fe- Prikkeldraad m Het geld en de politiek in Frankrijk s Jongen door zijn vriendje gedood Distributie van vleesch in blik I. Het Fransche parlement EEN TRAGISCH DRAMA AFGIFTE VAN BONNEN De doode hand AUTO TEGEN EEN BOOM JECOVITOL VRIJDAG 10 NOVEMBER Kon 's morgens niet aan 't werk DVITSCHE VOLKSKUNST Groote verslagenheid in twee gezinnen te Uden PASTOOR F. DE MEULDER t Motorteeken vervallen Ernstige verdenking van misdrijf In iedere gemeente zulten slagers en eventueel ook gros siers het vleesch verkoopen Dekking van de kosten ALBERT VOGEL t Begrafenis Maandag a.s. VAALS IN NOOD Steun van het Rijk? WOEKERAARSTER VOOR DEN RECHTER Overtreding der geldschieterswet Ernstig ongeluk bij Reims, waarbij een doode en twee zwaar gewonden Families verwittigd Examen Godsdienst-Diploma B Hoe zonderling het velen ook zal voor komen, dat wij dit durven neer schrijven, het is toch waar: in Frankrijk heeft het geld, en ruimer geno men: het economisch leven, veel minder invloed op de politiek uitgeoefend dan in Duitschland. Maar werpt men ons tegen vergeet gij niet het beruchte parool onder het burger-koningschap: „Verrijkt u!", en het Panama-schandaal, en het omkoopen van Fransche dagbladen door de Czaristi- sche Russische Regeering, en de ver schillende politieke schandaal-affaires, laatstelijk nog de zaak-Madame Hanau en de Gazette du Franc? Neen zeker, wij vergeten dit alles niet, en wij zullen het hierna ook nader be spreken. En toch handhaven wij wat wij in den aanhef schreven: in Frankrijk heeft het geld, en ruimer genomen: het economisch leven, veel minder invloed op de politiek uitgeoefend dan in Duitsch land. En wij zullen terstond de verklaring van dit verschijnsel geven, al zal die verklaring alweer aan velen als een Chestertonsche paradox in de ooren klinken. Die verklaring is, dat in Frankrijk eco nomie en politiek veel verder van elkander verwijderd zijn dan in alle andere groote, min of meer democratisch geregeerde landen. In Frankrijk ligt de eigenlijke basis van de politiek niet, gelijk in Duitsch land, in Engeland, in de Vereenigde Staten, in het economisch leven. De Fransche poli tiek is niét allereerst economische, maar kuituur-politiek, en vergeef de ietwat zonderlinge uitdrukking staatkundige politiek. De politieke strijd in Frankrijk gaat allereerst om grondwettelijke vraag stukken, zaken van bestuur en politiek regeeringsbeleid, de justitie, de oude revo- lutionnaire beginselen, de algemeene menschenrechten. Reeds lang voor den oorlog stonden in Duitschland in het mid delpunt der politieke debatten de finan- cieele en de handels-politiek, de strijd tus- schen kapitaal en arbeid, de arbeidswet geving en de arbeidersverzekering. In Frankrijk kwamen vooral andersoortige vraagstukken op den voorgrond: de laici- seering, het stellen van het militaire onder het burgerlijk gezag, de scheiding van Kerk en Staat. Niet de financieele groot macht, de Loge oefende op de Fransche politiek in de Derde Republiek den groot sten invloed uit. Eerst in de laatste jaren is er in de Fransche politiek meer belang stelling voor het economische bemerkbaar. Het is toch wel opmerkelijk, dat eerst in het tweede Kabinet-Tardieu, in het voor jaar van 1930, voor 't eerst in Frankrijk in het Ministerie optrad, nog niet eens een Minister, maar een onder-staatssecretaris voor „économie sociale". Zoo was inderdaad, veel meer dan in andere landen, in Frankrijk de politiek buiten-economisch. In het Fransche econo mische leven vindt men veel minder groe peering en organisatie dan in Duitschland. Er zijn maar weinig standen-organisaties, die een economischen, en daardoor ook politieken, machtsfactor vormen. Er ont breken economische en financieele groepen, die invloed op de politiek zouden