Wat is de waarde van uw auto?
Prikkeldraad
Frieslands veeteelt in crisistijd
Onze steenkolen
mI
DE KAASEXPORT
AANVARING OP DEN
WATERWEG
EEN MOEILIJK PROBLEEM
TREINEN IN DEN MIST
DONDERDAG 4 JANUARI
In het algemeen is men tevreden
over het werk der Crisis-
Zuiv el-Centrale
De boterpri js moet lager
Caseïne
Spoorwegtekorten
Boter en margarine
Eet melkbrood!
De nieuwe regeling met Duitsch-
land heeft in de mijnstreken
groote teleurstelling gewekt
Een gesloten deur
RECRVTEN VOOR DE WINTERSPORT
REGENT M. WIJTENBURG
Heeft een operatie ondergaan
Ans j o vis-merken
Bedriegelijke nabootsing
Controlemerken voor ansjovis
CONTRo^
RIJKSTOEZIChT
Er is heel wat geduld en oefening noodig, om de grond
beginselen der ski-sport bij te brengen
RUK5T0EZICHT
Duitsch stoomschip zinkende
KONINGIN EN PRINSES IN
ZWITSERLAND
Tot September van het vorig jaar
reeds een nadeelig verschil
van ruim 141/2 millioen
Op IS Januari a.s. moet u het
weten in verband met de
aangifte voor de per-
soneele belasting
Vele voetangels en
klemmen!
De afschrijving
Wie moet aangifte doen?
Belastingvermindering
Auto's buiten gebruik
Ernstige botsing tusschen een
rijdenden en stilstaand en
goederentrein bij
Winterswijk
Achttien wagons uit
de rails
Het vertrek van den
„Post jager"
Orchideeën voor de Koningin
aan boord
DE WAALBRUGWERKEN
TE NIJMEGEN
Betonstortingen nog steeds
stopgezet
PATERS CAPUCIJNEN
Een studiebeurs te Hees
Onhoudbaar gebleken
Mr. M. A. M. Waszink
De toebtand onveranderd
De „Pelikaan"-vliegers
Op de heenreis aan groot gevaar
ontsnapt
DE „ZILVERMEEUW'
Begin Februari weer in dienst
PROF. DR. IR. KOOMANS
JUBILEUM ALBERT KaLLER
Meer nog dan met boter is in het buitenland
het begrip „Hollandsch" verbonden met het
begrip „kaas", het product dat overigens veel
minder in Holland dan in Friesland geprodu
ceerd wordt. De geijkte opvatting dat kaas uit
Holland dient te komen is echter ook al niet
veilig voor de tot de in het buitenland sterk
veld winnende strooming, om alles in eigen
land te maken, óók als dat veel moeilijker en
veel duurder is.
Zoo vonden we in een vakblad voor zuivel
bereiding voor eenige maanden een adverten
tie, waarin een firma in de Beiersche Algau
een zuivelvakman zocht, die goed bekend is met
het maken vanEdammer en Goudakaas-
Dat de productie van deze kaassoorten daardoor
op een veel „hooger" peil gebracht wordt, kan
niet ontkend worden, doch of de kwaliteit van
deze hoogland-Edammertjes tegen de aloude
soort zal opwegen, lijkt ons toch te betwijfelen.
Intusschen, al mag men hier en daar
probeeren onze kaassoorten binnen de
eigen landsgrenzen na te maken van
buitenlandsche concurrentie heeft onze
kaas veel minder te lijden dan onze boter.
Waar we voor boter op de wereldmarkt de
scherpe concurrentie ondervinden van andere
veeteeltlanden Denemarken, Australië,
Nieuw-Zeeland bevinden we ons op de
wereldmarkt voor kaas, althans voor die soor
ten, waarin wij een wereldnaam hebben, in het
genot van een feitelijk monopolie. Wel wordt
door Australië en Nieuw-Zeeland in vrij groote
mate Cheddarkaas geproduceerd, doch deze
verschilt zoozeer in smaak van de Hollandsche
kaassoorten, dat zij niet beschouwd kan worden
als een concurreerend artikel. Tot en met 1932
was dan ook onze kaasexport in véél mindere
mate teruggeloopen dan onze boteruitvoer.
