Landbouwers komen bijeen
de Inktvisch
Koninklijk bezoek aan Groningen
hartelijke ontvangst
VERNIEUWING VAN STAATSBESTEL
DONDERDAG 24 MEI 1934
Met belangstelling werden allerlei
zaken in oogenschouw
genomen
Autoriteiten in gehoor
Naar Winschoten
Bezoek bij landbouwer
Groote geestdrift
De verraste boer
In Groningen
eerste kamer komt weer
BIJEEN
Op militaire colonne
gereden
Tegen trambestuurder in hooger
beroep drie maanden geëischt
CONGRES VAN REINIGINGS-
DIRECTEUREN
Openbare reinheid met de minst
mogelijke kosten
Valsche munterij
Twee verdachten aangehouden
Nadere bijzonderheden
RUNDVEEBESCHIKKING
Gewestelijke centrales aangewezen
als crisis-organisaties
RAAD VAN STATE
Leeftijdsgrens der leden
Lastige tegenstanders
N.S.B. vreest binnensluipen van
gevaarlijke elementen
Dienstplichtige gedood
Ongeluk by schietoefeningen
PERSONENVERVOER
GESTAAKT
Op de Zuid-Bevelandsche
Tramwegen
Hoogheemraadschap
VELERLEI AAN DE
ORDE
In de Hollandsche Maatschappij
van Landbouw zijn crisismaat
regelen besproken
De zorg der regeering
Crisismaatregelen
Akkerbouwers
De Nederlandsche ploeg
op weg naar Milaan
„We gaan naar Rome
STEARINE KAARSENFABRIEK
8 pet. dividend
TOILETPOEDERS MET
LOODWIT
Vroegtijdige dood bij zuigelingen
door peter baron
Geheel onverwacht werd Woens
dagmorgen te Groningen het be
richt ontvangen, dat H. M. de Ko
ningin en H. K. H. Prinses Juliana
dien middag de stad en het Ooste
lijk deel der provincie zouden be
zoeken.
Door bulletins van de plaatselijke pers was
het heuglijke nieuws onder de bevolking ge
bracht en weldra wapperde het oranje van
den Martini-toren, terwijl ook op de Groote
Markt, waar reeds voorbereidselen worden ge
troffen voor de aanstaande kermis en in de
straten alom werd gevlagd.
Het hooge gezelschap arriveerde te Gronin
gen met den trein van 12.28, die 10 minuten
Vertraging had.
In het gevolg van de Koningin waren de
hofdames Freule Taets en Freule De Braauw,
de adjudant, waarnemend particulier secreta-
vis, baron Van Tonningen, de ordonnance-
officier, luitenant jhr. Van Kinschot en de ka
merheer, baron Dedel. Vele menschen waren
°P 't perron om H. M. toe te juichen.
De Commissaris der Koningin, dr. J. P.
Fockema Andreae begaf zich in het Koninklijk
Rijtuig, dat terstond doorging naar Winscho
ten, waar het gezelschap ontvangen werd door
burgemeester Schönfeld.
Onder leiding van den burgemeester van
t>elfzijl, den heer Buiskool, werd in auto's ge
iden naar de werkverschaffing in het Rhener-
Veld, nabü Bourtange, waar de Koningin zich
oju. op de hoogte stelde van den toestand der
behuizing van de tewerkgestelden.
Te Bourtange viel den landbouwer Hoying
de eer te beurt H. M. binnen zijn nederige
hofstede te mogen ontvangen. Dit is n.l. de
°udste boerderij ter plaatse en H. M. stelde er
Prijs op hier een bezoek te brengen.
Over Wollinghuizen en Vlagtwedde werd ge
veden naar Onstwedde, waar de bevolking in
derhaast een eerepoort voor de hooge gasten
had opgericht.
Geweldig was hier het enthou
siasme.
De auto van de Koningin werd
hier bijna bestormd.
Door den geweldigen toeloop
was het den burgemeester, den heer
Bergmeyer bijna onmogelijk ge
maakt de Landsvrouwe te begroe
ten.
Nog even stopte de koninklijke auto voor het
Buurthuis, dat door H. M. van buiten in oogen-
Bchouw werd genomen.
Over Nieuwe Pekela werd vervolgens naar
Veendam gereden waar de sirenes der aard
appelmeelfabrieken het welkom floten.
Te Bargercompagnie bezichtigde H. M. nog
de proefboerderij van den Provincialen Veen-
kolonialen bond.
Dit bezoek kwam zoo onverwacht, dat de
boer, die bij de brug naar den stoet had staan
kijken, gewaarschuwd moest worden, toen H.
M. reeds op zijn boerderij was.
Over Hoogezand werd vervolgens doorgere
den naar Groningen, waar men tegen half
zeven arriveerde.