willen uitoefenen. Hoogstens kan men in Frank rijk eenigen politieken invloed bespeuren bij den landbouw, en vooral bij de wijn boeren. Maar deze oefenen dien invloed niet uit door middel van geld, maar door hun stemrecht. Doch juist op het Fransche platteland is de invloed van het anticleri- calisme het grootst. Een Fransche boer stemt niet om economische beweegredenen op een practiseerend katholiek ook al omdat hij in hem een, al of niet verkapten monarchist ziet maar op een socialisti- schen of radicalen logeman. In Frankrijk zijn het vrijwel uitsluitend afzonderlijke personen, die trachten van de politiek te profiteeren, hier een bankier, ter wille van een emissie, daar een paar industrieelen, om een verhoogd invoer recht of een leverantie aan leger of vloot, ginds een hotelhouder, die een speelbank wenscht om zijn onderneming voor een anders dreigend faillissement te behoeden, enz. En zoo staat 't ook bij de député's. In Duitschland troffen we groepen afgevaar digden aan, die in de politiek gingen, om economische belangen te behartigen. In Frankrijk is dit een individueele „zaak", geen groote strijd om geld en macht. Frankrijk en daardoor ook het parle mentarisme aldaar is bij uitstek indivi dualistisch. Eigenlijk heeft alleen, naar Duitsch model, de socialistische partij een gesloten partij-organisatie. Maar toch heeft zij, die bij de verkiezingen anderhalf mil- lioen stemmen op haar candidaten veree- nigt, toch niet meer dan een honderddui zend leden, waarvan nog maar de helft contributie betaalt! Daarop volgt dan nog de Radicaal-socia listische partij die tamelijk radicaal en bijna heelemaal niet socialistisch is welke groote congressen houdt, echter niet van georganiseerde leden, maar van ver trouwensmannen, die over het geheele land verspreid leven, voornamelijk anti-clericale onderwijzers. Dan is er nog een kleine groep met een soort partij-apparaat, de groep der royalisten, vereenigd in de „Action Frangaise". Ze is echter meer een buiten-parlementaire strijdorganisatie. De overige kamergroepen, van het midden en van rechts, hebben geen zichtbare partij organisatie achter zich. Zoo is er bij de burgerlijke partijen ook geen centraal-bureau, van waaruit kandi daturen worden gearrangeerd. Kandidaten worden gesteld door plaatselijke comité's, die pas kort voor de verkiezingen worden gevormd. De kandidaten zijn daarom in Frankrijk veel meer dan in Duitschland en bij ons, aangewezen op populariteit in het kiesdistrict en ook al daarom kan de invloed van het geld en van economische organi saties bij het stellen van kandidaten niet zoo bijzonder groot zijn. Daardoor is het ook te verklaren, dat het Fransche Parle ment tot den huidigen dag gebleven is een parlement van advocaten. De meest wel bespraakte, gladste en populaire rechts geleerden hebben de grootste kans, om in een verkiezingsstrijd den palm der overwinning weg te halen. Maar natuurlijk, ook in Frankrijk kosten de verkiezingen geld, en ook daar is het spreekwoord, althans practisch, bekend: voor wat hoort wat. Het gebruik wil, dat de Kamerkandidaten aan de politiek be vriende burgemeesters bij het begin van de verkiezingscampagne een zekere som gelds ter hand stellen; vroeger was dat gewoonlijk 5 a 6 duizend francs. Thans nu de Fransche franc maar 'n dubbeltje waard is, zal 't wel wat meer zijn. Dat geld is niet voor die brave burgervaders be stemd, maar dient om ter plaatse voor een goede propaganda te zorgen. De totale kosten van een verkiezing worden begroot voor de socialistische kandidaten op 15 a 20 duizend goud-francs, en voor de burger lijke kandidaten op 40 a 50 duizend. Maar soms, als de strijd erg scherp is, stijgen deze kosten nog aanzienlijk. Maar dooreen- genomen zijn toch deze