Prikkeldraad 25 jaar politiek Een gezond Middenstandsbedrijf HET WEER OP ZONDAG MEER SAMENWERKING VRIJDAG 26 JANUARI EEN STADJEVERDWIJNT rer,flQn£p De les van Helmond Nationaal-Socialisme BAYSWATER HOTEL Koad De Hollaxidsche Zouaven Een brief uit 1880 Het eerevaandel Fiscale belastbaarheid Voorloopig weinig kans op vorst. Iets zachter weer waarschijnlijk Koster der Nieuwe Kerk veroordeeld Wegens verduistering van collecte gelden tot één jaar en drie maanden BENOEMINGEN In het bisdom Roermond DE ZAAK-VLIEGEN IN DE EERSTE KAMER Verduistering bij Ziekenfonds WAARSCHUWING TEGEN EMIGRATIE Nieuw-Guinea en Suriname spe ciaal ongeschikt MAIS voor textiel 100.000 ton op de Neder landsche markt DE RALLYE MONTE CARLO Ploeg Mutsaerts hier te lande terug EFFECTEN TERUG GEVONDEN De dieven wisten er toch geen raad mee KANAAL DOOR ZUID-BEVE LAND Nog 'n Belgische persbeschouwing KATHOLIEKE ILLUSTRATIE 65e Jaargang No. 17 Geen spreekuur De postvluchten Academische Examens De katholieke organisatie zal in den komenden tijd alle actie richten op verwezenlijking van het saneeringsplan Nieuwe ordening Ieder op zijn plaats! Hulp der Regeering noodig Oneerlijke concurrentie Gelijke belastingen Bij apothekers en drogisten verkrijgbaar. In Elstree, het Engelsche Hollywood, werd een film gedraaid: ,,De Koningin". Daarvoor was noodig een oud stadje te bouwen. Het wordt weer afgebroken, om plaats te maken voor nieuwe filmsche Potemkin-bouurwerken De Christelijk-Historische Unie heeft met een samenvatting van haar staatkundige herinneringen en een actueele beginselverklaring haar zilveren feest gevierd. Zij had het voorrecht, onder de feestredenaars te tellen een partijlid- Minister en een de Savornin-Lohman. Ook de vroegere coalitie-genooten zijn niet vergeten, wat de Christelijk-Histori- schen voor hen hebben beteekend. In 1908 vonden jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman, «en der scherpzinnigste leiders van den schoolstrijd en een ongemeen rechtvaardige geest, de warm nationale dr. J. Th de Visser en mr. J. Schokking elkaar. Maar nog vóór het christelijk-historisch begin sel zich terugtrok van Kuyper op Groen, was het al in de christelijke herleving ook staatkundig vruchtbaar geweest. Later vond het leiders als jhr. de Geer, op het oogenblik de hoofdkracht van partij, fractie en orgaan, en den man der „Chris telijk Sociale Studiën", die thans als Mi nister gelegenheid heeft, zijn theorieën in het staatsherstel te verwezenlijken en daar ook met beleid voor opkomt, prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine. Het behoeft ook bij een feest niet ver zwegen te worden, dat de R.K. Staatspartij zich in het verleden nader gevoelde tot de Anti-revolutionnairen dan de van dezen gesplitste zusterpartij. Niet enkel de hou ding dezer laatste bij de stemming over den pauselijken gezantschapspost, haar herhaaldelijke aansluiting bij een politiek- iiberale gedachten-vorming en andere de christelijke samenwerking ontbindende verschijnselen waren hiervan oorzaak. De ervaring en het voor alle Christenen bittere leven van heden hebben ook de Christelijk-Historische Unie veel geleerd. Het onderling vechten erkende ter feest- vergadering minister Slotemaker is meer dan ooit uit den booze, het nationale moet allen samensnoeren. Niet enkel het natio nale, vooral het beginsel, dat onze eerste geloofsverkondigers aan ons volk hebben verkondigd. Een religieus-politiek conflict heeft eens die beide uitstekende mannen De Savornin- LohmanKuypers gescheiden. Feitelijk werd de Christelijk-Historische Unie, zoo als zij zelf erkende, het middel tot ont- liberaliseering van groote massa's her vormde kiezers. Maar practisch verdoezel den wel eens de strevingen naar het reli gieuze liberalisme. Thans wordt het wacht woord uitgegeven: raillement om het beginsel, en is op de herdenkingsvergade ring aanleiding gevonden voor de vraag, „of niet op hereeniging van Christelijk- Historischen en Anti-revolutionnairen moet Worden