STRUCTUUR-VERANDERINGEN Aspirin zonder omzellielasIin^-YOor U Fruitoogst 1933 DINSDAG 16 JANUARI Op agrarisch en industrieel gebied Een jubilé JUBILEUM VAN DEN HEER WETERINGS Samenstelling van het Eere-comité DE SUIKERBIETENTEELT DE KONINKLIJKE FAMILIE IN ZWITSERLAND Ondanks de nieuvv|^mm||Jj|astin^ blfjft de prijs van de oranje-band b en van de ora tabletten 70 cent T tabletten 10 cent HERMANN BAHR Hermann Bahr f TEGEN RADIO-STORING DOOR AUTO GEGREPEN Plotseling overgestoken NIEUWE BEZUINIGING BIJ DE SPOORWEGEN VALSCHE OORMERKEN REGENT M. WIJTENBURG HERSTELD HET WRAK VAN DE „CERES' BRANDKRAAN OMGEREDEN VALSCHE SUEZKANAAL- OBLIGATIES Nederlander tegen borgstelling vrijgelaten DE LOONSVERLAGING BIJ DE SPOORWEGEN TYPHUSLIJDERS AAN BOORD VAN „WILLEMSPLEIN" DOOR AUTOBUS DOOD GEREDEN Een buitengemeen belangwekkende be schouwing over bovenstaand onder werp troffen wij aan in het als bijlage van het weekblad „Economisch-statistische Berichten" verschijnende „Economisch-Sta- tistisch Kwartaalbericht" van 25 October jj. Op voetspoor van het Berlijnsche „Insti- tut für Konjunkturforschung" wordt daar in gewezen op het verschijnsel, dat de agrarische productie buiten Europa van 1930 tot 1932 onafgebroken is gedaald, ter wijl daarentegen de industrieele productie zich tot in 1932 buiten Europa op een be trekkelijk hooger niveau heeft gehand haafd dan in Europa en de sedertdien inge treden stijging in de productie grooter is geweest in de landen buiten Europa dan in ons werelddeel. Op deze wijze wordt de landbouwproduc tie van de landen met den laagsten kost prijs verplaatst naar landen, waar de natuurlijke omstandigheden niet zoo gun stig zijn, voor een belangrijk deel naar Europa (graan en suiker)dit gaat gepaard met een verdere verplaatsing van de industrie naar landen, die overwegend grondstoffen en voedingsmiddelen produ- ceeren. Berustte de welvaart met name van West-Europa gedurende decennia voor een groot deel op de uitwisseling van indu strieele tegen agrarische producten, door oorzaken, die wij nader zullen bezien, is de ontwikkeling der economische verhoudin gen allengs een geheel andere richting in geslagen. Dat bovengenoemde uitwisseling voor Europa zoo voordeelig was, berustte voor een groot deel op het feit, dat in de jonge overzeesche gebieden de wet der afnemen de meeropbrengst, die zegt, dat vanaf een bepaald punt onder overigens gelijkblijven de omstandigheden waarbij vooral moet worden gedacht aan veranderingen in de landbouwtechniek vermeerderde aan wending van arbeid en kapitaal op een be paald stuk grond geen evenredige vermeer dering van de opbrengst tengevolge heeft, niet of slechts in geringe mate haar uit werking deed voelen. In het oude Europa daarentegen kon de agrarische productie slechts tegen belangrijk stijgende produc tiekosten worden vermeerderd. Door voedingsmiddelen en grondstoffen te importeeren verkreeg men deze dus met geringere productiekosten dan zelf-voort- brengen noodzakelijk zou hebben gemaakt. Men zegt, dat Europa zijn industrieele producten verkreeg op een gunstigen ruilvoet In deze constellatie nu is een fundamen- teele verandering gekomen. Bovenge noemd kwartaalbericht tracht de oorza ken van deze verandering aan te geven, de verklaring, waartoe men komt, is ons inziens echter zeer onbevredigend. Voor wij dat onbevredigende nader aantoonen, geven wij eerst in het kort weer het betoog, dat de auteur ter verklaring opzet. Dit komt op het volgende neer. De overproductie in den landbouw leidde tot een catastrophale daling van de prijzen der landbouwproducten, versterkt door de betrekkelijk onelastische vraag naar ueze producten, als gevolg waarvan de prijsdaling den omvang van de consumptie maar wei nig beïnvloedde. Desondanks bleven de prij zen van fabrikaten en vooral die van