it
ASPIRIN
Onweer in den ouden tijd
Gandhi en Britsch Indië
„Ons vertrouwen
ongeschokt'
EEN MACHTIGE
MAANDAG 18 SEPTEMBER
aastcm
Het werk gaat voort
Felle loonstrijd te
Culemborg
Waarheen wil de
Mahatma?
R.K. RIJKSKIESKRING-ORGA
NISATIE „HELDER"
Jaarverslagen
Bedrijfsraden en het
platteland
Beslag op veilinggelden enz.
Bescherming hypotheekboeren
Wijziging Invaliditeits- en
Ouderdomswet
Verkiezingen
Verkiezing Hoogheemraadschap
Rondvraag
Circulaire der Lutine-bergers aan
de aandeelhouders
Conflict in de sigarenindustrie
UIT DEN OMTREK
DRIEHUIS
HET INT. LANDBOUW-
INSTITUUT TE ROME
Medewerking der Ver. Staten van
Noord-Amerika
Bovengenoemde organisatie vergaderde Za
terdagmiddag in hotel „Het Gulden Vlies" te
Alkmaar, onder voorzitterschap van den heer
H. Pluitman uit Enkhuizen. Deze opende met
gebed en heette de vele afgevaardigden en spe
ciaal de Kamerleden, Ch. v. d. Bilt, Mr. van
Hellenberg Hubar en Jac. Groen van harte
welkom, welke laatsten hij gelukwenschte met
hun benoeming.
Spr. herinnerde aan de voorbije verkiezingen
en aan de nieuwe problemen op staatkundig
en godsdienstig gebied, welke nadien onze aan
dacht opeischen. Zij, die geroepen zijn verant
woordelijkheid te dragen, hebben een bijna on
mogelijke taak, die verre van benijdenswaardig
is: zij die het roer van staat in handen heb
ben en hun gaven in dienst van volk en staat
hebben gesteld, verdienen onze waardeering en
opbouwende critiek, waarmee ze alleen geholpen
zijn.
Vervolgens wees spr. op het fascistische ge
vaar in ons land, dat het partijbestuur reeds
onder de oogen heeft gezien; de komende 4-ja
rige periode zal de R. K. Staatspartij toonen,
dat het parlementaire stelsel recht van be
staan heeft. De R. K. Staatspartij heeft begre
pen in dezen tijd doelbewuste leiding te moe
ten geven, willen wij niet blootgesteld worden
aan het element van moedwil en dictatuur.
Spr. ontvouwt het werkplan van de partij
ën de middelen om tot verdieping van het
staatkundig inzicht te komen. De kieskring
„Helder" is reeds begonnen met de kernvor
ming en gaat daarmee door.
Het partijbestuur vraagt medewerking en
vertrouwen, opdat onze R. K. Staatspartij blij-
ve een bolwerk voor veiligheid en gezag, vrij
heid en recht. (Applaus).
De secretaris, de heer H. Nolet, van War-
menhuizen bracht het jaarverslag uit, dat
sprak van een werkzaam verleden; de verkie
zingen eischten veel werk; het kringbestuur
verspreidde 26000 plakbiljetten „stemt v. d.
Bilt", 100.000 strooibiljetten, 20.000 proefstem-
biljetten, 248 offiches en 185725 vlugschriften.
Hulde bracht spr. aan het partijsecretariaat,
dat ondanks de vervroegde verkiezingen op tijd
met alles gereed was. Er werden in dezen kies
kring drie comité's gevormd, waarvan 1 regle
mentair, 1 werd tijdig gestuit en het ander
bleef zonder resultaat. Er werden met succes
zes politieke landdagen vóór de verkiezingen
gehouden. Het aantal leden bedraagt 27601. Het
stemmenpercentage ging van 27.27 pet. naar
26.04 pet.; een teruggang van nog geen V2 pet.,
terwijl de teruggang over heel het land bijna 2
pet. bedroeg.
Het verslag eindigde met een opmerking tot
actief organisatie-leven.
Blijkens het fin. jaarverslag van den heer N.
Raat bedroegen de ontvangsten f 4.243.52 (w.o.
f 100 van den Statenkieskring Hoorn)de uit
gaven f 4.166.72 (w.o. f 1350 als contributie 'aan
de Staatspartij)alzoo een batig saldo van
f 76.80. Vier jaar geleden was er een nadeelig
saldo van f 1000.
Een voorstel-Uitgeest om den naam van de
organisatie te veranderen en een voorstel-Scha-
gen om het boekjaar te doen loopen van 1 No
vember tot 31 October, konden niet in behan
deling worden genomen, omdat niet voldaan
was aan den eisch, gesteld in art. 20, le alinea
van het reglement. Bij de op handen zijnde
reglementswijziging zal zoo mogelijk met deze
verlangens rekening gehouden worden.
Uitgeest en Schagen trokken hun voorstel in.
