r
„Niet oneerlijk, wel onbehoorlijk"
m jr
W ekelijksch beurs-
overzicht
UITSPRAAK ABRAHAMS
ZONDAG 22
APRIL 1934
DE ZEELIEDENSTAKING IN DENEMARKEN
In verhand met de sedert eenige dagen in geheel Denemarken heerschende
zeeliedenstaking kwam het te Kopenhagen tot bloedige botsingen tusschen
stakers en politie. Hierboven eenige brandende barricaden
De raadscommissie-Romme oor
deelt het blijven toucheeren van
salaris der gesubsidieerde
vereeniging door den hr.
Abrahams als wet
houder onjuist
Het geval „Trein 8.28"
Een schijnhandeling
De verantwoordelijkheid van
het College
SCHAKEN
Om het wereldkam
pioenschap
De zesde partij remise
De zaak-Ketelaar
Paviljoen afgebrand
Behoorende tot de Rekkensche
inrichting
BANG VOOR WATER?
Komische wraakneming
te Hillegom
Verduistering van
dertig mille
Ontrouw waterschaps-ontvanger
HET DRAMA VAN PUTBROEK
Eindelijk opheldering?
VADER EN ZOON IN ARREST
Weer fraude bij de varkens
centrale?
DE OOSTELIJKE FORDTOER
DE PRODUCTIE VAN ONZE
KOLONIËN
Het vinden van afzetgebieden
LUIT.-GEN. H. SEYFFARDT
Het afscheid uit den dienst
WERKEN VOOR STEUN
Tien pCt. toeslag te Boskoop
DE KRAKATAU-AFFAIRE
(Samengesteld door de Spaarne
Bank N.V. Amsterdam)
iro
Prolongatie
lèpCt
De zevende partij na
17 zetten remise
Verschenen is het rapport der Amsterdam-
sche raadscommissie van onderzoek, ingesteld
inzake de kwestie dr. E. J. Abrahams-Trein 8.28.
De feitelijke bevindingen, waartoe de Com
missie in haar onderzoek is gekomen, zoomede
het geheel van de indrukken, welke zij daarbij
heeft opgedaan, leiden haar tot de volgende
conclusies.
Voorop stelt de Commissie, dat naar haar
overtuiging, gebaseerd op een zoo nauwkeu
rig mogelijke kennisneming van den omvang
en niet minder van de beteekenis, zoowel van
het werk van den heer Abrahams, als medisch
inspecteur van Trein 8.28, als vooral van het
werk van mevr. Abrahams—van der Reijden,
als secretaresse en als zoodanig voerende de
dagelijksche leiding der Vereeniging, dat werk
aan Trein 8.28 en aan de belangen der door
de Vereeniging verzorgde kinderen in sterke
mate ten goede is gekomen; voorts, dat de
Commissie geen reden heeft, om aan te ne
men, dat de salarissen uitgegeven voor het
werk der medische inspectie en van de dage
lijksche leiding der Vereeniging, wanneer men
dit werk beschouwt als zuiver ambtelijke be
moeiingen, niet in redelijk verband zouden
staan met de bewezen diensten. De Commissie
wil niet nalaten, hierbij te wijzen op het feit,
dat de verpleegprijs bij Trein 8.28 gelet op dien
van alle bij den Amsterdamschen Raad voor
Kinderuitzending aangesloten vereeni gingen,
aan den lagen kant mag worden genoemd.
Dat de heer Abrahams, na op 13 Septem
ber 1927 wederom wethouder der Gemeen
te te zijn geworden, salaris van de door de
Gemeente gesubsidieerde Vereeniging Trein
8.28 is blijven toucheeren, acht de Com
missie met de Commissie tot het na
zien der Gemeenterekening over het jaar
1929 en met het College van B. en W., dat
in zijn vergadering van 6 Februari 1931
deze aangelegenheid onder de oogen heeft
gezien niet juist.
De noodzakelijke persoonlijke onafhankelijk
heid, waarmede het bestuur van de huishou
ding der gemeente moet worden gevoerd,
brengt immers niet alleen mede, dat men voor
zichzelf behoort te weten, zich bij het beharti
gen van het gemeentebelang niet door eigen
bijzondere belangen te laten beïnvloeden, maar
daarenboven, dat men er naar streeft, ook de
objectieve mogelijkheid van een botsing tus
schen eigen persoonlijk belang en gemeente
belang te vermijden.
Uit dezen zelfden eisch van objectieve onaf
hankelijkheid vloeit echter niet alleen voort,
dat ongewenscht is het toucheeren van
salaris eener door de gemeente gesubsidieerde
vereeniging door een wethouder der gemeente,
gelijk in casu gedurende eenige jaren is ge
schied, maar tevens, dat evenzeer ongewenscht
Is, dat de echtgenoote van een wethouder der
gemeente bjj een door de gemeente gesubsi
dieerde vereeniging een gesalarieerde functie
bekleedt, zooals zich dit in het onderwerpelijke
geval heeft voorgedaan.