Anderzijds is kaas vooral in het buiten
land echter meer een luxe artikel dan boter,
en heeft het totaal-verbruik daardoor een ster
ker neiging om terug te loopen. Dies is ook
hier de steun der regeering noodig, die gefi
nancierd wordt uit het overschot van de hef
fing op den binnenlandschen boter-verkoop.
Op tamelijk ingewikkelde wijze wordt de
netto-toeslag berekend, welke in evenredigheid
met het vetgehalte 2.77 cent tot 7.48 cent per
K g. bedraagt. Daarnaast zijn vele producten,
met medewerking van de Centrale, die hiervoor
een extra-vergoeding uitkeert, tot een vrijwillige
productiebeperking gekomen. Zoo is de produc
tie van de veertig Friesche, bij de „Frico" aan
gesloten fabrieken, van 16 millioen k.g. in 1930
teruggebracht tot 13,5 millioen k.g. in 1932.
Op deze wijze is het mogelijk geweest, op
hooping van een onverkoopbaren voorraad kaas
in de pakhuizen te voorkomen. Zelfs is men in
belanghebbende kringen van oordeel, dat de
buitenlandsche afzet van Hollandsche kaas nog
ware uit te breiden, indien deze door een stel
selmatige propaganda gesteund werd. Ook zijn
proeven genomen met de productie van buiten
landsche kaassoorten als Emmenthaler e.d., doch
ook hiervoor is de goede tijd voorbij, hetgeen wel
blijkt uit het feit dat Zwitserland, dat zich
vroeger uitsluitend op kaasproductie speciali
seerde en zijn boter uit het buitenland betrok,
thans zijn eigen boter maakt, omdat de kaas
export niet loonend genoeg is.
Een andere wijze, waarop de Friesche veeteelt
zich in stand hoopt te houden, is de vermeer
derde productie van caseïne. Dit is de afge
scheiden kaasstof uit de melk, die als grondstof
wordt gebruikt voor de fabricage van knoopten,
kunsthoorn, eboniet en dergelijke stoffen. Doch
ook deze ontwikkelingsmogelijkheid der zuivel
industrie is zeer beperkt en van weinig belang,
daar caseïneproductie alleen bij lage melkprij
zen loonend is.
Over de wijze, waarop de Crisis-Zuivel-Cen-
trale in het algemeen haar taak vervult, mag
men zeker niet ontevreden zijn. Als alle crisis
diensten heeft zij in dezen moeilijken tijd een
buitengewoon zware en moeilijke taak. Slechts
zou men de vrees kunnen uiten of zij door haar
ingrijpen de Nederlandsche veeteelt niet leidt
in banen, die al te zeer afwijken van den nor
malen gang van zaken, en of daardoor later een
terugkeer tot een vrijer bedrijfsleven op een
lager prijsniveau niet al te zeer bemoeilijkt zal
worden.
Met name de boterprijs, die door de
netto-heffing van f 0.70 per K.G.
wel zeer wordt opgedreven, zou
volgens het inzicht ook van deskun
digen uit betrokken kringen wel
voor verlaging in aanmerking kun
nen komen, zoodat de totaalprijs
van f 1.60 tot b.v. f 1.30 per K.G.
verlaagd wordt.
De binnenlandsche consumptie zou daardoor
belangrijk kunnen toenemen, zelfs zoo, dat de
netto opbrengst van het Crisisbotermerk zou
kunnen stijgen. Het moet echter erkend wor
den, dat de groote nadeelen van deze rege
ling zouden neerkomen op de margarine
industrie, die een groot deel van haar consu
menten aan de goedkoope natuurboter zou ver
liezen. Doch men voelt het in zuivelkringen als
een onbillijkheid, dat koeien afgeslacht worden
om de melkproductie te beperken, terwijl mar
garine vrij kan worden aangemaakt.
Dit laatste is echter slechts ten deele waar.
De margarine-productie is in ons land sterk
gecentraliseerd, en daardoor is het mogelijk
dat in overleg met de regeering tot productie
beperking wordt overgegaan, zonder dat ter
stond formeel-dwingende besluiten worden af
gekondigd. Dat margarine in feite niet vrjj
kan worden aangemaakt, blijkt duidelijk uit de
schaarschte die in de laatste maanden nu en
dan zich in de détailverkoop hebben voorge
daan.
