Prikkeldraad
25 jaar politiek
Een gezond Middenstandsbedrijf
HET WEER OP ZONDAG
MEER SAMENWERKING
VRIJDAG 26 JANUARI
EEN STADJEVERDWIJNT
rer,flQn£p
De les van Helmond
Nationaal-Socialisme
BAYSWATER HOTEL Koad
De Hollaxidsche Zouaven
Een brief uit 1880
Het eerevaandel
Fiscale belastbaarheid
Voorloopig weinig kans op vorst.
Iets zachter weer waarschijnlijk
Koster der Nieuwe Kerk
veroordeeld
Wegens verduistering van collecte
gelden tot één jaar en drie
maanden
BENOEMINGEN
In het bisdom Roermond
DE ZAAK-VLIEGEN IN DE
EERSTE KAMER
Verduistering bij Ziekenfonds
WAARSCHUWING TEGEN
EMIGRATIE
Nieuw-Guinea en Suriname spe
ciaal ongeschikt
MAIS voor textiel
100.000 ton op de Neder
landsche markt
DE RALLYE MONTE CARLO
Ploeg Mutsaerts hier te lande
terug
EFFECTEN TERUG GEVONDEN
De dieven wisten er toch geen
raad mee
KANAAL DOOR ZUID-BEVE
LAND
Nog 'n Belgische persbeschouwing
KATHOLIEKE ILLUSTRATIE
65e Jaargang No. 17
Geen spreekuur
De postvluchten
Academische Examens
De katholieke organisatie zal in
den komenden tijd alle actie
richten op verwezenlijking
van het saneeringsplan
Nieuwe ordening
Ieder op zijn plaats!
Hulp der Regeering noodig
Oneerlijke concurrentie
Gelijke belastingen
Bij apothekers en drogisten verkrijgbaar.
In Elstree, het Engelsche Hollywood, werd een film gedraaid: ,,De Koningin".
Daarvoor was noodig een oud stadje te bouwen. Het wordt weer afgebroken, om
plaats te maken voor nieuwe filmsche Potemkin-bouurwerken
De Christelijk-Historische Unie heeft
met een samenvatting van haar
staatkundige herinneringen en een
actueele beginselverklaring haar zilveren
feest gevierd. Zij had het voorrecht, onder
de feestredenaars te tellen een partijlid-
Minister en een de Savornin-Lohman.
Ook de vroegere coalitie-genooten zijn
niet vergeten, wat de Christelijk-Histori-
schen voor hen hebben beteekend. In 1908
vonden jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman,
«en der scherpzinnigste leiders van den
schoolstrijd en een ongemeen rechtvaardige
geest, de warm nationale dr. J. Th de
Visser en mr. J. Schokking elkaar. Maar
nog vóór het christelijk-historisch begin
sel zich terugtrok van Kuyper op Groen,
was het al in de christelijke herleving ook
staatkundig vruchtbaar geweest. Later
vond het leiders als jhr. de Geer, op het
oogenblik de hoofdkracht van partij,
fractie en orgaan, en den man der „Chris
telijk Sociale Studiën", die thans als Mi
nister gelegenheid heeft, zijn theorieën in
het staatsherstel te verwezenlijken en daar
ook met beleid voor opkomt, prof. dr. J.
R. Slotemaker de Bruine.
Het behoeft ook bij een feest niet ver
zwegen te worden, dat de R.K. Staatspartij
zich in het verleden nader gevoelde tot
de Anti-revolutionnairen dan de van dezen
gesplitste zusterpartij. Niet enkel de hou
ding dezer laatste bij de stemming over
den pauselijken gezantschapspost, haar
herhaaldelijke aansluiting bij een politiek-
iiberale gedachten-vorming en andere de
christelijke samenwerking ontbindende
verschijnselen waren hiervan oorzaak.
De ervaring en het voor alle Christenen
bittere leven van heden hebben ook de
Christelijk-Historische Unie veel geleerd.
Het onderling vechten erkende ter feest-
vergadering minister Slotemaker is meer
dan ooit uit den booze, het nationale moet
allen samensnoeren. Niet enkel het natio
nale, vooral het beginsel, dat onze eerste
geloofsverkondigers aan ons volk hebben
verkondigd.
Een religieus-politiek conflict heeft eens
die beide uitstekende mannen De Savornin-
LohmanKuypers gescheiden. Feitelijk
werd de Christelijk-Historische Unie, zoo
als zij zelf erkende, het middel tot ont-
liberaliseering van groote massa's her
vormde kiezers. Maar practisch verdoezel
den wel eens de strevingen naar het reli
gieuze liberalisme. Thans wordt het wacht
woord uitgegeven: raillement om het
beginsel, en is op de herdenkingsvergade
ring aanleiding gevonden voor de vraag,
„of niet op hereeniging van Christelijk-
Historischen en Anti-revolutionnairen moet
Worden aangestuurd?"