Een voorstel-Obdam, waarin het Partijbe
stuur verzocht wordt een commissie te benoe
men, om te bestudeeren de vraag of het in Ne
derland gewenscht is een orgaan te scheppen,
ingevolge art. 194 der grondwet, welk tot taak
heeft t, a. v. loonen en salarissen door de ver
schillende volksgroepen genoten, meer gelijk
vormigheid te brengen, werd door het béstuur
ontraden, daar de aandacht van Staatspartij,
fractie en regeering voldoende op dit punt is
gevestigd.
De heer De Boer, Obdam, wees er in zijn
toelichting op, dat als straks de bedrijfsraden-
gedachte is doorgevoerd, er groepen zullen zijn,
die daartoe wellicht nooit zullen geraken; o.a.
zal voor den landbouw z.i. nooit zoo'n afgeslo
ten eenheid in den vorm van een bedrijfsraad
komen. Spr. acht dit een onderwerp, waard om
door een commissie bezien te worden.
De heer Smits, Hoorn, acht hetgeen Obdam
voorstelt niet overeenkomende met de bedoeling
van Quadragesimo Anno; deze wil geen klasse-
strijd of klassevorming, hetgeen de voorsteller
in zijn voorstel veronderstelt.
Spr. ontraadt daarom aanneming van dit
voorstel.
De heer Rood (Blokker), acht een orgaan als
in het voorstel gevraagd overbodig, omdat de
staat er is om hierin te voorzien.
Mr. Hellenberg Hubar wil, op gevaar af van
voor niet-democratisch aangezien te worden,
zooals elders gebeurde, waar een afgevaardigde
zich over een afdeelingsvoorstel uitliet er
ook iets van zeggen. Spr. merkte op, dat hier
slechts een commissie gevraagd wordt. Voor-
loopig gaat het slechts om de bedrijfsschappen
en we zouden te ver springen, als we nu reeds
over de taak van loonvorming of zelfs inkomen
vorming zouden gaan spreken. Het gevraagde
orgaan zou bovendien z.i. niet het aangewezen
orgaan zijn voor de taak van loonvorming. Het
vraagstuk lijkt z.i. meer liggend op het terrein
van de sociale dan van de politieke organisa
tie en daarom lijkt dit onderwerp niet direct
een geschikt punt voor bestudeering door een
kern. Het lijkt spr. tactisch er niet verder tijd
aan te besteden en allereerst aandacht te schen
ken aan de bedrijfsschappen.
De heer Duis (Langendijk) verwacht nooit
geen resultaat, als de politieke organisatie er
zich niet mee gaat bemoeien.
Na nog eenige bespreking werd het voorstel
verworpen met 72 tegen 66 stemmen.
Voorts was door de afd. Obdam een motie
ingediend, waarin de R. K. Kamerfractie ver
zocht werd pogingen in het wer'; te stellen, des
noods met gebruik making van art. 117 dei-
grondwet, om onbillijkheden bij de invordering
van de grond- en personeele belasting, welke ge
schapen worden, doordat bij het betalen van
deze belasting geen rekening gehouden wordt
met den inkomen- of vermogenstoestand van
den belastingschuldige, onmogelijk te maken.
In de toelichting op deze motie wordt vooral
gewezen op de onbillijkheid, dat bij de invor
dering van genoemde belasting beslag gelegd
wordt op veilinggelden, gelden op zuivelfabrie
ken, in werkverschaffing en op nog te ontvan
gen huurpenningen, hoewel belastingschuldigen
een negatief inkomen genieten.
Deze motie werd conform praeadvies van het
bestuur zonder hoofdelijke stemming aangeno-
Obdam stelde tenslotte een motie voor, waar
in bij de R. K. Kamerfractie werd aangedron
gen met den meest mogelijken spoed maatre
gelen te trachten te krijgen ter bescherming
van hypotheekboeren.
Na een warm pleidooi door den heer De Boer
en een gunstig advies van het bestuur, werd
deze motie bü acclamatie aangenomen.
De afdeeling Medemblik stelt voor er bij de
R. K. Staatspartij op aan te dringen, dat zij
haar invloed zal aanwenden om de invaliditeits-
en ouderdomswet zoodanig gewijzigd te krijgen,
dat alsnog gelegenheid wordt gegeven voor z.g.
kleine baasjes, w.o. vele tuinders, om toe te tre
den.
Het bestuur deelde de in de toelichting op
dit voorstel geuite meening, dat velen, die voor
heen zelf voor hun ouden dag konden zorgen,
daartoe thans niet meer in staat zijn, omdat
door de crisis al hun bezittingen verloren zijn
gegaan en zij zoodoende op hun ouden dag to
taal sociaal-onverzorgd dreigen te zullen wor
den: het bestuur adviseerde daarom dit voorstel
aan te nemen.
De afdeeling Wormer amendeert dit voorstel
door achter „vele tuinders" te zeggen, „onder
gunstige voorwaarden."
De heer Jb. Groen zegt, dat de bedoeling van
het prae-advies is, om een bepaling in een ge
wijzigde wet op te nemen, waardoor het mo
gelijk is, dat z.g. crisisslachtoffers tot de ver
zekering toe te treden.