aangestuurd?" Inderdaad zou de volgende kwarteeuw onzer politiek ontzaglijk aan versterking van het christelijke beginsel winnen, indien deze eenheid werd verwezenlijkt. Evenals in Rusland worden in Duitsch- land de geestelijken bespied. Ze zijn niet veilig in hun. eigen huis. Woens dag werden te München pastoor Mühler en zijn kapelaans veroordeeld, omdat ze aan tafel ter pastorie elkaar een mededeeling hadden gedaan van een communistisch kritiekje op de regeering, een kritiek, die zij zelf niet geloofden. Pastoor Mühler stond vier jaar als vrijwil liger aan het front voor de verdediging van het vaderland, dat hem thans vier maanden als gevangenisboef insluit. Hij was een dap per soldaat, werd gewond, tot luitenant be vorderd; na den oorlog hielp hij het nieu we Duitschland bouwen, bestreed het Marxisme en bevorderde tucht en orde in de gemeente, die hem tegen zijn wensch en wil tot raadslid koos. Toen de nationaal- socialisten aan het bewind kwamen, be dankte hij en onthield zich met de stipt heid van een eerlijk man van elke politieke beweging. Maar eenige anti-clericale Hitlerianen, kleine Führertjes, loerden op hem. Door -een verraderlijke geste achterhaalden zij, dat. tijdens een avondeten de pastoor aan 'n paar geestelijken, die mee aanzaten, van de bittere stemming van communisten tegen de regeering had verteld. „De stemming zou begrijpelijk zijn, voegde hij erbij als hun beschuldiging juist was, maar ik geloof er niets van." De rechtbank speculeerde op den anti- kerkelijken haat der communisten, om den pastoor te vangen. Zij lieten dezen als ge tuigen uit een concentratiekamp halen. Uit het concentratiekamp in Dachau verklaar de er een, dat de pastoor hem alleen had bezocht, om hem weer tot de Kerk terug te brengen. Anderen getuigden, dat pastoor Mühler zijn geheele leven steeds een der scherpste bestrijders van marxisme en com munisme was geweest en een der opbou wende krachten voor een nationaal-gezind christelijk Duitschland. Zelfs verklaarde een rechtsgeleerde, een oorlogskameraad van den pastoor, dat deze in vaderlandsliefde door niemand overtroffen kon worden. Het baatte niets. Barbertje droeg een pastoorsjas. Barbertje moest hangen. Er zijn geen rechters meer in Berlijn. En niet meer in het katholieke München. Er zijn alleen nog anti-clericalen De heer Reventlow roept, dat men den „kardinaalspraat" van een zekeren Von Faulhaber in diens keel moet smoren. Thans gaat een pastoor de gevangenis in, maar als de heer Hitler het satellietendom zijn gang laat gaan, zal de kardinaal spoedig volgen. Achter de vaan van den heer Mussert meeloopende nationaal-socialisten, gelooft niet diens verdraagzame woorden, maar ziet de onverdraagzame werken van diens geestverwanten, die vóór de revolutie hemel en aarde aan het christelijk Duitschland beloofden, en uw geestelijken in de gevan genis werpen 1 LONDON W. 2, vlak Lij Queens Road Underground Station en enkele minuten van Olympia en White City. - Voor Zakenmenschen, die' de British In dustries Fair bezoeken, een ideale gelegenheid - Kamer met ontbijt vanai 7 sh. 6 d., volledig pension 12/- sh. per dag. Fransche keuken. Directie: Familie D'HONDT (vroeger te Blankenberghe, België) Hoe reeds in I860 de Hollanders medeleef den met den zwaar beproefden Opper herder, blijkt uit een schrijven van 21 April van dit jaar door Mgr. Van Vree, den Bisschop van Haarlem, gezonden aan den Internuntius Mgr. Vecchiotti. Het schrijven, dat in 'tFransch gesteld is, laten wij hier vertaald volgen: 1) „Iemand heeft mij een vraag gesteld, een tamelijk zonderlinge voor dit land, maar die toch schijnt voort te komen uit een goed hart, want zij werd mij ernstig gesteld. Men vroeg mij, of het toegestaan kan worden, dat iemand om den H. Stoel te steunen, het onderhoud van een soldaat in het Pauselijk leger op zich zou nemen. Het plan is niet een man te zen den, maar gedurende eenige jaren een som ter beschikking te stellen, gelijkstaande met de kos ten van onderhoud van een soldaat. Men be