Het geluk
Cosmopolitische
steden
Groeiend ongeloof
Italiaansche opera
Geen belastingverhooging
PRODUCTIE DER MIJNEN
OVERSTROOMINGSRAMP
ZATERDAG 26 AUGUSTUS
LEEKEPREEKEN
Cor van der Lucht Melsert super
intendant tevens directeur van
het Vereen. Rotterd.
Hofstad tooneel
CONTINGENTEERING VAN
BACON
Een extra-export-kwantum
Minister Deckers weer thuis
Bijna een derde van Heerlens be
volking is vreemdeling
De mijnstreek
Werkloosheid in Indië
Bijna vijftienduizend werk
zoekenden in Juli
De evenredige vrachtverdeeling
De aftakeling onzer Limburgsche
steenkoolindustrie blijft
aanhouden
Kreet om hulp uit het
Zuiden
Bandjirs richtten groote schade
aan in de stad Amboina en
omgeving
Huizen meegesleurd
In het Solosche
Bloedig treffen aan de
grens
Smokkelaar levensgevaarlijk
gewond
Een nieuw muziekinstrument
WAT IS
BI - A RLITA
EN
DECALUMEN
Salariskorting voor
Rijkspersoneel
„St. Paulus" bespreekt de voorstel
len der Regeering
Te vroeg uitgestapt
Grove onvoorzichtigheid met den
dood bekocht
DOOR BIJEN AANGEVALLEN
Man en paard ernstig toegetakeld
Geheime distilleerderij ontdekt
De percentages van provincies en
gemeentegroepen
Haarden in de grootstad
Minder werkloosheid
De indexcijfers van Juni
Staatscommissie ontbonden
Wij hebben den plicht, gelukkig te zijn
De meeste menschen denken daar
nooit aan. Zy meenen, dat zij alleen
maar het recht hebben, gelukkig te zijn. En dit
is dikwyis een vergissing. Want dan verwart
men het werkelijke geluk met het schijngeluk
en meent, dat men recht heeft op dit laatste.
Neen, het ware geluk alleen is ons recht, maar
tevens onze plicht. Wij mogen ons er niet aan
onttrekken. Wanneer ons de kans op geluk
wordt geboden, zijn wij verplicht, die kans aan
te grijpen. Wij kunnen de kans verwaarloozen,
doch dan zijn w4j strafbaar.
Waarin bestaat het geluk, dat ons recht en
onze plicht is?
Allereerst in de kennis der waarheid. „Onbe
kend maakt onbemind" zegt de wisheid des
volks en men zou dit spreekwoord kunnen uit
breiden, door te zeggen: wat wij niet kennen,
raakt ons niet. Het geeft ons geen geluk en
geen ongeluk.
De waarheid moet gekend worden. Dit ligt in
haren aard. De waarheid is iets goeds, en alle
goeds in van nature mededeelzaam. Het goede
zoekt verbreiding. Het goede wil niet eenzaam
zyn en het voelt de gedwongen eenzaamheid als
een pijn.
Maar het ligt ook in onzen aard, dat wij de
waarheid zoeken, zy is het element van ons ge-
üachtenleven, zooals het water het natuurlijk
element is, waarin de visch zich beweegt. Onze
geest vraagt rust en orde en kan deze rust en
die orde slechts bekomen door het zuivere in
zicht. De dwaling en de onwetendheid plagen
ons, de verduistering van het verstand voelen
\s»y als een gevolg der erfzonde. Van nature zou
den wy alles willen kennen, alles willen weten,
alles willen begrijpen en doorgronden. Het ge
heimzinnige verdragen wij niet. Wü vragen van
nature om opheldering. Onze onvolledige ken
nis voelen wy als een gemis en van nature
roepen wy om voorlichting. Wy willen geruch
ten vernemen, onderwezen worden, omdat wij
gedurig onzen geest willen voeden, die even
min zonder spys kan voortbestaan als ons
lichaam. Maar de geruchten bevredigen ons
niet. Wy willen bevestiging van de geruchten.
Daarna willen wy nadere berichten. Wij haken
naar zekerheid. Heel ons wezen heeft honger
en dorst naar Waarheid.