Inderdaad zou de volgende kwarteeuw
onzer politiek ontzaglijk aan versterking
van het christelijke beginsel winnen, indien
deze eenheid werd verwezenlijkt.
Evenals in Rusland worden in Duitsch-
land de geestelijken bespied. Ze zijn
niet veilig in hun. eigen huis. Woens
dag werden te München pastoor Mühler en
zijn kapelaans veroordeeld, omdat ze aan
tafel ter pastorie elkaar een mededeeling
hadden gedaan van een communistisch
kritiekje op de regeering, een kritiek, die
zij zelf niet geloofden.
Pastoor Mühler stond vier jaar als vrijwil
liger aan het front voor de verdediging van
het vaderland, dat hem thans vier maanden
als gevangenisboef insluit. Hij was een dap
per soldaat, werd gewond, tot luitenant be
vorderd; na den oorlog hielp hij het nieu
we Duitschland bouwen, bestreed het
Marxisme en bevorderde tucht en orde in
de gemeente, die hem tegen zijn wensch
en wil tot raadslid koos. Toen de nationaal-
socialisten aan het bewind kwamen, be
dankte hij en onthield zich met de stipt
heid van een eerlijk man van elke politieke
beweging.
Maar eenige anti-clericale Hitlerianen,
kleine Führertjes, loerden op hem. Door
-een verraderlijke geste achterhaalden zij,
dat. tijdens een avondeten de pastoor aan
'n paar geestelijken, die mee aanzaten, van
de bittere stemming van communisten tegen
de regeering had verteld. „De stemming
zou begrijpelijk zijn, voegde hij erbij
als hun beschuldiging juist was, maar ik
geloof er niets van."
De rechtbank speculeerde op den anti-
kerkelijken haat der communisten, om den
pastoor te vangen. Zij lieten dezen als ge
tuigen uit een concentratiekamp halen. Uit
het concentratiekamp in Dachau verklaar
de er een, dat de pastoor hem alleen had
bezocht, om hem weer tot de Kerk terug te
brengen. Anderen getuigden, dat pastoor
Mühler zijn geheele leven steeds een der
scherpste bestrijders van marxisme en com
munisme was geweest en een der opbou
wende krachten voor een nationaal-gezind
christelijk Duitschland. Zelfs verklaarde een
rechtsgeleerde, een oorlogskameraad van
den pastoor, dat deze in vaderlandsliefde
door niemand overtroffen kon worden.
Het baatte niets. Barbertje droeg een
pastoorsjas. Barbertje moest hangen. Er
zijn geen rechters meer in Berlijn. En niet
meer in het katholieke München. Er zijn
alleen nog anti-clericalen
De heer Reventlow roept, dat men den
„kardinaalspraat" van een zekeren Von
Faulhaber in diens keel moet smoren. Thans
gaat een pastoor de gevangenis in, maar
als de heer Hitler het satellietendom zijn
gang laat gaan, zal de kardinaal spoedig
volgen.
Achter de vaan van den heer Mussert
meeloopende nationaal-socialisten, gelooft
niet diens verdraagzame woorden, maar
ziet de onverdraagzame werken van diens
geestverwanten, die vóór de revolutie hemel
en aarde aan het christelijk Duitschland
beloofden, en uw geestelijken in de gevan
genis werpen 1
LONDON W. 2, vlak Lij Queens Road Underground
Station en enkele minuten van Olympia en White
City. - Voor Zakenmenschen, die' de British In
dustries Fair bezoeken, een ideale gelegenheid -
Kamer met ontbijt vanai 7 sh. 6 d., volledig
pension 12/- sh. per dag. Fransche keuken.
Directie: Familie D'HONDT
(vroeger te Blankenberghe, België)
Hoe reeds in I860 de Hollanders medeleef
den met den zwaar beproefden Opper
herder, blijkt uit een schrijven van 21 April
van dit jaar door Mgr. Van Vree, den Bisschop
van Haarlem, gezonden aan den Internuntius
Mgr. Vecchiotti. Het schrijven, dat in 'tFransch
gesteld is, laten wij hier vertaald volgen: 1)
„Iemand heeft mij een vraag gesteld, een
tamelijk zonderlinge voor dit land, maar die
toch schijnt voort te komen uit een goed hart,
want zij werd mij ernstig gesteld. Men vroeg
mij, of het toegestaan kan worden, dat iemand
om den H. Stoel te steunen, het onderhoud
van een soldaat in het Pauselijk leger op zich
zou nemen. Het plan is niet een man te zen
den, maar gedurende eenige jaren een som ter
beschikking te stellen, gelijkstaande met de kos
ten van onderhoud van een soldaat. Men be
grijpt dat het eerste jaar de kosten iets hooger
zullen zijn. In geval een onder dien vorm ge
daan aanbod zou aangenomen worden, vraagt
men mij, hoe hoog de te betalen som zal zijn.
