I Zoekt gij betrouwbaar Personeel? Plaats dan 'n „Omroeper" voor 75.000 gezinnen Afscheid wethouder Slingenberg De teeltregeling voor rundvee HARTELIJKE WOORDEN DONDERDAG 26 APRIL 1934 STADSNIEUWS ,,1933 waarschijnlijk zonder nadee- lig saldo. Ik geloof niet dat men kan zeggen, dat ik een deso late boel achterlaat" Verlies voor Haarlem Toespraak van den burge meester Dankwoord De zweminrichtingen Benoemingen Ziekenhuiskosten Wachtgeld onderwijzers HAARL. TOONEELVEREENI- GING T.O.N.E.V.O. Opvoering ten bate bestrijding der t.b.c. HÜ tnmr'ea de vereeniging dan ook meer PAASCHSPEL VAN DE GRAAL Nu gaat de Heer voorbij EEN EEUW STAATSARCHIEF DOOPSGEZIND ZANGKOOR Kerkconcert H. B. y. d. a R.K. VROUWENBOND Lezing rector Timp Kon. Vereeniging Oost en West Bond van gecentraliseerde schoenmakerspatroons Personalia S onaten-a vond R.K. Lyceum-Orkest Uitvoering Tabakswet 1934 ALJECHINBOGOLJUBOW Om het wereldkampioenschap De zuivelpositie van over land maakt tijdelijk stopzetting der afname mogelijk Te veel graskalveren Beperking van vaarskalveren Strenge toepassing der regeling Onderhandelingen met Japan Onze gedelegeerden BURGEMEESTER WASZINK WAT BETEEKENT „E.M."? GEMEENTEN IN HET GELIJK GESTELD NIEUWE HAABLEMSCHE COURANT ainininiiiiimmiiiiiiiimiiiiiiiiiimiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiig ülllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllü In de raadszitting van Woensdagmiddag deel de de burgemeester aan het einde van de agen da mede, dat van mr. Slingenberg een brief was ingekomen, dat hij zijn benoeming als lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland had aangenomen en dus als wethouder en raadslid ontslag nam. Mijn eerste woord na de mededeeling, die u zoo juist aan den Raad hebt gedaan, zjj een hartelijke gelukwensch namens den Raad en ons College met de benoeming, die u is ten deel gevallen en die de oorzaak is, dat gü ons gaat verlaten. Verheugen wij ons eenerzijds in die benoe ming omdat zij een hernieuwd bewijs is van het vertrouwen dat, thans door de Provinciale Sta ten van Noordholland, in uw kunde en beleid wordt gesteld, anderzijds zullen wij moeten ge wennen aan de gedachte, dat wij u na een ambtstijd van bijna 21 jaren, waarvan bijna 15 als wethouder, binnenkort niet meer in ons midden zullen zien. Ik mag hier wel openlijk uitspreken, wat ik denk, dat ook in het hart van den Raad leeft, namelijk dat uw vertrek voor de gemeente Haar lem een verlies beteekent. Als wethouder van financiën hebt ge met vaste hand de koorden van de beurs gehouden in een tijd, die gerekend mag worden tot de perioden waarin aan de Haarlemsche gemeente-financiën, gelijk aan bijkans alle andere, de zwaarste eischen voor 'n richtig beheer werden gesteld. Dank zij de weldoordachtheid en de inner lijke waarde van uwe voorstellen hebt ge u bijna steeds gesteund gezien door het dage- lijksch bestuur en door den Raad en zijt ge erin geslaagd te bereiken, dat, al blijft ook nu nog de grootste voorzichtigheid geboden, de finan ciën van Haarlem in een niet ongunstigen staat verkeeren, hetgeen niet van alle gemeenten kan worden gezegd. Uw ambtelijke nalatenschap behoeven wij niet te aanvaarden onder benefice van inventaris: zij is in de kern gezond en dat zegt in dezen tijd veel, ja alles. Door uw commercieel beleid als wethouder voor de lichtfabrieken heeft de gemeente daarin een stel overheidsbedrijven, die zelfs in deze zware tijden nog twee belang rijke plechtankers zijn voor de creditzijde van onze begroot'ng. Voor dit alles wensch ik u thans den dank der gemeente te vertolken en daarnevens voor de vriendschappelijke samenwerking in het da- gelijksch bestuur, die ertoe bijgedragen heeft, dat ook bjj verschil van meening de goede ver houding in onze vergaderingen nooit in eenig opzicht is geschaad; voor de rustige en beza digde wijze waarop ge de meer speciaal op uw terrein liggende voorstellen van ons College in den gemeenteraad met de kracht der overtui ging en met welsprekende argumenten hebt ver dedigd; en ten slotte, wat mij persoonlijk be treft, voor de bereidwilligheid waarmee ge steeds mijn