Een ander middel, waardoor de Nederland
sche veeteelt een eind geholpen zou kunnen
worden, is een grooter verbruik van melkbrood
door de eigen bevolking. Met een doelmatige
propaganda zou hier nog wel iets te bereiken
zijn, vooral wanneer het prijsverschil tusschen
water- en melkbrood, dat thans l'A cent per
400 gram bedraagt, door de bakkers werd te
ruggebracht op 1 cent. De kosten van levens
onderhoud worden door grooter melkbroodver-
bruik niet kunstmatig opgedreven, doch tegen
over de hoogere broodprijs staat de grootere
voedzaamheid van het brood: men krijgt waar
voor zijn geld. En, wat van groot belang is:
onze veeteelt, onze boerenstand wordt er door
geholpen in de uiterst moeilijke positie, waarin
zij zich thans bevindt.
In het bovenstaande gaven wij de voornaam
ste moeilijkheden waarvoor de Friesche Zuivel
bereiding zich thans geplaatst ziet. Zij vormen
niet alleen slechts een deel van de zorgen,
die den boer op het oogenblik het leven zuur
maken. En de boerenstand is lang niet de
eenige categorie die het thans hard te verant
woorden heeft. In dezen tijd zien alle bevol
kingsgroepen naar de regeering ennaar
elkander, om steun in den strijd om het be
staan. Het kunnen van de regeering is zeer
beperkt, en zoo van die zijde hulp verleend
wordt, komt het onvermijdelijken toch hierop
neer.
Bij de onderteekening van het Nederlandsch-
Duitsche verdrag van 15 December 1933, rege
lende het goederenverkeer tusschen beide ge
noemde landen, is een overeenkomst getroffen
betreffende den steenkolen in- en uitvoer, wel
ke overeenkomst niet in het verdrag zelf is op
genomen.
De inhoud van deze overeenkomst komt op
het volgende neer:
De Duitsche steenkoleninvoer in Nederland
is vrij (ongeacht natuurlijk de kolenconventie,
die bij onderlinge overeenkomst tusschen de be
langhebbenden in de steenkolenmijnen en -in
dustrieën is geregeld).
Mocht Nederland tot contingenteering van
den steenkolen-invoer overgaan den zal aan
Duitschland worden toegestaan de invoer van
een hoeveelheid van 4.200.000 ton, terwijl de
invoer van (Duitsche) bunkerkolen vrij zal
blijven.
Mocht het verbruik in Nederland grooter
worden dan zal Duitschland door extra-contin
genten in de gelegenheid worden gesteld om
zijn aandeel in het verbruik, op de basis van
het verbruik in 1932, relatief te vergrooten.
De Nederlandsche invoer in Duitschland blijft
bepaald op een hoeveelheid van 100.000 ton
per maand. Stijgt het verbruik in Duitschland
boven 8.000.000 ton per maand dan zal Neder
land een extra-invoercontingent krijgen. De
overschrijding van de acht-millioen-ton-grens
wordt vastgesteld door een kolencommissaris.
Duitschland heeft zich verplicht aan den af
zet in Duitschland van de kolen, die mogen
worden ingevoerd, geen moeilijkheden in den
weg te leggen.
Nederland heeft zich nog verplicht, het in
voerrecht op steenkolen niet te verhoogen.
Tot zoover de overeenkomst. Men mag wel
aannemen, aldus de „Limburger Koerier", dat
de delegatie, die namens onze Regeering de
onderhandelingen heeft gevoerd, sterk heeft aan
gedrongen op ietwat meer tegemoetkoming van
Duitsche zijde. De Duitschers hielden echter op
dit punt het been stijf. Zij wilden onder geen
beding verder gaan. Ten gevolge van den slech
ten toestand op de wereldmarkt heeft Duitsch
land reeds een aantal ontginningszetels buiten
bedrijf moeten stellen. De grens van de toelaat
bare beperking der kolenproductie is? naar de
meening van de Duitsche regeering, reeds over
schreden. In die richting wil men geen stap
verder gaan.
Indien Nederland een betere regeling van de
kolenkwestie zou hebben gemaakt tot een „con
ditio sine qua non", dan zouden de onderhan
delingen zijn vastgeloopen.
Hier stond de Nederlandsche delegatie voor
een gesloten deur.
