<Ket wtfiaal van den Aa$ M f25 keerden wij heden ONZE 309e UITKEERING I f 80190.- PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND Ut Y', De vlucht van den zilveren haring uit FRANKRIJK ONTROUW TEMPO Het Geheim van het open Raam WOENSDAG 30 MEI 1934 Plotseling zijn de haringen, die sinds eeuwen de Fransche kust bezochten, verdwenen Op zoek naar hun verblijf Citroenen van drie pond Nieuwe expeditie naar de Noordpool Nieuwe Engelsche post zegels Hondenplaag in Turkije ingevolge de voor onze abonné's geldende gratis-ongevallenverzekering aan den heer P.J.MeinderS/Schimmelpenninckstr. 82, Amersfoort, wegens een aan hem overkomen verkeersongeval. Dit is 1 WAARMEDE THANS EEN TOTAAL BEDRAG VAN I aan onze verzekerde abonnes is uitgekeerd, f DIRECTIE VEREEN. KATH. PERS I Kasteel „De goede Hoop" gerestaureerd De wekker Haai verslindt een camera De gevolgen van den wereldoorlog David Copperfield ver filmd Toga's en processtukken geroofd AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL Detective-verhaal dooi ANTHONIE GILBERT M De titel „De vlucht van den zilveren ha ring" past niet op een detective-roman, doch bedoelt zoo nuchter mogelijk te zeg gen, dat eenige millioenen, wellicht milliarden haringen het in hun hoofd hebben gehaald om te vluchten. De Fransche wetenschap en de Fransche regeering staan mèt de Fransche visschers stom verbaasd over het feit, dat de enorme scholen haringen, die sinds onheuglijke tijden in de Fransche kustwateren zwierven om zich daar te laten vangen, plotseling andere plannen hebben gemaakt en in gesloten gelederen naar andere oorden zijn vertrokken. Eenige booten zullen uitvaren om te onderzoeken, wat er pre cies aan de hand is, waarom de haringen Frankrijk ontrouw geworden zijn. Met de be roemde Fransche sardines, de tonijnen en de makreelen, waren het de haringen, die de glo rie van den Franschen visscher uitmaakten sinds lange eeuwen. De haring is thans weg. De visschers van de Vendée zoeken tevergeefs naar de zilveren scholen. Zij halen hun netten op zonder haring. Uit het Noorden trokken de haringen naar warmere stroomen. Zij lieten eenige millioenen in de Noorsche fjorden, aan de Engelsche en Nederlandsche kusten, maar nog bleven er millioenen over, die de Fransche kust bereikten en daar aan talrijke visschers een bestaan en aan gastronomen een genoegen verschaften. Deze route, door de haringen gevolgd, bleef steeds dezelfde. Een enkele maal vergisten zij zich, zwommen Duitsche havens binnen en verrasten de visschers op de meest aangename wijze. Doch dit waren uitzonderingen. Ge woonlijk volgde de haring de gebruikelijke route en nu ineens.... Een verklaring voor dit zonderlinge ver schijnsel heeft men nog niet gevonden. Is het toeval? Houdt het verband met het kuitschie- ten, of het afdrijven der „broedplaatsen" ls het zoutgehalte der Fransche zeewateren ver anderd? Dit laatste zou dan beteekenen, dat het water aan de Fransche kust sterker zout gehalte zou gekregen hebben, hetgeen den haring blijkbaar onaangenaam is. Hij houdt zich bij voorkeur op in de kleinere zeeën, die een zwakker zoutgehalte hebben dan de open oceaan. De haringen schijnen er ook z.g. ver zamelplaatsen op na te houden, alvorens zij hun tochten naar verschillende streken begin nen. Maar ook de vraag, waarom de verzamel plaatsen thans elders zouden liggen dan vroeger het geval was, moet onbeantwoord blijven. De Franschen vermoeden nu, dat „hun" ha ring zich ophoudt aan de kust van New- Foundland of van Usland, maar zekerheid hebben zij zelfs