GEEN VREEMDE GODEN
nmw-
HA
v
Bevoorrechting
Medische kroniek
SIMON, DE ZONDAGSJAGER
Met onwillige honden is
slecht hazen vangen
ZONDAG 3 JUNI 1934
IDEEËN
5'rJ"
«a—
V - v- t
aH -
-
PPtfll
Door cijfers weersproken geruchten
over onevenredige versterking
van de katholieken in de
legerleiding
De roode pers in het
geweer
Sprekende cijfers
De chaos in de haven
van Rotterdam
Een nadere verklaring
Lichamelijke oefening
Politieke tegenstanders
mishandeld
Ernstige vechtpartij te
Rotterdam
Oude zaak weer opge
rakeld?
Belangrijke verduistering in Indië
R.K. STAATSPARTIJ
De taak der jongeren
Hysterie
Mr. L. van Regteren Altena
Van de tien geboden door Mozes op den
Sinaii uit Gods mond zelf opgeteekend,
aanvaardt de christenheid en tracht zü
er te onderhouden negen; één, n.m. het eerste,
beschouwen de meesten als een plechtige inlei
ding en een voorschrift, slechts aan de joden
gegeven: voor onzen tijd heeft dat naar hun
meening geen practische waarde meer. Im
mers, nadat Jehovah onder dondergerommel
en hemelvuur op de steenen tafelen had doen
vastleggen: Ik ben de Heer uw God! wendde
Hij zich klaarblijkelijk tot de joden, met de
Vermaning: gij zult geen vreemde goden voor
Uw oogen hebben; gij zult u geen gesneden
beelden maken en deze niet godsdienstig ver
eeren. Tegenover de joden, die leefden te mid
den van heidensche volkeren, welke aan af
godsbeelden goddelijke vereering brachten, was
deze vermaning alleszins op haar plaats.
En toen later Christus' leerlingen tot de hei
densche volkeren van Klein Azië, Griekenland
en Italië gingen en de opvolgers der apostelen
zich wendden tot de Franken en Germanen
en al de ruwe bewoners dezer lage landen, zal
dit eerste der geboden van Sinaii's grondwet
hun tot grooten steun zijn geweest bij het ver
brijzelen der afgodsbeelden, welke zij overal op
hun weg ontrri betten. En ook voor de missio
narissen van dezen tijd heeft dat eerste der
tien geboden nog groote practische waarde,
wanneer zij zich tot de heidensche volkeren
Van de andere Wërelddeelen wenden. Voor het
beschaafde deel van de aarde, inzonderheid van
Europa, heeft datzelfde gebod echter slechts
de beteekenis van een historisch document.
Het ware te wenschen, dat deze opvatting
juist was! Wanneer het eerste der Tien ge
boden naar letter en geest algemeene toepas
sing had gevonden, wat zou de wereld van van
daag er anders en beter uitzien! Wij verstaan
het eerste gebod wel zeer slecht wanneer wij
er niet anders dan deze bedoeling aan ontlee-
nen, dat wij voor een steenen of metalen beeld
uiet mogen knielen, daarvoor geen wierook
mogen branden of op geen andere wijze zulk
een voorwerp goddelijke vereering mogen aan
doen. Dat is slechts een deel van het gebod.
Toen de apostelen en hun metgezellen in Grie
kenland en Rome kwamen, troffen zij daar
geen afgodendienaars aan in den beperkten
zin van stofaanbidders. De verlichte heidensche
Wereld van dien tijd beschouwde al de verha
len over den godenhemel evengoed als wij als
fabels en verdichtsels; in een beeld van Venus
of Mars of Zeus zag men geen goddelijk wezen
en zelfs niet de beeltenis er van. Toch had
den zij vele „vreemde goden voor hun oogen.
Het bijgeloof, het geloof aan den invloed van
een geestenwereld, was sterker dan ooit te
voren. Voor de Romeinen was de Romeinsche
staat in ieder geval een goddelijk werk en de
keizer een goddelijk persoon.