grijpt dat het eerste jaar de kosten iets hooger zullen zijn. In geval een onder dien vorm ge daan aanbod zou aangenomen worden, vraagt men mij, hoe hoog de te betalen som zal zijn. Daar ik niet in staat ben op deze vragen te antwoorden, neem ik de vrijheid, mij tot Uwe Excellentie te wenden, opdat gij mij doe weten wat ik hierop moet antwoorden. Den persoon, die mij deze vraag doet, ken ik persoonlijk; hij is bereid de verplichting op zich te nemen de jaarlijksche som te betalen. Hij is goed Katholiek en tamelijk gefortuneerd. Het is voor mij een groot genoegen te zien, dat mijn Katholieken begrepen hebben, dat zij de hand aan het werk moeten slaan, niet voorbijgaand, maar duurzaam. Moge de Hemel geven, dat hun ijver voor de Kerk en haar Opperhoofd gevolgd worde door de schoonste belooning: de be keering van het geheele land tot den Katho lieken Godsdienst. Ik durf mij niet al te zeer te vleien, maar toch heb ik opgemerkt, dat sinds enkele maanden de bekeeringen van pro testanten veelvuldiger zijn, dan zij het sinds jaren geweest zijn. Er zijn parochies, waar de bekeeringen bij 10 of 12 geteld worden, maar zij behooren meestal tot de klassen der werk lieden en der kleine burgerij." In het archief der internuntiatuur te 's Gra- venhage bevindt zich een in het Fransch gesteld schrijven van 23 April 1868 aan den Internun tius Mgr. Cattani over het aanbieden van het eerevaandel aan Z. H. dat wij hier vertaald laten volgen. Het schrijven is geteekend door A. M. Hageman, geboren IJzermans, presidente van het Comité en L. Farensbach, geboren Ker vel. secretaresse. 2) „Het Damescomité voor de aanbieding van het eerevaandel aan de verdedigers van den H. Stoel neemt bij uw aanstaand vertrek de vrij heid een suppliek tot Uwe Excellentie te rich ten. in de hoop, dat u deze zal inwilligen. In de overtuiging, dat de H. Vader Pius IX des te liever het geschenk zijner kinderen zal aan vaarden, wanneer dit aangeboden wordt door be middeling van zijn welbeminden Internuntius, verzoeken wij Uwe Excellentie het bovenge noemde vaandel aan den verheven Opperpries ter te willen aanbieden uit naam der Katho lieke vrouwen van Nederland. Deze welwillend heid van den kant van Uwe Excellentie zal nog in de oogen van den H. Vader verhoogen dit bewijs van onze gehechtheid aan den H. Stoel, onzer toewijding aan zijn zaak en onzer kinder lijke liefde voor den teederste der Vaders. Eenige Nederlandsche dames, die reeds lang hoopten haar hulde te gaan betuigen aan den onsterfelijken Pius IX, hebben het verlangen uitgedrukt, deze plechtigheid' bij te wonen en verzoeken ingelicht te mogen worden over den tijd, waarop Uwe Excellentie zich te Rome zal bevinden. Door onze verlangens in te willigen, zal Uwe Excellentie in het bijzonder verplichten BATAVIA, 25 Jan. (Aneta) De Volksraad nam met 33 tegen 19 stemmen het initiatiel- voorstel-Sandkuyl tot nadere regeling der fis cale belastbaarheid der stortingen in voorzie ningsfondsen en verwantenaftrek, en met de zelfde stemverhouding een soortgelijk initiatief- voorstel-Fruyn tot regeling der belastbaarheid der verzekeringspremies, aan. de Hollandsche katholieke vrouwen, die ons tot haar tolk gemaakt hebben." Den Haag. J. KLEUNTJENS S.J. 1) Archief der Internuntiatuur: Busta 21, No. 1. 2) Archief der Internuntiatuur: Busta 21, No. 1. Dit vaandel wordt thans bewaard in het Bissch. Museum te Haarlem. De peiiode van lichte tot matige vorst in de afgeloopen week beantwoordde niet aan de verwachting, dat het weer veranderlijk en on rustig tot stormachtig zou zijn. Doordat de warm-vochtige luchtstroom, die tevoren tot groote activiteit in den dampkring had geleid, naar het Westen teruggeweken was, trad hier en over Midden-Europa een zeer rustige weers- toestand in, die gunstig was voor lichte vorst tengevolge van sterke warmte-uitstraling. De verwachting, dat het niet zou komen tot sterke en langdurige voist werd aanvankelijk niet be schaamd. De algemeene luchtdrukverdeeling was daartoe niet gunstig. Het nieuw gevormde gebied van hoogen druk vestigde zich eerst over Cèntraal-Europa en vertoont nu een ster ke neiging zich gaandeweg naar het Zuid- Oosten terug te trekken. Onde, tusschen blijft de luchtdrukking laag over den Atlantischen Oceaan en zoolang deze luchtdrukverdeeling zoo blijft, heeft de warm-vochtige luchtstroom uit het Zuid-Westen meer beteekenis voor den weerstoestand bij ons en in West-Europa dan een koude, Oostelijke, die pas zou kunnen door komen, wanneer de luchtdruk over N. O.