Daar ik niet in staat ben op deze vragen te
antwoorden, neem ik de vrijheid, mij tot Uwe
Excellentie te wenden, opdat gij mij doe weten
wat ik hierop moet antwoorden.
Den persoon, die mij deze vraag doet, ken ik
persoonlijk; hij is bereid de verplichting op zich
te nemen de jaarlijksche som te betalen. Hij
is goed Katholiek en tamelijk gefortuneerd. Het
is voor mij een groot genoegen te zien, dat mijn
Katholieken begrepen hebben, dat zij de hand
aan het werk moeten slaan, niet voorbijgaand,
maar duurzaam. Moge de Hemel geven, dat hun
ijver voor de Kerk en haar Opperhoofd gevolgd
worde door de schoonste belooning: de be
keering van het geheele land tot den Katho
lieken Godsdienst. Ik durf mij niet al te zeer
te vleien, maar toch heb ik opgemerkt, dat
sinds enkele maanden de bekeeringen van pro
testanten veelvuldiger zijn, dan zij het sinds
jaren geweest zijn. Er zijn parochies, waar de
bekeeringen bij 10 of 12 geteld worden, maar
zij behooren meestal tot de klassen der werk
lieden en der kleine burgerij."
In het archief der internuntiatuur te 's Gra-
venhage bevindt zich een in het Fransch gesteld
schrijven van 23 April 1868 aan den Internun
tius Mgr. Cattani over het aanbieden van het
eerevaandel aan Z. H. dat wij hier vertaald
laten volgen. Het schrijven is geteekend door
A. M. Hageman, geboren IJzermans, presidente
van het Comité en L. Farensbach, geboren Ker
vel. secretaresse. 2)
„Het Damescomité voor de aanbieding van
het eerevaandel aan de verdedigers van den
H. Stoel neemt bij uw aanstaand vertrek de vrij
heid een suppliek tot Uwe Excellentie te rich
ten. in de hoop, dat u deze zal inwilligen. In
de overtuiging, dat de H. Vader Pius IX des
te liever het geschenk zijner kinderen zal aan
vaarden, wanneer dit aangeboden wordt door be
middeling van zijn welbeminden Internuntius,
verzoeken wij Uwe Excellentie het bovenge
noemde vaandel aan den verheven Opperpries
ter te willen aanbieden uit naam der Katho
lieke vrouwen van Nederland. Deze welwillend
heid van den kant van Uwe Excellentie zal nog
in de oogen van den H. Vader verhoogen dit
bewijs van onze gehechtheid aan den H. Stoel,
onzer toewijding aan zijn zaak en onzer kinder
lijke liefde voor den teederste der Vaders.
Eenige Nederlandsche dames, die reeds lang
hoopten haar hulde te gaan betuigen aan den
onsterfelijken Pius IX, hebben het verlangen
uitgedrukt, deze plechtigheid' bij te wonen en
verzoeken ingelicht te mogen worden over den
tijd, waarop Uwe Excellentie zich te Rome zal
bevinden. Door onze verlangens in te willigen,
zal Uwe Excellentie in het bijzonder verplichten
BATAVIA, 25 Jan. (Aneta) De Volksraad
nam met 33 tegen 19 stemmen het initiatiel-
voorstel-Sandkuyl tot nadere regeling der fis
cale belastbaarheid der stortingen in voorzie
ningsfondsen en verwantenaftrek, en met de
zelfde stemverhouding een soortgelijk initiatief-
voorstel-Fruyn tot regeling der belastbaarheid
der verzekeringspremies, aan.
de Hollandsche katholieke vrouwen, die ons tot
haar tolk gemaakt hebben."
Den Haag. J. KLEUNTJENS S.J.
1) Archief der Internuntiatuur: Busta 21,
No. 1.
2) Archief der Internuntiatuur: Busta 21,
No. 1.
Dit vaandel wordt thans bewaard in het
Bissch. Museum te Haarlem.
