STA DSNIEUWS
LAATSTE NIEUWS
Berging van de
„Tubantia"?
Willy den Ouden
DE BOLLENKLEURENWEELDE
BELASTINGGIDS
MGELIJKSCHE BEUR5C0URANT
ZONDAG 6 MEI 1934
De wethoudersvacature
Drie of vier wethouders?
VIJFHONDERD BELGISCHE
MEISJES
Bewonderen de bloemenstad
Hollandsche Maatschappij der
W etenschappen
De eenheid van het heelal
CIRCUS AMAR
Zaterdagmiddagvoorstelling
Het Italiaansche bergingsschip
„Artiglio" op weg naar
het wrak
105 voet water
Sweering verliest van
Foerster
Gevonden dieren en voorwerpen
Staatsvisschershavenbedrijf
Twee wereldrecords verbeterd
Het Stadionconcert
VOETBAL IN ENGELAND
Uitslagen van de League
LENTE IN HOLLAND
Een Fransche bezoeker geeft een
levendige kleurrijke
beschrijving
Haarlem centrum
Bollenvelden
Koninkrijk der tulpen
Dambord van kleuren
Bollenzondag
KAMPIOENSCHAP VAN
NEDERLAND
Vermogens- en Inkomstenbelasting
DESKUNDIGE TOELICHTING
DIRECTEUR-UITGEVER M H BINGER
Groote belangstelling in
stad en land
Regeling kaartverkoop
Eere-comité
HEEMSTEDE
Men schrijft ons:
Nu door het bedanken van den heer mr. M.
Slingenberg als wethouder van financiën in
deze vacature moet worden voorzien, mag de
vraag worden gesteld of het niet raadzaam is,
deze vacature onvervuld te laten tot aan de
volgende raadsverkiezingen.
Bezwaren zijn er niet tegen, want het werk
kan gemakkelijk door de drie wethouders, die
er nu zijn, worden gedaan.
Immers de heer Slingenberg heeft, bij zijn
afscheid, medegedeeld, dat de toestand der ge-
Hieente-financiën van dien aard is, dat geen
extra maatregelen meer behoeven te worden
genomen, buitengewone, niet te verwachten om
standigheden dan uitgesloten.
Bat departement levert dus niet veel werk
meer op en kan gemakkelijk door een der an
dere wethouders worden waargenomen, want,
behalve Armenzorg en Werkloosheidsvoorzie
ning, dat door de tijdsomstandigheden drukker
emplooi heeft dan misschien ooit in de geschie
denis van Haarlem het geval is geweest, vragen
de andere wethoudersfuncties juist door die
zelfde tijdsomstandigheden momenteel niet den
..geheelen man" zooals men dat noemt.
„Onderwijs" heeft alleen loopende zaken af
te doen. Bezuinigingen zijn daar niet meer aan
te brengen en voor nieuwe voorstellen, die geld
aan de gemeentekas vragen, is in de eerste jaren
zeker geen gelegenheid. „Publieke Werken" is
nu al geruimen tijd op rantsoen gesteld wat
betreft het entameeren van nieuwe ondernemin
gen en tot aan de verkiezingen zal daarin wel
geen verandering komen.
Het werk, dat tot nu toe door den burge
meester en vier wethouders werd gedaan, kan
dus gevoegelijk voor korten tijd over den bur
gemeester en drie wethouders worden verdeeld.
Het voordeel zal zijn, dat het salaris van één
Wethouder wordt uitgespaard. Wat, over ander
half jaar gerekend, ongeveer een bedrag van
f 6000 uitmaakt. Een niet te versmaden som,
nu óp alles en nog wat moet worden beknibbeld
om de gemeentebegrooting sluitend te maken.
Naar de meening van schrijver dezes kan de
Haarlemsche gemeenteraad niet anders doen
dan het bezuinigingsmes ook hier hanteeren.
Wat zegt uwe redactie daarvan?
De redactie heeft de meening, in bovenstaand
stukje uiteengezet, niet willen onderdrukken,
omdat er misschien meer Haarlemsche belas
tingbetalers zijn, die haar deelen. Het antwoord
°P de vraag kan echter kort zijn.
Art. 86 van de Gemeentewet schrijft voor, dat
hi gemeenten met niet meer dan 20.000 zielen
twee wethouders zijn, daar boven tot 100.000
zielen 3 of 4, boven de 100.000 4, 5 of 6 wet
houders, al naar de raad bepaalt. Aangezien
Haarlem behoort tot de gemeenten met meer
dan 100.000 zielen, moeten er dus minstens vier
Wethouders zijn.
Om bijzondere redenen kunnen Gedeputeerde
Staten van deze bepalingen afwijken.
De beslissing of Haarlem drie dan wel vier
wethouders zal hebben berust dus in laatste
instantie bü Gedeputeerde Staten.
550 Belgische scholieren. Maandag komt er een
zeischap Pranschen.
Zij allen zullen hooge verwachtingen hebben
van Haarlem, dat centrum der bollenstreek,-
waarvoor zooveel reclame is gemaakt. Hoe zag
die reclame er uit? Bedrieglijk, want men kan
hier puik eten en logeeren, maar bloemetjes
krijgt men bij een vluchtig bezoek niet te zien.