De motie werd, aldus geamendeerd, zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
Tot afgevaardigden naar den Partijraad wer
den gekozen H. Nolet, Warmenhuizen; N. Raat,
Wervershoof; A. Rood, Blokker; E. Schaaper,
Krommenie; E. Stumpel, Hoorn; P. Tromp,
H. H. Waard; J. Valkering Tz., Limmen en G.
de Wolf, Purmerend.
Plaatsvervangers: A. Angenent, Den Helder;
A. van Baar, Purmerend; J. Braakman, Bo-
venkarspel: P. J. de Jong, Lutjebroek; H. Kla
ver, Alkmaar; H. van Nuland, Schagen en E.
Stumpel, Hoorn.
In het bestuur van den Rijkskieskring wer
den gekozen voor den Statenkieskring Hoorn:
J. van Baar, Beemster; J. de Boer, Obdam; H.
Pluitman, Enkhuizen; N. Raat, Wervershoof; A.
Rood, Blokker; C. Rood, Bovenkarspel; E. Stum
pel, Hoorn; H. Willebrands, Bovenkarspel en
G. de Wolf, Purmerend.
Voor den Statenkieskring Zaandam: Mej.
Boom, Alkmaar: H. Hemmer, Castricum; J. P.
Kamphuis, Zaandam; Mr. A. Leesberg, Alk
maar; N. Matthijsen, Wormerveer; J. Merz,
Uitgeest; J. Valkering Tz„ Limmen; J. Ver
heggen, Egmond Binnen; D. Woldendorp, Alk-
maar.
Aangezien uit één afdeeling niet meer dan 2
leden in het bestuur zitting mogen hebben, zal
in plaats van den heer Woldendorp de heer E.
Clynk, Zaandam, in aanmerking komen.
Voor den Statenkiéskring Helder: A. Ange
nent, Den Helder; J. Apeldoorn, Bergen; Jac.
Groen Az., Zuid-ScharwoudeJ. de Groot, War
menhuizen; A. Kager, 't Zand; C. van Lan
gen, H. H. Waard; H. Nolet, Warmenhuizen;
H. van Nuland, Schagen en P. Tromp, H. H.
Waard.
De heer H. Pluitman werd met 113 van de
133 uitgebrachte stemmen tot voorzitter herko
zen.
Hij dankte voor het vertrouwen en nam de
benoeming aan.
De heer Jb. Groen sprak een dankwoord aan
den voorzitter voor diens gelukwensch met z'n
verkiezing tot lid van de Kamer en aan de
kiezers voor het vertrouwen; spr. zag zijn zetel
geboren uit de crisis in den land- en tuinbouw
en hij hoopte het vertrouwen der trouwe kie
zers waardig te zijn en zijn beste krachten te
geven in het belang van de tuinders en boe
ren speciaal.
Spr. herinnerde aan het L. T. B.-rapport in
zake de verkiezing voor het Hoogheemraad
schap.
Op initiatief van de V. D.-partij kwamen de
verschillende politieke groepen in vergadering
bijeen; ook was er een comité van de R. K.
partij als zoodanig.
Een algemeene z.g. niet-politieke kiesvereeni-
ging voor het Hoogheemraadschap had succes
bij de vorige verkiezing en wilde ook nu de
zaak in z'n geheel opknappen. Spr. gaat de
gevoerde onderhandelingen verder na en deel
de mede, dat de zes politieke groepen tot een
accoord zijn gekomen, waarbij den R.K. 4 Hoofd
ingelandenplaatsen werden toegewezen en 3
plaatsvervangers; (voor 4 jaar resp. 32). In
eiken kring zal een R. K. candidaat gesteld
worden. De V. D. hebben terwille van de R. K.
één zetel prijs gegeven. Er is een kiescomité
van actie gekozen, met spr. als voorzitter, J.
Aukes, Castricum, secretaris.
Spr. vraagt den R. K. geen oor te leenen aan
die andere kiesvereeniging en trouw mede te
werken aan de actie van deze groepeering.
De heer Roeleveld, Hpendam, vroeg bij een
eventueele reglementswijziging aan de kiezers
meer bevoegdheid toe te kennen bü de rang
schikking op de groslijst.
Voorts vroeg spr. de aandacht van de aan
wezige Kamerleden voor het dictatoriale op
treden door ambtenaren als de heer Buckman,
die de crisiswetten niet uitvoert, zooals het de
bedoeling van den minister is.
De heer Duis, Zuid-Scharwoude, beklaagde
zich er over, dat Minister Verschuur te wei
nig rekening houdt met de landbouworganisa
ties in Noord-Holland, waarover veel ontevre
denheid heerscht.
Ook de heer J. de Boer, Obdam, wees er op,
dat de handelwijze van Minister Verschuur té
genover den tuinbouw algemeene ontevreden
heid wekt; spr. neemt echter aan, dat de R. K.
Kamerfractie van andere gedachten is en
vraagt deze haar invloed in dezen aan te wen
den.
De voorzitter vertrouwt, dat de aanwezige
Kamerleden met deze opmerkingen rekening
zullen houden en sluit vervolgens met gebed.
bent U zoo vatbaar,
ofschoon U toch noq
niet zoo oud bent?
