<Ket wtfiaal van den Aa$
M
f25 keerden wij heden
ONZE 309e UITKEERING I
f 80190.-
PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND
Ut
Y',
De vlucht van den zilveren haring
uit
FRANKRIJK ONTROUW
TEMPO
Het Geheim van
het open Raam
WOENSDAG 30 MEI 1934
Plotseling zijn de haringen, die
sinds eeuwen de Fransche
kust bezochten,
verdwenen
Op zoek naar hun
verblijf
Citroenen van drie pond
Nieuwe expeditie naar
de Noordpool
Nieuwe Engelsche post
zegels
Hondenplaag in Turkije
ingevolge de voor onze abonné's geldende
gratis-ongevallenverzekering aan den heer
P.J.MeinderS/Schimmelpenninckstr. 82, Amersfoort,
wegens een aan hem overkomen verkeersongeval.
Dit is
1 WAARMEDE THANS EEN TOTAAL BEDRAG VAN I
aan onze verzekerde abonnes is uitgekeerd,
f DIRECTIE VEREEN. KATH. PERS I
Kasteel „De goede
Hoop" gerestaureerd
De wekker
Haai verslindt een
camera
De gevolgen van den
wereldoorlog
David Copperfield ver
filmd
Toga's en processtukken
geroofd
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
Detective-verhaal dooi
ANTHONIE GILBERT
M
De titel „De vlucht van den zilveren ha
ring" past niet op een detective-roman,
doch bedoelt zoo nuchter mogelijk te zeg
gen, dat eenige millioenen, wellicht milliarden
haringen het in hun hoofd hebben gehaald
om te vluchten.
De Fransche wetenschap en de Fransche
regeering staan mèt de Fransche visschers stom
verbaasd over het feit, dat de enorme scholen
haringen, die sinds onheuglijke tijden in de
Fransche kustwateren zwierven om zich daar
te laten vangen, plotseling andere plannen
hebben gemaakt en in gesloten gelederen naar
andere oorden zijn vertrokken. Eenige booten
zullen uitvaren om te onderzoeken, wat er pre
cies aan de hand is, waarom de haringen
Frankrijk ontrouw geworden zijn. Met de be
roemde Fransche sardines, de tonijnen en de
makreelen, waren het de haringen, die de glo
rie van den Franschen visscher uitmaakten
sinds lange eeuwen. De haring is thans weg.
De visschers van de Vendée zoeken tevergeefs
naar de zilveren scholen. Zij halen hun netten
op zonder haring. Uit het Noorden trokken
de haringen naar warmere stroomen. Zij lieten
eenige millioenen in de Noorsche fjorden, aan
de Engelsche en Nederlandsche kusten, maar
nog bleven er millioenen over, die de Fransche
kust bereikten en daar aan talrijke visschers
een bestaan en aan gastronomen een genoegen
verschaften.
Deze route, door de haringen gevolgd, bleef
steeds dezelfde. Een enkele maal vergisten zij
zich, zwommen Duitsche havens binnen en
verrasten de visschers op de meest aangename
wijze. Doch dit waren uitzonderingen. Ge
woonlijk volgde de haring de gebruikelijke
route en nu ineens....
Een verklaring voor dit zonderlinge ver
schijnsel heeft men nog niet gevonden. Is het
toeval? Houdt het verband met het kuitschie-
ten, of het afdrijven der „broedplaatsen" ls
het zoutgehalte der Fransche zeewateren ver
anderd? Dit laatste zou dan beteekenen, dat
het water aan de Fransche kust sterker zout
gehalte zou gekregen hebben, hetgeen den
haring blijkbaar onaangenaam is. Hij houdt
zich bij voorkeur op in de kleinere zeeën, die
een zwakker zoutgehalte hebben dan de open
oceaan. De haringen schijnen er ook z.g. ver
zamelplaatsen op na te houden, alvorens zij
hun tochten naar verschillende streken begin
nen.
Maar ook de vraag, waarom de verzamel
plaatsen thans elders zouden liggen dan vroeger
het geval was, moet onbeantwoord blijven.