functie hebt waargenomen wanneer dit noodig was, waarbij ik stellig de laatste vijf weken in het bijzonder wensch te noemen, die, langer dan mij lief was, beslag op uw tijd ge legd hebben. Moogt ge ook in de functie, waartoe ge thans geroepen zijt, de arbeidsvreugd en liefde voor de publieke zaak aan den dag leggen, waarvan de gemeente Haarlem in zoo ruime mate heeft geprofiteerd. Dan zal de Provincie daarvan on getwijfeld dezelfde goede vruchten plukken, die uw wethouderschap zoo vele jaren aan de ge meente Haarlem heeft opgeleverd. Het ga u en uw gezin in uw verder leven wel. De nestor van den Raad, de heer de Braai, wenschte daarna eenige woorden tot den heer Slingenberg te spreken. Geen geformuleerde woorden, maar een kort gesprek van hart tot hart. Spr. sloot zich aan bij de hulde en de wenschen door den burgemeester naar voren gebracht en gewaagde van een krachtig optre den van den wethouder, een beleid voor alles op het belang van de gemeente gericht. De resultaten onder het bewind van den heer Slin genberg verkregen, durfde spreker in alle op zichten te roemen en hij was er zeker van, dat hij ook namens de gezonde oppositie het woord zou mogen voeren. Mr. Slingenberg bracht den burgemeester en den nestor dank voor de vriendelijke woorden tot hem gericht en den Raad voor de instem ming. Ik heb het op hoogen prijs gesteld, aldus spr., dat mij gelegenheid is geboden in deze ver gadering afscheid van u te kunnen nemen. Een speciaal woord wil ik richten tci den burge meester, die na zijn ernstig ongeval, dat nog zoo gelukkig is afgeloopen, thans weer aanwe zig kan zijn. Een langdurige, goede gezondheid zij den heer Maarschalk toegewenscht. Met de wethouders en den secretaris is de omgang in ambtelijke zaken steeds prettig ge weest; natuurlijk waren er meeningsversehillen, maar die konden wij steeds rustig bespreken en bjjna altijd tot een oplossing brengen. De leden van het College hebben, ieder op eigen terrein, medegeholpen om de noodzakelijke be zuinigingen in de laatste jaren tot stand te brengen. Men kan de vraag stellen: had ik de betrek king van Gedeputeerde wel mogen aannemen en aftreden als wethouder van financiën der gemeente Haarlem? In het openbaar kan ik daarop gerust ant woord geven. Ik heb de vraag ernstig nagegaan en ben na rijp beraad tot de conclusie gekomen dat ik heen zou gaan. De functie van lid van Ged. Staten, door mij vroeger reeds bekleed, heeft vele aantrekkelijkheden, vooral voor een kenner der gemeente-financiën. In dit milieu komen vraagstukken op dit gebied regelmatig aan de orde en ik meende dan ook, dat ik een functie in dat college aanvaarden mocht en kon. Nadrukkelijk wil ik echter verklaren, dat ik de benoeming niet aanvaard zou hebben als we nog leefden in een periode zooals bij de behan deling der begrooting 1934. Was er nog een «Toot tekort en waren er nog ingrijpende maatregelen noodig, dan zou ik niet de vrij heid gevonden hebben af te treden. Gelukkig zjjn de uitkomsten over 1933 echter van dien aard, dat dit jaar zeer waarschijnlijk zonder nadeelig saldo zal afloopen. Ik geloof zal kunnen zeggen, dat ik een boel achterlaat. Dan richtte spreker zich tot de raadsleden. Allereerst bracht hij zijn warmen dank aan de leden, die bijna al de jaren, dat hij wethouder was steun aan zijn voorstellen verleenden. Die leden hebben zichzelf dikwijls moeten bedwin gen, wenschen opzij moeten zetten en zich op offeringen moeten getroosten, omdat het alge meen belang boven persoonlijke appreciaties ging. Maar ook bracht spreker dank aan de leden, die niet zoo gemakkelijk in een bepaalde rich ting te bewegen waren of voortdurend in de oppositie waren. Dankbaar was hij vooral voor de zakelijke wijze waarop steeds ieder zijn mee ningen kon uitspreken. Critiek, ging spr. voort, critiek is nuttig voor ieder bestuur, ook voor Haarlem. Gezonde op positie moeten we hebben in de openbare licha men, de tegenkanting, die spr. in den Raad heeft ondervonden, heeft hem nooit beleedigd of minder aangenaam doen gevoelen. Tenslotte roemde spreker het ambtenaren corps en speciaal de afdeeling financiën en be drijven. Het zal moeilijk zijn in den lande één financieele afdeeling te noemen, die zoo ter zake kundig is als de Haarlemsche. Het ga u allen in zaken en in huisgezin goed, besloot de heer Slingenberg. De laatste jaren zijn als periode in mijn ambtelijke carrière de moeilijkste maar ook de mooiste van mijn leven geweest. Hierna nam de vertrekkende wethouder van ieder met een handdruk afscheid. Na zjjn heengaan kreeg de communist Peper het woord, die verklaarde, zich niet bij de al- gemeene hulde te kunnen aansluiten. Spreker hekelde het gedrag van de soc.