Intusschen is het resultaat voor onze mijn
industrie wel zeer teleurstellend. In de komen
de maanden zal Zuid-Limburg daarvan de ge
volgen ondervinden.
De overeenkomst geldt, evenals het verdrag,
tot eind 1934.
Naar we vernemen, is regent M. W. A. Wijten-
burg van het klein-'seminarie „Hageveld" te
Heemstede in de Maria-stichting te Haarlem
opgenomen voor het ondergaan van een blinde
darm-operatie.
De operatie is uitstekend geslaagd. De patiënt
is goed vooruitgaande en zal de Mariastichting
over enkele dagen weer als hersteld kunnen ver
laten.
Ten dienste van belanghebbenden bij de in-
zouterij van en den handel in echte Nederland
sche Ansjovis werd in 1913 te Amsterdam op
gericht de Ansjovis-Controle-Vereeniging, wel
ker Statuten bij Koninklijk Besluit van 9 April
1913 No. 80 werden goedgekeurd.
Het doel van deze vereeniging was en is den
afnemers en gebruikers van Nederlandsche
ansjovis een afdoende waarborg te verstrekken
voor de echtheid van de door hen aangekochte
ansjovis. Daartoe wordt door de Vereeniging
en daartoe van Rijkswege aangewezen ambte
naren, een uitgebreide controle gehouden op de
handelingen van zouters, handelaren en veem-
houdcrs volgens richtlijnen in de Statuten, het
Huishoudelijke Reglement en de door de re
geering in 1915 uitgevaardigde rijksvoorschrif
ten (vastgesteld op 14 April 1915) neergelegd.
Voor afnemers-gebruikers is de waarborg zicht
baar in den vorm van een waarborgmerk, dat
op de vepakking der ansjovis is aangebracht.
Dit waarborg- en controlemerk is door den
Minister van Economische Zaken vastgesteld
volgens de modellen die daarvan ten Departe-
mente berusten. Deze modellen zijn voor klein-
verpakking papiermerken, die op de blikjes of
potjes worden geplakt en voor de groot-ver-
GROOT-VERPAKKINGKleur: grijs met
groene letters, wapens en teekens voor ver
pakking in heele, halve en kwart-ankers
(resp. 28, 14 en 7 K.G. visch) rood met gele
letters, wapens en teekens voor verpakking
in tonnen (4 ankers).
pakking blikken merken, die met ijzerdraad
om het vat worden vastgemaakt.
De waarborgmerken worden vanwege den
Inspecteur der Visscherijen verstrekt aan de
Ansjovis-Controle-Vereeniging, die deze alléén
aan haar leden uitreikt.
Niet alle zouters en handelaren echter zijn
lid van de Vereeniging. Het is nu gebleken,
dat deze buitenstaanders op de verpakking
hunner visch ook merken aanbrengen, die bij
aandachtige beschouwing van de Rijkswaar-
borgmerken verschillen, doch bij eersten oog
opslag daarop gelijken. Hierbij heeft kennelijk
KLEIN-VERPAKKING: Kleur: wit en blau
we letters, wapens en teekens voor verpak
king van minder dan anker visch.
de bedoeling voorgezeten het merk der ver
eeniging na te bootsen. Behalve fust-merken,
worden door niet-leden ook merken voor klein-
verpakking nagebootst. De Ansjovis-Controle-
Vereeniging waarschuwt er voor dat visch,
welker verpakking niet met het Rijkswaarborg-
merk als boven afgebeeld, is voorzien, niet
aan de controle-voorschriften der vereeniging
is onderworpen en niet door de vereeniging of
den Rijksambtenaar is gecontroleerd.
De uitgaande Engelsche bananenboot „Cha-
gres" is voor den Waterweg bij Hoek van Hol
land in aanvaring gekomen met net Duitsche
stoomschip „Ceres." Laatstgenoemd schip geeft
noodseinen en is waarschijnlijk zinkende. De
reddingsboot en sleepboot zijn uitgevaren. Er is
dikke mist.
Koningin Wilhelmina en Prinses Juliana zijn
hedenmorgen vroeg te Bazel aangekomen. Zij
zijn onmiddellijk doorgereisd.