ge- kartelleerde goederen op een zeer hoog niveau gehandhaafd. Dit wordt toegelicht met een staatje, waarin een indexcijfer van agrarische producten (voedingsmiddelen en grondstoffen) vergeleken wordt met de indexcijfers van kartelprijzen in Duitsch- land en Oostenrijk. Van 1929 tot midden 1933 daalde het gemiddelde'indexcijfer voor 13 agrarische producten van 100 tot 39.2, daarentegen voor gekartelleerde prijzen in Duitschland slechts tot 80, in Oostenrijk slechts tot 97. Hoofdzakelijk als gevolg van de politiek der kartellen zijn de prijzen der industrieproducten op een hoog niveau ge handhaafd; de sterk verminderde vraag leidde niet tot een vermindering van de prijzen, maar tot een vermindering van de productie. Tegelijkertijd werd de landbouw tegen de overzeesche concurrentie beschermd. De overzeesche producenten van voedings middelen werden hierdoor echter verhin derd een koopkrachtige vraag naar produc ten uit de industrielanden te ontwikkeien. De toenemende bescherming veroorzaakte een nieuwe prijsdaling van overzeesche landbouwproducten en verminderde weer verder den afzet van fabrikaten in de over zeesche landen. Vandaar de steeds grootere werkloosheid in de industrielanden en de vermindering van de bebouwde oppervlakte in de overzeesche landen. Vandaar ook de uitbreiding van de agrarische productie in de industrielanden, door allerlei bescher mende maatregelen begunstigd. Voorts werd, mede tengevolge van de hooge prij zen van fabrikaten in de industrielanden, de industrieele productie in de overwegend grondstofproduceerende landen gestimu leerd. Weliswaar is nu de koopkracht van den landbouw in de industrielanden gestegen, doch deze kan geen compensatie vormen voor de sterk gedaalde vraag naar indu strieele producten van de overzeesche lan den, omdat zij voor een belangrijk deel ten laste komt van de overige groepen van de bevolking in de industrielandep. De beschouwing in het Economisch-Sta tistisch Kwartaalbericht eindigt met een aantal gegevens te verstrekken omtrent de yerhouding tusschen de agrarische en de industrieele productie in en buiten Europa van 1929 tot midden 1933, waaruit duidelijk moet naar voren komen, dat de toenemen de agrarische productie in de industrielan den van Europa voor een deel de oorzaak is geweest van de afnemende bedrijvigheid in de industrielanden. De conclusie, waartoe de schrijver ten slotte komt is, dat het van groot belang is, dat men zich ook in Nederland van dit feit ernstig rekenschap geeft. „De Nederl. Werkgever" van 29 December onderschrijft deze woorden ten volle. Al leen wijst genoemd orgaan er op, niet stil te blijven staan bij het kartelverschijnsel, maar ook zijn aandacht te wijden aan de vele andere factoren, die den prijs van in dustrieele producten in ongunstige richting beïnvloeden. Speciaal in ons land toch speelt het kartelvraagstuk een veel minder groote rol dan in Duitschland en Oosten rijk. De schrijver verbindt daaraan de volgen de waarschuwing; „Laat men toch voorzichtig zijn en de binneniandsche landbouwproductie niet verder kunstmatig stimuleeren, ten koste van den import van overzee en laat men alles in het werk stellen om het aan de industrie mogelijk te maken tegen concur reer ende prijzen te exporteeren; anders gaat onze industrie steeds verder achteruit en zal de crisis zich hoe langer hoe meer verscherpen." De bovengegeven redeneering klopt als een bus, maar dit beteekent niet, dat zij juist is. Om tot een juiste con clusie te komen, moet niet alleen de rede neering juist zijn, maar ook de premisse, waarvan men uitgaat. Met deze laatste nu is het niet in den haak. Zoowel het „Eco- nomisch-Statistisch Kwartaalbericht" als „De Nederlandsche Werkgever" doen het voorkomen, alsof de boven door ons ge schetste uitwisseling van industrieele pro ducten uit Europa