België rouwt over zijn Koning
OP DE PLAATS DES ONHEILS
AAN DE BAAR DES KONINGS
Bleek en vredig
Het nieuws van heden
OPROEP AAN HET VOLK
DE BAROMETER
MAANDAG 19 FEBRUARI 1934
Koningin Elisabeth vernam eerst
Zondagochtend 6 uur de
droeve tijding
ÏOI saluutschoten
De nieuwe Koning Leopold, van België
wordt bij zijn terugkeer uit Zwitserland
te Brussel door minister-president
de Broqueville ontvangen
Het onderzoek op de plaats, waar Koning Albert den dood vond
VOL ROMANTISCHE
BEKORING
„De adem van een gruwelijkeh
dood heeft deze schoonste
natuur gekust
Oprichting van een
gedenkteeken
De rotspunt waarvan Koning Albert van
België neerstortte en op zoo tragische wijze
om het leven kwam
Op zijn bureau liggen nog docu
menten, boeken, knipsels, zijn
laatste aanteekeningen
„Ik zal echter voor
zichtig zijn"
„Onze Koning," aldus onze zegsman, „was
een vurig Alpinist, hetgeen o.a. bleek tij
dens zijn reizen in Zwitserland, in de Dolo
mieten en in de Apennijnen. J.l. Woensdag
was hij, in gezelschap van zijn kamerdienaar
van Dijck, naar de rotsen van Marche les
Dames bij Namen gegaan en had ook daar
zijn geliefde sport beoefend. Z. M. had er
zooveel genoegen van beleefd, dat hij des
avonds nog uitdrukkelijk verklaarde, nog
dezelfde week terug te willen gaan.
Om 3 uur werd het lijk naar Brussel ver
voerd.
De oorzaak
DIT NUMMER BESTAAT UIT
ZESTIEN BLADZIJDEN
De kamerdienaar
Gespannen toestand in
Spanje
In afwachting van algemeene
staking en opstand?
BRUSSEL, 18 Febr. Geheel Bel
gië is diep onder den indruk van het
noodlottig einde van den geliefden
Koning. In den loop van den och
tend verschenen in Brussel en Ant
werpen extra-edities der dagbladen,
die door de opgewonden bevolking
als het ware uit de handen der ver-
koopers werden gerukt.
Van alle openbare gebouwen en van de
meeste particuliere huizen werd hedenmorgen
de vlag halfstok geheschen. Alle schouwburgen
in den lande zijn gesloten tot een dag na de
begrafenis. De wedrennen van Stockel en alle
voetbalwedstrijden, die heden zouden filaats
hebben, zijn afgelast.
Een bijzondere correspondent seint ons:
Met ontzetting vernam de Brusselsche be
volking Zondagmorgen den tragischen dood van
koning Albert. Menschen, die elkaar niet
kenden, noit gezien hadden, commentarieerden
op straat, op trams, in de café's de verschrik
kelijke tijding. Men gaf er zich duidelijk reke
ning van, dat een nationale ramp over net
land was gekomen. Reeds om 9 uur begaven
honderden menschen zich naar het Koninklijk
Paleis, in de hoop daar nadere bijzonderhe
den over het dramatisch gebeuren te verne
men.
Door de verschillende kranten werden extra
edities uitgegeven, die de laatste bijzonderhe
den brachten. Het geroep der krantenjongens
klonk den ganschen dag over de boulevards.
Op de door de socialisten Zaterdagavond
verbrijzelde ruiten der kantoren van de „Na
tion Beige", „Libre Beige" enz. waren thans
bulletins geplakt.
Toen wij vanmiddag op het postkantoor een
telegram verzonden, stond naast ons een
vrouwtje, die in een druk gesprek gewikkeld
was met een beambte.
„Het is verschrikkelijk," zoo hoorden we. „Hij
was zoo bemind door iedereen en zoo eenvou
dig in zijn omgang. Het was een democrati
sche koning."
Tot zoover onze correspondent.
Te Namen heeft de Bisschop van Namen
Mgr. Heylen hedenochtend in de kerk het
overlijden van den Koning medegedeeld. Het
Te Deum, dat heden ter gelegenheid van de
verjaring van de kroning van Z. H. den Paus
zou plaats hebben, is afgelast. Het klaroenge
schal in de kazerne is tot een dag na de begra
fenis van den Koning verboden.
