Von Neurath over ontwapening Geest van Versailles heerscht Het contraproces te Londen Slf Pruisische Staatsraad geopend St. Willibrord Het nieuws van heden POLITIEK SCHAAKSPEL REDE VAN GOERING HOLLANDSCHE GETUIGEN GEHOORD DE BAROMETER VEREENIG DE KATHOLIEKE PERS ZATERDAG 16 SEPTEMBER 1933 ZES EN VIJFTIGSTE JAARGANG No 18480 BUREAUX: NASSAULAAN 51 ltL. 13866 ABONNEMENTEN: Voor Haarlem en Agentschappen p. weet 25 cent; per kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal f 3.58 bij vooruitbetaling DACBLAD UITCECEVEN DOOR DE N.V. DRUKKERIJ DE SPAARNESTAD, HAARLEM - TELEFOON 13866 N. V. Ned. Verzek. -Maatschappij Utrecht Catharijnesingel 48 Hoofdinspectie Amsterdam Adm. de Ruijterw. 242. Tel. 82797 Kapitaal- en Volksverzekering GVSTAAF ADOLF VEROVERT TANGERMÜNDE Ter gelegenheid van het 1000-jarig bestaan van Tangermünde werd een openluchtspel opgevoerd, dat de verovering der stad door Gustaaf Adolf in beeld bracht. De burgemeester overhandigt de sleutels der stad aan den overwinnaar Een alternatief: Verwerkelijking der rechtsgelijkheid of ineen storting der ontwapenings idee De strijd met Oostenrijk t mBStm mm Von Neurath Het Oostenrijksche probleem Duitschland ziet met vertrou wen de toekomst tegemoet Het is ontoelaatbaar, dat een meerderheid een volk regeert, want steeds hebben minder heden het lot van een volk bepaald" Een nieuw wapen voor Pruisen Van der Lubbe maakt den indruk niet afkeerig te zijn van het fascisme Het rapport bevestigd Freek van Leeuwen Belangrijke verklaring Verklaringen van Grzesinski en Georg Bernhardt Zij, die zich tegen 1 October op ons blad abonneeren, ontvan gen de tot dien datum verschij nende nummers gratis. REDE VAN VON NEURATH OVER DUITSCH LANDS BUITENLANDSCHE POLITIEK. DIT NUMMER BESTAAT UIT ZESTIEN BLADZIJDEN ONTVANGLAMPEN VANAF F 2.50 N.V. Gloeilampenfabriek „Radium" Het Weeriiiii,|>|iii>'i»i«'>i»,»ii»»iiiiiiiiiii>»u'i Het incident te Kam- tsjatka H. J. v. d. MEER, Schagchelstraat 7 NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT BERLIJN, 15 Sept. De rijksmi nister van buitenlandsche zaken, von Neurath, heeft heden voor ver tegenwoordigers van de buiten landsche pers een zeer belangrijke rede gehouden. De Duitsche delegatie aldus begon Von Neurath zijn rede zal over eenige dagen naar Genève vertrekken. Wy staan in het tee lten van het herleven der activiteit op het ge bied der internationale politiek. Bij het ver vullen van Uw taak over Duitschland en Duit sche verhoudingen verslag uit te brengen kan ik U steunen, wanneer ik tot U juist nu nog maals over de richtlijnen van de Duitsche bui tenlandsche politiek spreek Ik hoop, dat daar door vele misverstanden en dwalingen uit den weg geruimd worden en dat men in het buiten land onze buitenlandscheh politieke voorne mens en doeleinden beter begrijpen zal dan dit tot dusverre het geval is geweest. Wanneer wij het oog richten op de groote internationale problemen, kunnen wij niet anders dan een bijna volkomen stagnatie constateeren. De pogingen tot internatio nale samenwerking zijn >n de laatste maan den voornamelijk onvruchtbaar gebleken. De laatste oorzaak van dezen toestand is het feit, dat de geest van Versailles nog ver-gaand de politiek beheerscht. Veertien jaar lang zijn de overwinnende mogendhe den den regeeringen van Duitschland met theoretische sympathiebetuigingen tegemoet getreden. Practisch liep haar politiek ech ter daarop uit, Duitschland in de boeien van Versailles vast te houden, het tot her- zienbaar verklaarde verdrag onherzienbaar