-dem. in deze huldiging, noemde den heer Slingenberg een ge- hamasten politicus, maar geen strijder voor de rechten der arbeiders. De volgende punten werden voor het afscheid van den heer Slingenberg nog behandeld: B. en W. stellen voor de tarieven der gemeen telijke zweminrichtingen te verlagen en een nieuwe verordening vast te stellen, waarvan de bepalingen bewijzigd zijn in verband met de opheffing varf den dienst der lichamelijke op voeding. Tenslotte vragen zij nog een crediet van 1950 voor de uitbreiding der verlichting in de inrichting aan de Delft en het aanbrengen van eenig meer gerief. Mevrouw VENEMA (V.B.) betreurde het, dat de verpachting niet door is gegaan. Het vol gend jaar zou de kwestie nogmaals bekeken kunnen worden. Spr. achtte het beneden de waardigheid van den raad, de tarieven van de zweminrichtingen in de kleinste details vast te stellen. Men kan dit toch veel beter aan een pachter overlaten. Wethouder ROODENBURG (C.H.) zeide, dat het vraagstuk nu reeds tweemaal bekeken is, het is thans afgedaan. De rijwiel- en consump tie-verkoop-verpachting hebben reeds meer op gebracht. Ook zal er gelegenheid geboden wor den op de muren der inrichtingen reclame te maken. De voorstellen werden daarna zJas. aange nomen. r~. Tot conrector aan het Gymnasium werd be noemd dr. G. Ras, tot tijdelijk leeraar aan het Gymnasium ir. W. Zwaan. In art. 6 van het tarief van verpleegkosten voor het St. Elisabeths- of Groote Gasthuis is voor werkgevers de mogelijkheid geopend om hunne inwonende dienstboden kosteloos gedu rende 6 weken in de 3de klasse te doen ver plegen, indien zij zich verbonden hebben tot betaling van 10 's jaars voor elke dienstbode die in hun dienst is. Om met andere ziekenhuizen gelijk te komen stellen B. en W. voor, dit bedrag tot 7.50 per jaar te verlagen. De heer CASTRICUM (R.K.) zou gaarne ge hoord hebben hoeveel geld deze maatregelen aan de gemeente kosten. Omdat de Mariastich- ting een prijs verlaagt behoeft de gemeente dit nog niet te doen. Alleen als de prijs inder daad te hoog was, zou spr. het voorstel steunen. De heer WOLZAK (A.R.) bracht in het mid den, dat de prijs voor alle ziekenhuizen op 7.50 wordt gesteld. Het voorstel werd z.h.s. aangenomen. In een destijd naar B. en W. gezonden motie van mevr. M. MaarschallKomin worden B. en W. uitgenoodigd: de redactie van Art. 6 der Verordening betreffende het verleenen van wachtgeld aan ambtenaren der gemeente Haar lem, dusdanig te wijzigen, dat onbillijkheden, als zijn geschied bij de berekening van een toeslag op het salaris van het onderwijzend personeel der scholen voor V.L.O., niet meer kunnen voorkomen. Zij stellen voor op deze motie afwijzend te beschikken. Mevrouw MAARSCHALL (S.D.) wees op het ingekomen voorstel van de leeraren, dat om prae-advies zal gaan. Daarom vroeg spr. aan houding van haar motie, om die tegelijkertijd met het voorstel te behandelen. Wethouder GERRITSZ (S.D.) zeide, dat de motie afgedaan kan worden, de verordening is in het daarin genoemde geval juist toegepast. Wethouder ROODENBURG (C.H.) achtte het wel wenschelijk deze zaak te laten rusten, in het prae-advies op het voorstel van de leeraren wordt ze automatisch behandeld. De heer PEPER (C.P.) diende een motie in, waarin hij er bij B. en W. op aandrong aan het verlangen van mevrouw Marschall te voldoen. Wethouder ROODENBURG verklaarde daar na, dat de kwestie-Maarschall opnieuw ter sprake zal komen. De heer PEPER handhaafde zijn motie, die daarop verworpen werd met 2 stemmen voor. De vergadering werd na het afscheid van wet houder Slingenberg gesloten. een compliment geven voor haar uitstekend spel dan voor de keuze van het stuk. Maar enfin men kwam om zich te verma ken en dat heeft men naar hartelust kun nen doen voor een ideëel doel: het batig sol- do der uitvoering zal n.l. ten goede komen aan de Vereeniging tot Bestrijding der t. b. c. Hoe meer aanwezigen op de voorstelling, hoe grooter batig saldo. De heer F. H. v. d. Schaaf zei dit in zijn openingsspeech, die na de pauze gehouden werd! zoo heel fijntjes: de groote opkomst der toeschouwers is prettig èn voor de optredenden, èn voor de t.b.c.