De definitieve ontvangsten der Nederlandsche
Spoorwegen over de maand September 1933 be
droegen
Reizigers 5.088.701.42; Bagage 120.172.49;
post 260.000.—; Goederen 4.295.852.72; Lev.
dieren 68.991.40; Diversen 142.531.—- 1° to
taal f 9.976.249.03. In September 1932
f 11.704.738.82, hetgeen een nadeelig verschil
beteekent van 1.728.489.79.
De definitieve ontvangsten van Januari tot
er> met September 1932 bedroegen 107.026.079.80
tpgen 92.393.539.84 in hetzelfde tijdvak van
1933,
Een nadeelig verschil dus van 14.632.539.96.
Het nieuwe jaar is nauwelijks een paar weken
oud of de schatkist vraagt uw aandacht voor
de personeele belasting. Men vraagt u om maar
even zonder slag of stoot in te vullen hoeveel
uw auto waard is. En als eenige richtlijn daar
bij wordt u dan verteld, dat u een zoodanig be
drag moet opgeven als bij verkoop onder nor
male omstandigheden ter plaatse daartoe ge
schikt zou kunnen worden bedongen. U kunt er
niet mee volstaan, door te zeggen, dat de om
standigheden thans allerminst normaal zijn,
want, wanneer u niet weet hoeveel uw auto
waard is, dap weet de fiscus wel raad. want
dan vult hij het bedrag voor u in. De kosten
hiervan bedragen 10 pet. belastingverhooging.
Wanneer u de waarde te laag aangeeft, wordt
uw aanslag verhoogd met 10 pet. van het ver
schil tusschen uw schatting en de officieele
taxatie, terwijl het niet aangeven gestraft wordt
met verdubbeling der belasting.
En ofschoon u in het algemeen liever heele-
maal niet leest over belasting, zoo geven wij u
toch thans den raad, om dit artikel wél door
te nemen. Een gewaarschuwd man telt voor
twee èn„de fiscus is tóch duurder." Na
tuurlijk moogt u telken jare een zeker bedrag
aftrekken voor waardevermindering. Een be
paald percentage is daarvoor niet vastgesteld;
aldus schrijft ons de A.N.W.B.-Toeristenbond
voor Nederland. Wie een fonkelnieuwen auto
gekocht heeft, mag onmiddellijk, tenminste 10
en (globaal) ten hoogste 20 25 pet. van den
catalogusprijs aftrekken. Op een auto, welke
circa een jaar oud is, mag 30 a 40 pet. worden
afgeschreven; dit percentage is voor de vol
gende jaren ongeveer als volgt: na twee jaren
aftrekken 30 40 pet., na drie jaren 50 a 60
pet., na vier jaren 70 80 pet. Een moeilijkheid
hierbij is dikwijls de korting, welke bij het aan
schaffen verleend wordt, terwijl voorts natuur
lijk van belang zijn het aantal afgelegde kilo
meters en het al dan niet courant zijn van den
bewusten wagen. Men ziet hieruit wel, dat er
heel wat bij komt kijken voor een goede aan
gifte, welke noch te hoog noch te laag is, de
Belastinginspectie passeert. Meer en meer ma
ken dan ook de leden van de groote verkeers-
vereenigingea gebruik van den specialen belas
ting-taxatiedienst.
De personeele belasting wordt geheven we
gens het hier te lande houden van een motor
rijtuig (auto, motorrijwiel). Onder „houder"
wordt in dit verband verstaan degeen. die krach
tens overeenkomst de beschikking heeft over
een motorrijtuig van een ander, onverschillig
of dit steeds hetzelfde is. Alléén, wanneer men
over een korter tijdvak dan 21 dagen de be
schikking over het motorrijtuig heeft, is men
geen houder in den zin der wet.
Toch is het niet altijd de houder zelf, die het
„beschrijvingsbiljet" onderteekent. Wanneer
deze namelijk inwonend is in het gezin, moet
het gezinshoofd de aangifte doen; in gevallen
van twijfel beslist de inspecteur, aan wien „deze
eer" te beurt zal vallen.
