fél
m.
Prikkeldraad
Naar Vrijwilligen Arbeidsdienst
Waar het vuur het veen verslond
ALKMAARS MARTELAREN
SMEULENDE GROND
ERNSTIGE WANKLANK
Voor de jongere werkloozen
De plaats waar zij stierven
Leve de vrijheid!
VRIJDAG 13 OCTOBER
Sentiment of beginsel
De goede oplossing
Examen Politie-diploma
Nog geen trekking voor de natio
nale radioprijsvraag
Uit het bouwbedrijf
Nog geen definitief besluit van den
R.K. Bondsraad over de
nieuwe C.A.O.
MINISTER DE GRAEFF
Uit Genève terug
XAND MECKLENBURG
De groote veenbrand nabij
Emmer-Erf scheiderveen
30.000 gulden schade
Verbrande huizen
H - >#4
■Mm
Het blusschingswerk
De schade
PC, de Mooi: De Martelaren van Alkmaar
De herinneringsemblemen der
Nationale Huldigingsbetoo-
ging niet achttien
karaats
Buitenlandsch product
KERKDIEFSTALLEN IN HET
GOOI
FOLTERENDEN PIJN IN
DEN ARM
Na 5 dagen hielp het juiste
middel reeds
Tot de groote problemen waarvoor on
ze samenleving door crisis en werk
loosheid is gesteld, behoort het feit,
dat duizenden en duizenden jongemenschen
geen plaats meer kunnen vinden aan het
arbeidsfront. Dit maanden, soms jarenlang
„zonder" zijn, dit leegloopen doel- en moe
deloos, bedreigt het jonge geslacht met de
ernstigste moreele en physieke inzinking.
Men heeft daarom de handen ineen gesla
gen en er is in betrekkelijk korten tijd,
vooral in de groote steden, voor deze jon
gere werkloozen zeer veel geschied. Bij de
Katholieken is deze zorg in handen van de
St. Josephs Gezellen, die een uitstekende
organisatie hebben opgebouwd en verder
werken de verschillende groepen Protes-
tantsch, neutraal, socialistisch elk in ei
gen kring. De overheid subsidieert, elders
ook organiseert en leidt zij zelf.
Deze jongere-werkloozenzorg, in het
slechtste geval een bezig houden, wat ont
spanning en afleiding, in het beste geval,
zooals in de goed geoutilleerde centra als
Amsterdam, Rotterdam enz. een degelijk
opgezet plan met uitgebreide roosters van
vak- en ontwikkelingscursussen, is een
mooi en werkelijk grootsch stuk werk, dat
ontzaglijk veel kwaad heeft voorkomen.
Duizenden jongere werkloozen zijn den le
diggang ontvlucht, zoekeii zich te bekwa
men in hun vak, nieuwe beroepsvaardig
heid te verkrijgen, zich te ontwikkelen. Men
mocht veronderstellen, dat, in afwachting
van normale tijden, hier een oplossing was
gevonden.
Wie echter zijn oor te luisteren legt en
weet wat er onder die jongens omgaat,
heeft reeds lang begrepen, dat met deze
zorg op den duur de werklooze jeugd niet
gebaat is. Want hoe gaarne en met hoeveel
ijver zij ook de kans tot ontwikkeling van
hun kennis en vaardigheid aangrijpen, hoe
zeer zij ook waardeeren alles Wat voor hen
wordt gedaan, zij hebben tenslotte slechts
dezen wensch: werk, werk voor de gemeen
schap, werk, dat hun, zij het nog zoo ge
ringe, onafhankelijkheid geeft.
Men moet toch niet vergeten: deze jonge
menschen, inwonend thuis of bij familie,
ontvangen geen steun!