tegen agrarische produc ten van overzee, waarop de welvaart van ons werelddeel geruimen tijd voor een belangrijk deel berustte, duurzaam de eco nomische betrekkingen tusschen Europa en de landen daarbuiten zou blijven beheer- schen. Het is echter volkomen duidelijk, dat dit niet het geval kan zijn. Het zou neer komen op een duurzame economische su prematie met de daaraan steeds verbon den politieke overheersching van Europa over de rest van de wereld. De ongerijmd heid daarvan springt duidelijk in het oog en de feitelijke ontwikkeling bevestigt dit volkomen. Ieder land streeft er naar zoo spoedig mogelijk te komen tot economische emancipatie. De vergaande industrialisatie van een land als Japan, om van de Ver- eenigde Staten niet te spreken, bewijst de ze uitspraak ten volle. Maar dan volgt daaruit ook direct, dat op een terugkeer van de vroegere verhoudingen geenszins mag worden gerekend. Onzes inziens ligt hier ook de diepste oorzaak van het feit, dat de tegenwoordige crisis niet op de eerste plaats een conjunc tureel, maar primair een structureel karak ter draagt. De uitwisseling op groote schaal van in dustrieele producten uit Europa tegen agrarische producten van overzee zal nooit meer terugkomen. Maar dan volgt daar ook uit, dat Europa in de toekomst voor een grooter deel zal aangewezen zijn op voor ziening in eigen agrarische behoeften Nu de export van industrieele producten is af genomen, is ook de importmogelijkheid ver kleind, omdat in het internationale verkeer in laatste instantie steeds goederen tegen goederen worden geruild. Al is de toename van de agrarische pro ductie van cosmopolitisch standpunt be schouwd als oneconomisch af te wijzen, na- tionaal-economisch gezien is deze uitbrei ding niets anders dan een logische door werking van fundamenteele oorzaken. Het „Economisch-Statistisch Kwartaalbe richt" maakt onzes inziens deze fout; dat zij de jaren 1929 tot 1932 teveel incidenteel bekijkt. Dan is de redeneering inderdaad in vele opzichten te onderschrijven. Beziet men deze jaren echter als een ke ten in een schakel, waarvan het beginpunt belangrijk vroeger ligt, dan blijkt dat de oorzaken der verschuiving veel dieper lig gen dan de schrijver in genoemd periodiek meent. Onzes inziens zelfs zoo diep, dat het onbegonnen werk is, de gevolgen te willen corrigeeren. Dr. J. A. M. VAN STAAY De Centrale arbeidsinspectie te Den Haag bestaat 1 Sept. a.s. 25 jaar Naar wij vernemen, bestaat de Centrale Ar beidsinspectie te Den Haag op 1 September a.s. vijf-en-twintig jaar. Even te voren jubileert eveneens de bond van ambtenaren aan dezen Rijksdienst. Er worden reeds plannen gemaakt om beide feiten tegelijk eenigszins feestelijk te herdenken. Haar toekomst in ons land bedreigd? De Katholieke Nederlandsche Boeren- en Tuindersbond, heeft, met het oog op de heer- schende ongerustheid ten aanzien van de hand having der suikerbietenteelt in Nederland in de toekomst, besloten een buitengewone vergade ring te houden, uitsluitend gewijd aan deze aan gelegenheid. De vergadering zal plaats hebben op Maandag 22 Januari a.s. te Roosendaal. Het vraagstuk wordt ingeleid door den heer R. W. Janssen, directeur van de R.K, Land- bouwwinterschool te Roosendaal. Tot deze vergadering hebben alleen toegang afgevaardigden van de bij den Katholieken Ne- derlandschen Boeren- en Tuindersbond aange sloten organisaties en derzelver plaatselijke afdeelingen. De Staatszaken worden zelfs daar niet vergeten Nu onze Koninklijke familie een winterva- cantje doorbrengt in het liefelijke Zwitsersche wintersportplaatsje Untetrwasser, lijk thet niet ondienstig van deze plaats even het volgende mede te deelen: Untetrwasser ligt op 950 M. hoogte, beschut door twee indrukwekkende berggroepen, naar het Noorden door het Santis-massief, naar het Zuiden de