In vroeger jaren was het heel eenvoudig om
het belastingbedrag te bepalen, toen toch was
er één uniform Rijkstarief (weliswaar met wis
selende opcenten). Sedert de nieuwe financieele
verhouding tusschen Rijk en Gemeenten tot
stand is gekomen, zijn de gemeenten bevoegd
van het Rijkstarief af te wijken, van deze be
voegdheid is een zoodanig ruim gebruik ge
maakt, dat thans in de eene plaats voor het
zelfde motorrijtuig haast vijfmaal zooveel wordt
betaald als elders. Een tarieven-overzicht kan
hier dus niet worden gegeven. Wie dienaan
gaande nadere inlichtingen mocht wenschen.
doet het beste zich te wenden tot den betref-
fenden inspecteur der Directe Belastingen (afd.
Personeele belasting).
De personeele. belasting is een „welstands-
belasting," hieruit volgt, dat vrachtauto's, zie
kenauto's en dergelijke voertuigen van deze
heffing vrijgesteld zijn. Voor het gebruik van
een auto uitsluitend of nagenoeg uitsluitend in
de uitoefening van bedrijf, wordt de belasting
tot de helft verminderd. Het is van belang te
bedenken, dat deze bepaling vroeger luidde:
uitsluitend of hoofdzakelijk; sindsdien is de
inschrijving aanmerkelijk verscherpt, waaruit
volgt, dat het gebruik anders dan voc beroep
of bedrijf zéér bijkomstig moet zijn. Vaste re
gels zijn hiervoor niet gegeven, wanneer iemand
zijn auto gebruikt om daarmede naar zijn kan
toor en weder naar huis te rijden, dan geldt
dit niet voor de vermindering. In elk speciaal
geval beslist de inspecteur. De belasting wordt
tot een kwart verminderd voor auto's, welke in
een verhuurbedrijf worden gebezigd, terwijl mo
torrijtuigen, welke uitsluitend gebezigd worden
in het bedrijf van of handelaar in motorrijtui
gen, vrijgesteld zijn, mits zij deel van den han
delsvoorraad uitmaken. Tenslotte noemen wij
nog de rijwielen met hulpmotor, waarvoor even
eeens geen personeele belasting verschuldigd is.
Het is mogelijk ontheffing te verkrijgen voor
motorrijtuigen, welke gedurende het geheele
belastingjaar (dat aan het kalenderjaar gelijk
is) niet worden gebruikt. Men moet hiervoor
toch aangifte doen en is verplicht vóór 15 Jan.
aan den inspecteur mede te deelen, dat men
zijn auto of motorrijwiel niet gebruikt. Het
voertuig moet dan gedeeltelijk gedemonteerd
worden (wielen afnemen), terwijl het in een
bepaalde bergplaats of garage moet blijven
staan. Verplaatsing is alleen toegestaan na
voorafgaand overleg met de belastinginspectie.
Het aantal „opgelegde" auto's wordt ook in
verband met de tijdsomstandigheden en de
steeds stijgende belastingen, hoe langer hoe
grooter. Wie van deze ontheffing profiteeren
wil, moet er dus vlug bij zijn!
In dit verband lijkt het ons nuttig, aldus de
A.N.W.B.-Toeristenbond voor Nederland, om
nog even te wijzen op de wegenbelasting, welke,
zooals men weet, per jaar of per kwartaal vol
daan kan worden. (Helaas ontbreekt nog steeds
de mogelijkheid om per maand te betalen, in
welke lacune vooral in deze slechte tijden reeds
lang voorzien had moeten zijn!). Restitutie van
wegenbelasting kan men verkrijgen voor de nog
niet ingegane kwartalen; op kwartaalkaarten
wordt dus nimmer iets terugbetaald. Zooals
men weet, moet de wegenbelasting steeds voor
uit voldaan worden, omdat men zonder wegen-
belastingkaart niet rijden mag. Bij afschaffing
van den wagen kan ontheffing van personeele
belasting verkregen worden voor de nog niet
ingetreden maanden, mits men in hetzelfde be
lastingjaar niet wederom een motorrijtuig ter
beschikking zal krijgen.
Hedennacht om ongeveer half drie heeft op
het station Didam een botsing plaats gehad
tusschen twee goederentreinen.
In den dikken mist is een goederentrein, ko
mende uit de richting Winterswijk, naar schat
ting met een vaart van ongeveer veertig K.M.,
op een stilstaanden goederentrein ingereden.
Een der wagons kantelde en 18 wagens vlogen
door den heVigen schok uit de rails.