-bestrjjding. Hoe meer dubbeltjes aan deze bestrijding geschon ken, hoe meer vreugd! Weliswaar was denzelf den dag zoo juist de (25ste) Emmabloemcol- lecte gehouden, maar met een verwijzing naar het recente geval van t.b.c.-besmetting van bijna een geheele school door één leerling te Emmer-Compascuum, waar de gemeente on machtig is om de verpleegkosten der t.b.c.- patiënten te betalen wat één geval op de duizenden is, dat men toevallig hoort, ter wijl de andere gevallen onbekend blijven bewees spr. dat er nooit genoeg dubbeltjes voor de t.b.c.-bestrijding geofferd kunnen worden. Daarom en om bovendien dengene, die toe vallig vergeten was of te veel haast had zijn Emmabloempje te koopen, alsnog in de gelegen heid te stellen zijn penningske te offeren, werd na de opvoering een verloting gehouden om fraaie en gezonde! prijzen. Deze verloting werd, evenals de tooneelop- voering, een groot succes, zoodat wij verwach ten dat er weer heel wat t.b.c.-patiënten kun nen geholpen worden, dank zij „T.O.N.E.V.O."! De Haarl. Tooneelvereeniging „T.O.N.E.V.O." gaf gisterenavond een feestvoorstelling van het blijspel in 3 bedrijven van A. Anno getiteld „Een dolle dag" in den Schouwburg Jansweg. „T.O.NK.V.O." is één van die talrijke tooneel- vereenigingen en -clubs, die in Haarlem nog steeds voorspoedig blijven gedijen, ondanks crisis en malaise, en radio! Haar kunnen bewees ze met de opvoering van genoemd stuk, dat bescheidenlijk een blij spel werd genoemd, maar in wezen een dolle klucht is, die er de onwaarschijnlijkheid van het gegeven dik boven oplegt. Een avond van godsdienstige wijding, gees telijke ontroering en schoone verheffing een avond, die naar de uren binnen den schouw burg gerekend, maar kort is, maar die zich voortzet lang nadat het gordijn voor het laat ste tafereel is dichtgeschoven. De Graal heeft ons dien gebracht en we mogen er haar dank baar voor zijn, omdat momenten van wezenlijke schoonheid op het tooneel zoo schaarsch zijn en omdat we iets vermoeden van de diepere na werking, op de uitvoerenden niet het minst, die aan een zoo zuivere verbeelding van stra lende waarheden verbonden is. De Stadsschouwburg was geheel gevuld en vanaf het opstijgen van de eerste klanken tot aan het vervloeien van het laatste beeld is er een sfeer van medeleven geweest, die de stilte diep en trillend maakte. Daarmee is de voor naamste bedoeling, die bij het geven van dit spel voorzat, volkomen bereikt een resultaat dat zeker niet zou verkregen zijn, als de uit voering niet aan hooge aesthetische eischen had voldaan. Van de eerste opvoering, die in de hoofdstad van het land gegeven werd, heeft ons blad een uitvoerige recensie geleverd en het lijkt bijna overbodig daaraan nu nog een tot in bijzonder heden afdalend verslag toe te voegen, nu het zelfde spel, maar thans geheel door de Haar lemsche Graal verzorgd, waarschijnlijk zonder eenige afwijking opnieuw werd vertoond. Toch voelen we ons gedrongen, om er wat van te zeg gen, ook omdat een avond als deze voer onze stad van groote beteekenis mag worden ge noemd. „Nu gaat de Heer voorbij" heeft niets van een tooneelvertooning, maar spreekt even sterk tot de verbeelding, omdat de ideeën, welke er in vervat liggen, door den gekozen vorm recht streeks tot geest en gemoed doordringen. Het rhythme van stem en gebaar, de schoonheid van plastiek en belichting voeren reeksen van beelden op tegen een achtergrond, die het ge- loovige weten zich reeds heeft geschapen. Er is hier alleen sprake van een nieuwen vorm, die met