daaromtrent niet. De expeditie, uitgerust om dit te onderzoeken, zal trachten de nieuwe verblijfplaats op te sporen. Wat men daarna zal doen? Voor onderhandelingen zijn de haringen vermoedelijk niet gevoelig en aan diplomatieke stappen tusschen de regeering van Frankrijk, het moederland, en de regee ring, waaronder de haringen thans ressorteeren, zullen zij zich evenmin iets gelegen laten liggen. Voor de Fransche visschers is het intusschen een harde dobber. Vroeger hadden ze de ha ring bij de deur, als het ware. Nu echter zijn zij verplicht naar de kust van IJsland en Groenland te varen om hun buit te kunnen binnenhalen. Zou men nu de scholen binnen een korteren afstand kunnen vinden, dan hadden de visschers althans een flink stuk van de route gewonnen en zouden zij niet voort durend blootgesteld zijn aan de gevaren, die de Noordelijke kusten in grootere mate bezitten dan de kust van het vaderland. Vermoedelijk zullen ook vliegmachines aan het onderzoek deelnemen. Van uit de lucht kan men gemakkelijk de richting van vischbanken waarnemen, zooals de oorlog in de lucht heeft geleerd. Vanaf een boot moet men vaak af gaan op nagelaten sporen. De booten immers verontrusten gemakkelijk de visschen. De vliegmachines doen dit in het geheel niet en bieden een prachtige gelegenheid om het doen en laten der visschen gade te slaan. Men heeft er tijdens den grooten oorlog van kunnen profiteeren. De Engelsche visschers b.v, ontvingen telkens opnieuw berichten van vlie gers omtrent nieuwe verblijfplaatsen van vis schen en steeds gaf men met groot succes ge volg aan de vingerwijzingen der aviateurs. Dit ging bijzonder snel in zijn werk. Een vliegenier cirkelde boven een vlootje van vis- schersvaartuigen. Op eenigen afstand zag de aviateur een breede lange blauwe streep in het water: een vischbank van millioenen en millioenen exemplaren. Onmiddellijk werd het nieuws doorgegeven per radio. Alle visschers- schepen hadden radio aan boord en alle wer den dus tegelijkertijd gewaarschuwd. Direct na het uitzenden van het bericht, zag de avia teur, hoe de booten hun koers wijzigden en naar de aangewezen plek voeren. Met 't gevolg, dat alle belast en beladen naar huis konden terug- keeren. Zoo kan de aviatiek de visscherjj enorme diensten bewijzen en zoo wordt het waarschijn lijk, dat zij ook de Fransche visschers zal bij staan en dat men binnen niet al te langen tijd de nieuwe verblijven der haringen zal hebben gevonden. Hetgeen voor de Fransche visschers van harte te hopen is. het Amerikaansche State Department of Agri culture, deelt mee, dat hij geen biologische kunstgrepen heeft toegepast, maar dat hij door het scheppen van zoo gunstig mogelijke voor waarden deze vruchten heeft kunnen kweeken. Hij voorspelt, dat binnen niet al te langen tijd de pomderosacitroen zooals de nieuwe varië teit is genoemd de gewone zal verdringen. De smaak doet niet onder voor dien van normale vruchten. Floyd E. Fray, te Hollywood, is er in geslaagd citroenen te kweeken, die een middellijn heb ben van een halven meter en drie por. 1 wegen. Uit een dezer vruchten kan men een vat goede limonade bereiden. Mr. Fray, die een lezing heeft gehouden voor De universiteit van Cambridge zal een expe ditie uitrusten, die het werk van Amundsen moet voortzetten. De onderzoekers zullen ge bruik maken van een klein Noorsch schip, dat slechts 129 ton water tegelijk verplaatst. Het ligt in hun bedoeling de Noordwestelijke pas sage te nemen, een waagstuk, dat Amundsen het eerst mocht gelukken. iiiiiiimmmimiiiiiu