Millioenen verkeeren in onze dagen in den
zelfden geestestoestand. Zeker, in onze zooge
naamd beschaafde omgeving knielt niemand
meer voor een houten of bronzen beeld als
voor een god. Er zijn weinig of geen absolute
godloochenaars noch afgodendienaars in den
letterlijken zin van het woord. Maar ontelbaar
zijn degenen, die evenals de cultuur volkeren in
het begin onzer jaartelling, het hoofd vol bij
geloof hebben, die omtrent het hiernamaals
allerlei onredelijke, vage geesitesvoarstellinger.
hebben; die uit gebrek aan levensernst aan
allen innerlijken drang naar een oplossing voor
de gewichtigste levensvragen het zwijgen op
leggen en hun god zoeken in hun auto, in den
voetbal, in den dans of wanneer zij wat meer
innerlijke beschaving hebben, in de kunst of
wetenschap. Tegenover deze allen heeft de
Kerk en hebben wij, christenen, denzelfden
plicht als de eerste nazaten van Christus' geest,
door woord en daad te prediken en te ge
tuigen, dat eens een stem uit de wolken ge
klonken heeft: Ik ben de Heer uw God; gij zult
geen vreemde goden voor uw oogen hebben!
Vóór alles dient bij elke poging tot hernieuw
de kerstening van onze heidensche wereld de
eisch te staan, dat geloofd zal worden in den
éénen, waren God. Zonder dat geloof is al het
andere ijdel.
Nog weinige jaren geleden zou een betoog,
als wij hierboven neerschreven, als onzakelijk
en overbodig zijn beschouwd. Immers, wij leef
den in de overtuiging, dat het rationalisme der
achttiende en negentiende eeuw had afgedaan
Er was een meer algemeene waardeering van
het christendom waar te nemen en het
was bijna onfatsoenlijk zich godloochenaar te
noemen. Idealisten droomden al van een alge-
meenen terugkeer tot en een uiteindelijke ver-
eeniging van alle christelijke kerken.
De practijk is wel een andere geweest! Uit
den baaierd van oorlogsruïnen, van nationale
vernederingen, van haat tegen internationalis
ten, van economischen nood en afgesloten per
spectieven is de god van het nationalisme ver
rezen, die in de leiders van nieuwe, onbloedige
revoluties zijn profeten vond. Dat nationalisme
is een gevaarlijker god dan de steenen of hou
ten beelden, welke de oude heidenen aanba
den. En de eenmaal gekerstende westerlingen
worden feller en fanatieker afgodendienaars,
wanneer zij het geloof hunner vaderen verlaten
en den nieuwen eeredienst aanhangen. Immers,
wanneer men oudtijds een afgodenbeeld ver
brijzelde en de vertwijfelde omstanders zagen,
dat die aanslag op hun god geen gevolg had.
waren zij gemakkelijk van hun dwaling te over
tuigen. Maar het nieuwe geloof in de heiligheid
van den Staat, in de goddelijkheid van bloed en
ras, dringt in hart en nieren door en hoe meer
men de aanhangers daarvan op hun dwaling
wijst, hoe dweepzieker zij worden. Alle objec
tief oordeel ls verdwenen; alle redeneering
heeft opgehouden; als Mahomed, zoo dwingen
ook de profeten van de nieuwe leer allen, te
vuur en te zwaard, in te gaan of te verdwijnen:
voor overtuiging, voor critiek, voor een gezon
den geestesstrijd is geen plaats meer.