eenvoudige middelen de treffende diepte van het geloofsleven onthult en nog weer eens de aandacht vestigt op de ontroerende men- schelijkheid, die in liturgisehen zang en ker kelijk symbool besloten ligt. De bekoring van het oog, bij expressieven dans en veelzeggende groepeering, werd voort durend opgenomen in de overheersching van het schoon klinkende en diepzinnige woord. Geestelijke blijheid jubelt er in den aanvang in het loflied op Gods Barmhartigheid, en dan is er opeen ongemerkt de overgang in den aan grijpenden boetedans, het sterk dramatische Miserere. Voor velen zal de vertolking van den boetpsalm een openbaring zijn geweest. Maar er waren méér tafereelen, waarbij een golf van innige bewogenheid van het tooneel naar de zaal oversloeg, zoodat de scheiding tusschen executanten en toeschouwers was opgeheven. En hoe sterk overtuigend werkte nu het spreek koor „het kruis in ons leven", zooveel sterker, klaarder en doordringender dan toen wij het in de ruimte van het Amsterdamsche stadion hoorden declameeren! Er waren zeker ook mo menten, waarvan men meer zou mogen ver wachten, zooals de verschijning van Maria aan den voet van het kruis. Maar hoe mees terlijk daarentegen was dat enkele korte ta fereeltje van den voorbij trekkenden kruisdrager opdoemend uit het donker, dan, met vlakken en contouren eenige oogenblikken gevangen in Rembrandtiek licht, om weer op te lossen in het onzichtbare als een symbool, dat diep in de herinnering is gedrongen. Een uitvoerende groep als deze vraagt niet nadrukkelijk om een critische bespreking, om dat er niet op de eerste plaats het stellen van een artistieke daad werd beoogd. Maar het is zoo verheugend, te mogen zeggen, dat hier de kunst waarachtig het ideaal heeft gediend, zon der zich op den voorgrond te dringen. Waar zwakke punten waren, werden die zelden sto rend, omdat de sfeer reeds volledig aanwezig was en over het geheel een geest lag, die moeilijk anders dan waardeering kon vragen. Het gebruik maken van mannelijke krach ten, door de St. Jozefsgezellen geleverd, is uit een goede gedachte voortgekomen op be paalde momenten, bij zang en groepeering, verdiepte het voelbaar het vereischte beeld. Opmerkelijk was voor ons, dat het voorstellen van de Christusfiguur door een Graallid, een meisje dus, in het geheel geen verzwakking beteekende nu aan de vertooning alle rea lisme vreemd bleef, voldeden stem en ge stalte inderdaad. In de groepeering rond deze verschijning en in de manier waarop zijzelve in een verheven sfeer werd gehouden, verried zich een voortreffelijke regie. Niet geheel kon ons het optreden van de „verhalende stem" voldoen. Dat mevrouw Ellen Russe het alles schoon en soms aangrijpend zei, spreekt bij deze voor drachtkunstenares wel vanzelf. Maar de toon was niet immer in volkomen harmonie met den geest, waarin het spel overigens en zeer juist gegeven werd en liever hadden wij haar uiterlijke verschijning zoo gezien, dat zij zich in de fijne tinten der groepen had opgelost. Daar tegenover wordt gaarne erkend, dat de diepe indruk van het spel voor een groot deel aan haar fraaie dictie was te danken. In de zaal was de geestelijkheid en de lei ding van het katholieke vereenigingsleven sterk vertegenwoordigd en ieder van hen en allen, die het voorrecht genoten, dezen waar lijk treffenden avond bij te wonen, zullen er nog lang bewogen aan terugdenken. Het Saksische Hoofdstaatsarchief te Dresden bestaat Vrijdag honderd jaar Ditmaal eens geen uitvoering in een concert zaal, doch in een kerkgebouw. Wat het reper toire van Doopsgezind Zangkoor aangaat, is er tegen een dergelijke uitvoering geen Pezwaar. Het grootste deel ervan is toch gewijde muziek, dat daardoor juist beter tot zijn recht kan komen. Het interieur werkt natuurlijk mede om die muziek beter te karakteriseeren en gelukkig bleek de acoustiek zeer gunstig. Zoo gunstig zelfs, dat men de kleinste feilen duidelijk kon opmerken. En de grootere naar evenredigheid. En die zijn? Och, die hebben we al zoo dik wijls opgesomd. Het zijn steeds dezelfde: Bassen te zwak en los en sopranen in hooge ligging iets schraal van