Waterstaat afgehandeld I 'wHm WÈÊÈÊÈ De spelling van onze taal De bacon-smokkel Auto rijdt trottoir op VERKEERSPROBLEMEN HET RIJPENDE KOREN miÊÊÈÊrm ZATERDAG 10 MAART 1934 EERSTE KAMER De weg AmsterdamLaren zal nog dit jaar worden verbreed „Rechts gaat voor" Collectieve contracten SÜÉ1 djSgk Minister Kalff Onbewaakte operwegen Koloniën Tijdelijke loonkorting Textielfabrikant te Helmond wil tijdelijk het contract op zij zetten Het compromis zal binnenkort in den Ministerraad worden behandeld Spoedige invoering op school BOTERPRIJS Een luchtvaartdag Plannen voor een jaarlijksche demonstratie De Varkenscentrale beantwoordt uitvoerig de gestelde vragen feuilleton Prof. Schrijnen Heden 40 jaar priester 4 Het vastenmandement sloeg in De afd. Den Bosch van de N.S.B. zal met ingang van 1 Mei worden opgeheven UIT HET MEUBELBEDRIJF Conflict voorkomen Een meisje gedood, broertje en zusje ernstig gewond Gevel van woonhuis vernield PATER JACOB t NATIONALE BEDEVAART Vrijdag te Nijmegen aangekomen ARRESTANT ONTVLUCHT Later zichzelf weer aangemeld 92-jarige vrouw aangereden DEN HAAG, 9 Maart 1934 De Eerste Kamer is heden met haar begroo- tingswerk een stevig stuk gevorderd. De be grootingen van Waterstaat, Koloniën, Wegen fonds en de Staatsmijnen werden alle zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. En thans is nog slechts Economische Zaken over. Moge minister Verschuur de volgende week hersteld zijn. En moge dan de Eerste Kamer hem niet al te vermoeiende dagen ver oorzaken. MINISTER KALFF, die, naar men weet, ook eenigszins met zijn gezondheid schijnt te suk kelen, al bleek daarvan heden niet veel, heeft over de Eerste Kamer geen klagen gehad. Er waren over de toch omvangrijke begrooting van Waterstaat slechts vijf sprekers en het ge luk wilde, dat zij alle vijf het vrijwel onont koombare lot van den senator! enkel maar in herhaling vielen. De minister weet met der gelijke redevoeringen wel raad. Zelfs schriftelijk in zijn Memorie van Antwoord verwijst hij ter zake van punten, waaromtrent het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer aan het herkauwen sloeg, eenvoudig naar bladzijde zooveel en zoo veel van de „Handelingen" der Tweede Kamer. En waar dan mondeling nog eens opnieuw der gelijke punten worden besproken, beperkt hij zich tot een zeer kort wederwoord. Methode, die aan de in den Senaat nogal eens in het gedrang rakende efficiency ten goede komt. De Katholieke senatoren namen ook heden de meeste plaats op de sprekerslijst in, de heer ANDRIESSEN met opnieuw een pleidooi voor verbindendverklaring van de normen der col lectieve arbeidscontracten in bestekken voor Rijkswerken, mr. JANSSEN DE LIMPENS met een uitnemende rede over noodzakelijke wijzi gingen in onze Motor- en Rijwielwetgeving en de heer NIVARD met een bespreking van di verse Rotterdamsche belangen de spoorweg plannen der Maasstad en den bouw van een tunnel onder de Maas en van de houding, die de minister aanneemt tegenover de belan gen van spoor- en tramwegpersoneel. Over dit laatste onderwerp had vóór hem de sociaal democraat MOLTMAKER reeds een philippics tot den bewindsman gericht, terwijl de Chris- telijk-Historische senator TER HAAR evenals de heer Janssen de Limpens de beteugeling van de gevaren van het motorisch verkeer besprak, daarbij ook nog eens ten zooveelsten male de onbewaakte overwegen bejammerend. MINISTER KALFF, heden belangrijk beter op dreef dan Woensdag aan den anderen kant van het Binnenhof, begon zijn rede met in het al gemeen te verklaren, dat hij bereid was, al het te berde gebrachte nog eens ernstig na te lezen ih de „Handelingen" en er nauwgezet aandacht aan te wijden. Van de punten, die hij voor een nadere bespreking uitzocht, mogen we de vol gende vermelden: De verbindendverklaring van de collectieve arbeidsovereenkomst in de Rijksbestekken heeft ook de heer Andriessen ondanks zijn helder en goed voorgedragen betoog niet van den minis ter kunnen loskrijgen. De minister was het prin cipieel vrijwel met den Katholieken afgevaar digde eens, maar moet de verbindendverklaring