Neemt Uw toevlucht
tot Aspirin, het voor
het organisme vol
komen onschadelijke
middel. Het bevrijdt
U van pijn en her
geeft U weer een
gevoel van behage-
iijkheid.
De N.V. Stoomboot Maatschappij „Texel" te
Texel en de N.V. Scheepvaart Maatschappij G.
Doeksen Zn te Terschelling verspreiden d.d.
16 September de volgende circulaire;
„Aan houders van Lutine-aandeelen"
„Uit de dagbladen zult gü vernomen hebben,
dat het toestel „Beckers" dusdanig beschadigd
is, dat de bergingspogingen met het systeem
„Beckers" dit jaar moesten worden gestaakt.
Alhoewel teleurgesteld door het verlies van
een gedeelte van het bergingstoestel, zün wü
daardoor geenszins ontmoedigd.
Ons vertrouwen in het uiteindelijk succes
blijft ongeschokt; het moeilijke bergingswerk zal
door ons, onder voorbehoud van verlenging van
de concessie, worden voortgezet, hoewel wij ons
daarvoor groote financieele offers zullen moe
ten getroosten.
Intusschen benutten wü elke gelegenheid om
door onze zuigers „Volharding", „Texel" en
„Neptunus" het zand van het Lutine-wrak te
verwijderen, hetgeen zeer naar wensch gaat,
aangezien verleden week reeds verschillende
overblijfselen van de „Lutine" konden worden
opgezogen.
Twijfel aan de juiste ligging van het Lutine-
wrak is dus geheel uitgesloten, zoodat de voor
uitzichten gunstig zün.
Zoodra voldoende zand zal zijn weggezogen zal
worden gedoken, teneinde de roestklompen met
springstoffen te bewerken en met behulp van
een poliep-grijper naar boven te brengen.
Mocht deze methode geen succes brengen,
zoo zün wü voornemens met een nieuw toestel
aan het werk te gaan; de voorbereidingen hier
toe worden reeds getroffen.
Men late zich niet beïnvloeden door onjuiste
berichten, klaarblükelijk ten doel hebbende de
zaak verdacht te maken en daardoor eigen be
langen te dienen ten koste van aandeelhouders.
De aandeelen bbjven recht geven op het be
paalde deel der bruto-opbrengst der door ons te
bergen lading; alle verliezen door ons en der
den geleden kunnen dus de rechten van aan
deelhouders in geenen deele beïnvloeden.
De belangen van aandeelhouders die parallel
met de onze loopen, zullen wü naar behooren
blüven behartigen."
e en i g op de wereld
Uitsiuitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van
20 taöi. 70 cis. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 ets.
Van welingelichte züde vernemen wij, dat in
de actie, die sedert eenige weken op de sigaren
fabriek „Sujabo" van de Gebr. Smits, aan den
Parallelweg te Culemborg gevoerd wordt voor
de handhaving van het collectief contract,
thans een belangrijke kentering is gekomen.
Bij de drie-daagsche staking werd overeen
stemming bereikt op den grondslag van de col
lectieve arbeidsovereenkomst. Het bleek echter,
dat de patroons de bepaling dusdanig toepas
ten, dat de bosjesmakers van f 2 tot f 10 te
weinig aan weekloon ontvingen, terwijl de si
garenmakers inplaats van 80 pet. van het
stukloon, slechts 65 pet. verdienden.
Een conferentie had tot gevolg, dat Zater
dag 1.1. de geschillen werden bijbetaald,
doch Vrijdagavond werd aan het geheele per
soneel ontslag aangezegd, ingaande 23 Sep.
tember a.s.
Zaterdagmiddag zouden de hoofdbesturen van
de Moderne, Federatieve en R. K. arbeiders
bonden de zaak verder regelen, doch deze ont
vingen van de firmanten de boodschap: ,,Zij
moesten maar doen wat ze niet laten konden,
de fabriek gaat dicht."
Er is met de patroons dus niet meer te pra
ten, om welke reden de arbeiders daarop het
besluit hebben genomen,, om ingaande heden,
Maandagmorgen, opnieuw de staking te pro-
clameeren.
De besturen der sigarenmakersorganisaties
bereiden zich voor op 'n langen strijd, waarbü
ongeveer zestig arbeiders zijn betrokken.
Rector Backhuys
De Z.Eerw. heer Backhuys, gedurende 22 jaren
leeraar te Rolduc, heeft deze inrichting ver
laten, tot het aanvaarden van zijn nieuwe
functie: rector van het sanatorium te Heerlen.
R. K. Volksuhiversiteit Hedenavond te
half acht heeft in het Huis te Velsen de ope
ning plaats van de te houden cursussen. Eerst
zal de uitreiking plaats vinden van de diplo
ma's A aan hen die het vorige jaar slaagden,
waarna de les van den heer Schouten, alge
meene ontwikkeling en taal en die van Pater
Arts: Economie en Godsdienstwetenschap, zul
len beginnen. Woensdagavond te half acht
volgt de les in Geschiedenis door Pater Strij-
bosch waarna om 9 uur Esperanto.
