HET LOON DER BRAVEN
Medische kroniek
Brandstichting en
N.S.B.
De K.L.M. vooruit
Minister Oud reed
rustig
Schandelijk gedrag
ZATERDAG 20 JANUARI
LEEKEPREEKEN
ENGELSCHE BOOT AAN DEN GROND
HM
Hebben de samenstellers van het
bekende strooibiljet de justitie
op de hoogte gebracht?
Geen verzinsel, dan ver
volging
Burgerplicht vervuld?
Tegen sabotage en
oproer
Landstormcorps gevormd voor
dienst bij legermobilisatie
Een nieuw passagekantoor geopend
te 's Gravenhage
Een Engelsche luchtvaart film
Dronken Nederlandsche chauf
feurs veroorzaken menige
aanrijding in België
GROENTEN NAAR BELGIË
Honderden automobilisten zullen
Indische leeningen
Aanvulling Nëd.-Indische Con-
versie-Leeningswet 1931
Het geheim van het
weer
SAMENWERKING IN DE LUCHT
Bespreking over exploitatie
van lynen
Audiëntie
zeggen dat Z.Exc. het opvallend
goed getroffen heeft
Er zal wat veranderd zijn
Minister Deckers in
Spanje
Bezoek bij den president der
Republiek
Saneering bloemisterij
Teeltvergunning voor bepaalde
beoefenaars van het vak
Aan de kust van Cornwall liep de Engelsche trawler „Chancellor" op een zandbank. De
bemanning werd gered
Wat hier boven deze beschouwing staat
kon van vele moderne romans en films
de titel zijn, maar dan bedoeld in spot-
tenden zin. Hoe dankbaar en veel gebruikt is
het thema van den sterken, ruim voelenden man,
met niet te veel last van een geweten; van den
veroveraar, die zich overal doorslaat en tenslotte
het heldenloon voor durf en levensmoed krijgt
in een weelderige omgeving, in een wereld,
waarin alles voor hem buigt en waarin
hij aan al zijn grillen kan toegeven. En
in de schaduw van zijn licht bewegen zich dar.
als zwakke tegenspelers de enghartige, burger
lijke menschjes, met scrupuleuze opvattingen,
conservatief, gehecht aan tradities en bang voor
nieuwigheden. Terwijl zij nadenken of iets wel
geoorloofd is, ontsnapt hun een mooie kans. Zij
laten zich opzij dringen in hun besten tijd en
als alle levenskansen voor hen verkeken zijn,
krijgen zij „het loon der braven": vergetelheid
of erger, door het leven worden zij als onbruik
baar aan den kant gezet.
Helaas is deze opvatting niet tot een zeker
soort literatuur beperkt gebleven. Meer of min
der vaag leeft op den bodem van menig men-
schenhart de meening, dat een nauwgezet ge
weten, dat eerlijkheid en goede trouw*, dat men-
schelijkheid en rechtvaardigheid beletselen zijn
om vooruit te komen in de wereld. En in zwarte
oogenblikken, wanneer alles tegenloopt, bekruipt
ook de besten wel eens de spijtige gedachte, of
het wel goed is, om het in de wereld zoo nauw
te nemen. Ge ziet het aan dien rijken en alom
geachten heer X. Is in kleinen kring het geval
niet bekend, hoe hij eenige jaren geleden als
directeur van een groote en toen nog rijke maat
schappij handelde? Hij zou een zakenreis naar
Indië maken. In commissarisvergadering werd
hiervoor een crediet van 50.000 toegestaan.
Zijn secretaris maakte nauwkeurig aanteekenin-
gen. Negen maanden later leest de directeur de
notulen door, alvorens ze in een nieuwe vergade
ring ter tafel komen. ,,Ge hebt u vergist," zegt
hij tot zijn secretaris, „er is geen 50.000 maar
150.000 voor de Indische dienstreis toegestaan."
Er volgt een woordentwist, welke eindigt met een
overwinning van den sterkste. In de vergadering
zorgt de secretaris, dat de vervalschte passus
duidelijk verstaanbaar wordt voorgelezen. Een
der oudste heeren vraagt, of hij het zich niet
goed herinnert, dat er slechts 50.000 was toe
gestaan voor de Indische reis. Maar de mach
tige en algemeen vertrouwde directeur zegt met
een rustige stem, dat de spreker zich inderdaad
vergist. En in een zaak, waar het in den gouden
tijd om millioenen ging, kan men zich na zoo
veel tijd niet meer met zekerheid herinneren, of
een bepaalde post een ton hooger of lager was.
De opmerking glijdt dan ook in het niet, als
betrof het een foutieve komma in een zin.