De Franschen vermoeden nu, dat „hun" ha
ring zich ophoudt aan de kust van New-
Foundland of van Usland, maar zekerheid
hebben zij zelfs daaromtrent niet. De expeditie,
uitgerust om dit te onderzoeken, zal trachten
de nieuwe verblijfplaats op te sporen. Wat men
daarna zal doen? Voor onderhandelingen zijn
de haringen vermoedelijk niet gevoelig en aan
diplomatieke stappen tusschen de regeering
van Frankrijk, het moederland, en de regee
ring, waaronder de haringen thans ressorteeren,
zullen zij zich evenmin iets gelegen laten liggen.
Voor de Fransche visschers is het intusschen
een harde dobber. Vroeger hadden ze de ha
ring bij de deur, als het ware. Nu echter zijn
zij verplicht naar de kust van IJsland en
Groenland te varen om hun buit te kunnen
binnenhalen. Zou men nu de scholen binnen
een korteren afstand kunnen vinden, dan
hadden de visschers althans een flink stuk van
de route gewonnen en zouden zij niet voort
durend blootgesteld zijn aan de gevaren, die
de Noordelijke kusten in grootere mate bezitten
dan de kust van het vaderland.
Vermoedelijk zullen ook vliegmachines aan
het onderzoek deelnemen. Van uit de lucht kan
men gemakkelijk de richting van vischbanken
waarnemen, zooals de oorlog in de lucht heeft
geleerd. Vanaf een boot moet men vaak af
gaan op nagelaten sporen. De booten immers
verontrusten gemakkelijk de visschen. De
vliegmachines doen dit in het geheel niet en
bieden een prachtige gelegenheid om het doen
en laten der visschen gade te slaan.
Men heeft er tijdens den grooten oorlog van
kunnen profiteeren. De Engelsche visschers b.v,
ontvingen telkens opnieuw berichten van vlie
gers omtrent nieuwe verblijfplaatsen van vis
schen en steeds gaf men met groot succes ge
volg aan de vingerwijzingen der aviateurs.
Dit ging bijzonder snel in zijn werk. Een
vliegenier cirkelde boven een vlootje van vis-
schersvaartuigen. Op eenigen afstand zag de
aviateur een breede lange blauwe streep
in het water: een vischbank van millioenen
en millioenen exemplaren. Onmiddellijk werd
het nieuws doorgegeven per radio. Alle visschers-
schepen hadden radio aan boord en alle wer
den dus tegelijkertijd gewaarschuwd. Direct na
het uitzenden van het bericht, zag de avia
teur, hoe de booten hun koers wijzigden en naar
de aangewezen plek voeren. Met 't gevolg, dat
alle belast en beladen naar huis konden terug-
keeren.
Zoo kan de aviatiek de visscherjj enorme
diensten bewijzen en zoo wordt het waarschijn
lijk, dat zij ook de Fransche visschers zal bij
staan en dat men binnen niet al te langen
tijd de nieuwe verblijven der haringen zal
hebben gevonden. Hetgeen voor de Fransche
visschers van harte te hopen is.
het Amerikaansche State Department of Agri
culture, deelt mee, dat hij geen biologische
kunstgrepen heeft toegepast, maar dat hij door
het scheppen van zoo gunstig mogelijke voor
waarden deze vruchten heeft kunnen kweeken.
Hij voorspelt, dat binnen niet al te langen tijd
de pomderosacitroen zooals de nieuwe varië
teit is genoemd de gewone zal verdringen.
De smaak doet niet onder voor dien van normale
vruchten.
Floyd E. Fray, te Hollywood, is er in geslaagd
citroenen te kweeken, die een middellijn heb
ben van een halven meter en drie por. 1 wegen.
Uit een dezer vruchten kan men een vat goede
limonade bereiden.
Mr. Fray, die een lezing heeft gehouden voor
De universiteit van Cambridge zal een expe
ditie uitrusten, die het werk van Amundsen
moet voortzetten. De onderzoekers zullen ge
bruik maken van een klein Noorsch schip, dat
slechts 129 ton water tegelijk verplaatst. Het
ligt in hun bedoeling de Noordwestelijke pas
sage te nemen, een waagstuk, dat Amundsen
het eerst mocht gelukken.
iiiiiiimmmimiiiiiu
Volgens een mededeeling van den voorzitter
van het Philatelisten Congres van Engeland,
zal Groot-Britannië binnenkort met een nieuwe
serie postzegels uitkomen. Deze nieuwe zegels
zullen volgens het nieuwe fotogravure-proces
worden vervaardigd.
