De kip met de gouden eieren J(an tefiUfff anó: HET VERKEERSFONDS ZATERDAG 20 JANUARI De geringe voordeelen voor de Spoorwegen worden opgeheven door groote nadeelen voor motor- en rijwiel industrie Financieel nadeel SYMPATHIEKAARTEN VAN GROTTAGLIE R.K. HANDELSHOOGESCHOOL Ambtsaanvaarding mr. Romme BIJ EEN HONDERD-JARIGE Een eeuw tusschen Zuid-Limburgs heuvelen Herinneringen KUNST EN KENNIS MUZIEKFEEST TE FLORENCE Van de Internationale Vereeniging voor Hedendaagsche Muziek KAS CRISIS-COMITÉ Nagezien en in orde bevonden BRUTALE AANRANDING De strijd op de lampenmarkt GRONINGSCHE MONU MENTEN In de „voorloopige lijst" der Nederlandsche Monumenten De Rallye Monte Carlo Ervaringen in den Balkan De overtocht over de Sawa EXPOSITIES IN DEN HAAG Werk van A. Breetvelt VERSCHULDIGDE ZIEKTEWET PREMIE De regeeringssubsidie ERNSTIGE AUTOBOTSING Zeven zwaar- en vier licht gewonden WERKLOOSHEID IN INDIË MAJESTEITSSCHENNIS FRANC SIKORA Tentoonstelling bij Kleijkamp H. SIENCKIEWICZ „Vuur en Zwaard" verboden B elas tingaangif te Aan de gevolgen overleden Tarief Indische invoerrechten In een uitvoerig schrijven wijden de A.N.W.B., de BB.N. en de KJM.A.C. een beschouwing aan de financieele zijde van het wetsontwerp tot instelling van een Verkeersfonds. Want dit wetsontwerp is er niet alleen een van den Mi nister van Waterstaat, maar ook een van den Minister van Financiën, die er negen millioen gulden uit hoopt te ontvangen de schade, welke de spoorwegen volgens hun eigen be rekeningen van het wegverkeer ondervinden. De vraag is dus: brengt deze wet bi) even- tueele aanneming werkelijk negen millioen gul den meer in de openbare kas? Wie de nieuwe voorgestelde tarieven naast de oude legt en eenvoudig weg het aantal thans belastingbetalende rijwielen en motorrijtuigen in aanmerking neemt, komt tot de conclusie, dat 's Ministers becijfering klopt; niettemin leert een nadere beschouwing het tegenover gestelde. Allereerst wordt daarom nagegaan, wat rijwiel en auto den staat thans jaarlijks opbrengen aan belastingen en rechten van den meest uiteenloopenden aard. Uit een overzicht blijkt, dat het wegverkeer met recht genoemd mag worden de kip welke de gouden eieren legt; een optelling leert, dat op opbrengst dezer gouden eieren bedraagt: Invoerrechten ƒ5.000.000; benzine-invoerrech- ten ƒ29.000.000; Personeele belasting ƒ7.000.000: rijwielbelasting 7.250.000; wegenbelasting 13.500.000. overige belastingen ƒ4.500.000, in totaal ƒ66.250.000. Zonder de plannen der Regeering zou de jaarlijksche opbrengst op dit moment dus ge schat mogen worden op rond ƒ66.000.000. Aangenomen mag worden, dat, als er geen belemmeringen aan de ontwikkeling van het wegverkeer in den weg worden gelegd, de boven genoemde opbrengst van 66 millioen gulden jaar lijks zal stiigen met 5 a 6 pet., dus met 3'A a 4 millioen gulden. Nu komt- de regeering met haar heffing van negen millioen en verstoort daardoor ongetwij feld dezen groei in ernstige mate; zelfs bij een optimistische schatting zal de terugslag allicht toch zoodanig zijn, dat de groei teruggebracht wordt van 5 a 6 tot b.v. 2 pCt. In dat geval verliest de Rijksschatkist, samen met die der gemeenten, mathematisch zeker 2/3 van het genoemde bedrag van a i millioen, dus circa 2 A millioen. Zij wint dus met haar nieu we wet geen 9 millioen, doch slechts 6'A mil lioen gulden. Maar ook dit is niet waar; in werkelijkheid zal de schatkist er vermoedelijk op achteruit gaan. Immers, de auto brengt het Rijk niet alleen belasting op, maar geeft ook werk en de fiets eveneens. Naast de beroepschauffeurs en de personen, werkzaam in garages, den auto-, banden- en benzine-handel en het carrosserie-, lak- en schildersbedrijf, de rijwielfabricage en -handel, zün nog vele groepen van personen aan te wij zen, wier bestaan ten nauwste verbonden is aan het motorverkeer. -J Ten einde onze berekeningen niet te inge wikkeld te maken, beperken wij ons evenwel tot die groepen, waarvan vrij nauwkeurige gege vens bekend zijn, ten deele op grond van het aantal aanwezige- auto's, ten deele uit de ge gevens der betrokken organisaties. Wij komen dan tot het volgend aantal personen, wier ar beid afhangt van het aantal aan het wegver keer deelnemende motorrijtuigen en rijwielen. chauffeurs van autobussen 6000; chaffeurs van vrachtauto's 60.000; chauffeurs van huur auto's 10.0'K); chaffeurs van particulieren, be stellers e.i. 10.000; werkzaam in garages 15.000; werkzaam in den handel, carrosseriebouw e.d. 20.000; werkzaam bij wegenbouw en bruggen bouw 7000; diversen 7000. in totaal 135.000. Het totale aantal belanghebbenden nadert dus de 150.000. De groei van dit aantal werknemers