De nieuwe dienstregeling der N.S. Jacht naar verborgen schatten BETERE ORGANISATIE GROOTE AANTREKKINGS KRACHT Spionnen roeren zich DONDERDAG 10 MEI 1934 Maar men overtuige zich, of men thans niet moet overstappen waar men vroeger kon blijven zitten Het spoorboekje der E.M.-treinen Sneller verbindingen Als de Diesels loopen .CAROLUS MAGNUS' Steeds sneller en comfortabeler! De nieuwe Diesel-electrische trein RotterdamDordt electrisch ANTIEKE COLLECTIES Chineesche en Peruaansche kunst Program van het lustrum De ramp van de „Oakford" Oorzaak van de stranding niet vast te stellen MONUMENT VOOR DEN A.N. W. B. Kleurfilms van de bollenvelden Het ontwerp van Ir. A. Boeken uitverkoren „Het Buitenverblijf" te Zandvoort HAAGSCHE STADHUISBOUW «li» Schatten, waar naar gezocht werd bijna nooit gevonden, maar bij toeval worden dikwijls be langrijke vondsten gedaan De rijkdommen van Kidd DE LOMBOK-EXPEDITIE Plannen tot een waardige herdenking REIZEN IN EIGEN LAND Goedkoope treinen in den komenden zomer INDISCHE POSTVLUCHTEN Academische examens Academische examens Examen krankzinnigenverpleging Machinisten-examen Examens binnenvaart Academische examens De nieuwe dienstregeling der Spoorwegen is voorloopig nog slechts in kleine uitgave ver schenen en de reizigers zullen met meer belang stelling dan ooit kennis genomen hebben van de ingrijpende wijzigingen die de zomerdienst, welke a.s. Dinsdag zal ingaan, met zich mee brengt. Het kan niet ontkend worden, dat de Nederlandsche Spoorwegen met kracht er naar streven, het publiek te dienen en daarmee hun bedrijf, dat van zware concurrentie aan alle zijden te lijden heeft, zoo rendabel mo gelijk te maken. De nieuwe personen- en goede rentarieven zijn een groote verbetering geweest, die het reizigersvervoer ongeveer 13 pet. heb ben opgevoerd en thans zal het nieuwe mate rieel ongetwijfeld bijdragen tot het „reizen per spoor", dat door de spoorwegen op zoovele wij zen als veilig, vlug en voordeelig wordt aan bevolen. Het. samenstellen van een dienstregeling voor een dicht spoorwegnet als net onze is waarlijk geen weik voor iedereen. Het is een puzzle met heel wat onzekere gegevens en veelzijdig samengestelde berekeningen. Van ieder traject moet de belangrijkheid worden afgemeten en daarnaar de frequentie der treinenloop worden gereceld. Maar alle traiecten sluiten op el- k nder aan. en men moet zorgen, dat die aan sluiting zooveel mogelijk verzekerd is. zoodat het wachten op de perrons tot een minimum wordt teruggebracht. Door middel van grafische voorstellingen wordt het schema voor den treinenloop dan ontworpen. Schuine lijntjes, in opgaande rich ting over het ruitenpapier getrokken, geven de treinen aan en door passen en meten wordt het ten slotte mogelijk, zoowel de korte tra jecten als de lange verbindingen in elkaar ie laten sluiten en een bevredigend systeem te verkrijgen. Maar dan komen nog de moeilijk heden van de extra-treinen op marktdagen of op bijzondere feestdagen, de treinen, die in het spoorboekje met een letter, een kruisje of een ander teekentje zijn aangegeven. Wanneer ten slotte alle grafische voorstellin gen zlin omgezet in cijfertabellen. en deze gezet, gedrukt en uiterst nauwkeurig gecorrigeerd zijn, is ten slotte het spoorwegboekje compleet. Ei- zijn waarlijk boeken, die minder moeite kosten aan de samenstellers en dezen toch méér geld opbrengen dan die bescheiden gele of blauwe boekjes, die we. als een vanzelfsprekend iets, tweemaal per jaar voor een miniem bedrag aan de kiosk koopen. De nieuwe dienstregeling is er vooral op in gericht, den reisduur op de lange trajecten te verkorten. Zoo is de vroegste verbinding Am sterdamGroningen 13 minuten korter gewor den: inplaats van 3 uur 36 min. reist men thans 3 uur 23 min. De snelste D-trein Amsterdam- UtrechtArnhem deed tot nog toe over dat traject 1 uur 30 min., thans gaat het in 1 uur 2 min. De namiddagsneltrein DordrechtNijme