Van vijf uur af hadden de menschen hier
feeds in dichte rijen langs den weg gestaan,
De Eerste Kamer zal Dinsdag 29 Mei des
avonds te half negen in openbare vergadering
bijeenkomen ter behandeling van de volgen
de wetsontwerpen:
Wijziging van de wet, houdende regeling van
de samenstelling en de bevoegdheid van den
Raad van State; Wijziging van de voorschrif
ten betrekkelijk den Burgerlijken Stand; Na
turalisatie van K. I. Berger en 20 anderen;
Naturalisatie van A. Aikens en 19 anderen;
Voorschriften voor de vergadering van hou
ders van reeds uitgegeven schuldbrieven aan
toonder.
dien het koninklijk gezelschap zou volgen. Toen
de koninklijke auto eindelijk arriveerde, werden
H. M. en de Prinses hartelijk toegejuicht.
Op het gouvernementsgebouw werd nog
audiëntie verleend aan den burgemeester, den
heer Bloemers, voorts aan den heer Ebels, lid
van Gedeputeerde Staten, den heer Wilmink,
voorzitter der Vereeniging van Scheepswerven
van Veendam, den heer Louwes, voorzitter der
Groninger Maatschappij van Landbouw en den
heer Everts, voorzitter van de kamer van
koophandel voor de Veenkoloniën.
Met den trein van 7.38 vertrok H. M. weer
uit Groningen.
In hooger beroep heeft Woensdag te Den
Haag terecht gestaan de 30-jarige bestuurder
der N. Z. T. Mij. C. B. te Voorburg, die door
de Haagsche Rechtbank is vrijgesproken van
de hem ten laste gelegde overtreding van art.
307 W. v. S.
Door het O. M. bij de Haagsche rechtbank,
was tegen B. drie maanden hechtenis geëischt
ter zake, dat het aan diens schuld te wijten zou
zijn geweest, dat de door hem bestuurde tram
in den ochtend van 19 October j. 1. nabij den
Waalsdorperweg is ingereden op een militaire
colonne, waarbij een van de caissons werd aan
gereden, waarbij de dienstplichtige Egas uit
Hardinxveld het leven verloor en een ander mi
litair lichamelijk letsel heeft bekomen.
Door den advocaat-generaal mr. baron
Speyart van Woerden, waren in deze zaak
twaalf getuigen gedagvaard, die reeds in eerste
instantie waren gehoord en wier verklaringen
overeenstemden met die voor de Rechtbank af
gelegd.
Verdachte B. volhardde bij zijn bewering
geen beletsel tot doorrijden te hebben gezien
nadat een tiental caissons den overweg was
gepasseerd. Zoodra hij zag dat er nog een vol
gend caisson aankwam heeft hij onmiddellijk
geremd.
De advocaat-generaal die in zijn requisitoir
de situatie ter plaatse naging, betoogde, dat de
tram reed met lichten, _die ongeveer over een
afstand van 70 M. hun schijnsel vooruitwier
pen.
Vast staat volgens spr., dat men hier te doen
heeft met een aaneengesloten colonne met een
onderlingen afstand van nog géén vijf pas.
De voorstelling van zaken door verdachte,
kan naar spr.'s inzicht niet worden aanvaard.
Naar uit alle omstandigheden is gebleken, heeft
deze op de tram staan suffen en heeft daardoor
een dergelijke aaneengesloten colonne niet op
gemerkt.
Spr. achtte hier grove schuld aanwezig, wes
halve hij concludeerde tot vernietiging van het
vrijsprekend vonnis en tot veroordeeling van
den verdachte tot drie maanden hechtenis,
conform den eisch van het O. M. in eersten
aanleg.
De verdediger, mr. Waslander, achtte, mede
met het oog op het fet, dat B. een bekwaam en
betrouwbaar bestuurder was, hier, zoo geen
vrijspraak kon volgen, een clemente straf op
haar plaats.
Het Hof bepaalde het arrest op 6 Juni.
De Nederlandsche Vereeniging van Reinigings
directeuren houdt dezer dagen haar 27ste jaar
vergadering te Arnhem.
De tijdsomstandigheden noodzaken ook de
Reinigingsdiensten al die maatregelen te tref
fen of voor te stellen, welke er toe kunnen lei
den de verzorging van de openbare reinheid op
peil te houden met de minst mogelijke kosten.
Woensdagmorgen vond de ontvangst der ver
schillende deelnemers aan het Congres plaats
in Café Royal. Onder de aanwezigen waren ook
vertegenwoordigers uit Engeland en Duitsch-
land.
Bij deze ontvangst demonstreerde de N.V.
„N.E.T.A.M." te Rotterdam haar nieuwste rei-
nigingsmaterieel. 0.m. een hydraulischen rol-
trommel vuilniswagen, waarvan de aanschaf-
fingskosten ver blijven beneden die, welke op
het oogenblik bij verschillende Gemeentewerken
in gebruik zijn.