Dat het reeds vroeger een bekend feit was, dat
mevr. Abrahamsv. d. Reijden een gesalarieerde
functie bekleedde by Trein 8.28, staat vast, ge-
ïyk, naar de Commissie meent, evenzeer vast
staat, dat op dat feit, in verband met het wet
houderschap van den' heer Abrahams, zoo goed
als geen aan- of opmerking is gemaakt. Dat
intusschen de objectieve mogelijkheid van bot
sing tusschen persoonlijk belang en gemeente
belang in het algemeen evenzeer aanwezig is,
wanneer een wethouder als wanneer diens echt
genoote door een gemeentehjk gesubsidieerde
vereeniging wordt gesalarieerd, hjkt der Com
missie niet wel voor tegenspraak vatbaar; aldus
gezien, is het evenmin voor tegenspraak vat
baar, dat, voor zoover er Lezwaar is tegen de
vereeniging van het wethouderschap en het be-
kleeden van een gesalarieerde functie by een
door de gemeente gesubsidieerde vereeniging,
evenzeer bezwaar behoort te bestaan wanneer
de gesalarieerde functie wordt bekleed door de
echtgenoote van den wethouder. Dat deze, ove
rigens voor de hand liggende, consequentie ook
in het onderwerpelijke geval nimmer getrokken
is zelfs niet, oeho dens één enkele uitzonde
ring, in de laatste maanden hjkt der Com
missie een aanwijzing te bevatten, dat by de
beoordeeling van de vereenigbaarheid van func
ties, welke niet by de wet onvereenigbaar zyn
verklaard, en a fortiori bij de beoordeeling van
hen die bepaalde functies vereenigd hebben, be
hoedzaamheid en gematigdheid op haar plaats
zyn.
De vraag, of tusschen het eene en het andere
feit de salarisafstand eenerzyds en de salaris-
verhooging anderzyds verband heeft bestaan,
is, na wat uit het onderzoek is gebleken, geen
vraag meer. De salarisverhooging van mevr.
Abrahams moge op zichzelf, als contra-praesta-
tie van haar werk, gerechtvaardigd geacht kun
nen worden en door de bestuurderen van Trein
8.28 gerechtvaardigd geacht zyn het verband
dier verhooging met den salarisafstand door den
heer Abrahams is te duideiyk aanwezig, dan dat
hier nog twyfel mogelijk zou wezen: in dezelfde
vergadering, waarin de heer Abrahams de aan
gelegenheid zijner toelage ter sprake heeft ge
bracht (vergadering van 12 October 1931), heeft
het bestuur van Trein 8.28, voor zoover aanwe
zig, zich vereenigd met de door hem voorgestel
de schynhandeling, om hem zyn toelage, waar
van hy naar den vorm afstand zou doen, in
wezen toch te doen behouden; toen deze rege
ling den heer Abrahams vervolgens toch niet
bevredigend voorkwam, is in de eerstvolgende
bestuursvergadering gekomen het voorstel van
den penningmeester (die reeds eerder blijk had
gegeven, het echtpaar Abrahams met betrek
king tot Trein 8.28 als een twee-eenheid te zien,
en biykens zyn voor de Commissie afgelegde
verklaringen deze zienswyze steeds toegedaan is
gebleven) om het salaris van mevr. Abrahams
te verhoogen met 1500 en wel waarvoor der
Commissie ook geen bevredigende verklaring is
gegeven met terugwerkende kracht tot Oc
tober 1931.
De Commissie meent, dat hetgeen blijkt te
hebben plaats gehad rondom den salarisafstand
van den heer Abrahams stellig afkeuring ver
dient, terwyi zij ingelijks oordeelt over het
haar gebleken feit, dat het de heer Abrahams
is geweest, die hand er in heeft gehad, dat
door Trein 8.28 niet zijn verstrekt de door de
Rekeningscommissie-1931 gevraagde salaris
gegevens over twee jaar, doch slechts over één
jaar, zoodat uit deze gegevens niet kon biyken,
dat de salarisverhooging van mevr. Abrahams,
zoowel wat omvang als wat tijdstip van inwer
kingtreding aanging, te zamen viel met den
salarisafstand van den heer Abrahams.
Wanneer dus de heer Abrahams aan de
Commissie in het slot van zijn voormelde nota
nog uitdrukkeiyk de vraag voorlegt: Kan mij
eenige oneerlijke of onbehooriyke daad wor
den ten laste gelegd? moet het antwoord
der Commissie aldus luiden: Van eenige schul
digheid van den heer Abrahams aan een on
eerlijke daad is der Commissie niets gebleken;
wel is zijn optreden geweest onbehoorlijk.
De Commissie heeft zich voorts nog bera
den, of na de ernstige opmerking, die ter
zake door de Rekeningscommissie-1931 in haar
verslag is geplaatst en die, al was zij in ver
hulden vorm opgesteld, daarom toch niet min
der duidelyk een beslist beschuldigend karak
ter droeg deze aangelegenheid verder een
behandeling heeft gevonden als mocht worden
verwacht.