Drie maanden later wordt de secretaris ziek
en geeft daarvan op regelmatige wijze kennis
aan zijn chef. Wanneer hij na drie weken terug
komt vindt hij een ander op zijn plaats. In het
directeurskantoor wordt hem kort en afdoende
medegedeeld: ik moet een secretaris hebben die
werkt en niet een die ziek is. U kunt drie maan
den salaris opnemen bij de kas....
Thans nog, na jaren, leest dezelfde secretaris,
die zichzelf heeft moeten reclasseeren, hoe zijn
oud-directeur bij alle openbare plechtigheden
een eerste rol speelt, redevoeringen houdt, door
verslaggevers wordt geïnterviewd, met decoraties
wordt beloond. Is het wonder, dat zijn recht
schapen familieleden, wanneer het hun tegen
loopt in de wereld, aan dit geval denken? Waar
blijft de rechtvaardigheid in de wereld? Een
werklooze, die onhandig inbreekt, een slecht
betaalde kassier, die onder dwang van een
deurwaarder uit de kas van zijn patroon „leent"
en ontijdig wordt gesnapt, zij worden tot ge
vangenisstraf veroordeeld voor bedragen van
vijftig of honderd gulden. Maar wie zich handig
met tienduizenden weet te verrijken ten koste
van anderen, die loopt vrij en geëerd rond; voor
hem gaat alles op zij en buigen zich honderden
hoofden!
Ziedaar één uiting van een gangbare meening,
zooals we ze in duizend variaties hooren kun
nen. Het gevaarlijke van zulke beoordeelingen
schuilt in het veralgemeenen van bepaalde ge
vallen. Vooral in tijden van economischen neer
gang, als wij nu beleven, komt men, in bittere
stemming over eigen droevig lot, zoo licht tot
de conclusie, dat eerlijkheid en rechtvaardigheid
op den langen duur niet te vereenigen zijn met
maatschappelijken welstand; dat, wie in alle
opzichten altijd strikt zjjn plichten jegens God
en den naaste vervult, vroeg of laat in maat
schappelijken zin naar beneden gaat, althans
niet datgene in de wereld bereikt, wat hem naar
de mate zijner capaciteiten, zijn oppassendheid
en werklust zou toekomen.
Eenig nadenken en nauwkeurig observeeren
moet de onjuistheid van deze beweringen doen
inzien. Zeker, de volksmond zegt niet geheel ten
onrechte, dat aan alle groote vermogens zweet
en bloed kleeft, dat om wraak roept. Deze „vox
populi" vindt echter slechts haar rechtvaardiging
in de op Amerikaansche wijze opgehoopte kapi
talen. Fabelachtige rijkdommen door één man
bijeengegaard, zijn inderdaad altijd verdacht.
De methoden, daarbij aangewend, zullen, zacht
gezegd, moeilijk den toets van de naastenliefde
kunnen doorstaan. Maar er zijn ook veel bezit
tingen, van geslacht op geslacht door schran
derheid, zuinigheid en arbeidzaamheid opge
bouwd. En zulke geslachten zijn ten allen tijde
onschatbare bolwerken voor kerk en staat ge
weest. En al is het, volgens de aanwijzingen der
laatste Pausen dringend gewenscht, dat de
groote verschillen in aardsch bezit worden ge
temperd, in de maatschappelijke verhoudingen,
waarin wij tot nog toe hebben geleefd, was het
nu eenmaal mogelijk, dat schrandere en begaaf
de menschen in handel en nijverheid zich vrij
snel een aanzienlijke positie verwierven, ook
langs een rechten weg en met uitsluitend ge
oorloofde middelen.
Het is dus verkeerd ten deze algemeene con
clusies te trekken en zich door ergerlijke geval
len te laten verleiden tot een generaliseerend
ongunstig oordeel over al zijn beter gesitueerde
medemenschen.
En de andere vergissing omtrent het geluk
der boozen tegenover het schijnbare ongeluk der
braven? Is het nog noodig, dat ze onder chris
tenen weerlegd wordt? Dat schijngeluk van hui
chelaars, van geslepen booswichten, die door de
mazen van alle menschelijke wetten heenglippen
en ondanks hun misdaden rijk en geëerd blij
ven voor de wereld, dat schijngeluk valt meestal
hier beneden uit elkaar. Nog afgezien van het
feit, dat onrechtvaardig verkregen goed en on
verdiende eer nooit werkelijk geluk, dat is in-
wendigen vrede kunnen geven, toonen ons de
feiten van den dag dat de trotsche paleizen,
met onrechtvaardig verkregen geld gebouwd,
boven de hoofden van him bezitters instorten
en hen mede verdelgen. Het zou een kilometers
lange lijst worden, wanneer w'ij de namen eens
konden opteekenen van al degenen, die sinds
het uitbreken van den oorlog op het toppunt
van hun roem als bedrieger ontmaskerd werden,
of wel de hand aan zichzelf sloegen, voordat
vrouwe justitia hen kon grijpen of die het schan
daal van de ineenstorting van hun fortuin niet
wilden overleven.