De kennis der waarheid is een voorwaarde
tot het geluk, maar deze kennis is niet een
deel van het geluk. Want de waarheid maakt
ons vry, naar het woord van den apostel. Met
de waarheid aan onze zyde voelen wy ons veilig.
Er is echter meer noodig dan alleen de ken
nis. Onze kenvermogens maken slechts een deel
uit van ons wezen. Zy worden vervolledigd door
onze streefvermogens. Ons verstand is niet veel
waard zonder ons hart. Er is een zeer intiem
verband tusschen die twee.
Zoodra wy iets kennen, ontstaat er een ze
kere belangstelling voor het gekende voorwerp
Wy willen het zien. Wy willen nagaan, hoe het
is. Wy willen het zoo mogelijk bezitten. Wy
willen ons er als het Ware mee vereenigen.
Deze belangstelling is de liefde.
„Kennis kweekt liefde" is het natuurlijke
tegendeel van „onbekend maakt onbemind". Wy
kunnen ons hieraan niet onttrekken. Het is een
diepe neiging van onze natuur als mensch, die
hier de wet stelt, waaraan wy spontaan ge
hoorzamen.
Allereerst in de kennis van de waarheid ligt
ons geluk.
Vervolgens ligt het in het beminnen van de
waarheid. O, dit is een rijk beminnen, dat on
zen geest veredelt en ons hart verwarmt. Een
beminnen, dat zich uitstort zonder voorbehoud.
Wy willen de waarheid bezitten als ons eigen
dom. Steeds dieper willen wy in haar doordrin
gen. Wij willen haar mededeelen aan onze om
geving. En vooral: wy streven naar haren oor
sprong.
Nimmer zijn wy tevreden met een gevolg, wy
Willen de oorzaak.
Dit is het derde, Waarin ons geluk bestaat:
het streven naar den oorsprong der waarheid,
dat is naar God.
En eindelyk vervolmaakt zich ons geluk, wan
neer wy ons met den oorsprong der waarheid
uit liefde vereenigen. Steeds inniger wordt die
vereeniging, waarin ons hoogste geluk is gele
gen. Neen, zy begint niet eerst in het hierna
maals, in de eeuwige zaligheid, waar ons ge
luk door niets meer kan worden verstoord.
Reeds hier op aarde begint die vereeniging.
Haar aanvang is de staat van heiligmakende
genade, waardoor wy worden opgenomen in ie
orde van de waarheid en van het geluk.
Haar voortgang is de deugd, die de genade
onderhoudt en vermeerdert.
Haar voltooiing is de zaligheid, wanneer niets
ons meer kan afhouden van onze vereeniging
met den oorsprong der waarheid.
Hoe moeten wy nu al datgene beoordeelen,
waarin de aardsche mensch zyn geluk zoekt?
Is dit alles verwerpelyk en verkeerd? Geens
zins! Wy moeten het beoordeelen volgens de
orde der Waarheid.
Wanneer het ons vervreemd van deze orde, is
het verwerpelyk. Dan is het een zondig geluk,
hetwelk geen stand houdt.
Wanneer het ons alleen ontspant, is het in
zich niet slecht en niet goed, maar het is geoor
loofd en by een goed gebruik zal het ten goede
Strekken.
Wanneer het ons nader brengt tot de orde
der waarheid, zooals by voorbeeld het geluk van
een goed' huwelijk, dan is dit aardsche geluk
een onderdeel van het ware geluk en een voor
bode van het hemelsche geluk.
De onderlinge liefde van echtgenooten, de
ouderliefde van een kind, de liefde tot de
schoonheid, de liefde tot de wetenschap, wan
neer zy niet uit ydele gloriezucht wordt be
oefend, brengen ons nader tot de hoogste liefde.
Zy doen ons deze liefde beter begrypen, omdat
zy er een zekere overeenkomst mee vertoonen.
Ook de ware vriendschap en vooral de vereering
dergenen, die vóór ons hebben geleefd in de
orde der waarheid, verhoogen ons geluk, en
geven ons zuiverder inzicht.
Aardsche vermaken, allerlei dingen, die wy
prettig vinden en aangenaam, behoeven wy niet
te ontvluchten, ofschoon wy dit soms veiliger
kunnen doen terwille van een hoogere volmaakt
heid.
