r „Niet oneerlijk, wel onbehoorlijk" m jr W ekelijksch beurs- overzicht UITSPRAAK ABRAHAMS ZONDAG 22 APRIL 1934 DE ZEELIEDENSTAKING IN DENEMARKEN In verhand met de sedert eenige dagen in geheel Denemarken heerschende zeeliedenstaking kwam het te Kopenhagen tot bloedige botsingen tusschen stakers en politie. Hierboven eenige brandende barricaden De raadscommissie-Romme oor deelt het blijven toucheeren van salaris der gesubsidieerde vereeniging door den hr. Abrahams als wet houder onjuist Het geval „Trein 8.28" Een schijnhandeling De verantwoordelijkheid van het College SCHAKEN Om het wereldkam pioenschap De zesde partij remise De zaak-Ketelaar Paviljoen afgebrand Behoorende tot de Rekkensche inrichting BANG VOOR WATER? Komische wraakneming te Hillegom Verduistering van dertig mille Ontrouw waterschaps-ontvanger HET DRAMA VAN PUTBROEK Eindelijk opheldering? VADER EN ZOON IN ARREST Weer fraude bij de varkens centrale? DE OOSTELIJKE FORDTOER DE PRODUCTIE VAN ONZE KOLONIËN Het vinden van afzetgebieden LUIT.-GEN. H. SEYFFARDT Het afscheid uit den dienst WERKEN VOOR STEUN Tien pCt. toeslag te Boskoop DE KRAKATAU-AFFAIRE (Samengesteld door de Spaarne Bank N.V. Amsterdam) iro Prolongatie lèpCt De zevende partij na 17 zetten remise Verschenen is het rapport der Amsterdam- sche raadscommissie van onderzoek, ingesteld inzake de kwestie dr. E. J. Abrahams-Trein 8.28. De feitelijke bevindingen, waartoe de Com missie in haar onderzoek is gekomen, zoomede het geheel van de indrukken, welke zij daarbij heeft opgedaan, leiden haar tot de volgende conclusies. Voorop stelt de Commissie, dat naar haar overtuiging, gebaseerd op een zoo nauwkeu rig mogelijke kennisneming van den omvang en niet minder van de beteekenis, zoowel van het werk van den heer Abrahams, als medisch inspecteur van Trein 8.28, als vooral van het werk van mevr. Abrahams—van der Reijden, als secretaresse en als zoodanig voerende de dagelijksche leiding der Vereeniging, dat werk aan Trein 8.28 en aan de belangen der door de Vereeniging verzorgde kinderen in sterke mate ten goede is gekomen; voorts, dat de Commissie geen reden heeft, om aan te ne men, dat de salarissen uitgegeven voor het werk der medische inspectie en van de dage lijksche leiding der Vereeniging, wanneer men dit werk beschouwt als zuiver ambtelijke be moeiingen, niet in redelijk verband zouden staan met de bewezen diensten. De Commissie wil niet nalaten, hierbij te wijzen op het feit, dat de verpleegprijs bij Trein 8.28 gelet op dien van alle bij den Amsterdamschen Raad voor Kinderuitzending aangesloten vereeni gingen, aan den lagen kant mag worden genoemd. Dat de heer Abrahams, na op 13 Septem ber 1927 wederom wethouder der Gemeen te te zijn geworden, salaris van de door de Gemeente gesubsidieerde Vereeniging Trein 8.28 is blijven toucheeren, acht de Com missie met de Commissie tot het na zien der Gemeenterekening over het jaar 1929 en met het College van B. en W., dat in zijn vergadering van 6 Februari 1931 deze aangelegenheid onder de oogen heeft gezien niet juist. De noodzakelijke persoonlijke onafhankelijk heid, waarmede het bestuur van de huishou ding der gemeente moet worden gevoerd, brengt immers niet alleen mede, dat men voor zichzelf behoort te weten, zich bij het beharti gen van het gemeentebelang niet door eigen bijzondere belangen te laten beïnvloeden, maar daarenboven, dat men er naar streeft, ook de objectieve mogelijkheid van een botsing tus schen eigen persoonlijk belang en gemeente belang te vermijden. Uit dezen zelfden eisch van objectieve onaf hankelijkheid vloeit echter niet alleen voort, dat ongewenscht is het toucheeren van salaris eener door de gemeente gesubsidieerde vereeniging door een wethouder der gemeente, gelijk in casu gedurende eenige jaren is ge schied, maar tevens, dat evenzeer ongewenscht Is, dat de echtgenoote van een wethouder der gemeente bjj een door de gemeente gesubsi dieerde vereeniging een gesalarieerde functie bekleedt, zooals zich dit in het onderwerpelijke geval heeft voorgedaan. Dat