- Europa steeg en in het Zuiden daalde. Hierop bestaat zeer weinig kans. Integen deel, algemeen wordt verwacht, dat het gebied van hoogen druk zich nog meer naar het Zuid- Oosten zal terugtrekken, waa. door de invloe den der depressies, die in het Noord-Westen voorbijtrekken, hier te lande hoe langer hoe meer merkbaar zullen worden. Dit bleek trou wens reeds uit de daling van den ba: ometer in de laatste dagen, die in verband stond met de nadering van een secundaire depressie ten Westen der Britsche eilanden. Bij het vaststellen der vooruitzichten voor het einde der week zal men daarom in de eerste plaats op de veranderingen in het Wes ten moeten letten. In het algemeen woidt ver wacht, dat de warm-vochtige W-wind zich meer en meer baan zal breken in de richting van het Vasteland, zoodat eerder een periode van zachter weer dan van lichte vorst is te verwachten. Overigens zijn de weersvooruitzichten voor den week-overgang onzeker. De uit het Wes ten opgekomen storing kan tegen Zondag ge passeerd zijn en kan gevolgd worden door een kort durende opklaring, waarna de aanvan kelijk iets gestegen temperatuur tot nabij het vriespunt terugvallen kan. Dat het daarna spoedig zal komen tot een definitieve beslis sing tusschen zacht en vriezend weer lijkt niet waarschijnlijk. Met lichte vorst bij opklaring in den nacht moet nog rekening worden ge houden. (Nadruk verboden) De Vierde Kamer der Arrondissementsrecht bank veroordeelde den gewezen koster van de Nieuwe Kerk te Amsterdam, wegens verduis tering, meerdere malen gepleegd, tot een ge vangenisstraf van één jaar en drie maanden Het O. M. had één jaar en zes maanden ge- requireerd. De man had in den loop der jaren groote bedragen aan collectegelden samen 13000 gul den te eigen bate aangewend. Hij was in han den gevalltn van woekeraars. In de dagvaarding waren zes gevallen tot een totaal bedrag van 2000 gulden ten laste gelegd. De verdediger had voorwaardelijk gepleit. Z. H. Exc. Mgr. Dr. C. Lemmens, bisschop van Roermond, heeft eervol ontslag verleend als pastoor te Afferden aan den weleerw. heer W. H. Berden, en heeft benoemd: tot pastoor te Afferden den weleerw. heer J. A. Peeters, tot pastoor te America den weleerw. heer J C. C. B. Jansen, tot pastoor te Geisteren den weleerw. heer F. J. Ortmans, die kapelaan was te Haelen. In een aanvulling op het voorloopig verslag van de commissie van rapporteurs der Tweede Kamer over het ontwerp van wet tot vaststel ling van hoofdstuk III (Departement van Bui- tenlandsche Zaken) der Rijksbegrooting voor het dienstjaar 1934 hebben een: ge leden de op merking gemaakt, dat zij zich de vrijheid voor behouden de aangelegenheid betreffende het ontslag van den heer Vliegen als lid van de afvaardiging ter Ontwapeningsconferentie bij de openbare behandeling van dit begrootings- hoofdstuk ter sprake te brengen. De politierechter te Middelburg veroordeelde den 44-jarigen koffiehuishouder H. te Schoone- dijke tot drie maanden gevangenisstraf, we gens verduistering van f 419 ten nadeele van het ziekenfonds „Hulp in Nood", aldaar. Donderdagavond hield dr. A. A. L. Rutgers, oud-gouverneur van Suriname en lid der Tweede Kamer, een lezing voor de afdeeling Utrecht van het Ned. Werkliedenverbond Pa trimonium over het onderwerp: Is emigratie naar onze koloniën mogelijk? Dit onderwerp, aldus spr., is reeds honderd jaar aan de orae en verdient nog steeds aller belangstelling, vooral in tijden van crisis en malaise als we thans beleven. Vooral de