Alle gegevens zün te vinden in een uitvoerig
prospectus dat gratis verkrijgbaar is aan het
secretariaat Zeeweg 320, en Hagelingerweg 142.
Ten allen tijde heeft het onweer een
machtigen indruk op de menschen
gemaakt, hoewel eertijds meer dan
tegenwoordig. Dichters, schilders, toon-en
andere kunstenaars hebben getracht het
onweer te schetsen of na te bootsen. Niets
echter, zelfs het schitterendste vuurwerk
niet, haalt bij de grootschheid van dat na
tuurwonder zelf, zooals het zich in deze
zomermaanden in al zijn pracht en ver
schrikking zoo nu en dan vertoont.
Voor de volkeren der Oudheid was het
onweer iets onverklaarbaars; vandaar ook
het algemeen heerschend geloof, dat de Go
den rechtstreeks en op zinnelijke wijze zich
in den bliksemstraal en den donder open
baarden.
Bij de Grieken slingerde Zeus den door
Hephastas gesmeden vernietigenden blik
semflits met geweldige hand van den
Olympus, bij de Romeinen de Jupiter van
het Kapitool. De Joden hoorden in den don
der Jehovah's toornende stem.
Thor of Donar was bij de Germanen de
God, die over donder en bliksem gebood;
om kort te gaan, bijna elk volk had oud
tijds zijn dondergod, en opmerkelijk is het,
dat het woord donder in de meeste talen
denzelfden klank heeft.
Aan Donar heeft de vijfde dag der week
zijn naam ontleend; die dag was hem ge
heiligd, en in sommige streken, evenals de
Wodansdag (Woensdag) elders, tot het
afdoen van twistgedingen en houden van
vierdagen bestemd.
Thor of Donar was niet alleen de god van
den donder, maar ook der veldslagen. In
een met twee bokken bespannen wagen
door de lucht rijdende, wierp hij daaruit
zijn flikkerenden strijdhamer naar de
Asen, met zooveel kracht, dat hemel en
aarde er onder dreunden. Er zijn nog uit
drukkingen in den volksmond bekend, die
aan Donar's rijden in een wagen door het
luchtruim herinneren. In Zweden zegt het
landvolk als het dondert; „de goede oude
is aan het rijden"; bij ons eertijds: „Onze
Lieve Heer reed door de lucht". Men spreekt
ook van het „rollen" van den donder. In
Westfalen drukt de oud-geloovige boer zich
eenigszins anders uit; bij hem heet het na
het ratelen van den donder: „Onze Lieve
Heer kirt" (bromt) en hij maakt bij el-
ken nieuwen bliksemstraal het teeken des
kruises. Ook in de uitdrukkingen „de goe
de oude", „Onze Lieve Heer", werd kenne
lijk vroeger op den ouden Thor of Donar
gedoeld, en zij leveren ook het bewijs, hoe
diep zijn eeredienst wel in het volksleven
doorgedrongen was.
Nog altijd is voor een groot deel van het
boerenvolk het onweer een verschrikkelijk
en vaak ook ondoorgrondbaar geheim. Zoo
is nog in Duitschland een vroom sprookje
in omloop, dat Johannes, de Evangelist, een
begin gemaakt zou hebben met het eigen
lijke wezen van het onweer te beschrij
ven. Een engel had hem de pen evenwel
uit de hand gerukt en hem verboden, elke
opheldering te geven, en wel, omdat on
kunde omtrent het onweer een weldaad
was voor de menschheid. Allen zouden van
angst vergaan, als de verschrikkingen, die
in het onweer huisden, hun geopenbaard
werden!
Onder de herinneringen aan Donar be
hoort ook een plant, die den naam draagt
van donderkoord, een plant met rood-
bloeiende bloemkelk, volgens sommigen een
zinnebeeld van den rooden baard, waarmee
Donar werd afgebeeld, volgens anderen
echter van diens strijdhamer, en derhalve
van den donder. De genoemde plant, op het
dak geplaatst, beschermt tegen het onweer;
in den boom, aan welks wortel het groeit,
slaat de bliksem niet in, en het is een voor
behoedmiddel tegen het weerlicht, vooreen
ieder, die het bij zich draagt.
Tal van geloovige voorstellingen hecht
ten zich oudtijds aan Thor's strijdhamer.
Als hij dien door de lucht slingerde, keer
de hij niet in zijn hand terug, maar de
bliksem, dien zij opwekte, schoot soms ze
ven of negen mijlen diep in den grond, om
eerst na een gelijk aantal jaren weer als
een steen naar de oppervlakte te komen.
Algemeen geloofde men nl., dat aan het
einde van dien bliksemstraal zich een steen
vormde. Dezen aldus gevonden steen noem
de het volk „donderbeitel" of „donder
steen". Wie zulk een steen in huis of bij
zich heeft, behoeft niet te vreezen voor het
gevaar van den bliksem. De steen kondigt
trouwens zelf door zweeten het naderen
van een onweer aan en geldt ook als voor
behoed- of geneesmiddel tegen elk ander
onheil of ziekte, vooral bij het vee. Het is
begrijpelijk, hoe onze voorouders op het
bezit van zulk een „donderbeitel" of don
dersteen, waaraan evenals alles, wat met
het hemelvuur in aanraking kwam, de ge
dachte van heiligheid verbonden was, zeer
gesteld waren. Het zal wel overbodig zijn op
te merken, dat dit voorwerp niets anders is
dan een gewrocht van menschenhanden,
afkomstig uit het Steenen tijdperk.