verkiezings-pro- pagandakosten in Frankrijk heel wat min der dan die in Duitschland. Ze zijn ook lager, naarmate een candidaat in zijn dis trict meer populair is. Hoe groot 't verschil met Duitschland is, blijkt ook wel uit een na de Mei-verkie- zingen in 1928 opgestelde statistiek, opge nomen o.a. in het dagblad „L'Intransige- ant" van 21 April 1928, over de beroepen der gestelde candidaten. Er waren bij: 385 advocaten, 266 journa listen, 225 arbeiders, 186 boeren, 128 in dustrieelen, 67 kooplieden, 98 spoorweg beambten, 41 postbeambten, en maar 7 geestelijken en 8 bankiers. De meesten van deze kandidaten kunnen niet zelf de ver- kiezingskosten betalen en zijn daarom af hankelijk van de geldelijke bijdragen hun ner politieke vrienden. En nu doet zich ook hier weer een verschil met Duitschland voor. Gelijk we reeds gezien hebben, worden in Duitschland de verkiezingskosten groo- tendeels door de industrieele ondernemingen gedragen, en slechts voor een klein deel door de bankiers. Maar in Frankrijk zijn het juist de bankiers, die het scheutigst zijn, om een flinke bijdrage voor de pro paganda der Kamerkandidaten te schen ken, al zijn er ook wel fabrikanten, die zich niet onbetuigd laten. Zeker is dit, ook in Frankrijk, niet zonder bedenking, maar de lokale controle in de betrekkelijk kleine Fransche kiesdistricten belet toch, dat bij de verkiezingen het geld een al te overmatige rol speelt. Men koestert vanzelf wantrouwen tegen kandidaten, die al te kwistig met geld omspringen. En ook na de verkiezing worden ze door de kiezers streng op de vingers gekeken. Ook de Kamercommissie, die rapport uitbrengt over de gekozen kandidaten, vóór ze toegelaten worden, vraagt hieromtrent, zoo noodig, rekenschap. Zoo werd in 1924 de verkiezing van een lid der familie Rothschild ongeldig verklaard, omdat deze zijn verkiezing met een slechts kleine meerderheid te danken had aan het uitdeelen van geld onder de kiezers. Om dezelfde reden werd ook de verkiezing tot Senator van den bekenden parfumerie-fabrikant Coty over wien we nog nader zullen te spreken hebben ongeldig verklaard. Al heeft men dus in Frankrijk niet, als in Engeland, een wette lijke beperking van de verkiezings-propa- gandakosten, onbeperkt kan toch ook daar het geld bij de verkiezingen niet werkzaam zijn. Eens echter is er ook in Frankrijk een poging gedaan, om een organisatie te stichten, om de verkiezingen te financieren. De man, van wien deze uitging, was de Senator Paul-Ernest Billiet, en de naam van deze organisatie was: „Union des In téréts Économiques". Deze Union werd in 1910 opgericht als een beschermingsverbond van de Fransche Verzekeringsmaatschappijen tegen het toenmaals geopperde plan tot vorming van een staats-verzekerings-monopolie. Later traden er nog de zware industrie en ver- keers-lichamen, ja zelfs ook middenstands- en landbouw-organisaties toe. Dat ging dus uit de verte! eenigermate gelijken op het „Reichsverband der Deutschen Industrie". Onder leiding van Senator Billiet trad nu deze „Union" doelbewust in den politieken strijd op. Bij de eerste verkiezing na den wereldoorlog, herfst 1919, die nog in den overwinningsroes aan het Bloc National van de vereenigd-Rechtsche groepen, een sterke meerderheid bracht, trad de „Union des Intéréts Économiques" op als finan cieele centrale. Er werd beweerd allicht wat overdreven dat Billiet er toen in ge slaagd was, om 30 millioen francs bijeen te brengen en bij de verkiezingspropaganda te gebruiken. Financieele steun werd alweer typisch Fransch niet verleend aan de partijen, maar aan de afzonder lijke kandidaten, wanneer ze toezegden, bij de belasting-, handels- en sociale poli tiek rekening te zullen houden met de groote economische belangen. Ten aanzien van