te maken en de ongelijke behandeling van Duitschland te vereeuwigen. Men wil ook thans nog Duitschland met twee maten meten. Het buitenland moet eindelijk begrijpen, dat het Duitsche volk het recht heeft zich tegen den geest van Versailles met alle krachten te weer te stellen. De rijkskanselier heeft op 17 Mei uiteenge zet in welken zin met welke methoden en met welke doeleinden wij dezen strijd voeren wil len, opdat de lange periode van politieke dwa lingen eindelijk worde beëindigd. Ik kan slechts met spijt constateeren, dat het op vele plaat sen in het buitenland tot dusverre aan de juis te waardeering der richtlijnen van onze buiten landsche politiek ontbreekt, welker kernpunt is, dat Duitschland den vrede wil. In de laatste maanden heeft het niet aan in ternationale politieke werkzaamheid ontbroken. De zomer heeft een reeks nieuwe verdragen ge bracht. Het politieke beeld van Europa is daar door echter niet werkelijk veranderd. Een ont spanning kan slechts tot stand gebracht wor den door maatregelen, die werkelijk de groote buitenlandsche politieke problemen ter hand nemen. Uit dit inzicht is ontstaan het ver ziende initiatief van Mussolini, dat geleid heeft tot onderteekening van het viermogendheden- pact. Duitschland heeft het pact ondertee kend om geen middel onbeproefd te la ten, dat zou kunnen bijdragen tot het doen baanbreken van een vruchtbare periode der ontwikkeling De beteekenis van het pact zal afhangen van den geest zijner toepassing. Uiterst sceptisch moet men in dit opzicht weliswaar zijn ten opzichte van den stand der ontwapeningskwestie. Ondanks de concrete uit eenzetting van onze eischen in de rijksdagrede voering van 17 Mei, ondanks het bewezen te gemoetkomen is sindsdien van den kant van de tegenover ons staande mogendheden gee nerlei vooruitgang merkbaar geworden. Het Duitsche protest niet achtend is de ontwape ningsconferentie zonder eenig positief resultaat voor maanden verdaagd. Wij zyn reeds ingegaan op de tijdens de on derbreking door president Henderson ingelei de onderhandelingen. Maar ook thans vermo gen wjj teekenen voor het spoedige tot stand komen van een bevredigende oplossing nog niet te zien; integendeel: de bereidwilligheid van de sterk bewapende staten om hun ontwape ningsverplichting na te komen schijnt thans geringer dan ooit te zijn. Men tracht deze houding te rechtvaardigen met de bewering dat Duitschland wil herwa penen. Dat is niets anders dan een bewuste vervaging van het feit, dat Duitschlands doel alleen is de opheffing van den tegen woordigen toestand van eenzijdige weerloosheid. Wij heb ben onder nauwkeurig gedefinieerde voorwaar den de door de tegenpartij geëischte verande ring van de ons in het verdrag van Versailles opgelegde legerinrichting geaccepteerd. Wij hebben verklaard, dat wij geen massaverbod afwijzen, wanneer dat toepassing vindt op alle mogendheden. Wij hebben ons verder bereid verklaard dan van het toewijzen van aanvals wapenen geheel afstand te doen. wanneer de bewapende naties van haar kant binnen een bepaalde tijdsruimte deze wapenen vernieti gen en door een internationale conventie het verdere gebruik der wapenen verboden wordt Wij hebben slechts geëischt. dat voor zoo ver wapenen aan andere mogendheden blijven ver oorloofd, de wapenen der verdediging niet aan Duitschland alleen verboden mogen worden. Daarbij hebben wij in uitzicht gesteld, van deze gelijkstelling van rechten slechts gebruik te maken in een dcor onderhandelingen vast te stellen omvang. Tenslotte