Thor's strijdhamer bestond meestal uit
donkergroen en zwartachtig marmer, in
het midden was een oog, waarin een houten
steel werd gestoken Die hamer had dan
min of meer den vorm van een kruis, en
werd dikwijls met dit teeken verwisseld,
't Is niet geheel onmogelijk, dat de ge
woonte der boerenbevolking in katholieke
streken, om hun huizen, stallen en schuren
met een kruis als voorbehoedmiddel ook te
gen het onweer te voorzien, met dit ronde
hamerteeken in betrekking staat. Die ha
mer, ook wel eens aksthamer of kruisbijl
genoemd, was aan beide zijden snijdend en
meestal van geringen omvang. Het schijnt
een gewoon wapentuig der Germanen ge
weest te zijn, maar uit de menigte dezer
steenen, die men soms op oude slagvelden
en ook op begraafplaatsen, in Drente en
Gelderland b. v., gevonden heeft, is af te
leiden, dat zij bij onze voorouders in een
tijdperk, dat ijzer nog niet tot wapen of
werktuigen werd gesmeed, voor velerlei
doeleinden gediend hebben. In de handen
der priesters werden die kruisbijlen niet
slechts als offermessen gebezigd, maar
ook om bruiden, zelfs lijken te zegenen.
Voor het laatste vermoeden pleit de om
standigheid, dat men aan de hunnebedden
in Drente en elders zoo dikwijls donderbei
tels heeft aangetroffen.
Het volk heeft het aandenken aan den
Svreeselijken Donar ook nog in stand ge
houden door vloekwoorden, aan dien god
ontleend. Die van „Donnerwetter", „Kreuz-
donnerwetter" zijn in den mond, zelfs van
fatsoenlijke Duitschers dikwijls als bestor
ven. Bij ons zijn die van „Wat donder! wat
hamer!" in zwang, en in de grootste woede
wordt de verwensching van „dondersteen"
dezen of genen wel eens naar het hoofd
geslingerd.
Gandhi. Iedereen heeft van hem ge
hoord. Maar wat deze mensch pre
cies wil en do et is aan de aan
dacht der meesten ontsnapt. Ook leeft de
veronderstelling, dat deze figuur op het we-
reldtooneel plotseling uit den grond verre
zen is met de verkondiging van splinter
nieuwe ideeën.
De Britsch-Indische onafhankelijkheids
beweging (in den grond is het niets an
ders!) heeft echter haar voorgeschiedenis.
Daarin wodt het ons duidelijk dat Mahat
ma „groote ziel", een eeretitel) Gandhi,
zooals hij nu leeft en leert, geheel past in
het kader van de Indische bewustwording.
En om den Mahatma te benaderen, om zijn
streven te begrijpen, moeten we eerst terug
in de geschiedenis. Dan zien we dat de be
ginselen van Gandhi, alhoewel minder ge
compliceerd en minder politiek ook, reeds
gevonden worden bij Ramakrishna en diens
discipel Vivekananda. Uitvoerig schreef
hierover indertijd Romain Rolland. 1)
Vivekananda, die eigenlijk Narendranath
Datt heette, doch om zijn identiteit te
verbergen zich met verschillende namen liet
noemen, was een forsche en gespierde man
„met fraaie donkere oogen en een buiten
gewoon mooie diepe stem" (Dr. C. N. Impeta
„Vivekananda"). De naam Vivekananda da
teert van 1893, toen hij naar Amerika ver
trok om op het Parlement der Godsdien
sten aanwezig te zijn. Geweldig was de in
druk, dien hij maakte op het Congres en
reeds vanaf de eerste zitting was hij ei
genlijk de hoofdpersoon. Daar stond hij als
getuige van zijn volk, van Indië; de ellende
in zijn land gaf hem een begeestering, die
het geheele Congres vermocht mede te
sleepen.
Het begin van Vivekananda's loopbaan is
de school: de leerlingen van Ramakrishna,
achtergebleven en verspreid, hoorden weer
de hun vertrouwde klanken uit den mond
van dezen forschen meester. Lang duurde
dat niet. Vivekananda was, als zoovele gods
dienstige Hindu's, van nature asceet. Een
zwervend monnikschap trok hem onweer
staanbaar. In 1888, op vijfentwintigjarigen
leeftijd, verliet hij het klooster te Barano-
gore om Indië door te trekken, vergezeld
van den zegen van Ramakrishna's weduwe,
de „heilige Moeder".
Hij gaat Indië dóór trekken, hij gaat ver-
keeren als bedelaar bij de bedelaars, als
vorst bij de vorsten, als verdrukte bij de
verdrukten, als vrije bij de vrijen. Hij gaat
als een geweldige mensch, overwinnend in
zich zelf wat hem tegenstaat, als veel-be-
grijpende, verzoenende mensch, met een
geest, geweldig van verdraagzaamheid.