het reeds vroeger een bekend feit was, dat mevr. Abrahamsv. d. Reijden een gesalarieerde functie bekleedde by Trein 8.28, staat vast, ge- ïyk, naar de Commissie meent, evenzeer vast staat, dat op dat feit, in verband met het wet houderschap van den' heer Abrahams, zoo goed als geen aan- of opmerking is gemaakt. Dat intusschen de objectieve mogelijkheid van bot sing tusschen persoonlijk belang en gemeente belang in het algemeen evenzeer aanwezig is, wanneer een wethouder als wanneer diens echt genoote door een gemeentehjk gesubsidieerde vereeniging wordt gesalarieerd, hjkt der Com missie niet wel voor tegenspraak vatbaar; aldus gezien, is het evenmin voor tegenspraak vat baar, dat, voor zoover er Lezwaar is tegen de vereeniging van het wethouderschap en het be- kleeden van een gesalarieerde functie by een door de gemeente gesubsidieerde vereeniging, evenzeer bezwaar behoort te bestaan wanneer de gesalarieerde functie wordt bekleed door de echtgenoote van den wethouder. Dat deze, ove rigens voor de hand liggende, consequentie ook in het onderwerpelijke geval nimmer getrokken is zelfs niet, oeho dens één enkele uitzonde ring, in de laatste maanden hjkt der Com missie een aanwijzing te bevatten, dat by de beoordeeling van de vereenigbaarheid van func ties, welke niet by de wet onvereenigbaar zyn verklaard, en a fortiori bij de beoordeeling van hen die bepaalde functies vereenigd hebben, be hoedzaamheid en gematigdheid op haar plaats zyn. De vraag, of tusschen het eene en het andere feit de salarisafstand eenerzyds en de salaris- verhooging anderzyds verband heeft bestaan, is, na wat uit het onderzoek is gebleken, geen vraag meer. De salarisverhooging van mevr. Abrahams moge op zichzelf, als contra-praesta- tie van haar werk, gerechtvaardigd geacht kun nen worden en door de bestuurderen van Trein 8.28 gerechtvaardigd geacht zyn het verband dier verhooging met den salarisafstand door den heer Abrahams is te duideiyk aanwezig, dan dat hier nog twyfel mogelijk zou wezen: in dezelfde vergadering, waarin de heer Abrahams de aan gelegenheid zijner toelage ter sprake heeft ge bracht (vergadering van 12 October 1931), heeft het bestuur van Trein 8.28, voor zoover aanwe zig, zich vereenigd met de door hem voorgestel de schynhandeling, om hem zyn toelage, waar van hy naar den vorm afstand zou doen, in wezen toch te doen behouden; toen deze rege ling den heer Abrahams vervolgens toch niet bevredigend voorkwam, is in de eerstvolgende bestuursvergadering gekomen het voorstel van den penningmeester (die reeds eerder blijk had gegeven, het echtpaar Abrahams met betrek king tot Trein 8.28 als een twee-eenheid te zien, en biykens zyn voor de Commissie afgelegde verklaringen deze zienswyze steeds toegedaan is gebleven) om het salaris van mevr. Abrahams te verhoogen met 1500 en wel waarvoor der Commissie ook geen bevredigende verklaring is gegeven met terugwerkende kracht tot Oc tober 1931. De Commissie meent, dat hetgeen blijkt te hebben plaats gehad rondom den salarisafstand van den heer Abrahams stellig afkeuring ver dient, terwyi zij ingelijks oordeelt over het haar gebleken feit, dat het de heer Abrahams is geweest, die hand er in heeft gehad, dat door Trein 8.28 niet zijn verstrekt de door de Rekeningscommissie-1931 gevraagde salaris gegevens over twee jaar, doch slechts over één jaar, zoodat uit deze gegevens niet kon biyken, dat de salarisverhooging van mevr. Abrahams, zoowel wat omvang als wat tijdstip van inwer kingtreding aanging, te zamen viel met den salarisafstand van den heer Abrahams. Wanneer dus de heer Abrahams aan de Commissie in het slot van zijn voormelde nota nog uitdrukkeiyk de vraag voorlegt: Kan mij eenige oneerlijke of onbehooriyke daad wor den ten laste gelegd? moet het antwoord der Commissie aldus luiden: Van eenige schul digheid van den heer Abrahams aan een on eerlijke daad is der Commissie niets gebleken; wel is zijn optreden geweest onbehoorlijk. De Commissie heeft zich voorts nog bera den, of na de ernstige opmerking, die ter