Bij velen van hen verslijten de kleeren,
'het ondergoed, de schoenen. In de gezin
nen, waaruit zij komen, is het al rekenen
en puzzelen hoe met de luttele inkomsten
rond te komen. Daar voelen die groote, op
gegroeide kerels, die toch eigenlijk het geld
moesten binnen brengen, zich te veel. En
toch moeten ze thuis hun handen ophou
den voor alles! Geen trammetje kunnen zij
zelf bekostigen, geen duit zakgeld hebben
zij, om zièfi zelfs maar de toch niet over
weldigende luxe van een doosje sigaretten
te verschaffen en dat weken, maanden, ja
ren achtereen. Men voelt, hoe met al de les
sen en cursussen, met alles wat er gedaan
wordt om hun geest en moreel op peil te
houden, deze leegte niet wordt aangevuld,
dat er toch een stemming komt van bitter
heid en wanhoop, en daarom wordt steeds
klemmender hun vraag: verschaf ons werk,
al geeft het nog zoo weinig. Er moeten toch
middelen te vinden zijn om ons nuttigen
arbeid te doen verrichten, zonder den nor
maal werkenden daarmee concurrentie aan
te doen. Alleen op die manier kunnen wij
ons het allernoodzakelijkste verschaffen
dat ons op de gewone wijze niet kan wor
den gegeven.
Hoewel deze kwestie officieel nog niet
ter tafel is geweest, zoekt de regeering, met
open oog voor den nood dezer jongeren,
naar een oplossing. Zij wil deze vinden in
het doen uitvoeren van nuttige projecten,
die niet zooals b.v. de bruggenbouw,
direct op het program stonden. Zij denkt
b.v. aan den aanleg van een weg Amster
damUtrecht, van een grooten weg langs
de Noordzeekust. Ook de vakorganisaties,
die tot dusver plannen in deze richting te
genhielden, staan nu achter die denkbeel
den, welke practisch beteekenen: invoering
van een vrijwilligen arbeidsdienst voor de
jongere werkloozen.
Wij hebben ons over deze belangrijke aan
gelegenheid gewend tot Praeses Th. J. van
Galen, onder wien de werkloozenzorg der
St. Jozefsgezellen ressorteert. Wij vonden
in hem het kon niet anders een vurig
voorstander van deze, hem reeds bekende
plannen, waarvoor hij de volgende richt
lijnen uitstippelde.
Deze Vrijwillige Arbeidsdienst, aldus Prae
ses van Galen, vereenige zonder pressie of
dwang jongere werkloozen in kampen. Zij
krijgen flinken kost en eenvoudige werkklee-
ding, verder een bedrag van b.v. 5 per
week, de helft contant, de helft op een
spaarbankboekje. Men vertrekke naar het
kamp des Maandagsmorgens en keere's Za
terdagsmiddags weer naar huis. Het ver
voer moet kosteloos zijn. Doordat elk
weekend in den huiselijken kring wordt
doorgebracht blijft het gezinsverband be
houden. De werkprojecten moeten niet te
ver worden gezocht, men blijve zooveel mo
gelijk in eigen nabije omgeving.
De eenige kans van slagen echter is dat
de moreele leiding in handen komt van de
jeugdorganisaties. Deze moeten de eigen
sfeer scheppen, waarin de werklooze jonge
man zich thuis voelt, deze zullen ook de
stuwkracht vormen.
De voordeelen van dit kampleven, van
dit werken in de gave natuur, zijn
groot. De jonge menschen worden los
gemaakt uit een decadente sfeer, los ge
maakt van conventie en gemakzucht, zij
leeren te leven in eenvoud, in vrijwillig aan
vaarde discipline, den arbeid niet langer
te zien uit een oogpunt van winstbejag,
maar als een plicht tegenover de gemeen
schap. Ook het besef, dat men iets positiefs
onderhanden heeft, is goed. De arbeid
wordt weer het middelpunt van het leven.
Tenslotte ontlast men ook de reeds zoo be
narde gezinnen.
Kunnen wij ons aan het Duitsche voor
beeld spiegelen?
De organisatie in Duitschland is puik.
Reeds jaren hebben er de Gezellen hun
eigen „Lagers". De nieuwe regeering stuwt
en steunt dit werk op krachtige wijze. Het
is een heerlijk schouwspel in de groote
Duitsche steden des morgens deze „vrijwil
lige arbeiders" zingende te zien opmarchee-
ren, de spade over den schouder, op weg
naar hun werk.
