m
Prikkeldraad
Eksteroogen
REVEILLON
ATLANTA - BRUSSEL
Mgr. C. v. d. Pas
De nieuwe Duitsche invoerrechten
Onverantwoor
delijk
HET HANDELSVERDRAG
Het is zielig
DE VROOLIJKSTE EN
VOORDEELIGSTE WIJZE
DINSDAG 19 DECEMBER
NIEUWE SYMPTOMEN
Mr. M. A. M. Waszink
Nog steeds vooruitgaande
HET MOERDIJKSCHE VEER
Geen dienst in den Kerstnacht
Giften uit het Sophiafonds
OM
TE VIEREN
VOLLEDIG PENSION IN LUXE KAMERS
EN PRIVÉ BADFl.6-
In memoriam
Eenige verlichting voor land- en
tuinbouw. Ook voor andere
producten is een kleine
verlaging vast
gesteld
Het bloembollenbedrijf
niet gebaat
Land- en tuinbouw
Visch
Zuivelproducten
Allerlei
Moordzaak opgehel
derd
Nadere bijzonderheden
Leeningen van den Staat Bahia
Stremming van verkeer
Pauselijke onderscheiding
Auto door het ijs
Vijf inzittenden gered i
JOURNALISTIEK JUBILE
Albert Kaller
R. K. RECLASSEERING
De noodklok wordt geluid
Er wordt te Haarlem onder katholieken een
circulaire verspreid met beginselverklaring en
instructie, welke stukken geen ander kenmerk
van herkomst dragen dan „Postbox 46" en de
aanduiding, dat deze documenten bestemd zijn
voor den „Fascistischen Katholieken Nederlan
der."
In de circulaire wordt gezegd dat „wij er toe
gekomen zijn een beweging in het leven te roe
pen, waarin alle katholieken, die deze fascisti
sche overtuiging voorstaan, in contact met
elkaar kunnen komen." En wat deze „fas
cistische overtuiging" is, wordt uiteengezet in
een Beginselverklaring, welke 8 artikelen bevat.
De eerste drie luiden als volgt:
1. God is het doel van den mensch.
2. Al het menschelijke en derhalve ook het
bestuur van den Staat zij uiteindelijk gericht
op dit verheven doel. Het positief geldend recht
is dus ondergeschikt aan het absoluut Goddelijk
recht (n.l. de Tien Geboden).
3. Erkend wordt het bestaan van absolute
waarden: absoluut goed en absoluut kwaad.
Men zou zoo zeggen, dat het stellen van deze
principes voor den katholiek overbodig is.
Waarom het dan tóch gebeurt? Om welke an
dere reden dan om lieden mee te vangen, die
er anders niet aan zouden denken zich in dit
vaarwater te begeven? Uit die artikelen moet
n.l. de orthodoxie spreken.
Die orthodoxie is echter slechts schijn Want
al is het waar dat de katholiek de geciteerde
drie artikelen aanvaarden kan, ze zijn voor hem
niet voldoende, immers er wordt, ook in de
overige artikelen niet, met geen woord over
Kerk en zelfs niet over Christendom gerept. Er
wordt dus evenmin positie genomen in de voor
den katholiek zoo belangrijke kwestie over de
verhouding tusschen Kerk en Staat. En wan
neer in art. 6 gezegd wordt dat „deze begin
selen het zuiverste tot hun recht komen in een
corporatief geordende maatschappij, onder be
scherming van een organisch gevormden Staat,"
dan zou men toch verwachten de encyclieken
„Rerum Novarum" en „Quadragesimo Anno"
als normatieve codices vermeld te vinden, maar
ook hiervan is in deze Beginselverklaring voor
den „Fascistischen Katholieken Nederlander"
niets te vinden. Van meer belang schijnt voor
de samenstellers de vermelding, dat2 die staat
geleid moet worden door een „onafhankelijk be
stuur, verantwoordelijk aan de Kroon."
De opzet is vrij duidelijk. Het schijnt dat wij
hier te maken hebben met een beweging, welke
een basis zoekt, geschikt ook voor niet-katho-
lieken en welke dus gemakkelijk is in te scha
kelen in de bestaande fascistische bewegingen
hier te lande.
Hoe weinig vertrouwen men hebben kan in
de rechtzinnige bedoelingen van de samenstel
lers der bedoelde documenten, toont de geheim
zinnige wijze, waarop zij te werk gaan. Zij schu
wen niet alleen hun namen te noemen, ook
wordt van de geadresseerden gevraagd „dat zij
op geen enkele wijze openbare propaganda ma
ken b.v. door couranten-artikelen, openbare
vergaderingen, geschriften, enz." en de instruc
tie voegt er nog aan toe: „Wacht u voor de
pers, die slechts met laster en leugen uw actie
zal pogen te nekken, vanaf den dag dat zij er
zich van meester heeft gemaakt."