Volgens een mededeeling van den voorzitter van het Philatelisten Congres van Engeland, zal Groot-Britannië binnenkort met een nieuwe serie postzegels uitkomen. Deze nieuwe zegels zullen volgens het nieuwe fotogravure-proces worden vervaardigd. Dit zal de eerste nieuwe postzegel-uitgifte zijn sedert koning George V bijna 24 jaar geleden aan het bewind kwam. Het ontwerp van deze nieuwe zegels is nog niet bekend gemaakt, doch aangenomen kan worden, dat de naam van het land wederom niet op de postzegels zal voorkomen. Engeland is het eenige land ter wereld, dat nooit den landsnaam op de zegels heeft gedrukt. De nieuwe zegels zullen waarschijnlijk ver schijnen in verband met het 25-jarig regee- ringsjubileum van koning George, dat volgend jaar zal worden gevierd. IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIII IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIlIillllllllllllllllllllllllllllllllllllll Ernstig verkeersongeval, waarbij een doode, een zwaar en eenige lichtgewonden. De motorrijder had zijn tempo opgevoerd tot 100 K.M. Net alsof 't nog nooit gezegd is, Dat wat matigheid in gang Niet slechts zaak is voor je zeiven, Maar ook algemeen belang, En alsof 't niet ieders plicht is: Zorg voor 't veilige verkeer, Racet men honderd kilometers En zoo moog'lijk nog iets meer. De beschaving in de landen Der beschaving blijkt nog schaarsch, Want men lapt nog te gemakk'lijk De beschaving aan zijn laars. Zonder op fatsoen te letten, Raast en holt en daast men wild, Waardoor men van 't wild der wilden Inderdaad geen haar verschilt. 't Schijnt, men snakt naar 1 ondervinding En een proefje op de som. Voor ervaring van een ander 1 Zijn de meesten nog te dom. Vruchtloos blijkt de propaganda Voor het veilige verkeer, Wantje voedt een Hottentot niet Een, twee, drie op tot een heer! MARTIN BERDEN Nadruk verboden) üiiii ilillillliiiiiiliililiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiimimiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiir; In Turkije neemt het aantal honden weer ontzaglijke afmetingen aan, daar de Koran den geloovigen verbiedt levende wezens te dooden. Eenige jaren geleden werd de hondenplaag echter zoo groot, dat men onmogelijk langer kon aanzien en gedwongen was maatregelen te nemen. Men maakte aan deze plaag toentertijd een einde, door tienduizenden honden op een schip te laden en op een eiland in de Zwarte Zee los te laten, waar zij weliswaar niet door menschenhanden gedood werden, maar ellendig omkwamen. Aangezien inmiddels de hondenplaag weer is toegenomen, heeft men in overweging geno men in de naaste toekomst tot dezen gruwely- ken maatregel weer over te gaan. llllllllllllllllllllllllll MM lllllllllllllll ïiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiitiiiiiHiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiïï Het kasteel „De Goede Hoop" te Kaapstad zal door publieke werken gerestaureerd wor den. Het kasteel vormt een van de voornaamste schakels uit de geschiedenis van Kaapstad. Het vertegenwoordigt een prachtig exemplaar van zeventiende eeuwsche fortificatie, heeft zijn mooien ingang uitstekend weten te bewaren en vormt in elk opzicht met den klokketoren. het gouverneurshuis en de zuilengang een pittoresk erfstuk. Ongelukkigerwijze is* echter door gebrek aan smaak en belangstelling in den tijd van Ko ningin Victoria veel wat mooi was verloren ge raakt of vernietigd. Onder andere zijn de rechte lijnen van de muren, welke zich bevin den tusschen de bastions, ontsierd door leelijke uitbouwtjes. Gegolfd