Dat de dwaling van het nationalisme geen
voorbijgaande politieke leus is, zooals er in den
tyd zoovele zijn opgekomen en spoedig weer
door andere werden overstemd, maar dat het
hier wel degelijk gaat om een nieuwe levens
opvatting, die beslag legt op den ge he el en
mensch, is tot op heden in alle landen gebleken,
welke er door werden bezocht. Nu, na een do
zijn jaren, zijn wij de ernstige conflicten tus-
schen de Kerk en het fascisme in Italië weer
bijna vergeten. Maar wie de dagbladen van zes
tot tien jaar geleden nog eens opslaat, zal daar
uit zien, hoe het jonge fascisme beslag legde
op den geheelen mensch, vooral op de jeugd
en wel op zijn ziel en licl&am. De grootheid
van het vaderland werd als een nieuwe god
uitgeroepen en de Duce was van die godheid
de aardsche stedehouder, tegenover wien een
blinde gehoorzaamheid paste. Slechts door
groote waakzaamheid, bewonderenswaardig ge
duld en fijnen tact naast apostolischen moed
en vastberadenheid gelukte het aan een wijs
en krachtig Paus als Pius XI na vele jaren van
wrijving en moeizaam overleg een althans
draaglijken toestand te scheppen, waarbij in de
opgroeiende jeugd de godsdienst nog behouden
kan blijven. Maar wie oog blijft hebben voor
de overdreven chauvinistische jeugdopvoeding;
voor den gevaarlijken waan van de superiori
teit van de staatsidee boven alles; voor de on
derdrukking van de katholieke pers en zoovele
andere verschijnselen, die gevoelt, dat ook in
Italië de geestelijke toestand nog zeer pré
cair is.
Duitschland, waar de nieuwe idee nog aan
het gisten is, toont duidelijker den ernst van
het gevaar. Het „Deutschtum" is een volksgods
dienst, een religie voor millioenen geworden,
wat zich het scherpst in de stichting van de
kerk der Duitsche christenen getoond heeft.
Wanneer het ging om zuiver politieke of sociale
leuzen, zou er nimmer een godsdienstoorlog
hebben kunnen ontstaan als waarvan wij nu
getuigen zijn. Het feit, dat dr. Jacobi, de recht
zinnige dominé van de Gedachteniskirche te
Berlijn, dezer dagen een felle rede hield tegen
de Duitsche christenen, wien hij verweet, dat
zij het eerste der Tien geboden Gods overtra
den, omdat n.m. vele dominé's een beeltenis
van Hitier op het altaar hadden geplaatst, zulk
een optreden spreekt boekdeelen.
Vóór ons ligt een „vertrauerlicher Bericht"
van een voor den dienst opgeroepen „Land-
jahrführer". Met ontsteltenis leest men hieruit
tot welk een kadaverdiscipline de nationaal-
socialistische kerntroepen worden gedwongen.
Maar laten wij ons bepalen tot een klein uit
treksel uit de handleidingen voor legerleiders,
leiders en helpers, die blijkbaar in 80 refera
ten, voordrachten van een kwartier, zijn samen
gesteld. Ziehier enkele markante passages:
„Nationaal socialisme is een godsdienst (niet
zoo maar een politieke wereldbeschouwing), de
nieuwe, alleen ware religie, geboren uit bloed
en vaderlandschen bodem, Noorschen geest en
Arische ziel. De nog bestaande godsdiensten
(katholieke en evangelische) moeten zoo snel
mogelijk verdwijnen, eventueel, wanneer zij
zich niet vrijwillig oplossen, van staatswege
worden opgeheven. Paragraaf 24 van het par
tijprogram (handelend over de vrijheid van
godsdienst Libra) is slechts een voor de pro
paganda opgenomen lokaas voor de zwarten
van alle schakeering. Alleen een volslagen
idioot verlaat zich op dat program en het con
cordaat met Rome. Voor iederen ingewijde is
het duidelijk, dat nationaal-socialisme en
christendom doodsvijanden zijn
„In den nationaal-socialistischen staat zijn