Men zou over dit alles de schouders ophalen,
wanneer niet te vreezen ware, dat slecht ge
oriënteerde, oppervlakkig lezende katholieken
de fuik niet zien, die voor hen wordt opengezet
en er onschuldig in loopen. Mogen zij daarom
bij deze gewaarschuwd zijn!
Intusschen is het diep te betreuren, dat een
beweging als deze, waarvan toch langzamer
hand bekend moest zijn hoe weinig zij strookt
met het waarachtige katholieke belang, om het
maar zacht te zeggen, uit kan gaan van ka
tholieken.
Zijn zij dan met blindheid geslagen?
Of missen zij alle verantwoordelijkheidsge
voel?
H. C. J. SONDAAL,
Deken van Haarlem.
Minister Marchant, die er als minister van
Onderwijs een eigen betoogtrant op na
houdt, heeft Vrijdag in de Tweede Ka
mer even voor het sluiten der plotseling zeer
opgewonden rakende vergadering gezegd, dat
hij als buitenstaander meende te moeten opmer
ken dat samenwerkende groepen zoo min moge
lijk over eikaars eksteroogen moesten loopen.
Nu zullen we niet vallen over de uitdrukking
„samenwerkende groepen" in het parlement, al
hoewel daar uit politiek oogpunt nog wel het een
en ander over te zeggen zou zijn; wij zullen ons
bepalen tot wat deze bewindsman meende te
moeten aanduiden als eksteroogen.
Hieronder blijkt hij onder meer te verstaan t
vraagstuk van de huwende onderwijzeres, door
sommigen aangeduid als een principieel vraag
stuk, waarover volgens den heer Ketelaar maar
niet zoo tusschen neus en lippen mocht worden
beslist. Van socialistische zijde ging men zelfs
veel verder; gewend als men daar is aan groote
woorden noemde men het onbehoorlijk over
deze kwestie zonder voldoende schriftelijke
voorbereiding een beslissing uit te lokken. Als
wij in den rooden stijl wilden blijven, zouden we
zeggen, dat het onbehoorlijk is deze kwestie
thans zoo op te blazen.
Wat is het geval?
Door den heer Zijlstra is op 12 December een
amendement ingediend op het aan de orde zijn
de artikel 38 van de Lager Onderwijswet, dat
aan de huwende onderwijzeres door Burgemees
ter en Wethouders, op den dag, waarop het hu
welijk wordt gesloten, ontslag als onderwijzeres
moet worden gegeven. Hieraan is later nog toe
gevoegd, dat in bijzondere gevallen van dit im
peratief voorschrift door den minister onthef
fing kan worden verleend.
Het amendement is behalve door anti-revo-
lutionnairen ook geteekend door de christelijk
Historische leden, de Geer en Tilanus, door de
Katholieken Suring, Goseling en Schaepman en
vormt daardoor in de oogen van de tegenstan
ders een amendement van de oude rechterzijde.
Ziedaar nu de oorzaak van, den plotseling op
gestoken storm. De rechterzijde zou met zooiets
niet mogen komen, omdat het tenminste vol
gens de beeldspraak van den minister een
eksteroog is van de linkerzijde. Wij kunnen dit
niet inzien, want in Rotterdam, waar in den
gemeenteraad reeds een dergelijk besluit viel,
hebben de liberalen dit eksteroog niet; zij heb
ben daar vóór deze gemeentelijke 'bepaling ge
stemd. Hierbij komt, dat in deze dagen de 18 ka
raats liberale hoofdredacteur van „de Avondpost"
met klem voor de aanneming van het amen
dement pleit en het diep zou betreuren, als de
liberalen er tegen stemden. Voorzoover de libe
ralen en anderen echter nog wel met deze
eksteroogen sukkelen, moet dit euvel zoo spoedig
mogelijk worden verwijderd.
Men zou zeggen, dat dit vanzelf sprekend is;
het huwelijk toch heeft ten doel een huishouden
op te zetten en in haar huis en niet in een
school is de taak gelegen van een gehuwde
vrouw. Een uitzondering zou kunnen worden
gemaakt, als zij onmisbaar is, maar dat zal in
deze tijden nu er meer dan duizend onderwij
zers werkloos rondloopen, zeker niet vaak meer
het geval zijn. Bovendien is het van groot be
lang voor de schatkist, waaruit op het oogen-
blik aan tal van onderwijzers wachtgeld moet
worden betaald, terwijl daarnaast aan andere
gezinnen een dubbel inkomen wordt gegeven.