gen via Kesteren weet ook op die verbinding 3 min. te winnen en de ochtendsneltrein Am sterdamUtrechtDen BoschMaastricht doet 17 minuten korter over dat traject. Deze snellere verbindingen worden in hoofdzaak bereikt door het oponthoud op de tusschenstations te verkorten en dit wordt weer mogelijk door beperking van het stelsel der doorgaande rijtuigen, die op knooppunten moeten worden af- en aan gehaakt en daardoor veel tijdverlies ver oorzaken. Het nadeel daarvan is natuurlijk, dat de rei zigers hier en daar moeten overstappen, waar zij vroeger rustig in een doorgaand rijtuig kon den blijven zitten. En dat overstappen zal ta melijk snel moeten geschieden, want de tijd daartoe wordt zeer beperkt gehouden. Men ver wacht, dat de reizigers hiertoe willen mede werken en zich eenige beperking opleggen bij het drentelen langs den trein om een geschikten coupé te zoeken. Ook zal niet gewacht worden op treinen met vertraging, zoodat het oponthoud van 'n trein onderweg het missen van een aansluiting ten gevolge kan hebben. Het kan soms zuur zijn voor de betrokkenen, maar het hoofddoel van de spoorwegen: snel reizigersvervoer, wordt er mee gediend. De treinen, die van Amsterdam naar Twente gaan, komen op dezelfde tijden te Amersfoort aan als die van Rotterdam en Den Haag naar Groningen. Daar blijven de treinen vier minu ten naast elkaar staan, zoodat de reizigers uit Amsterdam, die naar Groningen moeten, in den trein uit Rotterdam kunnen stappen en de Rotterdammers, die naar Twente of den Ach terhoek moeten, kunnen overstappen in den trein uit Amsterdam. Het splitsen en combinee ren van treinen, dat anders te Amersfoort plaats had, wordt daardoor overbodig. Voor de Amsterdamsche forensen is het van belang, dat deze sneltreinen niet meer te Hil versum stoppen. Maar overigens blijft de loop der forensentreinen, zij het met eenige minuten tijdsverschil sommige treinen vertrekken twee minuten later, doch komen op denzelfden tijd aan dezelfde als onder den winterdienst. Nog dient gewezen op het feit, dat de vroege sneltrein AmsterdamGroningen een half uur vroeger zal vertrekken, n.L om 6.05 uur, in plaats van 6.35. Wij hopen, dat de directie der Amsterdamsche tram er toe zal bijdragen, deze verbetering voor 100 pet. aan het publiek ten goede te doen komen, door vanuit de vèr afgelegen stadsgedeelten vroe ge trams te laten rijden, die om 6 uur aan het Centraal Station zijn. Los van deze verbeteringen in de organisa tie van den treinenloop staat de groote tech nische nieuwigheid, de verrassing van dit jaar: de Diesel-Electrische. Zij vormen een systeem op zichzelf, n.l. een uurdienst Amsterdam W.P. —UtrechtEindhoven en een uurdienst Rotter- der Tang-periode (618906) in den uitdruk kingsvorm van latere tijdvakken waar te ne men. Het veelkleurig ceramische product uit den tijd van de Ming-dynastie is niet alleen rijker van bewerking, maar wint aan edeler vormen en bewogener gestalte. Een prachtige ossenwagen met het trekdier aangespannen, re presenteert de Wei-periode. De rijkste vitrines bevatten het werk uit het Kang-Hsi-tijdvak (16621723) en de nog latere verfijnde plastiek der Kien-Lung-periode (17361795). Een enkel beeld in hardsteen (groep met menschen en dieren) en eenige schilderijen met dier-voor- stellingen voltooien deze hoogst interessante overzichts-expositie. v. O. •tiipiipi dam Maas (Den Haag S.S.)Urtecht Arnhem. Ook deze treinen ontmoeten elkaar in Utrecht, waar de reizigers weer vier minuten tijd hebben om van den eenen in den ander over te stappen. In het spoorboekje staan deze treinen aan gegeven met de letters E.M. achter het trein- nummer. Maar het voorhanden Diesel-materiaal is nog niet toereikend om al de geprojecteerde rittan uit te voeren. Daarom zullen, zoolang nog niet alle Dieseltreinen zijn afgeleverd, op deze trajecten ook eenige lichte stoomtreinen met een beperkt aantal wagons rijden, die het ook wel in