Wanneer wij deze aangename dingen dank
baar aanvaarden in de bedoeling, waarin ze ge
geven werden, kunnen zy ons dieper doen door
dringen in de orde.
Wanneer Wij ze echter hartstochtelijk najagen,
zullen wy ons vervreemden van de orde en op
den duur zullen zy niet nalaten, ons te ont
goochelen. Want het ware geluk ligt niet by
deze zaken, doch bij den vrede des harten, die
naar het diepzinnige woord van Sint Augusti-
nus, gelegen is in „de rust der orde".
AD INT.
Gemeld wordt:
Door het onderhoud, dat gistermiddag tus
schen den president-commissaris van de Ita
liaansche Opera, den heer T. M. van Dorth,
en den heer Cor van der Lugt Melsert heeft
plaats gevonden, is er klaarheid gebracht In
den tot dusver onzekeren toestand van 't voort
bestaan der Italiaansche Opera.
De grondgedachte van beide heeren om de
reeds 37 jaar bestaande instelling der Ita
liaansche Opera voor Den Haag en andere
groote steden in den lande niet verloren te
doen gaan, is verder uitgewerkt. De finan-
cieele hervormingen, die dringend noodzake-
lyk waren, zyn in een gunstig stadium geko
men, zoodat aan den eisch van den heer van
der Lugt Melsert, dat het volgend seizoen
rustig gearbeid zal kunnen worden, is vol
daan.
De heer van der Lugt Melsert zal in ieder
geval zyn steun aan de Italiaansche Opera
geven. Om echter tegemoet te komen aan de
bezwaren der Schouwburgcommissie, die
vreesde, dat door een dubbele functie van den
leider van het Rotterdamsche Hofstad-Too-
neel de belangen van dit gezelschap en dus
van de Gemeente zouden kunnen worden ge
schaad, zal de heer Van der Lugt Melsert op
treden als super-intendant en zich voorzien
van een zakelijk leider en een financieel des
kundige, zoodat hy zich kan beperken tot
het aangeven der groote lynen.
De heer Mario Parenti zal ook nu weer de
algemeen muzikale leiding voeren en tevens
een belangrijken invloed op den artistieken
gang van zaken uitoefenen.
Naar aanleiding van de geruchten dat de
mogelijkheid zou bestaan van wyziging in de
Engelsche politiek van bacon-contingenteering
kunnen wij mededeelen, dat men hier te lande
in welingelichte kringen te dien aanzien wei
nig optimistisch is. Wel zyn in den laatsten
tyd de prijzen van bacon sterk aangetrokken
in Engeland en daarom is de Engelsche Regee
ring ertoe overgegaan om aan Nederland en
Denemarken een extra export-kwantum toe te
staan.
Men hoopt hierdoor de bacon-prijzen eenigs-
zins te drukken. Mede in verband hiermede
zyn gisteren de Engelsche baconpryzen met
verhoogd.
Het extra-kwantum is echter slechts te be
schouwen als een voorschot op ons contingent
en zal in de komende weken in mindering
worden gebracht.
De Minister van Defensie is van verlof te
ruggekeerd en heeft Vrydagochtend zyn ambts
bezigheden hervat.
Uit het tweede deel van de Statistiek der
Volkstelling 1930, uitgegeven door het Cen
traal Bureau voor de Statistiek blykt, dat Heer
len de grootste cosmopolitische stad van ons
land is. Byna een derde van de bevolking be
hoort tot een andere nationaliteit. Er bevinden
zich in Heerlen:
6190 Duitschers
514 Belgen
59 Franschen
224 Italianen.
509 Oostenrykers
254 Hongaren.
1299 Polen
241 Tsjecho-Slowaken
Verder nog 6 Engelschen, 2 Zwitsers, 18
Russen, 2 Amerikanen, 6 Noren, 6 Luxembur
gers en 810 menschen van een andere natio
naliteit.
In totaal zyn 10.265 van de 36-652 inwoners
vreemdelingen.
Ook Kerkrade bergt veel vreemdelingen, nJ.
8.885 op de 27.820 inwoners, dus een nog iets
grooter percentage.