niet-economische vraagstukken, bijv. over de scheiding van Kerk en Staat, werd geen belofte gevraagd. Hoofdzake lijk Rechtsche kandidaten kregen dezen steun, maar, om in alle groepen vrienden te verwerven, bleven ook vertrouwde link- sche kandidaten niet ongesteund. Bij de Mei-verkiezingen van 1924 be proefde Billiet het experiment van 1919 te herhalen. Maar de politieke toestand in Frankrijk had onderwijl een verschuiving ondergaan. Er was een sterke strooming naar links. En juist de ondersteuning door de „Union" aan de Rechtsche kandidaten het blok van Rechts onder leiding van Millerand compromitteerde dezen bij vele kiezers. De radicaal-socialisten wei gerden die ondersteuning en sloten een kartell met de socialisten. Zoo stonden het blok van Rechts en het kartell van Links scherp tegenover elkaar. Maar Billiet stelde nu dezen tegenzet, dat hij kandidaten van uiterst links, tegenover de kandidaten van het kartell, financieel steunde. Zoo ontving in een der Zuidelijke departementen een communistische kandidaat een chèque van de „Union". Maarhet kartell behaalde de overwinning. De overwinnaars vergenoegden zich niet ermee, den leider van het Rechtsche Blok als President van de Republiek ten val te brengen, maar ze rekenden ook af met Billiet's organisatie. De Kamer benoemde een Enquête-commissie, die de leiders van de groote ondernemingen voor zich daagde, om getuigenis af te leggen over hun poli tieke propaganda-werkzaamheid en over hun aandeel in de financiering der ver kiezing. Het eindresultaat was een beetje belachelijk: Billiet werd veroordeeld tot het betalen van een boete, groot.... 300 frs.! wat toen zoo ongeveer beteekende 40! Maar moreel was de „Union" verslagen. Haar macht en invloed waren gebroken. omdat het hoesten hem 's nachts zoo had afgemat. „Door een verwaarloosde verkoudheid kreeg ik het op mijn borst, waardoor ik het verschrikkelijk benauwd had. Ik kon 's morgens niet naar mijn werk gaan, omdat ik 's nachts niet sliep van be nauwdheid. Na 't gebruik van Abdijsiroop trad een algeheele verandering in. Ik kon weer rustig diep ademhalen, mijn werk verrichten en slapen. Ik voel mij nu zoo goed als nooit tevoren en dank dat mijns inziens alleen aan de Abdij siroop". Zoo schrijft ons de heer J. H. te B., wiens origineele brief voor ieder ter inzage ligt. De op bijzondere wijze samengestelde Abdijsiroop werkt heerlijk slijmoplossend, verzachtend, hoeststillend; verruimt Uw ademhaling en tast Uw hoest in de grond oorzaak aan, vermijdt etterige slijmvor- ming en ontsteking. Door Abdijsiroop te nemen hebt Gij iets bijzonders voor borst en keel en op iederen leeftijd kunt Ge Abdijsiroop gebruiken. Thans per flesch 1.1.50, 2.75. Ge bespoedigt Uw genezing door buitenshuis Abdijsiroop- Bonbons („gestolde" Abdijsiroop) te ge bruiken. 35 cent en 60 cent per doos. In het Kunstnijverheidsmuseum te Berlijn wordt op het oogenblik een tentoonstelling gehouden van voortbrengselen van Duitsche volkskunst. In den ouderdom van 56 jaar is gisterenmid dag ten huize van zijn familie te 's-Gravenhage, na voorzien te zijn van de laatste H.H. Sacra menten der Stervenden overleden de zeereerw. heer F. de Meulder, sedert 1925 pastoor te Ur- sem. De plechige uitvaart zal plaats hebben op Dinsdagmorgen te half 11 in de parochiekerk te Ursem, waarna de teraardebestelling op het kerkhof aldaar. Ferdinand Josephus de Meulder werd geboren te Lisse 22 September 1877; priester gewijd 15 Augustus 1901. Achtereenvolgens was hij kape laan te Zoetermeer, Roelofarendsveen en Naald wijk. Daarna werd hij pastoor te Oud-Vosmeer en sinds 23 Mei 1925 was hij pastoor te Ursem CN.