Met de Cottica naar Madeira 7 O COTTON: FLAX: WOOL INDUSTRIES THE MANCHESTER GUARDIAN COMMERCIAL SMAKELIJK FRISCH ARTIFICIAL SILK GEZOND ROBINSON CRUSOE'S AVONTUREN Draag ROBINSONschoenen Je kunt er fijn op tippelen! °B ï&ssr^^ïï^sgsrsssssïtjww.-*».- R EN TWINTlG UUR NA het ongeval DE APOTHEEK DE WITTE ZWAAN VRIJDAG 25 AUGUSTUS 3)e PareE der jbmaken Neem voor uw kiekjes steeds de volmaakte snelle rolfilm KON DE DEKENS NIET VERDRAGEN Voelde zich als vergiftigd die* duistere wol? I ZlgeUneTtU maar ik kan het niet zien." WATCH THE PROGRESS OF THE BRITISH and through the columns of An annual subscription of 18 shillings, sent to the Publisher, "MANCHESTER GUARDIAN COMMERCIAL", Guardian Buil ding, Manchester, England, will bring the paper to you every Saturday morning. Write for a specimen copy, free of charge. AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN W,NTIG UUR HJB NAAR HET DUITSCH fes VAN RUDOLF HERZOG Joopie van Leeuwaarde, drie jaren oud en omstreeks vijftig centimeter hoog, steekt op zijn eentje den Atlantischen Oceaan over, gekleed in een baadje van Surinaamsche ruit jes. Zijn oogen vertoonen de Mongoolsche spleet, zijn lippen zijn lichtelijk Afrikaansch en zijn haren sluik als van een Javaan. Hij zit op het achterdek van de „Cottica", brabbelt de eerste noten van 'n blueliedje en speelt met "n Europeesch prentenboek. Joopie is op weg naar vader en moeder. Een guitaar-spelende neger houdt een oog je op hem, een weemoedig peinzende halfbloed wascht hem en droogt hem af en een student uit Engelsch-Indië met 'n Krishnamurti-gezicht vertelt hem verhaaltjes in Neger-Engelsch. De steward var. 't achterdek haalt Joopie telkens uit de schaduw en zet hem in het zonnetje. Hij is de lieveling der tweede klas. Nu en dan klimt nij het ijzeren trapje op om zich op 't promenadedek te vertoonen. Daar grijnst hij een breed lachje, pikt bon bons en klontjes weg en verdwijnt laconiek met 'n laaghangende broek en kromme beenen. Vier getailleerde negers met uilenbrillen en intelligente gezichten kijken naar Joopie als zij niet naar de gramofoon luisteren of bana nen eten. De Indiër zit in de houding van 'n slangenbezweerder in Joopie's buurt als een trouw waker en een Creoolsche, met wimpers waarop Greta Garbo jaloersch kan zijn, volgt met melancholieke blikken zijn bewegingen. Zoo heeft iedere klas haar middelpunt. In de derde is het een droomerige Fransch- man naar wiens slanke figuur veel donkere oogen gericht zijn. In de eerste is het een ex-commandant der cavalerie, die zich met hoffelijk gemak onder de passagiers beweegt, galant bloemen uitreikt, Hitlermoppen vertelt en precies zooveel uit zijn dienstjaren heeft overgehouden, dat zijn com mando-toon iets vriendelijks heeft gekregen. Hij is een dier breed-levende menschen, die iedereen oom noemt en die de jovialiteit uit de officierensociëteit meenemen naar het der de deel van hun leven. Zu'ke ooms verheugen zich steeds in de gunst der vrouwen om het vleugje mannenmoed, dat hun nog aankleeft uit den mobilisatietijd en om de manier waar op zij een smoking en een lintje dragen. De oom der eerste klas van de Cottica is een klassiek voorbeeld van dit voortreffelijke menschensoort. Met Joopie en den Franschman Is hij het sieraad van den Atlantischen Oce aan. Reeds bij de afvaart op den warmen Augus- tusmorgen hadden deze drie alle passagiers harten veroverd, omdat