houdt vanzelfsprekend gelijken tred met het rijwiel en motoryerkeer. Bij een jaarljjkschen groei van het aantal motorrijtuigen met 6 pet. geeft dus het wegverkeer ieder jaar opnieuw 6 pCt. van 150.000 of rond 9000. nieuwen arbeidskrach ten werk; brengt de regeering door haar be lemmerende maatregelen dezen groei terug tot 2 pet., dan beteekent dit, dat 6000 werkloozen de anders voor hen beschikbare betrekking niet krijgen en aangewezen zullen zijn op den „steun", hetgeen jaarlijks ongeveer B'A mil lioen gulden zal kosten. Hiermede zal de 9 millioen, welke extra ge heven worden, dus vrijwel geheel weer verlo ren gaan; de schatkist zal uiteindelijk niets gebaat blijken bij de verhooging harer heffin gen! De vrees is zeker gewettigd, dat de regee ring alsdan met nieuwe heffingen zal komsn. Misschien zal men aanvoeren, dat bij den evenbedoelden teruggang van het motorverkeer het spoorwegvervoer zal stijgen (waardoor het verlies zou dalen), doch dit kan slechts van geringe beteekenis zijn, omdat het motorver keer nu eenmaal, uit hoofde van zijn speciaal karakter, vervoer geschapen heeft, dat zeker niet automatisch door het railtransport over genomen kan worden. Bovendien in bovenstaande berekening is aangenomen, dat de groei toch nog 2 pet. zal zijn. Het is echter bekend, dat de spoorwegen een absoluten teruggang van het aantal mo- Het Comité Sympathiebetuiging Bemanning Post jager deelt mede: Men zal zich herinneren, dat twee soorten kaarten voor verzending naar Grottaglie be schikbaar zijn gesteld: a. kaarten, die in Indië voorzieh zouden worden van een driehoekszegel en via de lucht mail teruggezonden zouden worden aan de af zenders (deze kaarten zijn teruggekomen met den Postjager en hebben intusschen den af zender reeds bereikt): b. kaarten, die de Firma Pander en Zn. zou terugzenden, indien daarvoor bij haar 6 ct. voor port zou zijn gestort. Gehoopt was. dat ook deze kaarten categorie b) als particuliere bagage van de bemanning terug zouden komen met den Postjager, maar verschillende omstandigheden hebben dat niet goed mogelijk gemaakt. Dank zij de goede zorgen van den Rotter- damschen Lloyd zijn zij met een van haar schepen en bloc aan de fa. Pander terugge zonden. De afzenders van deze soort kaarten moeten dus nog even geduld oefenen. De kaarten zijn onderweg en zullen spoedig arriveeren. "^oodra het schip aan is, zal het pakket in randen worden gegeven van de firma Pander, die dan onmiddellijk met de terugzending stuk voor stuk aan de diverse afzenders zal aan vangen, nadat ze van handteekeningen van de bemanning van den Postjager zijn voorzien. torrijtuigen wenschen en dat deze maatregel daarop gericht is (ook de Minister zegt in de Toelichting van het wetsontwerp, dat dit van invloed zal zijn op den omvang van het auto- mobielverkeer)als dus inderdaad het motor verkeer, in plaats van den vroegeren jaarlijk- schen groei van 6 pet., eens een stilstand in groei zou vertoonen, zou dit volgens eenzelfde berekening de schatkist per jaar 4 millioen gulden kosten; zou een teruggang van 5 pet. veroorzaakt worden, dan beteekent dit voor de schatkist een nadeeüg verschil van 15 mil lioen gulden per jaar, vergelijken bij den toe stand, zooals deze zonder Verkeersfondswet zich zou ontwikkelen! Immers, in plaats van een vooruitgang in op brengst van 4 millioen, boekt men dan een achteruitgang van 3 millioen, nadeel dus 7 millioen; de werkgelegenheid wordt ontnomen aan 16.500 arbeiders, hetgeen de openbare kas 16A millioen kost; de extra opbrengst van 9 millioen, gebaseerd op het tegenwoordige wegverkeer, wordt slechts 8 A millioen. Bijeen genomen staat dus tegenover een extra-heffing van f8'A millioen een schadepost van ƒ23 A millioen, zoodat het nadeel 15 millioen be draagt. Op Maandag 29 Januari te 4 uur zal Mr. C. P. M. Romme, lector in de sociale wetge ving aan de R. K. Handelshoogesehool, Hooge- school voor Economische en Sociale Weten schappen, te Tilburg, zijn ambt aanvaarden met een openbare les in het auditorium van het Conservatorium van de R. K. Leergangen, Bosscheweg 438. en in 1909 heeft ze haar gouden brui loft gevierd." Ineengedoken zat ze bij de kachel op haar slaapkamer, die ze niet meer verlaat, de weduwe Lejeune, die we ter gelegenheid van haar aan staanden honderdsten verjaardag eens hebben opgezocht te Bleijerheide, waar zij inwoont bij haar dochter, zelf reeds een bejaarde vrouw. De vingers geklemd om haar rozenkrans, den mond prevelend in onhoorbaar gebed, zoo trof fen we haar aan. Maar krachtig was nog de handdruk, waarmee ze onze felicitatie in ont vangst. nam, ofschoon het lang duurde, voor we haar onze wenschen en het