En wat baat het hun, die al deze risico's ont
snappen en die rijk en geëerd het graf ingaan,
zonder dat de publieke meening de boosheid van
hun leven heeft ontdekt? Laten zij huichelach
tig zich om de domheid van hun brave even-
menschen vroolijk hebben gemaakt; eens komt
de groote ontmaskering. Het staat zoo waar ge
schreven in het Boek der Wijsheid, hoe zij eens,
wanneer hun de oogen opengaan, door verschrik
kelijke vrees zullen worden verward; en op het
zien van het onverwachte geluk, dat voor de
rechtvaardigen wordt bereid, zullen zij verzuch
ten: dat zijn nu degenen, die wij eens tot een
voorwerp van onzen lachlust maakten en die wij
ver beneden ons achtten. Wij, dwazen, hielden
hun leven voor dw'aasheid en achtten hun einde
eerloos: zie hoe zij nu onder Gods kinderen ge
rekend worden; en onder de heiligen is hun be
stemming!
Dat is „het loon der braven" in den eigen
lijken zin.
HOMO SAPIENS
De heer Boon heeft aan den Minister van
Justitie gevraagd, of deze kennis genomen heeft
van een in groot aantal te Amsterdam ver-
spreid stroobiljet van de N.S.B. waarmede
derzelver leider ir. A. A. Mussert zijn volkomen
instemming heeft betuigd waarin o.m. staat,
dat in Amsterdam „de communistische misda
digers, die uit Duitschland verdreven zijn", in
samenwerking met de Communistische Partij
Holland en andere revolutionnaire partijen, op
Vrijdag 22 December 1933 de telefooncentrale
in brand hebben gestoken ter voorbereiding van
het plan om op Zaterdag 23 December 1933 in
Amsterdam oproer en plunderingen te verwek
ken, welk beoogd gevolg van oproer en plun
deringen ditmaal nog niet was ingetreden we
gens uitgebreide politiemaatregelen, hoezeer
overigens de Overheid in Nederland bang „voor
dit bandietengespuis" is.
Hebben de stellers van dit strooibiljet, aldus
de heer Boon, hun burgerplicht vervuld door
de justitie op de hoogte te brengen van dit hun
bekende plan van het „fanal" van brandstich
ting voor oproer en plunderingen, en zoo neen.
heeft dan de justitie harerzijds de stellers op
gevorderd om de in hun bezit zijnde gegevens
te verstrekken?
Indien daarbij niet is gebleken, dat het hier
onverantwoordelijke en gewetenlooze verzinsels
betrof, teneinde onrust onder de bevolking te
verwekken, doch inderdaad kennis van deze
Koomemens bestond, is dan voor zoover het be
treft den brand in de telefooncentrale te Am
sterdam een vervolging gelast krachtens artikel
136 van het Wetboek van Strafrecht, een straf
van 6 maanden stellende op het opzettelijk na
laten van het ter kennis brengen aan de amb
tenaren der justitie of politie van het voor
nemen tot het plegen van een gemeen-gevaar-
ltjk misdrijf voor zoover daardoor levensgevaar
wordt veroorzaakt op een tijdstip, waarop het
plegen van dit misdrijf nog kan worden voor
komen, waar hier dit misdrijf is gevolgd, waar
bij tevens levensgevaar is ontstaan?
Naast de werkzaamheden, welke de Natio
nale Landstorm Commissie verricht ten be
hoeve van het instituut van den Bijzonderen
Vrijwilligen Landstorm en van de Nationale
Noodhulp Organisatie, ontving zij aan het be
gin des jaars het verzoek van den Minister van
Defensie, om uit de vrijwilligers van den 2den
Ban van den Bijzonderen Vrijwilligen Land
storm (d. z. de oudere, niet meer dienstplich
tige vrijwilligers) een afzonderlijk korps te
willen samenbrengen, welks leden ach bereid
verklaren, om bij een eventueele legermobi
lisatie ten hoogste 10 dagen onder de wape
nen te komen tot het verrichten van bewa
kingsdienst in die belangrijke centra, welke
alsdan dienen te worden beveiligd tegen sa
botage en oproer.
De veelvuldige uitingen, die in de laatste tij
den van verschillende revoilutionnaire zijden
werden vernomen en welke wijzen op net voor
nemen om een eventueele legermobilisatie door
middel van gewelddadigheden te willen ver-
Storen, hebben de Regeering ertoe gebracht
tegen-maatregelen voor te bereiden, onder
welke het oprichten van een bewakingskorps
uit den 2den Ban van den Bijzonderen Vrij
willigen Landstorm een voorname plaats in
neemt.