hebben wü ons Y-gSgïg W/S' t .ffs 1 accoord verklaard met de internationale con trole der bewapeningen, voor zoo ver deze voor alle staten gelijkelijk werkzaam is. Ja wij hebben zelfs aangeboden bij gelijke bereidwil ligheid der andere staten onze politieke orga nisaties mede aan deze controle te onderwer pen teneinde haar onmilitair karakter voor de geheele wereld te bewijzen, Is dat een herbewapening van Duitsch land? De sterk bewapende staten oewape- nen verder en in plaats van over hun ont wapening spreken zij van hun veiligheid. Men wil zonder te beginnen met een ef fectieve ontwapening eerst de contröle op bouwen. Ja, vele buitenlandsche persorganen schij nen zelfs de gedachte te willen propageeren, dat de ontwapende staten voor alle verdere stappen in de ontwapeningskwestie moeten worden onderworpen aan een soort voorcon- tröle. Dat is een verschuiven van het ontwa peningsprobleem. De verwerkelijking van zulke plannen zou een volslagen onmogelijkheid zijn. Wie is er dan bedreigd? Duitschland! Alleen in het buitenland spreekt men over oorlog. In Duitschland denkt niemand aan oorlogsverwikkelingen. Duitschland eischt vei ligheid en rechtsgelijkheid. Het wenscht niets anders dan zijn onafhankelijkheid te bewaren en zijn grenzen te kunnen beschermen. Is het fair te leuren met de bewering dat het de nieuwe Duitsche regeering er slechts op aan komt Duitschland in een eerste rustperiode bang genoeg te maken om dan te kunnen over gaan tot openlijke geweldpolitiek? Wanneer men gelooft met zulke argumenten de heer schappij der overwinnaars over de overwonne nen te kunnen vereeuwigen, moet ik met alle beslistheid verklaren, dat Duitschland weigert een dergelijken toestand verder te verdragen Het is geen goede politiek, wanneer vreemde landen steunende op hun sterke legers, vloten en luchteskaders tot het ontwapende en van verdedigingsmiddelen beroofde Duitschland spreken op onderwijzenden toon. Daarmede zullen zij in Duitschland geen gehoor vinden. Laat men daarom eindelijk het ontwapenings probleem zelf aanvatten. De hoogbewapende staten hebben het minst recht te decreteeren, wat als ontwapening te gelden heeft. Veeleer komt het er op aan, wat Duitschland en den anderen ontwapenden staten als ontwapening voldoende is. Er bestaat ten slotte slechts dit ééne alternatief: verwezenlijking van de rechts gelijkheid of ineenstorting van de geheele ont wapeningsidee, voor welker onafzienbare ge volgen niet Duitschland de verantwoordelijk heid zou dragen. Ik zou het slechts kunnen betreuren, wanneer men de methode van het meten met twee maten eventueel ook zou willen toepassen op de kwestie van de Duitsch- Oostenryksche betrekkingen. Men neemt in het buitenland veelvuldig het air aan er verontwaardigd over te zijn, dat de binnen- landsch politieke ontwikkeling van Oosten rijk niet zonder uitwerkingen is gebleven op de verhouding van het rijk tot Oosten rijk. Men wil in dit feit zelfs een ontoe laatbare inmenging zien van het rijk in de binnenlandsch politieke verhoudingen van een anderen staat. Van vele plaatsen uit zijn de economische en financieele nooden van Oostenrijk 14 jaar lang uitge buit geworden om het met politieke boeien te binden. Oostenrijk is voor vele staten klaarblijkelijk slechts een interessante fi guur in het politieke schaakspel van Europa. Voor ons Duitschers is het pro bleem van Oostenrijk van anderen aard. Wij zien in het Duitsche volk van Oostenrijk een deel van ons eigen volk. Niemand kan daarom van ons verwachten, dat wij