Om negen uur Zondagmorgen heeft een
batterij van het geschut, dat is opgesteld in
het Jubelpark te Brussel een salvo van 101 ka
nonschoten gelost, om de bevolking het tra
gische nieuws mede te deelen.
Sedert vanochtend heeft de stroom van be
langstellenden aangehouden,, die langs het pa
leis te Brussel defileerden en de registers tee
kenen. De menigte bewaart een plechtig stil
zwijgen en alle klassen der bevolking mengen
zich hier dooreen. Iedereen is zichtbaar aan
gedaan.
De regeering heeft een proclamatie tot het
jrolk gericht, waarin wordt gezegd:
Door een verschrikkelijk ongeluk heeft Bel
gië zijn staatshoofd moeten missen, waarop 't
terecht trotsch was. De droefheid der geheele
natie daarover zal diep zijn. Het Land verliest
een kostbaren steun. De Koning was niet al
leen staatsman, maar ook soldaat.
Aan de Koningin brengt België hulde bij
haar diepe droefheid en het stelt thans al zijn
hoop op den Kroonprins, die, onder den bij
stand der Voorzienigheid, het verheven werk
Zijns vaders zal voortzetten.
De minister van Nationale Verdediging heeft
een dagorder tot het leger gericht, waarin het
overlijden van den Koning wordt medegedeeld.
De leider der Socialisten Vandervelde zeide
tot de journalisten: Ofschoon ik republikein
ben, had ik voor den Koning gevoelens verre
uitgaande boven vriendschap. Hij verklaarde
verder:
De massa des volks zal diep bewogen zijn
door deze gebeurtenis wanneer men denkt aan
den politieken toestand en aan de kritieke
uren, waarin de bij de grondwet gewaarborg-
de vrijheden moeten worden verdedigd.
Vandervelde is ervan overtuigd, dat de Kroon
prins zal treden in het voetspoor zijns vaders
en hij brengt hulde aan de Koningin, wier hart
door droefheid is verscheurd.
In den ministerraad, welke om twaalf uur
vanmiddag werd gehouden onder voorzitter
schap van graaf de Broqueville en waarbij alle
ministers aanwezig waren, werd besloten dat de
uitvaartplechtigheden van den overleden ko
ning zullen plaats hebben volgens het vastge
stelde protocol, dat ook heeft gediend bij de
begrafenis van Leopold II.
De begrafenis is vastgesteld op Donderdag
a. s.
Het stoffelijk overschot zal worden bijgezet
in den koninklijken grafkelder van het slot te
Laeken.
De oud-strijders zullen met hun vlaggen de
haag vormen langs den weg, welken de stoet zal
volgen.
Aan het graf van den Onbekende Soldaat zal
de lijkstatie stil houden en één minuut volledige
stilte in acht nemen.
Het stoffelijk overschot van den vorst zal op
een affuit van een kanon worden vervoerd. Alle
vaandels en standaarden der regimenten, ook
die der ontbonden regimenten, welke in het
Legermuseum zijn ondergebracht, zullen wor
den meegevoerd in den lijkstoet.
Verdere bijzonderheden over de indeeling en
samenstelling van den stoet zullen later wor
den medegedeeld.
Hedenmiddag heeft door den minister van
Justitie Janson de vaststelling plaats gehad van
de overlijdensacte. De minister van Buitenland-
sche Zaken, Hymans, heeft de leden van het
corps diplomatique van het gebeurde in kennis
gesteld.
Minister van Cauwelaert heeft voor den
Vlaamschen omroep een herdenkingsrede ge
houden en minister Pierre Lot voor den Fran-
schen omroep.
De minister van landsverdediging Devèze
heeft een dagorder uitgevaardigd, gericht aan
alle militairen, waarin medegedeeld werd dat
de officieren rouwstrikjes moeten dragen, ter
wijl de generaals een rouwband om den arm
zullen dragen.
Het college van Antwerpen dat vanochtend
om acht uur in spoedzitting was bijeengekomen,
heeft besloten de volgende bekendmaking tot
de bevolking te richten.
Aan de bevolking!
