1924-1934 'sWerelds langste luchtlijn De Nederlandsche historie Tempo, tempo! In de luchtvaart i - V-f§i£p> oooooooooooooooooooooooo -»s In den linkerbovenhoek het vliegtuig van Van Laer Black, waarmede Geysendorffer en Scholte een wereldvlucht maakten. In het midden het monument voor de luchtvaart, op Schip hol geplaatst, ter herinnering aan den geregelden dienst op Indië. Daaronder de kranige pioniers, het driemanschap Van der Hoop, (in het midden) v. Weerden Poelman (rechts) en v. d. Broek (links). De twee cliché's daaronder toonen duidelijk het verschil tus- schen Schiphol in de kinderschoenen en hoe 't vliegveld werd, toen het in een moderne luchthaven was herschapen en al heel spoedig een wereldreputatie vestigde. Rechts boven een van de meest moderne types, de „Zilvermeeuw". Links onder het inwen dige van de „brug" op Schiphol. Rechts een herinnering aan de solo-vlucht van Van Tijen naar Indie. En ten slotte in het midden een wel heel bijzondere opname, n.l. tijdens het opdragen van de H. Mis in de „Pelikaan" door Z.H.Exc. den Aartsbisschop van Madras, die in October 1932 een vlucht met de „Pelikaan" medemaakte, en eiken mor gen tijdens de reis de H. Mis las, waarbij de kaartentafel als altaar dienst deed. cKoUand-Dndic do&ï de xucM GGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGOGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGGZ Het verschil en dus de vooruitgang springen zoo opvallend in het oog en beteekenen telkens een dusdanig record, dat wij er niet verder over behoeven te filosofeeren. Op 16 Nov. 1928 volgde op Koppen's vlucht de eerste terugkeer van het eerste K.L.M.-vlieg- tuig naar Indië. Het toestel, bediend door Aler, Smirnoff en Veenendaal, had nogal pech gehad op de heenreis, meer dan op de terugreis, die vlot verliep. Dit was de proef-postvlucht, die 300 K.G. post meenam, hetgeen de helft was van hetgeen Ba tavia had aangeboden. Laten we hier even a^an- teekenen, dat uit een zoo groot aantal brieven onweerlegbaar het vertrouwen spreekt van het publiek, een vertrouwen, dat zich glansrijk zou herhalen, toen de Pelikaan enkele jaren later Na den tocht van de Pelikaan naar en te rug van Batavia en Bandoeng en nu de Postjager zijn retourvlucht volbracht heeft, terwijl weer nieuwe plannen gemaakt worden om over te gaan tot een permanente bekorting route NederlandIndië, is het ein delijk met een overstelpende zekerheid tot het Nederlandsche volk en tot de rest van de we reld doorgedrongen, wat de Nederlandsche luchtvaart eigenlijk beteekent. Men scheen het tot dusver in eigen land en daarbuiten als een eenvoudig feit feiten zijn nu eenmaal eenvoudig, omdat ze feiten zijn te beschouwen, dat de route AmsterdamBata via en terug de grootste luchtlijn ter wereld is, een luchtlijn, die reeds jarenlang onderhouden wordt met de regelmatigheid van een uurwerk. Niemand maakt zich hier druk over. De K.L.M. en haar piloten het minst van alle. De stalen vogels stegen op en verslonden de duizenden kilometers, alsof zij nooit anders hadden gedaan. De piloten zaten zwijgend achter hun stuur en ronkten met een paar honderd kilometer vaart door de lucht boven de Hollandsche polders, de Fransche heuvels, de Italiaansche campagna, de Perzische woestijnen, de Britsch-Indische bergen en de oerwouden van Sumatra. Geen oogenblik van den dag en weinige oogenblikken van den nacht gingen voorbij, zonder dat er gens tusschen hier en Indië een jolige Fokker door de lucht schoot, zonder dat ergens een Hollandsche knaap hoog in de lucht zijn ben zinevoorraad controleerde. Kingsford Smith vestigde eenige records en de Hollanders vlogen rustig heen en weer en het ontging de wereld, die Kingsford Smith terecht toejuichte, dat de piloten van de K.L.M. dag in dag uit het groot ste record, hun eigen record n.l., bevestigden door met een Hardnekkige zekerheid hun route te volbrengen. Het was knap, vonden wij, maar deze knappe en dagelijksche verrichtingen ver schenen in de kranten met dezelfde regelmaat