[f250 keerden wij heden uit ONZE 290e UITKEERING f 78.020 <?(d m&ad mn dm da§ r. Ml De strijd om den blauwen wimpel Italië houdt het record HET TEEKEN I DE KLEINE SCHIPBREUK Amutie heeft koorts FORT-MYSTERY BEURSMENSCHEN ONDER ELKAAR! VRIJDAG 16 FEBRUARI 1934 Vele deskundigen zijn van meening dat de maximum snelheid ter zee bijna bereikt is No. 534 in aanbouw Opgravingswerken op Sardine Mejuffrouw E. te Leiden leed aan zware rheumatische pijn ingevolge de voor onze abonné's geldende gratis-ongevallen-verzekering aan den Heer C. S. SLIP, Badhoevelaan 89, Haarlemmermeer wegens een aan hem overkomen ongeval. Dit is WAARMEDE THANS EEN TOTAAL BEDRAG VAN I aan onze verzekerde abonné's is uitgekeerd. DIRECTIE VEREEN. KATH. PERS I Hangende tuinen in Genua Zwitsersch borduur werk academische examens I Het horloge van Austin Furrer i wol anme; z/e pat je /n slaap vait.jene&t bost en OOEPE VEPZOB6/N6 NOO- O/O, PAN MAO JE OVEN EEN Paap oaoen opstaan. Examen stuurman AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL mm door Katharina en Robert Pinkerton Door de ineensmelting van de Noord-Atlan tische vloten der White Star- en Cunard- lijnen, is het de regeering mogelijk ge worden een voorschot van 3.000.000 toe te staan voor de voltooiing van den bouw van het schip, dat thans nog slechts bekend staat als no. 534. Ruim twee jaar geleden moesten de werkzaamheden stopgezet worden, omdat de voor de voortzetting noodige fondsen niet opgenomen konden worden. De regeering wei- gerde, ondanks allen op haar uitgeoefenden aandrang, in eenigen vorm steun te verleenen, daar het als unfair geldt, dat nationale midde len aangewend worden, om een onderneming te helpen, die aldus in het voordeel zou komen tegenover concurreerende ondernemingen. Ter wijl het publiek zich dus met de weigering der regeering vereenigde, oefende het felle critiek uit op de City van Londen, die zooveel geld gestoken heeft in twijfelachtige buitenland- sche leenirigen en credieten, maar haar kluizen voor een nationale onderneming, zooals de .Cunardlijn, sloot. Nu deze haar Noord-Atlan tische vloot met die der white Star vereenigd heeft, zoodat geen Britsche stoomvaartmaat schappij meer als concurrent tegenover haar staat, zijn alle principieele bezwaren tegen het verleenen van een voorschot voor den verderen bouw der 534 vervallen, en weldra zal op de verlaten werf aan de Clyde de bedrijvigheid heerschen van duizenden arbeiders, die het onderbroken werk voortzetten. Het schip zal 15.000 ton grooter worden dan de grootste boot, die sinds den oorlog van sta pel geloopen is. Op welke snelheid het berekend is, weten nog slechts ingewijden, maar de ree- ders hebben met stelligheid verklaard, dat het de „Blue Riband", het onderscheidingsteeken voor de boot, die het snelheidsrecord op den Atlantischen Oceaan geslagen heeft, met gemak zal kunnen ontrukken aan de „Rex" (Italië). De „Rex" veroverde het eereteeken in Augus tus 1933 op de „Bremen", die het in 1930 aan haar zusterschip, de „Europa", afhandig ge maakt had, na het korten tijd (sinds 1929) reeds in haar vlag gevoerd te hebben. Bij een zoo snelle wisseling der vurig-be- geerde tropee, krijgt de wedkamp een bijna sportieve beteekenis. De Norddeutsche Lloyd heeft haar, op naam van twee harer schepen, slechts vier jaren mogen bezitten, nadat zij bijna een generatie lang de vlag van éénzelfde schip, de „Mauretania' van de Cunardlijn, ge sierd had. De „Bremen" sloeg de oude roem rijke boot met vijf uren. De „Deutschland" sloeg haar, zij sloeg vervolgens de „Deutsch land", en de ,Rex" sloeg ten slotte de „Bre