Prikkeldraad
Handelspolitiek
Westlaan strandt
Zeeman-zijn eischt hoofd en hand
Ministersvacature
OPLEIDING DER LEER
LINGEN
WOENSDAG 2 MEI 1934
Geen meeningsverschil
Geruchten over de vervulling
T egengesproken
DE ROODE TULP
Uiting van staatkundig streven?
Opvarenden ongedeerd
In de haven gesleept
Weer een veiling in
nood
Duitsche betalingsmoeilijkheden
de oorzaak
Prins Hendrik
JHR. MR. C. DEDEL
In rechtstreekschen dienst
van H.M.
SPOORWEGTEKORTEN
De ontvangsten over Januari
BINNENSCHEEPVAART
Congres te Hengelo
WERELDTENTOONSTELLING
BRUSSEL 1935
De nieuwe spelling
Een nachtmerrie voor uitgeven
van schoolboeken
DE HANZE IN HET AARTS
BISDOM
Je atmosfeer van Delfzijl is die van
haven en zee, de polen
van hun toekomst
Uitersten van het vak
CONTACT VERBROKEN
HET MES GETROKKEN
Maastrichtenaar levensgevaarlijk
gewond
1 MEI-RELLETJE TE LAREN
Ongeloof en bijgeloof
Het drama te Reeuwijk
Wijnhandel en wijnaccijns
SCHAKEN
BOGOLJUBOW VERLIEST DE
ELFDE PARTIJ
Na 61 zetten
Door den heer Kortenhorst was een
amendement voorzien op het wets
voorstel—Oud dat voor de Regeering
bevoegdheid bedong om op korten termijn
invoerrechten te heffen, af te schaffen of
te hanteeren. Een aantal leden der katho
lieke fractie stemden evenwel tegen dit
amendement. Lag er verschil in inzicht be
treffende de richting onzer handelspolitiek?
De reden was een andere. De katholieke
tegenstemmers achtten klaarblijkelijk de
handhaving van dit amendement met het
stellige vooruitzicht eener hopelooze verwer
ping, schadelijk voor de gedachte van het
amendement.
Deze conclusie wordt bevestigd door de
Verklaring, welke wij lezen in het jongste
hummer van „De R. K. Staatspartij", het
maandblad der partij, dat ook de gebeurte
nissen op het Binnenhof van nabij pleegt
te volgen:
De Minister was een beetje opzij gegaan
Voor de nog altijd sterke vrijhandelsgevoe-
lens in ons Parlement, gevoelens, waar
van zijn partijgenoot Schilthuis zich ook bij
de discussie over dit wetsvorostel weer de
tolk maakte in een speech, welke een even
naïeve als benijdenswaardige blijmoedig
heid aan den dag legde ten aanzien van het
herstel van een wereldruilverkeer in nieu
we vormen. De op dit wild scherp geoefende
politieke en economische neus van den heer
Kortenhorst speurde hier een welkomen
buit.
Meent gij, zoo voegde hij den Minister,
naar aanleiding van de verzwakking van de
protectionnistische tendenz van het wets
ontwerp, toe meent gij, dat men beter
stapje voor stapje de handelspolitiek kan
veranderen dan flinkweg tot een andere
richting besluiten? Dat komt op hetzelfde
neer als de houding van den man, die, om
zijn hond pijn te besparen, den staart van
het beest met stukjes en beetjes liet af
hakken in plaats van ineens! En de heer
Kortenhorst had een amendement inge
diend, om de woorden: „Ten einde het ten
gronde gaan van Nederlandsche bedrijven
door hun bestaan bedreigende buitenland-
sche maatregelen te voorkomen" woor
den, die in het oorspronkelijke wetsontwerp
niet voorkwamen te vervangen-door de
woorden: „Ten einde de werkgelegenheid in
Nederlandsche bedrijven te behouden en te
Verruimen", waardoor het protectionnisti
sche karakter van het wetsontwerp even
sterk zou worden geaccentueerd als het ver
zwakt zou zijn geworden, indien de heer
Schilthuis zijn zin had gekregen en ook de
bovendoelde woorden, zooals ze door den
Minister werden voorgesteld, geschrapt wa
ren geworden. Minister Oud gaf noch in
de eene, noch in de andere richting een
duimbreed toe; en alle partijen in de Ka
mer, behalve de katholieke fractie, waren