schoon gevormde interessante Churfirsten-keten. Unterwasser is niet mondain; het is er rustig en gewoon, maar het is een lieflijk oord met een onvergelijkelijk mooie om geving. En omdat er altijd veel en goede sneeuw is, heeft het wintersportbedrijf zich daar zéér ontwikkeld. Zoozeer, dat men de behoefte heeft gevoeld aan een bergspoortje om de 450 M. hooger gelegen Alp Iltios te bereiken, waar een uitgestrekt en zeer afwisselend ski-gebied de sportmenschen aantrekt. Dit bergbaantje is in aanbouw; de opening zal in den zomer van dit ajar plaats vinden. De Koningin besteedt eenige uren van den dag aan de afwikkeling der staatsstukken, die haar worden toegezonden. Voorts onderneemt zij kleine wandelingen en doet ook wel mee aan sledevaarten in de omgeving. De Prinses en het gzvolg amuseeren zich met tailing-partjjen en ski-kjöring. Bovendien krijgt de Prinses er ski- onderricht. De Koningin heeft alles harten gewonnen door haar rustig en volkomen onbevangen optreden. Terug uit de Missie Per boottrein uit Genua, correspondeerende op de „Mamix van St. Aldegonde", zullen Woensdag 17 Januari in Amsterdam terugkeeren de zeer- eerw. Pater Secundus van Megchelen O.F.M., die twaalf jaar arbeidde in de Missie in Zuid- Chansi, en de zeeresrw. Pater Azarias de Kok O.F.M., die vier jaar in de Missie op Java is werkzaam geweest. 8 IP^É Een rusteloos zoeken naar waarheid Maandagmiddag is te München op 71-jarigen leeftijd overleden de bekende katholieke Oos- tenrijksche schrijver Hermann Bahr. Bahr werd geboren te Linz en studeerde aan het Gymnasium in zijn geboorteplaats en te Salzburg. Daarna bezocht hij achtereenvolgens de Universiteiten van Weenen, Graz, Czemot- witz en Berlijn. Na zijn universitaire studiën te hebben voltooid, werd hij redacteur van de „Ber liner Freie Bühne", aan welker redactie hij twee jaren werkzaam was. Toen was hij achtereenvolgens werkzaam op de redacties van de „Deutsche Zeitung", de „Zeit", het „Neue Wiener Tageblatt" en de „Oesterreichischer Volkszeitung". In 1906 werd hij regisseur aan het „Deutsches Theater". Talrijk zijn de werken, zoowel romans als tooneelstuk- ken, welke van de hand van Bahr verschenen. Van zijn tooneelwerken zijn vooral bekend en het meest opgevoerd „Josephine", waarvan de première in 1930 in het Akademie Theater te Weenen ging en bijzonder veel succes verwierf en „Die Stimme", welk werk ook in Nederland werd opgevoerd en veel bijval genoot. Voorts noemen wij nog „Einsichtslosigheit des H. Schaffle" (1896); ,,Die neue Menschen" (1887); „La Marquesa d'Amaequi" (188); „Die grosse Sünde" (1899); „Gute Schulde" (1890); „Fin de Siècle" (1890); „Mutter" (1891). De tooneelstukken, die Herman Bahr schreef, zijn grootendeels van emstigen aard, doch de enkele werken, welke hij in komischen vorm ten tooneele bracht, getuigen van Bahr's fijn- gevoeligen geest en gezonden humor. Over het algemeen worden zijn werken graag gezien en gunstig beoordeeld. Zij worden vooral door de Duitsche studenten-tooneelgezelschappen ver tolkt. Bahr is vóór zijn bekeering tot het Ka tholicisme in 1904 een rusteloos zoeker geweest; dit getuigen vooral zijn werken, welke vóór zijn overgang tot het Katholieke geloof het licht zagen Direct na zijn bekeering schreef hij zijn roman „Himmelfahrt" en het drama „Die Stim me", welke beide werken grooten bijval vonden. Zij waren spoedig verspreid, niet alleen in Duitschland, doch ook in de overige landen van Europa en hadden al snel een groote oplaag. Veel critiek is vooral op laatstgenoemde werken uitgeoefend. Bahr heeft zoowel een schare van vrienden als van tegenstanders. Dit feit is evenwel niet alleen het gevolg van zijn meenin gen en beschouwingen in zijn talrijke publica ties, doch ook om zijn persoonlijk leven. De auteur was n.l., hetgeen hij ook zelf bekende, zeer