Des middags werd de jaarvergadering gehou
den, welke geopend werd door den voorzitter,
den heer A. M. Noppen. Spr. gaf in het kort een
uiteenzetting van de taak van den Reinigings
dienst.
De heer S. H. Frederiks te Arnhem gaf ver
volgens een overzicht van den Dienst in de stad
Arnhem.
In 1874 werd door den raad der gemeente be
sloten om met ingang van 1 Juli van dat Jaar
de reiniging der stad in eigen beheer te nemen.
22 Juli werd tot directeur van den nieuw-
opgerichten dienst benoemd de heer Y. van
Konijnenburg, in 1901 opgevolgd door V. de
Groot, in 1906 door den heer C. de Ruyter
Samenvoeging van den dienst der reiniging en
ontsmetting met dien van de landelijke eigen
dommen, bosschen en plantsoenen volgde later
De heer P. de Graaff uit Dordrecht hield een
causerie over Dieselmotoren voor reinigings-
tractie. Spr. toonde zich voor de invoering hier
van geen groot voorstander, hetgeen door de
heeren dr. de Bruine en Pijnacker aan de hand
van practische ervaring werd bestreden.
Het gemeentebestuur toonde zijn belangstel
ling door het gezelschap des middags 4 uur ten
gemeentehuize te ontvangen.
In verband met berichten omtrent in om
loop zijnde valsche rijksdaalders en guldens in
Twente, deelt de politie te Enschede ons mede.
dat het niet onmogelijk is, dat nog eenig valsch
geld in omloop is, doch dat zeer waarschijnlijk
aan deze valsche munterij een einde is ge
maakt. De politie te Enschede is er namelijk
in geslaagd een tweetal personen, dat met deze
affaire annex is, aan te houden en eenige over
tuigingsstukken in beslag te nemen.
Nader vernemen wij nog:
Het betreft een valsche munterij, welke een
onderzoek in verscheidene gemeenten noodza
kelijk maakte. De eerste arrestatie geschiedde
korten tijd geleden te Zutphen, waar iemand
werd aangetroffen, die in het bezit bleek te zijn
van 82 valsche rijksdaalders. De gearresteerde
heeft na eenigen tijd en nadat het onderzoek
van justitie en politie zekere resultaten had
opgeleverd, bekend de valsche rijksdaalders te
hebben vervaardigd.
In samenwerking met de Nederlandsche Cen
trale voor Falsificatiën te Amsterdam werd het
onderzoek geleid door de officieren van justitie
te Zutphen en Almelo, terwijl in Enschede de
leiding van het onderzoek berustte bij den
hoofdinspecteur Boerrigter.
Er hebben tal van huiszoekingen in verband
met deze zaak plaats gehad en naar aanleiding
daarvan werd een ingezetene, een werklooze
arbeider, die vroeger te Lonneker, doch gedu
rende den laatsten tijd te Enschede woonde,
gearresteerd. In zijn woning waren aanwijzin
gen gevonden, dat hij bij de zaak was betrok
ken, doch dit staat nog niet vast.
Intusschen wordt het onderzoek in deze zaak
nog voortgezet.
den Raad van State toch wel eenigszins anders
ligt dan voor den Hoogen Raad.
De leeftijdsgrens voor de leden van den Hoo
gen Raad moet worden bezien in verband met
die voor de rechterlijke colleges. Daarom blijkt
het onmogelijk ten deze tusschen de colleges
onderscheid te maken.
Een algemeen geldende leeftijdsgrens van 75
jaar voor ieder rechterlijk ambtenaar ware
evenmin gewenscht, mede omdat dan van jon
gere bekwame krachten niet voldoende partij
zou kunnen worden getrokken.
Nog wijst de Regeering op het volgende ver
schilpunt: de voor het leven benoemde leden
van de rechterlijke macht kunnen slechts door
den Hoogen Raad worden ontslagen. Daarente
gen zullen de leden van den Raad van State
steeds door de Kroon kunnen worden ontslagen
ook vóór het bereiken van de 75 jaren, wanneer
het ontslag moet volgen.
Hiermede is tevens het laatste argument weer
legd, aangevoerd ten betooge, dat voor de leden
van den Raad van State de leeftijdsgrens had
moeten zijn bepaald op 70 jaren.
De Minister van Economische Zaken heeft
vastgesteld de „Crisis Rundveebeschikking 1934
I A", waarbij de verschillende gewestelijke cen
trales worden aangewezen als crisis-organisa
ties en hun werkgebied wordt vastgesteld.
Voorts bevat deze beschikking de voorschrif
ten ter uitvoering van het Crisis Rundveebe-
sluit, 1934 I.
Bij deze beschikking is gevoegd het „Regle
ment rundveeteeltregeling 1934",
De Regeering heeft een Nota ingediend naar
aanleiding van het Eindverslag van de Com
missie van Rapporteurs over het ontwerp van
wet tot wijziging van de wet, houdende regeling
van de samenstelling en de bevoegdheid van
den Raad van State.