Dit zal de eerste nieuwe postzegel-uitgifte zijn
sedert koning George V bijna 24 jaar geleden
aan het bewind kwam.
Het ontwerp van deze nieuwe zegels is nog
niet bekend gemaakt, doch aangenomen kan
worden, dat de naam van het land wederom
niet op de postzegels zal voorkomen.
Engeland is het eenige land ter wereld, dat
nooit den landsnaam op de zegels heeft gedrukt.
De nieuwe zegels zullen waarschijnlijk ver
schijnen in verband met het 25-jarig regee-
ringsjubileum van koning George, dat volgend
jaar zal worden gevierd.
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIII IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIlIillllllllllllllllllllllllllllllllllllll
Ernstig verkeersongeval, waarbij
een doode, een zwaar en eenige
lichtgewonden. De motorrijder
had zijn tempo opgevoerd tot
100 K.M.
Net alsof 't nog nooit gezegd is,
Dat wat matigheid in gang
Niet slechts zaak is voor je zeiven,
Maar ook algemeen belang,
En alsof 't niet ieders plicht is:
Zorg voor 't veilige verkeer,
Racet men honderd kilometers
En zoo moog'lijk nog iets meer.
De beschaving in de landen
Der beschaving blijkt nog schaarsch,
Want men lapt nog te gemakk'lijk
De beschaving aan zijn laars.
Zonder op fatsoen te letten,
Raast en holt en daast men wild,
Waardoor men van 't wild der wilden
Inderdaad geen haar verschilt.
't Schijnt, men snakt naar
1 ondervinding
En een proefje op de som.
Voor ervaring van een ander
1 Zijn de meesten nog te dom.
Vruchtloos blijkt de propaganda
Voor het veilige verkeer,
Wantje voedt een Hottentot niet
Een, twee, drie op tot een heer!
MARTIN BERDEN
Nadruk verboden)
üiiii ilillillliiiiiiliililiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiimimiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiir;
In Turkije neemt het aantal honden weer
ontzaglijke afmetingen aan, daar de Koran den
geloovigen verbiedt levende wezens te dooden.
Eenige jaren geleden werd de hondenplaag
echter zoo groot, dat men onmogelijk langer
kon aanzien en gedwongen was maatregelen te
nemen. Men maakte aan deze plaag toentertijd
een einde, door tienduizenden honden op een
schip te laden en op een eiland in de Zwarte
Zee los te laten, waar zij weliswaar niet door
menschenhanden gedood werden, maar ellendig
omkwamen.
Aangezien inmiddels de hondenplaag weer
is toegenomen, heeft men in overweging geno
men in de naaste toekomst tot dezen gruwely-
ken maatregel weer over te gaan.
llllllllllllllllllllllllll MM lllllllllllllll
ïiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiitiiiiiHiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiïï
Het kasteel „De Goede Hoop" te Kaapstad
zal door publieke werken gerestaureerd wor
den. Het kasteel vormt een van de voornaamste
schakels uit de geschiedenis van Kaapstad. Het
vertegenwoordigt een prachtig exemplaar van
zeventiende eeuwsche fortificatie, heeft zijn
mooien ingang uitstekend weten te bewaren en
vormt in elk opzicht met den klokketoren. het
gouverneurshuis en de zuilengang een pittoresk
erfstuk.