In volmaakte orde bezocht het gezelschap de
Groote Kerk en het Frans Halsmuseum.
De her Gratama bleek een uitmuntend gast
heer te zijn, die alles probeerde om de meisjes
wat mee te geven van deze excursie en ook de
humor niet vergat.
In het Krelagehuis werd gedineerd. „Hier wor
den de bollen verkocht en hier houdt men ten
toonstellingen," vertelde een gids.
Een snugger meisje informeerde naar de be-
teekenis naar saneeren van bloembollen. Een
onprettige vraag; vreemdelingen vinden het zoo
dwaas, dat wij den roem van Holland op de
mestvaalt werpen. Er werd over de vraag heen-
gepraat, heel verstandig. In een ander hoekje
debatteerde men over „Loutje" of hij nu wel
zeker de boekdrukkunst had uitgevonden. Ook
een onprettig debat, ook gecoupeerd. Men begon
maar over Haarlemmer Halletjes en Haarlem
mer Olie.
„Aarlemmer Alletjes?" vroeg een rasechte
Vlaamsche, „awel wè, minde?"
En of er nu tien- of twintigmaal gespeld werd
„Halletjes", de H kon er niet bij over schieten.
De indrukken, die de meisjes van onze stad
gekregen hebben, zijn zeer zeker prettig en
duurzaam.
Maar het blijft eigenaardig, dat we het
joyeuze entrée, de bloemetjes, vergeten hebben.
Dat mag ons geen tweeden keer meer over
komen!
Om vijf uur gisterenmiddag vulden ze het
Stationsplein, die ruim 500 Belgische Lyceïsten,
die ons landje beter wilden leeren kennen.
Een vroolijk gezicht al die bloemen uit het
Belgenland, de een wat karakteristieker dan de
andere, maar allen blij, opgewekt en charmant.
Drie tallen werden er gesproken: Pransch
Vlaamsch en Hollandsch. Soms vloeiden ze in
elkaar tot hutspot-zinnen, die echter duidelijk
genoeg waren om een prettige conversatie tus
schen gastvrouwen en gasten mogelijk te maken.
De Hollandsche leeraressen en uitverkoren
gidsen uit de hoogste klassen kunnen natuur
lük wat Fransch praten, maar het moet haar
toch moeilijk gevallen zijn de ratelende conver
satie tusschen een stel zenuwachtige bakvisschen
te ontcijferen. Als een Hollandsch bakvischje
vlug wat vertellen wil, is ze al moeilijk te vol
gen, laat staan dus de Franschsprekende Bel
gische collega.
Maar het ging ten slotte nog.
Erger was het Vlaamsch. Daar maken wij,
Noorderlingen, beslist niets van. En al weten
We wat van „awel zulle" en een „estaminetteke".
We worden door den echten Vlaming gewoon
weg uitgelachen als we zijn taal trachten te
spreken.
Sappig is dat Vlaamsch en met plezier heb
ben we een gesprek tusschen een paar meisjes
afgeluisterd. O nee, dat was niet onbescheiden.
Want het ging over de bollenvelden of liever
over de bloemenstad. Ze hadden verwacht bij
aankomst in Haarlem onmiddellijk bedolven te
Worden onder de tulpen en hyacinten. Inder
daad, deze attentie zou een reclame gemaakt
hebben, die onze stad slechts ten goede gekomen
zou zijn. Wat beteekenen nu 1500 tulpen? Ieder
meisje zou er dan drie ontvangen hebben, niet
om er tot vanavond laat mee rond te loopen,
blaar louter als attentie.
We moeten nog veel leeren en we kunnen
juist met zulke oogenschijnlijke kleine char
mante bewijzen ontzaglijk veel in het belang
Van onze stad doen.
Geen bloemen dus bü aankomst in de bloe
menstad.
Toen kwam het gezelschap buiten. Misschien
hebben de meisjes er niet op gelet, maar wü
schaamden ons voor ons Stationsplein. Er
heerschte een complete chaos, trams wriemel
den door elkander, taxi's kropen door alle mo
gelijke gaatjes en wisten niet van stoppen
liever reden ze de gasten een paar teenen af.
De hobbelige Napoleon-keien drukten valsch in
de fijne meisjesvoetjesje zou toch minstens
verwacht hebben, dat het wegdek by het en
trée van de hoofdstad der provincie beter zou
zijn.
Een der meisjes sprak ons aan. „Pardon,
monsieur, is dit Haarlem...." en ze maakte
ons duidelijk, dat er geen bloem te zien was en
dat de verwachtingen juist op dit punt hoog
gespannen waren. Een leelijk Stationsplein, on-
aesthetisch, ongeorganiseerd, levensgevaarlük.
Er waren wel bloemen, bij die kooplieden, daar
verdekt opgesteld onder de statlonskap; maar
déér kan je toch niet op wijzen!
Toen het gezelschap in drie groepen gesplitst
Was, marcheerde men zeer ordelijk, met een
hoofdagent voorop, verschillende richtingen uit.
