfs zijn ver schillende gevallen van bedreiging en mishan deling van toeziendhoudend personeel voorge komen, hetwelk geheel onduldbaar moet wor den geacht. Personen, die zich aan bedreiging of mishandeling van het toeziendhoudend per soneel schuldig maken zullen in de toekomst als regel definitief van tewerkstelling zoowel als van opname in eenige door het Rijk gesub sidieerde steunregeling worden uitgesloten. Voor een goeden gang van zaken in de werkverschaf fing is het echter niet voldoende dat de te werkgestelden zich onthouden van strafbare handelingen. Van de tewerkgestelden moet wor den gevergd, dat zij den goeden wil bezitten zonder welken geen behoorlijke loop van zaken mogelijk is en voorts dat uit hun gedrag op de werkverschaffing deze goede wil voortdurend blijkt. In verband hiermede zullen voortaan de door of vanwege den Minister van Sociale Za ken toegestane plaatsingen bij de werkverschaf fing een voorloopig karakter hebben en slechts van kracht blijven zoolang de betrokkenen door goed gedrag en ijver toonen de aan hen bestede overheidszorg waardig te zijn. In het bijzonder zal de eerste maand van tewerkstelling als proeftijd worden beschouwd en zal voortzetting der te werkstelling slechts mogelijk zijn voor die arbeiders, die ten volle aan de gestelde eischen voldoen. Donderdagavond heeft op het tramperron te Zeist een ernstig ongeluk plaats gehad, waarbij de 50-jarige mevrouw H. uit Amers foort om het leven kwam. Mevr. H„ die door haar zuster naar de tram werd gebracht heeft een tram, komende uit Driebergen, aangezien voor een tram waarmede zij moest vertrekken. Toen zij poogde in te stappen, viel zij tusschen twee wagens in en kreeg eenige voertuigen over het lichaam, waardoor zij onmiddellijk werd gedood. Haar zuster die het ongeluk zag gebeuren, kreeg ee nzenuwtoeval en moest naar het ziekenhuis vervoerd worden. Omtrent het geval te De Zilk, waar achter 't Graalhuis „De Tiltenberg" de 21-jarige P. B. uit Vogelenzang en de 33-jarige J. R. ook uit Vogelenzang in de Zanderijvaart verdronken zijn, deelt men ons nog van geachte zijde mede dat beide genoemde personen konden zwemmen. De 33-jarige Joh. R. is als slachtoffer gevallen van zijn reddingspogingen. Ook de oudere broer van P. Beliën hielp mede, maar moest de dren kelingen loslaten daar hij door beide werd vast gegrepen. Gelukkig was ook geestelijke hulp aanwezig. De weleerw. pater G. Severus O. M. Cap. heeft de beide drenkelingen nog het H .Oliesel toege diend. Donderdagavond voer de 43-jarige G. A. Ret- tel, gewoond hebbende aan de Nassauhaven te Rotterdam, met een roeiboot, waarin nog een kameraad van hem zat, in de Persoonshayen. Toen hij trachtte een sleepschip af te houden, viel hij overboord. Zijn kameraad schreeuwde om hulp waarop een schipper met een dreg R. spoedig wist op te halen. De man was echter bewusteloos. Nadat eenigen tyd kunstmatige ademhaling was toegepast, keerde hij tot bewustzijn terug, maar zijn toestand was van dien aard, dat de G. G. D. overbrenging naar het ziekenhuis nood zakelijk achtte. Korten tijd nadat hij naar het ziekenhuis op den Coolsingel was gebracht, is de man echter overleden. De strekdam, die tot heden slechts gedeelte lijk klaar was, is thans door het storten der beton en het wegnemen der bekisting voor goed verbonden met den gerestaureerden peiler. De ijzeren overspanning is tevens klaar; de oprit is m wording, zoodat binnen korten tijd de St. Servatiusbrug gereed is. De Landbouwcrisiswet is nu in zijn vollen omvang het instrument in handen der regee ring om van den land- en tuinbouw te redden, wat er nog te redden is- Het gerucht gaat, dat binnenkort de bepa lingen omtrent de beperking van den tuinbouw zullen afkomen, terwijl deze teeltregelingen zijn geadviseerd door de Provinciale Commissie uit de veilingen en deze regelingen door middel van de veilingen zullen worden uitgevoerd. De organisaties, welke het algemeen tuin- bouwbelang behartigen, zouden dus niet bij het ontwerpen der regeling zijn gehoord en ook niet bij de uitvoering worden gekend. Bij informatie is inderdaad gebleken, dat deze aigerneene organisaties, zooals de L. T. B., over een eventueele teeltregeling niet zijn gehoord, alhoewel indertijd tusschen den R. K. Neder- landschen Boeren- en Tuindersbond, den Chris- telijken Boeren- en Tuindersbond en den heer Valstar, als voorzitter van het Centraal Bureau voor de Veilingen, was afgesproken, dat alge- meene tuinbouwbelangen slechts in gemeen overleg zullen worden behandeld. Op grond van deze afspraak en op grond van de toezegging van den Minister, verwacht de L. T. B. omtrent de teeltregeling te worden ge hoord. Deze organisatie, en ook de Christelijke en de Neutrale, zijn de meest aangewezen or ganisaties om te adviseeren over de algemeene tuinbouwbelangen, en niet de veilingsorganisa ties, waaruit de Provinciale Commissies zijn gevormd. BUITENZORG, 11 Aug. (Aneta) Met in gang van 18 November a.s. is benoemd tot Gou verneur van Midden-Java dé heer J. C. de Vos, thans resident ter beschikking van den Gouver neur van West-Java.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 5