De materieele schade aan de locomotieven en
de wagens is zeer groot, verschillende zijn let
terlijk gekraakt of in elkaar geschoven.
De half versplinterde trein uit de richting
Winterswijk kwam dwars over de baan te staan,
welke bij net station Didam driedubbel spoor
heeft en versperde alle verkeer.
Hedenmorgen om zes uur arriveerde het ber
gingsmateriaal van de Nederlandsche Spoor
wegen en met behulp van een zwaren bok
heeft men tot in den vroegen namiddag moe
ten werken om de baan weer vrij te krijgen.
Het personenvervoer ondervond gedurende
dien tijd eenige vertraging. Op de plaats des
onheils moesten de treinen stoppen, de passa
giers uitstappen, om hun reis met een verder
staand treintje te kunnen vervolgen.
Over de oorzaak kon officieel nog niets wor
den medegedeeld, daar er echter een zware
mist hing, afgewisseld door motregen, zal het
weer wel mede een rol gespeeld hebben bij de
botsing. Gelukkig kwamen geen persoonlijke
ongelukken voor.
De mail voor den „Postjager" stijgt gestadig.
Batavia had om 11 uur v.m. 50 kilogram post
bijeen. Het meerendeel wordt eerst in den loop
van den avond verwacht.
De oud-hoofdkantoor-chef van de P. T. T„
de heer J. van Brero, een bekend orchideeën-
kweeker, schonk aan H. M. de Koningin een
verzameling orchideeën, welke de „Postjager"
meeneemt.
Het werk aan den pijlerbouw van de Waal
brug ligt wat betreft het betonstorten en het
metselwerk nog altijd stil.
Sinds begin van December moest men dit
werk vanwege de vorst reeds stopzetten. En
volgens berichten van het meteorologisch in
stituut te De Bilt, dat nog vorst in uitzicht
stelt, zal er vooreerst wel geen beton gestort
worden.
In de maand Januari van het vorig jaar
moest het werk eveneens opgeschort worden
vanwege de vorst, zoodat er een achterstand
in beton- en metselwerk bestaat van een kleine
twee maanden, welke stagnatie van arbeid
de aannemer kon wijten aan force majeure.
Aan pijler A aan den Lentschen kant is
men nu wel weer begonnen met het aanbren
gen van den stalen damwand.
De groote pijler aan Lentsche zijde moet vol
gens bestek op 1 Maart a.s. klaar zijn. De twee
de pijler aan den Nijmeegschen oever op 15
September 1934.
De brug moet 1 Maart 1935 opgeleverd zijn.
Naar men ons uit goede bron mededeelt,
hebben de Paters Capucijnen, tot nu toe voor-
loopig gehuisvest in de Van Oldenbarneveldt-
straat no. 42 te Nijmegen, een perceel aange
kocht in Hees, aan de Dorpstraat no. 49.
Genoemd perceel omvat een oud heerenhuis,
in eenvoudigen stijl opgetrokken, benevens een
groot stuk tuin.
Het is de bedoeling aldaar het studiehuis
voor de studenten, die aan de R.K. Universiteit
studeeren, in te richten.
Overste is Pater Benevenutus van Venray.
Het is merkwaardig, zooals tegenwoordig
van sociaal-democratische zijde bij
herhaling de nadruk wordt gelegd op
de „nationale eenheid" en de „nationale ge
dachte".
„Het Volk" schreef dezer dagen in een hoofd
artikel, dat strijders voor nationale eenheid in
de sociaal-democratie een krachtige bondge-
noote zouden kunnen vinden „ter verwezen
lijking van de nationale gedachte in haar
meest nobelen vorm."
En in een ander artikel van hetzelfde blad
kon men lezen, dat, al is de socialistische ge
dachte dezelfde gebleven, de (socialistische)
beweging „ouder en wijzer" is geworden.
„In 1914" aldus de schrijver van dat
artikel „is zij op wreede wijze tot de erken
ning gekomen van de ontzaglijke kracht van
het nationaal gevoel."
In het Communistische Manifest schreven de
grondleggers van de socialistische theorie de
uitspraak neer: „de arbeiders hebben geen
vaderland."