waarin zij werden volbracht en in de rubriek jes, die de kranten sinds langen tijd aan de luchtvaart wijdden, werden de aankomst en het vertrek der eksters, pelikanen, snippen, oehoe's, ijsvogels, enz., enz. niet eens meer apart ver meld. En al deze vogels vlogen even snel en re ageerden gelijkelijk op de verschillende klimaten, alweer alsof ze nooit anders hadden gedaan. Balbo en zijn mannen, in gesloten gelederen over den Atlantischen oceaan vliegend, wekten wederom volkomen terecht de bewondering van de geheele wereld en rustig aan vlogen de man nen van de K.L.M. naar Indië, zonder drukte, maar met een gestaagheid, die haar weerga nog niet had gevonden. En hoe prachtig Balbo ook vloog, en hoezeer zijn prestatie ook een record was, het brak niet het Nederlandsche record, want nog altijd was en bleef AmsterdamBata via de langste luchtlijn van de wereld. Zij is het nog! En zie, waar geen vlieger dit record kon breken, hebben de Nederlanders het zelf gedaan. En de omstandigheden leidden er toe, dat zij het met glanzender succes hebben gedaan, dan zij zelf hadden kunnen vermoe den. Toen de Postjager halfweg bleef zitten en de Zilvermeeuw haar pooten niet van den grond kreeg, schoot de oude Pelikaan de loods uit. De pelikaan is zeker niet de snelste onder de vogels, maar deze pelikaan was een grappen maker en grappenmakers kunnen soms ineens doodelijk ernstig worden. Zoo deed ook de Pe likaan. Hij nam de post over, bood Smirnoff en zijn mannen een plaatsje aan in zijn binnenste en verhief zich langzaam en statig van het veld te Schiphol. Vanaf dat oogenblik suisden de be richten door de wereld en het leek wel, of de Pelikaan een afspraakje had met alle mogelijke geheimzinnige machten. Hij wist van geen rusten en werd eenvoudig pelikaan af. Hij vloog dag en nacht en de bemanning bevond er zich wel bij. En zoo was het de Pelikaan, die het gewel dige record vestigde, dat een dubbel record werd, want hij sloeg meteen de theoretisch geprojec teerde uren van de niet vertrokken Zilvermeeuw. En alsof dit niet genoeg ware, sloeg hij op de thuisreis nog eens zijn eigen record, al was het dan ook maar een kwartier, dat overigens drie kwartier zou geworden zijn, als de vaderland- sche mist den dapperen vogel niet had gedwars boomd. En wie weet, of deze daling in een ver raderlijke mist op zichzelf ook geen record is want dat het tot de brillante staaltjes van de vliegkunst heeft behoord, zal iedereen wel duidelijk zijn, die vernomen heeft, dat de Pelikaan „wiel" aan wal zette zonder dat een van de bijna twintigduizend toeschouwers het heeft gemerkt. Wie in zoo'n mist onfeilbaar neerkomt op de juiste streep, moet een vlieger zijn van niet gering formaat. Ja, dat alles geschiedde op de langste lucht lijn van de wereld, die den ouden naam uit de legenden, den naam der Vliegende Hollanders, pas voor goed en zoo reëel mogelijk consoli deert. En wat deden de piloten en hun meca nicien en radio-telegrafist? Zij stegen op en zij kwamen aan. Daarmee is het ongeveer gezegd. Niet wat hun prestatie betreft, maar wat hun ijdelheid betreft. Zij kwamen aan en verbaasden zich over zooveel menschen. Zij vonden het prachtig, natuurlijk, maar zij hadden het zelf niet verwacht. Want hebben ze niet voor de microfoon gezegd, dat zij meenden hun plicht te hebben gedaan? Meer hebben ze eigenlijk niet verteld, want redenaars zijn zij niet, deze luchtveroveraars. Ze vliegen zoo welsprekend, als men het maar wenschen kan, maar praten kunnen ze niet. Ze maken records en vinden dit blijkbaar niet voldoende, want hun eigen re cords breken ze weer afdoende. Maar hun groo- te verdienste ligt toch weer niet in deze pres tatie op zichzelf, maar in het feit, dat zij aan deze prestatie zijn begonnen, niet om de pres tatie zelf, maar om de mogelijkheid te overwe gen, of de route naar Indië niet een beetje korter kon gemaakt worden, en wel in het di recte reëele belang van Nederland en Indië en hun posterijen. Er zat dus een degelijke achter grond achter de ondernemihg en deze had niets te maken met vertoon en parade. Het was meer dan een sportieve daad, die des te sportie ver werd, naarmate zij werd verricht in het werkelijk belang van de menschheid. Daarom zal deze vlucht heen en weer moeten gerekend worden tot de niet geëvenaarde pres taties in de wereld van de luchtvaart, niet al leen de Nederlandsche, maar die van de geheele wereld.... De vlucht van de Pelikaan en van den Post jager vestigen eens te meer de aandacht op het heugelijke feit, dat dit jaar het tienjarig jubileum valt van de vluchten Neder land—Ned.