niemand hen toewuifde bij 't uitvaren. Niemand pinkte een traan weg toen zij de loods der K. N. S. M. verheten. Als de Cottica haar laatsten gil uitstiet en 't ruime sop koos namen de passagiers de drie favorieten in hun midden en verdwenen er mede naar de drie kajuiten. En nü, in volle zee, zijn alle tranen vergeten. Een prachtige zon zet alles in gloed. De Oceaan is zoo kalm als de Keizersgracht op Zondagmiddag. ,4. De Cottica is als een drijvend filiaal van t Leidsche plein. Er wordt gedanst onder een avondhemel, die in de Tropen thuis behoort. Er wordt Bridge- gespeeld met een toewijding een bankierskan toor waardig. Er wordt gelachen, gemusiceerd, ge-ping-porigd en gezwommen. Daar is geen huiskamersport ter wereld of op de Cottica wordt zij beoefend. Stewards die er uitzien als ongewapende adel borsten reiken dranken en cake uit met ge baren, die uit de deining der zee geboren wor- den. Blauw-zilveren hofmeesters omringen de pas sagiers met zorgen waaraan dezen zelf niet eens denken. Drietalige programma's en me nu's prijken met verrassingen, die het onder werp der gesprekken op 't dek vormen, zooals in de wande'gangen van 't parlement gesproken wordt over de politiek van den dag. En bij al de bedrijvige vroolijkheid waken hoog op de brug de kapitein en zijn officieren Terwijl de passagiers zich verdiepen in het voortreffelijke menu houdt de gezagvoerder 'n oogje op den oceaan. Als de boot door den nevel drijft en haar signalen uitstoot, klikken de vorken en messen en parelt de wijn. Het is zoo veilig op de zee! Geen claxons, geen auto's, geen vluchtheu vels. Het siësta-uurtje aan den zonnekant is een lust. De zon streelt de slapers, die al hun zorgen vergeten zijn en hun droom beginnen van het palmenland en de schoonheden van den Kanarischen archipel. Wanneer een accountant-op-vacantie hardop droomt van de debetzijde klatert een lach over het dek. Zijn reispet ligt op zijn gebruind ge zicht en in zijn droom onthult hij 't geheim, dat ie z'n dekstoel tijdens de opruiming in den Bazar Frangais heeft gekocht. Nauwelijks zijn de krijtrotsen der Engelsche kust uit het gezicht verdwenen of de oom der eerste klas, die met 'n kijker het laatste blonde kustlijntje heeft bestudeerd, keert zich om en zegt, diep-zuchtend: enfin seul. We zijn dus alleen met de zee. Maar het is zoo wèl aan boord en we drijven zoo stil en rustig, dat de eenzaamheid als een troost wordt. We begrijpen het nu allen op eens waarom de kapitein in zijn dertigjarig zeemanleven zulk een kalm, blijmoedig mensch is geworden En waarom zijn blauwe oogen zoo rustig kijken. Als ik den kapitein der Cot tica aan t werk zie, kan ik mij niet voorstellen dat hij in het derde deel van zijn leven 'n vil- la'tje bouwen zal in Wassenaar of Rijswijk en eenmaal in z'n hemdsmouwen Spaansche kers zal gaan begieten of goudvisschen in een aqua rium zal gaan fokken. Deze kapitein verlaat de zee nooit. Eerder zullen we de middelbare Amerikaan- sche begrijpen, die iederen morgen aan den stewart een pannekoek met ice-cream voor ontbijt bestelt. Ook zij voelt zich getroost door de eenzaam heid althans de wijze waarop zij den oceaan bekijkt is vol goede hoop. Toegerust met pan nekoek en ice-cream buigt ze haar slanke le den naar den vorm van 'r dekstoel, zet haar oranjekleurigen bril op en hult heel de wereld in eens in een warm licht. Het is alsof, ergens op de reeling