De peiiode van lichte tot matige vorst in de
afgeloopen week beantwoordde niet aan de
verwachting, dat het weer veranderlijk en on
rustig tot stormachtig zou zijn. Doordat de
warm-vochtige luchtstroom, die tevoren tot
groote activiteit in den dampkring had geleid,
naar het Westen teruggeweken was, trad hier
en over Midden-Europa een zeer rustige weers-
toestand in, die gunstig was voor lichte vorst
tengevolge van sterke warmte-uitstraling. De
verwachting, dat het niet zou komen tot sterke
en langdurige voist werd aanvankelijk niet be
schaamd. De algemeene luchtdrukverdeeling
was daartoe niet gunstig. Het nieuw gevormde
gebied van hoogen druk vestigde zich eerst
over Cèntraal-Europa en vertoont nu een ster
ke neiging zich gaandeweg naar het Zuid-
Oosten terug te trekken. Onde, tusschen blijft
de luchtdrukking laag over den Atlantischen
Oceaan en zoolang deze luchtdrukverdeeling
zoo blijft, heeft de warm-vochtige luchtstroom
uit het Zuid-Westen meer beteekenis voor den
weerstoestand bij ons en in West-Europa dan
een koude, Oostelijke, die pas zou kunnen door
komen, wanneer de luchtdruk over N. O.-
Europa steeg en in het Zuiden daalde.
Hierop bestaat zeer weinig kans. Integen
deel, algemeen wordt verwacht, dat het gebied
van hoogen druk zich nog meer naar het Zuid-
Oosten zal terugtrekken, waa. door de invloe
den der depressies, die in het Noord-Westen
voorbijtrekken, hier te lande hoe langer hoe
meer merkbaar zullen worden. Dit bleek trou
wens reeds uit de daling van den ba: ometer
in de laatste dagen, die in verband stond met
de nadering van een secundaire depressie ten
Westen der Britsche eilanden.
Bij het vaststellen der vooruitzichten voor
het einde der week zal men daarom in de
eerste plaats op de veranderingen in het Wes
ten moeten letten. In het algemeen woidt ver
wacht, dat de warm-vochtige W-wind zich
meer en meer baan zal breken in de richting
van het Vasteland, zoodat eerder een periode
van zachter weer dan van lichte vorst is te
verwachten.
Overigens zijn de weersvooruitzichten voor
den week-overgang onzeker. De uit het Wes
ten opgekomen storing kan tegen Zondag ge
passeerd zijn en kan gevolgd worden door een
kort durende opklaring, waarna de aanvan
kelijk iets gestegen temperatuur tot nabij het
vriespunt terugvallen kan. Dat het daarna
spoedig zal komen tot een definitieve beslis
sing tusschen zacht en vriezend weer lijkt niet
waarschijnlijk. Met lichte vorst bij opklaring
in den nacht moet nog rekening worden ge
houden.
(Nadruk verboden)
De Vierde Kamer der Arrondissementsrecht
bank veroordeelde den gewezen koster van de
Nieuwe Kerk te Amsterdam, wegens verduis
tering, meerdere malen gepleegd, tot een ge
vangenisstraf van één jaar en drie maanden
Het O. M. had één jaar en zes maanden ge-
requireerd.
De man had in den loop der jaren groote
bedragen aan collectegelden samen 13000 gul
den te eigen bate aangewend. Hij was in han
den gevalltn van woekeraars.
In de dagvaarding waren zes gevallen tot
een totaal bedrag van 2000 gulden ten laste
gelegd.
De verdediger had voorwaardelijk gepleit.
Z. H. Exc. Mgr. Dr. C. Lemmens, bisschop
van Roermond, heeft eervol ontslag verleend
als pastoor te Afferden aan den weleerw. heer
W. H. Berden,
en heeft benoemd:
tot pastoor te Afferden den weleerw. heer
J. A. Peeters,
tot pastoor te America den weleerw. heer J
C. C. B. Jansen,
tot pastoor te Geisteren den weleerw. heer
F. J. Ortmans, die kapelaan was te Haelen.
In een aanvulling op het voorloopig verslag
van de commissie van rapporteurs der Tweede
Kamer over het ontwerp van wet tot vaststel
ling van hoofdstuk III (Departement van Bui-
tenlandsche Zaken) der Rijksbegrooting voor
het dienstjaar 1934 hebben een: ge leden de op
merking gemaakt, dat zij zich de vrijheid voor
behouden de aangelegenheid betreffende het
ontslag van den heer Vliegen als lid van de
afvaardiging ter Ontwapeningsconferentie bij
de openbare behandeling van dit begrootings-
hoofdstuk ter sprake te brengen.
De politierechter te Middelburg veroordeelde
den 44-jarigen koffiehuishouder H. te Schoone-
dijke tot drie maanden gevangenisstraf, we
gens verduistering van f 419 ten nadeele van
het ziekenfonds „Hulp in Nood", aldaar.