Ongelukkigerwijze is* echter door gebrek aan
smaak en belangstelling in den tijd van Ko
ningin Victoria veel wat mooi was verloren ge
raakt of vernietigd. Onder andere zijn de
rechte lijnen van de muren, welke zich bevin
den tusschen de bastions, ontsierd door leelijke
uitbouwtjes. Gegolfd ijzer komt op sommige
plaatsen boven de muren uit, terwijl kleine
schuurtjes den omtrek rommelig maken. Dit
alles zal worden opgeruimd en het kasteel zal
in zijn ouden luister worden hersteld. Intusschen
doet de overheid een beroep op de bezitters van
voorwerpen, die met het kasteel in verband
worden gebracht en welke voorwerpen thans
over de geheele linie verspreid zijn, opdat deze
voorwerpen als het kasteel gerestaureerd zal
zijn, mede zullen kunnen bijdragen om het ge
heel zijn vroegere schoonheid terug te geven.
ijnheer Grapman ging dien ochtend
kwaad de deur uit. Half ontbeten, niet
geschoren, en dat allemaal door dien
ellendigen wekker, welke zijn plicht verzaakt
had en niet om half zeven afgeloopen was.
En dat juist op den dag, dat hij een paar klan
ten in Groningen moest bezoeken. Met behulu
van een taxi en een flinke fooi slaagde hij er in
nog juist zijn trein te pakken, plofte in den
eersten den besten coupé neer en kwam lang
zaam tot zichzelf. Maar die geschiedenis met
dien wekker zat hem dwars, te meer daar hij
eenige maanden terug dezelfde misère beleefd
had. Geen wonder, dat mijnheer Grapman ge
durende de geheele reis op middelen zon om
in het vervolg verdere verslapingsgevallen te
voorkomen. Wel drommel, men moest op zijn
wekker kunnen vertrouwen en daarmee uit.
In Groningen gearriveerd, liet hij zich eerst
van zijn baard ontdoen. En ziet, hierna zat het
geluk hem voor de rest van den dag mee; hij
noteerde eenige flinke orders, wat hem in geen
weken was overkomen, en in de beste stem
ming aanvaardde hij in den namiddag den
terugtocht naar het station. Hij wandelde op
zijn gemak door de residentie van het Noorden
en keek hier en daar eens étalages. Toen kwam
het moment waarop hij zich een volmaakt ge
lukkig mensch voelde worden. Achter de spie
gelruit van een klokken winkel ontdekte zijn
oog een wekker, niet zoo maar een gewone,
neen, een van een bijzonder soort. Aan de ach
terzijde bevond zich een electrisch snoer van
eenige meters lengte, hetwelk in een stopcon
tact bevestigd kon worden en de wekker liep,
liep.... om niet meer op te houden. Onder
normale omstandigheden zou de prijs alleen al
voldoende zijn geweest om mijnheer Grapman
een doodschrik op het lijf te jagen, maar nu
met een paar flinke orders in zijn zak en over
tuigd zijnde dat er verandering moest komen in
zijn huidige wek-installatie, trad hij den win
kel binnen. A raison van tien gulden werd hij
de gelukkige eigenaar van dit zeer nuttige in
strument.
Thuisgekomen vond hij zijn vrouw in een
niet al te beste stemming. Zeker weer herrie
met de meid gehad, was zijn eerste gedachte
Nou, enfin maar net doen of ik niets merk
en hij begon mevrouw Grapman een omstan
dig verhaal te doen, dat eindigde met de sim
pele woorden: „Toen ben ik maar naar bin
nen gestapt, want je begrijpt, tien gulden
voor zoo iets is toch niet te veel betaald!"
Maar mevcruw scheen in dit geval van andere
meening te zijn, althans zij noemde het een
schande, dat mijnheer zich in deze benarde
tijden aan zulke uitgaven te buiten ging.
Zooals het een wei-opgevoed man betaamt,
zweeg hij en liet den woordenvloed gelaten
over zijn hoofd gaan. Nog eenmaal deed hy
een poging: „En toch zal je zien, wie er ge
lijk gehad heeft."
Hiermede was de discussie over den wekker
voorloopig geëindigd en het ging eenige maan
den schitterend. De nieuwe wekker liep su
bliem, niet voor, niet achter, haalde mijnheer
Grapman op elk gewenscht uur uit zijn slaap
als dat moest.... tot op den fatalen dag. O, als
hij er nog aan denkt!
't Was 's avonds een beetje laat geworden,
visite gehad, gebridged, kortom in de beste
stemming naar bed gegaan. Mijnheer moest
den volgenden ochtend om kwart over zes uit
de veeren, derhalve stelde hij zijn onvolprezen
wekker op dit uur, verzekerde zijn vrouw, dat
ze gerust kon blijven liggen en dat hij alles
zelf wel zou vinden. Binnen een kwartier lagen
beiden in Morpheus' armen.