Wanneer de Commissie zich zet aan de be
antwoording dezer vraag, is zij zich volkomen
bewust, niet alleen dat destijds by het College
van B. en W. niet de wetenschap bestond noch
redelijkerwijze kon bestaan, welke aan de
Commissie thans door haar onderzoek eigen
is geworden, maar ook dat aan de beide leden
van het College aan wie volgens hun eigen voor
de Commissie afgelegde verklaringen, de be
wering van het verband tusschen de salaris
verhooging van mevr. Abrahams en den sala
risafstand van den heer Abrahams bekend was,
van uit den kring van het bestuur van Trein
8.28 zeer uitdrukkelijk de afwezigheid van elk
verband was verzekerd. Niettemin beantwoordt
de Commissie de gestelde vraag ontkennend.
Immers, gelet op het feit van de voormelde
bekendheid met de bewering van het bedoelde
verband en voorts in aanmerking genomen het
feit van de officieele beschuldiging door de
Rekeningcommissie-1931 en wel met be-
terkking tot een vereeniging, waarvan het lid
van het College Abrahams de voorzitter was
zou deze zaak een beter by den ernst van
haar karakter aansluitende behandeling heb
ben gevonden wanneer men zich niet bepaald
had tot het betreden van en het, daarenboven
met al te groote bezadigdheid, voortschrijden
op den formeelen weg. Afgescheiden van de
vraag, wat het resultaat van een meer door
tastend optreden zou zijn geweest, meent de
Commissie, dat zoodanig optreden toch stellig
op zijn plaats ware geweest.
De commissie geeft voorts als haar oor
deel te kennen, dat het in sterke mate
aanbeveling verdient, ten aanzien van de
controle op de gestie van vereenigingen als
de onderwerpeiyke, waarbij de subsidie
niet rechtstreeks aan de vereeniging wordt
toegekend, maar haar toevloeit vla een
centrale organisatie (in casu de Amster-
damsche Raad voor Kinderuitzending), te
komen tot een zoodanige regeling, bijv.
door de inschakeling van de afdeeling Fi
nanciën, dat niet door de, te behouden,
centralisatie in de subsidieering de afstand
tusschen de gemeente en elke vereeniging
afzonderlyk zoo groot wordt, dat van een
in elk opzicht afdoende contröle op de
gestie van elke afzonderlijke vereeniging
niet meer kan worden gesproken.
Wat ten slotte betreft de vraag, hoe moet
worden gehandeld ter zake van de subsidie
van Trein 8.28, waarvan de uitbetaling in
gevolge den in uw vergadering geuitc-n
wensch voorloopig, in afwachting van het
onderzoek der commissie en de behandeling
van haar rapport door den raad, is stop
gezet, is de commissie van meening, dat
met het oog op de belangen der kinderuit
zending deze subsidieering behoort te wor
den voortgezet, doch dat, mede ter wille
van dezelfde belangen, wyziging van de
bestuurssamenstelling van Trein 8.28 voor
zooveel noodig door B. en W. behoort te
worden bevorderd, zulks ten einde uit den
kring van het bestuur te weren de schade-
lyke mentaliteit, welke daar biykens de
handelingen rondom den salarisafstand van
den heer Abrahams heeft kunnen heerschen.
Het slot van de zesde party heeft een ander
verloop gehad dan men verwachtte. Wie ge
rekend had op een tactisch geniaal spelenden
Aljechin, werd teleurgesteld. Zonder dat wy het
met positieve varianten kunnen aantoonen,
hebben wy toch het gevoel, dat Aljechin ster
ker had kunnen spelen. Naar onze meening is
hy wat te royaal geweest met zyn vrypionnen.
Reeds 15 zetten na de hervatting waren alle 5
vrye pionnen, die toch in den beginne goed ge
dekt stonden, van het bord verdwenen, waarna
het remise een voldongen feit was, hoewel Bo-
goljubow een looper tegen de 5 pionnen
had verloren.
Aan den anderen kant bracht ons dit slot
een yzersterk spelenden Bogoljubow, een vol
komen volwaardigen tegenstander voor den we
reldkampioen. Het is te hopen, dat „Boggie"
eindeiyk de vruchten plukken zal van zyn in
spanning en een winstpunt zal boeken in een
van de volgende party en. De stand is thans:
Aljechin 2, Bogoljubow 0. Remise 4.
De afgebroken stelling was:
Wit (Aljechin) Kg2, Db6, Le3, pionnen a4,
b3, c4, f4, g5, h3.
Zwart (Bogoljubow) Kf7, Td6, Ld7 en e7,
Pe4, pionnen a5, e6, f5.
Wit had den verwachten zet afgegeven n.L 41)
Db6Xa5 Ld7—e8l
Een buitengewoont fyne zet!