men" met veel kleinere verschillen, zoo klein dat zij uitsluitend van belang zijn van sportief standpunt, doch niet van practisch stand punt bezien. En het is waarschijnlijk, dat de No. 534 de Rex niet heel ver achter zich zal laten. In de laatste 34 jaren is de snelheid van groote schepen met nog geen drie knoopen toegenomen, en vele deskundigen meenen, dat de maximum-snelhêid ter zee bijna bereikt is. De „Bremen", gebouwd op een snelheid van 26.5 knoop, sloeg het record met 28.51; de „Rex" op 27 kn. berekend, overtrof haar met 28.92. Bijna een eeuw geleden, in 1840 stak de „Bri tannia" van de Cunard den Oceaan over in 12 dagen en 10 uren, met een snelheid van 8 knoopen. Veertig jaren lang betwistten de Cu nard-, White Star-, Guion- en National- lijnen elkaar met afwisselend succes het eere lint, tot van 1884 tot 1891 eerstgenoemde maat schappij het in haar bezit hield, haar eigen records achtereenvolgens verbeterend met de „Oregon", de „Etruria" en de „Umbria". De „Etruria" had reeds een snelheid van 19.90 knoopen. In 1891 kreeg de White Star de eere plaats met de „Teutonic", doch moest deze in het begin onzer eeuw weer prijsgeven ten gunste van de Cunard, die haar tot 1929 behield. Reeds in 1909 stak de Mauretania den Oceaan over met een gemiddelde snelheid van 26.06 knoopen weinig minder dan die waarop de .Bremen" en de „Rex" thans een kwart eeuw later, berekend zijn. De groote dagen van den strijd om den Blue Riband liggen ver achter ons, en met allen eerbied voor de opeenvolgende recordhou ders, valt er toch veel te zeggen voor de op vatting van hen, die volhouden dat het re cord, door Columbus in 1492 behaald, nooit geslagen is. Bij opgravingswerken op Sardinië zyn be langrijke overblijfselen van de oude Punische stad Bitia aan het licht gekomen, o.a. een deel van een tempel en een kolossaal zand- steenen beeld van den god Bes, overdadig en bijna monstrueus van vormgeving, vermoedelijk van Afrikaansche origine. (Ingezonden Mededeeling) In 6 maanden pijnen geheel verdwenen Ongevraagd komen de brieven binnen, die steeds weer bewijzen, dat rheumatiek voor Kru- schen Salts moet wijken. Uit onderstaand schrij ven van Mejuffrouw P. P. E. te Leiden blijkt tevens, hoe belangrijk het is, om met Kruschen Salts door te zetten, wanneer het een bijzonder hardnekkige rheumatiek betreft. Mej. E. schrijft ons o.a.: „Het was een geval van zware rheu matische pijn. Ik wist geen raad meer. Het was zelfs zoo erg; dat ik mijn werk niet meer kon doen, maar het gebruik van Kruschen Salts heeft mij geheel van mijn zware rheumatische pijnen afgeholpen. In 6 maanden was de pijn verdwenen. Steeds zal ik doorgaan, Kruschen Salts te gebruiken, hoewel ik met zekerheid kan zeggen, dat ik voorgoed van de pijn af ben." Mej. P. P. E. te L. Rheumatiek wordt veroorzaakt door onvol doende werking der inwendige organen; een toestand waarvan de lijder zich zelden bewust is. Maar het wordt een ongemerkte ophooping van afvalproducten en een daarmee gepaard gaande vorming van stoffen, die schadelijk zijn voor den geheelen gezondheidstoestand. En deze stoffen ondermijnen het geheele gestel. Kruschen Salts is het natuurlijke recept tot behoud van een inwendige zuiverheid. De zes zouten in Kruschen sporen nieren en ingewan den aan tot gemakkelijke, geregelde werking. U wordt dus inwendig vrij gehouden van alle onzuiverheden, welke, indien zij zich kunnen ophoopen, ongetwijfeld het peil uwer gezond heid zullen verlagen. De „kleine, dagelijksche dosis" Kruschen voorkomt dit. Want de zes ver schillende zouten in Kruschen verhoogen de werking der afvoerorganen, verschaffen u nieu we levenslust. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten a f 0.90 en 1.60 per flacon, omzetbelasting inbegrepen. Stralen de gezondheid voor één cent per dag. Let op dat op het etiket op de flesch, zoowel als op de bui tenverpakking de naam Rowntree Handels Maatschappij Amsterdam voorkomt. niiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiisiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinii TiiiiiiiinMiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiiiiHiiiiiiiiiiriiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiiinHiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiu een was Een welgesteld burger in Genua, Luigi Bur- lando genaamd, had eenigen tijd geleden een „palazzo" laten bouwen, hetwelk zich in wezen niet zeer sterk onderscheidde van andere mo derne weidsche woningen. Vervolgens echter liet hij, eenigszins naar Babylonischen trant, terrassen en hangende tuinen aanleggen. Er werden allerlei exotische gewassen geplant, een bescheiden dierenpark werd in het complex op genomen en het geheel werd versierd met beel den, lichtende fonteinen, een Romeinsch tem peltje en een Pompejaansch paviljoen. Verder verrees er een wonderlijk monument, ter hoogte van 33 M., waerlangs men met een kleine lift naar boven gevoerd kon worden, teneinde het uitzicht over de omgeving te savoureeren. Intusschen heeft de dienst der Publieke Wer ken zich echter verzet tegen de buitensporig heden van den heer Burlando, met name tegen het hooge monument op dit uitzonderlijke niveau. Verontwaardigd heeft Burlando intus schen geprotesteerd tegen de miskenning van zijn bedoeling de stad te verfraaien. Veroor deeld tot een geldstraf alsmede tot het vernie tigen van het obstakel, is de extravagante bouwheer echter in hooger beroep gegaan. 111111111111111111111 iiiimiiimiimir. "Hypotheken, meneer! Huizen en Nederlandsche Werkelijke Schuld! Oèt is safe! De rest gokwerk, meneer! Gisteren had Gerritsen weer een tip voor me. Ik zeg: "man, van jouw tips moet ik niets meer hebben, ik geloof nog maar aan EEN tip!" "Wat is dat dan?" vroeg ie en hij keek onverschillig, maar zijn ooren werden een centimeter langer. "Een TIP van BOOTZ", zeg ik. "Da's ongevaarlijk" Niet te zoet, niet te straf, net goed! 100TZ Dat de zon een dag blijft schijnen, Zegt natuurlijk niemendal. In het hartje van den winter Is dat óók zoo het geval. Dat één vogel plotseling uitslaat In een kwinkeleerend lied, Och, één zwaluw, zegt het spreekwoord, Maakt toch nog de lente niet! Dat een raam wordt opgeschoven, Zegt niets omtrent lenteweer. AZs een koopman buiten uitvent, Ziet men zulke ramen méér. Dat de huisvrouw praat van schoon- 1 maak, Doet niets aan den tijd van 't jaar. Want in Holland zijn ze nimmer Met de bezemstelen klaar! Zelfs wanneer men hoort beweren: Zonder winterjas aan k&n, Zal dit heel goed kunnen pleiten Voor 'n bezoek bij oome Jan! Maar hét onmiskenbaar teeken Van de lente in 't verschiet Is, dat men op straat de jeugd weer, Ouderwetsch, met tollen ziet! MARTIN BERDEN 1 E (Nadruk verboden) niiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitmiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiin De voor Zwitserland zoo belangrijke uitvoer van borduurwerk is in de maand Januari veel verminderd. De uitvoer bedroeg in Januari slechts 1.194.529 francs tegen 1.989.416 francs in Januari 1933. Dit is de laagste stand, welke ooit bereikt werd. LEIDEN. Bevorderd tot doctor in de Ge neeskunde, op proefschrift getiteld: „Het iso- leeren van L. Icterohaemorrhagiae uit water, bijdrage tot