den voor Diesels vastgestelden tijd (Amsterdam—Eindhoven in 1 uur 42 min.; Rot terdamArnhem in 1 uur 39 min.) kunnen halen. Een tweede technische verbetering is de elec- trificatie van het baanvak RotterdamDord recht, zoodat thans de half-uurdienst Amster damRotterdam kan worden doorgetrokken tot Dordt. De electrische treinen stoppen dan ook op het geheel vernieuwde station Beurs en doen over het nieuwe traject 17 minuten (vroeger 25 a 27 min.) Enkele treinen vanuit Amsterdam gaan niet dóór in verband met de bruggen over de Koningshaven te Rotterdam en over de Oude Maas te Dordt, die op bepaalde tijden geopend zijn. Dit zijn, in groote lijnen de verrassin gen, die het nieuwe spoorboekje ons brengt. Het reizen wordt misschien iets minder mak kelijk door het vaker overstappen, maar zeker sneller en daar gaat het om. De Spoorwegen hebben hun beste beentje vóór ge zet om het publiek te dienen en zich op de hoogte van den tijd te toonen. Brabant heeft een hypermoderne verbinding met de hoofd stad des lands gekregen naast de luchtlijn AmsterdamEindhoven de tweede in één maand! en wij hopen, dat dit aan de Zui delijke gewesten in het bijzonder tot voordeel zal strekken. Moge de tijd niet ver meer zijn, dat de grijs-roode Diesels hun zacht gonzend geluid ook op het Limburgsche spoorwegnet laten hooren. Een tweetal belangrijke tentoonstellingen vul len de groote expositie-zalen van Kleykamp te 's-Gravenhage dezer dagen. Een uitgebreide verzameling Peruaansch aardewerk bevindt zich in de tuinzaal. Het is voornamelijk mate riaal uit oranje of lichtgekleurde en grijze of zwarte klei, grootendeels vervaardigd als wa terkruiken, met handvatsels en tuitstukken. Er zijn er onder met sterk fantastische vormen: menschenhoofden, dierenkoppen en monsters voorstellende, soms bovendien nog met gele of roode beschildering versierd. Veel van dit cera miek is afkomstig uit zeer oude cultuurperi odes, opgedolven uit grafsteden tusschen lij- kenresten; waarschijnlijk bevatte het een ge deelte der doodenoffers. Van even groote archaeologische beteekenis en artistieke waarde is de verzameling Chi- neesch aardewerk en glas, speciaal betrekking hebbende op het dier in de kunst der elkaar opvolgende dynastieën, die elk een cultuurperi ode vertegenwoordigen in het Hemelsche Rijk. Typisch is de overgang uit het naturalistische Verschenen is een keurig verzorgd program ma voor de Nijmeegsche lustrumfeesten. Wij ontleenen hieraan: Op Zaterdag 12 Mei zal te half tien Z. Hoogw. Exc. Mgr. A. F. Diepen in de St. Josephkerk aan het Keizer Karelplein een pontificale H. Mis opdragen, waaronder de H. Communie wordt uitgereikt aan professoren en studenten. Na deze H. Mis zal een gemeen schappelijk ontbijt plaats vinden voor profes soren en studenten, waarbij ook Mgr. Diepen zal aanzitten. In den namiddag om 2 uur trek ken de studenten in stoet naar het station, waar de lustrum-vlag wordt geheschen. Daarna heeft een buitengewone Corpsvergadering plaats, waarop de praeses van den Senaat, de heer E. Sassen en de edelachtb. heer Mr. Cl. Prinsen, burgemeester van Roosendaal, het woord zullen voeren. Na het daarop volgend feestdiner heeft er een fakkel-optocht plaats door de stad. Zondag 13 Mei heeft te half acht opvoering van Vondel's „Salomon" plaats in de groote zaal van de „Vereeniging". Maandag 14 Mei biedt de senaat den burge meester, als vertegenwoordiger der burgerij, een plaquette aan ter herinnering aan wijlen bur gemeester van Schaeck Mathon, in leven Pre sident-Curator der Universiteit en Eere-voor- zitter van „Carolus Magnus". Onder het tafel- presidiaat van Mr. Wim van Wijmen heeft te half zeven het lustrumdiner plaats. De volgende dagen worden attracties geor ganiseerd voor de Ntlmeegsche jeugd. Het geheel wordt Woensdagavond gesloten met een vuurwerk op de Wedren, aangeboden door het Corps. Het programmaboek geeft voorts bijzonder heden over den „Salomon". De