Zwart kiest het heelemaal niet voor de hand
liggende veld e8 voor zijn belangrykste figuur,
den damelooper. En terecht, want van hieruit
kan deze looper zoowel via c6 als h5 aan den
aanval gaan deelnemen.
42) h3h4 Td6d3 43) Da5—b6 Td3—d6 44)
Db6c7 Kf7—f8 45) Dc7—c4....'
De gevaarlyke looper moet in bedwang ge-
Op verzoek van den heer Ketelaar heeft de
commissie zich voorts ingelaten met de zaak
tusschen dezen en het Centraal Genootschap
voor Kinderuitzending.
De Commissie stelt er prys op, om, by haar
beoordeeling der onderwerpeiyke aangelegen
heid, allereerst uitdrukking te geven aan haar
overtuiging, dat door den heer Ketelaar zeer
belangryke arbeid, belangryk ook in omvang,
ten bate van het Centraal Genootschap in den
loop der jaren is gepraesteerd. Toch zou de
Commissie het juister hebben geoordeeld, in
dien de heer Ketelaar tijdens zyn wethouder
schap van de Gemeente de toelage van het
Centraal Genootschap niet was blyven tou
cheeren, ook al bestond er formeel tusschen de
Gemeente en het Centraal Genootschap destyds
evenmin een band als thans, en al heeft de
Commissie een open oog voor het feit, dat het
belang, dat het Centraal Genootschap als lan-
delyke vereeniging by het Amsterdamsche sub
sidie heeft, van veel geringeren omvang is dan
de omvang der belangen van uitsluitend of na
genoeg uitsluitend voor Amsterdamsche kinde
ren werkende vereenigingen.
De heer Ketelaar heeft in zyn in den Raad
afgelegde verklaring gezegd, dat de „vraag,
waarom het gaat", deze is: „Mag een bestuur
der van een omvangrijke vereeniging als de
onze een zekere tegemoetkoming ontvangen?"
Uit het voorafgaande waarin de Commissie
heeft gesproken over de vereenigbaarheid van
het wethouderschap der gemeente met een ge
salarieerde functie by een vereeniging, waaraan
gemeentelyke subsidie ten goede komt kan
reeds worden afgeleid, dat de Commissie de
vraagstelling van den heer Ketelaar niet tot
de hare kan maken.
De Commissie meent tenslotte, dat de Ge
meente, althans voorshands, goed zal doen zich
in verband met eventueele subsidieering te be
palen tot den eisch maar anderzyds dien
eisch dan ook te stellen dat uit de statuten
der vereeniging duidelyk moet blyken, of sala-
rieering van bestuursleden, hetzij op grond van
hun werkzaamheden als zoodanig, hetzy uit
hoofde van speciaal vakkundige werkzaamhe
den, tot de mogeiykheden behoort, en dat
daarnaast uit begrooting en/of rekening biykt,
dat zoodanige salarieering tot de werkeiykheid
behoort, zulks opdat het gemeentebestuur in
elk concreet geval kennis hiervan kunne dragen
en kunne overwegen, of de salarieering van be
stuur deren van invloed behoort te zyn op de
subsidieering der vereeniging door de Ge
meente.
De commissie was als volgt samengesteld:
Mr. C. P. M. Romme, voorzitter; Jan ter
Haar Jr.; S. R. de Miranda; A. Weiss, Woltjer.
Zaterdagmiddag te half vyf brak brand uit
in het vrouwenpaviljoen „Mariënoord", behoo
rende tot de Rekkensche inrichtingen te Ei
bergen.
Het vuur, dat op de bovenverdieping is ont
staan, greep zeer snel om zich heen, slechts
een klein gedeelte van den inboedel kon gered
worden.
Persoonlyke ongelukken hadden niet plaats.
Het paviljoen brandde tot den grond toe af.
De oorzaak van den brand is onbekend. Ver
zekering dekt de schade.
Een komisch voorval heeft zich Vrydag te
Hillegom afgespeeld. De prikkeldraadversper
ring, opgericht door den Provincialen Water
staat voor een aantal huizen langs de Meer
straat, is nog steeds aanwezig, tot groot on
gerief der bewoners. Het conflict tusschen de
provincie en den bouwondernemer is nog steeds
de wereld niet uit.
Vrydagochtend moesten eenige werklieden,
aldus vertelt „De Telegraaf", herstellingen ver
richten aan de draadversperring, daar deze op
eenige plaatsen was doorgeknipt. Dit werd blyk-
baar de echtgenoote van den bouwondernemer
te .machtig. Zy nam de tuinslang en het mocht
haar gelukken, nadat eenige malen de aanval
werd herhaald, de werklieden druipnat te laten
retireeren. De politie, welke ook nog eerst een
douche kreeg, maakte een eind aan het spel
letje, nam het aanvalswapen, de tuinslang, in
beslag en verbaliseerde de aanvalster. De zaak
zal zich wel verder afspelen voor den kanton
rechter te Haarlem.
houden worden, maar thans gaat reeds een
belangryke pion verloren. 45)Td6—d3
46) Le3b6Bereidt een opmarsch van
den a-pion voor.