de kennis van de epidemologie van de ziekte van Weil", de heer J. M. Appelman, geboren te 's-Grave-nhage. Austin Furrer had haast. Hij had vrijen middag gekregen, het weer schitterend. Z'n motorspan was perfect in orde en Mabel Lystone, z'n meisje, wachtte ongeduldig op den beloofden rondrit door de provincie. Austin haastte zich dus naar z'n pension, stak zich haastig in motortenue, ren de weg om den wagen te halen en met Mabel weg te rijden, maar vergat in z'n opgewon denheid, de financieele zijde der expeditie. Zij hadden al lang de straten van Londen achter den rug en reden op de frissche bui tenwegen, toen hij z'n verzuim ontdekte. Nu zat hij zoo goed als zonder cent, 20 mijlen van Londen verwijderd. Teruggaan zou den heelen vrijen middag bederven. En z'n meisje z'n ver geetachtigheid bekennen, daarvoor gevoelde hij niets, daaraan viel z.i. niet te denken. Het angstzweet brak hem uit in z'n zoeken naar een oplossing van het netelige geval Eensklaps schoot hem een uitweg te binnen Austin droeg het gouden horloge, dat hij bij een wedstrijd had gewonnen. Het was een kostbaar horloge en Austin hechtte er groote waarde aan, vooral omdat Mabel's vader, als president van de sportclub, hem dat cadeau gedaan had. Daardoor hadden Mabel en Austin elkaar leeren kennen. Nu zou dat zelfde horloge redding uit z'n netelige positie brengen. „Ik.... ik vrees, dat er iets met den motor niet in orde is," verklaarde hij; „de machine schokt me te veel, maar we zijn hier dicht bij een stad, waar de zaak binnen een paar minuten in orde gemaakt kan worden." De stad was binnen 5 minuten bereikt en spoedig daarna had Austin Mabel in een klein restaurant afgezet. Terwijl ze een portie vruch tenijs gebruikte, vertrok Austin om z'n wagen naar de naastbijzijnde garage te laten bren gen. Maar inplaats van voor een garage, hield hij voor een bank van leening stil. Binnen zeer korten tijd zocht hij, zonder het horloge, met een zeker bedrag aan geld de inrichting weer op, waar hij Mabel had achtergelaten. Z'n meisje stond verbaasd dat hij zoo vlug terug was. „Dat heb je gauw gedaan," prees ze. „Er mankeerde maar een kleinigheid aan. antwoordde Austin; „zullen we nu verder gaan?" Hand in hand gingen ze naar het zijspan Tot zoover ging alles goed. De motor hield zich kranig. Toen bereikten ze Penton, waar een overschaduwde theetuin hen tot rusten noodigde. Ze zaten knusjes in een hoek, de thee was heerlijk en ze keuvelden over alles en nog wat. Mabel schrok het eerst op en vroeg. .Rustin, hoe laat is het?" „Tijd in overvloed," lachte Austin, die er niets voor voelde om zoo gauw op te stappen. „Maar het moet tijd zijn om terug te keeren," drong Mabel aan. „We moeten op tijd tehuis zijn." Zonder zich een oogenblik te bedenken, stak Austin z'n hand tusschen z'n colbert om het uurwerk op te diepen; met een zucht nam hij z'n hand er weer uit. „Ikik geloof, dat ik geen horloge bij me heb," stotterde hij; „ik „Niet?" Mabel zat eensklaps overeind; haar oogen drukten de grootste verbazing uit. „Maar straks had je je horloge bij je! riep ze. „Je keek er op voordat we in Nashville kwa men, waar je den motor hebt nagezien. Het horloge staat toch niet stil?" Dit was zekér het oogenblik, waarop Austin eerlijk had moeten opbiechten. Maar inplaats van dit te doen, begon hij zich in een net van moeilijkheden te verstrikken. Hij begon met koortsachtige haast z'n zakken te doorzoeken. Mabel sloeg hem in gespannen aandacht gade. „Je kunt het toch niet verloren hebben?" vroeg ze angstig. „Dat prachtige horloge!" Verloren! Mooi zoo, hij zou de moeilijkheid