Raad voor de Scheepvaart heeft uit spraak gedaan inzake de stranding van het Engelsche stoomschip „Oakford" op de Eier- landsche gronden, waarbij de tien opvarenden zijn omgekomen. De Raad is van oordeel, dat de oorzaak van deze stranding niet is vast te stellen. Het be lang van het onderzoek in deze zaak ligt ech ter niet in het vaststellen van de oorzaak van de stranding, maar in hetgeen daarna is ge beurd. In het bijzonder moet het van belang worden geacht vast te stellen, hoe het moge lijk is, dat deze ramp zulke droevige gevolgen heeft gehad en of van Nederlandsche zijde al het mogelijke is gedaan om het groote verlies aan menschenlevens te voorkomen. Aan de hand van het onderzoek komt de Raad tot de conclusie, dat het Nederlandsche Reddingswezen volkomen paraat is geweest en al het mogelijke heeft gedaan om het onheil te voorkomen. Eén punt wil de Raad hier nog releveeren. Er bestaat bij vele zeelieden nog een wijdverbreid misverstand omtrent de gevolgen van het ver laten van het schip. Daarom zij hier nog in het bijzonder de aandacht gevestigd op het feit, dat de „Holland" den kapitein uitdrukkelijk heeft aangeraden om niet van boord te gaan en, toen hij eenmaal zich met de bemanning in de boot had begeven, om weder aan boord van zijn schip te gaan. Op het verlaten van het schip is dus van de zijde van de bergingsboot geen aandrang uitgeoefend. Het tegendeel is het geval. De A. N. V. V. meldt ons, dat Nederland op het oogenblik bezocht wordt door eenige film- kundigen uit Hollywood en New York. Men heeft daar sedert vele jaren proeven genomen met een filmprocédé, waarmede direct kleuren kunnen worden opgenomen. Na veel moeite is men er in geslaagd, prachtige onnamen te maken in de natuurlijke kleuren. Daarna is men de wereld ingegaan met de camera en heeft de ontwerper, mr. Fitz Patrick, directeur van de Fitz Patrick Picturres, Inc., in samen werking met de Metro-Goldwyn-Mayer Corpo ration besloten opnamen in Europa te laten maken. Door bemiddeling van den vertegen woordiger der A. N. V. V. te New York begon men met Nederland en zooals te begrijpen is met de bloembollenvelden. Men wil slechts zeer kleurrijke opnamen maken, zoodat, met de men taliteit van de Amerikanen rekening houdend, verder nog op het programma staan: Middel burg, Marken en Volendam, enz. Deze film van een deel van Nederland zal vertoond worden in de bioscopen der geheele wereld. In een slotzitting van het Comité Huldeblijk A.N.W.B. 1933, die te Amsterdam onder voor zitterschap van Dr. M. de Hartogh gehouden is, heeft de voorzitter medegedeeld, dat de jury uit de vier ontwerpen, welke voor het monument, dat den A.N.W.B. ter herinnering aan zijn 50- jarig bestaan zal worden aangeboden, heeft uit verkoren het ontwerp van Ir. A. Boeken, archi tect B. N. A. Het monument is een zinnewijzer en draagt de opdracht: „Het Nederlandsche volk aan den A.N.W.B. Toeristenbond voor Nederland 1883 —1933. Zooals reeds bekend, zal het monument, na overleg met het gemeentebestuur van Amster dam, geplaatst worden aan den kop van het plantsoen aan het einde der Noorder-Amstel- laan bij het Muzenplein. Binnenkort zal met de uitvoering een aanvang worden gemaakt. Het ligt in de bedoeling op 22 September a.s. het monument aan den A.N. W.B. aan te bieden. Zes weken geleden is een aanvang gemaakt met het grondwerk van „Het Buitenverblijf" te Zandvport en wie thans langs de Brederodè- straat wandelt, ziet op het terrein, grenzend "rif, - -.'