46)Td3Xb3 47) a4—a5 Tb3—b2 t 48)
Kg2—f3 Pe4d6 49) D18—a8Wit Wil
Lc6t niet toelaten.
49)Pd6Xc4 Wit's kansen zyn reeds
aanmerkelyk geslonken.
Zwart: Bogoljubow
Wit: Aljechin
Stelling van 49).... Pd6 x c4.
Er is echter nog hoop op den koningsvleugel,
waarvan Aljechin echter niet het beste gebruik
maakt.
50) g5g6.De stelling is te moeihjk om
haar in korten tyd juist te beoordeelen, maar
de zet 50) Ld4 lykt ons toch beslist kansryker.
Niet alleen wordt nu de a-pion niet voetstoots
opgegeven, maar bovendien dreigt zeer sterk
Lg7t met winst van den zwarten damelooper.
Doordat de witte pionnen de witte diagonalen
(e8h5) vryiaten, is het verwyderen van be
doelden raadsheer beslissend. Na b.v. 50) Ld4
Tb3f 51) Ke2 Pa5: Lg7t Kg7:53) De8: staat
zwart hopeloos. Na 53)....,. Lb4 b.v. peuzelt
Op last van de justitie te Leeuwarden is
Zaterdag te Bergum aangehouden de vroegere
secretaris-ontvanger van acht waterschappen
in Friesland, Tj. B., die o.m. wordt verdacht
van verduistering van ruim 30.000 ten nadeele
van de waterschappen Eemewoude, Nijegaster-
fennen en Eestrum. De verdachte is in het huis
van bewaring opgesloten.
In het Putbroeksche drama zyn, naar „De
Telegraaf" verneemt, ophelderingen te wachten.
De jeugdige v. d. E., zoon van den boschwachter,
zou in de strafgevangenis te Leeuwarden be
kentenissen hebben afgelegd, welke er op wy-
zen, dat zoowel de vader als de zoon de daders
van het bekende mcorddrama zouden zijn en
hun vuurwapenen op de lichamen van de ge
vallen slachtoffers zouden hebben leeggeschoten.
Zaterdagmorgen zyn de vertegenwoordigers
van de Crisis Varkens Centrale, de heer E. en
zyn zoon, beiden woonachtig te Onstwedder
Mussel, door de ryksveldwacht naar Groningen
overgebracht en in voorloopige hechtenis ge
steld.
Zy worden, aldus „Het Volk," verdacht frau
duleuze handelingen gepleegd te hebben in hun
kwaliteit van vertegenwoordigers van de Crisis
Varkens Centrale. Vooral kleine landbouwers en
arbeiders, die nog een paar varkens mestten,
moeten de dupe van deze handelingen zyn ge
worden.
Daar by de verschillende transacties de leve
ranciers moesten teekenen, veronderstelt men,
dat ook valschheid in geschrifte moet zijn ge
pleegd. Er wordt verder beweerd, dat de heer
E. van hooger hand uit zyn functie zou zyn
geschorst.
Zaterdagmorgen te 7 uur vertrokken reeds
een aantal Arnhemsche deelnemers aan den
Oosteiyken Fordtoer van de bekende Fordzaken
der fa. Rosier Meyer aan den Velper- en Am-
sterdamscheweg te Arnhem.
In de omgeving van Arnhem zagen wy vele
wagens met het wit-blauwe Fordvlaggetje ry-
den en over de Schipbrug naar de bloeiende
Betuwe verdwynen.
Het is alleraardigst te zien, hoe door het toe
ristisch idee, waardoor het wedstryd-karakter
op den achtergrond is geraakt, de diverse deel
nemers reageeren.
De eene beschouwt het zuiver als een toertje
en doet alles op zyn gemak, terwyl de andere
op eigen initiatief er een soort wedstryd van
maakt en het op prys stelt de trajecten in den
korst mogelyken tyd te ryden.
Zoo spraken wy een enthousiasteling die den
afstand Lochem—Zutphen in 9 minuten reed
en vervolgens ZutphenArnhem in 25 minuten.
Reeds zyn verschillende deelnemers aan den
contrölpost te Arnhem geweest die 10 plaatsen
van 5% uur aflegden.
Voor heden belooft de drukte kolossaal te
worden. Indien 't weder blijft medewerken en
zoo mogelijk iets warmer wordt, zal dit toeris
tisch festyn gaan behooren tot de vergulde
bladzijden in het album van het automobilisme
in Nederland.
Bij beschikking van den Minister van Staat,
Minister van Koloniën, zijn benoemd tot lid
van de bij beschikking van 29 Januari 1934 in
gestelde „Commissie van Contact voor econo
mische aangelegenheden" de heeren W. Schol
ten, voorzitter der Koloniale Exporteursvereeni-
ging en M. P. Voute, voorzitter der Vereeeni-
ging van Importeurs van Nederlandsch-Indi-
sche producten, beiden te Amsterdam, zoodat
de Amsterdamsche handel thans beter is ver
tegenwoordigd in deze commissie.