Nieuw is de kwestie in het geheel niet, want
als er over iets de laatste jaren vellen zijn ge
schreven dan zeker daarover, zoodat er niet ge
sproken kan worden van onvoorbereid. In het
Rijksambtenarenreglement is de kwestie reeds
geregeld; daar is bepaald, dat aan de huwende
ambtenares ontslag wordt verleend. De huwende
onderwijzeres neemt een uitzonderingspositie in,
die door niets gemotiveerd wordt, er is niets
voor aan te voeren, dat steek houdt en daarom
is het volkomen verantwoord, dat men er bij
deze gelegenheid een einde aan poogt te maken.
We zijn er van overtuigd, dat de rechterzijde
niet zal wijken voor pressie, op haar uitgeoefend
om ter wille van de linkerzijde. Het zou in het
land ook niet worden begrepen; in overgroote
meerderheid ziet ons volk in deze tijden de
noodzakelijkheid van een en ander in en voelt
het de rechtvaardigheid ervan.
Woensdag bij het begin van de vergadering
zal de beslissing vallen en wij hopen oprecht dat
het amendement zal worden aangenomen. Ach
teraf zullen zij die meenen, hun eksteroogen te
moeten ontzien, dankbaar zijn voor deze ver
verwijdering!
De sociaal-democratische pers heeft den
laatsten tijd heel wat te stellen met de bestrij
ding van en door eigen partij genooten.
En partijgenooten van beteekenis, niet de eer
sten de beste, maar mannen met een langen
dienststaat en onbetwistbaar gezag.
Nauwelijks is de beroering over de brochure
van den heer Duys een weinig geluwd, of daar
komt de heer Schaper met zijn boek en zijne
herinneringen aan de gebeurtenissen van 1918,
welk boek en welke herinneringen nog een
appendix kregen in een vraaggesprek met den
redacteur van een liberaal dagblad.
Het Volk is over dit toevoegsel niet minder
ontstemd, dan over het boek zelf.
Men kan het zich indenken.
De heer Schaper heeft in zijn persgesprek
geen blad voor den mond genomen, en aan zijn
partij en haar pers, welke hij vrijwel geheel
„gelijkgeschakeld" noemde, harde noten te
kraken gegeven.
Een nieuw en sterk sprekend bewijs levert
dit geval dan ook voor de verdeeldheid van
inzicht, van streven en stemming in de S.D.A.P.
De afscheiding van den „linkervleugel", eenige
jaren geleden, heeft wij wezen hierop reeds
eerder allerminst de eenheid gebracht.
En wanneer, luidens het relaas van de
Avondpost, een veteraan als Schaper te
kennen geeft, dat men in zijn partij blijkbaar
een onafhankelijk oordeel over zaken, personen
en beginselen vreest, dan is dit een uitspraak,
welke geen spoor van twijfel overlaat aan den
ernst en de diepte der geschillen.
De sociaal-democratische pers gaat ook in
dezen tijd voort met te zoeken en te speuren
naar oneenigheid in andere partijen en daar
over het noodige, of onnoodige, gerucht te
maken.
Het is een van haar kant roekeloos en ge
vaarlijk bedrijf.
Want al moge er ook in die andere partijen
verschil van gevoelen bestaan, nergens worden
toch de tweespalt, de disharmonie en ver
scheurdheid aangetroffen, welke bij de sociaal
democraten slag op slag in eigen kring tot
uiting komen.
P. S.
Naar wij vernemen is de toestand van mr.
M. A. M. Waszink, burgemeester van Roermond
en oud-minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, nog steeds vooruitgaande. De
patiënt heeft een rustigen nacht gehad.
De ingenieur van den Rijkswaterstaat te Breda
deelt ons mede, dat de nachtdienst van het
Moerdijksche Veer bij uitzondering niet zal war
den gevaren in den nacht van 24 op 25 Decem
ber (Kerstnacht) a.s.
De laatste afvaart van Moerdijk zal zoodoende
plaats hebben om 23.45, de eerstvolgende om
6.30 den volgenden morgen. Van Willemsdorp
een kwartier later.
Dit besluit is genomen, uit overweging dat zich
voor dien nacht geen vervoer van beteekenis
laat voorzien, zoodat het geringe belang van
het verkeer voor deze gelegenheid ondergeschikt
is geacht aan dat van het personeel.
Naar wij vernemen heeft H. M. de Koningin
wederom een aantal giften aan verschillende
instellingen en vereenigingen geschonken uit
het Sophia-fonds, dat ter beschikking van H.
M. werd gesteld door wijlen H. K. H. de Groot
hertogin van Saxen Weimar Eisenach, gebo
ren Prinses Sophie der Nederlanden.
„Ik ben een naijverige
God
Een der eerste leeken medewerkers
van den, Zaterdag j.l., te Malang
overleden Mgr. Clemens v. d. Pas,
schrijft ons uit Den Haag:
Voor mij zie ik een eenvoudige pastorie-
kamer, een schrijftafel waarop een kruis
beeld en een madonna als eenige orna
menten. Aan de tafel Mgr. Clemens v. d.