klank. Dientengevolge bij forte-klank geen evenredigheid. Kan daar nu eens geen verandering in komen? Het is zoo jammer, daar het materiaal overigens meer dan voldoende is, elke partij goed beheerscht en met groote toewijding en goede, muzikale voor dracht gezongen wordt. Wellicht oefent de a.s. uitvoering van Haydn's „Schöpfung" een groote aantrekkingskracht op nog niet aangesloten zangeressen en zangers der Doopsgezinde Gemeente uit, waardoor di rigent de Zwaan in staat wordt gesteld dit meesterwerk, evenals eertijds „Die Janreszei- ten", succesvol Uit te voeren. Behalve een herhaling van drie deele-n uit „Ein deutsches Requiem", waarin de sopraan solo door mej. Tini van Daalen wel niet geheel glansrijk van toon, maar toch veel beter dan door de soliste op het vorige concert, werd ver tolkt, kreeg men als koorwerk te hooren: Exau- di Deus" van Balthasar Florence en „Ein Geistliches Abendlied" van Carl Reinecke. Florence's werkje heeft wel een Latijnschen tekst, maar draagt niet bepaald een gewijd cachet. Het blijft een concoursnummer. De vrouwenstemmen, ook bij het drie-stemmige deel, klonken hier dikwijls fraai. Waar de bas sen alleen optraden, vielen hun minder goede qualiteiten sterker op dan bij samenzang. Het „Abendlied" verkreeg de beste vertol king. Willem Schansman vervulde hierin de tenorsolo en kon ons daarmede meer bekoren dan met zijn aparte soli. Hij zong de bekende Kerk-aria van Stradella en een Mendelssohn- aria, doch dit genre schijnt hem niet gunstig te liggen, althans Stradella niet. Dat klonk tamelijk vlak en onbuigzaam. Bij Reinecke sprak eerst warmte uit zijn voordracht. Reinecke's werk kon ons op den duur niet erg behagen, het is nogal sterk-romantisch ge tint en overdreven sentimenteel. Ook de Orgelsonate van Rheinberger viel niet erg in den smaak. Degelijker van bouw en sterker van muzikaliteit was het door Ja cob Byster voorgedragen Concert van Handel. Hij speelde het stijlvol en mooi geregistreerd. Jammer, dat het orgel bij het Tutti-spei in het eerste deel niet altoos direct goed aansprak. De uitvoering werd, zooals gebruikelijk, inge leid door twee gezangen. De opkomst van het publiek was zeer bevredigend. O. K. Vrijdagavond a.s. om acht uur zal rector J. B. M. Timp. geestelijk adviseur van de afdee ling Haarlem van den R. K. Vrouwenbond, voor de leden van deze vereeniging in het St. Elisa- bethgebouw, Jansstraat, een lezing houden over het onderwerp: „Hebben wij, katholieken, een taak tegenover de moderne zedenverwildering?" Er bestaat gelegenheid tot gedachtenwisse- ling. De afdeeling Haarlem en Omstreken van bovengenoemde vereeniging hield gisterenavond in een der zalen van Café-Restaurant „Brink- mann" haar jaarvergadering, onder voorzitter schap van den heer P. L. van Bueren. De secretaris, de heer H. P. Deinum, bracht een uitvoerig jaarverslag uit, waarin hij tevens een terugblik wierp op al hetgeen gedurende de laatste tien jaren door de afdeeling werd verricht. De tijdsomstandigheden hebben ook deze vereeniging niet onberoerd gelaten, doch er zijn teekenen, die er op wijzen, dat het diepte punt is bereikt. Er werd op gewezen, dat „Oost en West" niet speciaal bedoelt te zijn een ver eeniging van Oud-Indisch gasten, doch een ver eeniging voor iedereen, een vereeniging die een algemeen belang voorstaat, n.l. meer kennis over Indië te verspreiden, meer inzicht te geven in de verhoudingen tusschen Indië en Neder land en den historisch geweven band te be houden en te versterken, ongeacht welke ver andering die band naar den vorm ook in den loop der tijden moge ondergaan. Aan den nut tigheids- en gezelligheidsfactor, speciaal voor de leden, zal echter ook door het bestuur zoo veel mogelijk aandacht worden gewijd. Aan de vereeniging werd kort geleden het prsedicaat „Koninklijke" verleend. Zij telt thans 20 afdeelingen, over het geheele land verspreid. Het bestuur van de afdeeling Haarlem besloot in 1933 tot vorming van een Jongeren-groep, welke groep onlangs is tot stand gekomen. Aan den afgetreden voorzitter, den heer A. G, Soes. werd dank gezegd yoor hetgeen door hem als zoodanig is verricht. In