In verband met deze aangelegenheid vernam
„De Telegraaf", dat de Nederlandsche handels
delegatie, welke te Berlyn onderhandelingen
heeft gevoerd over beteren afzet van koloniale
producten in Duitschland, teruggekeerd is, om
dat zoowel de Nederlandsche als de Duitsche
delegaties zich over eenige punten nog nader
moeten beraden. Er zal spoedig wederom een
byeenkomst worden gehouden. Er schynt kans
te zyn op 'n bevredigende oplossing in de nog
hangende kwesties.
Civiele en militaire autoriteiten en overige
belangstellenden, die afscheid wenschen te
nemen van den op 1 Mei a.s. aftredenden chef
van den Generalen Staf, luitenant-generaal H.
A. Seyffardt, zullen daartoe gaarne in de ge
legenheid gesteld worden op Donderdag 26 en
Vrijdag 27 April, des namiddags van 2 tot 4 uur
in het hoofdbureau van den Generalen Staf,
Lange Voorhout 7 te 's-Gravenhage.
Met ingang van 30 April zal aan de werk-
loozen te Boskoop, die in contra-prestatie voor
hun steun aan het werk worden gesteld, een
toeslag van 10 pet. van het steunbedrag wor
den verleend ter tegemoetkoming van meer
slytage van kleeding en schoeisel, een en ander
overeenkomstig de regelen door den Minister
van Sociale Zaken gesteld.
In de zaak van het zinken van Hr. Ms. my-
nenlegger „Krakatau", waaromtrent de uit
spraak voorloopig was vastgesteld op a.s. Vry
dag 27 April, heeft het Hoog Militair Gerechts
hof thans de uitspraak definitief op dien da
tum bepaald.
AMSTERDAM, 20 April 1934
Vele theoretici trachten op min of meer over
tuigende wijze een verklaring te geven van het
feit, dat in ons economisch leven perioden van
depressie en prosperiteit zich met een betrek
kelijke regelmaat opvolgen. Pigou, aanhanger
van de z.g. psychologische theorie, spreekt van
„errors of optimism and pessimism", welke
het conjunctuur-verschijnsel in het leven zouden
roepen. Zonder aanhangers te zijn vaD deze
eenzijdige theorie, welke psychologische factoren
als eenige oorzaak wil aanwyzen, gelooven
wy, dat de massa-psychologie 'n groote rol speelt
in ons economisch leven. Een „error of pessi
mism" heeft de menschheid bevangen en vormt
een der vele hinderpalen, welke een wereld-
herstel in den weg sta dn.' Daarom is het van
belang, de gunstige tendenzen, welke zich on-
getwyfeld hier en daar beginnen voor te doen,
onder de speciale aandacht van onze lezers te
brengen.
In het afgeloopen begrootingsjaar heeft
Chamberlain kans gezien 30 millioen op het
Engelsche budget te besparen, hetgeen althans
gedeeltelyk het gevolg moet zijn van de volks
welvaart. Vooral twee factoren hebben Enge
land in deze benijdenswaardige positie ge
bracht. Doordat Engeland reeds in 1931 den
gouden standaard verliet, heeft het cieflatte-
proces niet dat langdurige en vernielende ver
loop gehad als in andere landen. Het vertrou
wen in het bankwezen en den Staat werd niet
geschokt, waardoor een politiek van goedkoop
crediet mogelijk was, met als gevolg een ge
weldige verlichting van den rentelast op de
Staatsschuld. Op royale, maar gepaste wijze
verdeelt Chamberlain zijn goede gaven onder
het volk in den vorm van verlaging der inkom
stenbelasting, gedeeltelijke verhooging der amb
tenaarsalarissen en verhooging van den werk-
loozensteun, welke weder een stimulans vor
men voor een verdere gunstige ontwikkeling.
De vooruitzichten voor Engeland zijn gunstig,
hoewel de kans op een eenigszins normale her
vatting der internationale betrekkingen nog
zeer gering is. De waarde van den export is
iets toegenomen, maar het economisch herstel
heeft zich toch hoofdzakelijk op de binnenland-
sche markt afgespeeld. Een gestabiliseerde va
luta en een soepeler handelspolitiek zulien ech
ter de voorwaarden zyn voor een blijvend her
stel, waardoor scheepvaart en export-industrieën
weer tot ontwikkeling kunnen komen en waar
door medegewerkt zal worden aan het alge
meen wereldherstel.
Dit opwekkend geluid van de overzyde van
het Kanaal heeft echter op het Damrak geen
weerklank gevonden.