Pas z.g., druk studeerend in een Maleischen
CatechismusToenSeptember 1923,
vol frisschen moed en enthousiasme, al
heelemaal niet vreemd meer in de nieuwe
omgeving, energiek en koppig zich door den
berg van moeilijkheden een weg banend.
Thans.... is hij er niet meer. J.l Zaterdag
riep de Moedermaagd hem tot zich
Ongetwijfeld zal hij met Kerstmis aanzitten
aan den hèmelschen disch ter eere van Hem,
die als een Kind onder de menschen heeft
willen leven. Van Hem, die sprak: Laat
de kleinen tot Mij komenEn op een
andere plaats: Indien gij niet zult zijn als
kinderen, zult gij het Rijk der Hemelen niet
ingaan
Mgr. v. d. Pas kon forsch en streng op
treden, maar hij was zacht van karakter
als een kind. Gehoorzamend aan de God
delijke opdracht, bracht hij als eerste
missiewerk in den vreemde de kinderen tot
Hem.Daarvoor kende hij geen vermoeie
nis, geen moeite, geen offers
In October 1923 bezat Malang en Mgr.
Cl. v. d. Pas, dus na nog geen 3 maanden
van zijn optreden, een R.K. Hollandsch-
Inlandsche school! Er was een huisje ge
huurd, er waren enkele schoolbanken, er
was een onderwijzer,.maar er waren op
eind September 1923 nog geen leerlingen!
1 October zou de school worden geopend!
"Wat zullen we doen, Pater?" vroeg de
onderwijzer hem op den vooravond van den
gewichtigen dag.
„O jij kleingeloovige!" zei hij, „natuur
lijk doorzetten en vooral bidden."
Voorwaar een energiek leider! En God
was met hem. Op 15 October d.o.v. kon er
een klas gevormd worden, in Januari van
het nieuwe jaar 1924 moest wegens plaats
gebrek verhuisd worden en een jaar later
bleek ook deze ruimte te klein geworden.
Toen zijn wij uit elkaar gegaan, maar
steeds volgde ik met belangstelling het
De 80 M. hooge masten bij het in aanbouw
zijnde omroepstation te Tandjong-Priok
voor het in April 1934 aanvangende bedrijf
van de NederlandschIndische Radio
Omroep Maatschappij.
zwoegen van dezen werker in Gods wijn
gaard. Er is geen twijfel mogelijk, dat het
Jezuskind tenslotte naijverig werd op Ma-
langs kinderen en het meer dan tijd vond,
hem geheel voor Zich te hebben. Daarom
is Mgr. C- v. d Pas heengegaan
Hij is thans gelukkig, laten wij hem dat
geluk niet misgunnen
Ingevolge het nieuwe handelsverdrag Neder
land—Duitschland zullen voortaan de volgende
rechten worden geheven bij invoer in Duitsch
land. Alles is getekend in R.M. en per 100 K.G.
Het eerste cijfer geeft het nieuwe tarief aan,
terwijl het tweede cijfer het tot dusver geldende
invoerrech aangeeft.
Karwij, versch of gedroogd 8 (20); aardappe
len, versch: goedgekeurd pootgoed in den tijd
van 1 Januari tot 31 Maart en van 1 Septem
ber tot 31 December 4 (4)kapok, onbewerkt,
ook gezuiverd, in andere verpakking dan in
geperste balen 3 (3).
Groenten, versch: witte kool in den tijd van
1 Januari tot 31 Mei 2 (4)roode kool en sa
voy ekool, in den tijd van 1 Januari tot 31 Mei
2 (6). De verdragsrechten gelden slechts voor
een hoeveelheid, overeenkomende met 60 pet.
(oud 50 pet.) van de hoeveelheden der afzon
derlijke bovengenoemde goederen, welke vol
gens de ambtelijke Duitsche invoerstatistiek in
den tijd van 1 Januari tot 31 Mei 1932 uit Ne
derland in het Duitsche douanegebied zijn in
gevoerd.
Spruitkool in den tijd van 1 Januari tot 31
Maart en van 1 November tot 31 December 5
(10). Het verdragsrecht geldt slechts voor een
hoeveelheid, overeenkomende met 55 pet. van
de hoeveelheid, die in het jaar 1932 volgens de
ambtelijke Duitsche invoerstatistiek uit Neder
land in het Duitsche douanegebied is inge
voerd.
Kropsla: in den tijd van 1 April tot 31 Mei
7 (15)in den tijd van 1 Juni tot 30 September
10 (10). Het verdragsrecht van 7 R.M. geldt
slechts onder voorwaarde, dat de Ned. Regee
ring overeenkomstig een met het oog daarop te
treffen regeling er voor instaat, dat in de maan
den April en Mei niet meer dan 75 pet. naar
Duitschland wordt uitgevoerd van de hoeveel
heid, die, na overeenkomst der beide partijen
op grond van een gemeenschappelijke vaststel
ling in de maanden April en Mei 1932 uit Ne
derland in het Duitsche douanegebied is inge
voerd.