mogelijkheid van emi gratie naar Suriname en Nieuw Guinea wordt thans veelvuldig overwogen. Tal van landen hebben hun grenzen voor emigranten gesloten. Zoo is de toestand. Maar emigratie is door alle eeuwen heen een remedie voor overbevolking geweest en zou ook in onzen tijd als zoodanig nog dienst kunnen doen. Is het niet mogelij k de emigratie uit ons land te richten op onze eigen koloniën? De politieke beteekenis van een dergelijke emigratie, indien ze mogelijk is. zou groot zijn. Het is begrijpelijk, aldus spr. dat men getracht heeft in die richting wat te bereiken. De groote vraag of emigratie naar onze koloniën mogelijk is werd door spr. op grond van de historie ontkennend beantwoord waarbij een aantal voorbeelden uit Oost en West-Indié werden aangehaald. Doch ook op theoretische gronden moet de vraag ontken nend beantwoord worden. Wie door eigen han denarbeid in de tropen en wel door den land bouw in eigen onderhoud wil voorzien, wordt dan genoodzaakt af te dalen tot het peil der Aziatische landbouwers. Rekent men hun in komsten in geld om dan komt men tot de conclusie dat de Oostersche landbouwer leeft van pl.m. 150 gulden per jaar. Hij, die het Europeeschc cultuurpeil en de westersche ge woonten wil handhaven, moet geen landbou wer worden in de tropen, zeker niet als hy zijn kinderen een opvoeding vul geven die op wes- tersch peil staat. Nog niemand heeft den be drijfsvorm en de bedrijfsmiddelen kunnen aan wijzen, waarmede de Europeaan als klein'.and- bouwer in de tropen een dragelijk bestaan kan vinden. Daarvan bestaat ook geen enkel voor beeld, dat ter navolging kan trekken. Zelfs voor de Info-Europeanen, die zooveel voor heb ben op nieuwe immigranten, is het bijna on mogelijk daarin een loonend bestaan te vin den, hoeveel temeer dan voor nieuwe immi granten. Wat Nieuw Guinea en Suriname be treft, deze aclftte spr. bijzonder ongeschikt voor emigratie uit Nederland, want de medi sche, economische en cultureele bezwaren zijn daar nog grooter dan op Java en Sumatra Gedurende de geheele 19e eeuw heeft de regee ring het standpunt ingenomen dat emigratie naar de koloniën geen kans van slagen heeft. Ook de pogingen om met reeds in Indië ge vestigde Europeanen klein-landbouw te be oefenen zijn mislukt. Het verschil in levens standaard maakt dat pogingen tot emigratie van Europeanen naar de koloniën weinig kans van slagen hebben. De conclusie van spr. was. dat de regeering tereent ernstig gewaarschuwd heeft tegen de emigratieplannen, waarvoor den laatsten tijd veel reclame is gemaakt. In de kringen van den handel schat men de hoeveelheid Ned.-Indische mais, die op de Ne derlandsche markt zal worden geplaatst in ruil voor door Ned.-Indië te betrekken textielgoe- deren, op 100.000 ton. Naar het „Handelsblad" meldt, zal deze mais via de gr„ancentrale worden gedistribueerd door de huizen die steeds in Indische mais hebben gehandeld. Het aantal daarvan is betrekkelijk klein. Op regelmatige aanvoeren van deze mais kon nooit gerekend worden. Men zal trachten in Februari/Maart een aanvang te maken met de verschepingen van deze mais, omdat in het vroege voorjaar de vraag naar mais in den regel groot is. De verschepingen van nieuwe mais uit Argentinië plegen in April aan te van gen. Het spreekt van zelf dat de Indische leve ranties ten kost» zullen komen van de Argen- tijnsche aanvoeren, die op de Nederlandsche markt het leeuwenaandeel van den aanvoer plegen uit te maken. De prijzen van deze mais zullen zich in den handel moeten aanpassen aan die van Plata- en Donau-mais, maar de marktprijs geeft na tuurlijk geen aanwijzing omtrent Je verreke ning der transacties tusschen de Nederlandsche en de Nederlandsch-Indische regeering. De ploeg Mutsaerts, welke gestart was uit Buearest en op het eerste gedeelte van dit traject met zwaren sneeuwval heeft te kampen gehad, is thans hier te lande teruggekeerd. De reden van het opgeven van den tocht na Praag is thans bekend geworden. Nabij Praag is de wagen namelijk tengevolge