Hij, Vivekananda, verheugt zich met zijn
geheele wezen in de zielegrootheid van ge
ringen, in den geestesadel van onaanzien-
lijken. Hij daalt af tot op den diepsten bo
dem van het menschelijk bestaan. Zijn
ruime, weldadige geest hongert naar het
schoone in den mensch.
Maar wat hij ook waardeeren kan en
waarin zijn gevoelige ziel zich ook
van harte verheugt hij b 1 ij f t Hindu,
aanhanger van den Vedanta, van welke
oude, gewijde Hindusche boeken hij geen
tittel of iota verloochent.
Doch deze serieuze aanhanger van den
Vedanta heeft een breed geloof, een ge
loof in alle godsdiensten der wereld. Hij
worstelt om die religies aan de zijne te
assimileeren. Hij bracht als lectuur de Imi-
tatio Christi naast het gezang van Bha-
gavad, waarin vervat is de speculatief volle
digst ontwikkelde leer der vereerders van
Vishnu en Krishna.
Maar Indië röèpt! Het kan Vivekanan
da's streven niet waardeeren omdat de el
lende drukt. Indië róèpt, vanuit zijn onder
worpen positie, vanuit zware verdrukking.
Dat verbijstert den grooten profeet een
oogenblik. Hij ziet het plotseling in: de
ontwikkeling van de bewustwording des
volks doet de vernedering te meer voe
len. Hij gaat rond, voldoet In duizend be
hoeften. Hier en daar en overal. Hij kan
niet meerHij möèt: gaat hulp halen in
Europa en Amerika. Als hij van het Parle
ment der Godsdiensten hoort, neemt hij
zich voor dat bij te wonen. Daar zal hij
zijn bede om hulp doen hooren.
Hij gaat scheep in Bombay, zóó maar,
zonder te rekenen met formaliteiten en an
dere moeilijkheden. Indrukwekkend deze
profeet met zijn roodzijden mantel en oker-
kleurigen tulband, China en Japan door,
wordt in de Nieuwe Wereld toegelaten. Een
Amerikaan houdt van zoo iets origineels! Na
zijn kennismaking komt vast te staan, dat
hij in het Parlement der Godsdiensten dat
11 September 1893 (juist veertig jaar ge
leden) zal aanvangen, het Hinduïsme zal
vertegenwoordigen. „Zusters en broeders
van Amerika," begint hij zijn rede waarin
hij zich introduceert. Dat klinkt in Ame-
rikaansche ooren. De origineele eenvoud van
dezen mensch maakt den weg vrij tot de
harten. Het snobisme, de na-doenerige chic
van het Amerikaansche volk, wil hem be
graven in weelde. Vivekananda wil dat niet
en stelt voor een tournée te maken om
voordrachten te houden. Zijn redevoeringen
worden al gauw een reeks aanklachten,
waarmede hij zich vijanden maakt. Hij geeft
het christendom een les: weg de veinzerij,
terug tot Christus! Inmiddels heeft hij ge
merkt, dat het goed is de sociale, geeste
lijke en stoffelijke goederen van het Westen
te waardeeren; dat de democratische ge
lijkheid als model kan dienen voor de In
diërs.
De voordrachten zet hij niet voort. Hij
gaat trachten school te maken en krijgt
inderdaad volgelingen. Goodwin, Sister
Christine e.a. Een belangrijk evenement in
zijn Amerikaansche rondreis is de
stichting der Vedanta Society te New-York.
„Zijn wachtwoord was: Godsdienstige ver
draagzaamheid en universaliteit. Hij wilde
de Hindu-denkbeelden in Europeesche taal
vertolken," van droge philosophie, ingewik
kelde mythologie en wonderlijke psycholo
gie een gemakkelijken, eenvoudigen, popu-
lairen godsdienst maken, die voldoet aan de
eischen der hoogst ontwikkelden. (Zie ver
der: dr. C. N. Impeta „Vivekananda").
Van Amerika was de tocht naar Europa,
vooral Engeland. Als hater van het Engel-
sche ras kwam hij, als vriend en liefhebber
Verliet hij Engeland. Een schitterende rond
reis, overweldigend succes. Margaret Noble
werd als eerste Europeesche in een Indi
sche kloosterorde opgenomen.
Maar Vivekananda, die vanaf zijn 18de
jaar al aan diabetes leed, werd steeds zie
ker. Vanuit Engeland gaat hij in 1896 naar
Zwitserland om te kuren. Maar al spoedig
reist hij naar Kiel, van waaruit hij met
den Vedantist Paul Deussen over Amster
dam weer naar Oxford trekt, naar zijn
besten vriend Max Müller. Dan over
Italië naar Indië terug. Indië enthou
siast loopt het naar hem uit. Hij heeft
wel niet de driehonderd millioen rupy bij
zich om Indië uit den stoffelijken nood te
heffen. Maar hij heeft een geestelijken
schat bij zich, dien hij uitdeelt övtral onder
wierook en gejuich. Heel Indië brandt van
vereering. Overweldigend is Vivekananda's
triomf. In zijn „Boodschap" wekt hij op tot
opstanding, vraagt jonge menschen om de
eeuwige waarheden te prediken. „Hij doet
een machtig beroep op de kracht der ziel."