zake door de Rekeningscommissie-1931 in haar verslag is geplaatst en die, al was zij in ver hulden vorm opgesteld, daarom toch niet min der duidelyk een beslist beschuldigend karak ter droeg deze aangelegenheid verder een behandeling heeft gevonden als mocht worden verwacht. Wanneer de Commissie zich zet aan de be antwoording dezer vraag, is zij zich volkomen bewust, niet alleen dat destijds by het College van B. en W. niet de wetenschap bestond noch redelijkerwijze kon bestaan, welke aan de Commissie thans door haar onderzoek eigen is geworden, maar ook dat aan de beide leden van het College aan wie volgens hun eigen voor de Commissie afgelegde verklaringen, de be wering van het verband tusschen de salaris verhooging van mevr. Abrahams en den sala risafstand van den heer Abrahams bekend was, van uit den kring van het bestuur van Trein 8.28 zeer uitdrukkelijk de afwezigheid van elk verband was verzekerd. Niettemin beantwoordt de Commissie de gestelde vraag ontkennend. Immers, gelet op het feit van de voormelde bekendheid met de bewering van het bedoelde verband en voorts in aanmerking genomen het feit van de officieele beschuldiging door de Rekeningcommissie-1931 en wel met be- terkking tot een vereeniging, waarvan het lid van het College Abrahams de voorzitter was zou deze zaak een beter by den ernst van haar karakter aansluitende behandeling heb ben gevonden wanneer men zich niet bepaald had tot het betreden van en het, daarenboven met al te groote bezadigdheid, voortschrijden op den formeelen weg. Afgescheiden van de vraag, wat het resultaat van een meer door tastend optreden zou zijn geweest, meent de Commissie, dat zoodanig optreden toch stellig op zijn plaats ware geweest. De commissie geeft voorts als haar oor deel te kennen, dat het in sterke mate aanbeveling verdient, ten aanzien van de controle op de gestie van vereenigingen als de onderwerpeiyke, waarbij de subsidie niet rechtstreeks aan de vereeniging wordt toegekend, maar haar toevloeit vla een centrale organisatie (in casu de Amster- damsche Raad voor Kinderuitzending), te komen tot een zoodanige regeling, bijv. door de inschakeling van de afdeeling Fi nanciën, dat niet door de, te behouden, centralisatie in de subsidieering de afstand tusschen de gemeente en elke vereeniging afzonderlyk zoo groot wordt, dat van een in elk opzicht afdoende contröle op de gestie van elke afzonderlijke vereeniging niet meer kan worden gesproken. Wat ten slotte betreft de vraag, hoe moet worden gehandeld ter zake van de subsidie van Trein 8.28, waarvan de uitbetaling in gevolge den in uw vergadering geuitc-n wensch voorloopig, in afwachting van het onderzoek der commissie en de behandeling van haar rapport door den raad, is stop gezet, is de commissie van meening, dat met het oog op de belangen der kinderuit zending deze subsidieering behoort te wor den voortgezet, doch dat, mede ter wille van dezelfde belangen, wyziging van de bestuurssamenstelling van Trein 8.28 voor zooveel noodig door B. en W. behoort te worden bevorderd, zulks ten einde uit den kring van het bestuur te weren de schade- lyke mentaliteit, welke daar biykens de handelingen rondom den salarisafstand van den heer Abrahams heeft kunnen heerschen. Het slot van de zesde party heeft een ander verloop gehad dan men verwachtte. Wie ge rekend had op een tactisch geniaal spelenden Aljechin, werd teleurgesteld. Zonder dat wy het met positieve varianten kunnen aantoonen, hebben wy toch het gevoel, dat Aljechin ster ker had kunnen spelen. Naar onze meening is hy wat te royaal geweest met zyn vrypionnen. Reeds 15 zetten na de hervatting waren alle 5 vrye pionnen, die toch in den beginne goed ge dekt stonden, van het bord verdwenen, waarna het remise een voldongen feit was, hoewel Bo- goljubow een looper tegen de 5 pionnen had verloren. Aan den anderen kant bracht ons dit slot een yzersterk spelenden Bogoljubow, een vol komen volwaardigen tegenstander voor den we reldkampioen. Het is te hopen, dat „Boggie" eindeiyk de vruchten plukken zal van zyn in spanning en een winstpunt zal boeken in een van de volgende party en. De stand is thans: Aljechin 2, Bogoljubow 0. Remise 4. De afgebroken stelling was: Wit (Aljechin) Kg2, Db6, Le3, pionnen a4, b3, c4, f4, g5, h3. Zwart (Bogoljubow) Kf7, Td6, Ld7 en e7, Pe4, pionnen a5, e6, f5. Wit had den verwachten zet afgegeven n.L 41) Db6Xa5 Ld7—e8l Een buitengewoont fyne zet! Zwart kiest het heelemaal niet voor de hand liggende veld e8 voor zijn belangrykste figuur, den damelooper. En terecht, want van hieruit kan deze looper zoowel via c6 als h5 aan den aanval gaan deelnemen. 