onver schillig toezien bij de ontwikkeling dei dingen in Oostenrijk, of dat wij sympathisoeren met een Oostenrijksch regiem, waaronder juist dat ontkracht wordt, wat het Duitsche volk thans met nieuwen moed en nieuw vertrouwen ver vult. Met welk recht wil men het dan toch internationaal verdedigen, wanneer de bewe ging, die het geheele Duitsche volk met ele mentaire kracht gegrepen heeft en derhalve vanzelfsprekend ook de bevolking van Oosten rijk In haar ban moest trekken, daar met de middelen van het geweld gehinderd wordt in haar vrije ontplooiing? De nationaal-socialis tische beweging In Oostenrijk eischt niets wat haar niet volgens alle principes van de ware democratie toekomt. zy is vastbesloten, ook wanneer zy het haar toekomende aandeel in de macht heeft de Oostenryk opgelegde in ternationale banden in vollen omvang te res pecteeren. De ryksregeering denkt er niet aan zich te mengen in de binnenlandsche politieke verhoudingen van Oostenrijk. Juist omdat wy overtuigd zün, dat de Oostenryksche ontwik keling slechts den weg kan gaan, die door het feit van het Deutschtum der Oostenryksche bevolking bepaald wordt is het voornemen van een gewelddadige inmenging of eenigerlei in breuk op verdragsverplichtingen verre van ons. wy moeten echter eischen, dat ongerechtigde inmengingen van andere landen in de con flicten tusschen Duitschland en Oostenryk uit blijven. Hoe eerder men in het buitenland in zien zal, dat volksbewegingen niet door poli tieke grenzen ingedijkt en niet door politie maatregelen onderdrukt kunnen worden, hoe eerder de baan vry zal worden voor een aan de natuuriyke wetten beantwoordende en dan geheel Europa te hulp komende stabiliseering van den binnenlandschen toestand van Oos tenryk. Hoe weinig verheugend de totaaltoestand van de Europeesche politiek thans moge schynen, Duitschland ziet met vertrouwen de komende ontwikkeling tegemoet. Rust en vertrouwen zul len eerst weerkeeren, wanneer de discriminee ring van Duitschland en de andere ontrechte staten opgeheven is. Door deze waarheid zul len ook alle vooroordeelen tegen het nieuwe Duitschland, geiyk die klaarbiykeiyk nog veel vuldig bestaan, vergaan. Zoo twyfel ik er niet aan, dat by voorbeeld het onzinnige gepraat van het buitenland over zuiver binnenlandsche Duitsche zaken, geiyk de zoogenaamde Joden kwestie, snel zal verstommen, anneer men inziet, dat de noodzakeiyke zuivering van het openbare leven wel voorbij gaat, In enkele ge vallen persoonlijke hardheden met zich kon meebrengen, maar dat zy toch slechts daartoe diende om in Duitschland de heerschappij van recht en wet des te onwrikbaarder te vestigen. Het buitenland zal ook ophouden het oor te leenen aan de leugenberichten van de Duit sche emigranten, ophouden hun bronnenver- giftiging te begunstigen en aandacht te schenken aan de treening van lieden, die treuren om een Duitschland, waarin zij zichzelf op kosten van het volkswelzijn invloed konden verschaffen. In plaats daarvan zal men het Duitschland van heden leerei kennen: Een trotsch, onafhanke lijk, vredelievend Duitschland, een Duitschland, dat weliswaar de andere landen niet zal beoor- deelen naar leege sympathiebetuigingen, maar naar hun handelingen, dat echter steeds bereid is tot oprechte samenwerking. Zoo ben ik er van overtuigd, dat de be proefde vriendschappeiyke betrekkingen tus schen Duitschland en de Sowjet Unie ook in den vervolge vruchtbaar zich zullen ontwikke len. Hetzelfde geldt voor de verhouding van Duitschland tot al de andere landen die