In overleg met de Gewestelijke Commissiën
heeft de Nationale Landstorm Commissie aan
de Regeering in deze belangrijke aangelegen
heid haar vollen steun toegezegd.
Dit bewakingskorps is thans opgericht.
De Nationale Landstorm Commissie en haar
organen blijven aan de verdere aanwerving
van 2de-banners voor dit doel haar bijzondere
aandacht wijden.
De Koninklijke Luchtvaart Maatschappij, die
in deze donkere dagen een voor vele onderne
mingen benijdenswaardige vitaliteit ontplooit,
heeft Vrijdagmiddag een nieuw passagekantoor
te 's Gravenhage geopend.
Dit is gevestigd in hetzelfde gebouw, waarin
tot nu toe op de eerste verdieping het oude
passagekantoor was ondergebracht; de nieuwe
lokaliteiten zijn echter gelijkvloers aan de straat
gelegen. Het geheel is volgens de laatste opvat
tingen ingericht.
Reeds in 1921 opende de K.L.M. een passage
kantoor op het Leidscheplein te Amsterdam en
bij die opening werd de wensch uitgesproken,
dat dit kantoor te bescheiden was opgezet. Deze
wensch is dan ook in vervulling gegaan, want
reeds in 1930 moest dit kantoor worden ver
groot.
Daarnaast werd in 1925 een passagekantoor
aan den Coolsingel te Rotterdam in gebruik
genomen, in denzelfden stijl als dat te Amster
dam, in hout opgetrokken, eenvoudig van sa
menstelling, doch beantwoordend aan de
eischen.
Beide passagekantoren werden ook wat het
interieur betreft door den architect ir. Roo
senburg uit den Haag ontworpen; het sprak dan
ook welhaast van zelf, dat de inrichting van het
nieuwe passagekantoor aan den Hofweg 9 te
's Gravenhage, aan ir. Roosenburg werd opge
dragen. De uitvoering der plannen werd aan de
zorgen van de Koninklijke Nederlandsche Meu
belfabriek H. P. Mutters Zoon toevertrouwd,
terwijl de kunstschilder Luyt op de triezen
geestige schilderingen heeft aangebracht, die
de HollandIndië-route in beeld brengen.
Ter gelegenheid van deze opening werd in het
Asta-Theater voor genoodigden vertoond de
film „Contact", een propagandafilm van de
Imperial Airways, de Engelsche zustermaat
schappij van de K.L.M. Dit werk mag wat mon
tage betreft wat zwak zijn, cinematografisch
is het schitterend, en het is een lust te kijken
naar de flitsen uit het grooe Engelsche iuch-
vaartbedrijf, zooals de film ze ons laat zien.
Ook voor de KL.M. die, ondanks de Smir
noff's en de Geyssendorffers geen propaganda
middel ongebruikt mag laten is zoo deelde
de heer Plesman, de directeur der maatschappij
ons mede is een dergelijke propaganda-film
in voorbereiding, doch de première daarvan zal
toch nog wel eenigen tijd op zich laten wachten.
In afwachting daarvan zal vandaag te Am
sterdam in de Corso-bioscoop een voorstelling
eveneens voor genoodigden plaats vinden
van de film „Contact".
Donderdagavond hebben twee Nederlandsche
chauffeurs, E. en K. genaamd, die elk een trac
tor met een aanhangwagen van een transport
firma uit Tilburg bestuurden en die onder den
invloed van sterken drank verkeerden, tusschen
Sempst en Mechelen een aantal aanrijdingen
veroorzaakt. De eerste had plaats onder de ge
meente Sempst. De beide wagens kwamen in
woeste vaart van een helling afrijden. De ach
terste reed een luxe auto aan. De bestuurders
bekommerden zich niet om dit ongeluk en re
den met groote snelheid door. De politie van
Sempst heeft toen die van Mechelen gewaar
schuwd met verzoek tot aanhouding. Intusschen
passeerden de zware voertuigen het gehucht
Halfgalg, waar nu de voorste wagen in botsing
kwam met een vrachtauto van een firma uit
Vilvoorde. Ook daarna reden zij met onvermin
derde snelheid door. Zoo stoven ze Mechelen
binnen, waar de voorste wagen opnieuw in bot
sing kwam, thans met een luxe auto, op een
gevaarlijk verkeerspunt bij de Brusselsche Poort.