-H.). De ambtenaar bij het O. M. bij het Kanton gerecht ter standplaats Leeuwarden brengt ter algemeene kennis, dat van het thans vervallen verklaarde rr.otorteekei H. 2440 door onbe voegden gebruik wordt gemaakt. Inderdaad blijkt een tragisch drama ten grondslag te liggen aan het vinden van het lijk van den veertienjarigen Johan Lammers te Uden. Bij de ondervraging van den jongen L. heeft deze ten slotte toegegeven te weten wat er ge beurd is. Hij heeft, volgens „Het Volk" het vol gende verschrikkelijk relaas gegeven: Hij was den avond tevoren met het slacht offer, naar de schuur achter het huis van den heer L. gegaan om daar scheikundige proeven te nemen, die een van hen beiden dien middag op school had geleerd. Nadat zij daarmede eeni gen tijd bezig Waren geweest, begonnen de jon gens te stoeien. Daarbij ging 't nogal wild toe. Johan Lammers raakte met zijn vriend aan het worstelen en deze drukte hem toen de handen om den nek om hem tegen den grond te krijgen. Tot zijn schrik merkte hij plotseling, dat Johan op den grond bleef liggen en dat zijn gelaatskleur blauwig werd. De zeventienjarige L. begreep, dat er een vreeselijk ongeiuk was gebeurd. Hij schudde zijn vriendje aan de schouders en toen deze geen beweging meer maakte, raakte hij buiten zinnen van opgewondenheid. In zijn angst voor ontdekking van wat er gebeurd' was en zonder aan de gevolgen van zijn daad te denken, zocht de jongeman een touw en bond dit om den nek van zijn vriendje, waarna hij hem in de schuur ophing, om zoo den schijn te wekken dat er niet van een onge luk, doch van zelfmoord sprake was. Daarop ging hij naar huis. Spoedig daarna begreep hq echter, dat hij iets zeer gevaarlijks had uitge haald en in grooten angst ging hij weer naar de schuur terug, waar hij het lichaam los sneed en naar buiten droeg. Daar heeft hij het onder een stapel steenen gelegd om zoodoende doh schijn te wekken dat zijn vriendje van het dak afgevallen was. Onderwijl werd zijn angst voor ontdekking hoe langer hoe grooter en geheel buiten zinnen pakte hij een steen en sloeg daarmede op het lijk in. Daarna begroef hij het nog gedeeltelijk onder steenen. Naar wij vernemen heeft de Minister van Binnenlandsche Zaken het volgend schrijven gericht tot de gemeentebesturen: Het ligt in de bedoeling van de Crisis-Rund veecentrale gekookt rundvleesch in blik be schikbaar te stellen voor distributie aan steun- trekkenden en armlastigen. De Crisis-Rund vee-Centrale stelt zich voor, dat deze distri butie door bemiddeling der gemeentebesturen zou kunnen geschieden. Daartoe is aan dezen reeds een schrijven gericht, waarin gevraagd werd opgave te willen verstrekken van het aan tal bussen, dat vermoedelijk voor distributie noodig zou zijn. Het komt mij voor, dat het wenscheljjk is, dat deze medewerking door de gemeentebesturen verleend wordt. Aan de Cri sisrundvee-Centrale heb ik derhalve verzocht zich inzake de nadere regeling van deze aan gelegenheid rechtstreeks met uw college in verbinding te stellen. Ik acht het wenschelijk, dat de distributie binnen de gemeente zooveel mogelijk plaats vindt door de in uw gemeente gevestigde slagers. Eventueel zouden daarbij de grossiers in vleesch ingeschakeld kunnen wor den. De Crisis-Rundveecentrale stelt zich voor, dat de regeling ongeveer als volgt zal plaats vinden. Ieder gemeentebestuur geeft aan de Crisis-Rundveecentrale op hoeveel bussen ver moedelijk voor distributie zullen benoodigd zijn. Is men van oordeel, dat de opgegeven aantal len gewijzigd moeten worden, zoo stelt men de Crisis-Rundveecentrale daarvan in kennis. Op gegeven moet worden waar en op welken dag of dagen men de bussen wenscht te ontvangen. De verzending geschiedt aan het gemeentebe stuur of aan een door het gemeentebestuur op te geven adres, doch niet rechtstreeks aan de slagers of grossiers, die voor de distributie zorg dragen. De verkoop moet geschieden tegen 35 cent per K.G.