van buitengewone gladheid van den weg afge gleden en na een boom te hebben geraakt in een kuil terecht gekomen, waardoor hij met een slag omsloeg. Aanvankelijk meende men dat de opgeloopen schade niet verder ging dan eenige deuken en is men, nadat de wagen weder overeind gezet was, doorgereden. Korten tijd later bleek echter, dat het gevaar zou op leveren om met de groote snelheden, welke de sterrit naar Monte Carlo om het vereisch- te gemiddelde te maken noodig maakt, door te zetten. Men besloot daarom met een wat langzamer tempo naar huis te rijden. Het is jammer, dat deze ploeg, die overi gens door eenige malen verloren tijd op krani ge wijze door goed rijden weder in te halen, bewezen heeft tot een flinke prestatie in staat te zijn, zoodanige pech heeft gehad. Door het zoontje van den heer T. te Langen- boom (N.Br.) is op een binnenweg tusschen struikgewas een bundeltje effecten gevonden. Bij onderzoek bleek dit afkomstig te zijn van de inbraak, welke eenige weken geleden bij ge broeders van H. was gepleegd. Behalve deze waardepapieren waren daar uit een brand kast nog ongeveer f 2000.aan contant geld gestolen. De dieven hebben de effecten waar schijnlijk weggeworpen, omdat zij deze toch niet konden verzilveren. Het gevondene is bij de politie gedeponeerd. Onze aandacht werd getrokken door het volgende brokstukje uit de pas uitge sproken Nieuwjaarsrede van Burgemees. ter van Hout te Helmond, die met grooten érnst en nadruk wees op den belangrijken achteruit gang van het geboortecijfer daar ter stede: „Dit cijfer bedroeg n.l: over de jaren 1903, 1914 (begin van den oorlog) en 1933. respec tievelijk 42.92, 36.34 en 27 per 1000 inwoners. „Treurig is het, dat dus overtuigend vast staat, dat het moderne kwaad, het Neo-Mal- thusianisme aangewakkerd door de on gunstige tijdsomstandigheden als wereldoor log en algeheele malaise geweldig heeft voortgewoekerd." Ongunstige tijdsomstandigheden zullen mo gelijk niet geheel vreemd zijn aan het gesigna leerde ernstige verschijnsel. Toch ligt de hoofd oorzaak stellig elders. In het katholieke Helmond heeft zich het socialisme genesteld. Ziehier hoe het sinds 1927 vooruitging: Statenverkiezing 1927: 509 socia listische stemmen; Kamerverkiezing 1929: 903; Statenverkiezing 1931: 1423; Kamerverkiezing 1933: 1299. Deze laatste verkiezing bracht bo vendien 148 communistische stemmen. Waar het socialisme komt, treedt tevens het ongeloof binnen, het ongeloof in zijn diverse schakeeringen. Het zou een wonder zijn. indien de voortschrijding van het socialisme niet te vens den vooruitgang van het Neo-Malthusia- nisme met zich bracht. De les van Helmond mag niet worden mis verstaan. Geloofsafval, vrijdenkerij, geboortebeperking en andere uitingen van den materialistischen geest zijn vol-rijpe vruchten van den rooden boom. De correspondent van d: „N. Rott. C." te Brussel meldt: Na de sociaal-democratische Volksgazet wijdt de Katholieke-Vlaamsche Courant De Stan daard, vaak door den minister van openbare werken G. Sap. als spreekbuis gebruikt, op haar beurt een als hoofdartikel geplaatste beschou wing over de kwestie van het kanaal door Zuid-Beveland. De Standaard is zeer slecht te spreken, zoowel over het ontwerp van minister Kalff als over de artikelen in verband met dit vraagstuk in enkele Nederlandsche dagbladen verschenen. De beschouwingen van prof. van Vuuren in de N.R.C. acht het Brusselsche blad ..bijzonder opvallend" te zijn. Het schrijft dan ook verder desbetreffend: Daarin krijgen wij onder meer te lezen dat het servituut voorzien in paragraaf 8 van art. -a van het tractaat van 1830 eene ongerijmd heid is en dat Nederland in geval van onbruik baar worden der bestaande verbindingswateren tusschen Schelde en Rijn enkel verplicht is be staande natuurlijke waterwegen eenzijdig aan België aan te wijzen en in geen geval gehou den kan wezen nieuwe wegen te maken ter ver vanging van de oude. Als Nederland dus, in geval het Hellegat, moest verzanden, ons den omweg over het Ha