De koning is overleden. Een ongeval te Mar-
che les Dames is de oorzaak van de ramp en
van dit oogenblik is er niemand in het land,
die niet beseft, wat het Belgische Volk heeft
verloren bij dezen noodlottigen dood.
Koning Albert was een man van moed, van
plichtsbesef en van goedheid. Als hoofd van
den Belgischen staat in tijden van vrede is hij
steeds zijn grondwettelijken eed op voorbeeldi
ge wijze getrouw gebleven en in de dagen van
gevaar stond hij op de eerste lijn om land en
volk te verdedigen tegen den vijand.
De droefheid der koninklijke familie is de
droefheid van de gansche natie.
De officieele doodschouw had vanmiddag
plaats op het kasteel te Laeken in tegenwoor
digheid der ministers, ministers van Staat en
andere hooge persoonlijkheden.
Na deze ceremonie defileerden allen voorbij
den doode.
De lijfartsen van den Koning, dr. Nolf en
Leboeuf hebben het stoffelijk overschot van
Koning Albert in het slot te Laeken opge
baard.
Nadat het overlijden officieel geconstateerd
was, deelde de Minister van Justitie mee dat
koning Albert achterover gevallen moet zijn,
waarbij hij met het hoofd op een puntigen
steen terecht kwam en een schedelbreuk kreeg.
Het lijk is opgebaard in de koninklijke slaap
kamer, welke uitzicht geeft op het park van
het slot. Het hoofd is geheel verbonden. De
koning draagt een khaki-uriiform en het groot
cordon der Leopoldsorde.
De doodenwake wordt verricht door drie ad
judanten, den hofaalmoezenier en drie kloos
terzusters.
De Minister van Onderwijs heeft bepaald dat
Maandag en op den dag der begrafenis alle
scholen gesloten zullen zijn.
De Primaat van België, Z. Em. Kard. van
Roey, heeft een rouwbezoek afgelegd.
De Senaat en de Kamer zullen morgen in
vereenigde vergadering bijeenkomen.
Kroonprins Leopold en prinses Astrid, die
tijdens hun verblijf te Adelboden het ontzet
tende nieuws vernamen, troffen in allerijl
voorbereidingen om naar Brussel terug te kee-
ren. Reeds om 7 uur vertrokken zij naar Fru-
tigen, vanwaar zij om 8 uur 26 via Bazel naar
Brussel vertrokken, zoodat zij hedenavond nog
te Brussel kunnen worden verwacht.
De dochter van Koning Albert, prinses Ma
rie José, die gehuwd is met kroonprins ïïm-
berto van Italië en te Napels de tijding ver
nam, wacht op nadere beschikking van het
Italiaansche Hof, t.a.v. de begrafenis.
Het bericht van den tragischen dood haars
vaders wsra aan prinses Marie-José, die met
den prins van Piemont te Napels vertoeft,
met de meeste omzichtigheid ter kennis ge
bracht, daar zü binnen een maand een blijde
gebeurtenis tegemoet ziet.
Koning Emanuel werd onmiddellijk door
Brussel op de hoogte gesteld.
De koninklijke familie van Engeland zond
een persoonlijk telegram van deelneming aan
koningin Elisabeth, evenals Rijkspresident von
Hindenburg.
Baron v. Neurath heeft zijn ambtgenoot HiJ-
mans een hartelijk telegram gezonden, terwijl
van 't ministerie van Buitenlandsche Zaken te
Berlijn, de Rijkskanselarij en het Rijksdagge
bouw de vlaggen halfstok zijn gehangen.
Z. H. de Paus, wiens genegenheid voor
den overleden Koning algemeen bekend was,
heeft eveneens een hartelijk telegram van
deelneming aan Koningin Elisabeth gezon
den.
Het lijk werd gevonden op ongeveer 30 M.
van den straatweg NamenNamèche, op de
helling van een rots, op een 100 M. van de rots
punt, van waar hij is neergestort. Geleidelijk
geeft men zich rekenschap van de droevige ge
beurtenis, die hier heeft plaats gegrepen.
Het lichaam is in zijn val gestuit geworden
door een uitstekenden rotswand. Hier ziet men
nog een bebloede plek en enkele haarlokjes
kleven aan een steen.