Het aantal vreemdelingen in Limburg was
door de aanwezigheid der mynen grooter dan
in één der andere provincies van ons land-
Het bedroeg 58.949 tegen 36.149 in Zuid-
Holland, dat daarna komt.
BATAVIA, 25 Aug. (Aneta) Het verslag van
het Kantoor van Arbeid over de maand Juli
inzake de werkloosheid geeft aan, dat in totaal
14-766 werkzoekenden by de onderscheidene
arbeidsbeurzen stonden ingeschreven.
De plaatselyke comité's keerden in den loop
van de maand Juli totaal f 64.046.43 uit, ver
deeld over 3.767 steuntrekkers.
In deze cyfers zijn niet begrepen de uitgaven
ten behoeve van in de tehuizen der A. M. V. J.,
Leger des Heils en de R. K. Stichting opgeno
men personen.
De door Burgemeester en Wethouders van
's Gravenhage opgemaakte begrooting voor
1934, welke binnenkort verschijnt, sluit zonder
belastingverhooging.
Wy ontvingen de reeds aangekondigde pu
blicatie van de afdeeling Handel en Nyverheid
van het Departement van Economische Zaken
betreffende de Evenredige Vrachtverdeeling-
Na een overzicht van de totstandkoming van
de wet, de uitvoering en het systeem van de
evenredige vrachtverdeeling geeft het werkje
uitvoerige inlichtingen hoe schipper en ver
lader onder de nieuwe uitvoering van de wet
zullen hebben te handelen.
Naast de handelwyze in gewone bevrach
tingszaken vindt men een beschryving hoe men
heeft te handelen in byzondere gevallen als:
beurtvaart, vaste relaties, campagne vervoer,
tankvaart en vervoer van eigen goederen Ook
het beroep wordt uitgebreid behandeld.
De netto-productie der gezamenlijke steen-
koolmynen in Limburg bedroeg, zooals gemeld,
gedurende de maand J"li: 1.045.298.793 ton. Het
totaal aan'al arbeiders bedroeg op 1 Augustus:
ondergronds 23.392, bovengronds 10.877. totaal
34.269. Het aantal dagen, waarop het bedryf re
gelmatig werd uitgeoefend,, bedroeg gedurende
de maand Juli: Staatsmijnen 26 (Wilhelmina 23),
Domaniale Mijn Maatschappij 25, Mijnen Laura
Vereeniging Laura 17 en Julia 19 Oran
je Nassau Mynen 19, Mynen Willem Sophia 22.
De traditie getrouw zullen wè, nu bovenstaan
de cyfers verschenen zyn eens nagaan hoe zich
de productie der Limburgsche mijnen over de
eerste zeven maanden der jaren 1931, 1932 en
1933 ontwikkeld heeft.
De productie bleef ondanks de crisis stijgende.
Opnieuw moeten wy erop wijzen, dat dit niet
het gevolg i~ van de omstandigheid, als zouden
de Nederlandsche mynen hun productie niet be
perkt hebben. Deze „beschuldiging" is natuurlyk
niet juist. Immers talryke verzuimdiensten wer
den ingelegd en vele ontslagen vielen, doordat
men wegens gebrek aan afzet de productie moest
inkrimpen. Onder normale omstandigheden
zoo moet men het vraagstuk bezien zouden
de productiecyfers onzer mynen, waarin zich
immer een sterken groei afteekende, heel wat
hooger geweest zyn, dan nu. Zeker, de productie
over de zeven eerste maanden van dit jaar over
treft die "i dezelfde maanden van het vorige
jaar met ruim een ton. Maar ten aanzien van
1931 een vermindering van ruim 70.000 en
ten aanzien van 1930 aanzienlyk meer dan een
ton.
Beschouwt men de maandelijksche productie
cyfers, dan zit er wel degelyk een sterke ten-
denz tot dalen in. M i wil het wel eens doen
voorkomen en het is van belang hierop nu te
wyzen als zouden de ontslagen en de verzuim-
In de bijlage is afgedrukt de wet en het
reglement van de commissies, benevens voor
beelden van formulieren en bewyzen.