Ook de gunstige jaarverslagen van de Neder
landsche Kabel- en de Gist- en Spiritusfabrie
ken waren niet in staat om stemming te ma
ken. In de industrieele hoeken kwam men sa
men meer uit gezelligheidsoverwegingen, dan
wel met het doel affaires tot stand te bren
gen.
Men zegt, dat Philips niet zal overgaan tot
een verdere kapitaalsvermindering en dat de
bedrijfsresultaten over het afgeloopen jaar
gunstig zijn geweest. De animo voor A.K.U. is
weer verflauwd, met als gevolg een verlies van
enkele punten. Ford-aandeelen konden enkele
punten stijgen. Aandeelen Koninklijke Petro
leum bleven prijshoudend, niettegenstaande een
benzineprysverlaging in Duitschland en Roe
menië en een steeds verdere uitbreiding der
ruw-olieproductie in Amerika. Toch heb.oen de
Amerikaansche olie-industrieën over 1933 aan
merkelyk betere resultaten kunnen boeken,
hetgeen een relletje veroorzaakte in Tide Wa
ter-shares, welke onder veel gedrang en ge
schreeuw pt. konden verbeteren. Overigens
was er op de Amerikaansche afdeeling weinig
te doen. Dank zij het deze week uitblijven van
stakingsgeruenten en de gunstige berichten uit
het bedrijfsleven bleef men aan den vasten
kant.
Ongunstig is de dalende tendenz der grond-
stoffenpryzen. Daarom betreuren wy het zoo,
dat er van de internationale graanconferentie
te Rome niet veel is terecht gekomen. V«x>ral de
Vereenigde Staten zitten met groote voorraden
en eischen een hooger uitvoercontingent.
De rubbermarkt blyft vast en wy beschouwen
het als een gunstig teeken, dat late termyn-
noteeringen ongeveer 10 pet. hooger zyn dan
de locopryzen. De verwachtingen zyn schyn-
baar hoog gespannen.
Theepryzen monteeren voortdurend. Het is
een opmerkelijk verschijnsel, dat de pry zen van
ordinaire soorten in verhouding de hoogste
styging te zien geven. De tydsomstandigheden
hebben het publiek doen wennen aan de goed-
kooper soorten en het is waarschynlijk. dat
smaak en gewoonte zich blyvend gewijzigd heb
ben. Dit heeft een grooten invloed op de winst-
mogelykheid der individueele ondernemingen.
Wat Tabakken betreft, zou men vermoeden,
dat de pryzen op de deze week te houden vel
lingen zullen tegenvallen, daar deze waarden
tameiyk zwak waren.
Onze beleggingsmarkt heeft zich aan het 4
pet. rentetype geheel aangepast en hoewel de
nieuwe Staatsleening tot 1 Mei a.s. geen rente
geelt, handhaafde zij zich op om en na by pari.
Nederlandsch-Indische obligatiën waren vaster
en de tyd lykt gunstig om ook hier over te
gaan tot conversie, zij het dan ook met garantie
van het Moederland.
De Duitsche handelsbalans gaf over Maart
j.l. een aanmerkelijke verbetering te zien. Een
invoeroverschot van Mk. 35 millioen in Februari
werd omgezet in een uitvoersurplus van Mk. 3
millioen. De bezitters van Duitsche fondsen
moesten op deze afbraakprijzen geep afstand
doen van hun obligatiën, welke voor een groot
gedeelte door den debiteur zelf worden opge
kocht.
Zooals was te voorzien, is het geld weer goed-
kooper geworden. Doordat er per 1 Mei as.
ongeveer 156 millioen gulden nieuw geld ln de
schatkist vloeit is het wel moeeltik, dat tegen
dit tydstip de prolongatie-rente weer iets gaat
stygen. Van een grootere vraag van de zijde
van het bedryfsleven valt nog niets te bespeu
ren.
Op de Valuta-markt constateeren wy een
dagelijksche daling van den Mark. welke op
een niveau van 58 ct. is aangeland Het egali
satie-fonds heeft verhinderd, dat het Pond met
een styging reageerde op de Engelsche mil-
lioenennota.
Slotkoersen per 13 en 20 April '34
4% Nederland 1934
4% Nederland 1933
100
100%
4% pet. N.-Ind. '26
9S3/P
98%
314 pet. Engeland
66%
66»/g
5% pet. Young
38Vf
367/g
A.K.U.
47
44%
Ford
155?$
159
Philips
239»/,
237%
Unilever
76»/,
761%
Scheepv. Unie
4 U's
5 9 Va
Kon. Olie
159%
158
Redjang Lebong
138Vs
14U/a
Amsterd. Rubber
106
103»/g
H.V.A.
175»/,
'70Vé
Deli My.