42) h3h4 Td6d3 43) Da5—b6 Td3—d6 44) Db6c7 Kf7—f8 45) Dc7—c4....' De gevaarlyke looper moet in bedwang ge- Op verzoek van den heer Ketelaar heeft de commissie zich voorts ingelaten met de zaak tusschen dezen en het Centraal Genootschap voor Kinderuitzending. De Commissie stelt er prys op, om, by haar beoordeeling der onderwerpeiyke aangelegen heid, allereerst uitdrukking te geven aan haar overtuiging, dat door den heer Ketelaar zeer belangryke arbeid, belangryk ook in omvang, ten bate van het Centraal Genootschap in den loop der jaren is gepraesteerd. Toch zou de Commissie het juister hebben geoordeeld, in dien de heer Ketelaar tijdens zyn wethouder schap van de Gemeente de toelage van het Centraal Genootschap niet was blyven tou cheeren, ook al bestond er formeel tusschen de Gemeente en het Centraal Genootschap destyds evenmin een band als thans, en al heeft de Commissie een open oog voor het feit, dat het belang, dat het Centraal Genootschap als lan- delyke vereeniging by het Amsterdamsche sub sidie heeft, van veel geringeren omvang is dan de omvang der belangen van uitsluitend of na genoeg uitsluitend voor Amsterdamsche kinde ren werkende vereenigingen. De heer Ketelaar heeft in zyn in den Raad afgelegde verklaring gezegd, dat de „vraag, waarom het gaat", deze is: „Mag een bestuur der van een omvangrijke vereeniging als de onze een zekere tegemoetkoming ontvangen?" Uit het voorafgaande waarin de Commissie heeft gesproken over de vereenigbaarheid van het wethouderschap der gemeente met een ge salarieerde functie by een vereeniging, waaraan gemeentelyke subsidie ten goede komt kan reeds worden afgeleid, dat de Commissie de vraagstelling van den heer Ketelaar niet tot de hare kan maken. De Commissie meent tenslotte, dat de Ge meente, althans voorshands, goed zal doen zich in verband met eventueele subsidieering te be palen tot den eisch maar anderzyds dien eisch dan ook te stellen dat uit de statuten der vereeniging duidelyk moet blyken, of sala- rieering van bestuursleden, hetzij op grond van hun werkzaamheden als zoodanig, hetzy uit hoofde van speciaal vakkundige werkzaamhe den, tot de mogeiykheden behoort, en dat daarnaast uit begrooting en/of rekening biykt, dat zoodanige salarieering tot de werkeiykheid behoort, zulks opdat het gemeentebestuur in elk concreet geval kennis hiervan kunne dragen en kunne overwegen, of de salarieering van be stuur deren van invloed behoort te zyn op de subsidieering der vereeniging door de Ge meente. De commissie was als volgt samengesteld: Mr. C. P. M. Romme, voorzitter; Jan ter Haar Jr.; S. R. de Miranda; A. Weiss, Woltjer. Zaterdagmiddag te half vyf brak brand uit in het vrouwenpaviljoen „Mariënoord", behoo rende tot de Rekkensche inrichtingen te Ei bergen. Het vuur, dat op de bovenverdieping is ont staan, greep zeer snel om zich heen, slechts een klein gedeelte van den inboedel kon gered worden. Persoonlyke ongelukken hadden niet plaats. Het paviljoen brandde tot den grond toe af. De oorzaak van den brand is onbekend. Ver zekering dekt de schade. Een komisch voorval heeft zich Vrydag te Hillegom afgespeeld. De prikkeldraadversper ring, opgericht door den Provincialen Water staat voor een aantal huizen langs de Meer straat, is nog steeds aanwezig, tot groot on gerief der bewoners. Het conflict tusschen de provincie en den bouwondernemer is nog steeds de wereld niet uit. Vrydagochtend moesten eenige werklieden, aldus vertelt „De