eerzuchtig. Hem sierden echter als schrijver een zoo groote intelligentie en een zoo uit gelezen smaak, dat veel van zijn werk in de herinnering zal blijven. De filmtentoonstelling in Venetië Het programma der lie Tentoonstelling voor Filmkunst, welke van 1 tot 20 Augustus 1934 te Venezia zal worden gehouden, is door het Hoofd der Italiaansche Regeering goedgekeurd. Van de Vereenigde Staten, Duitschland, En geland, Frankrijk, Hongarije, Japan, Holland, de Sovjet-Republieken, Spanje, Polen, Zwitser land is reeds de toezegging tot deelname ont vangen; van verscheidene films is de première voor de tentoonstelling gereserveerd. Op het programma staan avantgarde-films, abstracte films, wetenschappelijke films van bij zondere beteekenis, teekenfilms, speciaal voor de tentoonstelling vervaardigd. De films zullen in de oorspronkelijke taal opgevoerd worden. De „Confederazione Nazionale Fascists degli Intellettuali" houdt van 15 tot 20 Augustus te Venezia haar eerste bijeenkomst, waaraan vele vooraanstaande personen zullen deelnemen en waar schrijvers en regisseurs de artistieke zoo wel als de technische problemen zullen bespre ken. Het Hoofd der Regeering heeft twee bekers „Coppe Mussolini" als prijzen beschikbaar ge steld, waarvan een voor de beste Italiaansche en een voor de beste buitenlandsche film. De toekenning der prijzen berust bij het Uitvoerend Comité. Een nieuwe antenneleiding Onvermoeid schrijdt de radio-techniek voort op den steeds moeilijker wordenden weg naar verdere vervolmaking. Van de „Nederlandsche Siemens Mij." ontvingen wij een brochure, waarin een nieuw kabelmateriaal voor de an tenneleiding wordt aangekondigd, n l. de „Te- lefunken Zilverantenne". Met haar zilver-meta len oppervlak beveiligt deze kabel de antenne zoowel tegen radio-storingen als tegen weers invloeden. Door het lichte gewicht (ca. 50 gr. per M.) brengt de bevestiging geen bijzondere moeiten mee. Deze vinding maakt aldus de brochure ook de antenneleiding immuun voor storingen, die uitgaan van electrische apparaten in de omgeving. Alleen langs de antenne, die uiter aard niet af te schermen is, kunnen deze nu nog binnendringen. Het beste wat daartegen te doen is. is haar zoo hoog mogelijk te monteeren. Maandagavond, omstreeks half acht, is de 55- jarige C. Brassen, wonende Hogendorperwteg te Heemskerk, aldaar, bij het plotseling oversteken van den weg gegrepen door een personen-auto, welke bestuurd werd door den heer P. A. uit Alkmaar. B. kreeg zeer ernstige verwondingen en moest per ziekenauto naar het St. Anthonius-Zieken- huis te IJmuiden-Oost worden vervoerd. Bij informatie hedenmorgen vernamen wij, dat zijn toestand zorgwekkend is. Bij de afdeeling Exploitatie der Ned. Spoor wegen zijn nieuwe bezuinigingen ingevoerd. Tot dusverre werden de diensten van het 2800 man sterke treinpersoneel, bij verlof en ziekte of afwezigheid om andere reden, geregeld van uit een centraal punt n.l. het hoofdkantoor te Utrecht. Voortaan zullen de stations, waar het trein personeel zijn standplaats heeft, deze aangele genheid zelf moeten behandelen. Door deze reorganisatie worden acht ambte naren uitgewonnen. Te Zelhem is de marechaussee, in. samenwer king met de inspectie der varkenscentrale, een groote knoeierij met valsche oormerken op het spoor gekomen. Een auto met volledige uitrus ting werd in beslag genomen. Tegen drie per sonen is proces-verbaal opgemaakt terwijl negen valschelijk of in het geheel niet gemerkte var kens in beslag werden genomen. Het eere-comité dat zich gevormd heeft ter huldiging van den heer Louis M. Weterings ter gelegenheid van zijn zilveren jubileum op Za terdagmiddag 20 Januari te half drie in het Amstelhotel te Amsterdam is als volgt saam- gesteld. 