By de Parklaan slaakte een der Hollandsche
leeraressen een zucht. Gelukkig, bloemen. Ze
Wees naar de keurige plantsoenen, rechts en
links, waar de Darwintulpen fier en voornaam
vuurrood straalden op de dunne, wuivende
Stengels.
Onze plantsoenen zijn inderdaad prachtig,
maar we betwijfelen of onze 500 gasten er wel
veel van gezien hebben. Het Stationsplein,
daar gaat het om, dat moet vooral in bloemen-
tijd een sprookje van bloemen zijn. Men heeft
er al dikwyls over gepraat, maar nooit iets
gedaan.
Hemelvaartsdag komt er weer een groep van
De Hollandsche Maatschappy der Weten
schappen hield Zaterdagmiddag haar jaarlyk-
sche vergadering te Haarlem, onder voorzitter
schap van den heer jhr. mr. dr. A. Röell, Com
missaris der Koningin in de Provincie Noord-
Holland, en in bijzün van den protector der
Maatschappy Z. K. H. Prins Hendrik der Ne
derlanden.
De Commissaris der Koningin opende de bü-
eenkomst met de gebruikelyke woorden van
welkom, herdacht de overleden directeuren en
leden van de Maatschappy, en richtte een spe
ciaal welkom tot het buitenlandsch lid den
heer Adatci.
De secretaris, prof. A. F. Holleman, bracht
het jaarverslag uit, waarna de heer dr. W. de
Sitter uit Leiden een rede hield over „De een
heid van het Heelal".
De natuur is vol afwisseling, de buitenwereld
doet zich aan ons voor onder velerlei
vormen. Vanaf het oogenblik dat de
menschen zyn begonnen te denken, bestaat de
behoefte de natuurverschijnselen te begrüpen,
te verklaren, d. i. in te voegen in een systeem,
dat ons denken bevredigt. De eerste verklarin
gen zyn onsamenhangend. Elk versclujnsel
heeft bij den primitieven mensch zyn eigen
verklaring. De wetenschap begint, als de be
hoefte bewust wordt in deze veelheid eenheid
te brengen, uit dezen chaos een kosmos te doen
geboren worden. Zoo omstreeks den overgang
van de zesde naar de vijfde eeuw voor Christus
ontstaan de oudste wereld-hypothesende op
bouw der wereld uit vier „elementen", de
atoomtheorie van Democritus, die de verschei
denheid der verschünselen terugbrengt tót ver
schillen in vorm en arrangement der kleinste
deeltjes, en andere. Het zyn nog vage en fan
tastische, maar toch welbewuste pogingen, om
de veelheid der verschynselen terug te brengen
tot een eenheid in de oorzaken. Tegelykertijd
ontstaat in de school van Pythagoras de eerste
mathematische behandeling der natuurver
schijnselen, waarmee wy kunnen zeggen dat de
wetenschap, zooals wü die thans kennen, is
geboren. Zoo zien wü reeds dadelyk by het be
gin de beide machtige hulpmiddelen der we
tenschap: hypothese en logische inductie. Het
schoonste voorbeeld van de laatste is de ont
wikkeling der mechanica, te karakteriseeren
door de vier groote namen Archimedes, Galilei,
Newton, Einstein. Allengs ontstaan verschil
lende theorieën, die elk van een bepaald gebied
een afgeronde voorstelling geven maar het
zyn nog afzonderlijke afgesloten gebieden, zon
der duidelijk verband met elkaar. Algemeene
hypothesen, als de wervels van Descartes in
den tijd tusschen Gallileï en Newton trach
ten daarnaast te voldoen aan de behoefte om
alles tot één grondslag terug te brengen.
Een grooten impuls kreeg de eenheidsgedachte
door het algemeen ingang vinden van het
evolutie-denkbeeld in de tweede helft der ne
gentiende eeuw na het werk van Darwin. Het
begrip evolutie bestond natuurlük al eerder.
Theorieën omtrent de evolutie van het plane
tenstelsel waren er reeds lang. Herschel, wiens
doel, zooals hy zegt, was de „eenheid van plan
in den bouw in het heelal op te sporen", had
ook reeds de evolutie-gedachte op het heelal
toegepast. Maar een algemeen geloofsartikel
werd zü eerst na Darwin. Een andere groote
vooruitgang, die voor het eerst in de electrici-
teitstheorie tot uiting kwam, is de vervanging,
voornamelük als gevolg van het werk van Fa
raday, van de krachten door het veld, welke
geleid heeft tot de groote ontwikkeling van de
aether-theorie. Oorspronkelük werd de aether
nog als materieel opgevat en zün eigenschap
pen verklaard uit die der materie. In ue laatste
decade der vorige en de eerste jaren der tegen
woordige eeuw was het omgekeerd: men kende
alle geheimen van den aether, en de materie
werd verklaard door den aether. Tegenwoordig
is dit opgegeven. Men is overtuigd van de
onmogelükheid om een mechanisch model van
de natuur te construeeren, en zoekt slechts naar
formeele voorstelling door mathematische for
mules. Zoowel aether voorzoover aan het
woord nog een andere dan symbolische betee-
kenis gehecht wordt als materie worden te
ruggebracht tot oorzaken, die diep achter de
waameemoare verschünselen liggen, en prin
cipieel onwaarneembaar en onvoorstelbaar zyn.