Telegraaf", herstellingen ver richten aan de draadversperring, daar deze op eenige plaatsen was doorgeknipt. Dit werd blyk- baar de echtgenoote van den bouwondernemer te .machtig. Zy nam de tuinslang en het mocht haar gelukken, nadat eenige malen de aanval werd herhaald, de werklieden druipnat te laten retireeren. De politie, welke ook nog eerst een douche kreeg, maakte een eind aan het spel letje, nam het aanvalswapen, de tuinslang, in beslag en verbaliseerde de aanvalster. De zaak zal zich wel verder afspelen voor den kanton rechter te Haarlem. houden worden, maar thans gaat reeds een belangryke pion verloren. 45)Td6—d3 46) Le3b6Bereidt een opmarsch van den a-pion voor. 46)Td3Xb3 47) a4—a5 Tb3—b2 t 48) Kg2—f3 Pe4d6 49) D18—a8Wit Wil Lc6t niet toelaten. 49)Pd6Xc4 Wit's kansen zyn reeds aanmerkelyk geslonken. Zwart: Bogoljubow Wit: Aljechin Stelling van 49).... Pd6 x c4. Er is echter nog hoop op den koningsvleugel, waarvan Aljechin echter niet het beste gebruik maakt. 50) g5g6.De stelling is te moeihjk om haar in korten tyd juist te beoordeelen, maar de zet 50) Ld4 lykt ons toch beslist kansryker. Niet alleen wordt nu de a-pion niet voetstoots opgegeven, maar bovendien dreigt zeer sterk Lg7t met winst van den zwarten damelooper. Doordat de witte pionnen de witte diagonalen (e8h5) vryiaten, is het verwyderen van be doelden raadsheer beslissend. Na b.v. 50) Ld4 Tb3f 51) Ke2 Pa5: Lg7t Kg7:53) De8: staat zwart hopeloos. Na 53)....,. Lb4 b.v. peuzelt Op last van de justitie te Leeuwarden is Zaterdag te Bergum aangehouden de vroegere secretaris-ontvanger van acht waterschappen in Friesland, Tj. B., die o.m. wordt verdacht van verduistering van ruim 30.000 ten nadeele van de waterschappen Eemewoude, Nijegaster- fennen en Eestrum. De verdachte is in het huis van bewaring opgesloten. In het Putbroeksche drama zyn, naar „De Telegraaf" verneemt, ophelderingen te wachten. De jeugdige v. d. E., zoon van den boschwachter, zou in de strafgevangenis te Leeuwarden be kentenissen hebben afgelegd, welke er op wy- zen, dat zoowel de vader als de zoon de daders van het bekende mcorddrama zouden zijn en hun vuurwapenen op de lichamen van de ge vallen slachtoffers zouden hebben leeggeschoten. Zaterdagmorgen zyn de vertegenwoordigers van de Crisis Varkens Centrale, de heer E. en zyn zoon, beiden woonachtig te Onstwedder Mussel, door de ryksveldwacht naar Groningen overgebracht en in voorloopige hechtenis ge steld. Zy worden, aldus „Het Volk," verdacht frau duleuze handelingen gepleegd te hebben in hun kwaliteit van vertegenwoordigers van de Crisis Varkens Centrale. Vooral kleine landbouwers en arbeiders, die nog een paar varkens mestten, moeten de dupe van deze handelingen zyn ge worden. Daar by de verschillende transacties de leve ranciers moesten teekenen, veronderstelt men, dat ook valschheid in geschrifte moet zijn ge pleegd. Er wordt verder beweerd, dat de heer E. van hooger hand uit zyn functie zou zyn geschorst. Zaterdagmorgen te 7 uur vertrokken reeds een aantal Arnhemsche deelnemers aan den Oosteiyken Fordtoer van de bekende Fordzaken der fa. Rosier Meyer aan den Velper- en Am- sterdamscheweg te Arnhem. In de omgeving van Arnhem zagen wy vele wagens met het wit-blauwe Fordvlaggetje ry- den en over de Schipbrug naar de bloeiende Betuwe verdwynen. Het is alleraardigst te zien, hoe door het toe ristisch idee, waardoor het wedstryd-karakter op den achtergrond is geraakt, de diverse deel nemers reageeren. De eene beschouwt het zuiver als een toertje en doet alles op zyn gemak, terwyl de andere op eigen initiatief er een soort wedstryd van maakt en het op prys stelt de trajecten in den korst mogelyken tyd te ryden. Zoo spraken wy een enthousiasteling die den afstand Lochem—Zutphen in 9 minuten reed en vervolgens ZutphenArnhem in 25 minuten. Reeds zyn verschillende deelnemers aan den contrölpost te Arnhem geweest die 10 plaatsen van 5% uur aflegden. Voor heden belooft de drukte kolossaal te worden. Indien 't weder blijft medewerken en zoo mogelijk iets warmer wordt, zal