ijzer komt op sommige plaatsen boven de muren uit, terwijl kleine schuurtjes den omtrek rommelig maken. Dit alles zal worden opgeruimd en het kasteel zal in zijn ouden luister worden hersteld. Intusschen doet de overheid een beroep op de bezitters van voorwerpen, die met het kasteel in verband worden gebracht en welke voorwerpen thans over de geheele linie verspreid zijn, opdat deze voorwerpen als het kasteel gerestaureerd zal zijn, mede zullen kunnen bijdragen om het ge heel zijn vroegere schoonheid terug te geven. ijnheer Grapman ging dien ochtend kwaad de deur uit. Half ontbeten, niet geschoren, en dat allemaal door dien ellendigen wekker, welke zijn plicht verzaakt had en niet om half zeven afgeloopen was. En dat juist op den dag, dat hij een paar klan ten in Groningen moest bezoeken. Met behulu van een taxi en een flinke fooi slaagde hij er in nog juist zijn trein te pakken, plofte in den eersten den besten coupé neer en kwam lang zaam tot zichzelf. Maar die geschiedenis met dien wekker zat hem dwars, te meer daar hij eenige maanden terug dezelfde misère beleefd had. Geen wonder, dat mijnheer Grapman ge durende de geheele reis op middelen zon om in het vervolg verdere verslapingsgevallen te voorkomen. Wel drommel, men moest op zijn wekker kunnen vertrouwen en daarmee uit. In Groningen gearriveerd, liet hij zich eerst van zijn baard ontdoen. En ziet, hierna zat het geluk hem voor de rest van den dag mee; hij noteerde eenige flinke orders, wat hem in geen weken was overkomen, en in de beste stem ming aanvaardde hij in den namiddag den terugtocht naar het station. Hij wandelde op zijn gemak door de residentie van het Noorden en keek hier en daar eens étalages. Toen kwam het moment waarop hij zich een volmaakt ge lukkig mensch voelde worden. Achter de spie gelruit van een klokken winkel ontdekte zijn oog een wekker, niet zoo maar een gewone, neen, een van een bijzonder soort. Aan de ach terzijde bevond zich een electrisch snoer van eenige meters lengte, hetwelk in een stopcon tact bevestigd kon worden en de wekker liep, liep.... om niet meer op te houden. Onder normale omstandigheden zou de prijs alleen al voldoende zijn geweest om mijnheer Grapman een doodschrik op het lijf te jagen, maar nu met een paar flinke orders in zijn zak en over tuigd zijnde dat er verandering moest komen in zijn huidige wek-installatie, trad hij den win kel binnen. A raison van tien gulden werd hij de gelukkige eigenaar van dit zeer nuttige in strument. Thuisgekomen vond hij zijn vrouw in een niet al te beste stemming. Zeker weer herrie met de meid gehad, was zijn eerste gedachte Nou, enfin maar net doen of ik niets merk en hij begon mevrouw Grapman een omstan dig verhaal te doen, dat eindigde met de sim pele woorden: „Toen ben ik maar naar bin nen gestapt, want je begrijpt, tien gulden voor zoo iets is toch niet te veel betaald!" Maar mevcruw scheen in dit geval van andere meening te zijn, althans zij noemde het een schande, dat mijnheer zich in deze benarde tijden aan zulke uitgaven te buiten ging. Zooals het een wei-opgevoed man betaamt, zweeg hij en liet den woordenvloed gelaten over zijn hoofd gaan. Nog eenmaal deed hy een poging: „En toch zal je zien, wie er ge lijk gehad heeft." Hiermede was de discussie over den wekker voorloopig geëindigd en het ging eenige maan den schitterend. De nieuwe wekker liep su bliem, niet voor, niet achter, haalde mijnheer Grapman op elk gewenscht uur uit zijn slaap als dat moest.... tot op den fatalen dag. O, als hij er nog aan denkt! 