Het begin van dit inzicht, dat juist van de
werking der meest fundamenteele waarheden
het mechanisme buiten het bereik van ons ken
vermogen ligt, dateert al van het midden der
negentiende eeuw, den tijd van de opstelling
der algemeene principes: de wet van het be
houd van arbeidsvermogen, de entropie-wet.
Ook in de astronomie, de wetenschap van het
heelal buiten onze aarde, is de eenheidsgedach
te geleidelük tot ontplooiing gekomen. Het door
de scholastieken gemaakte verschil tusschen
het vergankelijke ondermaansche en het eeuwi
ge, goddelüke, bovenmaansche moest na de uit
vinding der kijkers langzamerhand plaats ma
ken voor de overtuiging van de gelüksoortigheid
van alle hemellichamen, maar is toch eerst de
finitief verowenen toen de spectroscoop het be
staan van de elementen der aardsche chemie in
alle hemellichamen aantoonde. Het inzicht dat
ons sterrenstelsel een eenheid vormt, één or
ganisme, waarvan de constitueerende deelen, de
sterren, zyn saamgebonden door de gravitatie,
volgde uit het werk van W. Herschel en J. C.
Kapteyn, cm slechts de twee grootsten te noe
men. De groote kijkers der laatste kwarteeuw
brachten ons de overtuiging dat ons sterren
stelsel slechts één is, onder vele van gelük-
soortige structuur, maar tevens de wonderbaar-
lüke ontdekking dat die vele stelsels zich met
groote snelheid van elkaar verwijderen, zoodat
het schünt alsof het heelal bestemd is in een
groot aantal afzonderlüke werelden uiteen te
vallen. De eenheid werd hier hersteld door de
relativiteitstheorie, die aantoonde, dat de ex
pansie juist het gevolg is van het feit, dat al
die afzonderlijke stelsels niet onafhankelijk van
elkaar zün, maar tesamen een heelal vormen
Ook hier ligt de innerlüke samenhang dieper
dan uiterlyke verschünselen. De eenheid van
het heelal is buiten-tüdelijk en onafhankelük
van het subjectieve ruimte- en tüasbegrip met
behulp waarvan wij onze waarnemingen inter
preteeren.
Sinds de vorige Algemeene Vergadering Van
de Hollandsche My. der Wetenschappen in Mei
1933 zyn als Directeuren toegetreden de heeren;
P. van Leeuwen Boomkamp, mr. J. R. Carp,
jhr. mr. dr. E. A. van Beresteyn, ir. R. E. van
Eibergen Santhagens, Robert May, G. Jiskoot,
jhr. A. van Lennep, mr. dr. J. P. van Tien
hoven en mr. A. Q, Mees.
Door de algemeene vergadering werden tot
leden beneomd de heeren prof. dr. H. A. Kra
mers, dr. B. van der Pol, prof. J. C. Schoute,
prof. dr. A. H. W. Aten, prof. dr. L. F. de Beau
fort, prof. dr. L. Ph. Ie Cosquino de Bussy,
prof. dr. J.A.J.Barge en prof. dr.H.R.Kruyt.
Tot buitenlandsche leden werden benoemd de
heeren prof. dr. V. van Straelen te Brussel en
prof. J. C. Mc. Lennan te Wentworth.
De bate van het Pieter Langerhuizen Lam-
bertuszoon-fonds voor 1934 werd toegekend aan
prof. dr. L. G. M. Baas Becking te Leiden.
Hierna vereenigden zich de leden aan een
gemeenschappelyken maaltijd.
Z. K. H. Prins Hendrik nam hieraan wegens
den rouw van het Koninklyk Huis geen deel.
'n Middagvoorstelling in 't circus heeft altüd
iets bijzonders. Het geroezemoes der kinder
stemmen, die allen vol verwachting zün van
de dingen die komen gaan, vervangt dan de ge
sprekken der volwassenen en men heeft wel
eens gezegd, dat kinderen, ook al begrüpen ze
niet alles van wat wordt opgevoerd, toch het
dankbaarste publiek zün.
Zoo was het ook Zaterdagmiddag. Een zeer
groot aantal Haarlemsche jongens en meisjes
vulde de rangen van circus Amar en hebben
drie uur lang genoten van het mooie pro
gramma, dat door de verschillende ensembles
wordt ten beste gegeven. Vooral de clowns
scènes werden met intense aandacht genoten.
En Circus Amar heeft een uitstekend stel
clowns. Men zou zelfs büna wenschen, dat ze
voor een kindervoorstelling wat veelvuldiger in
de arena verscheenen. Er is gebruld om het mu
zikale trio, de Babusio's, dat aanvankelük heel
niet scheen te kunnen spelen, maar later zulke
prachtige „jasband" muziek ten beste gaf en
verdween met een water-spuitenden motor en
een brandenden chauffeur. Ook Germain Aéros
het wonder van clowneske-acrobatiek heeft de
kinderen geruimen tüd alleraangenaamst bezig
gehouden. Eigenlijk deed de man niet veel an
ders dan vallen en opstaan, maar de manier
waarop hü dat deed was waarlyk onbetaalbaar
komisch. Bovendien bleek hü bij het scheiden
van de markt een danser op het slappe koord
van buitengewone beteekenis.