blijkbaar tegen het amendement van den
heer Kortenhorst. In deze omstandigheden
ware het misschien beter geweest, dat
amendement in te trekken; want bij een
verwerping met groote meerderheid ont
staat in zulke gevallen steeds dit onmisken
bare gevaar: dat men zich later daarop zal
beroepen als een bewijs voor de afkeerig-
heid der Kamer van hetgeen in het amen
dement werd voorgesteld. Indien men dit
in het oog houdt, zal men ook het tegen
stemmen van een aantal leden der katho
lieke fractie begrijpen. Daarover is in de
pers heel wat gefantaseerd; maar de wer
kelijke reden lag stellig niet in eenig ver
schil van inzicht omtrent de richting onzer
handelspolitiek. Ze was geen andere dan
deze: dat deze leden het handhaven van
dit amendement, met het zekere vooruit
zicht, dat het met groote meerderheid zou
worden verworpen, schadelijk achtten voor
de gedachte zelf, die in het amendement
werd uitgesproken. Andere leden gevoelden
er blijkbaar meer voor om, ondanks conse
quenties, welke aan een verworpen amen
dement mochten kunnen worden verbon
den, ook bij deze gelegenheid van hun in
zicht omtrent de zaak zelf te doen blijken;
en zoo was, in de gegeven omstandigheden,
bij uitzondering, het verdeeld stemmen der
katholieke fractie wel de beste uitdrukking
van de gevoelens eenerzij ds ten aanzien
van de zaak zelf, die in het amendement
werd voorgesteld, anderzijds ten aanzien
van het handhaven ervan in omstandighe
den, welke de wenschelijkheid daarvan op
z'n minst betwistbaar maakten.
mede in verband met de positie van het vervoer
of het verkeer te water in het Wetsontwerp op
het Verkeersfonds. Ir. W. J. de Koek van Leeu
wen, den Haag; S. A. Reitsma, Utrecht; P. J.
Varekamp, Amsterdam.
Stuwage en Navigatie. C. A. G. v. d. Boom,
Amsterdam; Mr. K. J. van Niewkerkcn, Am
sterdam.
De beteekenis en de praktijk van de Wet op
de Evenredige Vrachtverdeeling. S. de Hoo, den
Haag; Mr. B. C. Slotemaker, den Haag; E.
Wagenborg, Farmsum.
Nadere inlichtingen worden gaarne verstrekt
door den secretaris Mr. G. H. A. Grosheide,
Keizersgracht 586, Amsterdam.
De N. Rott. C. van hedenmorgen bevatte het
volgende bericht:
Naar men ons meldt, wordt het in departe
mentale kringen waarschijnlijk geacht, dat als
opvolger van minister Verschuur tot minister
van oeconomische zaken zal worden benoemd
mr. M. P. L. Steenberghe te Goirle, voorzitter
van het R. K. Verbond van werkgeversvakver-
eenigingen.
De heer Steenberghe, die vandaag 35 jaar
oud wordt, is o.a. lid van den Hoogen Raad
van Arbeid en van den Nyverheidsraad. Hij
heeft deel uitgemaakt van onze handelsdelega
tie te Berlijn.
In verband met dit bericht heb
ben wij ons hedenmorgen in ver
binding gesteld met mr. Steen
berghe, die ons mededeelde, dat
hem van het bovenstaande niets be
kend is. Noch de heer Colijn, noch
een der andere leden van het ka
binet heeft met hem over de ver
vulling van de vacature in het ka
binet gesproken.
Deze mededeeling sluit geheel aan bij die,
welke wij uit Den Haag ontvingen:
Naar aanleiding van loopende geruchten
aangaande de vervulling van de vacature in
het kabinet zijn wij gemachtigd, mede te
deelen, dat Dr. Colijn nog met niemand be
sprekingen heeft gevoerd en de eerstvolgen
de weken ook niet voornemens is, zulks te
doen.
Te Zaandam is 1 Mei door de politie proces
verbaal opgemaakt tegen drie personen, waar
onder de voorzitter van de plaatselijke Sociaal-
Democratische Raadsfractie, de heer R. P., we
gens het voeren van een roode tulp als uiting
van een bepaald staatkundig streven in den op
tocht van de plaatselijke afdeeling van de S.