doel onzer komst hadden duidelijk gemaakt: de oude vrouw is wat hardhoorig. Ook het feit, dat de conversa tie van één zijde in het Zuid-Limburgsch ge voerd werd, strekte niet om het onderhoud te vergemakkelijken. Een moeilijk iets voor een niet-geboren Lim burger, dat taaltje; met den schoonzoon, die ons open deed, hadden we het in het Duitsch geprobeerd, maar toen we in plat-Kerkraadsch ten antwoord hadden gekregen: Dat Hollandse'! versta ik niet zoo goed, hadden we ook deze po gingen maar opgegeven. Honderd jaren zijn haar gegeven geweest.... twee geslachten heeft zij zien voorbijgaan. Wie zal, als deze vrouw, het onbestendige van al het aardsche, zoo uit eigen ervaring kennen? Wel heeft zij zich altijd in een kleinen kring bewogen: haar herinneringen beperken zich tot haar naaste omgeving, maar zijn het ten slotte niet die belevenissen, waarvan wij het meeste leeren? Van hen, met wie zij vroeger omging, is geen meer in leven; die haar omringen, zijn veel jonger dan zij, en nu slijt zij haar dagen in gesprek met God, van Wien zij niet ver meer is, of spelend met haar zevenjarig achter kleinkind, dat schooltje met haar speelt en daarbij zelf als onderwijzeres optreedt. Wij vragen haar naar haar herinneringen en zij vertelt ons, moeilijk sprekend, maar met levendigheid nog, hoe zij van haar geboorte af geleefd heeft hier in de mijnstreek, tot vóór vier jaren altijd te Spekholzerheide. Hoe zij haar eerste H. Communie had gedaan in de parochie kerk te Kerkrade, het eerste jaar, nadat die ge bouwd was. (De kerk is thans reeds van eer biedwaardige grijsheid!) Zij noemt ons de na men van haar communie-bruidjes: alles staat haar nog levendig voor den geest. Het twaalfde internationale muziekfeest der In ternational Society for Contemporary Music zal van 2 tot en met 7 April te Florence plaats plaats vinden. Er worden drie internationale concerten ge geven, één voor orkest- en twee voor kamer muziek. zy bevatten de volgende werken: Voor orkest: Mouvement, symphonique no. 3 van Arthur Honegger (Zwitserland), Concerto per pianoforte (mano sinistra) ed orchestra van Ravel (Fankrijk), drie fragmenten voor zang en orkest uit de opera „Wozzeck" van Alban Berg (Oostenrijk), Rapsodia voor viool en orkest van Bartok (Hongarije), Psalm voor sopraan en orkest van Markevitch (Rusland) en Suite voor orkest „Turkmenia" van Boris Schechter (Ver. Staten). Voor kamermuziek: suite voor trompet, saxo foon basclarinèt en piano van Rud. Holzmann; trio 'voor Heckelphon, alt en piano van Hinde- mith. Joego-Slavië: Vier liederen voor contra-alt «n strijkkwartet van Slavko Osterc Denemarken: Piano-sonate van Knudage Riisager. Oostenrijk: Strijkkwartet van Leopold Spin ner; vijf liederen met pianobegeleiding van H. E. Apostel. Frankrijk: Kwartet voor fluit, hobo, clarinet en piano van Jean Franccaix; strijkkwartet van Henri Martelii. Zweden: Sinfonietta voor strijkorkest van Lars Erik Larsson. Engeland: Fantasie voor hobo, viool, alt en cello van Benjamin Britten. Hongarije: Trio voor piano, viool, cello van Henrik Neugeboren. Zwitserland: Cantate voor mezzo, fluit, hobo, d'amore, luit, viola d'amore, viola da gamba en cello van Richard Sturzenegger. Tsjecho-Slowakije: Toccata quasi una fanta sia voor piano van Alois Haba. De Itallaansche sectie geeft voorts een orkestconcert, onder lei ding van Casella en een kamermuziek-concert, waarop werken gebracht werden van Alfano, Castelnuovo Tedesco, Casella, Dalla piccola, Go- Van haar elf kinderen vertelt zij, waarvan er nog zes in leven zijn en waarvan de oudste ook al 75 jaar is.... „Oud worden zit bij mij in de familie!" En dan haar jongste herinneringen, van toen eenige jaren terug hier in Bleijerheide de nieu we kerk gewijd was. Toen zij den bisschop ge zien had en den burgemeester, die haar hadden toegeknikt, voorbijgaand onder het raam, waar zij uren had zitten wachten. Hoe zij zoo oud was geworden? Waarlijk niet van een gemakkelijk leven.Tot haar vijfen zeventigste jaar had zij op het land gewerkt met haar man. En daarna, inwonend bij haar kinderen, meegeholpen in het huishouden. Op haar vijf-en-tachtigste jaar zoo vertelt zij had ze nog twee-en-twintig paar kousen ge breid. Werken is zalig, en ze zou wel wéér wil len beginnen. „Alleen een paar nieuwe beenen en een stok, om de koeien voort te drijven, mankeeren mezoo zucht zij. En wij denken, als wij afscheid nemen, uit geleide gedaan door het kleine „ur-enkelchen", dat ons den weg naar de tram wijst: „Wie spreekt daar van „zich doodwerken"? Het „Accountantskantoor M. F. Pieters", dat controle van de administratie van het Crisis- Comité verricht, is met deze controle