Amor zit te grinneken. Wie weetmisschien brengt haar deze tocht naar het Palmenland niet alleen panne- koek met ice-cream, doch de vervulling van een stil gedroomd ideaal. Maar, zij zou geen lange, magere Amerikaan- sche met 'n zonnebril zijn a's zij niet in een detective-roman de illusie smoorde. Ze blijft geïsoleerd, sluit zich bij niemand aan. Slechts nu en dan waagt ze terzijde een blik aan ons aller oom den ex-commandant en lacht eens. Als een lange, magere alleen-reizende Ame- rikaansche lacht moet er een ernstige reden voor zijn. Voor die reden zorgt de oom op enthousiaste manier. Hij lacht altijd en overal luid en zijn lach is aanstekelijk. Hij lacht naast het lieve, blonde mevrouwtje dat hij aan zijn groene zijde heeft tijdens de lunch, hij lacht bij ieder nieuw gerecht. En overal ontdekt hij verre verwanten. Want 't is een merkwaardig geval op zee, dat je eigenlijk allemaal familie van elkaar bent. De stille heer die bij de schildpadsoep nog zwijgend naast je zat is bij de Caneton de Rouen al een neef van je en bij t dessert deel je met hem dezelfde peettante. En de dame aan je linkerkant, die zoo tref fend op Nap de la Mar lijkt, wordt bij ieder gerecht meer en meer familie totdat ze bij de kaas met beschuitjes een rechtstreeksche tante is. 't Bevordert in hooge mate de huiselijkheid. Het wordt iederen avond 'n bruiloft waaraan alleen» de naaste familieleden zijn genoodigd. Daar zijn twee dingen waardoor de Hollander zich op reis onderscheidt: de heimwee naar koffie omstreeks elf uur in den morgen en he vig verlangen naar nieuwe familieleden. En hij slaagt erin met groote zekerheid. Aan iedere tafel zitten nichten en neven en als de reis maar lang genoeg duurt wordt de kapitein langzamerhand een koude zwager. De Hollander ziet zijn land overal en vergelijkt altijd. Toen de oom van de eerste klas midden op den oceaan een leege Hero-jambus zag drijven pinkte hij een traan weg. „Eet meer jam" zei hij aandoenlijk. En de accountant in zijn dekstoel fluisterde hoorbaar, dat de oom Hero-aandeelen heeft. Sedert 'z ontbijt van dezen morgen weet je, dat de dikke dame tegenover u een zwak hart heeft en twee kinderen die in Semarang wo nen; dat ze eens, bij toeval, met Kreuger ge dineerd heeft in „die vier Jahreszeiten" te Ems en dat haar overleden man denzelfden Leidschen kleermaker had als u. En je zult dat alles aanhooren met de groot ste belangstelling omdat je vacantie hebt en heel den dag wel zoudt willen fluiten en om dat je alles wat in het leven der dikke dame gebeurd is toch zoo buitengewoon belangrijk vindt. Zóó werken de zee èn de Cottica op je hu meur. Ze kneden je tot een mensch, die voor alles bruikbaar is. Je verkleedt je driemaal per dag met 't grootste genoegen. Je spreekt over dingen waarover je vroeger zelfs niet droom de. Je trekt je pochette iets hooger uit je borstzakje; je gaat met een bepaalde houding by de reeling staan net als Maurice Chevalier; je vraagt aan menschen wier bestaan je voor de afvaart niet eens vermoedde of ze lekker geslapen hebben; je leent aspirine-tabletten uit; je neemt negerkinderen op je knie, knip oogt tegen Indiërs en speelt paardje met Joo pie van Leeuwaarde. In de miniatuur-toko van den coiffeur koop je crème waarvan je de bestemming niet kent; met den eersten machinist spreek je over de machine-kamer alsof je er een achter je keu ken laat bouwen bij