van goede wille zijn. Zoo zal algemeen d- opvatting van Mussolini instemming vinden: Duitsehlanu is er in het hart van Europa met zyn geweldige bevolking van 65 millioen menschen. me' zijn geschiedenis, zyn cultuur, zyn behoeften. Een waarachtig Europeesche politiek met het doel den vrede op te richten, kan men niet voeren zonder en nog minder tegen Duitchiand. BERLIJN, 15 Sept. (W. B.) In de aula van de universiteit heeft vandaag met groote plechtigheid de opening van den Pruisischen Staats raad plaats gehad. Reeds vroeg bestond er groote belangstelling voor het oprukken van de eerewacht van S. A.- mannen, die door den Pruisischen premier Göring. uitgekozen nieuwe vaandels meedroe gen, Prins August Wilhelm, een zoon van den ex-keizer, deed voor het eerst dienst in zijn nieuwe functie van Ober ruppenführer, veld maarschalk Mackensen verscheen in uniform der doodskophuzaren. In de aula bevonden zich verder leden van het corns diplomat que, mi nisters, officieren der rijksweer enz. Nadat ny de eerewacht had geïnspecteerd, trad Göring de zaal binnen, in gezelschap van Rö m, chef van den staf der nationaal-socialistische partij. De premier nam daarop het woord voor zyn openingsrede, waarin hy verklaarde, dat de dag van heden verkondigt, dat ook uiteriyk het parlementarisme is gestorven en vernietigd. De revolutie is begonnen met het parlementarisme en pacifisme te ver nietigen. Wie regeerde Duitschland? vroeg Göring. Partyen en parlementen. Het was daarom de taak der nationaal-socialistische LONDEN. 15 Sept. (v.d.) Aan de Interna tionale Commissie van Juristen is heden over gelegd sen rapport, samengesteld door drie leden van de Commissie in Neder'and, waar in aanwijzingen worden gegeven omtrent het karakter, ae antecedenten en de relaties van Marinus var. der Lubbe. zyn relaties tot de communistische party en zyn kortstondige connectie met de nationaal-socialistische oe- weging worden daarin bevestigd. Verklaard wordt, dat Van der Lubbe niet zelf den brand kan hebben gesticht, ondanks de bewering, dat hy bekend heeft. Dit rapport werd heden bevestigd door de drie Nederiandsche getuigen, die vandaag zyn gehoord. De eerste Nederiandsche getuige, de 57-ja- rige rietvlechter W. van Zanten uit Den Haag. verklaarde, dat Van der Lubbe een tegenstan der van net communisme was en sympathiek stond tegenover het fascisme. Uit brieven van den broer en de schoonzuster van Van der Lubbe is gebleken, dat hy nooit lid is geweest revolutie het systeem van het parlementa risme en de meerderheid uit te roeien. Het is ontoelaatbaar, dat een meerderheid een volk regeert, want in de wereldgeschie denis waren het steeds slechts mannen of minderheden, die het lot van een volk be paald hebben. Indien er in Duitschland steeds parlementen waren geweest, zou thans het Duitsche volk niet meer bestaan. Het nationaal-socialistische staatsbestel, zoo als het biykt uit den staatsraad, wil bewyzen, dat arbeid het eenige goede stelsel is; de staatsraad is de basis van de nationaal-socia listische grondwet. Spreker herinnerde er aan, dat juist 71 jaar geleden door Bismarck een begin werd ge maakt met het parlementarisme in Pruisen. Het Duitsche parlement van voor den oorlog heeft bewezen, dat het onbekwaam is, om een volk naar grootheid te voeren. De geschiedenis van het parlementarisme na den oorlog, was ae donkerste periode, die ons volk heeft doorge maakt, aldus de premier. Op 30 Januari van dit jaar hebben we eindelyk die zwarte blad zijden uit het geschiedenisboek kunnen