Doch ook voor alle andere nummers had de
jeugd groote belangstelling en ieder der optre
denden behaalde een spontaan en hartelük ap
plaus. De directeuren, de gebroeders Amar met
hun olifanten, leeuwen, koningstügers en üs-
beren of met hun paarden, de hondendresseur
Thomas met z'n keurig gedresseerde viervoeter-
tjes, het slangenmensch, Mr. Thommey, die wel
een lesje in bewegingsgymnastiek kan geven;
de Wild-West ruiters, de Chineesche vechters,
en springers, de trapeze-werkers, de man die
trappen loopt op z'n hoofd en de Russische
dansers, en last not least de Egyptische sprin
gers, zü allen verwierven zich de dankbaarheid
en de bewondering van de Haarlemsche jeugd,
die zich ongetwüfeld nog zeer lang de wonderen
van kunstige acrobatiek, de clownerieën en de
verbazende staaltjes van dierendressuur zullen
herinneren, welke zü dezen Zaterdagmiddag
mochten büwonen.
De kapitein van het Italiaansche bergings
schip „Artiglio," dat op het oogenblik te Dover
ligt heeft verklaard, dat hü Maandag vertrek
ken zal naar het wrak van het Nederlandsche
stoomschip „Tubantia," dat tydens den oorlog
in de Noordzee door een onderzeeër tot zinken
werd gebracht.
De „Tubantia" ligt, naar de verklaring van
den kapitein van de „Artiglio" slechts 105 voet
onder water en waar precies bekend is waar zij
ligt zal het niet al te veel moeilykheden op
leveren bü het wrak te komen.
Nader wordt gemeld, dat de kapitein ver
klaard heeft niet voornemens te zijn terstond
met het opsporingswerk te beginnen.
Hü wil enkel zün duikers een onderzoek in
laten stellen naar den toèstand van het wrak
en probeeren vast te stellen of de lading ervan
waard is te worden geborgen.
De kapitein wil 15 tot 20 dagen aan het werk
besteden.
In de tweede divisie werden de volgende uit
slagen geboekt:
BlackpoolBradford
Bradford-City—Grimsby Town
BuryBrentford
FulhamOldham Athletic
Hull City—Burnley
Lincoln City—Bolton Wanderers
MillwallManchester United
Notts County—Westham United
Port ValeNottingham Forest
SouthamptonPreston Northend
Swansea Town—Plymouth Argyle
1—1
2—1
1—2
1—2
0—1
2—2
0—2
1—2
3—1
0—1
2—1
Alders, Gen. Cronjéstraat 20, broche. H. Heg
man, Morinnesteeg 7, biljartkeu. J. Marko,
Groote Houtstraat 61, ceintuur. Hoogduin, Zui-
der Buiten Spaarne 78, duimstok. Wouters,
Leeuwerikstraat 32, geit. V. d. Schaar, Land
zichtlaan 43 H, horloge. Keeman, Ged. Oude
Gracht 61, handschoentjes. V. Kampen, Antho-
niesteeg 8, hond. Kennel Fauna, Parklaan, 4
katten. Fa. v. Dam, Ged. Oude Gracht 78, por-
temonnaie m. i. J. SouVerein, Ged. Oude Gracht
88, idem. J. A. Klupper, Nic. Beetsstraat 5, rij
wiel. C. Kerkvliet, Van 't Hofstraat 7, rijwiel-
belastingplaatje. J. Schabot, De Clercqstraat
75, rozenkrans. Pastoor, Spaanschevaartstraat
70, rijwiel. W. J. Kramer, Verspronckweg 159,
servethouder. Wütvliet, Teylerstraat 7, tasch
m. i.
Afgekondigd is in het Staatsblad het Ko-
ninklük Besluit van den 17 April 1934, hou
dende aanwüzing van een overschot op de be
grooting van uitgaven van het Staatsvisschers-
havenbedryf te IJmuiden voor het dienstjaar
1933, hetwelk wordt toegevoegd aan het daar
nevens aangegeven crediet voor het dienstjaar
1934.
De partij, die Zaterdag te Aken tusschen
Sweering en den Duitsche Foerster werd ge
speeld, had het volgende resultaat:
Foerster
Sweering
400
313
20
20
144
107
19.04
15.65
Deze partij werd gespeeld in het restaurant
„Braune Messe", waar de omstandigheden zeer
ongunstig zijn. Het was in de zaal koud en ru
moerig en het biljart liep langzaam.
In het begin bracht Sweering er dan ook
weinig van terecht. Na vüf beurten was de stand
223—23 voor den Duitscher, na tien beurten
27039. Daarna kwam Sweering er beter in
en na twintig beurten was de stand 372313.
Toen maakte Foerster met een serie van 28 de
partü uit.
Hedenmiddag te half zes wordt in het club
lokaal der organiseerende vereeniglng gespeeld,
waar de omstandigheden veel gunstiger zün.
Bü de zwemwedstrijden in de Central Baths
te Dundee heeft Willy den Ouden Zaterdag
twee wereldrecords verbeterd.