kerken ondenkbaar. De kerken zijn politieke
instellingen en als zoodanig, als staatsgevaar
lijke instituten, dienen zij uitgeroeid te wor
den
„Er bestaat geen gewetensvrijheid noch vrij
heid van leer of gedachte. De Staat in zijn
totaliteit neemt de volle en algeheele verant
woordelijkheid voor leer en leven op zich
„Nationaal-socialisme is de nieuwe, alleen
gerechtigde religie van de toekomst. Nationaal-
socialisten niet religie-dienaars met aarze
lingen en voorbehoud zijn de verkondigers,
de dragers en de vormers van dezen nieuwen
godsdienst voor heden en toekomst
Ziedaar enkele aanhalingen. Wij zouden ze
met tientallen kunnen vermeerderen. Maar ge
noeg om te bewijzen, dat ook voor dit geslacht
geldt: gij zult geen vreemde goden voor uw
oogen hebben! Midden in een misleid en ver
dwaasd volk staat het afgodsbeeld van het na
tionalisme opgericht, 't Is een trotsche, een
wreede, een egoïstische god. Hij eischt van zijn
volgelingen, dat zij den bodem, waarop zij leven
en het bloed, dat in hun aderen stroomt als
heilig zullen beschouwen, dat zij zijn profeet
blindelings zullen volgen en redeloos zullen
aannemen al wat hij hun voorhoudt.
Laten wij bij zulke excessen niet onze schou
ders ophalen en zulke mededeelingen niet on-
geloovig opzij schuiven. De geschiedenis heeft
telkens weer de ongeloofelijkste afwijkingen
getoond, wanneer een volk eenmaal van een
waan bezeten was. Wie zou in het voorjaar van
1789 geloofd hebben, dat het volk van Parijs
eenige maanden later een deern van de straat
op een altaar zou plaatsen en als aan „de ko
ningin der rede" goddelijke eer bewijzen?
Het nationalisme is een geestelijke ziekte van
onzen tijd, het is een nieuwe afgoderij en als
bij alle groote dwalingen is geen land of volk
veilig voor de bacillen daarvan. Men lette er
maar eens op, hoe gemakkelijk iemand, die de
nieuwe staatkundige ideeën bewondert, met
felle critiek op het menschelijke in de Kerk
meegaat. Dat kan de eerste stap naar de ver
blinding zijn.
Liefde voor ras, volk, vaderland kan alleen
zuiver zijn, wanneer ze blijft in de door God
gestelde orde en tot Hem terugkeert. Zonder
Hem heeft ze geen waarde, is ze gevaarlijk en
zinloos en voert tot afgoderij, omdat ze het
eerste en voornaamste gebod miskent: Ik ben
de Heer uw God; gij zult geen vreemde goden
voor uw oogen hebben!
LIBRA
Naschrift. Naar aanleiding van onze vo
rige beschouwing over „genoegens van den
zomer" verzoekt een verkoopster van een groot
modehuis in Amsterdam ons er de aandacht op
te vestigen, dat ouders vaak de groote schuldi
gen aan de zedenverwildering zijn. Herhaalde
lijk, schrijft zij, komen bij mij katholieke moe
ders met groote dochters om badcostuums te
koopen. Zij beginnen meestal met een licht
protest over het pakje, dat bijna niets meer
bedekt; maar zij zwichten altijd voor den
aandrang van de meisjes. Wanneer de katho
lieke vrouwen eens weigerden onbehoorlijke
badcostuums te koopen, zouden de fabrikanten
wel voor andere modellen zorgen!
Aldus een deskundige. Zegt het voort!
-tA-Wsa-jé
'V<
't t V-'V. -T'V
w -W'
Dezer dagen bevatte „Het Volk" een alar-
meerend bericht over de groote ontevredenheid
die er in hoogere legerkringen zou bestaan over
bevoorrechting van katholieken bij benoe
mingen.
De ontevredenheid, die in legerkringen reeds
geruimen tijd bestaat over de bevoorrechting
van katholieke officieren en onderofficieren,
neemt thans, zoo zegt het blad, zoodanige af
metingen aan, dat meer en meer over deze
kwestie naar buiten lekt.