Boomen, wijnstokken, vaste planten, struiken,
stekken en andere levende gewassen zonder of
met aardkluiten, ook in potten of kuipen;
entrijzen: planten zonder aardkluiten: vaste
planten 20 (80); andere: rhododendrons en
azalea's, met uitzondering van de Indische aza
lea's, alle deze met aardkluiten 12,50 (25);
magnolia's, laurier, Ilex, Aucuba, Taxus, Buxus,
blauwspar, Chamaecyparis, alle deze met aard
kluiten 10 (20); vaste planten met aardkluiten
20 (40). Op de verdragsrechten van 12,50 en 10
R.M. kunnen slechts importeurs aanspraak ma
ken, die het kweeken van dergelijke planten als
bedrijf uitoefenen.
Hyacinten-, tulpen- en narcissenbollen 20
(20); Kruisbessen (versch) 10 (10); frambozen
(versch) 12,50 (20). Als versche frambozen zijn
ook te beschouwen versch geplukte frambozen,
die in den tijd van 15 Juni tot 15 September
zijn ingevoerd en die, alleen om ze voor bederf
gedurende het vervoer te behoeden, lichtelijk
met verduurzamingsmiddelen, zooals b.v. mie-
renzuur, behandeld zijn.
Aardbeienpulp in verpakkingen bij een ge
wicht van 5 K.G. of meer 8 (10); Varkensspek,
niet gerookt 20 (20). Het verdragsrecht geldt
alleen voor een hoeveelheid, overeenkomende
met 60 pet. van de hoeveelheid goederen, val
lende onder het tariefnr. 109, welke volgens de
ambtelijke Duitsche invoerstatistiek in het j|aar
1932 uit Nederland in het Duitsche douanege
bied is ingevoerd.
Zeelt, levend en niet levend, versch, niet be
vroren in den tijd van .1 Juni tot 31 Juli 40
(levend 80, niet levend 60). In het algemeene
tarief niet afzonderlijk genoemde zeevisschen,
levende en niet levende, versch, niet bevroren,
vrij (versch 10, bevroren 15). De bij verdrag
vastgelegde vrijdom van invoerrecht geldt
slechts voor eene hoeveelheid, overeenkomende
met 50 pet. van de hoeveelheid, die na over
eenkomst van de beide partijen op grond van
een gemeenschappelijke vaststelling in het jaar
1932 door Duitsche visschers en door de beman
ning van Duitsche schepen gevangen en onder
vrijdom van rechten in Nederland aan den wal
is gebracht en slechts zoolang, als Nederland
zeevisschen, welke door Duitsche visschers of
door de bemanning van Duitsche schepen zijn
gevangen, afgezien van de heffing van een
compenseerend invoerrecht van 1 pet. van de
waarde, vrij van invoerrecht laat invoeren en
aan den wal laat brengen. Gezouten haring en
z.g. „Breitlinge", niet in stukken gedeeld: in
heele, halve, kwart of achtste tonnen; bruto
62 pet. van het voor een vat (ton) geldende in
voerrecht (65).
Boter, versch, gezouten of gesmolten, voor
zien van een bewijs van overneming van een
door den Rijksminister van Voedselvoorziening
en Landbouw aan te wijzen instelling 75 (75);
Kaas, niet in afzonderlijke verpakking met een
brutogewicht van 2% K.G. of lager, harde
Edammer- en Goudakaas alsook bloksmeltkaas
zonder korst, uit Edammer of Goudakaas be
reid, alle deze voorzien van een bewijs van over
neming van een door den Rijksminister van
Voedselvoorziening en Landbouw aan te wijzen
instelling 20 (gemiddeld 28,50). Het bewijs, dat
de bloksmeltkaas uit Edammer of Goudakaas
is bereid, is door-een certificaat van een door
de Nederlandsche Regeering aan te wijzen in
stelling te leveren.
Eieren van kippen, rauw, voorzien van een
bewijs van overneming van een door den Rijks
minister van Voedselvoorziening en Landbouw
aan te wijzen instelling 30 (tot 30 Sept. 40 1/10
tot 31/12 30)eieren van eenden, rauw 30 (30)
Het verdragsrecht voor eendeneieren geldt
slechts voor een hoeveelheid, overeenkomende
met 90 pet. van de hoeveelheid, die na overeen
komst van de beide partijen op grond van ge
meenschappelijke vaststelling in het jaar 1932
uit Nederland in het Duitsche douanegebied is,
ingevoerd. „Ander gebak" (volgens tariefnum
mer 199) met inbegrip van cakes en van be
schuit 100 (125).