het bestuur werd gekozen de heer N. L. van Asperen, die als tweede secretaris en als vertegenwoordiger in het bestuur van de „Jongeren-Groep" zal optreden. De voorzitter bracht den secretaris dank voor al hetgeen door hem weer opnieuw voor de vereeniging is verricht. Ook aan den penning meester, den heer O. R. A. Michelsen, werd dank gebracht voor zijn correct gevoerd finan cieel beheer. Men schrijft ons: Naar aanleiding van de openbare vergadering, gehouden 23 April jl„ is er een afdeeling in Haarlem opgericht van bovengenoemden bond. Inlichtingen en opgave voor lidmaatschap van bovengenoemden bond bij de heeren J. van Vliet Gen. Bothastraat 106, Haarlem-N., en P. J. Valenteijn, Tetterodestraat 42, Haarlem. 1 Juli a.s. zal de nieuwe cursus, georganiseerd door den Ned. Bond van Makelaars, een aan vang nemen Aan deze cursussen zijn o.a. de heeren H. Meeusen en H. C. Sprenger, beiden alhier, als leeraren verbonden. Vrijdag a.s., des avonds kwart over acht, zal in de muziekzaal van hotel Brinkmann, Groote Markt, een sonaten-avond gegeven worden door Jan Hoeben (viool) en Jacob Bijster (piano). Het programma vermeldt sonates van Handel, Mozart, v. Beethoven, Hindemith en Darius Mehaud. Op Maandag 30 April a.s. geeft het R. K. Lyceum-orkest een kamermuziekavond in de Muziekzaal van café Restaurant Gebr. Brink mann, Groote Markt. Medewerking verleent de heer Luc. Lou- man, bariton, die oude geestelijke liederen, be geleid op blokfluiten en strijkinstrumenten, en liederen van Mozart zal voordragen. Behalve Sonates van Loeillet e. a. en een Concertone van Mozart voor violen, cello en klavier, zullen enkele nummers voor blokflui ten met en zonder strijkinstrumenten worden gespeeld. De besturen van sigarenwinkeliersvereeni- gingen in Haarlem achten het noodzakelijk de sigarenwinkeliers en verxoopers van sigaren er op te wijzen, dat het ten strengste is ver boden tabaksfabrikaten beneden banderolle- prijs te verkoopen, ongeacht de hoeveelheid; dat bij overtreding hiervan een boete zal worden geheven van f 100.tot f 1000 per overtreding en dat er kans bestaat dat de Ta baksvergunning wordt ingetrokken; dat in overleg met den Minister van Finan- tiën en plaatselijke Accijns-ambtenaren de organisaties van sigarenwinkeliers controleurs hebben aangesteld, welke eventueele overtre dingen zullen kunnen verbaliseeren. Onder zeer groote belangstelling werd Woensdagavond de negende partij in den strijd om het wereldkampioenschap tusschen dr. Al- jechin en Bogoljubow gespeeld. Bogoljubow speelde met wit. Er ontstond een onregelmatige opening. Door deze onregelma tige opening van den wereldkampioen had Bo goljubow zeer veel bedenktijd noodig, zoodat hij voor 18 zetten twee uur en tien minuten noodig had. Aljechin had hiervoor slechts 35 minuten noodig. In dit verband mocht Bogol jubow voor de resteerende 22 zetten maar 20 minuten gebruiken. Hij bracht in verband met dezen tijdnood een pion-offer. Zijn stelling had echter reeds enkele zwakke plekken, zoodat het zich liet aanzien, dat hij de partij met kon houden. Aljechin forceerde het spel, waaruit tenslotte een toreneindspel ontstond, dat voor Bogoljubow hopeloos was. Hij moest na 47 zet ten opgeven. Het psychologisch overwicht van den wereldkampioen op Bogoljubow heeft hem ook ditmaal een overwinning gebracht. De stand is nu: 30 voor Aljechin met zes remises. De tiende partij zal Vrijdagavond om zeven uur eveneens te Pforzheim aanvangen. Gelijk bekend voert de crisis-rundvee-cen trale een plan uit tot het opruimen van over tollige runderen. Tot nu toe is dit plan niet on bevredigend verloopen. Van 17 October 1933 tot 17 April 1934 werden ruim 112.000 runderen in geleverd- Er zijn evenwel aanwijzingen, dat de lust om runderen aan te bieden, bij de boeren voorloopig vermindert. De crisis-rundveecentrale heeft thans, in overleg met de centrale land- bouw-organisaties, onder goedkeuring van den Minister van Economische Zaken besloten, na 12 Mei geen runderen meer af te nemen. Zoo dit volstrekt onvermijdelijk blijkt, zal echter opnieuw tot het afnemen moeten worden overgegaan. De zuivelpositie