De 220 yards vrije slag zwom de Nederland
sche zwemster in 2 min. 27 3/5 sec. Het oude
wereldrecord stond op naam van Helen Madison
met- 2 min. 34 4/5 sec.
Een tweede wereldrecord vestigde Wllly den
Ouden op de 200 yards vrije slag, die zü aflegde
In 2 min. 14 1/5 sec.
Verder zwom mej. Den Ouden 100 yards vrije
slag tegen Margot Hamilton en de Schotsche
kampioene op dezen afstand Madge Maccallum.
Willy won in 1 min. 11/5 sec. De tüd van Miss
Maccallum was 1 min. 7 3/5 sec.
De uitslagen van de voetbalwedstrijden in de
eerste divisie van de Engelsche League luiden
als volgt:
ArsenalSheffield U 20
BirminghamHuddersfield Town 13
EvertonAston-Villa 2—2
Leeds UnitedChelsea 31
Manchester-City—Wolverhampton Wanderers
4—0
Sheffield Wednesday—Stoke City 2—2
Westbromwich Albion—Portsmouth 2—1
In het Fransche blad „Le Soir" troffen wü de
volgende levendige beschrijving van een Fransch
bezoeker aan de Bloembollenvelden aan, welke
wü hier laten volgen. De bonte stijlbloempjes
laten wij natuurlük voor rekening van den
schrüver!
De tourist die naar Holland komt, zoekt er
slooten, molens, witte mutsjes, schilderstukken
van groote meesters en tulpen. Maar wat
hü er vindt, is vooral een heel eigenaardig soort
licht. De bekoorlükheid van deze streken is
niet anders te verklaren dan door een vrucht
bare samenwerking tusschen hemel en water.
Holland immers behoort geheel toe aan de
zee, zooals Vlaanderen bü ons van de zee is.
Geholpen door kanalen en slooten, heeft de
zee dit land zün büzondere kleur gegeven.
Omringd als het is door het heldere water,
zou men gaan denken, dat Holland den hemel
in verrukking heeft willen brengen.
Uit zulk een verbintenis is de tulp ontstaan
en met haar de narcis en hyacint.
Op den bodem van zün verleden vindt het
conservatieve Nederlandsche volk daden en
droomen. En gelukkig zal het zich van den in
vloed daarvan nooit los maken.
Schrijvers en schilders hebben zeker geen on
gelijk als zü den Hollander afbeelden te midden
van molens en slooten, mekgroote heldere oogen
starend ver voor zich uit naar het oneindige van
den horizon.
Overal, in alle steden en zelfs tot in Amster
dam, toe, dat toch een moderne grootstad is,
vindt men ontelbare sporen van dit tradltio-
neele provincialisme.
Op het blauwe hardsteen van de gracht
wallen, onder de schaduw van de oude eiken
staan groepen droomers rustig byeen, geheel
en al opgaand in meditatie over de stille grach
ten, de melodieën der klokkespelers en de lied
jes van de schippers, aldus de Fransche jour-
nalistl
Haarlem, het centrum van dit feeënrijk, is
geen uitzondering op dezen regel.
Deze bloemenstad bezit grachten en binnen
havens waar wonderlyk mooie zendingen bloe
men worden ontvangen.
Dit stadje bewaart dit vredige licht zonder
wat men Frans Hals niet kan begrüpen. Boven
dien heeft men hem nog een standbeeld ge-
wüd en een museum opgericht, een kleinood
in den waren zin van het woord.
Haarlem is een kruispunt, waar men zeer
veel eenvoudige schoonheid büeen vindt, in een
klnderlüke idylle onder de hoede van de mooie
St. Bavokerk.
De electrische trein van Amsterdam naar
Haarlem brengt den bezoeker binnen in een
droomenland, dat men blijkbaar met opzet
buiten de gewone wereld heeft uitgelegd.
Hier is de koorts van de grootstad onbekend,
hier heerscht een bijna ongeloofelijke rust en
kalmte. Meer dan ooit verzorgt het vroolijke
stadje thans zyn toilet. Men zou zeggen, dat
het zich in een nieuw kleed heeft gestoken,
met het grys en rood van zün baksteenen
huizen, zün heldere daken en den overvloed van
bloemen op de vroolijke balconnetjes, waarover
men, door de witte gordünen heen, verrukke-
lüke interieurtjes kan ontdekken.
Rondom Haarlem heeft April zoo juist een
wonderlijke kleurenpracht ten toon gespreid:
de bloemenvelden.
Het is een eigenaardige streek, geheel en al
vervuld van de rijkste veelkleurigheid.
Men leeft er vooral van den bol zelf, want,
als wü ons niet vergissen, lykt deze streek in
de verste verte niet op de omstreken van Gent,
het land van de tuiniers. Hier vindt men een
streek, waarin de vader woont en na hem de
zoon, om er bollen te kweeken, zonder waarde
te hechten aan de kleur.
Het land der bloemen is geen land van bloe
misten, maar van kweekers, die van de bollen
leven, zooals anderen van tarwe, suikerbieten,
aardappelen en rogge.