De automobilisten gaven geen gevolg aan het
bevel van de politie te stoppen. Deze ging toen
per auto tot een achtervolging over. Het werd
een wilde jacht langs de smalle straten der dicht
bevolkte stad. Eindelijk waren de chauffeurs
door een verkeersopstopping genoodzaakt stil te
houden. Zij werden onmiddellijk gearresteerd
en naar het politiebureau overgebracht. Men
stelde daar vast, dat beiden stomdronken waren.
Het parket werd van een en ander in kennis
gesteld en de beide wagens werden in beslag
genomen.
Alle aangereden auto's werden ernstig be
schadigd. Persoonlijke ongelukken zijn gelukkig
niet voorgekomen.
De commissie van den uitvoer van groenten
naar België deelt mede, dat gedurende de eer
ste vier maanden van 1934 de volgende hoeveel
heden peen uit Nederland in België mogen
worden ingevoerd-
In Januari 155.200 K.G., in Februari 216 300
K.G., in Maart 477.400 K-G. en in April 420.600
K.G.
Nederlandsche exporteurs die in de overeen
komstige maanden van 1932 peen voor eigen
rekening naar België hebben uitgevoerd, kun
nen voor toewijzing van contingenterings-
certificaten in aanmerking komen.
Zij behooren daartoe zoo spoedig mogelijk,
uiterlijk 25 Januari es. een opgave van de
door hen naar België verzonden hoeveelheden,
van- iedere maand afzonderlijk, in te dienen bij
den secretaris der commissie, Mr. L. Niemöller,
Javastraat 80 te 'sGravenage,
Ruim 80 pCt. van het uitstaand bedrag kan
geacht worden zich te bevinden in Nederland
sche handen.
Al" deze leeningen zijn zij het op verschil
lende tijdstippen vatbaar voor versterkte of
algeheele aflossing, terwijl de Nederlandsch-In-
dische Conversie Leeningswet 1931 (stbl. No.
274) aan den Minister van Koloniën de bevoegd
heid verleent om tot dat doel nieuwe schuld
bewijzen ten laste van Nederlandsch-Indië uit
te geven.
Het voornemen bestaat om een teeltvergun
ning te geven aan personen, die het vak be
oefenden in den omvang, waarin dit door hen
in het afgeloopen jaar geschiedde. Er wordt
aan de stichting van een crisisorganisatie ge
dacht naar het voorbeeld van de kweekersor
ganisatie in het bloembollenvak.
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem zal de
volgende week Maandag en Dinsdag géén
audiëntie verleenen.
Het geheim van het weer schijnt te lie
gen in den electrischen toestand van
de atmosfeer en van de aarde. Iedereen
weet tegenwoordig zooveel van electriciteit, dat
het niet zoo heel moeilijk is hierover te schrij
ven en ook begrepen te worden. Er is dan in
den regel tusschen de aarde en de lucht een
potentiaal-verschil, zoodat er dus aan beide
zijden een electrische lading aanwezig is, en
tusschen die ladingen een zekere spanning be
staat, een verschil, dat het potentiaalverschil
heet. Daarbij is in den regel de aarde nega
tief en de atmosfeer positief geladen. Dit
potentiaalverschil is niet overal en altijd even
groot en daar schuilt het geheim van den in
vloed van het weer op de gezondheid der
menschen.
Het potentiaalverschil tusschen aarde en
atmosfeer ondergaat veranderingen. Eiken dag
treden die veranderingen op, en zij hangen
ten nauwste tezamen met de straling van de
zon. Op een mooien dag blijft het potentiaal
verschil vrijwel hetzelfde, maar bij slecht weer
z;jn er groote wisselingen.
De wind echter heeft daarop niet veel in
vloed. Maar regen en neerslag zijn vaak elec-
trisch geladen, veranderen daardoor de lading
van aarde en dampkring en veroorzaken aldus
ook een potentiaalverschil.
Niet overal is de aarde negatief en de lucht
positief geladen. Zooals reeds opgemerkt, wordt
het verschil zeer gering bij groote bosschen
of bergmassieven, en het verschil wordt zelfs
negatief bij snelle waterloopen, bij bronnen en
in grotten. Wie ondervindt er niet een eigen
aardig gevoel van ontspanning, van een ge
heel' anders zijn, van een zekere weemoedige
zorgeloosheid aan den oever van een beek of
rivier, het gevoel waarover de dichters zoo
vaak gezongen hebben. Helaas echter wordt
niet iedereen een dichter, als hij bij een beek
of boom komt.
Men is in staat dien electrischen toestand te
maken. Dit heeft men dan ook gedaan en te
gelijkertijd aangeteekend, bij welke weersver
anderingen de electrische toestand wisselt, en
hoe sommige patiënten zich daarbij bevin
den.