dit toeris tisch festyn gaan behooren tot de vergulde bladzijden in het album van het automobilisme in Nederland. Bij beschikking van den Minister van Staat, Minister van Koloniën, zijn benoemd tot lid van de bij beschikking van 29 Januari 1934 in gestelde „Commissie van Contact voor econo mische aangelegenheden" de heeren W. Schol ten, voorzitter der Koloniale Exporteursvereeni- ging en M. P. Voute, voorzitter der Vereeeni- ging van Importeurs van Nederlandsch-Indi- sche producten, beiden te Amsterdam, zoodat de Amsterdamsche handel thans beter is ver tegenwoordigd in deze commissie. In verband met deze aangelegenheid vernam „De Telegraaf", dat de Nederlandsche handels delegatie, welke te Berlyn onderhandelingen heeft gevoerd over beteren afzet van koloniale producten in Duitschland, teruggekeerd is, om dat zoowel de Nederlandsche als de Duitsche delegaties zich over eenige punten nog nader moeten beraden. Er zal spoedig wederom een byeenkomst worden gehouden. Er schynt kans te zyn op 'n bevredigende oplossing in de nog hangende kwesties. Civiele en militaire autoriteiten en overige belangstellenden, die afscheid wenschen te nemen van den op 1 Mei a.s. aftredenden chef van den Generalen Staf, luitenant-generaal H. A. Seyffardt, zullen daartoe gaarne in de ge legenheid gesteld worden op Donderdag 26 en Vrijdag 27 April, des namiddags van 2 tot 4 uur in het hoofdbureau van den Generalen Staf, Lange Voorhout 7 te 's-Gravenhage. Met ingang van 30 April zal aan de werk- loozen te Boskoop, die in contra-prestatie voor hun steun aan het werk worden gesteld, een toeslag van 10 pet. van het steunbedrag wor den verleend ter tegemoetkoming van meer slytage van kleeding en schoeisel, een en ander overeenkomstig de regelen door den Minister van Sociale Zaken gesteld. In de zaak van het zinken van Hr. Ms. my- nenlegger „Krakatau", waaromtrent de uit spraak voorloopig was vastgesteld op a.s. Vry dag 27 April, heeft het Hoog Militair Gerechts hof thans de uitspraak definitief op dien da tum bepaald. AMSTERDAM, 20 April 1934 Vele theoretici trachten op min of meer over tuigende wijze een verklaring te geven van het feit, dat in ons economisch leven perioden van depressie en prosperiteit zich met een betrek kelijke regelmaat opvolgen. Pigou, aanhanger van de z.g. psychologische theorie, spreekt van „errors of optimism and pessimism", welke het conjunctuur-verschijnsel in het leven zouden roepen. Zonder aanhangers te zijn vaD deze eenzijdige theorie, welke psychologische factoren als eenige oorzaak wil aanwyzen, gelooven wy, dat de massa-psychologie 'n groote rol speelt in ons economisch leven. Een „error of pessi mism" heeft de menschheid bevangen en vormt een der vele hinderpalen, welke een wereld- herstel in den weg sta dn.' Daarom is het van belang, de gunstige tendenzen, welke zich on- getwyfeld hier en daar beginnen voor te doen, onder de speciale aandacht van onze lezers te brengen. In het afgeloopen begrootingsjaar heeft Chamberlain kans gezien 30 millioen op het Engelsche budget te besparen, hetgeen althans gedeeltelyk het gevolg moet zijn van de volks welvaart. Vooral twee factoren hebben Enge land in deze benijdenswaardige positie ge bracht. Doordat Engeland reeds in 1931 den gouden standaard verliet, heeft het cieflatte- proces niet dat langdurige en vernielende ver loop gehad als in andere landen. Het vertrou wen in het bankwezen en den Staat werd niet geschokt, waardoor een politiek van goedkoop crediet mogelijk was, met als gevolg een ge weldige verlichting van den rentelast op de Staatsschuld. Op royale, maar gepaste wijze verdeelt Chamberlain zijn goede gaven onder het volk in den vorm van verlaging der inkom stenbelasting, gedeeltelijke verhooging der amb tenaarsalarissen en verhooging van den werk- loozensteun, welke weder een stimulans vor men voor een verdere gunstige ontwikkeling. De vooruitzichten voor Engeland zijn gunstig, hoewel de kans op een eenigszins normale her vatting der internationale betrekkingen nog zeer gering is. De