D. A. P.
Tevens is tegen den heer P. proces-verbaal
opgemaakt voor het voeren van een vlag, die
overwegend rood was, hftgeem eveneens als
een uiting van een bepaald staatkundig streven
werd aangemerkt. Deze vlag van den Ambte
narenbond werd gedragen door een anderen so
ciaal-democraat, die zich bereid toonde, deze
op te rollen, toen de politie daarop aanmerking
maakte, doch die, van P. last ontving, de vlag
ontplooid in den optocht mee te voeren.
Later kon het schip in de haven
van Portland gesleept
worden
Het Nederlandsche stoomschip „Westlaan"
dat op weg was naar Antwerpen, is nabij Port
land Bill aan den grond geloopen, meldde een
eerste Reuter-bericht.
Men vreest, dat het schip geheel verloren is.
De reddingboot van Weymouth is kort na
middernacht uitgevaren en heeft zeven opva
renden, waaronder twee vrouwen, aan land ge
bracht.
De kapitein van de „Westlaan" bevindt zich
nog aan boord.
Omtrent de stranding wordt nader gemeld,
dat het schip, dat geladen was met ijzererts,
in dichten mist aan den grond is geloopen.
Omstreeks 3 uur Waren 7 van de acht opva
renden gered, alleen de kapitein, de heer Van
der Laan, bevond zich toen nog aan boord.
Een later bericht meldt:
De „Westlaan" is hedenochtend half acht
vlot gesleept. Het schip, dat aan den boeg licht
is beschadigd, wordt naar de haven van Port
land gesleept.
Ije opvarenden zijn met een raket-reddings
toestel van boord gehaald, aangezien de red
dingboot het schip slechts tot op 50 meter af
stand kon naderen.
De hond is door de politie van boord gehaald,
overeenkomstig de quarantaine-voorschriften.
De Coöp. Groentenveiling „Pijnacker en om
streken" te Pijnacker, heeft aan den Minister
van Economische Zaken een adres gezonden,
waarin gewezen wordt op het feit, dat aan deze
veiling een noodtoestand is ingetreden door be
talingsmoeilijkheden van haar afnemers, veroor
zaakt door het niet inwisselen van hun Marken
door de Nederl. Bank.
Deze kooplieden hebben aan genoemde Bank
het twee- of zelfs ook wel drievoud van het aan
de veiling verschuldigde bedrag gedeponeerd,
doch de veiling moet hun het koopen weigeren,
omdat zij aan hun verplichtingen niet kunnen
voldoen. Als gevolg hiervan wordt de handel aan
de veiling sterk gedrukt, en zijn de prijzen lager,
terwijl partijen onverkocht blijven.
Om deze redenen wordt den Minister verzocht
aan dezen noodtoestand, waarvan thans reeds
het begin zich openbaart, een einde te maken.
De heer W. M. Helmich, burgemeester van Huissen, nam afscheid van den ge
meenteraad. De heer Helmich stond meer dan 40 jaren aan het hoofd der ge
meente Huissen
Z. K. H. de Prins is voor eenige dagen van
het Loo in Den Haag aangekomen.
In de Dinsdag gehouden gemeenteraadsver
gadering van Abcoude-Baambrugge heeft de
burgemeester dier gemeente, jhr. mr. C. Dedel,
medegedeeld, in den loop van den zomer zijn
ontslag als burgemeester te zullen indienen in
verband met het aanvaarden van een functie
in rechtstreekschen dienst van H. M. de Ko
ningin.
De definitieve ontvangsten over Januari zijn
thans bekend. Zij bedragen 10.10.086.653.86 te
gen 11.055.984.53 in Januari 1933. Het nadeelig
saldo is dus ongeveer één millien.
Hierbij moet in aanmerking genomen worden
dat in Januari 1933 de reizigers- en goederen
tarieven nog niet verlaagd waren.
Ofschoon nog verschillende factoren de ont
vangsten min of meer beïnvloeden, kan toch
geconstateerd worden dat de daling nog niet
tot stilstand gekomen is en dat het met de
ontvangsten altijd nog bergaf gaat.