De zon stond al aardig in hun slaapkamer
toen de heer Grapman des anderen daags ge
wekt werd door een hevig gebons op de straat
deur. Met één ruk zat hij rechtop in het bed.
keek met een slaperig gezicht naar den wekker,
keek nog eens en stelde daarna vast dat deze
op tien minuten voor half vijf stond. Daar in
tusschen het gebons op de deur langzamerhand
het klankvolume had gekregen overeenkomen
de met dat van de watergeuzen, liggende voor
Den Briel en mevrouw, die inmiddels ook wak
ker geworden was, haar echtgenoot aanspoorde
eens te gaan kijken, wat dat allemaal wel te
beteekenen had, schoot mijnheer haastig een
kamerjas bene
vens een paar
pantoffels aan en
spoedde zich
naar de deur.
Wie schetst ech
ter zijn verba
zing, toen hij de
zelve openend het dienstmeisje ontwaarde. „Is
er iets met de bel niet in orde, mijnheer? Ik
sta hier al tien minuten te bellen en te klop
pen. 't Is al bij negenen!"
Dat er geklopt was, was een feit, dat de heer
des huizes volkomen beaamde. Mijnheer Grap
man kreeg plotseling angstige vermoedens, liep
naar den dichtstbijzijnden schakelaar van het
electxische licht en draaide, 't Bleef donker. In
een oogwenk overzag hij nu de geheele ramp:
het warmwaterreservoir had de laatste resten
van den gulden in den muntmeter verbruikt.
De wekker, de bel, de lamp, alles was om tien
minuten voor half vijf buiten werking gesteld.
Wat mevrouw dien ochtend tegen mijnheer
zei, is niet geschikt voor publicatie.
Aangezien er nog geen wekkers zijn, die op
het gas loopen, heeft mijnheer Grapman zijn
toevlucht genomen tot een middel, dat zijn
grootvader reeds gebruikte. Tegen een geringe
vergoeding fungeert zijn melkboer nu als „por
der".
Bij het onder water opnemen van films op
een koraalrif nabij Palm-eiland aan de kust
van Queensland, werd een van de duikers, die
bezig was met het doen van opnamen, aange
vallen door een haai met een lengte van twaalf
voet. Zijn helper en een inboorling snelden ter
hulp en wisten het monster te verdrijven. In
de opwinding liet de duiker een camera ter
waarde van 150 pond sterling vallen, welke
oogenblikkelijk door een haai werd ingeslokt
De duiker heeft tengevolge van den schrik ee-
zenuwaanval gekregen.
De filmindustrie heeft eindelijk aan sen der
vurigste wenschen van het Engelsche volk vol
daan, door met de verfilming van een scenario
naar Dickens' „David Copperfield" te beginnen.
n
v
Wat zeg je er van, Bok? Daar zijn we goed
koop afgekomen: en wat ons verder wacht is
niet slecht, zei oom Sidney. Ik voelde me den
koning te rijk. Bij een keizer op audiëntie te
mogen, wie had dat kunnen droomen? We wer
den thans door de Abessiniërs met de hoogste
onderscheiding behandeld. Een paar politie
agenten kregen opdracht ons te begeleiden en
te zorgen dat wij geen last ondervonden. Toen
wij dan ook dien dag de stad ingingen vx>r een
bezoek aan den Italiaanschen gezant, die ons
ten eten had gevraagd, werden van alle kanten
diepe buigingen voor ons gemaakt, welke wij
met vriendelijk hoofdknikken beantwoordden.
De ijle lucht van het hooggelegen plateau,
waarvan Europeanen anders veel hinder onder-
linden, deerde ons luchtreizigers niet. We wa-
ten zoo lekker als kip.