waarde van den export is iets toegenomen, maar het economisch herstel heeft zich toch hoofdzakelijk op de binnenland- sche markt afgespeeld. Een gestabiliseerde va luta en een soepeler handelspolitiek zulien ech ter de voorwaarden zyn voor een blijvend her stel, waardoor scheepvaart en export-industrieën weer tot ontwikkeling kunnen komen en waar door medegewerkt zal worden aan het alge meen wereldherstel. Dit opwekkend geluid van de overzyde van het Kanaal heeft echter op het Damrak geen weerklank gevonden. Ook de gunstige jaarverslagen van de Neder landsche Kabel- en de Gist- en Spiritusfabrie ken waren niet in staat om stemming te ma ken. In de industrieele hoeken kwam men sa men meer uit gezelligheidsoverwegingen, dan wel met het doel affaires tot stand te bren gen. Men zegt, dat Philips niet zal overgaan tot een verdere kapitaalsvermindering en dat de bedrijfsresultaten over het afgeloopen jaar gunstig zijn geweest. De animo voor A.K.U. is weer verflauwd, met als gevolg een verlies van enkele punten. Ford-aandeelen konden enkele punten stijgen. Aandeelen Koninklijke Petro leum bleven prijshoudend, niettegenstaande een benzineprysverlaging in Duitschland en Roe menië en een steeds verdere uitbreiding der ruw-olieproductie in Amerika. Toch heb.oen de Amerikaansche olie-industrieën over 1933 aan merkelyk betere resultaten kunnen boeken, hetgeen een relletje veroorzaakte in Tide Wa ter-shares, welke onder veel gedrang en ge schreeuw pt. konden verbeteren. Overigens was er op de Amerikaansche afdeeling weinig te doen. Dank zij het deze week uitblijven van stakingsgeruenten en de gunstige berichten uit het bedrijfsleven bleef men aan den vasten kant. Ongunstig is de dalende tendenz der grond- stoffenpryzen. Daarom betreuren wy het zoo, dat er van de internationale graanconferentie te Rome niet veel is terecht gekomen. V«x>ral de Vereenigde Staten zitten met groote voorraden en eischen een hooger uitvoercontingent. De rubbermarkt blyft vast en wy beschouwen het als een gunstig teeken, dat late termyn- noteeringen ongeveer 10 pet. hooger zyn dan de locopryzen. De verwachtingen zyn schyn- baar hoog gespannen. Theepryzen monteeren voortdurend. Het is een opmerkelijk verschijnsel, dat de pry zen van ordinaire soorten in verhouding de hoogste styging te zien geven. De tydsomstandigheden hebben het publiek doen wennen aan de goed- kooper soorten en het is waarschynlijk. dat smaak en gewoonte zich blyvend gewijzigd heb ben. Dit heeft een grooten invloed op de winst- mogelykheid der individueele ondernemingen. Wat Tabakken betreft, zou men vermoeden, dat de pryzen op de deze week te houden vel lingen zullen tegenvallen, daar deze waarden tameiyk zwak waren. Onze beleggingsmarkt heeft zich aan het 4 pet. rentetype geheel aangepast en hoewel de nieuwe Staatsleening tot 1 Mei a.s. geen rente geelt, handhaafde zij zich op om en na by pari. Nederlandsch-Indische obligatiën waren vaster en de tyd lykt gunstig om ook hier over te gaan tot conversie, zij het dan ook met garantie van het Moederland. De Duitsche handelsbalans gaf over Maart j.l. een aanmerkelijke verbetering te zien. Een invoeroverschot van Mk. 35 millioen in Februari werd omgezet in een uitvoersurplus van Mk. 3 millioen. De bezitters van Duitsche fondsen moesten op deze afbraakprijzen geep afstand doen van hun obligatiën, welke voor een groot gedeelte door den debiteur zelf worden opge kocht. Zooals was te voorzien, is het geld weer goed- kooper geworden. Doordat er per 1 Mei as. ongeveer 156 millioen gulden nieuw geld ln de schatkist vloeit is het wel moeeltik, dat tegen dit tydstip de prolongatie-rente weer iets gaat stygen. Van een grootere vraag van de zijde van het bedryfsleven valt nog niets te bespeu ren. Op de Valuta-markt constateeren wy een dagelijksche daling van den Mark. welke op een niveau van 58 ct. is aangeland Het egali satie-fonds heeft verhinderd, dat het Pond met een styging reageerde op de Engelsche mil- lioenennota. Slotkoersen per 13 en 20 April '34 4% Nederland 1934 4% Nederland 1933 100 100% 4% pet. N.