Op 13 en 14 Juni a.s. zal te Hengelo (O.) het
tiende Binnenscheepvaartcongres worden ge
houden.
Op dit congres zullen aan de orde worden
gesteld de volgende onderwerpen, naar aan
leiding van de praeadviezen, welke zullen wor
den uitgebracht door de bij elk onderwerp ge
noemde praeadviseurs.
De kleine Zeevaart in verband met de Bin
penvaart. B. Brutel de la Rivière, Amsterdam;
G. de Jong, Amsterdam; T. L. Mellema, Gro
ningen.
De beteekenis van het Rijn-Twente-Kanaal.
Ir. M. Scheffer, Hengelo; Dr. Ir. L. R. Wentholt,
Zutphen.
Heffingen ten laste van de vaart, anders dan
Van Riiksweee geheven en hun goedkeuring.
Zooals bekend, zal de Nederlandsche regee
ring officieel deelnemen aan bovengenoemde
tentoonstelling in een speciaal daarvoor te bou
wen paviljoen.
Wanneer van de zijde van het particuliere
bedrijfsleven in Nederland voldoende daadwer
kelijke belangstelling bestaat ,is het bestuur
van de Nederlandsche Vereeniging voor Ten-
toonstellingsbelangen gaarne bereid zijn me
dewerking te geven tot het verzorgen van een
collectieve Nederlandsche afdeeling aan ge
noemde tentoonstelling.
Voor nadere inlichtingen wende men zich tot
het algemeen secretariaat der Nederlandsche
Vereeniging voor Tentoonstellingsbelangen
Badhuisweg 145, Den Haag.
De N. V. Joh. Ykema's Uitgevers Maatschap
pij te Den Haag zendt ons een uitvoerige be
schouwing over de voorgestelde nieuwe spel
ling, waarvan de practische waarde niet zoo
heel hoog wordt aangeslagen, en die van den
anderen kant zware financieele offers zal vra
gen.
Het ziet er naar uit, dat de compromis-spel
ling niet de gewenschte eenheid, doch integen
deel nog meer verwarring zal brengen.
Voor de uitgevers van schoolboeken is de
onverhoedsche invoering eener nieuwe spel
ling een nachtmerrie. Als regel bestaat het
voornaamste bezit eener uitgeversmaatschappij
uit de voorraden schoolboeken, welke belang
rijk zijn, omdat een schoolboek, wil het goed
koop kunnen zijn, in vrij groote oplagen wordt
gedrukt, zoodat voor eenige jaren voorraad
aanwezig is. Deze voorraden worden evenals
die reeds in de scholen aanwezig, totaal waar
deloos bij de invoering eener nieuwe spelling,
een verlies zoo groot, dat slechts weinige school
boekuitgevers deze kloof zullen kunnen over
bruggen. Samen met deze verliezen door ka
pitaalsvernietiging gaat een plotseling benoo-
digd hebben van een enorm bedrag aan liquide
middelen, noodig om al de uitgaven in de nieu
we spelling opnieuw uit te geven, een tweede
puzzle, welke moeilijk zal zijn op te lossen,
tenzij de regeering de bedrijven, welke door de
desbetreffende regeeringsmaatregelen worden
getroffen, de veroorzaakte schaden vergoedt en
tijdelijk bedrijfskapitaal op gemakkelijke voor
waarden disponibel stelt, waarvoor zeker mo-
reele motieven kunnen worden aangevoerd. Een
overgangsperiode zal thans de schoolboekuit
gevers nu de voorgestelde spellingswijziging
reeds bekend gemaakt is, niet meer helpen.
Waar vrij zeker het beoogde doel niet zal
worden bereikt, blijft de groote vraag,of in
dezen tijd van versobering een kapitaalsver
nietiging van naar berekening ongeveer twin
tig millioen, welke nieuwe lasten op ons volk
zal leggen, wel gewettigd is en of er niet ge
sproken moet worden van een zeer gewaagden
sprong in het duister.
In de dezer dagen gehouden Hoofdbestuurs
vergadering werd de heer P. Bos te Heerenveen
geïnstalleerd als hoofdbestuurslid.