Den volgenden morgen om tien uur kwam
een van de auto's van den keizer voorrijden, om
ons naar het paleis te brengen. Een paleis, dat
er een beetje Westersch uitzag. Nadat wij en
kele schildwachten gepasseerd waren, werden
wij bij de deur ontvangen door den opper-
ceremoniemeester, die ons aandiende. Ws wer
den in de troonzaal gelaten. Wij bogen diep,
waarop de keizer ons wenkte naderbij te ko
men en voor hem plaats te nemen. Thans fun
geerde een der legatie-secretarissen als tolk. Het
gesprek liep over het vliegwezen. Nooit nog had
had de koning een vliegtuig gezien, al had hij
wel reeds overwogen er enkele van te bestellen.
Hij zou het op prijs stellen een vlucht met ons
te maken.
Toen wij afscheid hadden genomen, had een
groote menigte zich voor de poort van het pa
leis verzameld. Ze bogen als knipmessen en
waren schijnbaar vol bewondering voor de eer,
die ons te beurt viel.
Duizenden personen, die gedurende den oor
log door de Russen krijgsgevangen gemaakt zijn
leven nog steeds in Siberië, aldus verklaarde ae
Serviër Sarvash, die juist te Belgrado is terug
gekeerd na meer dan twintig jaren in Rusland
te nebben vertoefd.
Hij werd in 1915, toen hij in het Oostenryk-
sche leger diende, door de Russen gevangen
genomen en naar Siberië getransporteerd. Ha
eenigen tijd in den handel te zijn geweest, ves
tigde hij zich als landbouwer. Hij huwde een
Russin en heeft thans vijf kinderen.
Daar de toestand in Siberië zeer slecht werd
tengevolge van den hongersnood en hooge be
lastingen, besloot hij naar zijn vaderland terug
te keeren. Zijn landstaal is hij nagenoeg geheel
vergeten.
Talrijke krijgsgevangenen, aldus verhaalde
hij, die nu nog in Siberië zijn, geven er de
voorkeur aan daar te blijven boven zich een
nieuw bestaan te veroveren in hun valei-N'"'
Drie rechters uit Czemowitz (Polen) zijn o..
langs het slachtoffer geworden van een bijzon
der brutalen diefstal. Bü een moordproces was
tijdens de behandeling een middagpauze inge-
lascht. De president der rechtbank en twee
rechters hadden zich in raadkamer terug
getrokken en daar hun toga afgelegd, om te
gaan lunchen. Toen zij des middags terugkeer
den en de zittingen wilden heropenen, kwamen
zij tot de verrassende ontdekking, dat hun
toga's en baretten waren verdwenen. Boven
dien miste de president zijn gouden bril, zoowel
als een actetasch, waarin gewichtige documen
ten van het loopend proces zaten. De aankla
ger, stenografen en verdedigers in de rechtszaal
werden ongerust over de lange pauze, doch ver
namen eindelijk, dat zij moesten wachten tot
dat nieuwe toga's waren gehaald!
I
A 11*% op dit blad zijn Ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen f bij levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f '7Cf) bij een ongeval met f O Cf) bij verlies van een hand (IOC oij verlies van een f Cf) bij een breuk van f Af) bij verlies van 'n
Jxl l U0 O Till S ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen f 1/1/ U»m verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen f doodelijken afloop een voet of een oog# t duim of wijsvinger been of arm# tri/»— anderen vinger
(Korte Inhoud van het voorafgaande:
Sir Hector Asscher gaat door voor een ver.
woed verzamelaar van kostbare boeken.
In Merlin St. Hugh, waar hij op zijn bui
ten woont, leeft hij zeer afgezonderd met
zijn nichtje Paula Parkston. die in het
geheim verloofd was met den secretaris
van sir Hector. Arthur Newnham. Door
een handlangster komt Asscher in het be
zit van een kostbaar werk, dat uit de bi
bliotheek van Burgoyne is gestolen. As
scher reist naar Frankrijk om een aantal
boeken te verkoopen. nagereisd door Bur
goyne en den letterkundige Eggerton. In
een luguber hotelletje te Parijs wordt As
scher dan vermoord. Omtrent den dader
tast men in het duister. Waarschijnlijk
ls Asscher reeds in den trein vermoord
en in zijn boekenkoffer, door iemand die
zich voor hem uitgaf, naar het hotel ver
voerd. Het justitieel onderzoek wordt ge
leld door den detective Lestrange).