over 1933 gereed gekomen en bericht thans het volgende: De netto-ontvangsten bedroegen in 1933: in geld f 183.757.77. In bons (voor aankoop van goederen) f 2000.totaal f 185.757.77. Hiervan werd afgedragen aan het N. C. C. te Den Haag f 12.282.48, blijft f 173.475.29. In 1933 kwamen 5931 aanvragen om steun binnen. Hiervan kwamen niet in aanmerking 982 aanvragen, aangezien in deze gevallen reeds steun werd ontvangen of de aanvraag om steun werd ingetrokken. Op 31 December 1932 waren nog 451 aanvra gen in behandeling. Door de diverse commissies werden dus 4949 aanvragen aan een nader onderzoek onderwor pen, waarna nog 2623 aanvragen werden afge wezen. In 1977 gevallen werd een gunstige beslissing genomen. Op 31 December 1933 waren nog 349 aanvragen in behandeling. Gemiddeld werd per geval f 62.09 aan steun uitbetaald. Voorts werd nog in vele gevallen raad en steun gegeven, ook al was die niet van gelde- Hjken aard. De onkosten bedroegen in 1933 f 8.564.be staande uit kantoorhuur, verwarming, electrici- teit, kantoorbehoeften, etc., bijdragen aan de gemeente Amsterdam in het salaris van eenige extra ambtenaren van het Burgerlijk Armbe stuur, drukwerk en f 1.075.als tegemoetko ming in de onkosten van diverse niet gesalieer- de hulpkrachten, vrijwillig werkzaam ten kan tore van het Crisis Comité en van de sub-com missies. Het totaal van de onkosten is ongeveer 4>a pCt. van het totaal der ontvangen bijdra- gén. Van de bedragen, die als voorschot werden verstrekt, werd een gedeelte terugontvangen. Men heeft er zich van overtuigd, dat de mid delen, die op grond van de controle per ultimo 1933 aanwezig moesten zijn, ook werkelijk aan wezig waren. Toen Donderdagavond eenige meisjes-leden van den R. K. Boerinnenbond van een vergade ring te Dongen huiswaarts keerden, werden zij door een man achtervolgd. Nadat eenigen reeds bij huis aangekomen waren, bleef tenslotte een alleen over. Plotseling werd zij door den ach tervolger aangegrepen en in een tuin geduwd. Toen het meisje om hulp riep, ging de aanran der op de vlucht en wist te ontkomen. De politie stelt een uitgebreid onderzoek in. Dit heeft echter tot nu toe nog geen resultaat opgeleverd. Het Gerechtshof te 's-Gravenhage vernietig de het vonnis in kort geding van den President der Arrondissementsrechtbank te 's-Graven hage van 25 April 1933 tegen den importeur der Tungsram-radiolampen in Nederland. Het Hof gaf een algemeen verbod ten aanzien van radiolampen, inbreuk makende op het Nederlandsche octrooi No. 1654 der Patent Treu- hand Gesellschaft te Berlijn welk octrooi be treft de samenstelling van den stroomtoevoer- draad en onder welk octrooi Philips licentie rechten bezit. Bij herhaling zal de importeur der Tungsram-radiolamp in Nederland een be drag van 10.per lamp als dwangsom heb ben te betalen. rini, Maliepiero, Mulé, Laborca, Nielsen cn Pizzetti De concerten vinden plaats in het Teatro Co- munale te Florence, het Palazzo Chigi te Siena en het Palazzo Vecchio te Florence. Bezoeken aan de Uffici en Pitti, eenige tea's en tuinfees ten vullen het grogramma aan. Inlichtingen zijn te verkrijgen bij het secreta riaat der I. S. F. C. M. te Londen E. C. 4, War wick Square. Verschenen is deel XI van de Voorloopige Lijst der Nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst, betreffende de provincie Groningen. Dit deel, het laatste van de „Voorloopige Hjst der Nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst", is samengesteld door dr. M. D. Ozinga, commies bij het Rijksbureau voor de Monumentenzorg die daartoe in de jaren 1931 tot en met 1933 de provincie Groningen heeft bereisd. De secretaris van de voormalige afdeeling A der Rijkscommissie voor de Monumentenzorg, dr. E. J. Haslinghuis, heeft toezicht op de redactie van den tekst gehouden. De monumenten zijn in deze lijst gerang schikt volgens de gemeenten, in welke zij voor komen; deze laatste zijn in alphabetische volg orde geplaatst naar de schrijfwijze der woor denlijst van het Aardrijkskundig Genootschap. Binnen elke gemeente geschiedt de vermelding van de monumenten volgens deze indeeling: a) voorhistorische, Romeinsche en oud-Ger- maansche monumenten; b) verdedigingswerken; c) bruggen, sluizen, standbeelden en andere gedenkteekenen, kruisen, pompen, grenssteenen, enz.; d) wettelijke openbare gebouwen; e) kerkelijke gebouwen; f) gebouwen van lief dadigheid, wetenschap en kunst; g) particu liere gebouwen; h) musea, particuliere ver zamelingen, varia. Aan de vermelding van de monumenten zijn toegevoegd: een opsomming van hun voor naamste onderdeelen. enkele historische ge gevens, voor zoover die in voor de hand lig gende literatuur