„..ji wA,fl. w.v-v.r Verschenen is het rapport van de commissievan advies inzake den bouw van een nieuw stadhuis te Den Haag. Van de vijf binnengekomen ontwerpen verdient volgens haar het meeste aanbeveling dat van den architect Luthman. Wij publiceeren hierbij een teekening van dit ontwerp De aantrekkingskracht, die verloren schatten uitoefenen, heeft in onze zooge naamde nuchtere eeuw niets aan sterkte ingeboet. Het is echter een merkwaardig feit dat bijna nooit schatten, waarnaar ge zocht werd, gevonden worden, terwijl her haaldelijk bij toeval belangrijke vondsten gedaan worden. Er bestaat een beruchte lijst van begraven schatten die sinds eeuwen de fantasie van avontuurlijke mannen opwekken. Nog steeds zijn die schatten niet gevonden, maar zoolang er menschen zijn, die ondernemingslust bezit ten, zullen zij deze fata morgana-van-rijk- worden najagen. Een van de beroemdste schatten, die een on weerstaanbare aantrekkingskracht blijft uit oefenen, is die van den beruchten kapitein William Kidd. Deze Schot kwam reeds jong op zee. Tegen het einde van de 17e eeuw onder scheidde hü zich als bevelhebber in den strijd tegen de pjraten, die indertijd den Atlanti schen Oceaan bij Noord-Amerika onveilig maak ten. In 1695 werd een onderneming ter bestrij ding van zeerooverij opgericht; Kidd kreeg het commando van het nieuwe galjoen „Avontuur". Aangezien hü zelf aandeel in deze onderneming had, werd hem het grootste deel van den buit beloofd. Doch inplaats van de zeeroovers te bestrijden, sloot hij zich kalm bü de piraten aan. Op zijn tochten moet hij een geweldigen rijk dom bij elkaar geroofd hebben. Drie jaar duur de dit leventje en toen hü begin 1699 terug keerde, werd zijn buit op 300 millioen dollar geschat. Deze terugkeer geschiedde niet vrijwil lig. Kidd was in Amerika gevangen genomen en van daaruit naar zijn vaderland gestuurd, waar hij in 1701 werd opgehangen. Van zijn buit werd echter niets gevonden. De 300 mil lioen, waarop men hem schatte, waren spoor loos verdwenen. Terwijl sommigen beweerden, dat de bemanning den buit verdeeld had, bleven van andere zijde de geruchten aanhouden, dat de schat ergens begraven was. Gardiners Island, het eilandje ten Oosten van Long Island? Hoe wel alle eilandjes in den Atlantischen Oceaan tusschen de Antillen en de St. Lorens Golf herhaaldelijk werden afgezocht, heeft men niets gevonden. Tot twee jaar geleden aan den oever van het meer op Haute Isle, een eiland in de Fundy- baai, een marmerplaat gevonden werd, waarin de geheimzinnige woorden „R. Kidd, vijf graden Oostelijk en twee vadem diep," waren gebeiteld. Aangezien dit met oude, mondelinge overleve ringen klopte, vertrok een expeditie naar Haute Isle om het ruim 3 K.M. lange en 90 M. diepe meer droog te leggen. Resultaten zijn nog steeds niet bekend. Kapitein Kidd had verschillende schuilplaat sen in den Atlantischen Oceaan en één daarvan zou zijn op een van de Salvages eilanden, 240 K.M. ten Zuiden van Madeira. Nasporingen bleven ook hier zonder succes. De eilandjes, die aan Portugal behooren, zijn alle onbewoond. Er is echter één man, die er van overtuigd is, dat op öe eilanden Kidd zijn hoofdkwartier had. Deze man is de Engelsche Commodore Dawson Reed, die met zijn jacht „Totland" een expe ditie naar de Salvages-eilanden wil onderne men. Gesteld dat hij inderdaad gelijk heeft, dan nog zou de vondst zelf hem wel eens kun nen tegenvallen, want ook over de fantastische cijfers is men het lang niet eens. Men mag eigenlijk wel beweren, dat juist de schatten, waarover zooveel gepraat wordt, nooit gevonden worden. Hoe vaak heeft men niet naar den schat der Inka's, Armada en tallooze zeercovers gezocht? Vooral de piraten werken vruchtbaar op de fantasie der schatgravers en inderdaad hadden zij ook reden te over om hun buit te verbergen. In 1868 vonden tijdens een veldoefening sol daten bij Hildesheim den rijksten zilverschat van de Oudheid, waarvan men tot nu toe geen flauw idee had! Het blijft een vreemd ding met die schatgraverijschatten, waarvan niemand iets afweet, worden gevonden, zooals de schat van Ur of in het Toet-Ank-Amon-graf. Maar schatten, waarvan men sinds eeuwen vertelt, komen nooit aan het licht. Noch de zeeroovers- schatten, noch het graf van Alarik in de Bu- sento, noch de graven van koningen van Israël in Jeruzalem. Wel vindt men: tusschen