„Haar hand raakte voorzichtig de knie van
de jonge vrouw aan. Paula keek verstrooid
naar beneden en verstijfde toen, alsof een
wrekende medusa haar geraakt had. Op haar
knie lag een stukje papier. De nuchtere stout
moedigheid van Ruth's daad dwong haar be
wondering af. Er stonden slechts enkeie woor
den op het papiertje:
„Slane heeft beweerd, dat hij Arthur
op Woensdagmiddag hier gezien heeft.
Ik weet niet, of dit al of niet waar is,
maar zijn veiligheid kan afhangen van uw
verklaring."
Paula voelde haar hart verkillen. Een oogen-
blik verschemerde de kamer in een zwarten
mist, waartegen zij Newnham's gezicht zag,
vriendelijk luisterend en bedachtzaam. Toen
kwam ze wéér tot de werkelijkheid terug en
zag ze Ruth gespannen wachten. „Ik geloof,
dat ze zelf van hem houdt, schoot het haar
ineens te binnen. Hoe heeft ze dit maand na
maand volgehouden?" Zij vroeg zich af. of 't
meisje wel besefte, dat zij zich op dit oogenblik
heelemaal bloot gaf. Ruth had intusschen be
merkt, dat de ander de bedoeling der waar
schuwing reeds begrepen had. Ze duwde het
stukje papier voorzichtig onder het theeblad,
terwijl ze dit wat verschikte en verdween uit de
kamer.
Was ze echter boven gebleven, dan zou zij de
wonderlijke verandering hebben gezien, die
Paula onderging. Davidson, die van het venster
terugkeerde, en Lestrange, die haar van zijn
plaats bijden haard bekeek, bemerkten het,
onmiddellijk. Toen zij binnenkwamen, had zij
staan beven als een arm schepsel, dat zich niet.
weet te verdedigen, nu was ze koel en trotsch
en stond ze gereed. Davidson begon nuchter en
zonder eenigen eerbied:
„Het spijt me, dat ik u moet lastig vallen,
Miss Parkton, na zoo'n vermoeienden dag in
de stad, maar het is voor ons van het grootste
belang, uw verklaringen zonder uitstel te ver
nemen. Kimt u my ook vertellen, wanneer u
Sir Ascher voor het laatst gesproken hebt?"
„Woensdag, toen hy vertrok."
„En wanneer hebt u mr. Newnham het laatst
gezien?"
Indien Ruth haar niet gewaarschuwd had,
zou ze zeker door de mand zyn gevallen, maar
met de wonderiyke intuitie van een bemin
nende vrouw, was ze nu in staat om kalm te
antwoorden:
„Niet sinds hy' vertrok: dat zou Dinsdag
geweest zyn. Ik heb hem inderdaad niet meer
gezien sinds Maandag, omdat ik Dinsdag boven
heb ontbeten en hy reeds voor de lunch ons
huis had verlaten."
„O ja. Dat is nogal haastig in zyn werk ge
gaan niet waar?"
„Myn pleegvader vertelde me, dat hy een
andere betrekking kon krijgen en deze had
aangenomen."
„Juist. Uw butler bbjft maar volhouden, dat
hy hem gisterenmiddag heeft gezien, vóór uw
pleegvader het huis verliet."
„Mr. Newnham, hiér?"
„Ja. Natuurlyk zou het niet zoo vreeselyk
moeilyk zyn, om dat even vast te stellen. Hy
was erg bekend op Chancelbury en waarschyn-
ïyk ook by den stationschef en zou dus wel door
enkele menschen kunnen zyn herkend, indien
hy naar Merlin St. Hugh was gekomen. Toch
kan dit een zeer belangryk punt in de zaak
zyn."
„Ik vermoed, dat Slane zich vergist. Ik zou
me zelfs niet kunnen indenken, hoe liy ons huis
had kunnen bereiken, zonder door verschillende
personen gezien te zyn. Als hy langs voren
was gekomen, zou men hem vanuit de biblio
theek en de eetzaal hebben gezien en van achter
had hy nooit aan de blikken der bedienden
kunnen ontsnappen."
„En als hy over het afgesloten grasveld was
gekomen?"