'Z. D. Mgr. M. P. J. Möllmann, Prot. Apost. a.i.p. Vicaris-Generaal van het Bisdom Haar- em. Zijne Excellentie Mr. T. J. Verschuur, Minis ter - an Economische Zaken, eerelid der Ned. R. K. Joumalistenvereeniging en oud-collega van den jubilaris te 's-Gravenhage. Zijne Excellentie Mr. dr. L. N. Deckers, Mi nister van defensie te 's-Gravenhage. Zijne Excellentie Jhr. Mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck, Minister van Staat en Voorzit ter der Tweede Kamer der Staten Generaal te 's-Gravenhage. C. Maarschalk, Burgemeester van Haarlem. Mr. P. J. M. Aalberse, Oud-Minister van Ar beid, Handel en Nijverheid, Voorzitter van den Partijraad der R. K. Staatspartij en Lid der Tweede Kamer der Staten-Generaal te 's-Gra venhage. Prof. Dr. J. A. J. Barge, Hoogleeraar te Lei den. Ir. M. C. E. Bongaerts, Oud-Minister van Wa terstaat, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal te "s-Gravenhage. Ch. L. van de Bilt, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal te Haarlem. H. M. J. Blomjous, Lid der Eerste Kamer der Staten Generaal te Tilburg. Mr. J. B. Bomans, Lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland te Blosmendaal. Prof. Dr. T. Brandsma, O. Carm., Hooglee raar te Nijmegen. A. C. de Bruijn, Lid der Eerste Kamer der Staten Generaal, voorzitter van het R. K. Werkliedenverbond te Utrecht. S. Bruysten, Directeur-Hoofdredacteur van De Residentiebode" te 's Gravenhage. Mr. Dr. F. A. Bijvoet te Haarlem. A H. J. Coppes, Med. Doet. Arts te Enschede H. A. Th. van Dam, Kanunnik, Deken van 's-Gravenhage. A. H. J. Engels, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal. E. H. Everard, voorzitter der „Katholieke Actie" te Haarlem. Ir. L J. M. Feber, Lid der Tweede Kamer der 'staten Generaal, wethouder van 's-Graven hage. Prof. Dr. Jac. van Ginneken S.J., Hoogleer- raar te Nijmegen. Mr. C. M. J. F. Gosehng, Lid van Tweede Kamer der Staten Generaal, voorzitter van de R. K. Staatsparty te Amserdama. Henri de Greeve S.J. te 's-Gravenhage. Mgr. P. G. Groenen, Directeur van het Kath. Koloniaal Bureau te 's-Gravsnhage. Mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen, Lid der Eerste Kamer der Staten Generaal te Haarlem. Mr. J. A. G. M. van Hellenberg Hubar, Direc teur van het Nationaal Hanzebureau van den Nederlandschen R. K. Middenstandsbond te Voorburg. F. Hendrichs S.J., te 's-Gravenhage. Mr. A. J. M. Hendrix, Voorzitter van „Katho liek Amsterdam" te Amsterdam. H. G. M. Hermans, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal te 's-Gravenhage. C. van den Heuvel, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal, directeur van „de Nieuwe Meerbode" te Heemstede. Prof. Mr. E. van der Heyden, Rector Magni ficus der R. K. Universiteit te Nijmegen. Mgr. Prof. Dr. J. H. E. J. Hoogveld, Hoog leeraar te Nijmegen. J. Hulsman, Hoofdredacteur van „Ons Noor den" te Groningen. P. W. de Jong, Lid der Eerste Kamer der Sta ten Generaal te Tilburg. Th. M. Ketelaar, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal te Amsterdam. Th. Th. Koot, chirurg te Haarlem. Prof. Dr. J. Kors O.P. Hoogleeraar te Nijme gen. Dr. L. G. Kortenhorst, Lid der Tweede Ka mer der Staten Generaal, secretaris van de Algem. R.K. Werkgeversvereeniging te 's-Gra venhage. Mr. G. C. J. D. Kropman, Wethouder van Amsterdam. C. J. Kuiper, Lid der Tweede Kamer der ten Generaal te Utrecht. H. Kuypers, Voorzitter der R. K. Vereeniging van directeuren van R. K. Dagbiaden „de Ka tholieke Nederlandsche Dagbladpers" te Rotter- dam. Alph Laudy Hoofdredacteur van „De Tijd Father Lefeber, Hoofd van het St. Bonifa- tius-Missiehuis te Hoorn. W J B van Liemt, Wethouder van Haarlem. A. J. Loerakker, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal, voorzitter van den Ned. R.K. Bond van Bloemist-, Tuin-, Land- en Veenar beiders te Haarlem. J. W. Lucas, Gedelegeerd Commissaris N. V. Drukkerij „De Spaarnestad" te