-bus. Halve kilogram-bussen zul len in verband met de daaraan verbonden kos ten niet beschikbaar gesteld worden. Van deze 35 ets. moet 30 ets. aan de Crisis-Rundveecen trale afgedragen worden. De overblijvende 5 centen kunnen gebruikt worden tot dekking van de distributiekosten. De distributie vindt plaats aan steuntrekkenden en andere armlas tigen. Onder „steuntrekkenden" worden ver staan personen, welke steun ontvangen inge volge een door den Minister van Sociale Za ken goedgekeurde steunregeling, personen, welke zijn te werk gesteld bij een van Rijks wege gesubsidieerde werkverschaffing en per sonen, welke steun genieten ingevolge de bepa lingen van de Armenwet. Onder „armlastigen" worden verstaan personen, welke niet onder de genoemde steuntrekkenden vallen, doch welke naar uw oordeel nochtans als zoodanig moeten worden beschouwd. Verkoop van de bussen mag uitsluitend geschieden tegen inlevering van door of vanwege uw college afgegeven bonnnen, waaruit blijkt, dat de aanbieder recht heeft op het koopen daarvan. Degene, door wien de verkoop plaats vindt, zal op zijn beurt de bon nen in moeten leveren bij een nader door u aan te geven instantie, opdat nagegaan zal kun nen worden, dat niet meer bussen worden ver kocht dan bonnen zijn afgegeven. Aan gezin nen van een en twee personen zullen bonnen afgegeven kunnen worden voor het verkrij gen van I Kilogram-bus per week, aan gezin nen van meer dan twee personen bonnen voor het verkrijgen van 2 K.G.-bussen per week. De afgifte van bonnen zou op de volgende wijze kunnen geschieden. Hoofden van gezinnen zul len voor het verkrijgen van het vleesch in aan merking komen door een daartoe strekkende aanvraag op een door u vast te stellen formu lier bij de daarvoor door u aan te wijzen in stantie. Dit kan zijn Maatschappelijk Hulpbe toon, Armbestuur of soortgelijke organen. Het ingevulde aanvraag-formulier wordt door deze afgeteekend. Tegen inlevering van het afgetee- kende formulier (cf, voor zoover betreft de ge zinshoofden, die reeds van de verstrekking ge bruik maken, van de oude kaart) ontvangen de gegadigden kaarten met bonnen, welke een half jaar gebruikt kunnen worden en elk, tegen be taling van 35 cent per K.G. recht geven op ontvangst van 1 K.G.-bus. De afnemers kun nen het vleesch ontvangen tegen inlevering van de afgestempelde bons, welke aan de kaart be vestigd moeten zijn. Hij, die een bon zou heb ben verhandeld of het op dien bon verkregen vleesch, wordt voor goed van dezen vorm van ondersteuning uitgesloten. De Officier van Justitie uit Den Bosch heeft de overbrengnig van den zeventienjarigen jon geman naar het Huis van Bewaring in Den Bosch gelast. Het lijk is vervoerd naar het St. Janszieken huis. De houding van den verdachte in de uren voordat het lijk gevonden werd, is zeer merk waardig geweest, meldt men ons van andere zijde. Woensdagmiddag omstreeks vijf uur begonnen de ouders van J. Lammers zich ongerust te ma ken over het wegblijven van hun zoontje. Zij stelden zich in verbinding met den zeventien jarigen L., die geregeld en zeer vriendschappelijk met hun zoon omging. De vriend verklaarde niet te weten waar Jan was. Volgens zijn mee ning was hij naar huis gegaan. Verschillende keeren kwam hij belangstellend bij de ouders vragen of Jan nog niet thuis was gekomen. Hij bracht echter diens fiets, schooltasch en jas mede. Onmiddellijk toog men erop uit om den ver miste te zoeken. Toen het al later en later werd, stelde men de marechaussee van de vermissing op de hoogte. Met hulp van verschillende bewo ners speurde de politie naar alle kanten, doch men ontdekte nog geen spoor van den vermiste. Totdat eindelijk om elf uur 's avonds een slager hevig ontdaan