Het is waar, hij zag in zijn korte leven geen
daadwerkelijk resultaat, maar als we nü
zien de beweging van Gandhi, dan staat
vast: Vivekananda gaf een geweldigen eer
sten stoot.
Na deze grootsche volkshulde, die weken
lang duurde, trekt de profeet zich terug in
zijn klooster te Alrunbazar. Zijn kwaal
dwingt hem tot rust, doch intusschen sticht
hij in Mei 1897 den Bond van Ramakrishna-
missie, die alles in het werk stelde om de
bewustwording des volks te doen rijpen,
door „opvoeders" te kweeken in conventen,
kloosters en ashrams. Vivekananda's leer
lingen stichtten weeshuizen, scholen voor
hoofd- en handenarbeid.
Drie jaren voor zijn dood, in 1899, wordt
deze groote Hindu nog weer vervuld van de
hartstochtelijke begeerte om 't Westen met
het Oosen te vereenigen. O! die ontnuchte
ring in 't nu imperialistisch-militairstsche
Westen! Engeland, Amerika, Frankrijk en
Oostenrijk vervullen hem van weerzin. Moe
komt hij in 1901 in zijn klooster te Beloer.
Hij verzinkt daar in meditatie. Zijn actie
verinnerlijkt en op 4 Juli 1902 sterft hij.
De Ramakrishna-Missie sterft niet. Zij is
een groot werk geworden met grooten in
vloed op het volk. Zij bemoeit zich niet
met politiek en liet dat blijken toen in 1906
de Swadeshibeweging begon (swadeshi is:
begunstiging uitsluitend van het inheem-
sche). De Missie verwerpt, evenals Gandhi,
absoluut alle gebruik van geweld. Viveka
nanda, de Missie en Gandhi zijn voor
ahimsa, weerloosheid. „Gandhi had zich
meer op Vivekananda kunnen beroepen,
dan hij doet. Maar beide bewegingen gaan,
onafhankelijk van elkaar, op hetzelfde doel
af: de nationale éénheid van geheel Indië.
Maar spreekt de eene van non- coöperatie,
de andere beoogt vreedzame, universeele
coöperatie." (Dr. C. N. Impeta, a. w. 420).
Vivekananda Gandhi: twee loten aan
één stam.
1) Romain Rolland, Het leven van Vive
kananda, vertaald door Titia Jelgersma,
N. V. Van Loghum Slaterus' U. M„ Arnhem.
Amsterdam-Oost J. LAMMERTSE Lz.
Gemeld wordt:
Het mag als bekend beschouwd worden, dat
de Ver. Staten van Noord-Amerika zich sedert
eenige jaren afzijdig hebben gehouden van
iedere actieve deelneming aan het beheer van
het Int Landbouw Instituut. Dit heeft niet
alleen tot groote financieele moeilijkheden voor
het Instituut geleid omdat de belangrijke bij
drage van dat land werd gemist, maar daarean
was ook het groote nadeel verbonden, dat geen
Amerikaansche gedelegeerde in het Permanente
Comité zitting had, zoodat de medewerking van
dat voor het Instituut zoo belangrijke land ont
brak. Aan dien toestand is thans een einde
gekomen, doordat het Amerikaansche congres
aan het slot der laatste zitting de noodige cre-
dieten heeft toegestaan om de volledige büdra-
gen aan het Instituut te kunnen betalen en de
zending van een vast gedelegeerde te Rome te
bekostigen. Deze gedelegeerde is met eeu assis
tent en een secretaris reeds te Rome aange
komen. Uit het feit, dat de Amerikaansche re
geering daarvoor een bekend landbouw-eco-
noom heeft gekozen, mag men opmaken, dat
het in de bedoeling ligt vooral de economisch-
statistische zijde van de werkzaamheden van
het Instituut te ontwikkelen. Deze wensch
strookt geheel met de zienswüze van de Neder-
landsche en enkele andere regeeringen.
Nu de geldelijke moeilükheden van het In
stituut belangrijk zijn verminderd (de contri
butie van de Ver. Staten bedraagt 1S2.000 goud-
franken) mag men nog betere resultaten tege
moet zien dan tot nu toe ondanks de finan-
tieele bezwaren zijn bereikt.
De heer De Michelis, Italiaansch gedelegeerde
en president van het Instituut zal in October
as. zün functie neerleggen en als gedelegeerde
worden opgevolgd door Prins Spada Poken-
ziani, oud-gouverneur van Rome en groot
grondbezitter. Volgens den gebruikelijken gang
van zaken zal deze Italiaansche gedelegeerde
dan door het Permanente Comité tot president
worden gekozen.
Pastoor van den Heuvel
De Z.Eerw. pastoor van den Heuvel te So
meren is ongesteld en opgenomen in het R.K.
Binnengasthuis te Eindhoven.