-Indië. Het is dit jaar n.l. tien jaar geleden, dat het drietal van der Hoop, van Weerden-Poelman en van den Broek hun historischen tocht naar Ned.- Indië volbrachten. Op hun pionierstocht re ageerde het Nederlandsche publiek met groote geestdrift en onmiddellijk werd begonnen met het werk, dat noodig was om de route Amster damBatavia tot een regelmatige route te ma ken. Niemand wist toen nog met zekerheid, dat het plan zou slagen, maar de directie van dc- K.L.M. deed alsof zij wel zekerheid had en be gon met onverdroten ijver aan de uitvoering van de plannen te werken. Luitenant Koppen deed den sprong van het driemanschap-van der Hoop na en bevestigde daarmede, dat de pioniersvlucht inderdaad een regelmatige vlucht kon worden. De K.L.M. had het dus goed gezien en met een Hollandsche taaiheid zette zij door. Het zou weliswaar nog enkele jaren duren, maar op dit oogenblik is het reeds enkele jaren geleden, dat de Neder landsche bladen in een feeststemming waren en koppen afdrukten, die ongeveer als volgt luid den: „Een jaar luchtverkeer met Indië", e.d. Intusschen had ook Geysendorffer Indië be reikt en de regelmaat begon al zoetjesaan te komen. De vlucht van luitenant Koppen had de be doeling om binnen een maand naar Indië te vliegen en terug te keeren op vaderlandschen bodem. Zijn route was vrijwel gelijk aan die van van der Hoop en van Geysendorffer en hij koos den gunstigsten tijd van het jaar, reke ning houdend met de verraderlijke moessons der beide Indien en de zandstormen in Mesopo- tamië. Koppen had een ernstige studie achter den rug en toen hem de vraag werd gesteld of het noodzakelijk was de route van zijn voor gangers nog eens te maken, meende hij daarop te moeten antwoorden, dat dit inderdaad het geval was. Voornamelijk meende hij dit in ver band met de regelmaat, die men immers be trachtte. Hij vloog met een meer-motorig vlieg tuig, zeer geschikt om groote afstanden af te leggen in tropische gewesten en dat vermoede lijk het type zou zijn, dat in de toekomst cp de route gebruikt zou worden. Het resultaat was schitterend. Ziehier een vergelijking der vlieg uren, door de ondernemers van der Hoop en Geysendorffer gemaakt. De cijfers spreken boek- deelen. Van der Hoop 1924. 20 vliegdagen 15373 K.M. (127 uur, 16 minuten) gemiddelde snelheid 120.75 K.M. per uur. Geysendorffer, Juni 1927. 13 vliegdagen 14.675 K.M. (86 uur, 27 minuten) gemiddeldes nelheid 169.74 K.M. per urn-. ongeveer honderdduizend brieven uit Batavia meenam. Maar de pioniers namen ook post mee uit Singapore voor de groote steden op hun route. Vergelijkt men het resultaat van die eerste vluchten, en voornamelijk van de eerste postvlucht, met de resultaten van de boot- of treintransporten, die reeds meer dan honderd jaar bestonden, dan slaat men de handen ineen van bewondering over wat de luchtvaart op dat oogenblik reeds presteerde. Een voorname factor was het feit, dat het vliegtuig van enkele jaren geleden nog genoodzaakt was een paar hon derd kilo mee te voeren aan eigen werktuigen en reparatie-materiaal. Thans liggen die bal lasten overal langs de route opgestapeld en kan dus de ruimte en het gewicht dat vrijkomt, voor andere doeleinden worden gebruikt. Ook de ter reinen, die thans betrekkelijk goed in orde zijn, waren destijds in vele gevallen absoluut on bruikbaar. Het innemen van benzine duurde heel lang en vroeg, behalve geduld, nog