werden gevonden en betrouw- baar geacht en een dateering, waar mogelijk, Aan een schrijven van mr. P. H. L. Lam berts Hurrelbrinck ontleenen wij nog het vol gende, wat een goed beeld geeft van de groote moei'ijkheden, de deelnemers aan de Rallye in den Balkan hebben te overwinnen: Wij zijn dan den Balkan binnengereden en ondze ondervindingen waren werkelijk echt Balkaneesch. Het begon reeds aan de Hongaar- sche grens waar enkele behulpzame soldaten onze papieren afteekenden en ons daarna aan het verstand brachten, dat wij nu nog eens 5 kilometer terug moesten rijden, om hun werk door een hoogeren te laten controleeren. Aan de Yoego-SIavische grens precies hetzelfde, al leen moesten wij daar 4 A K.M. van onze orute afwijken en een soldaat in den wagen meene men, die allergevaarlijkst gewapend was. Op zichzelf echter was hij een zeer welwillende soldaat, die Duitsch sprak en alle kroegen in het dorpje afliep om zijn superieur te zoeken, die zijn definitief stempel op onze papieren moest drukken. Toen de man eindelijk gevon den was en zijn werk verricht had, lag Yoego- Slavië voor ons open. De wegen wareri over het algemeen goed, maar zóó vol boerenwagens met schrikachtige paarden, dat er aan opschieten niet te denken viel. Aan die brave Hongaar- sche paardies kan men deze schrikachtigheid nu eenmaal niet kwalijk nemen. Een auto zien zij nooit en hun voerman, gehuld in een langen leeren, met schaapsvel gevoerden en met rose linten afgezetten jas, ligt gewoonlijk op zijn wagen te slapen, tenminste wanneer hij niet zingt omdat hij dronken is. Een aanrijding met zoo'n boerenkar koste ons een onzer mistlampen. Door de schok werd de voerman eerder dan anders wakker en toen hij bemerkte, dat zijn paarden onheil gesticht hadden, legde hij de zweep er over en reed snel weg. Wij hadden dien dag tot aan Nis, een 90 K.M. van de Bulgaarsche grens willen doorrijden, maar verder dan Belgrado zijn wij niet gekomen. De oorzaak daarvan was ook weer echt Balkaneesch. Over de Sawa, de rivier, die Belgrado van het overige land ten Noorden scheidt ligt geen brug, of liever de brug is er wel, die is pas afgebouwd, maar er is nog geen weg er heen, zoodat alle verkeer per stoompont overgezet moet worden. Om den aanlegsteiger te berei ken moet men een 3 K.M. door moerasland rijden. Das gaat heel goed, zoolang de grond stijf bevroren is, maar nu juist de dooi was in gevallen, beteekende deze rit door het weeke moeras met een zwaargeladen Rallyewagen een onherroepelijk wegzinken in den weeken bodem. Lang hield onze Ford het uit en sleep te ons met alle bagage, schoppen, houweelen, takels en vat al niet meer door den weeken kleigrond heen, maar eindelijk bleef hij dan toch in den weeken bodem steken en zakten de wielen in een oogenblik tot aan de tree planken in den modder weg. Daar was geen uitkomen meer aan, er moesten paarden ge haald worden om den wagen er uit te sleepen. Met vereende paardekrachten van motor m van dieren werd de Ford uit de modder ge trokken. Toen begon een phantastische rit over het kleimoeras door kuilen en door gaten, waar bij wij elk oogenblik dachten, dat de wagen zou omslaan. De inhoud van den wagen lag intusschen onderstboven door elkaar. Zoo on geveer drie kilometer duurde dat rouwhrijden door den weeken moerasgrond en toen ston den we dan eindelijk aan den oever van de Sawa met Belgrado aan den overkant. De Ford had zich nu wel braaf door de modder heen- gewerkt, maar er was geen boot om ons over te brengen. Die varen 's avonds niet meer en is de hoofdstad van het Yougo-Slavische rijk van het noordelijke gedeelte van het land af gesloten. Hier konden slechts overreding en dienaren helpen, de laatste het meest, begrepen wij en met een roeibootje liet ik mij naar de overzijde overzetten, waar de veerpont lag. De kapitein van de schuit weigerde echter over te zetten; daarenboven vertelde hij, dat het ook niet meer ging, het vuur was uit en de machinist naar huis. Na een ingrijpen van den dichtstbijzijn- den Forddealer, die we hadden gewaarschuwd, werd tenslotte de machinist gehaald, de ma chine onder stoom gebracht en na een klein uur voeren wij af naar den overkant. Het heele geval van die extrapont, waarvoor het vuur expres moest aange'egd worden en de machinist uit zijn huis gehaald, kostte 180 dinaren, dat wil zeggen 6 Hollandsche guldens. Ook dat is Balkaneesch, dat is tenminste een staaltje van Balkanprijzen. Om het volgen van de prestaties der 26 Ford rijders (waarvan 10 Nederlandsche) gemakke lijk te maken, heeft de Nederlandsche Ford automobielfabriek een landkaart laten druk ken met -ten vel vlaggen (die uitgeknipt en om een speld