Ham burg en Bremen stoot een boer bij het spitten in zijn aardappelveldje op twee buikige krui ken, die 12000 zilvermunten, 16 gouden ringen, gouden broches, kruisjes en vele sieraden be vatten. Een boer uit de omgeving van Belgrado graaft in zijn landje niet minder dan 12000 munten op. Een ander in Beneden-Franken vond in een aardewerkpot 10 gouden munten uit de 16e en 17e eeuw. In 1831 vond men bij Tutbury, Engeland een schat, die uit 200.000 zilveren munten bestond uit den tijd van Eduard I en H en in 1902 ook in Engeland in Colchester een verzameling van 10.000 zilveren munten uit de jaren 11801240. Er worden dus wel degelijk schatten gevon den, maar bijna steeds is het toeval. Dat schat gravers ook wel eens geluk kunnen hebben, blijkt uit het geval van den onderzoeker Schlie- mann, die op zoek was naar den schat van Atreus en inplaats daarvan een zeer grooten goudschat vond. aan de Amsterdamsche Waterleidingduinen reeds de pannen op het dag liggen. Er is wél hard gewerkt aan den bouw van het complex der Stichting „Het Buitenverblijf" en het laat zich aanzien, dat op den dag der officieele opening, Zaterdag 16 Juni a.s., het meerendeel der woningen, welke op enkele na verkocht zijn, gereed zal komen. De stichting beoogt, zooals wij reeds mede deelden, aan particulieren tegen een billijken prijs een zomerverblijf aan te bieden, zonder dat men er al de ongemakken heeft, die meestal aan zomerhuisjes e. d. zijn verbonden. Met man en macht wordt thans gewerkt aan den binnenbouw van den langen vleugel en aan 't dak van den korten. Reeds nu kan men zien, dat de bouwmeester ir. Jan Schouten te Am sterdam eer, gelukkigen greep heeft gehad bij het ontwerpen van dit straklijnige gebouw, welks uiterlijk rustig en voornaam aandoet, ge zien van het bij de Stichting behoorende duin terrein. Nu het in de tweede helft van dit jaar 40 ja ren geleden is, dat de Lombok-expeditie is ge houden, welke, door de tragische gebeurtenissen van den verraderlijken overval in den nacht van 25/26 Augustus 1894 en de daarop gevolgde schit- terende veroveringen van Mataram en Tjakra Negara en de gevangenneming van den Radja, terecht een voorname plaats inneemt in de histo rie van de bevestiging van ons gezag in Neder- landsch-Indië, zal wellicht een herdenking van deze expeditie zich in veler sympathie mogen verheugen. Ten einde zich te vergewissen, of dit inder daad het geval is, en pogingen om tot een pas sende herdenking te geraken, genoegzame deel name en medewerking zouden ontmoeten, heeft zich te s-Gravenhage een klein voorloopig comi té gevormd. Dti comité wekt een ieder en in het bijzonder alle oud-strijders van Land- en Zeemacht, die aan de Lombok-expeditie hebben deelgenomen, op, om wanneer zij met deze herdenking sym- pathiseeren, van hun instemming schriftelijk te doen blijken aan het lid van het comité: Gep. Kolonel P. M. Vis, Laan van Poot 154 te 's-Gra venhage. Blijkt voldoende sympathie te bestaan om tot een waardige herdenking te kunnen komen, dan zal dit voorlcopige comité zjjn taak overdragen aan een op breede basis berustend Uitvoerings- Comité. Voor eenigen tijd is van spoorwegzijde mede gedeeld, dat het vorige jaren uitgegeven propa gandaboekje „Goedkoope treinen, Goedkoope tarieven" ditmaal zal vereenigd worden met de bekende uitgave „Uitstapjes door Nederland" van de N.V. C. J. v. Doorne te Delft. Men vindt in dit boekje, d'at in Juni, ook aan de stations, verkrijgbaar zal worden gesteld, alles wat men noodig heeft voor het maken van uitstapjes in eigen land. Eovendien zijn de Ned. spoorwegen voorne mens eiken goedkoopen trein, weder op de be kende wijze, per advertentie, in de bladen aan te kondigen. De „Ijsvogel" (heenreis) is heden uit Bang kok vertrokken en te Singapore aangekomen. De „Pelikaan", op de thuisreis, is in Athene aangekomen. AMSTERDAM. Bevorderd tot Arts de heer J. Reurinlc, Winterswijk, en mej. J. C. M. Bok, Utrecht,- en