Het leven in de Duitsche kampen is als
volgt ingedeeld: zes uur op, een half uur
voor wasschen, aankleeden, opruimen, gym
nastiek, (voor de katholieken) H. Mis, ont
bijt, arbeid tot half twee, middagmaal,
sport, avondmaal, cultureele avondbijeen
komst, tijdig (uiterlijk 10 uur) naar bed.
Ook voor onze toekomstige kampen zou
deze dagorde aan te bevelen zijn.
Is het werk b.v. wegenaanleg niet te een
zijdig?
Bij een project als wegenaanleg is er werk
voor alle groepen. Timmerlieden bouwen de
keeten, die verder door de schilders worden
verzorgd, lichtleidingen dienen gelegd, koks
bereiden de maaltijden en zoo is er nog
veel meer.
Ook vergete men niet, dat er een zeer
groote groep blijft, die géén beroepsvaardig
heid bezit. En verder de jonge boeren en
jonge landarbeiders, die eiken winter werk
loos rondslenteren. Zij zullen er op hun
plaats zijn. Wat tenslotte de handels- en
kantoorbedienden betreft, hun zal het vol
strekt niet schaden, wanneer zij eens met
frisschen geest en lichaam kunnen arbeiden
in de vrije natuur.
Bestaat er geen gevaar, dat deze vrijwil
lige arbeidsdienst het karakter krijgt van
de bestaande werkverschaffing?
Daartoe zijn de verschillen te groot. Bij
werkverschaffing is dwang, de arbeidsdienst
is vrijwillig. De werkverschaffing brengt
goed- en kwaadwillenden bijeen, de arbeids
dienst wordt gebouwd uitsluitend op hen,
die goed willen; kankeraars en opruiers
dienen radicaal geweerd. Zij, die in de
werkverschaffing zijn geplaatst, weten, dat
zij toch hun steun zouden krijgen, ook al
bleven zij thuis. Verder staan de jonge men
schen in den vrijwilligen Arbeidsdienst on
bevangen tegenover het loonvraagstuk en
zijn zij niet gebonden aan een gezin.
Hoe is uw meening over het „Practisch
Werken", dat reeds in dezen geest in het
Vondelpark te Amsterdam wordt toegepast?
In het Vondelpark is deze kardinale fout
gemaakt, dat men naast technische leiding
zich is gaan bemoeien met jeugdwerk. De
godsdienstige en cultureele belangen moe
ten in handen blijven der jeugdorganisaties.
Het zou goed wezen, vervolgde Praeses van
Galen, wanneer in de kampen ook de intel-
lectueele jongeren werden betrokken, om
zoo het contact tusschen hen en de arbei
dersjeugd te bevorderen. Zij moeten méé
leven, samen optrekken. Veel kunnen zij
van elkaar leeren. De klassen, die nog altijd
maar van elkaar gescheiden worden gehou
den, moeten bijeen gebracht, om samen te
bouwen aan een nieuwe gemeenschap. Er
zal ook geen „baas" meer zijn, maar een
leider, die in dienende liefde zijn taak ver
vult en het vertrouwen heeft.
Zóó kunnen de werkkampen aan het
jonge geslacht een groote taak vervullen.
Laat de regeering dit werk ruim opvatten,
maar in een geest van eenvoud, laat zij de
juiste menschen weten te kiezen. Het be
hoeft niet ineens massaal te worden opge
zet, maar het zal groeien in een richting,
waarin misschien wel ooit ons geheele
maatschappelijk leven wordt omgezet.
door: C. Erkelens, Alblasserdam W. Ruitenbeek,
Nijmegen; J. J. A. Meijer, Zwolle.
Het gewone diploma werd behaald door: G.
J. P. Bouwman, Kon. Marech. Etten; S. Wie
ling, Nieuwpoort; H. v. d. Berg, Uitgeest; J. v. d.
Brandt, Eindhoven; J. N. A. Homfeit, Princen-
hage; J. Schouten, korp. pol. Troepen, Soester-
berg; J. J. Hoger.boom, Maastricht; H. Barels,
agent v. pol. Enkhuizen.