Gecondenseerde melk (melkstroop) met toe
voeging van suiker van ten minste 40 pet., in
blokken bij een gewicht van 10 K.G. of meer,
voor de bereiding van chocolade in eigen be
drijf met een bewijs van vergunning onder
controle van het gebruik 60 (60).
Glycerine, zuiver 4 (4). Zout (chloornatrium),
(geraffineerd-, steen-, zeezout)) tot een hoe
veelheid van ten hoogste 6.250.000 K.G. netto
0,80 (1,25 voor 6.000.000). Zinkwit tot een hoe
veelheid van ten hoogste 40.000 K.G. 4 (6). Li-
thopone 3 (4,50). Het verdragsrecht voor litho-
pone geld slechts voor een hoeveelheid, over
eenkomende met 100 pet. van de hoeveelheid,
die volgens de ambtelijke Duitsche invoersta
tistiek in het jaar 1932 uit Nederland in het
Duitsche douanegebied ingevoerd is.
Lakvernissen, lakken, zonder gebruik van
wijngeest bereid (oplossingen van hars in ter
pentijnolie, minerale olie, harsolie, olievernis,
aceton, alkaliën of andere oplossingsmiddelen),
ook met kleurstoffen vermengd 25 (25). Syn
thetische muscus 120 (120). Met zuren behan
delde fosforhoudende meststoffen (superfosfa
ten), ook met andere stoffen vermengd: andere
0,90 (0,90). Het verdragsrecht geldt slechts voor
een hoeveelheid, overeenkomende met 60 pet.
(50 pet.) van de gemiddelde hoeveelheid goe
deren, vallende onder het tariefnr. 362 A, welke
volgens de ambtelijke Duitsche invoerstatistiek
in de jaren 1931 en 1932 uit Nederland is in
gevoerd.
Kapok, gekaard, gekamd, gebleekt of geverfd
3 (3). Ruwe ongevormde stukken, ruwe ge
sneden of getrokken bladen, blokken, platen,
buizen of staven van kunsthoorn van caseine,
zonder vulstof tot een hoeveelheid van 75.000
K.G. 35 (35 voor 60.000 K.G.).
Aardewerk, of fijn aardewerk voor hygiëni
sche doeleinden, eenkleurig, in het algemeen
tarief niet elders genoemd 9 (9). Het verdrags
recht geldt slechts voor een hoeveelheid, over
eenkomende met 100 pet. van de hoeveelheid
goederen, vallende onder het tariefnr. 730, die
volgens de ambtelijke Duitsche invoerstatistiek
in het jaar 1932 uit Nederland in het Duitsche
douanegebied is ingevoerd.
Kabels ter geleiding van electrischen stroom,
ten gevolge van hun metaalarmeering in den
vorm van hulzen (mantels), plaatijzer, draad,
band of dergelijke, geschikt om in water of in
den grond te worden gelegd 14,40 (14,40).
In aansluiting op ons bericht betreffende den
moord op den makelaar in huizen J. A. Don,
wiens lijk op 13 April des morgens in een sloot
bij den Smeetlandschen dijk te Rotterdam is
gevonden, ontleenen we aan het „Vad." nog de
volgende bijzonderheden
Het eigenaardig was, dat het lijk lag in een
sloot tusschen twee weilanden, welke weilanden
alleen bereikt kunnen worden via een 2% meter
hoog hek, dat aan weerszijden met prikkeldraad
was afgesloten en welk hek op slot was. Don
had dus alleen bij de sloot kunnen komen door
over het hek te klimmen, óf men had hem over
het hek gedragen. Voorts bleek, dat een bedrag
van ongeveer 70, een zilveren horloge en een
notitieboekje met potlood verdwenen waren.
Zooals wij reeds hebben gemeld viel de ver
denking op den 20-jarigen Duitscher Joh. R.
een bokser, die in de Slaghekstraat woonde en
die den avond tevoren met Don op stap was ge
weest. Don had hem voortdurend getracteerd.
Na den moord bleek R. te zijn verdwenen. Hij
had op 13 April ruzie met zijn moeder gehad
en was sindsdien niet meer thuis gekomen. La
ter is uitgekomen, dat deze ruzie was geënsce
neerd, om de verdwijning van R. te motiveeren.
Het spoor van R. leidde naar België, waar hij
als helper in een kermistent emplooi had ge
vonden. Tot driemaal toe heeft men geprobeerd
hem te pakken te krijgen, maar telkens bleek
de vogel even te voren gevlogen te zijn.