Haarlem. J. M. J. A. Meijer, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal te Rotterdam. Prof. B. H. Molkenboer O.P., Hoogleeraar te Nijmegen. Dr. H. W. E. Moller, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal te Tilburg. Prof. Dr. W. Mulder S.J., Hoogleeraar te Nijmegen. Mgr. Dr. G. C. van Noort, Kanunnik, Deken van Amsterdam. C. Nolet, Notaris te Arnhem. C. D. Ooms, Directeur N. V. Drukkerij „De Spaarnestad" te Haarlem. Dr. Rudolf van Oppenraay S.J. te Rome. F. A. M. Peeters, Eere-Presidente R. K. Vrou wenbond afd. Haarlem te Overveen. M. J. M. van Poll, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal, hoofdredacteur van „De Mor gen", te 's-Gravenhage. Prof. Dr. A. Pompen O.F.M., Hoogleeraar te Nijmegen. Mr. Aug. E. M. Povel te Overveen. Prof. Mr. Dr. Ch. Raaymakers S.J., Hoogleer- raar te Nijmegen. Ed. P. Rengs, Deken van Alkmaar. Prof. Dr. F. M. J. A. Roels, Hoogleeraar te Utrecht. Mr. C. P. M. Romme, Voorzitter der R. K- Raadsfractie te Amsterdam. Th. F. M. Schaepman, Lid der Tweede Ka mer der Staten Generaal, Hoofdredacteur van „Het Centrum", te 's-Gravenhage. J. G. van Schaik, Proost van het Kathedraal Kapittel van Utrecht. Niet vrijgesteld van Omzet belasting Het Verbond van Nederlandsche Werkgevers deelt ons mede: „Naar aanleiding van het bericht in de „N. Rott. Crt." van 10 Januari 1.1. hebben wij ons tot het Departement van Financiën gew'end met de vraag, of het inderdaad juist was dat de fruitoogst 1933, voor zoover nog in handen van de telers, van omzetbelasting was vrijgesteld. Op het Departement van Financiën had men met verwondering van het bedoelde bericht kennis genomen, aangezien geenerlei beslissing of toezegging in dien geest was gegeven. Er is dus niets veranderd, zoodat ook de voorraden, die bij deze „fabrikanten (fruittelers) bij de inwerkingtreding der omzetbelasting op 1 Januari 1934 aanwezig waren, evengoed in de belasting vallen als de voorraden fabrikaten bij de industrie." De Hoogeerw. heer M. W. A. kanunnik Wij- tenberg, regent van het Klein Seminarie „Hage- veld" te Heemstede, is hedenmiddag uit de Mariastichting te Haarlem, waar hij, in verband met een blindendarm-operatie verpleegd werd, als hersteld naar het Klein Seminarie terugge keerd. Opruiming van Rijkswege Het Ministerie van Waterstaat heeft thans bepaald, dat van Rijkswege zal worden begon nen met het opruimen van het wrak van het Duitsche s.s. „Ceres", dat op 4 Januari j.l. voor den Waterweg bij Hoek van Holland is aange varen en gezonken. Hoewel het wrak niet geheel hinderlijk ligt, zoo bemoeilijkt het toch de scheepvaart voor de uit zee komende vaartuigen. Voorbereidingen voor het opruimingswerk zijn nog niet getroffen, het is niet onwaarschijnlijk dat de berging zal worden aanbesteed. De straat blank gezet Een luxe auto van de garage van Loon heeft op de Nieuwe Markt te Gouda Maandagmiddag een brandkraan omver gereden- Het water spoot met kracht uit de afgebroken leiding en zette in een ommezien een groot deel van het plein en de straat blank. Pas eenige uren later is men er in geslaagd dep watertoevoer af te sluiten. Verschillende aan plein en straat gren zende huizen kregen waterschade. Het verkeer moest worden omgelegd. Prof. Dr. J. Schmutzer, Hoogleeraar te Utrecht Mgr. Prof. Dr. J. K. F. H. Schrijnen, Hoog leeraar te Nijmegen. J. H. A. Schuurs, Hoofdredacteur van „De Zeeuwsche Koerier" te Sas van Gent. P. J. S. Serrarens, Lid der Eerste Kamer der Staten Generaal, secretaris Internationaal Christelijk Vakverbond. Mr. M. Slingenberg, Lid der Eerste Kamer der Staten Generaal, wethouder van Haarlem. Prof. Dr. Al. Slijpen S.J., Hoogleeraar te Nij megen. H. C. J. Sondaal, Eere-Kanunnik, Deken van Haarlem. W. Steinmetz, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal te Amsterdam. Dr. J. F. M. Sterck