ringvliet, het Spui en de oude Maas aanwijst, of de route over Maastricht de Limburgsche Maas en het Maas-Waalkanaal, zouden wij dit zonder meer hebben te aanvaarden als 'n volledige uit voering van Nederlands concentioneele ver plichtingen in zake de Antwerpen-Rijnverbin- ding. De heer Van Vuuren voegt er nog aan toe dat de vaarweg van Antwerpen naar de Oos- terschelde en voorts naar den Rijn niet bestond en reeds in de 17de eeuw was verdwenen als men het toen een vaarweg noemen kon. De bepalingen der tractaten die betrekking hebben op het behouden of het vervangen van dezen vaarweg missen dus elke practische be teekenis en Nederland was zelfs niet verplicht een vaarweg die reeds een eeuw lang niet meer bestond door een anderen te vervangen! Met andere woorden. Nederland had in 1867 het recht de scheepvaart van Gene en Antwer pen buitenom rond Walcheren te leiden, daar het Sloe usschen Walcheren en Zuid-Beveland eveneens afgedamd was en n tuurlük evenmin als het Kreekrak diende vervangen te worden! Een paar mooie staaltjes voorwaar van den goeden wil en fair play waarmede men maar al te vaak in zekere Nederlandsche pers de goede verstandhouding met het buurland tracht te vertroebelen." In dit nummer zien we twee staatkundig; persoonlijkheden van geheel verschillende struc tuur geteekend: Prins Frederik Hendrik, die, bij de 300ste herdenking van zijn geboortedag, een „sieraad onzer gouden eeuw" wordt genoemd en ex-keizer Wilhelm II, wiens rol reeds lang is uitgespeeld, maar die nu door zijn 75sten ver jaardag nog even de aandacht trekt. De zeeslang van Loch Ness geeft de redactie aanleiding tot het uitstallen van een serie historische zeemon sters. Als in tegenstelling met dat gedierte wordt in woord en beeld het slooperswerk van hout wormen en andere duisterlingen geschetst. De verlaten kerken in de hoofdstad krijgen op de middenpagina's een eerbiedigen afscheidsgroet. De bekende Vlaamsche schrijver Ernest Claes is aan 't woord in een smakelijke jeugdvertel ling „Van Sint Janneke en Sint Jozef" waarna Wim Snitker met een kort doch fijn verhaaltje „Opus 3, Engelenmis" uitkomt. De gewone ru brieken worden weer op de bekende wijze ver zorgd. „De Witte Raaf" levert ons ook weer vertel lingen, luimige gedichtjes, vrooiyke boutades en ernstige opmerkingen, plaatjes en moppen by de vleet. De directeur-generaal der P. T. en T. is ver hinderd heden zyn gewone wekelijksche spreek uur te houden. De „Pelikaan" uitreis, en de „Snip", thuisreis, zqn te Bangkok geland. LEIDEN. Doctoraal examen rechten, de heer H. J. M. Hoogeveen en mej. B. Blom. De Ned. R. K. Middenstandsbond heeft op zijn op 28 September j.l. te Breda gehouden congres de noodzakeiykheid behandeld der wettelijke bescherming van de kleinonderne- ming, speciaal in den détailhandel, in het licht van ordening en saneering der betrokken takken van bedryf. Na voorbereiding voor het hoofdbestuur is op 23 November 1933 het Centraal Besnuur van den Ned. R.K. Middenstandsbond bijeengeko men, teneinde de door den N. R. K. M, noodza- keiyk geachte maatregelen op het punt van ordening, saneeiing en bescherming tot in by- zonderheden vast te stellen. De Ned. R.K. Middenstandsbond stelt voor op, dat elke actie voor ingrüpen van buitenaf, om tot verbetering van de positie van de mid denstandsonderneming te geraken, gepaard dient te gaan aan het krachtig ter hand nemen van de verbetering van het middenstandsbe- diyf door den middenstand zelve. Slechts dan zal van een roep om bescher ming heil mogen worden verwacht, wanneer de middenstand, collectief èn als afzonderlek ondernemer, metterdaad toont te beseffen, dat er ook voor hem een ordenende en saneerende taak ligt. Individueel moet aan eiken middenstander de eisch worden gesteld, dat hy toont zyn plaats, welke hij in het economisch leven be schermd wenscht te zien, met recht in te ne men. De vervulling van zyn economische func tie zy zoodanig, dat zij sociaal en economisch aan hooge eischen beantwoordt. Bedrüfsinrichting