En nu beweert „Het Volk" wel, dat alleen een
„oppervlakkig lezer van het „Manifest" daar
uit kan afleiden, dat de beteekenis van de
natie door bedoelde grondleggers werd ont
kend, en dat deze grondleggers zich slechts
hebben gekeerd tegen „de nationale afzonde
ring, tegen de onderlinge tegenstellingen, de
onderlinge vijandschap tusschen de volken."
Maar wanneer de uitspraak slechts deze be
teekenis had gehad, waarom noemde de Fran-
sche partijgenoot Jaurès haar dan naar
„Het Volk" zelf memoreert „een jeugdige
onbezonnenheid, een oppervlakkige brutali
teit"?
Waarheid is, dat het socialisme ook op dit
punt fiasco heeft gemaakt.
Het internationalisme van zijne grondleggers
en theoretici is even onhoudbaar gebleken, als
hun leer van den klassenstrijd, om van ver
dere vergissingen maar te zwijgen.
Zoowel over het een, als over het ander beeft
de ervaring haar vonnis gestreken.
En wanneer de redactie van „Het Volk" thans
schrijft, dat de socialistische beweging „den
overmoed, de illusies van de jeugd" heeft ver
loren, dan is dit slechts een verbloemde er
kenning van het geleden échec en een totaal
mislukte poging om de gedwongen koersver
andering voor te stellen als een vrije daaa, die
met de beginselen niets te maken heeft.
Naar wij vernemen is in den toestand van
Oud-MinisteT Waszink, die gelijk bekend, in
het ziekenhuis te Roermond is opgenomenj
nog steeds weinig verandering gekomep. De
patiënt blijft voordurend zorg wekken.
Men bericht aan de „Bossche Courant":
De „Pelikaan" maakte haar tweede étappe op
de heenreis. Het was nacht en de navigatie als
gevolg daarvan extra moeilijk. Soer stuurde,
terwijl Smirnoff een dutje deed. Opeens meent
de mecanicien onder zich een schurend geluid
te hooren. Hij vliegt naar de cockpit en doet
een ruk aan het hoogte-roer, zoodat de machine
een scherpe opwaartsche manoeuvre maakt.
Groote consternatie in de machine. Met zoek
lichten werd de buik van het vliegtuig ge
ïnspecteerd en daarbij kwam men tot de ont
stellende ontdekking, dat er boomtakjes aan
het landingsgestel zaten. Men vreesde aan
vankelijk, dat dit beschadigd kon zijn, waardoor
de landing uiterst gevaarlijk zou worden. Een
nader onderzoek stelde de bemanning wat ge
rust, hoewel men zonder eenige zekerheid
bleef. Men begrijpt onder welk een spanning
aan het einde van deze étappe werd geland.
Er deed zich gelukkig niets voor, maar het
was toch een dubbeltje op z'n kant.
Toen men op het vliegveld een onderzoek
kon instellen, bleken er denne-takjes aan het
landingsgestel te zitten. Men was dus over
een bosch gevlogen en wel zóó laag, dat het
een bloot toeval is dat men er heelhuids is
afgekomen!
Naar wij vernemen hoopt men met het onder
zoek van de motoren der „Zilvermeeuw" om
streeks het einde dezer maand gereed te zijn.
De herstellingen geschieden in de werkplaatsen
op Waalhaven. Verwacht mag worden, dat de
„Zilvermeeuw" begin Februari weer in dienst
wordt genomen.
Dr. ir. N. Koomans, die benoemd werd tot
tijdelijk buitengewoon hoogleeraar aan de Tech
nische Hoogeschool te Delft, om onderwijs te
geven :u de electrotechniek, is thans hoofd
ingenieur der telegrafie en telefonie, te Den
Haag.
Hij werd vooral bekend door zijn verrichtingen
op het gebied van radio-telegrafie en telefonie.
Dat er een radio-telefonische verbinding tot
stand kwam tusschen Nederland en Indië is
grootendeels zijn werk.
Zooals bekend hoopt de heer Albert Kaller
te Utrecht Zaterdag 6 Januari a.s. zijn zilve
ren journalisten-jubileum te herdenken.
Wij vernemen nog, dat het feest in intiemen
kring zal gevierd worden. De jubilaris zal gaar
ne a.s. Zaterdagmiddag van 35 uur aan be
langstellenden gelegenheid geven te zijnen
huize, Pieter Saenredamstraat 22, tot het aan
bieden van gelukwenschen.