Uitstellen tot betere tijden, waarin de prijs van de Rijkswerken niet zoo scherp in 't oog ge houden moet worden als thans. De kwesties van verkeersveiligheid, door mr. Janssen de Limpens en den heer Ter Haar ter sprake gebracht, vinden regeling ih de wijziging van de Motor- en Rijwiel- Wet, die gereed is, om naar den Raad van State te worden verzonden. Het zal ons benieuwen, of die regeling zoo compleet zal zijn als de Katholieke senator haar heden bepleitte. Want de heer Janssen de Limpens had nogal wat desiderata. Wettelijk verplichte periodieke controle der auto's, op neming onder de bescheiden, die ter verkrijging van een rijbewijs noodig zijn, van een verkla ring der politie, dat de aanvrager ten aanzien van het gebruik van alcohol een goede repu tatie geniet, het stellen van precies dezelfde eischen, wanneer de termijn, waarvoor aan iemand het rijbewijs ontnomen is, is verstreken, verder de bepaling, dat op speciaal aangeduide hoofdwegen het verkeer altijd voorrang heeft op dat, hetwelk uit zijwegen komt, en tenslotte de verplichting voor wie van een zijweg den hoofdweg oprijdt, om zijn vaart dusdanig te tem peren, dat hij onmiddellijk stoppen kan. Vooral de laatste bepaling in den geest, waarin het Haagsche Gerechtshof al eens ar rest wees is van beteekenis. Want het is een niet te loochenen feit, dat de regel „rechts gaat voor" vaak een vrijbrief is voor koppig zich aan hun „recht" van artikel 5 van het Motor- en Rijwielreglement vastklampende onvoorzich- tigen. De critiek, door de heeren Moltmaker en Nivard geoefend op het feit, dat de minister, in stede van een rechtsbeschermer van het spoorweg personeel tegen de directie te zijn, de spoorwegdirectie, ge heel in strijd met zijn taak, tot ver slechtering der ar beidsvoorwaarden dwingen zou, heeft de bewindsman af gewezen. F. NIVARD Hfj betoogde, dat de taak van den minister van Waterstaat sedert 1920 in een geheel ander licht gekomen is, omdat hij van toen af aan had op te komen voor het bedrijfsresultaat der spoorwegen. De staat kan nu eenmaal niet ieder jaar de enorme tekorten blijven bijpassen. En dan kan bij het verminderen der exploi tatiekosten het loon, dat daarvan 5 pCt. uitmaakt, onmogelijk buiten beschouwing blijven. Trouwens de minister herhaalde dit in de Tweede Kamer reeds aangehaalde argument de loonen van het personeel zijn nog altijd dusdanig, dat de minst be zoldigde op de goedkoopste standplaats 24 verdient. Ook de critiek op zijn houding tegenover de personeelsaangelegenheden bij de diep in het moeras zittende tramwegen kon minister Kalff, die terecht de reputatie heeft van een warm voelend en sociaal denkend man, niet aan vaarden. Het feit ligt er nu eenmaal, dat de tramwegmaatschappijen ook in het belang van het personeel zelf gered moeten worden van den ondergang. Men bedenke ook, aldus de bewindsman, dat de aandeelhouders al jaren lang geen cent dividend krijgen en dat hier en daar zelfs de positie der obligatiehouders in gevaar is. In dit verband lijkt ons voor wat de spoorwegen betreft, de vraag op haar plaats, of daar de dividendgarantie maar altijd onaangetast blijven kan. Terzake van de onbewaakte overwegen staat Minister Kalff op hetzelfde standpunt. Willen automatische signalen, door den heer Ter Haar bepleit, niet gevaarlijk zijn in stede van een beveiliging, dan dienen ze op al de 2500 onbe waakte spoorwegovergangen te worden aange bracht. En dat kost anderhalf millioen. De spoorwegplannen te Rotterdam als ze geleidelijk moeten worden uitgevoerd, aldus de heer Nivard, is dat een argument te meer, om maar vqst te beginnen moeten wachten op de resultaten van de electrische tractie van RotterdamDordt en de Dieselelectrische op RotterdamGouda. Want daardoor zal ver moedelijk tengevolge van een eenvoudiger per ronstelsel en tengevolge van minder behoefte aan gerangeer met locomotieven, een beschei dener opzet mogelijk zijn. Dat de tunnelbouw onder de Maas stagneert, ligt aan de Rotterdamsche gemeentewerken, die hun plan nog niet klaar hadden. Het verkeersvraagstuk in zijn