geplakt kunnen worden) met de nummers der deelnemers er op. aangegeven door een jaartal, en overigens door een eeuwcijfer, gevolgd door A of B ter aanduiding van de eerste of tweede helft eener eeuw, of door a, b, c, d, om een der vieren- deelen van de eeuw aan te wijzen. Een chronologisch overzicht der voornaam ste bouwwerken, een register van kunstenaars en ambachtslieden, ingedeeld volgens hun vak ken, een van geslachts- en persoonsnamen en een topografisch register besluiten het boek. Zooals de titel aanduidt, draagt dit werk een voorloopig karakter. In den kunsthandel Klêykamp valt een be langwekkende serie schilderijen en aquarellen op, van den kunstschilder A. Breetvelt. Het zijn hoofdzakelijk Indische figuren en voorwerpen die hij tot onderwerp voor zijn penseel koos. Hij zoekt de vertolking zijner inspiratie in een zui vere, harmonische weergave van het object. Het best is hij daarin geslaagd in zijn aquarellen en teekening-in-zwart. Met bijzondere voorliefde koos hij het menschelijk lichaam als gegeven, daarbij veel aandacht schenkend aan de vol making van de centrale figuur. Men mist daar door in sommige doeken wel eens de rust, die een goed-opgezette achtergrond aan de hoofd-- party kan geven. Temeer valt dit op, wanneer men in doeken als „Waschvrouwen" (no. 6) deze compositorische verbreeding wèl en uitste kend vindt toegepast. „Portret Baliër" is on danks het witte fond, dat te koel aandoet, toch een meesterstukje van visie en schildertechniek geworden. Het best lijkt hy ons overigens m de eenvoudige vormgeving; enkele naaktstudies, vooral de blanke, Mjden aan te geforceerde ex pressie. Daarby verloren deze doeken onnoodig aan karakter, door de aanwending van te zware, büna zouden wy zeggen: te vette tinten, waar door sommige figuren meer op wassenbeelden ïyken dan op menschenfiguren. Licht en kleur vibreeren daar niet in die eenheid van myste rieuze beweging, waarin het rhythme onna- speuriyk overgaat tot ontroering by den toe schouwer. Dit zyn ondergeschikte punten, maar zy werken zeer fnuikend op ie bewonder- ring van het overige goede in dit werk, omdat zy juist een zóó teer onderwerp niet mogen raken. Wie zich toelegt op naaktstudies, doe dit weerbaar! V. O. Deze kaarten worden door de Official Ford Dealers, Sub- en Service Dealers hier te lande in hun étalages opgehangen. Ook aan alle Am bachtscholen, Middelb. Techn. Scholen en Hoo- gere Burgerscholen voor jongens is een aantal gezonden ter verdeeling onder de daarvoor in aanmerking komende leerlingen, die de rijders op hunne diverse routes willen „volgen." Donderdagmiddag had de N.V. Ned. Ford Automobiel Fabriek een telefoongesprek met den heer J. A. van Beeck Calkoen, sprekende uit Umea, waar de Ford-ploeg v. Beeck Calkoen WeberDikker moet starten. De condities waren op dat moment nog gunstig in Zweden, maar het sneeuwde vry zwaar. In dien het niet lang doorsneeuwde, achtte de heer van Beeck Calkoen echter zyn kansen om het vereischte gemiddelde van 40 K.M. per uur te halen nog vry goed. Bleef de sneeuw aanhou den, dan zou het wel zeer moeiiyk kunnen worden. De ploeg Nyenbandring de BoerWentLie- senbergKrabbenbos meldt, dat het onmoge- ïyk bleek vanuit Oslo Kristiansand te bereiken door sneeuw en ijs. Men is teruggekeerd naar Oslo, doch ten Zuiden van Oslo ingesneeuwd. Er was evenwel nog hoop er weer uit te komen en Oslo te bereiken om van daaruit Zondag middag te starten. Op vragen van den heer Hiemstra in verband met de voor het jaar 1934 van Regeeringswege aan de gemeentebesturen gestelde voorwaar de voor het verkrijgen van subsidie in een ge deelte der voor verzekerden in werkverschaffing verschuldigde ziektewetpremie, heeft minister Slotemaker de Bruine geantwoord, dat uitge oefende aandrang niet in stryd komt met de bepalingen van de Ziektewet; de in die wet aan den werkgever gegeven vrije keuze van het verzekeringsorgaan biyft in het algemeen ge handhaafd. In verband evenwel met het uitzonderiyk ka rakter der materie en met de regeling, getrof fen met den Raad van Arbeid te 's-Gravenha ge omtrent teruggave van voor verzekerden in werkverschaffing te veel betaalde premiën, heeft de minister het wenschelijk geacht, om het ver- leenen van subsidie door het Rqk in de kosten van werkverschaffingen te binden aan de voor waarde van aansluiting voor de ziekteverzeke ring bij de ziekenkas van genoemden Raad van Arbeid. Daarmede wordt voor deze werkverschaffin gen een wqze van verzekering verkregen, wel ke, althans voorshands, het meest in het be lang der Ryksfinanciën wordt geacht. Wanneer gemeenten of andere corporaties, welke werkverschaffingen uitvoeren, in verband