Daarin betuigt de Regeering, dat het haar
spijt, dat de voor de leden van den Raad van
State voorgestelde leeftijdsgrens van 75 Jaar
niet algemeene instemming heeft kunnen ver
werven. Zij zet nader uiteen dat de kwestie voor
Eenigen tijd geleden is melding gemaakt vah
een geheime circulaire, welke de N.S.B. rond
zond en waarin gevraagd werd, „lastige tegen
standers" te noteeren, die dan later geschikt
zouden zijn voor het concentratiekamp.
Het „Handelsblad" heeft deze zaak onder
zocht, waarbij het Hoofdkwartier der N.S.B.
mededeelde, dat deze circulaire slechts plaatse
lijk te Amsterdam verspreid is, onder toezicht
van mr. H. Reydon, indertijd kringleider in de
hoofdstad.
Mr. Reydon erkende een dergelijke circulaire
te hebben rondgezonden, bestemd voor de leden
der N.S.B. in den kring Amsterdam.
Behalve mededeelingen van organisatorischen
aard, kwam er ook het bewuste verzoek in voor,
daar het aan de leiding bekend was, dat de
C.P.H. en de roode Liga hun leden opdracht
hadden gegeven in de gelederen der N.S.B. bin
nen te dringen om er spionnage-diensten te
kunnen verrichten.
De maatregel is uitsluitend genomen om de
N.S.B. te beveiligen voor het binnensluipen van
gevaarlijke elementen; en dan nog maar in die
plaatsen, waar men op de hoogte was dat plan
nen hiertoe bestonden.
Bij schietoefeningen in het kamp Waalsdorp
is de twintig-jarige dienstplichtige H. getrof
fen. Hij is in bewusteloozen toestand naar het
militaire hospitaal te Den Haag gebracht, waar
hij kort na aankomst is overleden, bericht „Het
Volk",
Door den Minister van Waterstaat is aan de
Ned. Spoorwegen vergunning verleend het per
sonenvervoer op de Zuid-Bevelandsche Tram
wegen, bestaande uit de lijnen: GoesBorsse-
lenHoedekenskerkeGoes; GoesWemeldin-
ge en Goes—Wolphaartsdijksche Veer te sta
ken, met uitzondering van het gedeelte Goes
Hoedekenskerke.
By K.B. zijn benoemd:
in de provinciën Noord-Holland, Utrecht en
Zuid-Holland:
tot hoogheemraad van het hoogheemraad
schap Amstelland, jhr. dr. M. L. van Holthe
tot Echten, te Rheqen en W. van Sijtvtld, te
Diemen, en is op grond van artikel 15, tweede
lid, der Waterstaatswet 1900 aan D. Coers te
Baambrugge, te rekenen van den eersten Za
terdag in Mei 1934, eervol ontslag verleend als
hoogheemraad van het hoogheemraadschap
Amstelland (provinciën Noord-Holland, Utrecht
en Zuid-Holland).
N.V. PAUL BRAND'S UITG.-BEDRIJF HILVERSUM
Zoo juist van de pers:
DE REVOLUTIE VAN RECHTS en DE KATHOLIEKE
STAATSLEER door GERARD KNUVELDER
Prijs ingenaaid f l-90
NOOT VAN DEN CENSOR:
„De schrijver verzocht mij, die elke afl. van „Roeping"
censureer, daartoe door de kerkel. overheid aangesteld,
het „nihil obstat" ditmaal uitdrukkelijk te vermelden,
omdat hij, met name na het Vastenmandement van de
Ned. Bisschoppen, zelfs eiken schijn van verzet tegen de
kerkelijke overheid wil vermijden.
Ik heb tegen zijn verzoek geen bezwaar, daar ik in zijn
betoog geen enkele afwijking van de katholieke leer kan
ontdekken; integendeel, ik meen, dat dit geschrift
machtig veel kan bijdragen tot verheldering der ver
troebelde ideeën."
Verkrijgbaar bij den Uitgever en bij den Boekhandel
In de voortgezette vergadering der Holland
sche Maatschappij van Landbouw bepleitte bij
de behandeling der ingekomen vragen de af
gevaardigde van Schermereiland dat het hoofd
bestuur bij de regeering zal aandringen op een
andere regeling voor de werkloozen in de land
bouwbedrijven en wel in dezen geest, dat het
loon niet alleen zal betaald worden door Rijk
en gemeente maar ook gedeeltelijk door den
patroon. Het H.B. zal deze kwestie onder de
oogen zien.
De afgevaardigde van Vlaardingen wenschte
den steun aan kapitaalkrachtige land- en tuin
bouwers te doen ophouden.
Ook drong spr. aan op verlaging van de
hypotheek-rente.
Wat de hypotheek-rente betreft, wees de
voorzitter op het standpunt van minister Colijn.