geheel bespreekt de Minister liever bij het Verkeersfonds. En tot zoolang zal ook de heer Moltmaker geduld moeten hebben met hét vergunningsstelsel van vrachtauto's. Tenslotte dient nog vermeld, dat de Minister terecht van meening blijft, dat vertegenwoor digers van personeel niet behoeven zitting te hebben in den Raad van Commissarissen eener onderneming want op die wijze controleert de ondergeschikte zijn superieur. Het geval Nivard, door den heer Moltmaker ter sprake gebracht, lag echter wel eenigszins anders. Want de heer Nivard is al jarenlang niet meer aan eenige personeelsorganisatie annex. Bij de begrooting van het Wegenfonds is door drie sprekers de katholieken VISSER en DE JONG en den Christelijk-Historicus TER HAAR wederom de klinker ter sprake gebracht, het nationaal fabrikaat, dat voor de wegbedekking de voorkeur hebben moet. Minis ter KALFF heeft daar niets op tegen. Maar de zaak moet niet duurder worden dan noodig is. En duurder wordt zij in alle gevallen en die zijn nogal talrijk waar de kllnkerbe- strating een fundeering niet missen kan. De omstandigheden zullen dus telkens den door slag moeten geven. De weg AmsterdamLaren de heer Ter Haar sprak daarover zal nog dit jaar ver breed worden. En evenzoo zoo spoedig moge lijk de weg AssenRolde, die de onver woestbare, enthousiaste Drenth SMEENGE zwaaide dit testimonium volgens een Fran- schen geleerde, de mooiste weg is in... Europa. Of hij er door de verbreeding mooier op wor den zal, is een andere vraag. Bij de begrooting van Koloniën heeft Dr. COLIJN aan Mr. FOCK, den eenigen spreker, toegezegd, dat er thans spoed gezet zal worden achter de herziening der Regeeringsreglemen- ten voor Suriname en Curasao. De liberale senator had daarop aangedrongen, omdat bij den thans bestaanden toestand de Nederland- sche Staten-Generaal absoluut geen zeggen schap hebben over de begrooting van Curasao. Want die begrooting is thans sluitend. Maar dank zij een leening van Nederland, dat thans een vordering op Curasao heeft van een dikke v«f millioen En dan niets in de melk te brokkelen te hebben! Eenigen tijd geleden gingen er geruchten, dat de directeur der N.V. Weverijen H. Swin- kels, te Helmond een tijdelijke loonsverlaging van 20 pCt. wilde invoeren. De arbeidersorganisaties hebben toen een conferentie gehad met de directie, waarin deze de juistheid dezer geruchten bevestigde. De bedoeling is de loonen, die volgens contract geregeld zijn, gedurende drie maanden met 20 pCt. te verlagen over de geheele linie. Daarna zouden ze weer worden hersteld op de oude basis. De arbeidersorganisaties staan hier afwijzend tegenover, terwijl ook de beslissing van de R.K. Werkgevers in de textielnijverheid, met wie het contract is afgesloten, nog niet bekend is. Ook de werkgevers zullen tegen dezen maatregel waarschijnlijk bezwaren maken. Het is bekend, dat de directeur der onder neming, de heer H. Swinkels, een volbloed N.S.B.'er is en op zijn fabriek nogal reclame maakt voor deze organisatie. Het compromis in het spellingvraagstuk, dat de spellingcommissie als oplossing aan beveelt en waarvan minister Marchant Donderdag in de Eerste Kamer gewag maakte, zal waarschijnlijk in de eerst- volgendp bijeenkomst van den ministerraad worden besproken. Zoodra de ministerraad zijn goedkeuring' aan de voorstellen zal hebben verleend, zullen de wijzigingen wor den gepubliceerd. Het ligt in de bedoeling, aldus „De Telegraaf" dat de nieuwe voorschriften voor ambtelijke Stukken verplicht zullen worden gesteld en dat zij op 1 September a.s. zullen worden inge voerd op de scholen waarover de regeering zeggingschap heeft. Men verwacht, dat de andere scholen en de maatschappij dan zullen volgen, temeer daar het compormis nogal mee moet vallen en de nieuwe spelling ook de meer conservatieven zal kunnen voldoen. Intusschen is het nog altijd mogelijk, dat de ministerraad zich met de voorstellen niet zal kunnen vereenigen of wijzigingen zal eischen, die nieuwe besprekingen noodig maken. Het compromis schijnt echter een goede kans te maken. Minister Marchant