In Augustus van dit jaar zal in het St. Al-
phonsus-retraitehuis te Amersfoort een speciale
retraite gehouden worden uitsluitend voor be
stuursleden der R.K. Middenstandsvereenigin-
gen in het Aartsbisdom. Verschillende hoofd-
Aan het wijde, grijze watervlak van
den Dollard ligt Delfzijl frisch en
jong, ondanks den ouderdom van zijn
veste. Het legert zijn heldere rood-
gedaakte huisjes dicht tegen het groot-
sche havencomplex. Bedrijvig is het
beeld van de ruime kaden, de kranen-
trits, de schepen, waaronder niet zel
den nog Finsche barken het woud van
hun masten heffen. Het gaat Delfzijl
niet slecht, al doet ook hier de crisis
zich gevoelen. Het gaat Delfzijl beter
dan Emden, vaag zichtbaar over het
water aan de blauwe Duitsche kust.
Emden, de eeuwig mislukte haven
stad, heeft na een korte opleving tij
dens de oorlogsjaren, reeds lang weer
de vlag moeten strijken voor den klei
nen energieken buurman aan de
Vertrouw de verschijningen in de haven
van Delfzijl
overzij.
Zoo is het de adem der nabije zee, die heel
het leven te Delfzijl doortrekt. De wind kan er
vol en breed blazen van over het vlakke land.
Ziltig geurt het water, donker en traag onder
hooge kademuren, brekend en zuchtend langs
een scheepsboeg en buiten, zoover het oog reikt,
wild-bewogen of wazig-glinsterend in de zon.
De atmosfeer van Delfzijl is die van haven en
zee, los van 't achterland, het vette Fivelingoo,
waar zich de strakke kanalen rekken.
In deze wereld, vertrouwd met hun toekomst, i
worden de kweekelinsren der Abel TasmanschOOl I
bestuursleden gaven zich voor deze retraite op.
Als data voor de groote najaars-centrale
raadsvergadering (obnds-jaarvergadering) wer
den vastgesteld Woensdag 5 en Donderdag 6
September.
Deze centrale raadsvergadering zal gehouden
worden te Groenlo.
Het hoofdbestuur besprak tenslotte de resul
taten van de ingesteld enquetes der laatste
maanden, o.a. over de concurrentie, den midden
stand aangedaan door het handeldrijven van
personeel in rijksdienst en over de concurrentie,
den middenstand hier en daar aangedaan door
kloosters, scholen en parochiehuizen.
gevormd, krijgen zij hun alzijdige opleiding.
Want het beroep van zee-officier vraagt niet
slechts het hoofd, niet slechts de handen, het
vraagt heel het lichaam. Gezond zijn zij dus
van lijf en leden. Hun oogen en ooren zijn
aan strenge keuring onderworpen. Een flink
stel hersens is onontbeerlijk, willen zij in de
geheimen van boldriehoeksmeting, sterrekunde,
meteorologie en werktuigkunde binnendringen.
Maar daarnaast ook een paar stevige knuisten,
die de riemen kunnen hanteeren, die vaardig
het touwwerk behandelen, zoodat zij de geur
van teer en pek met zich dragen als een deel
van hun eigen wezen.
Tusschen de uitersten van soms
dorre en zwaar verteerbare theorie
en de practijk, die vaardigheid eischt
en spierkracht, beweegt zich hun
leven, dat reeds geheel is afge
stemd op het beroep, dat zij een
maal hopen te bereiken. Zij dragen
hun uniform, dat hen tot zeeman in
den dop stempelt, zij wonen op een
schip, zij loopen wacht, zij slapen in
een hangmat, zij missen zelfs de zee
niet, welker zilte reuk "s nachts door
geopende poorten hun slaapzaal bin
nenwaait.
De dagindeeling aan boord van de „Abel
Tasman" is zoo doelmatig mogelijk ingericht.
De scheepskost is sober en degelijk. Tusschen
de uren van les en studie is er geregeld ont
spanning. Men kan sport beoefenen, voetbal,
tennis, athletiek, maar het liefst grijpen de
handen toch naar de riemen, naar den helm
stok, naar den schoot.