De tulpenkweeker laat zich zelfs verleiden
tot een zekere soort minachting tegenover den
handelaar in gesneden bloemen. De bloemen zelf
verhandelt men er niet.
Men plukt ze voorzichtig af, als ze pas uit
den knop zyn, en men gooit ze bü elkaar tot
groote hoopen, brokken goud en purper, zou
men zeggen.
Het is alsof de Lente een versleten kleed
heeft afgeschud tusschen het jonge groen aan
den slootkant.
Maar reeds hebben wy Haarlem achter ons
en langs de wegen vol zingende fietsers komen
l^wy aan de bloemendorpen Hillegom, Lisse,
Sassenheim een uitgestrekte vlakte, tusschen
Haarlem en Leiden, waar de bloemen tien
duizenden hectaren grond beslaan.
Deze streek heeft men het Koninkrük van de
tulpen genoemd. In werkelijkheid echter ver
dient de tulp dezen roem niet alleen. In de
bloemenvelden vallen haar groote kelkbladeren
zeer sterk op, maar ook narcissen en hyacin
ten zyn er in overvloed.
Zonder twüfel veel meer dan de tulp brengen
zij het voorjaar.
Deze rükdom, zoo kwistig tentoongesteld, is
een overweldigend schouwspel.
Overweldigend, want thans veegt een harde
zeewind over de vlakte die de jonge boomen
doet schudden en hevige rillingen jaagt door
de heggen
Overweldigend, want deze harde windstooten
doen de bloemen gevangen gehouden in
lange rechthoeken als een zee deinen op
het rhythme van ebbe en vloed.
Hoe dan ook, de bloemen leven en men
zou zeggen, dat zü ons het voorjaar toezingen.
Een zachte geur, die doet denken aan honig-
aroma maakt zich los van crocus en hyacint,
terwyl een geur van ongekende zachtheid en
delicatesse opstügt uit de korte hyacint-tros
sen.
Men vraagt zich onwillekeurig af wat een
schilder zou doen temidden van deze ongekende
verscheidenheid van kleur-nuancen.
Hij zou zonder twüfel doek en penseel naast
zich neerleggen en zich heel gelukkig voelen
zün ziel met zooveel jeugdige schoonheid te
kunnen vullen.
In de velden tusschen de kleurvakken liggen
de kweekers gebogen om met voorzichtige be
wegingen tusschen de bloemen te wieden. Rond
om hen ligt een dambord vol kleuren: het goud
en het melkwit der kleine crocussen en groote
trompetnarcissen; de wonderlüke kleuren-op-
eenvolging van de hyacinten, die van blauw-
indigo overloopt in violet, purper en vuurrood,
het zachte blauw en karmozünrood van de tul
pen, die op haar hooge stengels haar kopjes
laten wiegen, zwaar van lucht en water.
Tusschen deze stukken blauw, rood, indigo,
tusschen het bleeke groen van jonge loten,
staat men zoo ineens voor een stuk azuur, een
brok parady's!
Ondanks deze verkwisting van kleurencon-
trasten behoudt het landschap een klassieke
grootschheid, waar „alles slechts orde en
schoonheid is". Deze orde is grootendeels te
danken aan de rechte lün van de bloemen-vier-
kanten, aan de kleine bochten, die de wegen
over een afstand van enkele meters beheer-
schen, aan de ezelsbruggetjes, de kleine brug
getjes, die men over de slooten geslagen heeft
en door de onbepaalde omtrekken van de dui
nen, die den horizon begrenzen.
De Fransche bezoeker beschrüft vervolgens
een „Bollenzondag".
Vandaag viert men den beroemden „Bollen
zondag", die zeer veel bezoekers naar Hil'egom
en Lisse doet komen en verder nog naar alle
dorpen van de streek.
Zij komen per fiets en autobus, met auto's
en motoren, en hangen hun fietsen en wagens
vol met slingers van crocussen (sic!!) en nar
cissen, om langs alle wegen het „blüde licht
van het oude Haarlemmermeer" (sic!!) uit te
dragen.
Want heel het land houdt zich in April aan
het rendez-vous in het hyacinten- en tulpen
land.
Dit volk dat zün bloemenllefde tot de hoog
ste hoogte heeft opgevoerd, volbrengt steeds
jaar in jaar uit, een soort bedevaart, de geu
rende bloemen ter eere.
De kweeker denkt aan de nieuwste soorten
tulpen en hyacinten, die hü aan de wereld
gaat bekend maken, na een langen tüd in het
diepste geheim den langzamen groei ervan te
hebben gezien.
Maar toch ligt er ook groote onzekerheid
hier verborgen onder het schoone licht, dat
ook de schilder Vermeer bemediteerd moet
hebben te midden van de verrukkelijke en
schitterende landschappen.
De cultuur ontwikkelt zich, en nieuwe voor
uitzichten laten zich nu reeds aanvoelen.
Ongeveer 3 eeuwen lang reeds voert Holland
bloembollen uit. De streek rondom Haarlem
heeft zich opgemaakt om met grooten luister
dit eeuwfeest te gaan vieren.
De Zaterdag te IJmuiden in hotel „Kenne-
merhof" gespeelde eerste partü van den her
kamp Keiler—Dukel om het kampioenschap van
Nederland eindigde wederom in remise.