eerste ged. artsexamen mej. H. E. v. Kalken, Amsterdam. LEIDEN Geslaagd: doctoraal examen ge neeskunde, de heeren The Bing Tjiauw en H. G. van Everdingen. Doctoraal examen indi.sch recht de heer L. S. Sie. Door de examencommissie van de R.K. Ge- stichtsartsen-vereeniging werden de overgangs examens afgenomen in Huize „Sancta Maria" te Noordwijk en Noordwijkerhout. De uitslag der examens luidt: Eerste overgangs-examen: Geslaagd: M. A. A. Aartsen; M. Barendsen; Th. J. Bonink; D. M. P. Boudewijns; A. M. E. van der Does; M A. Draayers; E. C. Jonkergouw; J. W. C. Kessel; H. C. König; J. H. M. Melis; C. E. M. Pelten- burg; W. M. Polle; L. J. Schuurmans; M. J. Thomassen (eerw. zuster Marie). Tweede overgangs-examengeslaagd: C. H. Ammerlaan; G. C. Frerichs; M. C. Heemskerk; M. C. Keune; A. M. Meerman; M. C. C. Scha per; J. L. M. Verhey; A. M. de Vries; A. W. de Vries; M. de Waal. DEN HAAG. Geslaagd voor diploma A de hee ren L. Meijer te Voorschoten; G. C. H. Dijkstra te Heiloo; J. Keizer te Amsterdam en D. L. Ver- rips te Vlissingen. Bij1 het door het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart te Amsterdam gehouden examen voor schipper bij de Binnenvaart, zijn ge slaagd: voor het diploma Nederland: J. Heemskerk, Amsterdam; H. Th. Specht, Rot terdam; P. J. Smit, Werkendam; J. N. Smet, Amsterdam; M. R. Ossewaarde, Kruiningen; C. Krijnen en P. Vlas, Texel. Voor diploma Kanalen en Rivieren; op een visschersvaartuig: KI. Boes, Jan Boes, K. Pe reboom, J. van Altena en KI. Visser, Marken; J. Boogaard, Ransdorp. Bij het door het Onderwijs voor de Scheep vaart te Amsterdam gehouden examen voor machinist aan boord van stoom en/of motor vaartuigen in de Binnenvaart, zijn geslaagd: Voor diploma Machinist aan boord van stoom vaartuigen Groot-Bedrijf: A. Danneburg, L. Smit en C. G. de Vries, Amsterdam. Voor diploma Machinist aan boord van stoom vaartuigenH. E. Hoven, Delfzijl; C. P. Karsman, Den Helder: W. Schoutema, Sneek. Voor diploma Machinist aan boord van mo torvaartuigen: J. Jonker, D. C. Gravenmaker en C. A. de Jong, Amsterdam; U. de Jong, Lemmer; H. G. v. Reenen, Amsterdam. Voor voorloopig machinist aan boord van motorvaartuigen: P. van der Nol, 's Graven- hage; H. L. Huyser, Amsterdam. De spionnenvrees waart weer over de vereld. Overal hoort men van arrestaties van lieden, die ervan worden verdacht, ten behoeve van een ander land militaire geheimen te hebben verraden. Een Schotsch officier, Bailey Stewart, wordt gearresteerd, in den Tower te Londen opgesloten en door den krijgs raad gevonnist. Hij blijkt in relatie te hebben gestaan met een geheimzinnige „Marie Louise" in Duitschland, achter welken aanvalligen naam zich, naar de militaire rechters meenen, niemand anders verschuilt dan de Duitsche spionnagecentrale te Berlijn. Te Helsingfors, de hoofdstad van Finland, wordt een ietwat mysterieus doende dame uit eerste kringen ge arresteerd, voor den krijgsraad geleid en ge vonnist. De ondernemende vrouw, Marie Louise Martin noemt zij zich, blijkt de leidster t^, zijn geweest van een internationale spionnagebende, die niet alleen alle geheimen van den Finschen generalen staf aan de weetgierige Russen heeft verraden, doch die tevens haar vertakkingen heeft in de overige landen, speciaal in Parijs. Zoodoende volgen in de Fransche hoofdstad nieuwe arrestaties van spionnen, evenzoo in het Fransch-Duitsche grensgebied, waar zoo pas de Fransche generale staf een geweldig verde digingssysteem heeft geschapen, dat vermoe delijk allang tot in détails den buurman aan den Oostelijken kant van den Rijn bekend is. Het zijn gevallen, waarin de justitie der be trokken landen niet mistastte, doch zij brengen de onrust in de volken, die leidt tot spionnen- vrees, waarvan zoo vaak onschuldigen het slachtoffer worden. Een wat ondoordachte wandeling met een camera in een versterkt gebied, een onvoorzichtige uitlating, een gebaar