groote krachtsinspanning. Dit is nu allemaal voorbij en de vliegers hebben meer gelegenheid hun aandacht te concentreeren op hun tocht zelf, waardoor de veiligheid en de snelheid ten zeer ste gediend zijn. Intusschen bleek uit die ge weldige proeven in de eerste plaats, dat het vliegmateriaal uitstekend voldeed en tweedens dat de piloten zelf ook tot deze krachtproef in staat waren. In den tijd, volgend op de eerste groote proef- postvlucht, gingen er regelmatig vliegtuigen heen en weer in de maanden December, Janu ari, Februari, Maart en April. Op dat oogen blik waren er vijf piloten, die de route naar Indië kenden. Het waren: Geysendorffer, Schol- te, Frijns, Smirnof en Aler. Het plan was bij elke der volgende vluchten nieuwe krachten te laten meevliegen, tot de heele bemanning van de K.L.M. de groote route zou kennen. Deze eerste proef-postvlucht gaf alle hoop, dat de toekomst zonnig zou worden voor de Nederland sche luchtvaart en als we goed narekenen, is die hoop niet alleen volledig in vervulling gegaan, doch zelfs boven alle verwachting werkelifk- heid geworden. De duur van de vlucht naar Batavia, de zui vere duur wel te verstaan, bedroeg ongeveer 90 uren. De rest van den tijd, bestemd voor rust, reparatie, enz. was ongeveer het dubbele. Slechts onder zeer gunstige omstandigheden kon de reis in zeven dagen worden volbracnt. Op deze basis begonnen dan ook de regelmatige post- vluchten, want men kon voorloopig nog niet er aan denken de 7000 K.M., die men evehtuael bij nacht zou vliegen, van dusdanige lichtposten te voorzien, dat de vliegers veilig konden lan den en trekken. In dien tijd werd zwaar gefilosofeerd over de vraag of niet de vliegboot of het luchtschip de voorkeur zou verdienen boven de gewone vlieg machine, waarvan intusschen het voornaamste bezwaar was, dat deze enorme luchtvaartuigen veel duurder van aanschaffing waren dan de machines van het gebruikelijke formaat. Inmiddels was Schiphol uitgegroeid tot een van de belangrijkste bezienswaardigheden van de hoofdstad. De dien sten op Parijs, Londen, Berlijn, Malmö, het liep alles voorbeeldig van stapel. Schiphol was va et vient geworden va,n luchtreizigers. Maar wat beteekenden die reisjes voor de piloten, die de tropen hadden gezien en den evenaar achter zich hadden ge laten. In 1932 werd een we- kelijksche dienst op In dië overwogen en een overweging schijnt bij de K.L.M. -en bij de K. N.I.L.M. gelijk te staan met een voldongen feit. Tegelijkertijd werd een tariefsverlaging in het vooruitzicht gesteld, het geen ook met 'n „over weging"' overeenkwam. En alweer op hetzelfde moment kreeg Amster dam zijn vliegschool waaruit reeds menig knap piloot te voor schijn is gekomen. Door dit alles heen liep een staking, die tot een goed einde werd ge bracht en ook nu nog is er een wrijving geweest tusschen directie en personeel van den vlieg- dienst, doch dit alles heeft noch de leiders, noch de piloten doen afzien van den verderen uitbouw dei K.L.M. En nu zijn we dan zoover, dat niet alleen Ba tavia en geheel Indië door de lucht regelmatig verbonden zijn met het moederland, maar zelfs, dat dit in de laatste weken geschied is met een snelheid, die bijna verblindend werken moet op een beoordee ling van de enorme prestaties, door de K. L. M.-piloten en de K. L. M.-directie verricht. Wat de toekomst brengen zal? Wie kan het voorspellen? Maar als we mogen afgaan op de gebeurtenissen van den laatsten tijd toen de Pelikaan het jaar 1933 plotseling tot een gloriejaar verhief en als we bedenken, wat aan de laatste da den van de KL.M. voor afgegaan is in de ge schiedenis van onze luchtvaart, dan kun nen we met een gerust hart afwachten wat de toekomst brengen zal. Zij zal vermoedelijk nog vele malen met grooten nadruk de aandacht vestigen op het feit, dat de route NederlandNed.-Indië nog steeds de grootste en wellicht ook de nut tigste luchtlijn is in de geheele wereld. Wij ho pen het van harte.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 9