't Was 's avonds een beetje laat geworden, visite gehad, gebridged, kortom in de beste stemming naar bed gegaan. Mijnheer moest den volgenden ochtend om kwart over zes uit de veeren, derhalve stelde hij zijn onvolprezen wekker op dit uur, verzekerde zijn vrouw, dat ze gerust kon blijven liggen en dat hij alles zelf wel zou vinden. Binnen een kwartier lagen beiden in Morpheus' armen. De zon stond al aardig in hun slaapkamer toen de heer Grapman des anderen daags ge wekt werd door een hevig gebons op de straat deur. Met één ruk zat hij rechtop in het bed. keek met een slaperig gezicht naar den wekker, keek nog eens en stelde daarna vast dat deze op tien minuten voor half vijf stond. Daar in tusschen het gebons op de deur langzamerhand het klankvolume had gekregen overeenkomen de met dat van de watergeuzen, liggende voor Den Briel en mevrouw, die inmiddels ook wak ker geworden was, haar echtgenoot aanspoorde eens te gaan kijken, wat dat allemaal wel te beteekenen had, schoot mijnheer haastig een kamerjas bene vens een paar pantoffels aan en spoedde zich naar de deur. Wie schetst ech ter zijn verba zing, toen hij de zelve openend het dienstmeisje ontwaarde. „Is er iets met de bel niet in orde, mijnheer? Ik sta hier al tien minuten te bellen en te klop pen. 't Is al bij negenen!" Dat er geklopt was, was een feit, dat de heer des huizes volkomen beaamde. Mijnheer Grap man kreeg plotseling angstige vermoedens, liep naar den dichtstbijzijnden schakelaar van het electxische licht en draaide, 't Bleef donker. In een oogwenk overzag hij nu de geheele ramp: het warmwaterreservoir had de laatste resten van den gulden in den muntmeter verbruikt. De wekker, de bel, de lamp, alles was om tien minuten voor half vijf buiten werking gesteld. Wat mevrouw dien ochtend tegen mijnheer zei, is niet geschikt voor publicatie. Aangezien er nog geen wekkers zijn, die op het gas loopen, heeft mijnheer Grapman zijn toevlucht genomen tot een middel, dat zijn grootvader reeds gebruikte. Tegen een geringe vergoeding fungeert zijn melkboer nu als „por der". Bij het onder water opnemen van films op een koraalrif nabij Palm-eiland aan de kust van Queensland, werd een van de duikers, die bezig was met het doen van opnamen, aange vallen door een haai met een lengte van twaalf voet. Zijn helper en een inboorling snelden ter hulp en wisten het monster te verdrijven. In de opwinding liet de duiker een camera ter waarde van 150 pond sterling vallen, welke oogenblikkelijk door een haai werd ingeslokt De duiker heeft tengevolge van den schrik ee- zenuwaanval gekregen. De filmindustrie heeft eindelijk aan sen der vurigste wenschen van het Engelsche volk vol daan, door met de verfilming van een scenario naar Dickens' „David Copperfield" te beginnen. n v Wat zeg je er van, Bok? Daar zijn we goed koop afgekomen: en wat ons verder wacht is niet slecht, zei oom Sidney. Ik voelde me den koning te rijk. Bij een keizer op audiëntie te mogen, wie had dat kunnen droomen? We wer den thans door de Abessiniërs met de hoogste onderscheiding behandeld. Een paar politie agenten kregen opdracht ons te begeleiden en te zorgen dat wij geen last ondervonden. Toen wij dan ook dien dag de stad ingingen vx>r een bezoek aan den Italiaanschen gezant, die ons ten eten had gevraagd, werden van alle kanten diepe buigingen voor ons gemaakt, welke wij met vriendelijk hoofdknikken beantwoordden. De ijle lucht van het hooggelegen plateau, waarvan Europeanen anders veel hinder onder- linden, deerde ons luchtreizigers