kwam mededeelen, dat hij her, lijk van Jan had gevonden. De man had met een zaklantaarn nogmaals het erf van den aan nemer nauwkeurig doorzocht. In een machine, waarmee grind wqrdt gelost, lag het lijk van den jongen. Het slachtoffer lag in een zoodanige houding, dat men aanvankelijk dacht dat de knaap uit deze machine naar beneden Was ge vallen, en op den ijzeren balk was terecht ge komen. Het lijk vertoonde oppervlakkig verwon dingen aan gelaat en achterhoofd. De jonge L., die een eigenaardig karakter heeft, staat gunstig, hoewel zonderling, bekend. Hij toonde zich den heelen avond tijdens het zoeken, waaraan hij ook meedeed, echter op merkelijk gejaagd en nerveus, hetgeen ook ver schillende personen is opgevallen. Hij verklaar de voortdurend, niet te weten waar Jan geble ven was. Tijdens het verhoor bekende hij ten slotte er meer van te weten. Gewurgd In verband met den stand van het onderzoek kan de justitie de motieven welke tot deze daad hebben geleid, niet openbaar maken. Naar men aan „Het Volk" van zekere zijde mededeelt, zou de verslagene zijn gewurgd. Men acht misdrijf dan ook geenszins uitgesloten. Vanavond hebben de politiedoktoren dr. Met- trop uit Den Bosch en dr. Nieuwenhuyzen uit Utrecht in het St. Jansziekenhuis, waar het lijk was heengebracht, sectie verricht. Jan Lammers was een leerling der U. L. O.- school te Uden en was bij zijn leeraren en mede scholieren zeer bemind. De verslagenheid in beide gezinnen, die steeds met elkander vriend schappelijken omgang hadden, is begrijpelijker- W.jze zeer groot. Het vreeselijke gebeuren heeft in het rustige dorp groote beroering teweeg ge bracht. De teraardebestelling van het stoffelijk over schot van den voordrachtskunstenaar Albert Vogel, oud-voorzitter van den Haagschen Kunst kring, zal Maandag a.s. plaats hebben te Den Haag op het R. K. Kerkhof aan de Kerkhof laan, nadat in de Kerk van de H.H. Martelaren van Gorcum een rouwdienst zal zijn gehouden. De stoet vertrekt te 1 uur van de kerk aan de Stadhouderslaan. Herhaaldelijk bleek uit de raadsvergaderingen der gemeente Vaals, dat deze grensgemeente in nood verkeert. De regeering dringt aan, tot her stel van het gebroken evenwicht in de finan ciën, op het invoeren van belastingverhoogingen. Een commissie uit den raad heeft Ged. Staten ingelicht. Het resultaat dezer besprekingen valt af te wachten. Op steun van het Rijk wordt ge, rekend. De Rotterdamsche rechtbank heeft een zes- en-dertige jarige vrouw veroordeeld wegens overtreding van de geldschieterswet. Zij had dit jaar het geldschietersbedrijf uitgeoefend zonder daartoe wettelijk gerechtigd te zijn. De officier van justitie had 50 gulden boete of 25 dagen hechtenis plus zes maanden voor waardelijke gevangenisstraf met een proeftijd van drie jaar geëischt. De rechtbank veroordeelde haar tot een geldboete' van 50 gulden subs 25 dagen hech tenis benevens twee maanden gevangenisstraf voorwaardelijk De belasting van goederen in „de doode hand" is jarenlang door een zeker soort publiek naarstig gepropageerd. Er werd met gespannen verwachting naar uitgezien. Het scheen wel, of het vaderland niet eerder gered zou zijn, dan nadat de fiscus zijn grijpende hand in die richting zou hebben uitgestrekt. Mien was namelijk over het algemeen van ge voelen, dat de goederen in de doode hand uit sluitend eigendom waren van de „steenrijke" Katholieke kerken en kloosters. Een koude douche ontvingen de geëerde en thousiasten reeds het vorig jaar, toen de sta tistiek uitwees, dat de andere kerkgenootschap pen rijker met vaste goederen gezegend waren dan de Katholieke. De animo was al dadelijk gedoofd en waarschijnlijk zou er van een be lasting der doode hand nooit iets zijn gekomen, indien de tijdsomstandigheden den