kunnen ontkomen. „Ikik vrees van wel. Moet uit m'n zak opgewerkt zijn of misschien gestolen. Maar, dat hindert niet. Ik „Hindert niet," en Mabel zag hem verbaasd aan. „Wat bedoel je daarmee? Kan het je niet schelen, dat je dat prachtig uurwerk, dat vader je cadeau gedaan heeft, kwijt bent? Het was het mooiste horloge dat hij krijgen kon; hij liet er de fijnste inscriptie op aanbrengen. Je zult toch zeker direct stappen doen om het terug te krijgen?" „Ikik bedoelde alleenik dacht," stot terde Austin, die zich bij ieder woord vaster werkte; „ik bedoel alleen, dat ik er geen drukte over rr 7 lilllllllllllllllllllllllltlllllllllllllllK wil ZEO J/M. N£T ZAL tVELLOt, LOOIEN, OELVK /p. /KNEE EEN BEETJE EENAPEN EN STA NO OP /KOA NO WAT AAN T WEEN EN DAN SEN/K WEEE „F'T" JE HEBT EEN AANVAL VAN KOO&TS, ANN/Ej JA, MET NOOETS /N&EZE STOB BEN NOETJE HEEL OpP/?- Z/CNT/O Z/JN.' O/EP' NEB JE EEN PEANBJE PAT/K VOOP JE MEAAE OEMAAET NEB. BBRBPf'BA H.'BAN! AJakees!' M WEET na -roo&L/JE PA 7NET ÓOEO MOP NE/S, 1 MAAR.BAN/ AJAKKES/'. NO OA JE ÓOEO ONPEP DE maken „Drukte?" Mabel's wangen gloeiden, haar blauwe oogen schitterden. „Jij verliest een kostbaar horloge, en dan doe je alsof het er niet op aan komt, of je het ooit terug vindt. Nu, dan zal ik er wel drukte over maken. Het kan hier wel in den theetuin ge vallen zijn en ik zal net zoo lang zoeken De eigenares van de inrichting had op een afstand het opgewonden gesprek aangehoord en kwam naderbij, waarna ook zij onder stoelen en banken begon te zoeken. Een paar bedienende meisjes zetten haar dienstblad neer en namen ook deel aan de zoekpartij. Eenige bezoekers informeerden belangstellend, wat er aan de hand was en maakten zich eveneens verdien stelijk door met gebogen hoofd door den tuin rond te strompelen. Austin sloeg machteloos de zoekpartij gade; het angstzweet stond op z'n voorhoofd. Het eenige wat hij nu doen kon, was, met stalen gezicht, mee te helpen zoeken. Geen vijf minuten later of boven het tuin hek werd het gehelmde hoofd van den stads politieagent zichtbaar. Een dozijn zenuwach tige stemmen lichtten hem direct in over wat er aan de hand was. Dit was een kolfje naar de hand voor den ijverigen dienaar van den II. Hermandad. Een oogenblik later had hij z n corpulente figuur over het hek gewerkt en met z'n notitieboekje in de hand, nam hij de bij zonderheden van het „gestolen" kostbare voor werp op. Mabel hielp hem aan al de details, terwijl Austin als een steenen beeld naast haar stond. Dus verloren of gestolen tusschen Nashville en hier," zei de agent Robson, den klemtoon op „gestolen" leggend. Daarna vertrok hij, om zich aan z'n taak te wijden en verschillende in richtingen op te bellen' en liet de menschen in verdere discussie achter. Het geval was voor het stadje Penton een gebeurtenis. Een reporter van het locale nieuws blad was dan ook spoedig op de plaats des onheils om copie voor z'n blad te bemachtigen. Hij vischte alle details uit, en noteerde zelfs door welke prestatie en door welke sportclub het horloge aan Austin ten geschenke was ge geven. Deze raapte al z'n moed bij elkaar en wees er Mabel op, dat hun niets anders over bleef dan naar huis te gaan. Verontwaardigd viel Mabel uit: ,JU kunt gaan als je wilt! Ik blijf hier tot er wat van 't horloge bekend is." Tranen van woede schoten haar in de oogen. „Mabel, lieve," mompelde Austin geheel over stuur, „huil toch niet. Alles is in orde. Het hor loge is veilig; ik weet waar het is." „Je weet het!" riep ze verbaasd en vertoornd. „En je maakt al die drukte en nonsens!" ,Ik wilde er geen drukte over maken;" daar