scheu ren. In tegenstelling met de oude parlementaire methoden is de staatsraad echter gebaseerd op het leidersbeginsel. De staatsraad kan niet stem men, vervolgde Göring, hy moet medewerken en de verantwoordelykheid draag ik alleen. De premier zette vervolgens uiteen door welke overwegingen hy zich heeft laten leiden by de keuze der leden. In de eerste plaats de oude kameraden uit den stryd der laatste tien jaren; daarom zyn de chef van den staf der S. A. en de leider der S. S. benoemd. Daarnaast werd gelet op de bijzondere begaafdheid en prestatie, de belangen van den landbouw, de wetenschap pen en van den staat in het a'gemeen en onder de vertegenwoordigers van die belangen zijn weer vele oude kameraden, die jarenlang mid den in de beweging staan. Ten slotte deelde Göring mede, dat Pruisen een nieuw wapen neeft gekregen. De Pruisische adelaar, waaraan men in 1918 zyn afweermid delen heeft ontnomen, heeft thans weer het zwaard en de bliksemstralen in zyn klauwen en een hakenkruis op de borst. Vervolgens overhandigde hij de benoemingsoorkonden aan de verschillende leden en beëedigde hen. van de communistische party of van eenige andere politieke party in Nederland. Het was getuige gebleken, dat Van der Lubbe, met wien hy op een vergadering te Den Haag heeft ge sproken, het met zyn opvattingen niet eens was. Men had getuige gewaarschuwd, dat Vsn der Lubbe fascist was. Van Zanten had ge poogd van der Lubbe te overtuigen, maar Van der Lubbe had geantwoord, dat hy die po gingen maar moest staken, daar het hem toen niet zou gelukken. Na Van Zanten werd de 28-jarige letterkun dige Frederik van Leeuwen, wonende te Den Haag, gehoord. Hy verklaarde, dat hy in 1927 met Van der Lubbe heeft kennis gemaakt °n dat hy hem daarna vrijwel dagelijks heeft ontmoet, zonder dat er een byzonder vriend schappelijke verhouding ontstond. Hij heeft samen met Van der Lubbe eenigen tyd in een café aan de Uiterste Gracht te Leiden ge woond. Zijn indruk was, dat Van der Lubbe abnormale neigingen had, welken indruk hy steeds heeft behouden. Frederik van Leeuwen verklaarde verder, dat Van der Lubbe tot 1931 lid van de communis tische parnj is geweest en dat hij verscheidene- malen Duitsch'and heeft bezocht. Op een vraag van mevr. mr. Bakker-Nort antwoordde ge tuige, dat Van der Lubbe zyn laatste reis naar Duitschland heeft gemaakt kort voor Februari van dit jaar, toen hem was medegedeeld, dat zyn pas weldra zou afloopen. Van der Lubbe had daarbij gezegd, dat de tyd voldoende was. Get. zeide, dat volgens een verklaring van hun hospita, mej Van Zijp, de Duitsche reizen van Van der Lubbe gewoonlijk samenvielen met oe oogenblikken, waarop hij het meest om geld verlegen was. De hospita' had hem ook ge sproken van een spion, die haar huis had be zocht om de reden te ontdekken, waarom van der Lubbe niet langer yverde voor de commu nistische party. Als laatste Nederiandsche getuige werd daar na gehoord de 33-jarige fondsbode W. Plas- meyer te Leiden. Deze deed mededeelingen om trent een vergadering van den Nederlandschen Fascistenbond te Leiden, waar Baars als spre ker optrad, en waar Van der Lubbe moet heb ben verklaard, dat de aanwezigen in de ver gadering, die hij tot stilte aanmaande, mets van het fascisme begrepen en dat er veel moois inzit. Getuige Plasmeyer had den indruk dat Van der Luboe niet afkeerig was van hel fascisme. LONDEN, 15 Sept. Hedenmorgen zyn de ver- hooren door de internationale commissie van juristen, die een onderzoek instelt naar de oor zaken van