-Ind. '26 9S3/P 98% 314 pet. Engeland 66% 66»/g 5% pet. Young 38Vf 367/g A.K.U. 47 44% Ford 155?$ 159 Philips 239»/, 237% Unilever 76»/, 761% Scheepv. Unie 4 U's 5 9 Va Kon. Olie 159% 158 Redjang Lebong 138Vs 14U/a Amsterd. Rubber 106 103»/g H.V.A. 175»/, '70Vé Deli My. 127 125 Senembah 148 143V» Beth. Steel 26% 25»% U. S. Steel 31% 3U% Anaconda 10% 10 Intern. Nickel 17% i67/g 7.62 7.o8 1.47% 1 47 2 pCt. wit óf de beide zwarte pionnen op (Lb4 54) Dd7t Kg6 55) De6 t Kh5 56) Df5 en de witte koning kan via e4 vluchten) of de dame gaat schaak-gevend naar 16, waarna punt b2 gedekt is en g5—g6 doodeiyk wordt. Speelt zwart na 52) Lg7 t Kf7 dan 53) g6t en wit wint direct. Na 51).... Pd6 (om den looper te dekken) behoudt wit den a-pion en ligt de zwarte aanval voorloopig lam, zoodat zetten als a6, g6 of h5 gespeeld kunnen worden. Na 51) Lb4 is g6 enorm sterk enz. Een diepgaande analyse zal hier misschien de waarheid aan het licht brengen. Dus: 50) g5g6 Tb2b3t 51) Kf3—e2 Tb3—b2t 52) Ke2 d3Wit moet den toren tegemoet om zich aan eeuwig schaak te onttrekken. 52)Pc4 Xb6 53) a5Xb6Nu haalt g6—g7f niets uit, daar na Kg7 De8) volgt Lh4: 53)Tb2x b6 54) g6g7tMeer kansen bood h4—h5, hoewel dan zwart tijd krijgt, aan 't woord te komen. 54)Kf8XS7 55) Da8Xe8 b6 54) g6g7f:.... Meer kansen bood h4—h5, te veel pionnen. 55).... Le7Xh4 sic transit gloria mundi! Alle vrypionnen zyn verdwenen. Zwart behoeft nu nog slechts zyn figuren gedekt te houden, om stukverlies door dame-schaakjes te voorkomen en remise is zeker. 56) De8—d7t Kg7—g6 57) Kd3c4 Lh4—f6 58) Kc4—c5 Tb6—b8 59) Dd7 Xe6 TbS—d8 60) Kc5c6 Td8—h8 remise op voorstel van Aljechin. De zevende party is wel de minst interessante geworden van den stryd en reeds op den 17den zet door herhaling van zetten remise geworden. Blykbaar hadden geen van beide spelers lust na de buitengewone inspanning van de vorige party, ditmaal weer het uiterste te geven en met een bord van stukken besloot men tot remise. Een teleurstelling voor de bezoêkers, die echter schadeloos gesteld werden door een spontane causerie van Bogoljubow over de ge rechtvaardigdheid van het remiseslok en een simultaanseance van Aljechins manager Hans Kmoch, die onlangs in Nederland was. De party verliep als volgt: Wit: Bogoljubow. Zwart: Aljechin. Aangenomen damegabiet. 1) d2d4 d7d5 2) c2c4 d5Xc4 Het is opmerkeiyk, dat Aljechin thans reeds voor de 3de maal het dame-gambiet aanneemt. 3) Pgl—f3 Pg8—f6 4) e2e3 e7e6 5) LflXc4 c7—c5 6) 0—0 a7—a6 Hier wykt Aljechin af van de voortzetting 6) .Pc6 en 7) Le7 waarmee hy in de vyf- de partij zoo'n gedrukt spel verkreeg. 7) Ddle2 Pb8c6 8) Tfl—dl b7b5 9) Lc4b3 Hier ware het beter geweest, nu het zwarte paard naar c6 en niet naar d7 is ontwikkeld, den tusschenzet 9) d4Xc5 te spelen. Nu kan immers volgen 9) c5c4 Deze vroegtydige opmarsch is gewooniyk minder juist, omdat wit in het centrum te machtig wordt. Ditmaal echter is er een by- zondere omstandigheid, ni. dat zwart de witte raads kan afruilen, waarna e3e4, de zet die noodig is om de witte meerderheid in het mid den evident te maken, zeer bemoeilykt wordt en bovendien van minder belang, na een ver zwakking van het punt h7 in een later stadium (door de verdryving van Ff6 met e4e5) zon der den witten koningslooper niet veel meer beteekent. In het licht van deze opmerkingen zyn de volgende zetten duidelyk: 10) Lb3c2 Pc6b4! 11) a2a3 Pb4Xc2 12) De2Xc2 Lc8b7 13) Pblc3 Pf6d5 Zwart wil Pc3 afruilen, waarna e3e4 ge heel onmogelijk wordt. 14) Pc3e2 Wit laat er zich niet op in. 14) e4 was minder goed wegens 14) Pc3; 15 bc3; en de witte damevleugel is blyvend zwak. Thans dreigt echter e3—e4, zoodat zwart wel moet spelen: 14)Pd5f6, daarmede op zijn beurt dreigende 'n binnendringen via c4. Daar na 15) Pg3 Dd5 volgt, speelt wit weer 15) Pe2c3 waarna remise door her haling van zetten volgde. 15) Pf6d5 16) Pc3e2 Pd5—f6; 17) Pe2—c3, remise. De stand is thans: Aljechin 2, Bogoljubow 0, remise 5.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 6