Het is een bekend feit, dat sinds jaren de in
vloed van het katholieke deel van het leger-
kader toeneemt; een verschijnsel, dat echter na
het optreden van de beide Roomsch-Katholieke
minister Lambooy en Deckers, als hoofd van
het Departement van Defensie, in beduidend
sterker mate is opgetreden.
Zoo kon men o.a. mededeelen, dat in protes-
tantsche kringen de Hoogere Krijgsschool niet
meer als zoodanig wordt betiteld, doch het
„seminarium" wordt genoemd!
Intusschen, zoo vervolgt de roode redactie,
schijnt het kwaad nog ernstiger vormen aan
te nemen. Het is bekend, dat verschillende of
ficieren lid zijn van een vrijmetselaarsloge.
Meer en meer vat de idee onder deze leden
post, dat zij bij keuze-bevorderingen, bij be
noeming tot generale-staf-officieren enz. een
voudig worden genegeerd.
Onder deze protestantsche groep heerscht
thans een ernstige ontevredenheid en ongerust
heid. Verschillenden lieten zich reeds- er over
uit, dat zij overwegen het lidmaatschap van
hun loge te beëindigen; men noemde reeds met
stelligheid den naam van een lid, dat inmiddels
bedankt zou hebben.
Lang pleizier zal het roode blad niet hebben
van deze opgeblazen critiek op het ministerie
van defensie, want uit een door het Corr. Bu
reau verstrekt communiqué blijkt overduidelijk,
dat twee katholieke ministers de bevoorrechting
van zekere niet-katholieke groepen niet onge
daan hebben kunnen maken.
Evenals bij zoovele andere ambten en be
trekkingen en met name bij de rechterlijke
macht, vormen de katholieken ook in de leger
leiding een naar evenredigheid veel te gering
percentage, om van bevoorrechting nog maar
niet eens te spreken.
de controlelijsten, welke bij de korpsen be
rusten.
Dat het insinueerend artikel volkomen be
zijden de waarheid is, moge uit het volgende
blijken.
Gedurende de ambtsperiode van Minister
Deckers zijn de secretaris-generaal en tien af-
deelingshoofden (waarvan twee katholiek wa
ren) allen vervangen door niet-katholieken.
Van de vijftien afdeelingshoofden is er thans
slechts één katholiek. Onder de vlag-officieren
bij de Marine is thans geen enkele officier ka
tholiek. De onlangs afgetreden commandant
der Zeemacht is katholiek.
Van de vijftien generaals, waarover het Ne-
dërlandsche leger beschikt, zijn er vier katho
liek.
De Commandant van het Veldleger, de chef
van den Generalen Staf en de Gouverneur
der Koninklijke Militaire Academie zijn allen
niet katholiek.
Van de 33 officieren van den Generalen Staf
zijn er voor zooveel kan worden nagegaan ten
hoogste zes katholiek.
Bij de Hoogere Krijgsschool is de directeur
katholiek. Van de twaalf officieren-leeraren zijn
er drie katholiek (Indië en Holland).
Van de 43 leerlingen zijn er zeven katholiek.
Hieruit blijkt wel ten volle wat voor waarde
aan het bericht moet worden gehecht.
Bij het Departement van Defensie wordt geen
aanteekening gehouden wie katholiek is en wie
niet. Een en ander staat slechts vermeld op
De Zaterdag gehouden zitting van den Raad
voor de Scheepvaart werd geopend door een
verklaring van den inspecteur-generaal inzake
de uitlating, die hij, zooals gemeld, dezer dagen
deed over den chaos in de Rotterdamscne ha
ven.
Hij verklaarde het geval aanvaring s.s. „Co-
ral" en Rijnaak „Mannheim II" een voorbeeld
te hebben genoemd van de in de Rotterdam-
sche haven voorkomende chaos.