Ook moet de boerenstand voorzichtig zijn, zijn
crediet niet te verliezen.
De kwestie heeft de volle aandacht van het
hoofdbestuur.
Vervolgens kwam uit de vergadering de vraag
waarom in de LandbouWcrisis-organisatie van
Noord-Holland geen vertegenwoordiger van de
veehouders is opgenomen.
Het hoofdbestuur zette uiteen, dat dit niet
mogelijk was, wel zullen in de afzonderlijke co-
mlté's vertegenwoordigers worden opgenomen.
Een motie, waarin uitgesproken werd, dat geen
rekening is gehouden met de consumptiemelk-
bedrijven, werd na langdurige besprekingen weer
ingetrokken, nadat het H.B. had verklaard de
zaak opnieuw onder het oog te zien.
Hierna kwam ter tafel een motie van de af-
deeling Bodegraven, waarin werd uitgesproken,
dat het hoofdbestuur niet voldoende de belan
gen van de veehouders behartigd heeft ten
a anzien van de kwestie van de monopoliewinsten
op granen bij de verlaging van de varkens- en
zuivelprijzen. Het hoofdbestuur verklaarde die
motie onaannemelijk. Het bleek dat de motie
niet werd ondersteund en dus niet in stemming
kon komen.
De middagvergadering van de Hollandsche
Maatschappij van Landbouw was gewijd aan
besprekingen betreffende de uitvoering der
crisismaatregelen.
De vergadering was daartoe gesplitst in twee
af deelingen: een van akkerbouwers en een van
veehouders. In de bijeenkomst van veehouders
die werd gepresideerd door den heer P. v. Sta
pel, heeft de regeerings-commissaris de heer C.
Buckmann een aantal vragen, die bij het be
stuur ingekomen waren, besproken. Deze vragen
gingen over de melkproductie, de inkrimping
van den veestapel en de heffing op granen en
de contingenteering van veekoeken.
Uit den boezem van de vergadering werd
meegedeeld dat boeren, die naast elkaar wonen
51/2 cent en 3 'A cent voor de melk ontvangen.
Dit hangt er van af of het consumptiemelk is
of industriemelk. Het verschil in prijs behoort
niet zijn oorzaak te vinden in den afnemer
maar in de kwaliteit van de melk. Men meende
dat de prijs van de melk voor de boeren hooger
kan zijn omdat zooveel geld blijft hangen bij
den tusschenhandel.
Voorts was een groote grief uit de vergadering
dat inkrimping van de consumptiemelk niet
overal wordt toegepast. Er zijn boeren, die 50
pCt. moeten inkrimpen, terwijl er anderen zijn,
die in het geheel niet behoeven in te krimpen.
Men wenschte dat iedere veehouder evenveel
naar verhouding zal inkrimpen op de consump
tiemelk.
De regeerings-commissaris is voorts van mee
ning, dat in den melkhandel niet zulke groote
winsten worden behaald als wel verondersteld
wordt. Aan de tegenwoordige regeling mogen
wellicht fouten kleven, maar zij is toch wel zoo
dat zij algemeen goed werkt.
De heer Buckmann beantwoordde daarop nog
verschillende vragen, gesteld over de beperking
van den veestapel. Hij deed daarbij uitkomen,
dat deze beperking overbodig zou zijn naarmate
er meer export-mogelijkheid zou komen, maar
wat dat betreft ziet het er nog in de naaste toe
komst zorgelijk uit.
Inkrimping van den veestapel is niet alleen
noodig in het belang van den boer, maar ook
van de vleeschpositie.
De heer Van der Most uit Bodegraven heeft
vervolgens betoogd, dat de heffing op de con-
tingenteeringen van veevoederartikelen den toe
stand van de akkerbouwers heeft verbeterd.
Allereerst rees hier de vraag, van de afdee-
ling Hoekschewaard om den tarweprijs op de
voormalige hoogte te handhaven.
De afdeeling Houryk en Polanen vroeg, een
andere indeeling te maken betreffende den
steun voor de tuinbouwproducten. De afdeeling
Alphen was van meening, dat de veeteelt niet
opgeofferd moet worden aan den akkerbouw.
De afdeeling Ritten informeerde naar den i/2
cent, die uitgekeerd zal worden per K.G. aard
appelen. Verder wenschte deze afdeeling de
vroegere richtprijzen terug voor de zaaiteelt.
Buiten de afdeelingsvragen om, werd nog ge
ïnformeerd hoe het kwam, dat er zoo laat be
richt kwam nopens hetgeen gezaaid mocht
worden. Gevraagd werd voorts steun voor de
karwjj teelt.
Ir. Louwes, de verschillende vragen beant
woordend, zeide met betrekking tot de terug
brenging van den tarweprijs, dat deze prijs te
hoog boven die van andere gewassen uitstak.