Een uitgebreid overzicht van de verschillende
commissies is eveneens opgenomen In deze
bijlage treft men onder meer aan de namen
van de commissieleden, adressen, telefoonnum
mers en kantoortijden der commissie, alsmede
een lijst van gemeenten, ressorteerende onder
de verschillende commissies.
In herinnering wordt gebracht, dat het
boekje verkrijgbaar is bij de bevrachtingscom-
missie, agentschappen en bij de Algemeene
Landsdrukkery. voor den prys van 10 cent.
Naar wij vernemen is het boekje Dinsdag
a-s. verkrijgbaar.
AMBOINA, 25 Aug. (Aneta.) Gedurende 1%
etmaal werd hier een record regenval gecon
stateerd.
De stad is gedeeltelijk overstroomd.
Het water drong vele woningen binnen.
Drie groote bruggen zijn weggeslagen, ver
scheidene bruggen werden beschadigd.
De waterleiding functioneert in het geheel
niet, hetgeen gedeeltelijk ook het geval is met
het electrisch licht.
De materieele schade is groot.
In de negory Hative Besar zyn drie personen,
onder wie zich het negorij-hoofd bevond, die
bezig waren met reddingswerk door een aard
storting bedolven.
In de negory Soya werden twee schoolkinde
ren door een aardstorting bedolven.
Het autoverkeer over het geheele eiland is
gestoord.
De stortbuien duren voort.
In de negory Nakoer zijn vier personen door
aardstortingen bedolven.
Een groot gedeelte van de bygebouwen van
de woning van den Gouverneur, o.a. de garage,
is weggeslagen.
De rivieren blijven wassen. Een groot aantal
huizen is door de bandjirs meegesleurd.
De schade van de gemeente wordt getaxeerd
op 100.000.—, die van de bevolking op
50.000.
Hier en daar staan de kampongs anderhalve
meter onder water.
Van buiten de stad wordt gemeld, dat overal
bruggen en wegen zeer zyn beschadigd.
SOLO, 25 Aug. (Aneta.) De bandjir van de
Kali Temoen in het Batoeredjosche vaagde in
Tandjoengsari een, in Saradan een, in Temoen
vyf en in Ngesrep drie huizen weg.
Twee personen zyn verdronken. Veel klein
vee ging verloren.
Donderdagnacht vond in de buurt van Weert
een treffen plaats tusschen grenskommiezen
en een bende smokkelaars die Belgische mar
garine en suiker ons land wilden binnen bren
gen. Aan het bevel om halt te houden gaven
zy geen gehoor en sloegen op de vlucht. De
kommiezen maakten toen gebruik van hun
vuurwapenen, waarbij een dertig-jarige in
woner van Nederweert in den rug werd ge
troffen. In het ziekenhuis te Weert werd de
kogel verwyderd.
De overige smokkelaars wisten te ontkomen.
Donderdagavond maakten wy kennis met een
nieuwe muziekinstrument-combinatie, welke
op initiatief van den heer H. Langerak uit
dienste niet het gevolg zyn van gebrek aan
afzet, maar van de toenemende rationalisatie en
mechanisatie van ons Nederlandsche mijnbedrijf.
Dit is ten eenenmale onjuist, in zooverre men
ontslag en verzuimdiensten uitsluitend aan de
voortschryding der techniek wyt. Ons Neder
landsche mijnbedryf en in het byzonder de par
ticuliere mynen zyn voor den afzet van hun
product op de buitenlandsche markt aangewezen.
Deze buitenlandsche markt is op het oogenblik
voor hen vrywel overal ten deele afgesloten.
Frankryk en België, eertyds de landen, waar
speciaal onze particuliere mynen het van moes
ten hebben, hebben hun grenzen voor het Ne
derlandsche product vrywel hadverwege geslo-
ten.