niet. We wa- ten zoo lekker als kip. Den volgenden morgen om tien uur kwam een van de auto's van den keizer voorrijden, om ons naar het paleis te brengen. Een paleis, dat er een beetje Westersch uitzag. Nadat wij en kele schildwachten gepasseerd waren, werden wij bij de deur ontvangen door den opper- ceremoniemeester, die ons aandiende. Ws wer den in de troonzaal gelaten. Wij bogen diep, waarop de keizer ons wenkte naderbij te ko men en voor hem plaats te nemen. Thans fun geerde een der legatie-secretarissen als tolk. Het gesprek liep over het vliegwezen. Nooit nog had had de koning een vliegtuig gezien, al had hij wel reeds overwogen er enkele van te bestellen. Hij zou het op prijs stellen een vlucht met ons te maken. Toen wij afscheid hadden genomen, had een groote menigte zich voor de poort van het pa leis verzameld. Ze bogen als knipmessen en waren schijnbaar vol bewondering voor de eer, die ons te beurt viel. Duizenden personen, die gedurende den oor log door de Russen krijgsgevangen gemaakt zijn leven nog steeds in Siberië, aldus verklaarde ae Serviër Sarvash, die juist te Belgrado is terug gekeerd na meer dan twintig jaren in Rusland te nebben vertoefd. Hij werd in 1915, toen hij in het Oostenryk- sche leger diende, door de Russen gevangen genomen en naar Siberië getransporteerd. Ha eenigen tijd in den handel te zijn geweest, ves tigde hij zich als landbouwer. Hij huwde een Russin en heeft thans vijf kinderen. Daar de toestand in Siberië zeer slecht werd tengevolge van den hongersnood en hooge be lastingen, besloot hij naar zijn vaderland terug te keeren. Zijn landstaal is hij nagenoeg geheel vergeten. Talrijke krijgsgevangenen, aldus verhaalde hij, die nu nog in Siberië zijn, geven er de voorkeur aan daar te blijven boven zich een nieuw bestaan te veroveren in hun valei-N'"' Drie rechters uit Czemowitz (Polen) zijn o.. langs het slachtoffer geworden van een bijzon der brutalen diefstal. Bü een moordproces was tijdens de behandeling een middagpauze inge- lascht. De president der rechtbank en twee rechters hadden zich in raadkamer terug getrokken en daar hun toga afgelegd, om te gaan lunchen. Toen zij des middags terugkeer den en de zittingen wilden heropenen, kwamen zij tot de verrassende ontdekking, dat hun toga's en baretten waren verdwenen. Boven dien miste de president zijn gouden bril, zoowel als een actetasch, waarin gewichtige documen ten van het loopend proces zaten. De aankla ger, stenografen en verdedigers in de rechtszaal werden ongerust over de lange pauze, doch ver namen eindelijk, dat zij moesten wachten tot dat nieuwe toga's waren gehaald! I A 11*% op dit blad zijn Ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen f bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f '7Cf) bij een ongeval met f O Cf) bij verlies van een hand (IOC oij verlies van een f Cf) bij een breuk van f Af) bij verlies van 'n Jxl l U0 O Till S ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen f 1/1/ U»m verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen f doodelijken afloop een voet of een oog# t duim of wijsvinger been of arm# tri/»— anderen vinger (Korte Inhoud van het voorafgaande: Sir Hector Asscher gaat door voor een ver. woed verzamelaar van kostbare boeken. In Merlin St. Hugh, waar hij op zijn bui ten woont, leeft hij zeer afgezonderd met zijn nichtje Paula Parkston. die in het geheim verloofd was met den secretaris van sir Hector. Arthur Newnham. Door een handlangster komt Asscher in het be zit van een kostbaar werk, dat