Dan vliegt het zeil omhoog en bollend
in den wind, jaagt het de sloep door
het breede havenbassin, waar men kan ma
noeuvreeren, dat het een lust is. En ook het
practisch werken op het dak der school is
een kolfje naar hun hand. Hier staat een
volledig scheepskompas opgesteld, hier kan
men met de sextant „een zonnetje schieten". En
eens in het jaar komt het opleidingsschip, de
„Prinses Juliana", de kweekelingen halen voor
een oefenvaart op Zuider- en Waddenzee. Dan
staan zij weer zooveel dichter bij het leven
van straks. Peilingen worden gemaakt en in
kaart gebracht, het bestek uitgezet. Het diep
lood wordt gehanteerd, de seinvlaggen gaan
omhoog, maar het mooist van al is het schip
op kaart en kompas in den goeden koers te hou
den. Zoo voelen de leerlingen, wanneer zij met
goed gevolg hun examen hebben afgelegd en
de school verlaten, zich niet vreemd en on
wennig aan boord van het schip, waarop het
echte zeeleven dan gaat beginnen.
Zeeman is een mooi vak. Het vraagt roeping
en toewijding. Het is een vak voor gezonde
menschen en het vergt, zooals wij zagen, het
geheele lichaam, de geheele persoonlijkheid.
Zoo mooi als het vak is ook de opleiding, waar.
bij theorie en practijk ineen grijpen. Het in
ternaat is bij deze opleiding evenzeer van groote
beteekenis. De opvoeding aan boord van de
„Abel Tasman", waarbij het geheele leven op
het toekomstig beroep is ingesteld, mag voor
onze toekomstige zeelui als ideaal worden be
schouwd.
De Noorderkweekschool te Delfzijl en het in
ternaat, dat thans zijn tweede lustrum viert,
zullen onder het patronaat van den grooten
Abel Tasman aan onze koopvaardij nog meni-
gen flinken stuurman schenken.
Van de Vereeniging van Reeders
met de IJmuider Federatie
Het bestuur van de Vereeniging van Reeders
van Visschersvaartuïgen IJmuiden heeft aan de
leden bericht, dat de vereeniging alle contact
met de IJmuider Federatie heeft verbroken en
zulks om de volgende reden.
De heer Joh. Brautigam, voorzitter van den
Centralen Bond van Transportarbeiders en
aanvankelijk lid van de Commissie Rijkens,
heeft in het najaar van 1931 den Heer Brand-
steder, destijds Secretaris van de IJmuider Fe
deratie, inzage verstrekt van zijn Commissie
dossier.
De heer Brandsteder heeft daarvan gebruik
gemaakt om uitvoerige aanteekeningen uit het
dossier te maken, niet enkel van de in die Com
missie, blijkens de in dat dossier aanwezige no
tulen. gehouden besprekingen, maar ook van
bedrijfsoverzichten van stoomtrawlers in 1929
en 1930, door de betrokken reederij vertrouwe
lijk aan de commissie overgelegd.
Deze aanteekeningen zijn door Brandsteder
opgeborgen in het archief der Federatie en al
dus in handen gekomen van den heer G. Blaas,
voorzitter der Federatie.
Deze heeft die aanteekeningen, voor zooveel
de resultaten van stoomtrawlers in 1929 en 1930
betreffend, in den aanvang van 1934 ter hand
gesteld aan den chef redacteur van het Dag
blad voor IJmuiden.
Bovendien heeft Blaas een gedeelte der ver
trouwelijk aan de commissie Rijkens overgeleg
de cijfers verwerkt in een uitvoerig stuk, dat hij
heeft doen opnemen, niet in het eigen orgaan
der Federatie, maar als anoniem ingezonden
stuk in het Dagblad voor IJmuiden van 1
Maart 1934.
Uit een uitlating van genoemden chef-redac
teur, zoo schrijft het bestuur verder, tegenover
onzen voorzitter en den secretaris van het be
stuur, was ons gebleken, dat deze in het bezit
was van exploïtatiecijfers, die moeilijk anders
dan langs abnormalen weg in zijn bezit kon
den zijn geraakt.
Een ingesteld onderzoek heeft het boven
staande aan het licht gebracht.
Wij wenschen thans met den heer Blaas niet
meer in aanraking te komen.