„Het is het sentiment, dat in de
staatkunde de drijvende kracht is," zeide de
voorzitter van het „Verbond van Nationaal
Herstel", en prof. mr. C. W. de Vries, die
voor de Liberale Staatspartij te Hilversum
als spreker optrad, zeide het hem na.
Hij achtte de uitspraak volkomen waar".
En hij beriep er zich op, om te kunnen ver
zekeren, dat het liberale Nederland, „sedert
eeuwen aan de vrijheid en aan het gezag
gewend", zich niet zal overgeven aan den
„machtsstaat".
Nu speelt ook in de politiek het sentiment
zeer zeker een rol.
Maar of het daar als de „drijvende
kracht" moet worden beschouwd en aan
vaard, is een andere vraag.
Wij hebben altijd gemeend, dat die kracht
te zoeken en te vinden is in het begin
sel.
En dat wie daarvoor het sentiment in de
plaats stelt zacht gesproken een slechten
ruil doet. P. S.
Het diploma met aanteekening van den Ned.
R. K. Politiebond „St. Michaël" werd behaald
Het Nationaal Crisis-Comité deelt mede:
Door de overstelpende hoeveelheid briefkaar
ten, die het N. C. C. ontving naar aanleiding
van de prijsvraag, is het niet mogelijk de lo
ting der prijzen reeds Vrijdag 13 October te
doen plaats hebben en daarom zal de datum
der trekking nog nader worden vastgesteld.
Teneinde aan den wensch van velen om de
goede oplossing te vernemen zoo spoedig mo
gelijk te voldoen, berichten wij, dat de oplos
sing als volgt luidt:
3 H, 7 E, 6 J, 51, 10 A, 8B, 9 F, IC, 3 G, 4D.
Reeds thans maken wü bekend, dat het ons
niet mogelijk zal zijn over de prijsvraag en dus
ook niet over de toekenning der prijzen cor
respondentie te voeren.
Gelijk bekend heeft de j.l. Zaterdag te Utrecht
gehouden vakgroepvergadering van den Ned.
R. K. Bouwvakarbeidersbond de voorstellen tot
vernieuwing der landelijke collectieve arbeids
overeenkomst voor de bouwbedrijven verworpen.
Het bondsbestuur, dat van inzicht was onder
de gegeven omstandigheden de voorstellen te
moeten aanvaarden besloot in zijn vergadering
van j.l. Maandag nu er een geschil was tusschen
het bondsbestuur en de vakgroepsvergadering
overeenkomstig art. 27 van het reglement de be
slissing aan den bondsraad te laten deze heeft
gisteren te Utrecht vergaderd doch tot een defi
nitief besluit is de vergadering niet gekomen.
In den loop van de volgende week zal daarom
de bondsraad opnieuw bijeen komen.
De minister van Buitenlandsche Zaken is uit
Genève te 's-Gravenhage teruggekeerd en heeft
heden zijn ambtsbezigheden op het departement
hervat.
De Duitsche staten Mecklenburg-Schwerin en Mecklenburg-Strelitz worden met
ingang van Januari a.s. tot één staat onder den naam „Land Mecklenburg"
samengevoegd. Hierboven een -foto van het gebouw, waar de regeering van het
nieuwe land zal zijn gehuisvest
Het is een heele toer, in de buurt van Em-
men te komen: eerst een lange treinreis, dan
een uur wachten op een autobus, na de autobus
een puffende stoomtram, die aan de reizigers
eerste of tweede klas volop gelegenheid
biedt om van het schoone Drentsche landschap
tusschen Oosterhesselen en Erm op hun gemak
te genieten; dan is het leed geleden: in Erm
staat weer een bus klaar, met een chauffeur
zonder pet en op pantoffels, die overigens on
danks zijn gemoedelijk uiterlijk, met ijzing
wekkende vaart langs de smalle wegen weet te
manoeuvreeren. Juist als we denken aan het
einde der wereld gekomen te zijn, vallen we
Emmen binn^i, dat weer veel meevalt: als
vacantieoord lijkt het ons zeker niet te versma
den. Maar we zijn hier gekomen met een ern
stiger doel: op een gehuurde fiets gaan we er
terstond op uit, om te zien wat er n<4£ van den
brand te zien valt, die nu vier en twintig uur,
begunstigd door den sterken Zuid-Wester, in het
kurkdroge veen gewoed heeft. Na een kwartier
fietsen komen we op een heuvel: aan den
horizon hangt'over een groote breede een witte
streep, zooals 's morgens de dauw op het
land ligt. Daar is de brand en over een lijnrechten
weg langs een vaart, dwars door de venen, fiet
sen we er heen.