127
125
Senembah
148
143V»
Beth. Steel
26%
25»%
U. S. Steel
31%
3U%
Anaconda
10%
10
Intern. Nickel
17%
i67/g
7.62
7.o8
1.47%
1 47
2 pCt.
wit óf de beide zwarte pionnen op (Lb4 54)
Dd7t Kg6 55) De6 t Kh5 56) Df5 en de
witte koning kan via e4 vluchten) of de dame
gaat schaak-gevend naar 16, waarna punt b2
gedekt is en g5—g6 doodeiyk wordt. Speelt
zwart na 52) Lg7 t Kf7 dan 53) g6t en wit
wint direct. Na 51).... Pd6 (om den looper te
dekken) behoudt wit den a-pion en ligt de
zwarte aanval voorloopig lam, zoodat zetten als
a6, g6 of h5 gespeeld kunnen worden. Na 51)
Lb4 is g6 enorm sterk enz.
Een diepgaande analyse zal hier misschien
de waarheid aan het licht brengen. Dus: 50)
g5g6 Tb2b3t 51) Kf3—e2 Tb3—b2t 52) Ke2
d3Wit moet den toren tegemoet om zich
aan eeuwig schaak te onttrekken. 52)Pc4
Xb6 53) a5Xb6Nu haalt g6—g7f niets uit,
daar na Kg7 De8) volgt Lh4: 53)Tb2x
b6 54) g6g7tMeer kansen bood h4—h5,
hoewel dan zwart tijd krijgt, aan 't woord te
komen. 54)Kf8XS7 55) Da8Xe8
b6 54) g6g7f:.... Meer kansen bood h4—h5,
te veel pionnen.
55).... Le7Xh4 sic transit gloria mundi! Alle
vrypionnen zyn verdwenen. Zwart behoeft nu
nog slechts zyn figuren gedekt te houden, om
stukverlies door dame-schaakjes te voorkomen
en remise is zeker. 56) De8—d7t Kg7—g6 57)
Kd3c4 Lh4—f6 58) Kc4—c5 Tb6—b8 59) Dd7
Xe6 TbS—d8 60) Kc5c6 Td8—h8 remise op
voorstel van Aljechin.
De zevende party is wel de minst interessante
geworden van den stryd en reeds op den 17den
zet door herhaling van zetten remise geworden.
Blykbaar hadden geen van beide spelers lust
na de buitengewone inspanning van de vorige
party, ditmaal weer het uiterste te geven en
met een bord van stukken besloot men tot
remise. Een teleurstelling voor de bezoêkers, die
echter schadeloos gesteld werden door een
spontane causerie van Bogoljubow over de ge
rechtvaardigdheid van het remiseslok en een
simultaanseance van Aljechins manager Hans
Kmoch, die onlangs in Nederland was.
De party verliep als volgt:
Wit: Bogoljubow. Zwart: Aljechin.
Aangenomen damegabiet.
1) d2d4 d7d5
2) c2c4 d5Xc4
Het is opmerkeiyk, dat Aljechin thans reeds
voor de 3de maal het dame-gambiet aanneemt.
3) Pgl—f3 Pg8—f6
4) e2e3 e7e6
5) LflXc4 c7—c5
6) 0—0 a7—a6
Hier wykt Aljechin af van de voortzetting
6) .Pc6 en 7) Le7 waarmee hy in de vyf-
de partij zoo'n gedrukt spel verkreeg.
7) Ddle2 Pb8c6
8) Tfl—dl b7b5
9) Lc4b3
Hier ware het beter geweest, nu het zwarte
paard naar c6 en niet naar d7 is ontwikkeld,
den tusschenzet 9) d4Xc5 te spelen.
Nu kan immers volgen 9) c5c4
Deze vroegtydige opmarsch is gewooniyk
minder juist, omdat wit in het centrum te
machtig wordt. Ditmaal echter is er een by-
zondere omstandigheid, ni. dat zwart de witte
raads kan afruilen, waarna e3e4, de zet die
noodig is om de witte meerderheid in het mid
den evident te maken, zeer bemoeilykt wordt
en bovendien van minder belang, na een ver
zwakking van het punt h7 in een later stadium
(door de verdryving van Ff6 met e4e5) zon
der den witten koningslooper niet veel meer
beteekent. In het licht van deze opmerkingen
zyn de volgende zetten duidelyk:
10) Lb3c2 Pc6b4!
11) a2a3 Pb4Xc2
12) De2Xc2 Lc8b7
13) Pblc3 Pf6d5
Zwart wil Pc3 afruilen, waarna e3e4 ge
heel onmogelijk wordt.
14) Pc3e2
Wit laat er zich niet op in.
14) e4 was minder goed wegens 14) Pc3;
15 bc3; en de witte damevleugel is blyvend
zwak. Thans dreigt echter e3—e4, zoodat zwart
wel moet spelen: 14)Pd5f6, daarmede
op zijn beurt dreigende 'n binnendringen via c4.
Daar na 15) Pg3 Dd5 volgt, speelt wit weer
15) Pe2c3 waarna remise door her
haling van zetten volgde. 15) Pf6d5 16)
Pc3e2 Pd5—f6; 17) Pe2—c3, remise.
De stand is thans: Aljechin 2, Bogoljubow 0,
remise 5.