Het lag niet in zijn bedoeling hierbij uiting
te geven aan eenige grief tegenover de haven
autoriteiten, die zooveel doenlijk regelend op
treden en toezicht houden, zij kunnen echter
niet overal aanwezig zijn. De opmerKing was
gericht tegen den kapitein van de .sleepboot,
die bij zijn getuigenis voor den Raad zijn on
geoorloofde wijze van aan de verkeerde zijde
van het water varen en het geven van niet
toegestane seinen als gewoon en normaal voor
stelde.
Het practisch en theoretisch gedeelte akte-
examens Lichamelijke oefening M. O. zal wor
den gehouden te Amsterdam van 4 Juni tot en
met 11 Juli.
De examens zijn openbaar, behalve op de
dagen 14 tot en niet 19 Juni en 28 Juni tot
en met 3 Juli.
Donderdag is het op den Strevelsweg te Rot
terdam tot een ernstige vechtpartij gekomen,
waarbij twee NSB-ers door een groote groep
politieke tegenstanders zijn mishandeld.
Een van de NSB-ers was werkloos en stem
pelde aan een stempellokaal aan de Vonder aan
den Linker-Maasoever te Rotterdam. De man
droeg een insigne van zijn organisatie en al
verscheidene malen hadden politieke tegen
standers hem gezegd, dit insigne weg te laten.
Woensdag was het wederom tot een woorden
wisseling gekomen en de tegenstanders zeiden
den man, dat hij den volgenden dag niet ver
gezeld van zijn kind naar het stempellokaal
moest komen. De man is toen Donderdag met
een kameraad, ook een NSB-er, naar het stem
pellokaal gegaan.
Na gestempeld te hebben, werden beiden ge
volgd door een groote groep tegenstanders, die
hen op den Strevelsweg aanvielen. De twee
NSB-ers werden tegen den grond geslagen, hun
kleeren werden vernield. Zij liepen verschillen
de wonden op.
De laffe aanvallers namen de vlucht, waarna
de twee mannen zich naar het ziekenhuis be
gaven, waar zij behandeld zijn. Een van hen
had een ernstige wonde aan het oog bekomen,
zoodat hij in een oogüjdersgesticht behandeld
moest worden.
Vrijdag is de politie erin geslaagd de drie
hoofddaders van den overval op te sporen. Het
zijn de 30-jarige M. H., de 22-jarige C. B. L.
en de 22-jarige J. G.
SEMARANG, 2 Juni. (Aneta) Op verzoek van
den Officier van Justitie bij den Raad van
Justitie te Padang gaf het Semarangsche Par
ket last tot arrestatie van den agent voor Mid-
den-Java van D.E.N.I.S. Hypotheekbank, den
heer D. J. D„ welke arrestatie dezer dagen door
de politie te Solo geschiedde. D. was vioeger
woonachtig te Padang en Fort-de-Kock en
werd verdacht van verduistering aldaar van
ongeveer een halve ton, welke zaak twee jaar
geleden zeer waarschijnlijk in de doofpot werd
gestopt.
Het maandblad van de R. K. Staatspartij
deelt mede, dat het proefnummer van het Pro
pagandablad 10 Juni zal verschijnen.
Blijken er 25.000 abonné's te komen, dan zal,
na de administratieve voorbereiding, in Augus
tus, het Propagandablad op 1 September a.s.
definitief als veertiendaagsch orgaan verschij
nen. Blijft het aantal abonné's beneden 25000,
dan verschijnt het blad niet
Sommige menschen hebben het woord
„hysterisch" zoo spoedig in den mond.
Telkens wanneer zij iemand ontmoeten,
die groote gevoelsuitbarstingen ten beste geeft,
dan noemen zij „hem" hysterisch. Nu is er
één ding, waar alle deskundigen het over eens
zijn, en dat is dat ook de heftigste uitingen
van gevoel, van toom, van verontwaardiging,
op zichzelf in het geheel niet hysterisch zijn.