met contractueele verplichtingen, welke nog loopen, zich voorloopig niet kunnen aansluiten bij de ziekenkas van den Raad van Arbeid te 's-Gravenhage, zal het subsidie in de kosten der ziektepremie voorshands niet worden inge boet. MEDAN, 19 Jan. (Aneta) Nabü Tandjong Morawa botste een autobus, waarschyniyk als gevolg van slippen, tegen een Buick op, toe- behoorende aan den vertegenwoordiger van Goodyaer, den heer Riedhorst. Van de inzit tenden van de autobus werden zeven personen zwaar en vier licht gewond. Voor 't leven van drie der zwaargewonden wordt gevreesd. BATAVIA, 19 Jan. (Aneta) Per ultimo November 1933 waren by de Arbeidsbeurzen onder 3599 Europeanen. Per ultimo October j.l. waren 15.795 arbeidzoekenden ingeschreven, waaronder 3488 Europeanen. BANDOENG, 19 Jan. (Aneta) G. is door de politie voorloopig aangehouden wegens ma jesteitsschennis, gepleegd in een Chineeschen toko, in byzyn van eenige Chineezen, een Eu- ropeesche dame en een Europeesch jong- mensch. De dame protesteerde tegen de uitlatingen van den man, doch toen deze er mede voort ging, riep zy een hoofdagent, die G. meenam naar het politiebureau. Deze Poolsche schilder heeft een goed oog voor de natuur der dingen, hy verwringt ze niet en al is de opgave die hij er aan stelt zeker niet de eenvoudigste, zy verdraagt in het meerendeel van zyn werk de spanningen, waar in hy zqn objecten stelt. In zijn aquarellen is hy wat losser van streek, dan in de doeken; de weerstand van het materiaal is hem daarin op sommige momenten te sterk. Toch gelooven wy, dat zyn kracht in de schilderijen ligt, doe ken als „Balalaika-speler", het „Carnaval"- meisje en de „Stikstof-fabrieken" bewüzen dit. Zoodra hy zich laat verleiden om den trek naar het allegorische te volgen, zooals in „Winter", „Het Lijden" en de .Bijbellezer" wordt zijn werk uitdrukkingloos en onbezield. Hy heeft daarin het conflict niet kunnen omspannen en tot ver antwoording brengen. Uit het geëxposeerde ma ken wy op, dat hy zich het best kan bepalen by den eigen inhoud van zyn onderwerp. In de portretten blijkt dit het sterkst by een enkele ervan is hy geslaagd in de vitaie weergave van een karakter, zooals in „Zelfportret", „Archi tect H" en het moederlijke „Bü de Bron". De beeltenis van „Werkelooze", „Mün Vader" en „Z. Exc. W. B." hebben iets kouds, iets clown achtigs; ook in de naakststudies heeft hy dit koele en al te strakke niet geheel overwonnen, al vergoedt daar de compositie wel iets. Bü een scherper beperking van zyn talent, tot wat bin nen rijn geesteiyke macht ligt en een zuiverder instelling van zün visie op elementaire onder deelen, kan hy de opvlucht eenmaal maken, waarvan het mysterie van licht en diepte, dat hier en daar door zün onderwerp heenbreekt. de gegronde factoren duidelqk waarneembaar maakt. v. O. De regeering van Polen heeft den roman „Vuur en Zwaard" van H. Sienckiewicz, verbo den. Dit bericht wekt eenige verwondering, om dat Sienckiewicz, de schrijver o.m. van „Quo Vadis" door de Polen wordt vereerd als een groot nationaal letterkundige van wereld-be- teekenis. Verbeterde controle De Regeering heeft een uitstekenden maatregel genomen, om onjuiste be lasting-aangifte te verbeteren. Naar de N. R. Crt. n.l. vernam, deelde de minister van financiën aan de inspecteurs der belas tingen mede, dat alle aanschrijvingen wor den ingetrokken om een tegemoetkomende houding aan te nemen jegens personen, die de belastingadministratie met de door hen begane ontduikingen van inkomstenbelas ting en van vermogensbelasting geheel uit eigen beweging in kennis stellen. Dit zit hierin, dat bij de uitvoering van de nieuwe belastingen (b.v. omzetbelasting, belasting naar het vermogen van instellingen van de doode hand) gegevens ter kennis van de belasting-administratie komen, die dienst baar worden gemaakt aan de controle van de aangiften voor de belastingen naar het inkomen en vermogen. Deze controle kan voor hen, die in het verleden onjuiste aan giften van hun inkomen of vermogen heb ben gedaan en die de tot nu toe geboden gelegenheid om hun aangiften „vrijwillig" te verbeteren, ongebruikt lieten voorbij gaan, zeer ernstige gevolgen hebben. Niet alleen zal bij ontdekking van de fraude de te weinig geheven belasting met viervou dige verhooging worden nagevorderd, maar bovendien loopen zij de kans, dat een straf vervolging tegen hen wordt ingesteld. De minister van financiën heeft echter gemeend, nog voor éénmaal de gelegenheid te moeten geven om, onder zoo weinig mo gelijk bezwarende omstandigheden, onjuiste aangiften te verbeteren. Van allen, die in het verleden onjuiste aangiften mochten hebben gedaan en hun fout