heeft n.l. voor de commissie werd ingesteld de principieele mede werking van den ministerraad verzocht en verkregen. Bezwaren tegen een wijziging op zichzelf zullen dus niet meer worden ingebracht. De ministerraad zal slechts beslissen over de thans in concreto voorgestelde nieuwe spel lingwijze. De Leeuwarder boternoteering heeft een nieuw laagterecord bereikt, n.l. 43 cents per kilo, dat is drie cents lager dan op 2 Februari. Naar wij vernemen, hebben de burgemeesters van Zeist en Soest, in samenwerking met den commandant van de Luchtvaartafdeeling te Soesterberg, het initiatief genomen tot het or- ganiseeren van een nationalen luchtvaartdag, welke voor de eerste maal zal worden gehou den op 19 Mei as. op het vliegveld Soesterberg Naar men weet zijn de beide bovengenoemde burgemeesters eere-voorzitters van het „Peli kaan-Comité" in bedoelde plaatsen en men zal trachten, door de organisatie van dezen natio- De directie der Varkenscentrale heeft thans geantwoord op de vragenreeks van „Het Han delsblad" over de bacönsmokkelarij naar Bel gië. Omstreeks half Februari is aan den Brussel- schen agent der Varkenscentrale telefonisch verzocht, om (met den anderen agent, die daar eveneens voor de V. C. werkzaam was, op 27 Fe bruari naar Den Haag te komen, voor de be spreking die ingevolge den ontslagbrief van 29 Januari nog plaats moest vinden. Op 23 Februari werd den heeren echter aan geschreven, dat deze bespreking niet op 27 Fe bruari, doch eerst 6 Maart zou worden gehou den. Dit nu geschiedde, na afspraak en over leg met den inspecteur der recherche te Rot terdam, die n.l. op 22 Februari de directie der Varkenscentrale was komen mededeelen, dat uit het al eenigen tijd in volledige samenwer king met de V. C. in gang zijnde onderzoek, (in verband met de heele baconquaestie) gebleken was, dat de heer P. betrokken was in de Belgi sche fraude. Even nadat de inspecteur der recherche op Vrijdag 22 Februari het kantoor der V. C ver laten had, bij welke gelegenheid hij de directie, die hieromtrent voordien niets van ambtelijke zijde had vernomen (hoogstens sinds 15 Fe bruari eenige nog niet gecontroleerde geruch ten) ook had ingelicht omtrent de op 15 Fe bruari door het Brusselsche parket bij den heer P. gedanen inval, meldde zich de heer P. zelf op het kantoor aan. Aangezien juist met de recherche, die met haar onderzoek nog niet gereed was en daar om eén voortijdig onderhoud tusschen den di recteur der V. C. en den heer P. wilde voorko men, was afgesproken, dat dit onderhoud pas op 6 Maart zou worden gesteld, stond de di recteur der Varkenscentrale den heer P. niet te woord, doch waarschuwde onmiddelliji: tele fonisch de recherche dat de heer p. zich op dat moment op het kantoor der v. C. in Den li Na het maal was de avond spoedig voorbij. Edouard ging in de herberg slapen, Etienne en Jacques zochten de kamer op voor hen bo- ven den stal gebouwd; de drie meisjes begaven zich naar het vroegere kindervertrekje, thans «aar kamer, want bij den groei der familie had men ook het huis moeten vergrooten. Ook Pierre lag reeds te bed, doch Catherine, wel bevroedend, dat de meisjes meer lust tot pra- 'en dan tot slapen zouden hebben, ging eens dijken. Inderdaad hoewel men elkander reeds een half uur geleden goeden nacht gewenscht bad, was Louise de eenige, die sliep.. Margue rite en Ninette zaten op den rand van haar bed en spraken druk over de groote gebeurtenis, die Ninette's bestaan aldus kwam beroeren. Marguerite, ga naar bed, zei de moeder. Ninette, met jou heb ik nog wat te praten. Sia een doek om en ga met mü naar den tuin. 