Voor een goed deel zijn de heffingen op de
tarwe noodig om den richtprijs op te brengen.
Spr. geeft toe, dat de beslissing over tarwe of
koolteelt wel wat laat kwam. Er is hier een
misverstand in het spel geweest.
Nopens de karwijteelt diene men zich om
steun te wenden tot de centrale landbouworga
nisaties alvorens tot de regeering te gaan.
De heer Louwes deelde ten slotte nog mede,
dat ingesteld is een commissie tot bestudee
ring van eventueelen steun aan de erwtenteelt.
De heer Vastar benatwoordde vragen over
onvoldoenden steun aan de sluitkoolteelt, de
teeltbeperking van planten en zaden, de ver
vroegde eigenheimersteelt, te diep gaande
teeltbeperking in den groven tuinbouw, extra
steun voor vervroegde aardappels, spinaziezaad-
teelt, regeling van de koolteelt.
Ir. Stevens beantwoordde tenslotte nog an-
kele vragen over de aardappelteelt en de ver
leening van den steun daartoe.
LUZERN, 22 Mei
Hedenavond om 8.25 is het gezelschap Ne
derlandsche voetballers en officials in goeden
welstand hier aangekomen, om morgen de reis
voort te zetten.
De tocht is uitstekend verloopen en de stem
ming kan niet anders dan uitmuntend worden
genoemd. Na het enthousiaste uitgeleide te
Arnhem, waar de „Rheingold" hedenmorgen
met acht minuten vertraging vertrok om ons
naar 't Zuiden te voeren, wachtte den spelers al
spoedig een aardige verrassing in Zevenaar. Hier
liet het publiek zich ook niet onbetuigd en
hadden de spelers bloemen in ontvangst te ne
men van het dochtertje van den stationchef. In
den trein, waar men zich behaaglijk heeft ge
ïnstalleerd, hield het gezelschap zich onledig met
te kaarten. Een bezigheid, waarmede Nederland
sche voetballers op toumée zich blijkbaar graag
vermaken; want waar men ook een ge
zelschap voetballers op reis treft, komen in den
regel ook de kaarten voor den dag. Mol han
teerde zijn trekharmonika tot groot vermaak
van de toehoorders en de gramofoon draaide
voor de zooveelste maal het populairste iied in
deze dagen: „We gaan naar Rome". Op het
station te Keulen verliet men een oogenblik den
trein om een luchtje te happen en de Zwolle
naar Bakhuys had hier al spoedig vriendschap
gesloten met een vertegenwoordiger van het
Duitsche Rijk, in casu een geuniformden S. A.-
man. Het oponthoud was echter maar kort en
weldra rolde de trein weer verder. Vol bewon
dering waren allen voor de prachtige reis langs
de oevers van den Rijn.
De Haarlemmer Smit, die zooals men weet,
een melkzaak heeft, maakte bij het passeeren
van den Drachenfels onder groote hilariteit de
opmerking, dat hij niet gelukkig zou zijn einde
lijk boven te zijn aangeland in de hoop melk te
verkoopen en hij dan „niet noodig" te hooren
zou krijgen. De eene grap volgt op de andere en
het gelach is niet van de lucht.
In Mannheim wippen ze allen weer even het
perron op en werd een optocht geformeerd met
den harmonica-speler voorop en de spelers ge
armd er achteraan. Het bevel „einsteigen"
maakt echter spoedig een einde aan deze korte
maar hevige vreugde.
Bij aankomst te Bazel werd het gezelschap op
gewacht door den Nederlandschen consul, den
heer G. Haessing met een mand fruit voor de
spelers, die onder groot gejuich door mevrouw
Lotsy in ontvangst werd genomen.
Ook hier was het oponthoud niet van langen
duur en weldra werd de reis naar Luzem voort
gezet, waar het gezelschap om 8.25 aankwam.
Ten kantore der vennootschap is de jaarlijk-
sche algemeene vergadering van aandeelhou
ders der N V. Koninklijke Stearine Kaarsen
fabriek Gouda gehouden.
Het jaarverslag werd goedgekeurd, de balans
en winst- en verliesrekening werden vastge
steld en aan het bestuur décharge verleend.
Het dividend werd bepaald op 8 pet. voor de
gewone aandeelen volgens statutaire uitkee-
ring en op 2% pet. voor de preferente aandee
len A, betaalbaar van 1 Juni a.s. af.
Als commissaris werd de heer W. Rueb te
Rotterdam herkozen.
BATAVIA, 23 Mei (Aneta). Het lid van den
Volksraad, de heer Loa Sek Hie heeft bü de Re
geering de schriftelijke vraag ingediend om den
invoer van loodwit-houdende toilet-poeders te
verbieden. Door deze toiletpoeders wordt bij hon
derden zuigelingen een vroegtijdige dood ver
oorzaakt.