Aan het hoofdbestuur van den Centralen
Bond, die van bovenstaande volledig op de
hoogte is, is tot 1 Mei gelegenheid tot ingrij
pen gelaten. Nu van die gelegenheid geen ge
bruik is gemaakt, hebben wü besloten, ieder
contact met de Federatie te weigeren, zoolang
Blaas deel uitmaakt van haar Bestuur.
Tenslotte dringt het bestuur er bij de leden
op aan, ook in dezen de leiding van het be
stuur te volgen en zich van iedere aanraking
met een der bestuursleden der Federatie te ont
houden.
Gelijk vanzelf spreekt, behooren de aange
gane collectieve arbeidsovereenkomsten ook
tegenover de leden der Federatie nauwgezet te
worden nageleefd.
Dinsdagmiddag boterde het niet al te best
tusschen de Gebr. D. en J. L. R. te Maastricht,
herhaaldelijk kwam het tot woordentwisten.
's Avonds tegen zeven uur, terwijl het drie
tal op den grooten weg te Limmel liep, trok
plotseling een der Gebr. D. een mes en bracht
hiermede J. L. K. een aantal steken in het
achterhoofd toe. In deerniswekkenden toestand
is R. naar het Ziekenhuis vervoerd en aldaar
ter verpleging opgenomen.
E envrouw schijnt wederom de oorzaak van
dit drama te zijn.
Dinsdagmiddag is er ter gelegenheid van de
1 Mei-viering een relletje geweest te Laren.
Een groep O.S.P.-ers droeg op een handkar
een bord mee, waarop opruiende woorden ge
schreven stonden. Voorts was een spreekkoor
gevormd, waarbij de heer Van Nispen, de bur
gemeester, als een moordenaar werd betiteld.
De politie trachtte den stoet te verspreiden.
Zij stuitte hierby op verzet van de O.S.P.-ers
en zag zich genoodzaakt met den klewang harde
klappen uit te deelen. Het raadslid Van Praag
en de O.S.P.-er Fokke werden hierbij min of
meer ernstig gewond. Na op het politiebureau
verbonden te zijn, werden zij door den burge
meester gehoord. Proces-verbaal is tegen hen
opgemaakt, waarna ze weer op vrye voeten zijn
gesteld.
De Avondpost citeert in een artikel
over bovenstaande tegenstelling, die
het blad wil weg-redeneeren, wijlen
prof. Ir. H. Oort.
Er leven menschen zoo ongeveer schreef
deze die van geloof of kerk niet willen we
ten, en die zelfs zeggen, dat „er geen God is",
maar die in heel hun leven niettemin de groo
te geboden van het christendom, in practijk
brengen; die rechtvaardig zijn en eerlijk; in
wier leven de gerechtigheid blinkt en die, al
verwerpen zij met den mond het geloof, toch
de wet van Jezus: „Hebt uw naasten lief als
u zeiven", volledig in toepassing brengen. Zij
leven beter en zuiverder en mooier dan menig
een, die gelooft, die zégt te gelooven. Zouden
wij ons tegenover zulke „ongeloovigen"
mogen verheffen, omdat wij godsdienstig zijn?
Nog voor iets anders waarschuwde prof. Oort,
namelijk tegen het smalen op „b ij g e 1 o o f".
Zeer vele Protestanten spreken van den Room-
schen godsdienst als van bijgeloof. Daar ligt
een vrouw voor een heiligenbeeldje geknield,
met een brandend kaarsje in de hand, en zy
verricht bepaalde gebruiken en handelingen.
„Bijgeloof, zeggen vele Protestanten. Maar die
vrouv.' aldus prof. Oort kan door haar
„bijgeloof" in haar leven een rein en edel
mensch zijn en blijven, geheel en al de groote
wetten van het Christendom onderhoudend.
Welk recht hebben wij dan te zeggen dat wij
het ware, het echte geloof hebben, en zij het
bijgeloof zij, die misschien als mensch veel
en veel beter is dan wij?
Indien menschen, die een zekere godde
loosheid theoretiseeren, rechtvaardig en
eerlijk leven, doen zij het dwars tegen hun
theorieën in. Hun practijk volgt de in hun
hart geschreven natuurwet en erkent door
de daad den geheimzinnigen Schrijver dier
wet. Indien zoogenaamde christenen on
zuiver leven, verloochenen zij practisch
de volmaking dier wet. Dit moet De
Avondpost wel onderscheiden.