thuiskomst; je praat over boeg, kiel, kombuis en bakboord zooals je thuis praat over den prijs van aardappelen en an- thraciet. In één woord, de Cottica hervormt je. Nu het drijvend filiaal van 't Leidscheplein ons veilig en zeker naar Madeira brengt en nog slechts honderd mijlen behoeft af te leggen om het wonderland te bereiken, stijgt de begeestering der passagiers ieder uur. De koffers worden gepakt. Alle nieuwe neven en nichten hebben het zelfde visioen; een soort luilekkerland waar de palmen over je heen waaien om je af te koelen Hero Perl. De nieuwe Natuurdrank, die Holland in 3 maan den veroverde! Publiek en Pers zijn enthousiast over Hero Perl. Geen kunstmatige kleur of smaak. Vloeibaar Hollandsch fruit. en waar een sprookjesachtige bevolking je aan den wal tegemoet komt met belegen Madeira, reusachtige druiventrossen en zware after- dinners. Den oom der eerste klas, Joopie van Leeu waarde en den Franschman moeten we achter laten op de Cottica, want deze reist verder naar de onbegrepen kolonie Suriname. Maar zoolang we nog tot dezelfde familie aan boord behooren zullen ze onze harten be zitten. Nu de eerste regenbui valt, zijn de ge zellige salons gevuld van kaartspelers en dan sers. De gramofoon zingt 'n Nigger Song, waarin het heimwee der Surinamers klinkt. Joopie klimt 't trapje op, naar 't leege dek, waar bij de dekstoelen de verlaten kleintjes koffie staan En Joopie pikt de klontjes weg. Met z'n hangende broek en z'n kromme beentjes verdwijnt hij naar 't achterdek, waar uit de kajuit de muziek der guitaar klinkt. HERMAN MOERKERK. mfaal van den dag Wim", zei mevrouw van Oudenhoven, „het is nu schitterend weer. Mij dunkt, we moesten nu maar eens een dagje naar zee gaan. Je herinnert je zeker wel dat je me dat beloofd hebt, nietwaar?" Inderdaad, het wès buitengewoon mooi weer en Wim van Oudenhoven hèd het zijn vrouwtje beloofd. ,,'k Zal er eens over denken", gaf Wim ten antwoord, maar Lisette nam daar geen genoe gen mee. „Nee, niet er eens over nadenken. Meteen doen! Denk er aan, je hebt het me beloofd. En bovendien, wat kan dat nu kosten. Zullen we overmorgen gaan? Ja, fijn, een door-de-week- sche dag. Dan is het niet zoo geweldig druk aan het strand. Dat doen we hè!" Het gevolg van dit gesprek was dat de heer en mevrouw van Oudenhoven een heerlijk dagje aan zee doorbrachten. Het was in één woord: zalig! De zon brandde boven hun hoofden, maar een vleugje wind bracht de noodige koelte. De zee was blauw en rolde witte schuimkoppen naar het strand. Een enkele meeuw zweefde op wijde vleugels boven het water. Ze genoten! Ofschoon het seizoen nog niet aangebroken waa, waren de strandstoelen om hen heen tamelijk druk bezet. Een paar kinderen speel den aan het water. Jongens, die met versche pinda's leurden, zwierven van strandstoel tot strandstoel. „O, kijk daar eens, Wim," zei Lisette eens klaps. „Wat een echte zigeunerin! Zie je dat?" „Waar?" vroeg Wim. Lisette duidde het uit. „Daar! O, kijk, ze gaat handlezen of toekomst voorspellen." De zigeunerin, een vrouw van misschien der tig jaar liep met een korfje onder den arm naar een ligstoel waarin een oud heertje gezeten was. Ze was donkerbruin getint en had zwarte, amandelvormige oogen. Aan haar ooren ben gelden zware, gouden hangers; het haar was in een dikke wrong opgemaakt en werd bijeen gehouden door een hoogen sierkam. „Handlezen, meneer!" vroeg ze het