De weg van Marche les Dames naar Namen
is aan de eene zijde begrensd door de Maas en
aan de andere zijde door een rij kalkachtige,
schilferende en puinvormende hooge rotsen,
Tusschen deze steenmassa's zijn kloven, ver
oorzaakt door inzakkingen en instortingen.
Deze openingen zijn echter grootendeels ver
borgen onder twijgen en dorre bladeren.
In de middaguren heeft de koning een dezer
rotspunten beklommen. Toen hij op een hoogte
was van 80 M. had hij de plaats bereikt, die in
den volksmond genoemd wordt Vieu bon Dieu.
Daar wilde de vorst een hol-rond rotsstuk be
stijgen, waarbij hij zich moet vastgeklampt
hebben aan een door de vorst gebarsten steen,
die is los geschoten en op zijn hoofd terecht ge
komen. De koning is toen in een der kloven
gevallen en tusschen twee rotsmassa's naar be
neden gestort, aan den kant van den weg naar
Namen. Het lichaam is tenslotte in zijn val
door een oneffenheid tegengehouden, waar het
later werd gevonden.
Op de plaats, waar de koning is uitgegleden,
heeft men zijn bril gevonden, wat lager de
bergtouwen, die hij bij zich droeg en nog verder
zijn rugzak.
In den Zondagochtend komen de berichten
van den tragischen dood van den ook in Ne
derland geëerden Belgischen koning over onze
grenzen. Een ongeval in de Ardennen. De eer
ste berichten spreken elkaar tegen. Het eene
verhaalt dat het lijk in de Maas aan de voe
ten der rotsen gevonden is.... een ander dat
misschien misdaad in 't spel zou zijn. We wil
len ter plaatse zelf een onderzoek instellen en
spoedig snelt onze wagen over de Belgische
wegen. Antwerpen en Brussel liggen in Zon
dagmorgenstemming. Te Brussel zijn de offi
cieele instanties reeds druk in de weer om de
eerste maatregelen te nemen. Overal waar we
komen, met wie we spreken: er heerscht groote
ontsteltenis: de Koning dood! En zóó tragisch
....omgekomen bij een ongeval op een wande
ling door zijn geliefde Ardennen....
De Koningin toeft in het Paleis te Laken;
daar vernemen we, dat er werkelijk van een
ongeval en van niets anders sprake is. De
koning heeft in den vroegen middag Brussel
verlaten per auto, vergezeld van een dienaar.
Hij is in de richting van Namen gereden en
is in den omtrek aldaar uit den wagen ge
stapt voor een wandeling. Het begon reeds te
schemeren. Toen de dienaar vergeefs op zijn
terugkeer wachtte en ten slotte overal in het
rond was gaan zoeken, waarschuwde hij onge
veer 8 uur in den avond Brussel. Aanvankelijk
heeft men de Koningin niets medegedeeld.
Graaf Xavier de Grünne, baron Jacques de
Dixmuide en graaf Edmond de Wiart togen
met dr. Nolf op onderzoek uit. Tegen 2 uur
in den nacht werd het lijk op een stijle rots
helling der rotsen van Marche-les-Dames, ge
vonden door baron de Dixmude. In diens auto
is het verstijfde lichaam naar Laken gebracht,
waar het tijdens onze aanwezigheid in gene
raalsuniform werd opgebaard. Het achterhoofd
is verbrijzeld.
In den vroegen morgen heeft men de Ko
ningin van het vreeselijk ongeval op de hoogte
gesteld.
We zagen in den Zondagmorgen den Pausel.
(Van een bijaonderen correspondent)
BRUSSEL, 18 Februari
Hedenmiddag gaf de hofmaar
schalk, graaf de Patoul, mij met een
paar journalisten toestemming om
het lijk van den Koning te be
groeten.
Rondom het paleis van Laeken hing op dezen
triesten Februari-dag een geheimzinnige stilte.
Menschen spraken op gedempten toon. Op de
Parklaan voor het Paleis wachtte een stille, in
getogen menigte.
Graaf de Patoul, die de vertrouwensman was
van den Koning, gaf ons met van ontroering
bevende stem eenige bijzonderheden over het
drama. Onder het personeel heerschte diepe
verslagenheid.