vóór 1 Maart 1934 herstellen door van de ontduiking mededeeling te doen aan den Inspecteur, zal niet meer worden gevorderd, dan de enkelvoudige belasting over het belasting jaar of de belastingjaren, waarvoor de aan gifte onjuist is geweest. Daarbij zal niet verder worden teruggegaan dan tot het be- lastingjaar 19311932. Heffing van verhoo ging blijft dus achterwege, terwijl straf vervolging niet zal worden ingesteld. Dit zal ook het geval zijn, indien op het tijd stip, waarop de mededeeling van de ont duiking wordt gedaan, de Inspecteur de on juistheid van de aangifte reeds vermoedde of op het spoor mocht zijn gekomen en den belastingplichtige tot het verstrekken van inlichtingen of tot het geven van inzage van boeken en bescheiden mocht hebben uitgenoodigd en zelfs ook dan, indien de verbetering een aangifte van een overledene zou betreffen, en de onjuistheid uit een in te dienen successie-memorie aan het licht zou komen. Men vestigt er echter nadruk kelijk onze aandacht op, dat op deze gun stige regeling geen aanspraak zal kunnen maken a. hij, tegen wien, blijkens door den In specteur gedane schriftelijke mededeeling, een navordering van belasting loopende is; b. hij, te wiens aanzien het openbaar mi nisterie is verwittigd, dat de aangifte op zettelijk onjuist of onvolledig is gedaan; c. hij, die zich op of na 1 Maart 1934 aan meldt; d. hij, die zich vóór dien datum heeft aangemeld, doch zijn betrekking tot den fiscus toch nog niet geheel in het reine heeft gebracht. Kan de belastingplichtige het bedrag van de te weinig geheven belasting bezwaarlijk dadelijk en ineens voldoen, dan kan hij in overleg treden met den ontvanger, om 't ver schuldigde op eenigszins langen termijn aan te zuiveren. De 55-jarige heer B., wonende te Heemskerk, die in het begin dezer week op den Hoogen- dorperweg aldaar, by het plotseling oversteken van den weg door een luxe auto. bestuurd door den heer P. A. uit Alkmaar, werd aangereden, is Vrijdagavond aan de gevolgen van de beko men verwondingen overleden. In het Staatsblad is afgekondigd de Wet yan 29 December 1933, houdende wijziging van het tarief van invoerrechten in Ned-Indië en be stendiging voor 1934 van de tydeiyke opcenten op het gewüzigd tarief. Over: Het Verkeersfonds. Mag ik even een kantteekening maken op het ingezonden stuk van den heer Brugman m uw blad? Ik begrijp dat stuk niet goed, want het ls mij een oorzaak van groote blijdschap dat uw blad in een redactioneel artikel krachtig stelling heeft genomen tegen het verkeersfonds. De argu mentatie was zóó juist, dat ik dit stuk 15 Januari in ons blad „De Autobusdienst" hoop over te nemen. Eenig verwijt aan R. K. bladen of partij is dus m.i. geheel misplaatst. De heer Brugman maakt als hij de wilde ril- derij door het uitoefenen van een autobusdienst zonder vergunning wil vergoelijken twee fouten. Ten eerste is die „wilde vaart" niet geopend direct nadat in Rotterdam de locale autobus dienst-ondernemers waren verdreven door de ge meentelijke tram-exploitatie. Daar liggen zeker een paar Jaren tusschen. In de tweede plaats worden die wilde diensten niet uitgeoefend door vroegere Rotterdamsche lo cale autobusdienst-ondernemers, die, omdat ze verdwynen moeten met hun materiaal, geen raad wisten. De dienst wordt uitgeoefend in hoofdzaak door een mijnheer v. Z., die nimmer vroeger een autobusdienst exploiteerde. De vroegere lom ie ondernemers hebben, dank zij de medewerking van den Ned. Bond van Autobusdienstondernemers, voor het meerendeel een behoorlijke vergunning, o.a. de heer Meur, die de bekende diensten naar Hillegersberg en Terhegge exploiteert. Kleinjan, die op Schie dam rijdt enz. Er is slechts een ondernemer die reeds een vergunnine voor een interlocale lijn had zoo dwaas geweest om aan de wilde rijderlj even mede te doen. Begrijpelijkerwijze noem ik geen namen. Ten derde herinner ik mij niet. dat in al de jaren dat ik autobuszaken voor Ged. Staten en Raad van Staten heb behandeld, er ooit een aan vraag AmsterdamRotterdam is geweest. Dat is m.i. dus niet het geval. Slechts hebben Gebr. Robart te Apeldoorn eens getracht de lijn Am sterdamDen Haag te verkrijgen, hetwelk mis lukte. Het spreekt vanzelf, dat als men in het open baar wil schrijven over autobussen, touringcars, of wilde diensten, men goed op de hoogte moet zijn, daar men anders zijn doel voorbij schiet. Niet daarin ligt de kracht bit de bestrijding van bet verkeersfonds. Die ligt alleen in de argu mentatie als b.v. in uw destHds verschenen arti kel gegeven. KRAAK STEEMANN Secretaris van den Ned. Bond van Autobusdienstondernemers

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 11