66
Korte inhoud van het voorafgaande:
John Richmond, agent van den Britschen
Geheimen Dienst, wordt vermoord door den
„Squid", die hem door geheel Europa is
gevolgd, in het huis van Sir Marcus Losely,
die zelf ook gewond wordt. De Squid kan
echter de geheime mededeelingen, die Rich
mond bij zich heeft, niet bemachtigen.
Jaren later wordt bij Sir Marcus ingebroken
en een imitatie van de Losely-tiara, een
kostbaar familiestuk, gestolen. In de tiara
is een geheim document verborgen. De
daders van den diefstal, die wederom werk
van Squid is, kan inspecteur Elveden ech
ter niet te pakken krijgen. Freddie Leices
ter, een neef van Sir Marcus, verdwijnt
vervolgens plotseling en wordt door den
Squid gevangen gehouden. Na eenige dagen
ontsnapt hij, maar dan is Leslie Richmond,
de dochter van John en pupil van Sir Mar
cus door de bende ontvoerd. Jimmy Cra
ven' weet zijn verloofde Leslie echter op
te sporen).
„Toch," antwoorde de Squid, „toch wel. Het
ïou mij te veel tijd kosten om me van je te ont
doen. Ook zou je aanspraak kunnen maken op
*h deel van den buit, dien we vannacht gemaakt
hebben. Inderdaad, een niet onredelijk verlangen,
overwegend, dat jij die zaak hebt helpen op
knappen, maar dat mij toch niet van pas komt.
Dat ik vijftig procent zou nemen van onzen buit
van vannacht, terwijl ik illes kan hebben, zou
louter filantropie zijn."
De witte lippen van mijnheer Thyme beefden
lichtelijk. Hulpeloos en hopeloos keken zijn klei
ne oogjes den Squid aan. Dat was toch onmoge
lijk, peinsde hij. Zulke dingen konden niet be
staan En toch zag hij in de oogen van len Squid
wel degelijk die uitdrukking van onverzettelijk
heid.
Hij leunde tegen een geweldige brandkast en
veegde zijn transpireerend voorhoofd met een
zakdoek af.
„Je bent wel te beklagen, Thyme," zei de
Squid. „Maar je hebt uitgediend. Niettemin moet
onze vriend, de inspecteur een zondebok hebben,
voor wat er vannacht allemaal is gebeurd en
wie kan er beter voor dat baantje uitgezocht
worden, dan jij."
Plotseling scheen Thyme iets te binen te schie-
te^Ên denk je dan heusch, dat ik mijn mond zal
houden wanneer ze mij te pakken krijgen,"
snauwde hij heftig.
De Squid lachte.
„Je zult de politie maar biter weinig kunnen
vertellen, vriendlief. Wanneer het anders was,
zou ik je nu neerschieten en de kans, dat men
het schot zou kunnen hooren, er bij op den
koop toenemen."
„Wat doe je nu dan?" fluisterde bijna Thyme,
zijn droge lippen bevochtigend, terwijl zijn oogen
den ander nog steeds angstig aanstaarden.
Be Squid lachte,
„Een ouden handschoen werpt men weg. Een
ouden wandelstok breekt men in stukken, maar
een ouden medeplichtige, ruimt men uit den
weg. Dat is veiliger!"
Mijnheer Thyme's oogen staarden vol schrik
voor zich uit. Hij ging achteruit.
„Nee, nee," hij zwaaide met zijn handen voor
uit, als'f hij een slag wilde afweren. „Dat niet
nee nee dat niet wacht wacht ik
kan je helpen ik kan je iets zegg.in, wat je
weten wilt
Er was iets diep meelijwekkends in zijn manier
van doen, en zijn zenuwachtigen angst, maar het
liet den Squid onbewogen.
„De Loseley-tiara de overeenkomst
„Wat weet je van de Loseley-tiara," snauwde
de Squid, met een plotseling opkomende belang
stelling, „en de overeenkomst? Hé? Vlug man!"
Thyme herademde weer. Hij had uitstel ver
kregen. Hij was nog niet heelemaal zeker van
zijn lot dat begreep hij ook wel, maar hij had
belangstelling gewekt, en tijdelijk dus die moord
zucht bezworen in den man, die voor hem stond.
Een sluwe blik blonk er in zijn oogen.
„Je vond vannacht wel de tiara," zei hij ze
nuwachtig, „maar het document vond je niet.
Ook de inspecteur heeft dat indertijd niet ge
vonden, maar ik weet het wel te vinden. We zul
len een overeenkomst aangaan."
„O nee, dat doe ik nooit," was hét weinig be
lovende antwoord.
„Ja, maar dat moet je doen" drong Thyme
aan. „Mijn vrijheid tegenover het bezit van t
document."
„Tk laat me in den regel door mijn helpers
niet de wet voorschrijven," snauwde de Squid.
„Kom op ermee. Ik heb haast."