Donderdagavond hield dr. A. A. L. Rutgers,
oud-gouverneur van Suriname en lid der
Tweede Kamer, een lezing voor de afdeeling
Utrecht van het Ned. Werkliedenverbond Pa
trimonium over het onderwerp: Is emigratie
naar onze koloniën mogelijk? Dit onderwerp,
aldus spr., is reeds honderd jaar aan de orae
en verdient nog steeds aller belangstelling,
vooral in tijden van crisis en malaise als we
thans beleven. Vooral de mogelijkheid van emi
gratie naar Suriname en Nieuw Guinea wordt
thans veelvuldig overwogen. Tal van landen
hebben hun grenzen voor emigranten gesloten.
Zoo is de toestand. Maar emigratie is door alle
eeuwen heen een remedie voor overbevolking
geweest en zou ook in onzen tijd als zoodanig
nog dienst kunnen doen. Is het niet mogelij k
de emigratie uit ons land te richten op onze
eigen koloniën? De politieke beteekenis van
een dergelijke emigratie, indien ze mogelijk is.
zou groot zijn. Het is begrijpelijk, aldus spr.
dat men getracht heeft in die richting wat te
bereiken. De groote vraag of emigratie naar
onze koloniën mogelijk is werd door spr. op
grond van de historie ontkennend beantwoord
waarbij een aantal voorbeelden uit Oost en
West-Indié werden aangehaald. Doch ook op
theoretische gronden moet de vraag ontken
nend beantwoord worden. Wie door eigen han
denarbeid in de tropen en wel door den land
bouw in eigen onderhoud wil voorzien, wordt
dan genoodzaakt af te dalen tot het peil der
Aziatische landbouwers. Rekent men hun in
komsten in geld om dan komt men tot de
conclusie dat de Oostersche landbouwer leeft
van pl.m. 150 gulden per jaar. Hij, die het
Europeeschc cultuurpeil en de westersche ge
woonten wil handhaven, moet geen landbou
wer worden in de tropen, zeker niet als hy zijn
kinderen een opvoeding vul geven die op wes-
tersch peil staat. Nog niemand heeft den be
drijfsvorm en de bedrijfsmiddelen kunnen aan
wijzen, waarmede de Europeaan als klein'.and-
bouwer in de tropen een dragelijk bestaan kan
vinden. Daarvan bestaat ook geen enkel voor
beeld, dat ter navolging kan trekken. Zelfs
voor de Info-Europeanen, die zooveel voor heb
ben op nieuwe immigranten, is het bijna on
mogelijk daarin een loonend bestaan te vin
den, hoeveel temeer dan voor nieuwe immi
granten. Wat Nieuw Guinea en Suriname be
treft, deze aclftte spr. bijzonder ongeschikt
voor emigratie uit Nederland, want de medi
sche, economische en cultureele bezwaren zijn
daar nog grooter dan op Java en Sumatra
Gedurende de geheele 19e eeuw heeft de regee
ring het standpunt ingenomen dat emigratie
naar de koloniën geen kans van slagen heeft.
Ook de pogingen om met reeds in Indië ge
vestigde Europeanen klein-landbouw te be
oefenen zijn mislukt. Het verschil in levens
standaard maakt dat pogingen tot emigratie
van Europeanen naar de koloniën weinig kans
van slagen hebben. De conclusie van spr. was.
dat de regeering tereent ernstig gewaarschuwd
heeft tegen de emigratieplannen, waarvoor den
laatsten tijd veel reclame is gemaakt.
In de kringen van den handel schat men de
hoeveelheid Ned.-Indische mais, die op de Ne
derlandsche markt zal worden geplaatst in ruil
voor door Ned.-Indië te betrekken textielgoe-
deren, op 100.000 ton.
Naar het „Handelsblad" meldt, zal deze mais
via de gr„ancentrale worden gedistribueerd door
de huizen die steeds in Indische mais hebben
gehandeld. Het aantal daarvan is betrekkelijk
klein. Op regelmatige aanvoeren van deze mais
kon nooit gerekend worden. Men zal trachten
in Februari/Maart een aanvang te maken met
de verschepingen van deze mais, omdat in het
vroege voorjaar de vraag naar mais in den
regel groot is. De verschepingen van nieuwe
mais uit Argentinië plegen in April aan te van
gen. Het spreekt van zelf dat de Indische leve
ranties ten kost» zullen komen van de Argen-
tijnsche aanvoeren, die op de Nederlandsche
markt het leeuwenaandeel van den aanvoer
plegen uit te maken.
De prijzen van deze mais zullen zich in den
handel moeten aanpassen aan die van Plata-
en Donau-mais, maar de marktprijs geeft na
tuurlijk geen aanwijzing omtrent Je verreke
ning der transacties tusschen de Nederlandsche
en de Nederlandsch-Indische regeering.