na vertelde hij haar de waarheid. O, jou malle, domme jongen," lachte het meisje nu. „Waarom heb je me dat niet direct verteld? En wat moeten we nu doen? De zaak aan de menschen vertellen?" ,Neen, zeker niet. We laten het door hen zelf uitvechten en maken dat we zoo gauw mo gelijk wegkomen." Zoo gebeurde. Ze vertrokken gauw als een paar misdadigers. In Nashville drong Mabel er op aan, dat hij z'n horloge zou inlossen en stond daarvoor gaarne haar beurs af. Het duurde eenige minuten eer hij terug keerde en het meisje begon al ongerust te worden, toen Austin als een wervelwind de bank van leening uitstoof, op z'n motor sprong en er met een geweldige vaart van doorging. „Heb je het horloge?" schreeuwde Mabel bo ven het geraas van den motor uit; „wat is er nu weer aan de hand?" „Ze hadden me bijna ingerekend!" schreeuw de Austin terug. Na een half uur voortgevlogen te zijn, verminderde hij z'n vaart en vertelde: „Toen ik de inrichting binnenkwam, was een politieagent in gesprek met den eigenaar en het horloge lag voor hem op de toonbank. De eigenaar herkende me en wees me direct aan als den dief. Toen ik de zaak trachtte te ver klaren, werd de politieman zóó achterdochtig, dat hij me wilde inrekenen. Ik wierp het geld op de toonbank, greep m'n horloge en ging er vandoor als de wind." Mabel had met wijd geopende oogen en bleeke wangen toegeluisterd. „Austin," zei ze, „het is toch in orde hè? Je hebt toch niets werkelijks verkeerds gedaan? Ik.... ik voel me als een dievegge." ,,Ik heb hetzelfde gevoel. Maar ik zal ailes per telefoon uitleggen." Hiermee had hij echter weinig succes. De agent Robson, die aan de telefoon stond, vond, dat hier met de wet gespeeld was. Hij gaf aan den reporter alle verdere informaties, waarna in het locale nieuwsblad een artikel kwam, met den zeer vet gedrukten kop over drie kolommen „Bekend sportman steelt z'n eigen horloge," met de foto's van Austin en Mabel ter op luistering. DEN HAAG. Voor stuurman Kleine Stoom vaart zijn geslaagd ae heeren J. Kajuiter, J. v. d. Laan, T. Jonker en W. de Vries. A 11*. dlt blad zlJn Ingevolge de verzekerlngsvoorwaarden tegen f Ofkflfk bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f 7^tl bU een ongeval met f O Cfk by verlies van een hand f 1 Of oy verlies van een f Cfl by een breuk van f by verlies van *n jnLllC QUO II TIC S ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeerlngen 1/1/verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen OU»" doodelijken afloop I AifU*m een voet of een oog# 1 £t O. duim of wijsvinger «/(/«"been of arm I Tl/i" anderen vinger 9. Ja, precies, antwoordde Morley vlug. Ik heb de eer gehad destijds ook enkele gege vens te verzamelen en ter kennis te brengen van het Koninklijk Genootschap. Ik hield aantee- kening van de weersgesteldheden een heel jaar lang en toen zond ik het verzamelde materiaal naar het Genootschap. Zoo! zei Bruce, met ongeveinsd genoe gen. Dat is heerlijk! Het zal u thans duidelijk zijn, dat ons Genootschap enkele meteorolo gische gegevens wenscht van hier en de omge ving en nu hebben ze mij uitverkoren om deze gegevens hier te verzamelen. Ik benijd werkelijk uw taak niet in 't minst Onzin vond ik het bijna ieder oogenblik naar dien thermometer te gaan kijken en de tem peratuur dan in een boek te noteeren. Meeren- deels vergat ik het, doch mijn aanteekeningen waren compleet toen ik ze naar Londen op zond, en Morley lachte en sloeg Bruce op de knie, Ze behandelden u niet netjes, antwoordde de jongeman. Ik behoef de instrumenten slechts eenmaal daags te gaan controleeren; zelfs, als ik