„Luister dan," zei Thyme, met zenuwachtige
overhaasting sprekend. „Toen de inspecteur
vroeg om de tiara te mogen onderzoeken, was
mijn belangstelling voor dat voorwerp gewekt. Ik
verlangde eerst 'n geschreven machtiging van
hem en terwijl hij daarvoor zorgde onderzocht ik
't ding zelf ik heb dubbele sleutels van al de
boxen in de brandvrije kluis, en toen vond ik,
waar hij eigenlijk naar zocht. De overeenkmst
tusschenmaar dat komt er niet op aan. Ik
vond het papier en dat is nu in mijn bezit...."
„Dus jij was het," schreeuwde de Squid kwaad
aardig. „Vooruit ermee, of voor den duivel...."
„Beloof je me dat ik vrij uit kan gaan?" teem
de Thyme, angstig in de woeste oogen van den
ander kijkend.
„Ik beloof niets! Je zult me zeggen waar het is
of
„Ga dan je gang maar," zei Thyme bibberend.
Een oogenblik scheen het hem toe, dat alle
kansen verloren waren. Maar Thyme kende zijn
mannetje. Het document was van te groote
waarde om 't zoo maar verloren te laten gaan.
De Squid beheerschte zichzelf met uiterste in
spanning.
„Nu, ik beloof t," zei hij plechtig.
„Zweer je het?" vroeg Thyme nog steeds ang
stig
De Squid bezwoer, dat Thyme vrij uit kon
gaan, zoodra hij het document aanwees.
Thyme loosde een zucht van verlichting. Hij
was nu veilig. Een enkel oogenblik voelde hij
nog wel wantrouwen, maar dat verdween toch
alras. Bovendien, boven in zijn kantoor zou hij
veel veiliger zijn dan hier in die keldergewel
ven, waar hij van kant gemaakt zou kunnen
worden, zonder dat iemand er iets van zou te
weten komen. Daar zou hij in staat zijn, des
noods om hulp te roepen, wanneer de Squid ge
weld zou trachten te gebruiken. Maar dat zou
hij natuurlijk niet doen. Hij had gezworen.
„Het document ligt in mijn kantoor," zei hij
met een droge keel. ,W,ij zullen maar dadelijk
naar boven gaan."
Hij keerde zich om, ging naar boven en bleef
exen staan, om het licht op te steken toen hij
het vertrek binnentrad.
De Squid was bij de deur blijven staan en keek
den ander aan, met een vreemde flikkering in
zijn oogen.
Thyme ging op een groote brandkast toe, die
één muur van de kamer in beslag nam, en begon
met den koperen wijzer te werken, bij zichzelf
nummers mompelend, terwijl hij de cominatie
van het cijferslot zocht.
Eindelijk ging de brandkast open. Terwijl hij
de groote deur deed openzwaaien, stapte Thyme
er binnen.
De kast had geen dwarsplanken en zoodoende
kon een man er gemakkelijk in rechtop staan.
Rond de vier wanden waren smalle planken,
waafop papieren lagen, banknoten en verschil
lende andere documenten van de bank.
Zijn hand in een der achterste hoeken ste
kend, haalde de directeur van de instelling er
een wite enveloppe uit, die hij opende. Hij bracht
een opgevouwen stukje papier te voorschijn, dat
hij den Squid overhandigde en leunde toen te
gen een wand van de kast, nog steeds hijgend
van inspanning en opgewondenheid. Hij was nog
altijd niet bekomen van de geweldige emotie, die
hij het laatste half uur had moeten ondergaan.
De Squid nam 't papier over, Thyme met een
oog in de gaten houdend, en onderzocht het
even. Toen stak hij zijn hand naar de enveloppe
uit, duwde het document erin en stak alles in
zijn zak.
Thyme, die hem had staan aankijken, deed
'een stap naar voren om het vertrek binnen te
stappen, en besefte tegelijkertijd, wat voor een
flater hij gemaakt had.
De arm van den Squid schoot vooruit en Thy
me deinsde terug, in de brandkluis.
„Woorden," zei de Squid rustig, „zijn in den
regel ook maar niets anders dan woorden," en
Thyme's schrik keerde weer.
Hij krabbelde overeind en keek den ander
woest aan. Was het mogelijk? Was zijn vijand
nu zelfs nog van plan, hem erin te laten loopen?
Maar zijn eed dan? Dien kon hij immers niet
breken. En toch.... de oogen, die hem strak
aankeken, verrieden een spottende stemming.
De Squid stak zijn rechterhand uit naar de
deur, en met een gil wierp Thyme zich vooruit.
De Squid lachte even, en een geweldige slag
trof den directeur in het gelaat. Met een wan-
hopigen kreet viel hij weer achteruit, en toen
sloeg de deur dicht.
De Squid bleef even staan luisteren. Van bin
nen uit de kast klonk voetgetrap en slaan van
handen.
„(Wordt vervolgd).