Zooals op afgemaaide hooilanden het hooi in
schelven ligt opgetast, zoo ligt hier de turf op
gestapeld in manshooge heuvels, die over het
land lange rijen vormen. Het moet wel een in
drukwekkend schouwspel zijn als deze heuvels
's nachts in vlammen opgaan, en vannacht zijn
er zoo een duizendtal verbrand! Voorbij Emmer-
Erfschelderveen komen we langs het Scholtens-
kanaal bij den brand: rechts van den weg
schijnt de rook overal uit den grond op te stij
gen en vormt op sommige punten een ondoor
zichtig rookscherm, elders zien we de schim
men van mannen, die met het bluschwerk bezig
zijn. Ook links van den weg, over het kanaal,
rookt het, de sterke wind heeft de brandende
kluiten over het water gedragen. De bevolking
trekt zich over 't algemeen weinig van de ramp
aan: een veenbrand van grooteren of kleineren
omvang schijnt hier tot de feiten van den dag
gerekend te worden. Iets verderop staat een
brandspuit die water pompt uit het kanaal:
met de fiets aan de hand gaan we, de water
slang volgend, het brandende terrein in.
De brand is nu uitgewoed, maar onder den
grond smeult het nog en overal stijgt rook en
stoom uit het thans natgespoten veen. Geheel
anders dan bij een bosch- of heidebrand, is het
hier de grond zelf die brandt. Waar de turf-
heuvels gestaan hebben, zijn nu gaten in den
grond, gevult met roode asch: men spuit er
nog steeds water in.
Verderop wijst men ons de puinhoopen van het
huis van den veenarbeider J. Hillen. Niets is
er van over: niet eens de muren staan meer
overeind: een hoop steenen waarbij het over-
Bij Teulings' Uitgeversmaatschappij te 's-Her.
togenbosch is verschenen Collectanea Francis-
cana Neerlandica III-3 „De Plaats der Marte
ling en Begrafenis van Alkmaars Martelaren"
door P. Noordeloos, Gemeente-Secretaris van
Grootebroek (N.H.).
Aan de hand van verschillende kaarten en
beschouwingen bepaalt de heer Noordeloos de
plaats der marteling en de plaats der begrafe
nis van de Alkmaarsche Geloofshelden uit 1572.
Teneinde tot dit resultaat te komen, bestu
deert de schrijver eerst de topografie van Enk
huizen, zooals die door verschillende plaats-
kundigen der 16e en 17e eeuw op kaart werd
gebracht. Niet minder den 21 platte-gronden
werden tot dit doel geraadpleegd. Daarna ver
haalt hij zeer beknopt het bekende lijdens
proces der^Franciscanen, die voor hun geloof te
Alkmaar het leven gaven. Zij werden, zoo
men weet, gevonnist door den afvalligen pries
ter Gerrit van Berkenrode, die hen ter dood
veroordeelde, omdat zij uitdrukkelijk beleden, te
gelooven in de werkelijke tegenwoordigheid van
Christus in de geconsacreerde Hostie, en om
dat zij weigerden, die belijdenis te herroepen.
Alle motieven zijn aanwezig om te gelooven, dat
deze rechtspraak plaats vond op de plek, waar
in 1572 het stadhuis stond. Immers nergens an
ders kon een geldig vonnis worden uitgesproken.
Het tegenwoordige stadhuis van Enkhuizen
dateert van 1686. Het oude stond aan de Oost
zijde der Breestraat. Tegenover dat gedeelte der
Breestraat moet de martelplaats liggen, want
de paters werden opgehangen „tegenover het
stadhuis." Dis is vóór het Noordelijk kwart van
het huidige stadhuis, en dus niet zooals ge
dacht werd op de plaats waar thans de
„Wilhelmina-linde" staat, daar die plaats in
de 16e eeuw bebouwd was.