Wij werden in een salon geleid op de
eerste verdieping in den rechtervleugel van
het kasteel. Vervolgens gingen we langs
twee andere salons, in rood en goud décor,
daarop volgde het werkkabinet yan den
Koning, met twee groote bureaux-ministres,
bedekt met documenten, dossiers, boeken en
dagbladknipsels. In het midden lagen en
kele vellen papier met aanteekeningen,
waarschijnlijk de laatste, door den ongeluk-
kigen Koning neergeschreven. Verder een
canapé, waarop hij dikwijls uitrustte. Daar
op volgde weer een kleine salon, waar o.a.
zijn boeken lagen, een hoed en een hand
schoen.
Dan traden we, niet zonder ontroering, de
kamer binnen, waar de Koning der Belgen
thans rust; zijn gelaat is bleek en vredig; door
een verband om zijn voorhoofd is de vreeselijke
wonde onzichtbaar. Op het gelaat lees ik smart
noch schrik. De handen rusten op elkaar. Op
de borst ligt een ivoren kruisbeeld. Twee
kloosterzusters bidden bij het lijk.
Slechts enkele woorden komen over onze lip
pen: „Wat een ramp, welk een verlies!"
Nader seint men ons:
Zondagmorgen hadden wij een onderhoud
met een hofbeambte die er geen bezwaar tegen
had ons eenige nadere mededeelingen te geven
over het drama.
En inderdaad vertrok hij Zaterdag, kwart
over 12 per auto naar Marche les Dames, zijn
auto zelf besturende. Ook ditmaal was alleen
genoemde kamerdienaar meegegaan. Wetende,
dat de tocht niet zonder gevaar was, had hij
zijn uitrusting van Alpinist, o.a. een lang touw,
meegenomen. Alvorens te vertrekken, had hij
instructies gegeven, om alles in gereedheid te
brengen voor het bezoek, dat hij Zaterdagavond
in het Sportpaleis moest afleggen, waar een
wedstrijd om den Koningsbeker zou worden ge
houden.
Om kwart over 1 was men reeds ter plaatse.
Met van Dijck besteeg de Koning een steilen
berg, hetgeen uitstekend ging. Beneden geko
men zei de Koning, dat hij een tweeden keer
wilde opstijgen, ditmaal echter alleen. „Het is
niet gevaarlijk," zeide hij nog: „Ik zal echter
voorzichtig zijn. Binnen een uur ben ik terug,
want ik moet vanavond om half 6 weer in
Brussel zijn." 't Was toen 3 uur.
De kamerdienaar werd ongerust, toen de ko
ning om 5 uur nog niet was temggekeerd. Hij
riep drie mannen, waaronder de burgemeester
van het dorp, die aanstonds naarstig gingen
zoeken. Onderwijl telefoneerde van Dijck naar
het paleis te Laeken, vanwaar dadelijk een auto
vertrok met dr. Nolf, graaf de Grünne en ka
pitein Jack de Dixmude.
De nazoekingen werden door de inmiddels
ingevallen duisternis ten zeerste bemoeilijkt.
Plotseling zag kapitein de Dixmude iets
èn het volgende oogenblik stond hij voor
het lijk van den Koning, gelegen tegen een
rots, het hoofd naar beneden. Het lichaam
was reeds koud en verstijfd. Het vertoonde
een diepe wonde boven den nek, terwijl de
hersenen bloot lagen.
Inmiddels was koningin Elisabeth met de
noodige omzichtigheid van het droevig gebeu
ren op de hoogte gebracht. Haar werd evenwel
geweigerd bij de aankomst aanwezig te zijn,
om haar den verschrikkeljjken aanblik te spa
ren.
Dr. Nolf wiesch en hechtte de wonde. Het
stoffelijk overschot werd daarna op het bed in
de slaapkamer van den Koning neergelegd.
Eerst toen werd Koningin Elisabeth toege
laten om een blik te werpen op het ontzielde
lichaam van hem, met wien zij 35 jaren lief en
leed gedeeld had. De ongelukkige vrouw ween
de luid en viel enkele minuten later in on
macht.
Om bij de eerste berichten over
misdaad of ongeval een juiste lezing EE
te krijgen is een onzer redacteuren
naar de plaats des onheils gegaan.
H In bijgaand artikel vertelt hij van
zijn bevindingen.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinii
Nuntius, verschillende ministers en gezanten,
burgemeester Max van Brussel e.a. aan het
Paleis te Laken aankomen om hun deelneming
aan de Koninklijke Familie te betuigen. En
kele agenten en gendarmes stonden voor het
hek van het park.