Ook is het een protestantsche misvat
ting, de vereering van een Heilige bijgeloof
te noemen. Het knielend vrouwtje, dat aan
den Vriend Gods eerbied betuigt, zijn beeld
versiert met een waslicht en zijn voor
spraak bij Christus inroept, handelt uit
een redelijk geloof. Of de Heilige een apos
tel, belijder, martelaar, priester, koning of
bedelaar is, hij werd een machtige in de
gemeenschap der goede geesten, een voor
beeld en beschermer, in het verblijf der
zaligen dicht bij God. Niet ondanks
haar „bijgeloof", maar dank zij haar ge
loof, leeft het vrouwtje, dat met de Heili
gen verkeert, als „een edel en rein
mensch".
Lenin ligt gebalsemd voor de afgoderij
onder een haag van bajonetten, Charkof
onthulde pas een standbeeld voor Judas,
in Amsterdam manifesteeren vrijdenkers
en socialisten bij het standbeeld van Do-
mela Nieuwenhuis, in Den Haag loopt het
mondaine avontuur naar de horoscoop, de
juffrouw in koffiedik, en bij den Ierland
Holland-wedstrijd moest een wajang-pop -3
onze ploeg aan punten helpen. Indien vrij-
denkery en wan-cultuur zich op revolu-
tionnairen, mislukkelingen, verraad en af
goderij inspireeren, mag dan de gedoopte x
rede niet het geloof brandend houden, God
aanbidden en Zijn Heiligen vereeren?
De Avondpost concludeert: „Laat ons
niet spreken van ongeloovigen en
bijgeloovige n." Helaas maken de
abominabele consequenties, waartoe
ondanks uitzonderingen en gelukkige in
consequenties ongeloof en bijgeloof in
den regel geraken, het noodzakelijk, dat
zij zorgvuldig van het gezonde geestelijk
leven blijven afgezonderd, en voor hun
dwalingen en sentimentaliteiten niet den
schijn stelen van den godsdienst, die de
ware dienst is van den waren God.
Conflict opgeheven
Beide partijen, betrokken bij het conflict in
de stroocartonfabriek „Hollandia" te Coevor-
den, hebben het compromisvoorstel van den
Ryksbemiddelaar, den heer H. P. J. Bloemers,
aanvaard, zoodat het conflict is opgeheven.
Volgens deskundigen wordt zelf
moord zeker geacht
Naar we vernemen heeft de politie-deskun-
dige en Commissaris van de Rijkspolitie, de
heer H. W. Alberti, Commissaris van Politie te
Maassluis, zijn rapport ingediend van het on
derzoek door hem ingesteld in de bekende zaak
van Reeuwyk.
In een onderhoud dat we met den heer Al
berti hadden, heeft deze ons als den inhoud
van zijn rapport medegedeeld, dat aan de hand
van de „stille getuigen" die zijn gevonden, het
vast staat dat E. W. door zelfmoord zich van
het leven heeft beroofd. Het rapport van dezen
deskundige, dat by den Rechter-Commissaris te
Rotterdam, Mr. Marx, is ingediend, wordt in
zijn conclusie gedeeld door den prosector, Dr.
E. C. van Ryssel te Rotterdam, die de sectie
op het lijk heeft verricht.
Het is zeer waarschijnlijk dat de conclusie
van deze beide deskundigen, die ieder op hun
terrein in den lande een naam hebben ver
kregen, door de Justitie zal worden overgeno
men.
De heer Alberti was van meening, dat de
mededeelingen omtrent auto's die langs de
Reeuwijksche plassen met gedoofde lichten zou
den hebben stilgestaan of gereden, met deze
zaak niets te maken hebben.
De Vereeniging van Nederlandsche Wijnhan
delaars heeft zich met een adres tot den Mi
nister van Financiën gewend met net verzoek
den wijnaccijns belangrijk te verlagen.
De elfde party tusschen Aljechin en Bogol-
jubow, die Zondag was afgebroken, werd gis
teren te Stuttgart verder gespeeld. Na 61 zet
ten moest Bogoljubow opgeven.
De stand is nu: Aljechin 7 pnt., Bogoljubow
4 pnt.