het zou wenschen, slechts éénmaal per week. Ik bezit een instrument, dat de temperatuur gedurende een geheelen dag registreert, de maximum en de minimum temperatuur en alle daartusschen liggende schommelingen. Met rooden inkt wordt een en ander op een kaart opgeteekend. Uw inkt zal bevriezen, alvorens er iets is opgeteekend. U weet niet, hoe koud het in Round Lake kan zijn. Niettemin ben ik er van overtuigd, dat u voor mijn instrument belangstelling zult voelen, alsmede voor den windmeter en ook den barometer, lachte Bruce. Ik zal ze u morgen in den loop van den voormiddag laten zien en ik verzeker u, dat niets bij machte is den thermometrograaf buiten werking te stellen. Doch ik zou gaarne van u het volgende wil len weten. Ons Genootschap stelt bijzonder veel belang in dit gedeelte van het land. Het zal u bekend zijn, dat Round Lake hoog ligt. Het water loopt van hieruit weg, zoowel m ooste lijke als in westelijke richting, ofschoon alles ten slotte toch in de Hudson Bay terecht komt. We zouden over het tijdvak van een geheel jaar alle weerkundige gegevens willen verzamelen, alsmede vergelijkende cijfers van een punt ge legen honderd mijlen westelijk en eenzelfde honderd mijlen oostelijk van hier. Het is nu de bedoeling 't zelf-registreerend instrument hier op te stellen, daarna naar ieder dier twee pun ten te vertrekken met de hondenslee en ginds geduren'de enkele dagen aanteekeningen te maken om deze na mijn terugkeer alhier te vergelijken met 'de gegevens van den thermome trograaf. We hebben ongeveer hetzelfde gedaan voor de Canadeesche regeering, antwoordde Morley. Alle postmanagers der maatschappij houden geregeld aanteekening van het weer, enz. Ik doe het hier reeds sinds ik de gegevens voor het Koninklijk Genootschap verzamelde. U hebt zoo juist opgebiecht, hoe accu raat die gegevens geweest zijn, lachte Bruce. Ik bemerk het al. U vertrouwt me niet! en Morley barstte uit in 'n luidruchtigen schaterlach. Toch niet. We wenschen alleen vollediger gegevens dan we zonder zelf-registreerende instrumenten kunnen verzamelen. En bovendien het Genootschap verlangt nog andere bijzon derheden, welke alleen kunnen worden bijeen gebracht door geoefende waarnemers. Doch op de eerste plaats wilde ik u nog enkele bijzon derheden vragen inzake mijn verblijf hier. Wilt u my beschouwen als een betalend logé ofwel mij in een der bijgebouwen van den post een plaatsje afstaan, waar ik dan mijn bedrijf kan uitoefenen? Het spreekt vanzelf, dat het Genootschap ten volle bereid is.... Geen woord daarover, mijn jongen! Geen woord meer daarover! U hebt zich van dit oogenblik af en zoolang als uwe bezigheden u in deze streek ophouden, te beschouwen als mijn gast, begrepen? Want ik vind het bijzonder aangenaam om u bij uw werk zooveel mogelijk behulpzaam te zijn, om uw werk te bevorderen en het u zoo gemakkelijk mogelijk te maken. Ik vind het buitengewoon attent van u, meneer Morley. doch ik wil u onder het oog brengen, dat het Genootschap al mijn onkos ten, en. Mijn jongen, geen woord meer daarover. De Hudson's Bay Company is een pelshandel- concern en wij exploiteeren geen pensions. Dit punt moet u dus verder onaangeroerd laten. Het brengt me waarlijk in verlegenheid, begon Bruce Denk er echter aan. dat Ik het erg verve lend zou vinden een soort kostbaasje te worden. Ik ben een pelshandelaar, mijnheer, een be ambte van de Hudson's Bay Company en ik exploiteer geen logement. We spreken over dit punt dus niet meer. Morley stond op en boog eerbiedig. Ook Bruce stond op en zag mevrouw Morley in de deuropening. Zijn verbazing was nog