In den vroegen ochtend te half acht was
prins Karei per auto die hij zelf bestuurde uit
Ostende aangekomen, doodsbleek en diep on
der den indruk. Prins Leopold, de troonopvol
ger, die met prinses Astrid in Zwitserland toef
de, was nog des nachts telegrafisch en telefo
nisch op de hoogte gesteld en werd tegen den
avond terug verwacht. Hij zou door leden der
regeering tot de grens worden tegemoet ge
reisd.
Terwijl te Laken alles werd voorbereid voor
de droeve overbrenging van het stoffelijk over
schot naar het paleis te Brussel zijh we naar
Namen gereden. De vredige Bisschopsstad van
Mgr. Heylen lag in diepe verslagenheid. De
kerkklokken kelpten de doodsmare.... vlag
gen hingen halfstok.... alle feestelijkheden,
openbare vermakelijkheden enz. waren afge
last.
Eindelijk naderen we de plaats des onheils.
De streek is een der schoonste plekken
van België, vol romantische bekoring, vol
vredige uiterlijke rust, vol grootheid en liefe
lijkheid. En in de meest schilderachtige dee
len van het Maasdal staat onze auto stil.
Ongeveer tien kilometers van Namen langs
de route Namen-Namèche in het gehucht
„Le bon Vieu Dieu" verheffen zich de rotsen
langs de Maas omhoog. Naar schatting is
de hoogte een honderdtal meters van Marche-
lez-Dames tot Beez. Vele Nederlanders die
de Ardennen bezochten zullen deze omgeving
wel kennen. Er is een weg óók boven langs
den rotswand, de Chemin du Point-de-Vue.
De vreemdelingen die van uit Namen door
de Ardennen gaan geven aan dezen weg de
voorkeur wegens zijn fraaie gezichten en zijn
ongeschonden natuur. De Maas kronkelt zich
beneden in de richting van Hoei. De natuur
is nog ongerept. Men treft er weinig rots
ontginningen aan en geen kalkovens. Geen
wonder dat de Koning deze plek koos om een
wandeling te maken.
In de nabijheid verheft zich het kasteel
van graaf Edmond de Carton de Wiart.
Het verkeer was Zondagmiddag stop gezet.
De rijkswacht uit Namen bewaakte den weg.
We zien een auto van het hof. De procureur des
konings, Verhaeghen en de onderzoekingsrech-
ters Philippent en Dumocelin waren reeds
vroeg ter plaatse om de oorzaak van den
dood na te gaan.
Men acht hier een misdadigen opzet uitge
sloten. Er is alleen sprake van een ongeval.
Dat is zeer duidelijk, zegt men ons.
Inmiddels hebben de autoriteiten de plek
van het ongeval door gendarmes laten afzet
ten en met vlaggetjes die in den grond zijn
gestoken, doen aangeven.
Aan de zijde van den weg dien de Koning
met zijn auto genomen heeft, verheft zich
een helling die de Koning beklommen moet
hebben. De rotsen vormen hier een vrij
zachte glooiing om aan de andere zijde, aan
den Maaskant, stijl neer te gaan. De weg
dien de vorst gegaan is om naar boven te
komen is nog vrij nauwkeurig aan te geven.
Hij schijnt boven op de rotsen gerust te heb
ben op een grooten steen die zich evenwel
allerwaarschijnlijkst begeven heeft en met
hem omlaag is gevallen.
Is de Koning onwel geworden? Is de steen
de eenige oorzaak? Is hij uitgegleden bij de
beklimming? De juiste toedracht zal wel niet
aan het licht komen.
Een vijftigtal meters omlaag aan den stijlen
kant wordt ons de plek gewezen waar de
Koning gevonden is in de duisternis van den
nacht.
Een dertigtal meters van den weg is het li
chaam door een rotspunt gestuit. Is de onge
lukkige onmiddellijk dood geweest? Men neemt
het aan. Bloed kleeft nog aan de steenen. De
adem van een gruwelijken dood heeft thans de
ze schoonste natuur gekust.