wellicht slechts en onmiddellijk denkt men aan spionnage. Het is de groote onrust, die de wereld na vijftien jaar van vrede alweer heeft bevangen, het eerste attentiesein voor het na derend onweer, terwijl heel een menschheid nog altijd vergeefs zoekt naar den bliksemafleider. Het is geen geëerd bedrijf, het beroep van spion. De man, die het eigen land voor geld verraadt aan een mogelijken vijand, die zoo doende duizenden en honderdduizenden van het eigen volk blootstelt aan een noodeloozen dood, is ongetwijfeld het verachtelijkste wezen, dat op aarde bestaat. Maar ook op degenen, die het gevaar trotseeren, zich onbaatzuchtig in dienst stellend van het eigen land, zich begeven naar den overkant, om het van daar dreigend spionnagegevaar te keéren, om zelf inlichtingen in te winnen ten bate van het vaderland, drukt het stempel van den tegenzin, ook dan wanneer men het ongetwijfeld ontzaglijken moed ver. eischend bedrijf aanduidt als contra-spionnage, als intelligence service, als Spionageabwehrzen- trale. Want anders dan de soldaat aan het front, die strijd en sterft in de worsteling der volken, sterft de contra-spion, nadat hijzelf verraad heeft gepleegd, verraad tegenover men schen uit het vreemde land, die meenden, dat hij als vriend kwam, wier vertrouwen hij won, en beschaamde. Iets in ons oerinstinct verzet zich tegen het verraad aan de hoogste idealen, die wij kennen, het verraad aan trouw en vriendschap. Met dat al, is spionnage zoo oud als de menschheid zelf. Steeds streefden volken en landen ernaar, eventueele geheimen van hun buren te weten te komen, voor het geval ge wapenderhand de strijd om de hegemonie zou moeten worden uitgevochten. En kwam het in dertijd tot zulk een open worsteling, dan was den beiden strijdenden partijen er natuurlijk alles aan gelegen, op de hoogte te zijn van de macht en de plannen van den vijandelijken legeraanvoerder. Op spionnage in oorlogstijd stond in alle eeuwen de doodstraf en onze mo derne tijd heeft hierin geen wijziging gebracht. Maar aan het bedrijf der spionnen heeft ook het vuurpeleton geen eind vermogen te maken. Natuurlijk vierde in den wereldoorlog de spionnage haar schoonste triomfen. Overal waren zij aan het werk, de duistere elementen, die de weerkracht der volken ondermijnen, die duizenden door hun verraad in een onontkome- lijken dood joegen. Een heel leger van spionnen, en contra-spionnen toog aan den arbeid ach ter de linies der strijdende troepen. Een vage schatting komt op een totaal van 25.000 man nen en vrouwen, die in dienst der spionnage- en contra-spionnagecentra stonden. Centralen en geallieerden deden niet voor elkaar onder; beider centralen hadden omstreeks 12.000 per sonen in hun dienst en verrieden ze maar al te vaak aan elkaar, als zij hun diensten niet meer noodig hadden. Enkele namen slechts zijn uit de groote mas sa bewaard gebleven, een Mata Hari, Bolo pasja, „Fraulein Doctor", de succesvolste spionne, die Duitschland ooit heeft bezeten en die thans in een krankzinnigengesticht haar laatste jaren slijt, nadat zij haar lichaam met cocaïne en heroïne heeft ondermijnd, Karl Lody, Louise de Bettigny. Een paar namen slechts, die alweer halfver geten zijn. Want intusschen is een nieuw ge slacht groot geworden en met deze generatie ontwikkelde zich tevens ook een nieuw ge slacht van spionnen. Zij zwermen overal, waar militaire geheimen te ontdekken zijn. On tastbaar, onnaspeurbaar, een gevaar veel en veel grooter dan alle „Dikke Bertha's", bom bardementsvliegtuigen en machinegeweren bij elkaar. (Nadruk verboden). LEIDEN. Bevorderd tot doctor in de rechts geleerdheid, op proefschrift getiteld: „Proeve eener vergelijking van Nederlandsch en Duitsch brandverzekeringsrecht", de heer F. P. Guépin> geboren te Bussum. Geslaagd doet. ex. wis- en natuurkunde, hoofd vak natuurkunde, de heer L. J. Klinkenberg.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 6