't is een mooie nacht; onder het prieel tje zullen we ongestoord zijn. Ninette gehoorzaamde en volgde haar pleeg moeder, lang niet gerust over hetgeen deze te zeggen had. Liefdevol trok Catherine het meisje tot zich en voerde haar naar het prieel, waar zü zich op een bank neerzette. In volmaakt vertrou wen legde Ninette haar kopje tegen den schou der van haar pleegmoeder en weende. Niet schreien, kindlief want heden heeft God je een groot geluk toegezonden. Kan het een geluk zijn, moeder, u te ver laten? Ach, Ninette, zelfs als je werkelijk mijn dochter waart, zou je mü eenmaal moeten ver laten om je echtgenoot te volgen. O, aks ik werkelijk uw dochter was! Maar als ik Nu, zeg maar gerust, wat je denkt. Bijna onhoorbaar was het antwoord: Als ik de vrouw van Jacques was. Juist daarover wilde ik met je praten, lieve; thans kun je de vrouw van Jacques niet meer zijn. Moeder! protesteerde het meisje. Luister eens bedaard. Ik weet heel goed, dat huwelijk was de droom van je kinderjaren, ook die van mijn armen jongen. Welnu, uit droomen ontwaakt men 's morgens. Heden zijn wij ontwaakt, je moet er van afzien en trachten te vergeten. Maar waarom, moeder? Waarom van Jacques afzien? Waarom hem vergeten? Omdat je broer rijk is en jij het eenmaal ook zult zijn. Wat maakt dat uit? Dat maakt zeer veel uit. Jacques zal slechts zijn deel hebben van ons goed en van hetgeen grootvader Bouju bezit. Dat alles bij elkaar lijkt nog niets op een fortuin. Moeder ik was slechts een arm meisje, zon der eenigen bruidschat; vond u dat toen een hindernis om met uw zoon te trouwen? Heer in den hemel, neen! Welnu, wat verandert er dan, als ik nu rijker ben dan hij? Daarover alleen zou reeds heel wat te pra ten zijn; doch naar mijn inzien verdwijnt die ongelijkheid, wanneer beide echtgenooten ver standig en edelmoedig zijn. Maar wat niet ver dwijnen kan? De ongelijkheid in stand, en bo venal in kennis en zulke dingen. Dat behoeft geen beletsel te zijn! zei Ninette nu, nog wel bedrukt, maar toch bijna lachend. Meisjelief zoo besloot moeder het onderhoud, spreek niet'over je gevoelens, zeg er niets van tot je broeder. Hij zou kunnen denken, dat wij je aanmoedigen; het zou lijken, of wij hem om je bruidschat vroegen, als betaling voor hetgeen we aan je gedaan hebben. En bovenal, spreek er niet met Jacques over; ik, zijn moeder, smeek het je, en desnoods ik verbied het je. Hij heeft den stoot ontvangen geef hem nu niet eenige hoop, doe hem geen beloften, die je niet zoudt kunnen vervullen.' Goed, zuchtte Ninette, ik zal niets zeggen. Catherine kuste haar. Arme kleine, ik doe je wel pijn, maar het is om je in de toekomst onnoemelijk veel leed te besparen, jou zoowel als hem. Haag bevond. Om dezelfde reden moest na tuurlijk een aankondiging omtrent voorioopige officieele schorsing achterwege blijven. Zulk een stap zou immers het verder onderzoek ten zeer ste hebben kunnen schaden. Toen de directeur der Varkenscentrale, den heer P. op 22 Februari om de zooeven vermelde reden niet kon ontvangen, (natuurlijk werd aan den heer P. deze reden niet meegedeeld) heeft deze wel met anderen van het kantoor gesproken, en bij die gelegenheid een vrijwilli ge verklaring afgelegd, waarbij hij o.m. zelf mededeelde, dat het Brusselsche parket op 15 Februari in zijn woning een onderzoek had in gesteld. Dat den heer P. op 29 Januari werd aange schreven, dat de met hem bestaande overeen komst zou eindigen, vond toen uitsluitend zijn oorsprong in de omstandigheid, dat het niet langer loonend scheen, deze overeenkomst te handhaven. Wel bestond op dat oogenbük het voornemen, eventueel nog den heer P. op een andere basis voor de Varkenscentrale te Brus sel werk te laten verrichten. En daarover zou dan de aanvankelijk op 27 Februari gestelde bespreking hebben geloopen. Zoolang bleef hij dan nog in functie, wat practisch het geval is geweest, totdat men, dank zij het bovenver melde onderzoek bevonden had, dat de heer P. bij fraude in België betrokken scheen te zijn. In verband met de vragen, die betrekking hebben op het feit, dat sterke achteruitgang van den export naar België reeds geruimen tijd voor Januari van dit jaar was ingetreden, vernam het blad van den directeur der Var kenscentrale, dat de heer P. oorspronkelijk op commissie gewerkt had. Vrij kort echter nadat de V. C. in werking was getreden, was hierin een wijziging aangebracht, en kreeg de heer P. een vast salaris, aangezien dit een groote be sparing zou opleveren: door de centralisatie van den uitvoer zou hij immers heel