Gebrek aan afzet werd dan ook de oorzaak
der huidige malaise in ons mynbedryf, welke
nog steeds voortschrijdt^ En die malaise mani
festeerde zich vooral in ontslag aan arbeiders en
door het inleggen van verzuimdiensten. Boven
dien zijn onze myndirecties commercieel te goed
onderlegd, dan dat zy de domme politiek zouden
voeren om ondanks het verlies en belangrijke
verlies! aan afzet in het buitenland, zouden
doorgaan met de productie omhoog te voeren,
althans op peil te houden. De winst aan afzet
op de binnenlandsche markt is vrywel te ver
waarloozen tegen het verlies op de buitenland
sche markt. Trmwens door de totstandgekomen
Steenkolenconventie is uitbreiding van den af
zet voor onze mijnen op de nationale markt
practisch zoo goed als uitgesloten. In dit ver
band mag zelfs worden opgemerkt, dat een actie,
van welke zyde dan ook, om den afzet van het
Nederlandsche product op eigen markt te ver-
grooten, nutteloos is. Wil onze mijnindustrie, als
compensatie voor hetgeen buiten de grenzen ver
loren werd, op de binnenlandsche markt iets
winnen, dan dienen er Regeeringsmaatregelen te
komen, die in welken vorm dan ook onze
mijnindustrie in dezen de helpende hand bie-
Ten aanzien van het aantal mynwerkers bleef
de aftakeling" voortgaan. Het aantal arbeiders,
dat "op 1 Februari 1931 nog 38.690 bedroeg, be
draagt op 1 Augustus 1933 nog maar 34.269 en
op het oogenblik, door het massa-ontslag per 15
Augustus by de Staatsmynen en de Mynen Lau
ra en Vereeniging en enkele ontslagen by andere
mynondernemingen nog slechts 33.914. een ver
mindering in 214 jaar van 4776 man of byna
5000 man. Ruim een jaar geleden, toen de mo-
gelykheid van Regeeringsmaatregelen uitvoerig
besproken werd, voerden de tegenstanders o.a.
aan, dat er toen nog „slechts" 2000 man waren
ontslagen. Nog geen jaar later bedraagt echter
dit getal al byna 5000, wel een bewys, dat de
toestand sindsdien aanmerkelyk verslechterd is.
Utrecht is gemonteerd door den heer Marpe,
orgelbouwer te Amsterdam.
Het geheel bestaat uit een drietal instrumen
ten: accordeon, pijporgel en xylophone.
Deze combinaties, tot stand gekomen door
beide laatste instrumenten, electrisch met de
toetsen van het accordeon te verbinden. De
luchttoevoer voor het klein formaat pijporgel
geschiedt door een kleinen motor, terwyl de
xylophone een rechten vorm heeft.
Het geheel is aldus ondergebracht in een
kastvormig model, waarvoor de musicus plaats
neemt.
Tydens 't bespelen van den accordeon wordt
door middel van voetpedalen automatisch een
of ander instrument ingeschakeld.
En geen wonder, van het laatste jaar dateeren
immers de verscherping der contingenteeringen
in Frankryk en België en de vreemde maatrege
len van Zwitserland jegens onze Nederlandsche
steenkolen. De miserabele toestand van ons
mynbedryf blykt ook nog uit het gemiddeld
aantal werkdagen per maand.
Over de eerste zeven maanden van dit jaar
werd per maand gemiddeld bij alle mijnen 23
dagen gewerkt, voor 1932 bedroeg dit cijfer 23,
en voor 1931 25,2. Alleen voor de particuliere
mynen bedroeg over Juli van dit jaar het ge
middelde cyfer per mijn 18,7. Een dergelijk cijfer
geeft wel een duidelijk beeld der malaise, waar
door vooral de mynwerkers, wier loonen toch
voor hetgeen zy presteeren ten aanzien der loo
nen van andere werklieden te laag zijn, getrof
fen worden. Dit cyfer is voor de arbeiders der
particuliere mynen een gemiddelde loonsverla
ging van niet minder dan 30 pCt.
Waar het ook met onze mijnindustrie heen
moet, weten de myndirecties zelf niet. De toe
stand wordt nog steeds somberder en nergens
zijn gunstiger perspectieven te zien. Dat er hulp
geboden moet worden is zeker. De be
langen der koVpnimporteurs tenslotte wegen toch
niet op tegen die van een vitaal bedryf, als onze
mynindustrie toch is, waar niet alleen 34.u
arbeiders hun dagelijksch brood ver dien
maar waarop een geheele streek des la
honderdduizenden menschen geheel is aang^®
zen. Het is ook een nationaal beïang, dat onze
mynindustrie het hoofd boven water houdt. Zy
heeft, als vitaal bedryf, recht op waardeering en
op steun van Regeering en Volk. De kreet om
hulp, welke uit het uiterste Zuiden komt, wordt
steeds dringender. Wanneer zal men in Den
Haag de hulp die zoo noodig is, gaan brengen?