Tenslotte is R. te Luik opgepakt, omdat hij
zonder middelen van bestaan en zonder papie
ren rondzwierf. Als ongewenschten vreemdeling
zette men hem over de Duitsche grens en men
gaf hem aan de politie te Aken over, waarna
men de Rotterdamsche politie waarschuwde,
dat R. te Aken was opgesloten. Onmiddellijk
heeft men toen Aken opgebeld. De Heerlensche
politie, die in nauwe relatie staat met haar col
lega's te Aken en die eveneens had gehoord,
dat R- te Aken was, had inmiddels Aken ge
waarschuwd, dat de Rotterdamsche politie R.
zocht en Aken belde Rotterdam op, op hetzelfde
oogenblik, dat Rotterdam Aken aanvroeg. Na
dit telefoongesprek is de rechercheur Biesheuvel
uit Rotterdam naar Aken vertrokken, waar nij
R. heeft ondervraagd. Aanvankelijk ont
kende R-, maar later is hij door de mand ge
vallen. Op hem zijn voorwerpen in beslag ge
nomen, welke afkomstig waren van den ver-
slagene.
De Duitsche politie, die de Rotterdamsche
collega's behulpzaam is geweest, heeft daarop
proces-verbaal tegen R. opgemaakt R„ die Duit
scher is, kon n.l. niet uit Duitschland worden
uitgeleverd. Hij zal dan ook voor een Duit
sche rechtbank terecht staan.
Hij heeft verteld, met Don ruzie te hebben
gekregen op het oogenblik, waarop beide
mannen in de wei bij den Smeetlandschen
dijk liepen. Hij heeft hem toen een paar vuist
slagen op het hoofd gegeven. Don zakte
in elkaar en eerst toen kwam bij R. de gedachte
op, om Don te berooven. Daarna heeft hij het
lichaam in een sloot gegooid.
De Duitsche politie zal nog nader overleg
plegen met de Rotterdamsche justiitie en het
onderzoek wordt nog voortgezet.
Naar aanleiding van een in de dagbladen
verschenen bericht inzake de instelling door de
„Association Nationale des Porteurs Francais
de Valeurs Mobilieres" van een beschermings
commissie voor Fransche houders van obliga-
tiën in de 5 pCt. leening 1888, de 5 pCt. leening
1910, de 5 pCt. leening 1915 en de 6 pCt. lee
ning 1918 ten laste van den Staat Bahia. be
richt het bestuur van de Vereeniging voor den
Effectenhandel, dat haar hieromtrent niets be
kend is.
Wel heeft het bestuur vernomen, dat door de
Association Nationale aan houders van 5 pCt.
goud-obligatieleening 1910 van Bahia wordt
aangeraden de reeds verschenen coupons en uit
gelote stukken te deponeeren, teneinde t.z.t. in
aanmerking te komen voor een eventueele uit-
keering in verband met beslaglegging op gelden,
bestemd voor den dienst dezer leening.
Op een vraag, of ook houders van hier te
lande genoteerde leeningen kunnen deelen in
een eventueele uitkeering, heeft de Association
Nationale geantwoord, dat hiervoor uitsluitend
in aanmerking komen houders van obligatiën
der leening 1910 van Bahia.
Dordrechtveerdienst op Zwijndrecht regel
matig met twee stoomponten.
Culemborg: overltocht vooir voetgangers over
spoorbrug.
De heer P. Ramaekers te Maastricht is door
Z. H. den Paus begiftigd met het gouden kruis
„Pro Ecclesia et Pontifice,"
De nood moet in ons land toch wel hoog
gestegen zijn en onze toekomst moet er
toch wel heel donker uitzien, nu Neder
landers in het buitenland zich vereenigen om
volk en vaderland te redden.
Wij vroegen reeds de aandacht voor 's heeren
Adalberto Smits' „nationale" actie vanuit
Düsseldorf. Er bestaat op dat gebied echter nog
méér merkwaardigs: uit Berlijn ontvingen wij
n.l. een oproepbiljet voor een vergadering van
de nationaal-socialistische niederlandische Ar-
beiterspartei, waarvan de leider Majoor Kruyt
moet zijn. Het doel van die vergadering is de
oprichting van een Ortsgruppe in Berlijn.
Vooraf zal echter het woord gevoerd worden
door Kreisleiter Duinker uit Essen, die zal spre
ken over „Nationalsozialismus und die Juden in
Holland."
Dan lezen we verder in dezen oproep:
Es ist die Pflicht eines jeden national den
kenden Hollanders von arischer Abstammung,
diese Versammlung zu besuchen. Es geht urn
die Zukunft des hollandischen Volkes und des
Vaterlandes. Kein aufrichtiger Niederlander
darf fehlen. Wir rechnen deshalb bestimmt
auch mit Ihrem Erscheinen.
Wir bitten, Verwandte und Freunde mitzu-
bringen.
Die Landesleitung ftir Deutschland
gez. v. d. HEUVEL. Domsdorf.
Heeft u 't goed begrepen?