minister van financiën niet gedwongen hadden, nieuwe „boortorens" op de bezittingen te bouwen. Het wetsontwerp is thans ingediend, 'n Ijzige stilte omgeeft het; geen vreugde-kreet klatert op. Zelfs geen lach als van den spreekwoorde lijken boer, die kiespijn heeft.Men heeft (wij wenschen ons zeer netjes uit te drukken) de voeten gebrand en moet nu op de blaren staan. De belasting treft namelijk niet alleen de godsdienstige lichamen, maar ook, en zeer te recht, de wereldlijke. De voorzieningsfondsen zullen evenzeer moeten betalen als de gefortu neerde vakcentrales: de vereenigingen van be- drijfsgenoofcen komen met hun penninkske iri de rij staan naast de duisterdoende vrijmetse laarsbroeders; pensioenfondsen, sociëteiten, reis- vereenigingen, toeristenbonden, heemschutters, dierenbeschermers, wetenschappelijke genoot schappen, al of niet waschecht, enz. enz.; zij zullen niet aan den „aanslag" kunnen ontko men. Men begrijpt, dat de stemming eenigszins neerslachtig is onder hien, die dit paard van Troje hebben helpen binnenhalen met min- nobele bedoelingen. Van de algemeene ontnuchtering getuigde ook een der liberale hoofdbladen, dat o.m. schreef „Er zijn er nu eenmaal velen, die van de schatten, welke met name bij Roomsch-Ka- tholieke instellingen, als kloosters, enz. in eigendom zouden zijn, zeer overdreven voor stellingen hebben. Uit sommige tot ons ge richte brieven kregen wij wel eens den in druk, dat de schrijvers de meening koester den, als zouden door van die goederen be lasting te heffen, vrijwel alle financieele moeilijkheden, waartegen het Rijk te strij den heeft, kunnen worden overwonnen. Nu het ontwerp en de raming van dé opbrengst (drie millioen gulden) der voorgestelde be lasting er zijn, zullen, vreezen wij, degenen die zieh van een belasting van de goederen in de doode hand zooveel voorstelden, wel eenigszins teleurgesteld zijn, niettegenstaande het ontwerp veel verder gaat, dan alleen tot een belasting van de goederen van kerkelijke instellingen." Het is heel voorzichtig uitgedrukt, maar het verraadt de stemming van ontgoochelden. Met ongekende energie heeft men een put gegra ven.... om er zélf in te vallen! Naar Reuter uit Reims bericht is Donderdag middag op den weg ReimsVouziers nabij Pont Faverger een zware Nederlandsche per sonenauto tegen een boom aangereden. Voorbijkomende automobilisten hebben de drie inzittenden uit den wagen gehaald, t.w.: den chanffeur J. P. Cremer, geboren te Amster dam, in 1901, thans woonachtig in Amsterdam, die op slag gedood werd; den heer C. P. Ver- kroost, geboren te Amsterdam, in 1897, en de Duitsche mej. Lise Koehler, geb. te Reckling hausen in 1909, woonachtig te Bonn. Deze bei den werden naar het ziekenhuis in Reims ver voerd. Zij verkeeren in zeer emstigen toestand en hebben talrijke verwondingen. De Nederlandsche consul heeft de families van de beide Nederlanders van het geval ver wittigd. Men veronderstelt, dat de touristea onderweg waren van Parijs naar Duitschland. Bij de vermelding van den uitslag van ge noemd examen te 's-Gravenhage gehouden op 14 en 20 October, is uitgevallen dat voor Bijbelsche Geschiedenis en Kerkgeschiedenis ook slaagde Mej. J. M. C. Zaat te Voorburg. In gezondheid oud worden, 't is een kwestie van vitaminen. Ook U zal JECOVITOL goed doen! Zuivere, natuurlijke levertraan, geijkt door een Nederlandscli Professor, teneinde te kunnen waarborgen, dat zij altijd minstens 50 eenheden Vitamine A en 250 prophyl. (=125 internationale) eenheden Vitamine D bevat. JECOVITOL geeft meer weerstand tegen ver koudheid en infectie-ziekten. GEIJKTE LEVERTRAAN Bij Apothekers en Drogisten a f -.75 p. fl. 680CADE5 STHËEMAN A PHARMACIA

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1933 | | pagina 5