Kapitein baron de Dixmude die de vreeselijke
vondst deed, zei er niet aan te twijfelen dat
KONING ALBERT VAN BELGIË BIJ EEN
BERGBEKLIMMING OM HET LEVEN GE
KOMEN.
KROONPRINS LEOPOLD WORDT VRIJ
DAG A.S. INGEHULDIGD ALS KONING
DER BELGEN.
Na het bloedbad in Oostenrijk.
Gespannen toestand in Spanje.
Landelijk Congres van den Ned. R. K. Bond
voor Groote Gezinnen op tweeden Paaschdag
in Den Bosch.
Nog geen overeenstemming in de veilingkwestie
te Beverwijk.
De gezonken „Spaarnestroom"; een reeder
gearresteerd.
Rapport-Idenburg verschenen. Voorstellen tot
bezuining bij land- en zeemacht.
Huiszoekingen bij communisten te Den lip
Geheele oplaag van een geschrift in beslag
genomen. Twee arrestaties.
Salaris-verlaging voor ambtenaren der provincie
Zuid-Holland.
Historische kerk te Muiderberg door brand ver
nield.
Benoemingen in het bisdom Haarlem.
Onderzeebooten K XIV en K XV met averij
in de haven van Cadix binnengeloopen.
De heer J. M. F. L. Steger, directeur der ste
nografische inrichting der Staten-Generaal
overleden.
O
Het WeeriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiüiiiiH
1 VERWACHTING: In het
Noorden matige, tijdelijk toenemende
Westelijke tot Noord-Westelijken wind,
EE half tot zwaar bewolkt. In het Zuiden
EE zwakke tot matigen, Westelijke tot
EE Noord-Westelijken wind, nevelig tot
licht of half bewolkt, weinig of geen
EE neerslag, weinig verandering in tempe-
EE ratuur. EE
Hoogste stand: 780.3 te Valentia.
=j Laagste stand: 724.3 te Röst.
H Zon op 7.11 - onder 5.18 - Licht op 5.48 EE
21 Febr. 6.25 v.m. E. K.
Hilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllli
hier van een droevig ongeval sprake was en de
ongelukkige vorst terstond het leven moet heb
ben verloren.
In den middag kwamen tal van Belgische en
buitenlandsche journalisten en tal van belang
stellenden uit Brussel, Antwerpen, Namen, Luik
en elders naar de plaats waar Koning Albert
den dood vond.
Van gezaghebbende personen vernamen we
reeds plannen om op de plek van het droevig
gebeuren een gedenkteeken op te richten.
Natuurlijk -staat hiervan nog niets vast. Maar
de plek is nauwkeurig aangegeven en wordt dag
en nacht bewaakt.
De kamerdienaar die den koning vergezelde
is een beproefde gedienstige die het volle ver
trouwen van den vorst en het hof genoot. De
man is diep onder den indruk en voelt zwaar
de verantwoordelijkheid. Toen de schemering
reeds eenigszins inviel was de koning tegen
vijf uur ongeveer Zaterdag de wandeling gaan
maken. De koning had hem gelast bij den wa
gen te wachten. Toen de duisternis echter in
viel en de vorst weg bleef, is de dienaar hem
in het rond gaan zoeken en heeft ten slotte,
vertwijfeld en angstig, de bewoners van het
kasteel van graaf Carton de Wiart gewaar
schuwd. Hier stelde men zich telefonisch in
verbinding met Brussel en Laeken omstreeks
acht uur in den avond.
MADRID, 19 Febr. (V.D.). De zenuwen der
bevolking zijn thans in hooge mate gespannen,
daar men algemeen een opstandige beweging
Verwacht. Deze spanning wordt nog verhoogd
door het feit. dat. alhoewel niets bekend is over
de brandpunten van het verzet, er toch alge
meen rekening gehouden wordt met de moge
lijkheid van een algemeene staking, die elk
oogenblik zou kunnen uitbreken. Tot dusver
zou een opstandige beweging nog slechts tot
uiting komen in verspreide handelingen, zoo
als plunderingen, pogingen tramwagens in
brand te steken, het werpen met steenen op
officieren e.d., hetgeen men beschouwt als po
gingen om de politie, die voor alle gebeurlijk
heden volledig gewapend is, af te matten.
Stand op Maandag 1 uur n.m.; 766
yorige stand: 772