De heer Noordeloos besluit, dat de lichamen
der martelaren zijn neergeworpen in een daar
toe gegraven kuil in het hoogere deel van het
Mullem of „Visschers mollem" te Enkhuizen,
een open plaats, zoo genoemd naar het mulle
zand. De begrafenis zou geschied zijn door de
beulen of hun handlangers, zeker niet door
katholieken. Onaanvaardbaar acht schr. de
stelling, dat de lichamen kort daarna door
katholieken zouden opgegraven en veroverd
zijn. Daarvan zou n.l. een herinnering zijn over
gebleven.
Doordat het „Mullem" later werd ingedijkt
bij de stad, zeggen Opmeer en latere auteurs,
dat de lichamen rusten op een onbekende (rul.
niet nauwkeurig aanwijsbare) plaats.
De zeer gedetailleerde studie van den heer
Noordeloos is uitstekend verlucht met een tien
tal afbeeldingen en topografische kaarten.
jü'U'J1 'ijir
rnnïïTyrtTnTT
schot van een kachel en een fiets. Niet ver
daarvandaan vormen de overblijfselen van een
stoom-graafmachine een grillig silhouet. In het
geheel zijn er drie huizen verbrand: aan het
kanaal nog twee huizen van de verveners De
Vries en De Boer. Van andere huizen aan het
Scholtenskanaal zijn nog schuren en kippen
hokken afgebrand; door voordurend nathouden
is het aan de brandweer van Emmen en
Erfscheiderveen gelukt, de huizen te behouden.
In het geheel hebben negen motorspuiten aan
het blusschingwerk deelgenomen: twee van de
Mij. Klazienaveen, één van Klazienaveen. twee
van Emmen, één van Emmercompascuum, één
van Emmer-Erfscheideveen, één van Erica en
één vna Erfscheiderveen. Verschillende spuiten
zijn op schuiten gereden en zoo langs vaar
geulen het brandende veen ingevaren. Veel
blusschers zijn reeds aan het werk van
Woensdagmiddag vier af, toen het vuur zich
in twee uur over een uitgestrektheid van twee
K.M. had voortgeplant. Het zijn lange Drent
sche kerels, geboren en getogen in net veen,
die zwijgend water spuiten op den grond
waarop zij staan.
De geheele schade wordt geschat op onge
veer dertigduizend. Van de turf is vrijwel niets
verzekerd. De vervener W. de Boer, die zijn
geheele bezit en den arbeid van een geheel jaar
in vlammen heeft zien opgaan, was niet ver
zekerd; van G. de Vries was alleen het huis
verzekerd, doch deze had op zijn turf een kleine
3000 gulden opgenomen. Zoo hebben deze arme
menschen alles verloren wat ze bezaten. Door
een vonk uit een pijp en een sterken zuidwester-
storm.
De grootsche Nationale Huldigingsbetooging
welke ongeveer een maand geleden in het Am-
sterdamsche Stadion plaats vond, ligt nog
versch in het geheugen. Bij deze gelegenheid
zijn door het Uitvoerend Comité voor de Na
tionale Huldiging herinnerings-speldjes uitge
reikt.
Het is echter naar ons van betrouw
bare zijde wordt meegedeeld een
bijzonder betreurenswaardig feit, dat deze
emblemen thans van buitenlandsch
fabrikaat blijken te zijn. De Neder-
landsche industrie, welke heden ten dage
werkelijk met voldoende moeilijkheden te
kampen heeft, heeft weliswaar een offerte
voor de levering dezer speldjes gemaakt,
maar desondanks is deze be-
stelling in het buitenland
geplaatst! Dit aandenken aan een
nationale huldiging is dus uit het buitenland
afkomstig, dat zelfde buitenland dat voor
geen maatregelen terugdeinst om onze pro
ducten zoovele mogelijk buiten zijn gren
zen te houden.