Kan de aangekondigde wyziging der crisis-
invoerwet in dezen hulp brengen aan onze myn
industrie?
Men weet, dat ook de nieuwe crisis-invoerwet
beoogen zal' overmatigen invoer te beperken en
waar mogeiyk, exportverlies te compenseeren.
Indien men de bepaling van overmatigen in
voer als in het verleden op den voorgrond stelt,
dan zal onze myn-industrie ook met de wyzi
ging niet geholpen zyn. Men kan in ons land
moeilyk spreken van een overmatigen invoer,
al moet worden toegegeven, dat de invoer van
vreemde steenkool op het oogenblik, nu onze
nationale mijnen in de behoeften des lands
zouden kunnen voorzien, te hoog is.
Wanneer men echter voor onze mynindustrie
weer den klemtoon legt op de tweede bedoeling,
dan zal zy ongetwyfeld van nut zijn voor de
industrie, die toch, als boven betoogd, belang-
rijke export-verliezen te boeken heeft.
Onder voorzitterschap van den heer L. F.
Guit was het hoofdbestuur van den Ned. R.K.
Bond van Overheidspersoneel „St. Paulus" Don
derdag jX in buitengewone vergadering te
Utrecht bijeen ter bespreking van de voorstel
len der Regeering, inhoudende, een nieuwe kor
ting op de loonen en salarissen van het Rijks
personeel.
Met groote teleurstelling werd van den in
houd dezer voorstellen kennis genomen, vooral
omdat in voorafgegane jaren reeds belangrijke
offers door het Rijkspersoneel werden gebracht.
Overeenstemming werd bereikt ten opzichte
van het standpunt, in te nemen by de bespre
kingen in de R.K. Centrale van Burgerlijk
Overheidspersoneel, waarvan „St. Paulus" deel
uitmaakt en welke besprekingen in de volgende
week zullen plaats vinden.
Op deze hoofdbestuursvergadering volgde in
den namiddag een vergadering van afgevaar
digden van de centrale groep Rijkspersoneel van
„St. Paulus". By de daar gevoerde besprekingen
werden de grondgedachten en de practische
beteekenis der regeeringsvoorstellen aan ern
stige critiek onderworpen, terwyl daarnaast bij
zonder werd gewezen op de positie van hen, die
behooren tot de lagere groepen van het Ryks-
personeel.
De beraadslagingen leidden tot algeheele
overeenstemming tusschen bondsleiding en a
gevaardigden.
Vrijdagavond tegen twaalf uur is op den
Sloterstraatweg te Amsterdam, een zeer
ernstig ongeluk gebeurd, toen de ongeveer 50-
jarige H. Sten, die met een autobus van lyn
G. huiswaarts keerde, onder het ryden wilde
afstappen zonder te voren den bestuurder van
de bus van zijn voornemen op de hoogte te
hebben gesteld. In de meening, dat de tree
plank welke volgens voorschrift opgeklapt moet
zyn voor hem was neergelaten, wilde Steen
afstappen. Hij kwam te vallen, met het droevige
gevolg dat een der achterwielen zijn schedel
verbry'zelde. Zyn lyk is naar het Binnengasthuis
overgebracht.
Een niet alledaagsch voorval deed zich te
Bellen voor, aldus bericht de „Telegraaf". De
voerman H. Zinger uit deze gemeente reed met
paard en wagen naar het veen om voor een in
woner uit Beilen een vracht turf te gaan halen.
Naby Hooghalen werd 1)Ü plotseling aangevallen
door een groote zwerm byen, welke zich voor
een deel neerzette op zyn hoofd. De man werd
zoo toegetakeld, dat hy bewusteloos aan den
weg bleef liggen. De zwerm viel ook het paard
aan. Kermende van pyn zeeg het dier neen
Voorbygangers riepen onverwyid medische hulp
in. De geneesheer-directeur van „Beileroord
gaf last den voerman onmiddellyk over te bren
gen naar het Wilhelminaziekenhuis te Assen.