te Aerdenhout. Jan Stuyt, architect te Aerdenhout. J. G. Suring, Lid der Tweede Kamer der Sta ten Generaal te Utrecht. Mr. A. Tepe, Voorzitter Katholieke Filmcen trale te Leiden. Mr. F. G. C. J. M. Teulings, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal te 's-Gravenhage. J. M. v. d. Tuin, Pastoor te Heemstede. Prof. Dr. J. P. Verhaar, Hoogleeraar te War mond. Mgr. Dr. Th. Verhoeven, Directeur van het R. K. Centraal Bureau voor Onderwijs en Op voeding te 's-Gravenhage. P. J. M. Verschure, Lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland te Amsterdam. J. B. Vesters, Voorzitter der Nederlandsche R. K. Joumalistenvereeniging te Vught. Prof. Mag. R. R. Welschen O.P., Hoogleeraar te Amsterdam. Mr. W. C. Wendelaar, Lid der Tweede Kamer der Staten Generaal, afgetreden burgemeester van Alkmaar te 's-Gravenhage. H. C. M. Weyffels, Directeur-Hoofdredacteur van „Het Huisgezin" te 's Hertogenbosch. L. Westerwoudt, Kanunnik, Plebaan te Haar lem. Mr. Th. J. M. A. Westerwoudt, Directeur der N.V. „de Spaarnebank" te Haarlem. G. H. Weustink te Haarlem. Th. B. J. Wilmer, Hoofdredacteur van „de Leidsche Courant" te Leiden. Mr. A. I. M. J. baron van Wijnbergen, Voor zitter van den Centralen Raad van Beroep voor de Ongevallenverzekering, Voorzitter der Neder landsche Katholieken Dagen, te Utrecht. j. J. W. IJsselmuiden, Lid der Tweede Ka- mer der Staten Generaal te Arnhem. Reuter seint ons uit Parijs: De rechter van instructie heeft onder cautie den Nederlander Harry Haaksman, die op 4 Juli 1932 was gearresteerd in verband met de uitgifte der valsche obligaties Suez Kanaal Maatschappij, op vrije voeten gesteld. De voorloopige regeling der loonsverlaging voor het spoorwegpersoneel, waaromtrent tus schen directie en personeelraad overeenstem ming was verkregen (een verlaging van a'le loo- nen, toeslagen, presenten enz. met 4 pet. en ver hooging van de kindertoelage van 2tot 3 pet der bezoldiging onder handhaving van het be staande minimum van 50 per kind en per jaar) is thans ook aanvaard door de ledenver gaderingen van de Nederl. Vereeniging van Spoor- en Tramwegpersoneel en van den Prot.- Christelijken Bond van Spoor- en Tramwegper soneel. In de bijeenkomst van laatstgenoemden bond werd vooral geprotesteerd tegen deze verlaging voor wat de laagste loonen aangaat, doch na de verzekering van het hoofdbestuur, dat onder de bestaande omstandigheden geen gunstiger regeling was te verkrijgen, werd de regeling bij meerderheid van stemmen aan vaard. Het Nederlandsche stoomschip „Willemsplein" is te Dakar uitgeloopen en liet 10 man van da bemanning, waaronder de kapitein, ziek in het hospitaal achter. Men vermoedt, dat zij lilden aan typhus. De tweede stuurman treedt thans op als kapiein, de derde stuurman als eerste en de bootsman als tweede stuurman. Op den weg van Coevorden naar Lutte is de 65-jarige aannemer J. Huygen uit De Krim, doordat hij plotseling den weg overstak, aan gereden door een autobus van de Dedemsvaart- sche Stoomtram Maatschappij. De bestuurder van den bus heeft nog geprobeerd uit te wij ken en heeft krachtig geremd. De aanrijding was echter onvermijdelijk. De man is met een schedelfractuur opgenomen en tien minuten na het ongeluk overleden. Dokter Jager heeft ge neeskundigen bijstand verleend. Het voorbalcon van den autobus werd inge drukt. De chauffeur en de passagiers, bleven echter ongedeerd. „inoohDssinvij emfw emfw emfw emfw emfwy Salarieering in Zuid-Holland In de correspondentie tusschen de Regeering en Ged. Staten van Zuid-Holland over de pro vinciale salarissen heeft de regeering thans ge antwoord, dat zij het rapport-Schouten in het algemeen als norm aanvaardt, maar de lagere openbare lichamen vrij laat zelf de aanpassing te zoeken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 9