Het is heden ten dage, met het oog op de
ernstige werkloosheid, de plicht van ieder
rechtgeaard Nederlander om werk, dat in ons
land uitgevoerd kan worden voor de nationale
industrie te behouden. En wij kunnen dan ook
de meening van het Verbond van Nederland-
sche Werkgevers zie De Nederlandsche
Werkgever van 12 October ten volle onder
schrijven, dat het ontstellend is, dat een
buitenlandsche firma de opdracht ver-
krijgt om het embleem te vervaardigen, dat de
nationale gevoelens moest verzinnelijken, welke
bij deze huldiging tot uiting kwamen; terwijl
een Nederlandsche firma van deze opdracht
verstoken bleef. Het ontbreekt ons Hollanders
nog immer aan nationaal eergevoel en natio
naal plichtsbesef. Het is te hopen, dat zulk een
ergerlijke gebeurtenis deze gevoelens wakker
moge schudden, dat men in de breede kringen
onzer bevolking eindelijk de noodzakelijkheid
moge beseffen eener grootere waardeering der
inheemsche nijverheid. Men verlieze toch vooral
niet uit het oog, dat onze nationale welvaart
ten nauwste verbonden is aan industrieele be
drijvigheid, dat een ieder door het aankoopen
van Nederlandsch fabrikaat de werkverruiming
zal bevorderen en den nood zoodoende helpt
lenigen.
Een tweede vermoedelijke dader
aangehouden
Dinsdagavond heeft de gemeentepolitie in sa
menwerking met de Bussumsche rechérche te
Amsterdam de hand gelegd op iemand, K. W.
De sociaal-demokraten paradeeren nog
maar steeds gaarne als de paladijnen
der onvolprezen vrijheid.
Met welk recht?
Dat is niet volkomen duidelijk voor wie de
heeren in het binnen- en buitenland de laatste
jaren in hun doen en laten zoo'n beetje heb
ben gadegeslagen: het vrijheidsideaal bleek
immers bijna steeds en soms zelfs uitsluitend
gehuldigd en gekoesterd te worden, wanneer
zulks voor de heeren zelf voordeelig was; voor
den tegenstander kwam het er veelal minder
op aan, of hij van vrijheid genieten en profi-
teeren kon.
Hoe hebben de heeren in Weenen de Katho
lieken niet jarenlang geringeloord! In den
eersten tijd na de revolutie is het daar voor
gekomen, dat socialisten bij de kerken postten
om toe te zien, welke werkman, welke bakker
en welke slager daar binnen ging: de boos
doener kwam dan zonder pardon op den bon en
het brood werd hem uit den mond gestooten.
Een voorbeeld uit duizenden, dat ons zoo
juist te binnen valt, omdat een Oostenrijker
er ons dezer dagen nog eens aan herinnerde.
't Is telkens weer voor zichzelf, dat de socia
listen de vrijheid opeischen; als de socialisten
het in him macht hebben, laten zij hun tegen
standers geen schijntje van vrijheid.
Het ligt niet op onzen weg, het internationaal
fascistendom in bescherming te nemen (het wil
ons vóórkomen, dat men daarom ook niet
vraégt!), maar de manier, waarop de
socialisten overal, waar ze durven en kunnen,
tegen de fascisten en nationaal-socialisten op
treden, is weer zuiver.... socialistisch.
Blijkbaar met groote voldoening maakt „Het
Volk" er melding van, dat de Belgische fascisten
„geen kans" krijgen:
„De anti-fascistische demonstraties in geheel
Vlaanderen en te Brussel hebben de geüni
formeerde dinasos van de straat doen verdwij
nen. Te Brussel belegert een dichte menigte
nog steeds het dinaso-huis. In den loop van
den nacht waagden vijf fascisten zich op straat,
maar zij moesten een goed heenkomen zoeken
in een naburig politiebureau, waar zij op hun
verzoek den geheelen nacht werden vastge
houden.
Te Yperen bestormden werkloozen het lokaal
der Vlaamsche fascisten. Zij verwijderden de
fascistische opschriften en stelden er anti
fascistische voor in de plaats. De politie ont
zette het gebouw."
Wat een respect voor de vrijheidvan
anderen!