De ploeg Mutsaerts, welke gestart was uit
Buearest en op het eerste gedeelte van dit
traject met zwaren sneeuwval heeft te kampen
gehad, is thans hier te lande teruggekeerd. De
reden van het opgeven van den tocht na Praag
is thans bekend geworden.
Nabij Praag is de wagen namelijk tengevolge
van buitengewone gladheid van den weg afge
gleden en na een boom te hebben geraakt in
een kuil terecht gekomen, waardoor hij met
een slag omsloeg. Aanvankelijk meende men
dat de opgeloopen schade niet verder ging dan
eenige deuken en is men, nadat de wagen
weder overeind gezet was, doorgereden. Korten
tijd later bleek echter, dat het gevaar zou op
leveren om met de groote snelheden, welke
de sterrit naar Monte Carlo om het vereisch-
te gemiddelde te maken noodig maakt, door
te zetten. Men besloot daarom met een wat
langzamer tempo naar huis te rijden.
Het is jammer, dat deze ploeg, die overi
gens door eenige malen verloren tijd op krani
ge wijze door goed rijden weder in te halen,
bewezen heeft tot een flinke prestatie in staat
te zijn, zoodanige pech heeft gehad.
Door het zoontje van den heer T. te Langen-
boom (N.Br.) is op een binnenweg tusschen
struikgewas een bundeltje effecten gevonden.
Bij onderzoek bleek dit afkomstig te zijn van
de inbraak, welke eenige weken geleden bij ge
broeders van H. was gepleegd. Behalve deze
waardepapieren waren daar uit een brand
kast nog ongeveer f 2000.aan contant geld
gestolen. De dieven hebben de effecten waar
schijnlijk weggeworpen, omdat zij deze toch niet
konden verzilveren. Het gevondene is bij de
politie gedeponeerd.
Onze aandacht werd getrokken door het
volgende brokstukje uit de pas uitge
sproken Nieuwjaarsrede van Burgemees.
ter van Hout te Helmond, die met grooten érnst
en nadruk wees op den belangrijken achteruit
gang van het geboortecijfer daar ter stede:
„Dit cijfer bedroeg n.l: over de jaren 1903,
1914 (begin van den oorlog) en 1933. respec
tievelijk 42.92, 36.34 en 27 per 1000 inwoners.
„Treurig is het, dat dus overtuigend vast
staat, dat het moderne kwaad, het Neo-Mal-
thusianisme aangewakkerd door de on
gunstige tijdsomstandigheden als wereldoor
log en algeheele malaise geweldig heeft
voortgewoekerd."
Ongunstige tijdsomstandigheden zullen mo
gelijk niet geheel vreemd zijn aan het gesigna
leerde ernstige verschijnsel. Toch ligt de hoofd
oorzaak stellig elders.
In het katholieke Helmond heeft zich het
socialisme genesteld. Ziehier hoe het sinds 1927
vooruitging: Statenverkiezing 1927: 509 socia
listische stemmen; Kamerverkiezing 1929: 903;
Statenverkiezing 1931: 1423; Kamerverkiezing
1933: 1299. Deze laatste verkiezing bracht bo
vendien 148 communistische stemmen.
Waar het socialisme komt, treedt tevens het
ongeloof binnen, het ongeloof in zijn diverse
schakeeringen. Het zou een wonder zijn. indien
de voortschrijding van het socialisme niet te
vens den vooruitgang van het Neo-Malthusia-
nisme met zich bracht.
De les van Helmond mag niet worden mis
verstaan.
Geloofsafval, vrijdenkerij, geboortebeperking
en andere uitingen van den materialistischen
geest zijn vol-rijpe vruchten van den rooden
boom.
De correspondent van d: „N. Rott. C." te
Brussel meldt:
Na de sociaal-democratische Volksgazet wijdt
de Katholieke-Vlaamsche Courant De Stan
daard, vaak door den minister van openbare
werken G. Sap. als spreekbuis gebruikt, op haar
beurt een als hoofdartikel geplaatste beschou
wing over de kwestie van het kanaal door
Zuid-Beveland. De Standaard is zeer slecht te
spreken, zoowel over het ontwerp van minister
Kalff als over de artikelen in verband met dit
vraagstuk in enkele Nederlandsche dagbladen
verschenen. De beschouwingen van prof. van
Vuuren in de N.R.C. acht het Brusselsche blad
..bijzonder opvallend" te zijn. Het schrijft dan
ook verder desbetreffend:
Daarin krijgen wij onder meer te lezen dat
het servituut voorzien in paragraaf 8 van art.
-a van het tractaat van 1830 eene ongerijmd
heid is en dat Nederland in geval van onbruik
baar worden der bestaande verbindingswateren
tusschen Schelde en Rijn enkel verplicht is be
staande natuurlijke waterwegen eenzijdig aan
België aan te wijzen en in geen geval gehou
den kan wezen nieuwe wegen te maken ter ver
vanging van de oude.