heertje. „Zien in de toekomst?" Maar de man schudde energiek het hoofd. Misschien interesseerde hem de toekomst niet. „Handlezen, mevrouw?" Dit was tegen Lisette. „Mevrouw wil de toekomst weten? Mevrouw wénscht een blik door de nevelige wolken, die de toekomst oversluieren? Ik kan uit de hand lezen en u alles voorspellen." En dadelijk had de zigeunerin Lisette's hand gegrepen. Ondeugend glimlachend keek Lisette naar haar echtgenoot. „Zal ik het doen, Wim? Ja?" Van Oudenhoven keek geërgerd. „Doe toch Robbie en Topsy waren met Willie Woensdag naar het voederen der zee leeuwen gaan kijken, doch toen ze bij de plaats van de zeeleeuwen kwamen zagen ze, dat de dieren bezig waren, zich zelf te helpen. „Kijk eens, een van hen wipt de ton om, zoodat al de visch er uit valt," riep Robbie, „en ze zullen ze ker wel een lekker maaltje hebben." Doch het was niet een ton met visch, welke door de zeeleeuwen was gevonden, de ton was slechts gevuld met water. Toen de ton werd omge gooid, bleek het dat de ton slechts water bevatte en een van de zee leeuwen, die niet van een douche hield, sprong op zij. „Je ziet, wat je kan gebeuren als je niet wat geduld hebt om te wach ten tot het etenstijd is," zeide Willie. „Ik heb de ton met water gevuld, om ze eens een lesje te geven." (Morgenavond vervolg.) (Ingezonden Mededeeling) Rheumatische pijnen nn overwonnen Het lijkt bijna ongelooflijk, dat een vrouw in een dergelijken toestand kan geraken bedlegerig door rheumatiek, zoo gekweld door pijn, dat zij het gewicht van de dekens zelfs niet verdragen kon en toch, dank zij Kruschen leeft en beweegt zij zich nu zoo goed als ieder' ander. Maar hier volgt haar eigen verslag van haar herstel zooals zy het zelf schreef: „Ik had hevige rheumatiek en het werd zoo ernstig, dat ik niet meer loopen kon; ik lag zelfs in bed met een rek om mij heen gebouwd, omdat ik het gewicht van de dekens niet ver dragen kon. Mijn heele organisme leek wel ver giftigd. In een Engelsch blad, dat een vriendin me leende, had ik eens een Kruschen-adver- tentie gelezen, en die advertentie wilde mij maar niet uit de gedachten. Ik kocht toen een flacon Kruschen Salts en vanaf de eerste paar doses voelde ik me al beter. Dus ben ik er steeds mee doorgegaan. Dat alles was ongeveer acht jaar geleden. Maar ik heb sedert jaren geen rheumatiek meer gehad en kan nu even goed loopen als ieder ander. Nog steeds ga ik door met Kruschen te nemen. Eiken dag mijn kleine dosis, anders heb ik niets noodig. Mijn teint is frisch en helder als van een baby. ik ben 46 jaar oud, maar ik voel me ongeveer 20, dank zij Kruschen." Mevr. M. G. De oorzaak van rheumatiek is een teveel aan urinezuur in het lichaam, hetgeen ontstaan is door te trage werking der inwendige organen (o.a. ingewanden en nieren). En indien deze organen niet beter gaan werken, hoopt dit kwaadaardig urinezuur en andere afvalstoffen, die Uw gezondheid kunnen benadeelen, zich steeds meer in Uw lichaam op. De zes ver schillende zouten in Kruschen nu, sporen deze afvoerorganen tot betere werking aan, zóó, dat alle opgehoopte schadelijke afvalstoffen uit het lichaam verwijderd worden. Daarna zal de ge regelde „kleine, dagelijksche dosis" ervoor zor gen, dat dergelijke schadelijke stoffen zich nooit meer in Uw organisme ophoopen. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers én drogisten 0.90 en 1.60 per flacon en wordt gefabriceerd in Engeland door de Fa. E. Griffiths Hughes Ltd., sinds 1756 te Manchester gevestigd. Stralende gezondheid voor één cent per dag. (Adv.) niet mee aan die verlakkerij," zei hij bruusk, 't Is geldwegsmyterij!" Maar Lisette, nieuwsgierig, het haar hand in die van de zigeunerin. Even keek de waarzeg ster kwaad naar Wim, maar na even aarzelen, sprak ze: „Het verleden is goed voor u geweest, me vrouw. De lijnen wijzen het uit, maar hier en ze fronste het voorhoofd.... „wat is dit voor een lijn, een Lisette kreeg eensklaps een akelig gevoel. Ze staarde de waarzegster met groote oogen aan. Ze durfde niets zeggen. De zigeunerin vervolgde: „er zal iets gebeu ren, ik weet niet precies wat, maar dat een wolk over f uw geluk zal JP. brengen. Er is t „Nou!" zei Wim. „Heb jij je even laten beet nemen? Dat mensch kletst natuurlijk." Voor Lisette echter was ht leuke dagje aan zee in het water gevallen. Het was alsof ze nog de woorden van de zigeunerin hoorde. „Een ongeluk, Wim!" zei ze angstig. „Er gebeurt niets, hoor" trachtte haar man haar gerust te stellen. „Dat zei ze alleen maar omdat ik haar eerst Wilde afpoeieren. Zoo'n zigeunerin liegt er toch altijd maar op los!" „Ja," kwam Lisette opeens vinnig, „dat zal jij wel weer zeggen, maar ik weet dat bijna alles uitkomt wat ze voorspellen. En nu voorspelt ze mij een wolk, een duistere wolk. Da's ongeluk! O, Wim stel je voor, dat er iets gebeurde!" „Onzin!" luidde het korte antwoord van Wim. „Hoe kom je er toch bij om zoo iets te ge- looven?" „Ik voel dat het waar is. Laten we maar naar huis gaan, Wim. Ik voel me hier opeens zoo angstig!" En van Oudenhoven was niet zoo goed cf het gebeurde. Terwijl de dag nog in volle glo rie was, vertrokken ze Weer naar de stad, bcos en bedrukt. Zwijgend kwamen ze thuis. Toen opeens een angstkreet van Lisette: „Wim! Een telegram!" Wim nam het van haar over. En terwijl Li sette hem met groote angstoogen aanstaarde, las hij: „Op uw lot 77353 prijs 10.000.—. Ran- ders, collecteur". „Gewonnen! ƒ10.000.—! Ah, Iiaette, zulke duistere wolken zijn me welkom!" imiiiimi bij verlies van 'n f Obij levenslange geheele ongeschiktheid tot werkendoor 750 - 66n onSeval met 250 een^voet Vo" en*5 oog f125. duim of wijsvinger f 50» zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen I OSBSSIE 3 belde armen, beide beenen of beide oogen doodelijken afloop# £i*JV» e tjct t verzekerd voor een der volgende ultkeeringen OUVV. verlies van oem oe u wynrwr RA A AI VIFR EN TW1NT1C. UUR NA HET bij een breuk van anderen vinger ongevallen 26 Mijnheer Rose, riep de chef. Een oogenblik, meneer Friedrich. De ven- kelhonig is op. Eenige minuten gingen voorbij, toen hield de apotheker het niet langer uit. Laat die venkelhonig toch alstublieft waar hij is. U ziet toch, dat ik het gesprek wilde voortzetten, beste mijnheer Rose. Tot uw dienst, meneer Friedrich! Dus we gaan verder. Waar spraken we ook al weer over? Maar.