Zoo heeft b.v. Steffens onderzocht, hoe het
met den electrischen toestand staat bij vocht en
nevel; zooals men weet, worden deze door
rheumatische personen heel slecht verdragen.
Hij vond dan, dat bij meer vocht een snelle
vermindering van negatieve ionen optrad, en
bij minder vocht een snelle vermeerdering van
negatieve ionen. Wat zijn ionen?
Zooals men weet, bestaat alles op deze we
reld uit allerkleinste deeltjes, die atomen ge
noemd worden, en er zijn ongeveer 100 ver
schillende atomen bekend. Er bestaan atomen
van goud, zilver, koper, lood, radium, water
stof, zuurstof, stikstof enz. Deze atomen vindt
men zelden alleen, meestal, zijn er enkele te
zamen, die men molecule noemt. Zoo bestaat
de zuurstof, die wij inademen uit moleculen,
die ieder uit twee atomen zuurstof bestaan.
Water bestaat uit twee moleculen waterstof en
één atoom zuurstof (het water kan door deze
zuurstof metalen aantasten, doen roesten,
oxydeeren)
Welnu, sommige van deze atomen of ook wel
atoomgroepen zijn electrisch geladen. Neem
b.v. een oplossing van zoutzuur in water, dan
zijn sommige waterstofatomen, en sommige
zuurstofatomen electrisch geladen. Lang niet
altijd evenveel, dit hangt van allerlei factoren
af. Zulk een geladen atoom of atoomgroep heet
ion, en het geheele verschijnsel heet ionisatie.
Als alle atomen van de lucht electrisch geladen
waren, zouden we niet kunnen leven, en we
bemerken aan ons lichaam dan ook heel goed
geringe veranderingen in de» electrische lading,
de ionisatie van de lucht, al weten wij geen
naam aan de zaak te geven. Wel is het een
feit, dat lang niet alle menschen even gevoelig
zijn voor den electrischen toestand van hun
omgeving.
Wij hebben dus al gezien, dat rheumatische
menschen bij grooter vochtigheid van de lucht,
dus bij snelle vermindering van de negatieve
ionen, zich zeer onbehaaglijk en pijnlijk voe
len. Bij sterken regen hebben rheumatische
menschen lang niet zoo veel last, en inder
daad: het aantal ionen wordt dan verdubbeld
of verdriedubbeld. Een andere onderzoeker con
cludeert dan ook dat rheumatici lijden bij
vermindering van negatieve ionen of vermeer
dering van positieve ionen. Dit laatste ge
schiedt b.v. wanneer de Föhn, de befaamde
Zuidenwind, over Beieren blaast.
Prof. de Langen in Batavia heeft bij tien
personen onderzocht, of al deze beweringen
over de electriciteit van de lucht uitkomen. Dit
viel hem gemakkelijk, omdat deze electrische
toestanden aldaar reeds langen tijd nauwkeu
rig opgenomen worden. Hij heeft verslag van
zijn bevindingen in het Ned. Tijdschrift voor
Geneeskunde van 6 Januari j.l. gegeven. Ook
in Batavia is de potentiaal overdag bijna steeds
positief; maar in enkele nachten is zij nega
tief. Het blijkt dat juist in die nachten som
mige personen het meeste last hebben van hun
kwalen. Maar ook 's middags is de potentiaal
vaak laag. Hoe dit alles ook zij, de invloed
van den electrischen toestand was opmerkelijk.
Volgens Frankenhauser zijn er drie soorten„kli-
maat-ziekten". De eerste soort zijn voornl. al
gemeene en nerveuse verschijnselen: gedrukt
heid, vermoeidheid, prikkelbaarheid, hoofdpijn,
duizeligheid, hartkloppingen etc.
De tweede soort is gekenmerkt door ver
schijnselen van maag en ingewanden, nJ. ge
brek aan eetlust, misselijkheid, opgeblazen
heid, beslagen tong, verstopping en diarrhee.
De derde soort is de rheumatische soort, en
bestaat in spierpijnen, zenuwpijnen, gewrichts
pijnen en litteekenpijnen.
Van de tien proefpersonen van prof. de
Langen waren er acht, die bij bepaalde weers
veranderingen aan de twee eerste soorten ziek
ten leden, en in 80 pet. van alle waarnemingen
kwam het uit, dat zij onwel werden, wanneer
de potentiaal negatief werd.
De twee andere personen echter kregen
rheumatische pijnen, maar niet bij een negatie
ven potentiaal, maar allen bü verandering van
potentiaal, wanneer deze n.l. van positief ne
gatief werd ofwel van negatief naar positief
omsloeg. Deze tien personen, die allen zeer
gevoelig waren voor het klimaat, hebben hun
bevindingen nauwkeurig opgeteekend, zonder te
weten, waarom het ging en later bleek dat hun
pijnen en gewaarwordingen op en neer gingen
met den electrischen toestand.