Als Nederland dus, in geval het Hellegat,
moest verzanden, ons den omweg over het Ha
ringvliet, het Spui en de oude Maas aanwijst, of
de route over Maastricht de Limburgsche Maas
en het Maas-Waalkanaal, zouden wij dit zonder
meer hebben te aanvaarden als 'n volledige uit
voering van Nederlands concentioneele ver
plichtingen in zake de Antwerpen-Rijnverbin-
ding.
De heer Van Vuuren voegt er nog aan toe
dat de vaarweg van Antwerpen naar de Oos-
terschelde en voorts naar den Rijn niet bestond
en reeds in de 17de eeuw was verdwenen als
men het toen een vaarweg noemen kon.
De bepalingen der tractaten die betrekking
hebben op het behouden of het vervangen van
dezen vaarweg missen dus elke practische be
teekenis en Nederland was zelfs niet verplicht
een vaarweg die reeds een eeuw lang niet meer
bestond door een anderen te vervangen!
Met andere woorden. Nederland had in 1867
het recht de scheepvaart van Gene en Antwer
pen buitenom rond Walcheren te leiden, daar
het Sloe usschen Walcheren en Zuid-Beveland
eveneens afgedamd was en n tuurlük evenmin
als het Kreekrak diende vervangen te worden!
Een paar mooie staaltjes voorwaar van den
goeden wil en fair play waarmede men maar
al te vaak in zekere Nederlandsche pers de
goede verstandhouding met het buurland tracht
te vertroebelen."
In dit nummer zien we twee staatkundig;
persoonlijkheden van geheel verschillende struc
tuur geteekend: Prins Frederik Hendrik, die, bij
de 300ste herdenking van zijn geboortedag, een
„sieraad onzer gouden eeuw" wordt genoemd
en ex-keizer Wilhelm II, wiens rol reeds lang is
uitgespeeld, maar die nu door zijn 75sten ver
jaardag nog even de aandacht trekt. De zeeslang
van Loch Ness geeft de redactie aanleiding tot
het uitstallen van een serie historische zeemon
sters. Als in tegenstelling met dat gedierte wordt
in woord en beeld het slooperswerk van hout
wormen en andere duisterlingen geschetst. De
verlaten kerken in de hoofdstad krijgen op de
middenpagina's een eerbiedigen afscheidsgroet.
De bekende Vlaamsche schrijver Ernest Claes
is aan 't woord in een smakelijke jeugdvertel
ling „Van Sint Janneke en Sint Jozef" waarna
Wim Snitker met een kort doch fijn verhaaltje
„Opus 3, Engelenmis" uitkomt. De gewone ru
brieken worden weer op de bekende wijze ver
zorgd.
„De Witte Raaf" levert ons ook weer vertel
lingen, luimige gedichtjes, vrooiyke boutades en
ernstige opmerkingen, plaatjes en moppen by de
vleet.
De directeur-generaal der P. T. en T. is ver
hinderd heden zyn gewone wekelijksche spreek
uur te houden.
De „Pelikaan" uitreis, en de „Snip", thuisreis,
zqn te Bangkok geland.
LEIDEN. Doctoraal examen rechten, de heer
H. J. M. Hoogeveen en mej. B. Blom.
De Ned. R. K. Middenstandsbond heeft op
zijn op 28 September j.l. te Breda gehouden
congres de noodzakeiykheid behandeld der
wettelijke bescherming van de kleinonderne-
ming, speciaal in den détailhandel, in het
licht van ordening en saneering der betrokken
takken van bedryf.
Na voorbereiding voor het hoofdbestuur is
op 23 November 1933 het Centraal Besnuur van
den Ned. R.K. Middenstandsbond bijeengeko
men, teneinde de door den N. R. K. M, noodza-
keiyk geachte maatregelen op het punt van
ordening, saneeiing en bescherming tot in by-
zonderheden vast te stellen.
De Ned. R.K. Middenstandsbond stelt voor
op, dat elke actie voor ingrüpen van buitenaf,
om tot verbetering van de positie van de mid
denstandsonderneming te geraken, gepaard
dient te gaan aan het krachtig ter hand nemen
van de verbetering van het middenstandsbe-
diyf door den middenstand zelve.
Slechts dan zal van een roep om bescher
ming heil mogen worden verwacht, wanneer
de middenstand, collectief èn als afzonderlek
ondernemer, metterdaad toont te beseffen, dat
er ook voor hem een ordenende en saneerende
taak ligt.