- beste meneer Rose! Ach ja, pardon. Natuurlijk! Alleen zou ik u willen vragen, dengene, die u dit vertelt er niet de dupe van te laten worden. U kunt verzekerd zijn van mijn dankbaar heid. Uitstekend, mijnheer Friedrich. Ik zal daar nog op terug moeten komen.... Toen ik zoo juist zei, dat die meneer bij u was binnenge drongen, moest u dit anders opvatten» Hij wilde niet direct het geld stelen, maar uw dochter, om daardoor nog zekerder te zijn van het andere. Doordoor Lisa! De apotheker verloor zijn kalmte. De elegante provisor knikte bevestigend. Zoo is het, zei hij. Hij gebruikte zijn tijd, dat hij hier in de zaak had behooren te zijn, om juffrouw Lisa ongestoord buitensnuis te kun nen ontmoeten. In ieder geval heeft hij haar met zijn verleidelijke mooie praatjes ingepalmd: ik heb zelf gezien, dat ze elkaar, terugkomend van een wandeling, heel vertrouwelijk de hand drukten. O, die schoft, steunde meneer Friedrich en hij sloeg zijn hand tegen het voorhoofd. Nu worden een heeleboel dingen mij duidelijk. Wat wordt u dan duidelijk? vroeg de pro visor snel. Alles, alles, steunde de chef; o, ik doorzie het gemeene samenweefsel. DóArom wilde Lisa hier vandaan, déArom wilde ze met alle geweld aan het tooneel, om gedaan te krijgen dat ik van twee kanten het minste zou kiezen en zou toestaan dat ze zich met dien Barenfeld ver loofde, als die mijn toestemming vroeg. O, nu doorzie ik alles. De provisor had verbaasd geluisterd. Nu, triomfeerde hij, dus u hebt zelf de proef op de som. Mijnheer Friedrich wilde opstaan. Hij wilde de schuldigen bij elkaar roepen; hy wilde ter stond terechtstelling houden. Met moeite bracht meneer Rose hem van deze overijlde plannen af. Dat moet u zoo niet aanleggen, zei hij en hy drukte den chef zacht in zijn stoel terug. Eerst moeten wij krijgsraad houden, we moeten een krijgsplan opstellen, waarmee we ze in één slag verpletteren. Laten we overleggen. Dan sluiten we de apotheek vóór het avondeten en boven aan tafel, waar Barenfeld zich voor de dames inhouden moet, pakt u hem onverwacht aan en verplettert hem. De apotheker vond dezen raad prachtig. Bo ven in den kring van de zijnen, voelde hij zich ook' veiliger. En de beide veldheeren gingen bi) elkaar zitten, stelden samen hun plan de cam- Daene op en berekenden hun eventueel succes. Er is eigenlijk maar één ding, zuchtte me neer Friedrich in den loop van het gesprek, dat mii ergert. Dat is, dat ik met mijn zaak blijf zitten en ik heb er genoeg van. Ik ben niet jong meer en het begint mij te vervelen. Op hoeveel schat u de grossierderü? me neer Friedrich? Ik heb het voor Barenfeld met het maga zijn mee op 80.000 Mark getaxeerd. Hoe hoog schat u de apotheek? Die is onder ons gezegd, 170.000 Mark waard. Een aardige som. Dat wilde ik wel eens ln baar geld zien. U schertst, zei de apotheker schouderop halend. U bezit nu toch wel het dubbele. Nu, nu, niet heelemaal. En 't is zuur ver diend, meneer Friedrich! Het beetje geld, dat men heeft, moet men vasthouden. Zeker, zeker, stemde de chef toe. Ik zie ook liever klinkende munt dan dien ouden rom mel hier. En daarom vind ik het ook vervelend, dat het zaakje met Barenfeld misloopt. Nu moe ik mij er zelf weer voor spannen, totdat ik een anderen geschikten kooper vind. Mijnheer Rose kwam overeind, ging naar de deur, keek naar buiten of er ook klanten in zicht waren en kwam met afgemetenstapterug Mijnheer Friedrich, begon hij en hij schraapte zijn keel. U weet wat ik waard ben voor u en uw zaak. Daarbij ben ik een kapitaal krachtig man, niet waar? Ik heb zoo la,ng de eer gehad onder u te werken, dat ik my vast met u verbonden voel. Het onheil dat u boven het hoofd hangt, gaat me zeer ter harte. Ik zoek naar een uitweg. Opnieuw schraapte hij zijn keel en keek schichtig naar de deur. Hij vervolgde; - U be vindt zich in een onaangename positie, daar