Het paard is per vrachtwagen vervoerd. Ver-
moedelyk moet het dier worden afgemaakt.
Te Nieuw Weerdinge werd een inval gedaan
in de woning van den arbeider B-, die ervan
verdacht werd sterke drank te bereiden. Een
volledig distilleertoestel en een hoeveelheid
1 sterke drank werden in beslag genomen.
Aan de statistiek op de kerkelyke gezindte
der Nederlandsche bevolking, door het Centraal
Bureau opgemaakt uit de resultaten der volks
telling ontleenen wy, dat de percentages van
het aantal tot geen kerkelijke gezindte behoo
renden bedragen in:
Limburg: 1.03
Noord-Brabant: 1.12
Gelderland: 6.13
Zeeland: 6.25
Drenthe: 11.29
Utrecht: 11.59
Overyssel: 11.69
Zuid-Holland: 16.45
Groningen: 21.48
Friesland: 23.17
Noord-Holland: 28.51
Naar groepen van gemeenten zijn de cyfers:
voor gemeenten met:
500 en minder inwoners: 2.99
5011000 inwoners: 2.76
1001—2000 2.95
2001—5000 4.82
5001—10.000 7.17
10.001—20.000 11-76
20.001—50.000 16.27
50.001—100.000 12.90
meer dan 100.000 inwoners: 27.59
Gelyk wy reeds publiceerden bedraagt dit
cyfer voor het Ryk 14.42
Hieronder volgen de indexcijfers van de werk
loosheid, zooals deze berekend zyn door het
Centraal Bureau voor de Statistiek. Deze cyfers,
weergevende het percentage werkloosheidsdagen
van het aantal dagen, dat gewerkt had kunnen
worden, indien geen werkloosheid ware voor
gekomen, zijn in hoofdzaak berekend uit op
gaven nopens georganiseerde, tegen werkloos
heid verzekerde personen: de ongeorganiseerden
vallen bijna allen buiten het onderzoek.
Het totaal aantal personen, van wie de werk
loosheid is nagegaan bedroeg in Juni 1933 rond
521.000, waaronder 513.000 tegen werkloosheid
verzekerden: het aantal werkloozen onder hen
bedroeg rond 144.100, waaronder 143.100 ver
zekerden.
Diamantindustrie 72.9 85.5 81.7
Drukkersbedrijven enz. 16.2 12.9 15.8
Bouwbedryven enz. 25.- 29.8 25.8
Houtbewerking enz. 33.- 30.6 34.-
Kleedingindustrie 102 92 91
Lederindustrie 108 10-7 10-5
Steenkolenmynen 14'~ 7.7 10.-
Metaalind., scheepsbouw 34.8 35.1 35.9
Textielnyverheid 2*-4 27-9 28.6 1)
Voedings- en genotm.
bedrijven 16.4 13.7 17.5
w.o. tabak- en sigarenind. 24.2 20.3 26.4
Visschery 21.3 23.- 30.2
Handelsreizigers 1.8 1.- 1.3
Verkeerswezen 2) 27.- 16.5 28.4
Handels- en Kantoorbed. 10.7 9.- 11.-
Toonkunstenaars 24.3 23.4 26.9
Overige klassen
(vnl. fabrieksarb.) 20.9 20.1 22.3
Totaal 23.7 23.-
(Tot. excl. Diamantind.) (23.2) (22.4)
(Totaal industrie) (24.8) (26.1)
1) onvolledige opgaven.
2) Excl. havenarbeidsreserve.
25.-
(24.4)
(26.2)
By K. B. is, met dankbetuiging voor de door
haar bewezen belangryke diensten, ontbonden
de Staatscommissie aan welke werd opgedragen
het onderzoeken van de vraag, of en, zoo ja,
in hoeverre en door welke oorzaken in den
land- en tuinbouw een wanverhouding bestaat
tusschen de bodempryzen en productiekosten
eenerzyds en de opbrengst der producten an-
derszijds. Aan Ir. J. Wind te Ambt-Hardenberg
en aan mr. H. J. J. Scholtens te 's Gravenhage,
secretarissen van voornoemde commissie, is als
zoodanig eervol ontslag verleend.