grooter dan 's namiddags. Zelfs zijn eigen avondtoilet en dat van Morley hadden hem niet voorbereid op de ver schijning der gastvrouw in héér avondtoilet. Mevrouw Morley leek wel een schitterend mooi geschilderd portret, toen zij het groote gordijn od zij hield en den groet der heeren be antwoordde. Het was misschien wel. omdat Bruce zich zoo scherp bewust was van zijn aan wezigheid in het pelsland, dat hij de tegenstel ling van mevrouw Morley's verschijning met het land, waarin zij leefde, zoo sterk voelde. Zij was gekleed in 'n zwart satijnen japon, ge decolleteerd en zonder mouwen, met een sleep. Heur haar, even zwart als haar japon, met uit zondering van enkele grijze haren, was hoog opgemaakt. Een parelsnoer droeg ze om haar hals. Fijne lakschoenen kwamen onder haar japon uit. Bruce bemerkte thans voor het eerst, dat mevrouw Morley ook een mooie vrouw was; geheel haar voorkomen was dat van iemand, die nog geen vijf en veertig is. Haar gelaat alleen vertoonde een gering spoor van ouderdom. Des namiddags zouden haar oogen haar hebben kunnen verraden, doch nu schitterden deze als die van een jong meisjes op haar eerste bal. Bruce was echter nog té zeer onder den in druk van zijn reis, om mevrouw Morley. zooals hij haar had leeren kennen, te waardeeren. Een afstand van zeshonderd mijlen, een wildernis, afmattend, koud en verlaten, scheidde hem van Winnipeg. De eenige sporen van beschaving, die men er aantrof, waren de vér uit elkander lig gende posten van pelshandelaren. Voor Bruce vormde de figuur van mevrouw Morley met haar blanke armen en hals dan ook een scherp con trast met den donkeren achtergrond der den- nenbosschen en de eenzame sneeuwvelden. Toen hy des namiddags by haar thee had gedronken en ook daarna, toen hij zich voor het diner kleedde, was het vermoeden in hem gerezen, dat hy met iemand te doen had van minder gezond geestesvermogen. Haar conver satie, haar wonderiyk-doen, alsof ze met in een wildernis leefde, en haar gewoonte om op lederen Donderdag receptie te houden, terwyl er toch niemand werd verwacht, dit alles ver sterkte zyn vermoedens. Plotseling had hy medelijden met haar. Hij zag haar als een arme. eenzame vrouw, die reeds jaren afgezonderd leefde van menschen van haar stand en smaak, en zich tevergeefs inspande om in dit ruwe klimaat, in dit een zame handelsfiliaal, een atmosfeer te scheppen eener niet te bereiken beschaving. Men denke niet, dat Bruce hierdoor bewogen werd zichzelf te verongelijken of eenige wroe ging te gevoelen over de wijze, waarop hy in dit huis had weten binnen te dringen Hy was in het pelsland en speelde zijn rol in den strijd van dat land, terwyl de zeden en gebruiken van het Noorden den toetssteen vormden voor zyn daden, juist zooals dit het geval was by alle andere pelszoekers. Het pelsland is zyn tijd biina een eeuw ten achter. Dit land was een groot machtig ryk, toen New-York nog een dorp was. Thans is het pelsland, dat ligt in hetzelfde werelddeel als de grootste republiek der aarde, een afgelegen en eenzaam oord, een overbiyfsel van een oude feodale maatschappy, een erfstuk uit de dagen van wantrouwen, hartstocht en hebzucht, toen de natiën streden om het bezit der Nieuwe Wereld. Koningen verleenden monopoliën in de pels- landen. Elders streden de legers hierom met elkander. Een ras zou zich in 't land zelf ves tigen en een verdrag, in Europa gemaakt, liet het volk aan zijn lot over en zonder eenig recht. De onrechtvaardige daad was gepleegd. Rechten konden alleen steelsgewljze worden ver kregen. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 13