Dr. Denier in La Tour du Pin heeft een kel
der laten bouwen, 7 Meter onder den grond,
twaalf meter lang en vijf Meter breed. Daar
kan hij den athmosferischen druk, de vochtig
heid, den electrischen toestand enz. maken, zoo
als hij dat zelf wil. Hij kan daar een hoogte
klimaat of een tropisch klimaat imiteeren, en
daarin proeven nemen met patiënten. Ook bij
deze zeer geestig uitgedachte proeven blijkt,
dat de verschijnselen bij klimaatgevoelige
menschen met den electrischen toestand op en
neer gaan. Dezelfde geneesheer heeft ook reeds
een kamer geconstrueerd, waar hij door gewone
ouderwetsche electriseer-machines den poten
tiaal zoo kan maken, als vereischt wordt, en
hij kan daarmee heilzaam op zijn patiënten In
werken. Dit alles is natuurlijk nog maar een
begin, maar men behoeft er toch niet aan te
twijfelen, dat deze onderzoekingen ons weer een
belangrijk stuk verder zullen brr
voor de behandeling van rb- .ueu«
TH. H. SCHLICHTING
Ingediend is thans een wetsontwerp tot wij
ziging en aanvulling van de Nederlandsch In
dische Conversie-Leeningswet 1931.
In de Memorie van Toelichting tot de begroo
ting van Nederlandsch-Indië voor het dienst
jaar 1934 deelde de Minister van Koloniën me
de. dat het in het voornemen der Regeering
ligt „om, zoodra de omstandigheden op de ka
pitaalmarkt dit mogelijk zullen maken en na
dat de vlottende schuld van het Rijk door Con-
soldatie tot een redelijke hooge zal zijn te
ruggebracht, over te gaan tot conversie, met
hulp van het Rijk, van de tegen hooge rente uit
staande Indische leeningen."
Tot de bedoelde Indische leeningen behooren
allereerst de dollar-leeningen, welke een rente
dragen van 5% pCt. en 6 pCt. te weten:
de 6 pCt. leening 1922A waarvan op 2 Januari
1934 nog uitstond 32.240.000 dollar; de 6 pCt.
leening 1922B waarvan op 2 Januari 1934 nog
uitstond 49.000.00 dollar; de 5y, pet. leening
1921 D waarvan op 2 Januari 1934 nog uitstond
20.995.000 dollar en de 5% pCt. leening 1923C
waarvan op 2 Januari 1934 nog uitstond
20.300.000 dollar. Totaal derhalve 122.535.000 dol
lar.
Naar Reuter uit Londen meldt, zullen ver
tegenwoordigers van de K. L. M. 22 Januari a.s.
een bijeenkomst houden met vertegenwoordi
gers der Huil Corporation. Verwacht wordt, dat
belangrijke besluiten kunnen worden genomen.
Betreffende een AmsterdamHuil luchtlijn
wordt gemeld, dat de Engelsche Maatschappij
correspondeerende luchtlijnen wil exploiteeren
op Leeds, Manchester, Liverpool, Isleman en
Belfast, als de Noordzeedienst is gesticht.
In verband met het interview van Minister
Oud, schrijft de A. N. W. B., Toeristenbond
voor Nederland ons:
Wij willen gaarne onze buitengewone hulde
brengen aan dezen Minister, die niet schroomt,
zich binnen de gevaarlijke grenszone te be
geven, om daar het door ons gesignaleerde ge
vaar persoonlijk te onderzoeken; maar ook als
wij aannemen, dat zulk een driedaagsch be
zoek van een minister al dien tijd onopgemerkt
kan zijn gebleven, dan nog vragen wij ons af,
of Z. Exc. de honderden automobilisten, die
zulke geheel andere ervaringen opdeden, niet
ten onrechte van overdrijving beschuldigt.
Toeristen rijden niet, zooals Z. Exc., als passa
gier in een rustig gangetje in een auto, met
de vooropgezette bedoeling, te trachten, een
kommies te ontdekken; wij nemen onvoorwaar
delijk aan, dat ieder automobilist, als men hem
de opdracht geeft op een bepaald traject een
kommies te ontdekken, den man ook ziet, ter
wijl hij hem zonder die opdracht eenvoudig
niet opgemerkt zou hebben. Maar wij vragen:
is het de taak van den toerist, te zoeken en te
speuren naar den met karabijn en revolver
dreigenden grensbeambte? Of heeft deze laatste
tot plicht, zich op voor den oningewijde direct
opvallende wijze op te stellen?