wat meer dan tot dusver in handen krijgen, (n.l. meet dan van een enkel bedrijf) en dus zouden op die manier de commissiege. on een aanzienlijk hooger bedrag hebben uitgemaakt dan het vaste salaris dat hem nu werd toegekend; een sala ris, waarvan men aldus de directie der V. C. gerust kan zeggen, dat het ook nog bij den stand van den export zooals die nog gerui men tijd is gebleven, waarlijk niet te hoog was. nalen luchtvaartdag bij te dragen tot de vor ming van het nationale luchtvaartfonds, dal het „Pelikaan"-comité zich ten doel stelt. De militaire luchtvaart heeft deze gelegenheid gaarne aangegrepen, om een bewijs te geven van hartelijke sympathie voor de burgerlijke luchtvaart en om een loyale poging te doen om den arbeid van het Nationaal Luchtvaarifonds te steunen. De Minister van Defensie heeft reeds zijn goedkeuring gehecht aan dit plan. De meest volledige medewerking van den militai ren vliegdienst is toegezegd. Naast den steun aan het „Pelikaan"-comité vertrouwt men, door de organisatie van dezen naiionalen lucntvaart- dag tevens te voldoen aan een lang gekoester- den wensch van velen, die voor de luchtvaart belangstelling hebben. Het ligt in de nedoeling de organisatie ter hand te nemen in denzeifden geest van de Engelsche luchtvaartdagen welke jaarlijks te Hemmen gehouden worden en hon derdduizenden belangstellenden trekken. Indien de pogingen slagen, hoopt men ook den Ne- derlandschen luchtvaartdag tot een jaarlijksch evenement te maken voor allen, die sympathie en belangstelling voelen voor onze vaderland- sche luchtvaart. Heden viert Mgr. Prof. Dr. Jos. Schrijnen zijn 40-jarig priesterfeest. Jos. Ch. F. H. Schrijnen werd geboren te Venlo 3 Mei 1869, bezocht het Collegium Albertinum der Paters Dominicanen aldaar en het bisschoppelijk College te Roer mond en Rolduc, studeerde aan de universiteit te Leuven en promoveerde in 1891 tot doctor in de letteren en wijsbegeerte op een proef schrift, getiteld: Etude sur le phénomène de I's mobile dans les langues classiques. Ontving in 1894 de H. Priesterwijding, was daarna ieeraar aan het bisschoppelijk College te Roermond. Werd in 1910 lector en in 1912 bizonder hoog leeraar vanwege de St. Radboudstichting aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, om onderwijs te geven in de vergelijkende klassieke taalkunde en in de cultuurgeschiedenis der christelijke oudheid, sinds 1921 tevens van staatswege bui tengewoon hoogleeraar in de algemeene taal wetenschap. Werd door het Doorluchtig epis copaat belast met de wetenschappelijke orga nisatie van de R. K. Universiteit te Nijmegen, en werd in 1923 aldaar benoemd tot gewoon hoogleeraar om onderwijs te geven in de Griek- sche en Latijnsche taalkunde, de algemeene taalwetenschap en de volkskunde. Was eerste Rector Magnificus .van de R. K. Universiteit. Prof. Schrijnen werd herhaaldelijk in zijn groote persoonlijke gaven en wetenschappelijke verdiensten erkend. Mgr. is Geheim Kamerheer en Huisprelaat van Z. H. den Paus, Ridder in de orde van den Nederlandschen Leeuw, Médaille du roi Albert avec ruban, Commandeur van de Leopoldsorde, Officier van de Belgische Kroonorde, Officier van het Légion d'honneur, Dr. h. c. van oe R.K Universiteit van Milaan, Lid van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen, Lid van oe Kon. Vlaamsche Akademie van Wetenschappen. Lid v. d. Nederlandsche Maatschappij voor Letter kunde, Eerelid van de Görresgesellschaft. Lid v. h. hoofdbestuur v. d. Semaine d'Ethnologie religieuse. Lid van het Bureau van de Com mission internationale des arts popuiaires, Voorzitter v. h. Nederlandsch Comité voor Volkskunst, Lid v. d. Commissie voor intellec- tueele toenadering NederlandBelgië, Secré taire Général de la Fédération des Umversités Catholiques, Secrétaire Général van het Comité International Permanent de Linguistes, Lid van de eerste afdeeling van den Onderwijsraad, Voorzitter v. d. Nijmeegsche Universiteitsver- eeniging. Naar ons ter oore komt, zal de afdeeling Den Bosch van de N.S.B. met ingang van 1 Mei worden opgeheven, daar het