„Het is de plicht van iederen nationaal-
denkenden Hollander van Arische afstamming,
deze vergadering te bezoeken."
„Het gaat om de toekomst van het Holland-
sche volk en vaderland. Geen oprecht Neder
lander mag ontbreken."
Een vergadering van Nederlanders, waartoe
dezen in de Duitsche taal worden opgeroepen
en dat, terwijl het gaat om de toekomst van
het Nederlandsche vaderland.
Het is zielig, dat men zich zóó weinig
nationaal leent voor een vreemde actie nota
bene in een tijd, dat ditzelfde vaderland groote
kapitalen beschikbaar moet stellen om de be
hoeftige Nederlanders in den heilstaat van het
nationaal-socialisme te steunen.
Deze gelijkgeschakelde Nederlanders behoeven
zich over de toekomst van ons vaderland en
van ons volk niet zoo ongerust te maken.
We zullen het hier zelf wel klaarspelen
en als zij daar geen vertrouwen in hebben, dan
moeten ze majir Duitscher worden wat voor
hen misschien wèl zoo goed zou zijn. Dan toch
behoeven zij niet langer voor een vreemde
natie hand- en spandiensten te verrichten, zoo
als nu het geval is.
Maandagmiddag reed een auto, waarin zich
vijf inzittenden bevonden, te Gouda langs de
Nieuwe Gouwe. Op de hoek van den Kattensin-
gel slipte de wagen en gleed van den weg af op
het ijs, dat echter de last niet kon dragen, zoo
dat het voertuig in het water terecht kwam en
spoedig zonk. Doo rden tegenwoordigheid van
geest van den bestuurder, den 21-jarigen kaas
handelaar K. Snoey uit Moordrecht, zijn bij het
ongeval geen menschenlevens te betreuren. Ter
stond nadat de auto te water geraakt was,
sprong hij zelf uit den wagen en trok den naast
hem zittenden man me zich mee. Daarna klom
hij achter op den auto om de drie vrouwen
die zich achterin bevonden te bevrijden. Het
achterste gedeelte kon n.l. alleen met een sleu
teltje van buiten af geopend worden. In een na-
bijzijnd huis werden de drenkelingen onderge
bracht en kregen zij gelegenheid, zich van den
schrik te herstellen, terwijl hun kleeren in een
wasscherij gedroogd werden.
De auto, die niet verzekerd was en eigendom
van den heer Snoey, is zwaar beschadigd.
Op Driekoningendag zal het 25 jaar geleden
zijn, dat Albert Kaller zijne intrede deed in
de journalistiek.
In 1885 te Leeuwarden geboren, vertrok hij
na aflegging van zijn lagere en middelbare stu
diën naar Amsterdam, om daar bij den beken
den prof. De Groot O. P. diens lessen in filo
sofie en sociologie te gaan volgen. Gedurende
de drie jaren, welke hij als student doorbracht,
schreef hij herhaaldelijk in het katholieke or
gaan van zijn geboortegewest: „Ons Noorden",
dat toen te Leeuwarden en later te Sneek
(thans te Groningen) verscheen.
Den 6en Januari 1909 deed hij zijn intrede in
de redactie-bureaux van „De Maasbode", om
reeds het volgende jaar over te gaan naar Am
sterdam, alwaar hij aan het bijkantoor van
„Het Centrum" werd werkzaam gesteld.
In het jaar 1917 werd hij belast met de
hoofdredactie van „Onze Courant", het kath.
blad van Hoorn, dat toenmaals slechts twee
malen per week verscheen en tijdens Kaller's
redactie-periode op driemalige verschijning
werd gebracht (het is thans dagblad).
Van 1919 tot 1926 was de heer Kaller daarna
hoofdredacteur van het „Dagblad van Noord-
Brabant" te Breda, welke functie hij in laatst
genoemd jaar verwisselde met die van hoofd
redacteur der geïllustreerde uitgaven der N.V.
„Neerlandia" te Utrecht, een taak, die de jubi
laris nog steeds met rusteloozen ijver en groote
toewijding vervult.
De dag van 6 Januari a.s. zal den heer Kal
ler ongetwijfeld menige aangename herinne
ring bereiden.
De R. K. Reclasseeringsvereeniging heeft een
circulaire uitgegeven, waarin de noodklok wordt
geluid voor dit charitatieve werk.
Kon deze vereeniging eerst door bezuiniging op
haar uitgaven en materieele ondersteuningen
haar jaarrekening sluitend maken, thans zal
zij zich gedwongen zien haar bemoeiingen be
langrijk in te perken, tot nadeel van veler maat
schappelijke en geestelijke redding en welzijn,
tenzij katholiek Nederland de reddende hand
biedt.
Het Centraal Bureau der Vereeniging is geves
tigd Verwerstraat 30, Den Bosch (Gironummer
,76128).