u, die de rust zoozeer verdient, opnieuw gedwon gen wordt uw laatste mooie levensjaren aan den-arbeid op te offeren, terwijl u een zekere onrust zult houden over de toekomst van uw familie. Want, laten we het maar openlijk zeg gen, juffrouw Lisa heeft zich door haar ver houding tot iemand, dien u met smaad en schande uit huis zult jagen, erg gecompromit teerd. De zaak zal ruchtbaar worden en juffrouw Lisa zou de hoop, om met iemand van stana re trouwen, wel eens kunnen moeten laten varen. De apotheker liet zijn hoofd op de borst zin- Welnu, ging mijnheer Rose op pathetischen toon voort,in mij zult u zich niet bedriegen. Nu ik, zooals ik zei, als kapitaalkrachtig man (hij legde zeer veel nadruk op het woord „kapi taalkrachtig") voor u sta, kan ik mijn innerlijke gevoelens zonder voorbehoud blootleggen. Ik heb uw dochter Lisa altijd graag mogen lijden, alleen al omdat ze uw dochter is en ik ben be- reid haar haar misstap te vergeven. Ik kan da delijk 300.000 Mark losmaken; dat Is 'n aardig bedrag en ik ben daartoe bereid. Een jongen, die voor een stuiver Karisbader zout wilde hebben, onderbrak den woorden stroom van mijnheer Rose. Of dat wonderolie misschien beter was, liet moeder vragen. Zonder den verstoorder van het intieme on derhoud een antwoord waardig te keuren, wierp de provisor hem de artsenij toe en streek het nikkelen muntstuk op. Toen hervatte hij zijn betoog. Drie maal honderdduizend Mark, herhaal de hij diep ernstig, en ik ben bereid mijn ge luk met het uwe te verbinden. Ik vraag u om de hand van uw dochter en tegelijkertijd om de zaak, de apotheek en de grossierderü. En die wil ik niet trachten in te palmen als schoon zoon, zooals die nobele Barenfeld van plan is, neen, ik betaal u de som van twee honderd dui zend Mark voor beide ineens hij ademde diep ineens! Mijnheer Friedrich had plotseling zyn hoofd weer laten zinken. Er ontstond een angstige pauze. U antwoordt niet, vervolgde de provisor snel is het niet naar uw zin, wat ik u uit eengezet heb? Zeg het dan! Twee honderd vijftig duizend Mark, zei de apotheker dof. Tachtig en honderdzeventig duizend Mark, samen, nietwaar? Wat? voor een ellendige vijftigduizend Mark wilt u het geluk van uw dochter vernie tigen? riep mijnheer Rose verontwaardigd. Doet u er maar wat bij, beste meneer R— Nu, zei meneer Rose, nadat hy eenige mi nuten overlegd had, ik zal u tegemoet komen. Laten we het verschil deelen en vergeet u niet dat ik contant betaal! De apotheker stond op. Goed, antwoordde hij, accoord dan! Mor gen zullen we het contract teekenen. Sluit u nu de apotheek en komt u naar boven. Daar is Jette al om ons te roepen voor het eten. Dat zal een gezegende maaltijd worden! Bevend van geluk liet mijnheer Rose eigen handig de ijzeren rolluiken naar beneden en volgde zijn chef en schoonvader-in-spé naar 't woonvertrek. In het bruin-behangen woonvertrek zaten de familieleden al aan tafel. Lisa had den eersten tijd na Barenfeld's liefdesverklaring hem zoo veel mogelijk vermeden. Later evenwel toen de scherpe kantjes een beetje waren afgesleten en Barenfeld door niets toonde, dat er iets tus- schen hen was geweest, kwam ze ook weer aan de gemeenschappelijke maaltijden. Barenfeld en Pfalzdorf hadden juist plaats genomen, toen tot aller verwondering de apo theker gelijktijdig met zijn provisor binnentrad. .(Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 9