is, mede door de laatstelijk gesloten overeenkomsten met andere landen, op dit oogenblik van dien aard, dat het thans stop zetten der afname mogelijk is. Dit is mede ook de reden, dat tot de destijds in uitzicht gestelde verplichte aflevering van runderen thans niet behoeft te worden overgegaan. Geheel anders is de toestand ten aanzien der vaarskalveren. De crisisrundveecentrale heeft de gelegenheid gegeven, nuchtere vaarskalveren aan haar over te doen. Toen de daarvoor in uitzicht gestelde prijs niet voldoende aanlokke lijk bleek, is die prijs aanzienlijk verhoogd. Des niettemin is slechts een klein aantal vaarskal veren nuchter aan de crisisrundveecentrale ge leverd. Zouden geen bijzondere maatregelen wor den genomen, dan zou het gevaar dreigen, dat tegen 1 November de vleeschmarkt geheel over voerd zou worden door een groot aanbod van e.g. graskalveren. Deze omstandigheid heeft de crisisrundvee centrale, in overleg met de centrale landbouw organisaties, onder goedkeuring van den Mi nister van Economische Zaken, doen besluiten, om de verplichte beperking van vaarskalveren te vervroegen en reeds 1 Juli te doen ingaan. Vanaf 1 Juli 1934 zal het in voorraad hebben van vaarskalveren van een gewicht liggende tusschen 100 en 200 K.G. slechts zijn toegestaan indien men in het bezit is van de voor deze kalveren afgegeven identiteitsbewijzen. Het ligt in de bedoeling deze gewichtsgrenzen op gere gelde tijden te wijzigen. Op 1 September zullen zij worden vastgesteld op 100 en 250 K G., op 1 November op 100 en 300 K.G De verplichting, dat zjj gedekt moeten zijn door een identiteits bewijs zal dus voor de kalveren, waarvoor een maal een indentiteitsbewijs is afgegeven, blijven bestaan. Door dezen maatregel zullen de vaars kalveren, naarmate zij boven het gewicht van 100 K.G., komen, geleidelijk verder worden afge leverd. Nochtans zal terwille van de selectie-eischen aan iederen veehouder wien kalveren zijn toege wezen, worden toegestaan tijdelijk, ook na 1 Juli één kalf meer in voorraad te houden dan is toegewezen. Het ligt niet in de bedoeling der Crisis-Rund vee Centrale de kalveren over te nemen. Belang hebbenden zullen goed doen hiermede rekening te houden. Aan de toepassing der teeltregeling zal streng de hand worden gehouden. Krachtige maatre gelen staan daartoe ten dienste, daar overtre ders van alle crisissteun kunnen worden uitge sloten, terwijl ook strafrechterlijke of tucht- rechterljjke maatregelen mogelijk zijn. Ver trouwd mag worden, dat deze uiterste midde len achterwege zullen kunnen blijven, doordat alle veehouders beseffen, dat bovengenoemde regeling gebiedend noodzakelijk is om de Ne- derlandsche veeteelt voor een débacle te be waren. Naar wij vernemen, ligt het in de bedoeling, dat de heer Albert Spanjaard, voorziter van de commissie van advies inzake de crisis-in- voerwet, en Prof. J. van Gelderen, hoofdamb tenaar voor Economische Zaken ter beschik king van den minister van Koloniën, zullen worden aangewezen als gedelegeerden van Ne derland bij de komende onderhandelingen met Japan over de regeling der handelsbetrekkin gen. Het „Handelsblad" van gisteravond berichtte dat naar verluidt mr. M. Waszink, burgemees ter van Roermond, binnenkort om gezond heidsredenen zijn ontslag als zoodanig zal aan vragen. Naar wij van welingelichte zijde vernemen, is dit bericht absoluut onjuist. Zooals men weet, zullen op 15 Mei a.s. de Dieseltreinen in werking worden gesteld. In het nieuwe spoorboekje vindt men dientengevolge een nieuw letterteeken, n.l. „E. M.". Dit is de aanwijzing, dat de bedoelde trein een Diesel- trein is. De Hooge Raad heeft in een proefproces van de gemeente Den Haag tegen de Rijksverzeke ringsbank ever de terugbetaling van de inkoop sommen ingevolge de Invaliditeitswet over de jaren 1919 tot 1923 Den Haag in het gelijk gesteld. De Rijksverzekeringsbank zal als gevolg hier van aan alle gemeenten die inkoopsommen hebben terugbetaald, deze moeten restitueeren. Ook Amsterdam en Rotterdam zullen ten gevolge van dit arrest groote bedragen ont vangen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 4