ledental zoover is teruggeloopen, dat het een bestaan van een afdeelmg niet meer rechtvaardigt. Deze teruggang vindt voor een groot deel zijn oorzaak in het Vastenmandement der Bisschop pen, door welk mandement vele Katholieken tot de overtuiging zijn gekomen, dat zij in de rijen der N.S.B.'ers met thuis behooren. Nadat partijen, betrokken bij de regeling der arbeidsvoorwaarden in 't meubelbedrijf, onder leiding van den rijksbemiddelaar, mr. De Vries, bijeengekomen waren, heeft de bond van meu belfabrikanten in zijn ledenvergadering besloten om, evenals de leden van den R K. Patroons bond „St. Reinoldus", het contract met de ge- zellenorganisaties te aanvaarden, waardoor al leen de halve ziekengeldpremie door de arbei ders betaald zal worden. Door dit besluit zal geen conflict over de collectieve arbeidsovereenkomst in het meubel bedrijf uitbreken. Vrijdagavond te omstreeks zes uur Is te Dongen de 24-jarige chauffeur N„ die in dienst is bij den carrosseriemaker Janssens, met een „truck" in vrij groote snelheid den Heuvel af gereden en op het trottoir terecht gekomen, waar drie kinderen van den leerlooier Looij- mans aan het spelen waren. Het jongste kind, een meisje van vier jaren, werd dood opgenomen, terwijl de beide andere kinderen, een broertje en een zusje van 8 en 12 jaren, zeer ernstig gewond werden overgebracht naar het R.K. Ziekenhuis te Dongen. De voorgevel van een woonhuis is totaal ver nield. Het huis moet worden gestut, terwijl het waarschijnlijk zal moeten worden ontrnimd, aangezien ernstig gevaar bestaat dat de gevel zal instorten. De burgemeester van Dongen, de heer K. L. J. Wouters, was terstond ter plaatse. Het parket is gewaarschuwd. De wagen is vrijwel onbeschadigd, doch de botsing met het huis was zóó hevig, dat een naaimachine, welke voor het raam stond, later in de achterkamer is teruggevonden. De chauffeur, die door het ontzettende ongeluk geheel overstuur is, heeft verklaard, dat de wagen begon te slippen, toen hij den Heuvel afreed, waarbij zijn voet van den rem op den gaspedaal moet zijn terecht ge komen, met het droevig gevolg, dat de reeds tamelijk groote snelheid aanzienlijk werd vergroot. De deernis met de familie Looijmans is zeer groot. Vrijdagmorgen is op 78-jarigen leeftijd ont slapen Pater Jacobs, prior van het Cistercienser- klooster te Diepenveen. Pater Jacob, in de wereld Jacobus Fokkes. werd geboren te Veur. 30 Augustus 1855. Hij is in het klooster getreden 26 November 1884 te Achel en werd 31 December 1904 tot priester gewijd. Maandag zal het stoffelijk overschot in het klooster Sion te Diepenveen begraven wor den. Vrijdagavond te 7 uur arriveerde met den D-_ trein uit Bazel te Nijmegen de Nat. Bedevaart Onder de pelgrims bevond zich Z. H. Exc. Mgr. A. Diepen, die aan het station werd begroet o.m. door den Hoogeerw. heer F. N. J. Hen- drikx, Vic. Gen van het bisdom Den Bosch en den Hoogeerw. heer J L van Mulukom, deken van Nijmegen. Alle pelgrims waren opgetogen over de reis, men kwam niet uitgesproken over de plechtige audiëntie bij Z. H. den Paus. Van Nijmegen uit begaven de pelgrims zich per auto naar hun woonplaats. De politie te Blaricum heeft Woensdagavond aangehouden H., wonende aldaar, die er van verdacht werd dienzelfden avond een drietal inbraken te hebben gepleegd. H., die in het cachot bij het gemeentehuis werd opgesloten, zag Donderdagavond kans tijdens de afwezigheid van de politie, de dub bele deuren van zijn cel te forceeren en te ontvluchten. De politie, die zulks later ontdekte, stelde on onmiddellijk een achtervolging in doch het mocht haar niet gelukken den arrestant te achterhalen. Echter nog denzelfden avond, om half tien, kwam de ontvluchte zich zelf weer aanmelden. Als motief voor zijn ontvluchting gaf hij op. dat. hij het niet langer in zijn cel kon uithouden. Men heeft hem daarop weer ingesloten. Te Rotterdam is de 92-jarige weduwe G. v. D. door een wielrijder aangereden. Zij viel en bekwam een zware hersenschudding. In zorg- wekkendeu toestand is zij naar het ziekenhuis gebracht. Het meisje antwoordde