uit de bi bliotheek van Burgoyne is gestolen. As scher reist naar Frankrijk om een aantal boeken te verkoopen. nagereisd door Bur goyne en den letterkundige Eggerton. In een luguber hotelletje te Parijs wordt As scher dan vermoord. Omtrent den dader tast men in het duister. Waarschijnlijk ls Asscher reeds in den trein vermoord en in zijn boekenkoffer, door iemand die zich voor hem uitgaf, naar het hotel ver voerd. Het justitieel onderzoek wordt ge leld door den detective Lestrange). „Haar hand raakte voorzichtig de knie van de jonge vrouw aan. Paula keek verstrooid naar beneden en verstijfde toen, alsof een wrekende medusa haar geraakt had. Op haar knie lag een stukje papier. De nuchtere stout moedigheid van Ruth's daad dwong haar be wondering af. Er stonden slechts enkeie woor den op het papiertje: „Slane heeft beweerd, dat hij Arthur op Woensdagmiddag hier gezien heeft. Ik weet niet, of dit al of niet waar is, maar zijn veiligheid kan afhangen van uw verklaring." Paula voelde haar hart verkillen. Een oogen- blik verschemerde de kamer in een zwarten mist, waartegen zij Newnham's gezicht zag, vriendelijk luisterend en bedachtzaam. Toen kwam ze wéér tot de werkelijkheid terug en zag ze Ruth gespannen wachten. „Ik geloof, dat ze zelf van hem houdt, schoot het haar ineens te binnen. Hoe heeft ze dit maand na maand volgehouden?" Zij vroeg zich af. of 't meisje wel besefte, dat zij zich op dit oogenblik heelemaal bloot gaf. Ruth had intusschen be merkt, dat de ander de bedoeling der waar schuwing reeds begrepen had. Ze duwde het stukje papier voorzichtig onder het theeblad, terwijl ze dit wat verschikte en verdween uit de kamer. Was ze echter boven gebleven, dan zou zij de wonderlijke verandering hebben gezien, die Paula onderging. Davidson, die van het venster terugkeerde, en Lestrange, die haar van zijn plaats bijden haard bekeek, bemerkten het, onmiddellijk. Toen zij binnenkwamen, had zij staan beven als een arm schepsel, dat zich niet. weet te verdedigen, nu was ze koel en trotsch en stond ze gereed. Davidson begon nuchter en zonder eenigen eerbied: „Het spijt me, dat ik u moet lastig vallen, Miss Parkton, na zoo'n vermoeienden dag in de stad, maar het is voor ons van het grootste belang, uw verklaringen zonder uitstel te ver nemen. Kimt u my ook vertellen, wanneer u Sir Ascher voor het laatst gesproken hebt?" „Woensdag, toen hy vertrok." „En wanneer hebt u mr. Newnham het laatst gezien?" Indien Ruth haar niet gewaarschuwd had, zou ze zeker door de mand zyn gevallen, maar met de wonderiyke intuitie van een bemin nende vrouw, was ze nu in staat om kalm te antwoorden: „Niet sinds hy' vertrok: dat zou Dinsdag geweest zyn. Ik heb hem inderdaad niet meer gezien sinds Maandag, omdat ik Dinsdag boven heb ontbeten en hy reeds voor de lunch ons huis had verlaten." „O ja. Dat is nogal haastig in zyn werk ge gaan niet waar?" „Myn pleegvader vertelde me, dat hy een andere betrekking kon krijgen en deze had aangenomen." „Juist. Uw butler bbjft maar volhouden, dat hy hem gisterenmiddag heeft gezien, vóór uw pleegvader het huis verliet." „Mr. Newnham, hiér?" „Ja. Natuurlyk zou het niet zoo vreeselyk moeilyk zyn, om dat even vast te stellen. Hy was erg bekend op Chancelbury en waarschyn- ïyk ook by den stationschef en zou dus wel door enkele menschen kunnen zyn herkend, indien hy naar Merlin St. Hugh was gekomen. Toch kan dit een zeer belangryk punt in de zaak zyn." „Ik vermoed, dat Slane zich vergist. Ik zou me zelfs niet kunnen indenken, hoe liy ons huis had kunnen