En nu zult u de socialisten eens steen en been
hooren klagen als de rollen eenmaal omgekeerd
raken en hun met méér recht de vrijheid
ontnomen wordt, waarmede zij maar kwaad
stichten.
L. genaamd, die zeer vermoedelijk de dader is
van de Gooische kerkinbraken. Deze verdachte
is Woensdag voor een verhoor naar Blaricum
overgebracht, terwijl zijn voorgeleiding voor den
Officier van Justitie dezer dagen zal plaats
vinden. Zeer vermoedelijk heeft men met hem
den tweeden dader gearresteerd. De andere M.
H. is, zooals bekend, ondergebracht in het Huis
van Bewaring te Amsterdam.
Een dankbare brief uit Den Helder
„Ongeveer een jaar had ik geen leven door
de vreeselijke pijnen die ik leed in den arm.
Onder mijn werkzaamheden ging 't eerst wel,
doch wanneer ik even tot rust kwam was het
niet uit te houden van de pijn en omdat het mij
eenigszins verlichtte hield ik. mijn arm in de
hoogte. Zoo zat ik steeds bij de tafel te kreu
nen, maar als de nacht kwam dan begrijpt U,
dat dit een moeilijke houding was. Mijn arm
geheel in de wol gepakt ging ik met den arm
omhoog zoo den nacht in. Maar o als die arm
kwam te liggen, dan ontwaakte ik steeds door
dezelfde pijn. Aan uitgaan was geen denken: in
kerk of gezelschappen kon ik toch slecht den
verkeersagent spelen. Alles heb ik geprobeerd.
Niets hielp. Steeds werd mij Kruschen Salts
aangeraden, maar ik kon maar niet gelooven,
dat dit zou baten. Nu, dat dan ook nog maar
eens geprobeerd! En werkelijk, na 'n dag of vijf
zei ik tegen mijn man: „Nu, of dat nu van
Kruschen komt weet ik niet, maar ik ben een
geheel ander mensch." Steeds is het beter ge
worden tot ik een week of zes nadien geheel
beter was. Nu neem ik het al een maand of
negen in en ben weer zóó flink en gezond! Ik
weet mijn geluk niet. 's Morgens een hal ven
theelepel in een kopje thee is mij onmisbaar en
ik zou het voor geengeld willen missen. Ik
heb het al menigeen aangeraden. Men had ge
zegd, dat het zenuwrheumatiek was en ik er
nooit af zou komen, maar gelukkig liep dit
anders. Mej. M. O., Den Helder.
Wat Kruschen Salts deed voor Mej. M. O.
was: het kwaadaardig urinezuur verdrijven, dat
de kwellende rheumatische pijn veroorzaakt. En
Kruschen zal haar ook verder bewaren voor de
verschrikkingen van rheumatiek. Want de „da-
gelijksche dosis" zal haar organisme in een
perfecte conditie houden, zoodat schadelijke
stoffen als urinezuur zich nooit meer kunnen
ophoopen.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij
alle apothekers en drogisten a Fl. 0.90 en Fl. 1.60
per flacon. Let op dat op het etiket op de flesch
zoowel als op de buitenverpakking de naam
Rowntree Handels Maatschappij Amsterdam
voorkomt.
Op het oogenblik kunt U Kruschen Salts pro-
beeren zonder flat het U iets kost. Er zijn
namelijk onlangs onder de apothekers en dro
gisten een aantal flacons Kruschen verdeeld,
die alle verpakt zijn met een gratis proef flacon.
U kunt dezen gratis proefflacon gebruiken zonder
den gewonen flacon Kruschen te openen. En in
dien U na deze proef niet volkomen tevreden
bent, kunt U den grooten flacon ongeschonden
terugbrengen naar den apotheker of drogist bij
wien U dezen gekocht hebt. Hij zal U uwe geheele
uitgave, Fl. 1.60 onmiddellijk en zonder
omwegen terugbetalen.
Maar vergeet niet, dat de gratis proefflacon
alleen verpakt is bij de groote maat en slechts
voor een beperkten tijd verkrijgbaar is. Gaat
dus nu naar uw apotheker of drogist, voordat
hij deze „Groote Proefpakken" heeft uitver
kocht.
(Adv.)