Boekvorm 75 ct. fr. p. p. - Krantvorm 30 ct.
DE NÉDERLANDSCHÊ FINANCIER
N.Z.VOORBURGWAL 271-275
f-""\M
Het is voor de Propaganda-Commissie. die
in samenwerking met een aantal andere com
missies zich onafgebroken bezig houdt met de
voorbereiding van het concert, dat onder de
auspiciën van het Initiatief Comité-Amsterdam
Zaterdagavond 2 Juni door het Concertgebouw
en Residentie-orkest, met medewerking van
eenige groote koren, gegeven zal worden in
het Olympisch Stadion te Amsterdam, een
verblijdend teeken dat reeds thans is gebleken,
dat in de hoofdstad en den lande voor deze
manifestatie in breede kringen belangstelling
bestaat.
Uit de informaties, die de propaganda-com-
missie bereikt hebben, is reeds gebleken dat
alleen uit de Zaanstreek en uit Twente geza-
menlük op een duizendtal bezoekers mag wor
den gerekend.
De plaatsbewüzen voor het concert zullen
van 15 Mei af ter beschikking zün. Tegen dezen
datum hoopt het Comité gereed te zün met de
publicatie van alle depóts, die in de verschil
lende steden voor* den plaatsverkoop zyn aan
gewezen. Als leider van het Centraal Bureau
voor den plaatsverkoop fungeert de heer H.
van Bossum, Tolstraat 114, Amsterdam-Zuid,
tot wien men zich reeds thans schriftehjk wen.
den kan.
Behalve de indertüd reeds gepubliceerde na
men van de persoonlükheden, die deel uitma
ken van het Eere Comité, zün tot dit comité
alsnog toegetreden:
Mr. W. B. J. Aberson, Amsterdam; mr. A.
Adama Zülstra, Den Haag; Joh. R. Andriesse,
Laren; Dr. Peter van Anrooy, Den Haag; Lizzy
Ansingh, Amsterdam; Ed. van Beinum, Am
sterdam; Dr. K. Ph. de Bernet Kemper, Den
Haag; Robert L. Boissevain, Amsterdam; G. H.
Bührmann, Amsterdam; Mr. Dr. E. W. Catz,
Amsterdam; Alb. van Dalsum, Amsterdam: Jhr.
Ir. G. de Graeff, Den Haag; W. A. Grollen-
berg, Amsterdam; Mr. C. H. Guépin, Sant
poort; R. A. Baron van Hardenbroek tot Har-
denbroek, Den Haag; Mej. Mr. C. Frida Katz,
Amsterdam; Mr. N. J. C. M. Kappeüne v. d.
Coppello, Amsterdam; Mr. F. J. van Lanschot,
s Hertogenbosch; Mr. S. J. van Lier, Amster
dam; W. van Linden Tol, Amsterdam; Mr. E.
Polis, Den Haag; Jhr. B. W. F. van Riemsdijk,
Amsterdam; Mr. J. A. Royer. Den Haag; W.
Smit, Amsterdam; Mr. Dr. W. G. A. van Sons-
beek, Breda; Jac. Urlus, Noordwük; C. A. van
Woelderen, Vlissingen.
R. K. Jeugdweek Deze geheele week staat
het R. K. Vereenigingsgbouw ter bschikking voor
de R. K. Jeugdweek.
Allereerst zal er een tentoonstelling gehou
den worden van wat door de graalleden en
K.J.C. in de afgeloopen wintermaanden is ge
maakt, onder de eminente leiding van de be
kende leiders der nüverheidscursussen, de hee
ren Kennis en v. Gaart.
Toen wü er Vrüdagavond eens een kykje
gingen nemen, was men in de groote sociëteits
zaal druk in de weer om de verschillende voor
werpen te etaleeren. Het belooft een geheel te
worden dat het bezichtigen overwaard is.
In de groote tooneelzaal was men met man
en macht aan het plaatsen der verschillende
stands voor de fancy fair, die vanaf Maandag
tot Zondagavond gehouden wordt. Dat kan
daar een echt gezeelige boel worden. Een week
lang? Ja, maar behalve de allernieuwste at
tracties zullen de verschillende katholieke amu-
sementsvereenigingen en jeugdclubs iederen
avond voor de noodige afwisseling zorgen. Mu
ziek, tooneel, zang, turnen, kortom, afwisse
ling te over om eenige avonden in een ge
past vermaak in de R. K. Vereenigingsgebouw
door te brengen.
Naar wü vernemen, zal als iets heel byzon-
ders op Zondag 13 Mei een voetbalwedstrüd
plaats hebben tusschen H.B.C. I en Volendam
I, waaraan vooraf gaat een strijd tusschen
twee districtsjeugd-elftallen.
Alles büeen een weekprogramma waarvan
de organisatoren moge verwachten dat niet
enkel de katholieken der St. Bavoparochie,
maar heel katholiek Heemstede ermee in zal
stemmen aoor een bezoek te brengen aan de
verschillende attracties.
Maandagmiddag heeft de officieele opening
der tentoonstelling plaats, waarna de opening
der fancy fair volgt.