bereiken, zonder door verschillende personen gezien te zyn. Als hy langs voren was gekomen, zou men hem vanuit de biblio theek en de eetzaal hebben gezien en van achter had hy nooit aan de blikken der bedienden kunnen ontsnappen." „En als hy over het afgesloten grasveld was gekomen?" „Ik kan me niet herinneren, dat Sir Hector hem daar ooit een sleutel voor heeft gegeven." „En bent u heel zeker, dat u hem niet ge zien heeft?" Haar zelfbeheersching was voorbeeldig. „Hoe kan ik hem gezien hebben? Ik ben er zeker van, dat hy niet teruggekomen is. Indien hy immers kans had gezien langs het gesloten hek te komen, zooals u te kennen geeft, zou hij of deze kamer of de bibliotheek zyn binnen gekomen. En ik was hier zelf tot voor heel kort, terwyl myn pleegvader al dien tyd in de bibliotheek bleef. Hoe laat moet hy dan onge veer gekomen zyn?" „Rond drie uur," antwoordde Davidson, na 'n snelle berekening. „O, toen was ik hier." zy scheen dat heel natuurlyk te vinden en er reeds de gevolgtrek king uit te maken, dat Newnham dus onmoge- lyk had kunnen komen. Maar ze was reeds veel minder zeker van haar zaak, dan zy liet voor komen en toen Davidson de kwestie liet varen, vulde haar geest zich met een bang voorge voel. „Nu over vandaag, Miss Parkton. Waar bent u eigenlyk naar toe geweest?" „Naar Londen." „Had u enkele dagen tevoren een afspraak gemaakt met iemand?" „Nee, nee." Ze werkte zenuwachtig met haar vingers en vervolgde: „Ik ging heelemaal op een ingeving. Ik.... ikwenschte rust te hebben, ik wilde alleen zyn." „Juist," zei Davidson op eigenaardigen toon. „U wenschte alleen te zyn en daarom ging u naar Londen." „Dat is de eenzaamste plaats ter wereld," verdedigde ze zich vlug. „Bent u er dan niet heengegaan, om er iemand te ontmoeten?" Zy wond zich op. „Neen, ik heb u toch al verteld, dat ik alleen wenschte te zyn." „Hebt u ook tegen niemand verteld, dat u er heen zou gaan?" „Nee." „Hadt u daar eenige byzondere redenen voor?" „Dan zou myn kamenier met jjüj meegekomen zyn. Myn pleegvader wilde nooit hebben, dat ik zonder haar uitging en nu wilde ik juist eens...." Davidson begon zwakjes te glimlachen. „Een echte vacantiedag" zei hy poeslief. „Ja, ja, ik begrijp het. En u hebt dien heelen langen dag geen levende ziel ontmoet, die u kende?" „Neenee „Ook niet mr. Newnham, byvoorbeeld?" „Ik weet zelfs met eens waar hy zich be vindt. Een paar weken geleden vertelde hy me, dat hij groote reizen zou gaan maken, zoodra hij hier eenmaal wegging." „Zoo. Hadt hy er al over gesproken, dat hij weg zou gaan?" „Niet bepaald. Maar wy spraken eens over het vasteland en toen zei hy dat." „Ha, kende hy zyn talen nogal?" „Datweetik niet." „Ach, t is waar ook, daarover zou Miss Marlowe me beter kunnen inlichten. Als ik 't wel heb, kwam het telegram uit 't Noor den." „Werkelyk? Mijn pleegvader heeft er me niets van verteld." „Dat spyt me. Wy zyn allen uiterst ver langend om mr. Newnham eens te ontmoeten. We voelen, zoo zonder eenige bepaalde reden, dat hy ons toch verbazend van dienst zou kun nen zyn. Trouwens, dank zy de moderne hulp middelen van krant en radio, zal hy binnen enkele uren alles moeten vernemen, wat er is voorgevallen en dat wy hem wenschen te spre ken. Dan zal hy ongetwyfeld naar Chan celbury terugkeeren, gelooft u ook niet? Dan zal hy ons wel alles komen vertellen, wat hij weet. Laat ons nu nog eens probeeren, om enkele kleinigheden vast te stellen. U ging dus vanmorgen naar de stad. Met welken trein?" (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 9