en bedrijfsbeheer behooren in het middenstandsbedrijf volkomen op de hoogte van den tyd te zijn of ten spoedigste te worden gebracht. Zoowel stands- als vakorganisatie hebben tot taak haar werkzaamheid ten aanzien van dit punt met kracht voort te zetten Naast het be vorderen van de activiteit harer leden in de vooromschreven richting, ligt voor hen een bij zonder werkterrein in het propageeren van eco nomische samenwerking tusschen ondernemers in denzelfden tak van bedryf. Van de Regeeiing vraagt de Ned. R.K. Mid denstandsbond, teneinde op zoo kort mogelijken termyn in het bijzonder in den détailhandel tot ordening en saneering en binnen dat kader tot bescherming van het zelfstandige middenstandsbedryf te kunnen geraken: Ten eerste tydelijke stopzetting van vesti ging, of met vestiging gelijk te stellen uitbrei ding of bedryfsomzetting, in den détailhandel gedurende twee jaren en wel voor eiken on- dernemings- en bedryfsvorm, verbruikscoöpe raties en filialen niet uitgezonderd. Uitzonderingen op dezen regel zullen moeten worden kunnen worden gesteld door de ge meentelijke overheid, in met name by de wet te noemen gevallen, na advies van een plaat selijke permanente commissie, samen te stellen uit leden, aangewezen door den Gemeenteraad, Kamer van Koophandel in het ressort en ge organiseer den middenstand. Ten tweede. Gedurende het tydvak, waarin het vestigingsverbod geldt, moeten door de ge organiseerde bedry'fsgenooten (werkgevers en werknemers) branchegewijs normen worden ontworpen, waaraan nieuwe ondernemers en ondernemingen in de betreffende branche moe ten voldoen alvorens zij zich in die bianche kunnen vestigen. Met kracht worde door de overheid ter hand genomen de bestryding der oneerlyke en der in ruimen zin sociaal-economisch ontoelaat- 1 bare concunentie-middelen. Met name valt hieronder: de regeling van het uitverkoopwezen, een algeheel verbod van toepassing van het cadeaustelsel wettelijke re geling van het rabat- en kortingstelsel en ver wijdering en wering uit de warenhuizen van die instellingen en afdeelingen, weike meer op het verlokken van het publiek, dan op een voorziening in behoefte zijn ingesteld. Tenslotte uitbreiding van de wettelyke be palingen op de oneerlyke concurrentie tot een wet tot bestrijding der oneerlijke en ot.toelaat- 9 bare concurrentie in den ruimsten zin des woords. De vestiging en uitbreiding der grootonder neming in den détailhandel en der coöperatie buiten het persoonlyk economisch werkte, rein der deelnemers zal b 1 ij v e n d worden gebon den aan een vergunning, af te geven door een plaatselyke instantie, met dien verstan- d e dat deze vergunning alleen kan wor den afgegeven als de wenschelijkheid van de betreffende vestiging of uitbreiding in sociaal- economisch opzicht positief is aange toond. Het stelsel van vestigingseischen worde te vens ingevoerd voor de diverse takken van klein-industrieel bedryf en de in deze Dedryfs- takken werkzame productie- of bewerkings coöperaties. Invoering van den spertyd worde tevens mo gelyk gemaakt voor met name te noemen tak ken van klein-industrieel bedryf. Een eind worde gemaakt aan de bevoorrech ting van het in N. V. of coöperatieven vorm gevoerde bedrijf boven het bedryf van den natuurlijken persoon, welke door de stelsels van D. T. B. en Inkomstenbelasting wordt mogelyk gemaakt. In aansluiting op de voorgaande punten en ter verwezenlijking van de volledige ordening der bedrijfstakken door de georganiseerde oe- drijfsgenooten zelf, zal de N. R. K. M. zijn actie voor bedryfsorganisatie op publiekrechtelyken grondslag onverminderd voortzetten. Het Centraal Bestuur van den Ned. R. K. Middenstandsbond heeft besloten de weikzaam- heid der geheele stands- en vakbeweging zoo krachtig mogelyk te richten op de propagee ring en spoedige verwezenlijking van dit Sa- neeringsprogram, naast het in September j.l- aan de Regeering aangeboden Urgentieprogram van den N. R. K. M.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 5