niet, en beiden gingen naar binnen. Ninette gehoorzaamde trouw; den volgenden dag vertrok zij, zonder Jacques iets gezegd te hebben om hem te troosten of te bemoedigen. Alleen: zü kuste hem het laatst van allen, en hü voelde haar tranen over zün wangen vloeien. XVII Ik maak me ongerust over je broer Mar guerite; hü verandert met den dag. Bedoelt u Jacques of Etienne^moeder? Jacques natuurlijk. Aan tafel spreekt hü geen woord, en het kost hem zichtbaar moeite het eten door de keel te krügen. Hü wordt steeds magerder ,hü kwünt weg. Zoo zie ik duidelük, mün kind, welk groot verdriet je hebt, dat we al in October zün en Louis naar het regiment gaat vertrekken; doch even helder is het mü, dat Jacques wegkwünt juist sedert Ninette ons verlaten heeft. Dat is zoo moeder. Voor jou of voor Jacques? O moeder, voor ons alle twee. Kük eens, Marguerite, jü en Jacques, dat is lang niet hetzelfde, Louis is zooveel als je verloofde, een beste jongen, die je niet zal vergeten. Over drie jaar komt hü terug; dan ben je oud genoeg om te trouwen, en je zult gelukkig zün, mogen we verwachten, terwül Ninette Maar zü bemint hem toch, opperde Mar guerite. Het scheelt veel, hoe, hernam de moeder. Is het liefde of vriendschap? Nu spreekt u net als Jacques, die beweert, dat het Parüsche leven Ninette' reeds al te zeer behaagt, en zü zich weldra niet meer over ons bekommeren zal. Maar meisjelief, uit haar brieven bhjkt immers helder en klaar, dat ze gelukkig is en niets meer begeert. Trouwens, dat is ook maar het beste. De rük geworden Ninette is geen partü meer voor je broer. En daarom Margue rite. als hü je daarover spreekt, moet je trachten hem tot rede te brengen. Hij praat er nooit over. moeder. Ik heb het net als u, geraden, daar ik zün geval met het'müné vergeleek. Als u me niet meer noodig hebt, zal ik dezen Zondagmiddag te baat nemen, om Ninette te antwoorden. Zq vraagt mü een heel langen brief. Waar zün onze mannen? Etienne wandelt, Jacques zit op zün ka mer te lezen, en vader zal wel in het veld zijn. U weet, als hü niet werkt, moet hü den vol brachten arbeid gaan bewonderen en bereke nen wat er nog te doen valt. Welnu, meisje Louise is naar de kerk; dus zul je het heei rustig hebben. Schrijf aan Ninette zoo lang en breed als je' wilt, maar zeg niets over Jacques. Marguerite ging naar haar kastje om Ni nette's laatsten brief nog eens door te lezen; doch waar ze ook zocht, hij was nergens te vin den. Ook haar moeder kon daaromtrent geen inlichtingen geven. Heb je dien brief voor je antwoord noodig? Wel neen, moeder, ik moet haar enkel nieuws van hier schrijven, en dan heb ik heel wat. Maar ik vind die verdwüning zoo vreemd. Marguerite zette zich aan den arbeid en vulde eenige bladzüden, waarbü haar moeder wel zorgde, dat niemand vergeten werd. Het meisje sloot den brief en wilde Jacques ver zoeken hem voor haar naar den post te bren gen. De jonge man las inderdaad, met den rug naar de deur gezeten, en was zoo verdiept in zijn lectuur, dat hii haar niet hoorde bin nenkomen. Zacht kwam zij naderbü en keek over zijn schouder. Een boek lag opengeslagen op zijn knieën en in de hand hield hij een brief, den verlóren geachten brief van Ninette. Maar Jacques! Heb jij dien weggenomen? Driftig wendde hü zich om en bloosde, maar antwoordde niet. Hij bleef verlegen zitten, tranen in de oogen. Ween je? vroeg zü verbaasd. Waarom? Nog geen antwoord. Ik begrijp heel goed, zei Marguerite hartelijk, dat dit schrijven je Pün doet. Daar om heb ik het je niet voorgelezen, en het spüt me. dat je het gevonden hebt. Ik neem het Ninette wel een beetje kwahjk: ze had je toch wel kunnen noemen en ook iets voor jou zeg gen. Geef mü den brief terug, broer. Neen. Marguerite, laat hem mü. Ik neem het Ninette heel niet kwalqk. Zij zegt, kük eens, déér, ik ken den zin uit mün hoofd: men ge went spoedig aan een lotsverandering, als die gelukkig is. Juist om die woorden niet te ver geten. bewaar ik dien brief. Ik wil liever on gelukkig wezen zonder haar. Wordt vervolgd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 3