„Ik kan me niet herinneren, dat Sir Hector
hem daar ooit een sleutel voor heeft gegeven."
„En bent u heel zeker, dat u hem niet ge
zien heeft?"
Haar zelfbeheersching was voorbeeldig.
„Hoe kan ik hem gezien hebben? Ik ben er
zeker van, dat hy niet teruggekomen is. Indien
hy immers kans had gezien langs het gesloten
hek te komen, zooals u te kennen geeft, zou hij
of deze kamer of de bibliotheek zyn binnen
gekomen. En ik was hier zelf tot voor heel
kort, terwyl myn pleegvader al dien tyd in de
bibliotheek bleef. Hoe laat moet hy dan onge
veer gekomen zyn?"
„Rond drie uur," antwoordde Davidson, na
'n snelle berekening.
„O, toen was ik hier." zy scheen dat heel
natuurlyk te vinden en er reeds de gevolgtrek
king uit te maken, dat Newnham dus onmoge-
lyk had kunnen komen. Maar ze was reeds veel
minder zeker van haar zaak, dan zy liet voor
komen en toen Davidson de kwestie liet varen,
vulde haar geest zich met een bang voorge
voel.
„Nu over vandaag, Miss Parkton. Waar bent
u eigenlyk naar toe geweest?"
„Naar Londen."
„Had u enkele dagen tevoren een afspraak
gemaakt met iemand?"
„Nee, nee." Ze werkte zenuwachtig met haar
vingers en vervolgde: „Ik ging heelemaal op
een ingeving. Ik.... ikwenschte rust te
hebben, ik wilde alleen zyn."
„Juist," zei Davidson op eigenaardigen toon.
„U wenschte alleen te zyn en daarom ging u
naar Londen."
„Dat is de eenzaamste plaats ter wereld,"
verdedigde ze zich vlug.
„Bent u er dan niet heengegaan, om er
iemand te ontmoeten?"
Zy wond zich op.
„Neen, ik heb u toch al verteld, dat ik alleen
wenschte te zyn."
„Hebt u ook tegen niemand verteld, dat u er
heen zou gaan?"
„Nee."
„Hadt u daar eenige byzondere redenen
voor?"
„Dan zou myn kamenier met jjüj meegekomen
zyn. Myn pleegvader wilde nooit hebben, dat
ik zonder haar uitging en nu wilde ik juist
eens...."
Davidson begon zwakjes te glimlachen.
„Een echte vacantiedag" zei hy poeslief.
„Ja, ja, ik begrijp het. En u hebt dien heelen
langen dag geen levende ziel ontmoet, die u
kende?"
„Neenee
„Ook niet mr. Newnham, byvoorbeeld?"
„Ik weet zelfs met eens waar hy zich be
vindt. Een paar weken geleden vertelde hy me,
dat hij groote reizen zou gaan maken, zoodra
hij hier eenmaal wegging."
„Zoo. Hadt hy er al over gesproken, dat hij
weg zou gaan?"
„Niet bepaald. Maar wy spraken eens over
het vasteland en toen zei hy dat."
„Ha, kende hy zyn talen nogal?"
„Datweetik niet."
„Ach, t is waar ook, daarover zou Miss
Marlowe me beter kunnen inlichten. Als ik
't wel heb, kwam het telegram uit 't Noor
den."
„Werkelyk? Mijn pleegvader heeft er me
niets van verteld."
„Dat spyt me. Wy zyn allen uiterst ver
langend om mr. Newnham eens te ontmoeten.
We voelen, zoo zonder eenige bepaalde reden,
dat hy ons toch verbazend van dienst zou kun
nen zyn. Trouwens, dank zy de moderne hulp
middelen van krant en radio, zal hy binnen
enkele uren alles moeten vernemen, wat er is
voorgevallen en dat wy hem wenschen te spre
ken. Dan zal hy ongetwyfeld naar Chan
celbury terugkeeren, gelooft u ook niet? Dan
zal hy ons wel alles komen vertellen, wat hij
weet. Laat ons nu nog eens probeeren, om
enkele kleinigheden vast te stellen. U ging dus
vanmorgen naar de stad. Met welken trein?"
(Wordt vervolgd)