Honderden automobilisten, die geregeld de
grens passeeren, zullen Z. Exc. kunnen vertel
len, dat Z. Exc. het wel opvallend goed getrof
fen heeft; zulk een model-opstelling (twee
groepen kommiezen met vlag, lamp en spijker
plank) vindt men misschien op enkele druk
gebruikte smokkelwegen, maar elders nergens.
De spijkerplank ligt in de meeste grenskan-
toren ongebruikt in een hoekje; Z. Exc. infor-
meere maar langs de Oostgrens; óf de vlag
öf de lamp ontbreekt gewoonlijk; zwakke zak
lantaarntjes, door de ambtenaren zelf aange
schaft en met 6011 ro°d papiertje beplakt, ver
men het sein, dat bij niet-gehoorzamen, gevolgd
wordt door een kogel. Dubbele posten, als door
Z. Exc. ontmoet, zijn voor den normalen toe
rist uitzondering; hij ontmoet als regel hier en
daar patrouilleerde kommiezen, in plaats van
de op vast punten opgestelde modelcombinaties,
welke Minister Oud waarnam.
Het verschil tusschen de ervaringen van
honderden particulieren en die van Z. Exc., is
dus wel heel groot, zoo groot, dat wij ons hier
over verheugen, want wij zien hierin de aan
wijzing, dat er sinds de publicatie van ons
adres al wat veranderd is en dat Ministers
order, met schieten uiterst voorzichtig te zijn,
wordt opgevolgd.
Wanneer de door den Minister waargenomen
maatregelen, aangevuld met hetgeen in het
eerste adres gevraagd is, overal langs de grens
in praktijk worden gebracht en den kommie
zen wordt verboden, zich de tallooze afwijkin-
ken te veroorlooven, welke wij aan Z. Exc.
signaleeren (en waarvan thans plaats, datum
en naam van den betrokkene aan Z. Exc. zul
len worden medegedeeld), dan twijfelen wij
niet of de kogels, welke tot vóór 's Ministers
reis dagelijks langs deze wegen werden afge
vuurd, blijven voortaan in de karabijnen en
revolvers, zeer tot genoegen van den tot heden
maar al te vaak doodelijk-verschrikten toerist.
Evenbedoelde wet opent echter uitsluitend
de gelegenheid tot uitgife van schuldbewijzen
ten laste van Nederlandsch-Indië voor de af
lossing van de uitstaande dollarleeningen, zij
biedt geen gelegenheid schuldbewijzen uit te
geven voor inwisseling van dollar-obligaties met
de bedoeling de aldus verkregen dollarstukken
niet dadelijk in te trekken, doch deze in porte
feuille te houden tot tijd en wijle zij bij de
voorgeschreven aflossingen kunnen worden af
losbaar gesteld.
Het wetsontwerp beoogt aan de Nederiandsch-
Indische Conversie-Leeningswet 1931 een zoo
danige uitbreiding te geven, dat ook een ge
dragslijn als de vorenomschrevene mogelijk
wordt gemaakt. Uiteraard zal alsdan telkenja-
re bij de Indische begrooting verslag worden
uitgebracht nopens het beheer der in porte
feuille gehouden stukken.
Om de in het begin van deze Memorie be
doelde hulp van het Rijk mogelijk te maken, be
oogt artikel 2 van het wetsontwerp aan den
Minister van Koloniën de bevoegdheid te ver
leenen om bij de uitgifte van leeningen ten
laste van Nederlandsch-Indië krachtens de Ne-
derlandsch-Indische Conversie-Leeningswet 1931
aan de nieuw uit te geven schuldbewijzen de
garantie van het Moederland te verbinden.
In verband met het spoedeischend karakter
van dit wetsontwerp bestond geen gelegenheid
den Volksraad daaromtrent te hooren.
De Nederlandsche minister van Defensie, mr.
L. N. Deckers, die een gedeelte van de reis van
H.M.'s „Hertog Hendrik" heeft meegemaakt, is
Donderdag van Valencia te Madrid aangeko
men.
Vrijdag heeft hij een bezoek gebracht aan het
presidentieel paleis, waar hij door den presi
dent der Spaansche republiek Alcala Zamora is
ontvangen.
Minister Deckers vertrekt Zondag uit de
Spaansche hoofdstad om naar Nederland terug
te keeren.
De voorzitter der voorloopige commissie van
advies inzake de saneering der bloemisterij zal
zeer spoedig een advies van den minister van
Economiscne Zaken kunnen voorleggen.
Ter informatie van belanghebbenden aan
gaande de plannen, welke in overleg met de
vertegenwoordigers der organisaties zijn vast
gesteld, kan worden gemeld, dat deze plannen
strekken tot stabilisatie van den toestand, zoo
als deze in 1933 was.