Individueel moet aan eiken middenstander
de eisch worden gesteld, dat hy toont zyn
plaats, welke hij in het economisch leven be
schermd wenscht te zien, met recht in te ne
men. De vervulling van zyn economische func
tie zy zoodanig, dat zij sociaal en economisch
aan hooge eischen beantwoordt.
Bedrüfsinrichting en bedrijfsbeheer behooren
in het middenstandsbedrijf volkomen op de
hoogte van den tyd te zijn of ten spoedigste
te worden gebracht.
Zoowel stands- als vakorganisatie hebben tot
taak haar werkzaamheid ten aanzien van dit
punt met kracht voort te zetten Naast het be
vorderen van de activiteit harer leden in de
vooromschreven richting, ligt voor hen een bij
zonder werkterrein in het propageeren van eco
nomische samenwerking tusschen ondernemers
in denzelfden tak van bedryf.
Van de Regeeiing vraagt de Ned. R.K. Mid
denstandsbond, teneinde op zoo kort mogelijken
termyn in het bijzonder in den détailhandel
tot ordening en saneering en binnen dat
kader tot bescherming van het zelfstandige
middenstandsbedryf te kunnen geraken:
Ten eerste tydelijke stopzetting van vesti
ging, of met vestiging gelijk te stellen uitbrei
ding of bedryfsomzetting, in den détailhandel
gedurende twee jaren en wel voor eiken on-
dernemings- en bedryfsvorm, verbruikscoöpe
raties en filialen niet uitgezonderd.
Uitzonderingen op dezen regel zullen moeten
worden kunnen worden gesteld door de ge
meentelijke overheid, in met name by de wet
te noemen gevallen, na advies van een plaat
selijke permanente commissie, samen te stellen
uit leden, aangewezen door den Gemeenteraad,
Kamer van Koophandel in het ressort en ge
organiseer den middenstand.
Ten tweede. Gedurende het tydvak, waarin
het vestigingsverbod geldt, moeten door de ge
organiseerde bedry'fsgenooten (werkgevers en
werknemers) branchegewijs normen worden
ontworpen, waaraan nieuwe ondernemers en
ondernemingen in de betreffende branche moe
ten voldoen alvorens zij zich in die bianche
kunnen vestigen.
Met kracht worde door de overheid ter hand
genomen de bestryding der oneerlyke en der
in ruimen zin sociaal-economisch ontoelaat-
1 bare concunentie-middelen.
Met name valt hieronder: de regeling van
het uitverkoopwezen, een algeheel verbod van
toepassing van het cadeaustelsel wettelijke re
geling van het rabat- en kortingstelsel en ver
wijdering en wering uit de warenhuizen van
die instellingen en afdeelingen, weike meer op
het verlokken van het publiek, dan op een
voorziening in behoefte zijn ingesteld.
Tenslotte uitbreiding van de wettelyke be
palingen op de oneerlyke concurrentie tot een
wet tot bestrijding der oneerlijke en ot.toelaat-
9
bare concurrentie in den ruimsten zin des
woords.
De vestiging en uitbreiding der grootonder
neming in den détailhandel en der coöperatie
buiten het persoonlyk economisch werkte, rein
der deelnemers zal b 1 ij v e n d worden gebon
den aan een vergunning, af te geven door een
plaatselyke instantie, met dien verstan-
d e dat deze vergunning alleen kan wor
den afgegeven als de wenschelijkheid van de
betreffende vestiging of uitbreiding in sociaal-
economisch opzicht positief is aange
toond.
Het stelsel van vestigingseischen worde te
vens ingevoerd voor de diverse takken van
klein-industrieel bedryf en de in deze Dedryfs-
takken werkzame productie- of bewerkings
coöperaties.
Invoering van den spertyd worde tevens mo
gelyk gemaakt voor met name te noemen tak
ken van klein-industrieel bedryf.
Een eind worde gemaakt aan de bevoorrech
ting van het in N. V. of coöperatieven vorm
gevoerde bedrijf boven het bedryf van den
natuurlijken persoon, welke door de stelsels van
D. T. B. en Inkomstenbelasting wordt mogelyk
gemaakt.
In aansluiting op de voorgaande punten en
ter verwezenlijking van de volledige ordening
der bedrijfstakken door de georganiseerde oe-
drijfsgenooten zelf, zal de N. R. K. M. zijn actie
voor bedryfsorganisatie op publiekrechtelyken
grondslag onverminderd voortzetten.
Het Centraal Bestuur van den Ned. R. K.
Middenstandsbond heeft besloten de weikzaam-
heid der geheele stands- en vakbeweging zoo
krachtig mogelyk te richten op de propagee
ring en spoedige verwezenlijking van dit Sa-
neeringsprogram, naast het in September j.l-
aan de Regeering aangeboden Urgentieprogram
van den N. R. K. M.