den brand in het Rijksdaggebouw te Berlyn, voortgezet. De vroegere Pruisische minister van binnen landsche zaken en hoofd van de Berlijnsche politie dr. Albert Grzesinski. verklaarde, dat indien hy had gehoord van een dreigenden aan val op het Ryksdaggebouw, hy zeker alle maat regelen zou hebben genomen. Hy zou niet ge aarzeld hebben de personen, die van den aan slag verdacht werden, te arresteeren en zou een scherpe bewaking van het Rijksdaggebouw heb ben ingesteld. Hij noemde het een sprookje, dat het Karl Liebknechthaus, dat in de nabyheid van het Rijksdaggebouw was gelegen, door de communisten zou zyn gebruikt als opslagplaats van brandstoffen om het Ryksdaggebouw in brand te steken. De volgende getuige was de bekende Duitsche journalist prof. Georg Bernhardt. Deze gaf een uiteenzetting van den politieken toestand in Duitschland op het tijdstip dat de brand in het Ryksdaggebouw plaats had. BERLIJN, 15 Sept. (V.D.) Tydens een de monstratie van Nat. Soc. Duitsche juristen ver klaarde dr. Frank in verband met het contra proces inzake den brand in den Rijksdag, te Londen, dat de Duitsche juristen verontwaar digd zijn over de veronderstelling, dat eenigerlei gebeurtenissen zyn voorgekomen om in dit brandstichtersproces niet volkomen den be klaagden alle rechten te doen wedervaren. Wy spreken ons uit voor den rechtsstaat en nie mand ter wereld is bevoegd dit te bestrijden. Wie toch gelooft, dit te kunnen doen, moge zien in Duitschland persoonlijk van de heerschende omstandigheden komen overtuigen. In verband hiermede deelde dr. Frank mede. dat hy voor den Leipziger juristendag een reeks prominente juristen heeft uitgenoodigd. Verder werd nog verhoord dr. Breitscheid, de vroegere leider der Duitsche Socialistische Pruisische Staatsraad plechtig geopend. De meening van mr. Francois Pauwels over het Proces-van der Lubbe. Verwacht wordt de benoeming van jhr. Tjarda van Starkenborgh Stathouwer tot gezant te Brussel. De Eerste Kamer aanvaardde het wetsontwerp to* beperking van buitenlandsche studenten met 25 tegen 9 stemmen. Het Uniformverbod z.h.s. door de Eerste Kamer aangenomen. Wetsontwerp ingediend tot regeling van het verrichten van arbeid in loondienst door vreem delingen. Massa-ontslag bij de Staatsmynen. Ernstig auto-ongeluk te Neunkirchen; twee Nederlanders gedood. Het drama te Muiden; mr. Loeff aangewezen als verdediger van den fotograaf. De inbreak in het Station te Purmerend; ver dachten in hooger beroep voor het Amster- damsche Hof. O Verwachting: Meest zwakke wind uit Zuidelijke richtingen, nevelig tot licht of half bewolkt, waarschijnlijk droog weer, iets warmer. Er Verdere vooruitzichten: weinig of geen EE regen, zacht. party. Breitscheid verklaarde, dat het zeer on- waarschynlijk is, dat de communisten net Ryks daggebouw in brand hebben gestoken. Hy was er van overtuigd, dat Torgler onschuldig is. De wyze, waarop de nationaal-socialisten den brand by hun verkiezingscampagne hebben ge ëxploiteerd, vestigt den indruk, dat den com munisten geen schuld treft. MOSKOU, 15 Sept. De leden der kustwacht van het roode leger, welke te Kamtsjatka zyn gestationneerd, en die in Juni drie Japanscne visschers hebben gedood, zyn thans veroor deeld. Peter Kudin, de commandant van de kustwacht, kreeg acht jaar gevangenisstraf en drie anderen ieder vyf jaar. en SCHOTERWEG boek GEN. CRONJéSTRAAT geeft de hoogste korting op RADIO-RECORD-LA MIEN Stand op Zaterdag S uur vun.: 768. Vorige stand 769.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 1