Laten wij nu vooropstellen, dat de hysterie 'n
soort ziekte is, hoe zullen wij er dan achter
komen, van welken aard die ziekte is, of zij
veroorzaakt wordt door een organisch letsel,
waarbij dus werkelijk een lichaamsdeel is be
schadigd, of wel veroorzaakt door suggestie, of
z.g. zelfsuggestie, of door het gevoel.
Vergelijken we nu hysterie b.v. met een heel
bekende ziekte, den buiktyphus (febris typhoi-
dea). Er zijn gevallen van buiktyphus, waar
bij de patiënt slechts één of twee dagen ziek
is, ja het komt zelfs voor, dat de patiënt op de
been blijft. Welnu, het is duidelijk, dat men
door de bestudeering van deze uiterst lichte
gevallen nooit achter den waren aard van den
typhus zou gekomen zijn: men moet altijd uit
gaan van de duidelijke en hevige gevallen.
Wat zijn nu de duidelijke en hevige gevallen
van hysterie? Zeker niet de min of meer ge
motiveerde gevoelsuitbarstingen van prikkel
bare menschen, een echt geval van hysterie
is veel ernstiger. In hoofdzaak zijn er twee
ernstige uitingen van hysterie, en de eerste
daarvan is de hysterische aanval. Deze aan
val is gekenmerkt door heftige samentrekkin
gen van de spieren, krampen zou men zeg
gen, meestal schokkend van karakter, een
gedeeltelijk verlies van het bewustzijn, neer
vallen vaak. Vroeger in den tijd van Charcot,
den beroemden Franschen zenuwarts, zeide
men, dat deze aanval of crisis verliep in drie
phases: hij begon met de krampen, daarna
nam de patiënt de houding aan van een
halven boog, waarbij hij (maar meestal zij)
alleen maar met de hielen en het hoofd op
den grond rustte, en het derde gedeelte bestond
uit de z.g. gepassionneerde houdingen, too-
neelhoudingen, als b.v. van iemand, die smeekt,
iemand die dreigt enz. Dat zulk een aanval,
die uit drie stukken bestond, eigenlijk de
echte hysterische aanval was, heeft tientallen
jaren als waarheid gegolden. Maar toen kwam
de beroemde ontgoocheling. Het bleek, dat
dergelijke aanvallen kunstmatig gekweekt wa
ren. De hysterische patiënt werd vertoond, in
de hoop, dat hij een dergelijken fraaien aan
val zou krijgen, en de patiënten voldeden aan
die verwachting. Zij deden elkaar na. En toen
dat ontdekt was, was het uit met de leer, dat
een hysterische aanval uit drie deelen bestond.
Gelukkig was de beroemde Charcot toen over
leden; het zou een geweldige blamage voor
hem geweest zijn.
Dat echter de patiënten elkander imiteeren,
heb ik zelf eens meegemaakt. Eén kreeg een
aanval, en oogenblikkelijk volgden er in
twee hoeken van de zaal twee anderen. Merk
waardig was, dat ze allen netjes op hun bed
neervielen. Iemand, die zich bezeert, of zijn
tong stukbijt in die krampen, is geen lijder
aan hysterie, maar aan vallende ziekte of
epilepsie.
De andere belangrijke uiting van hysterie
zijn verlammingen en contracturen. Een con
tractuur is een langdurige samentrekking van
spieren, waardoor een bepaald lichaamsdeel
een abnormale houding aanneemt. Zoo ziet
men b.v. vaak bij lijders aan beroerte, dat hun
hand niet meer geopend kan worden; en dat
komt dan omdat de spieren, die de hand
openen, verlamd zijn, en de spieren, die dé
hand sluiten, zich al te sterk samentrekken.
Zeer bekend bij hysteriepatiënten zijn b.v.
de halfzijdige verlammingen, of verlammingen
van beide beenen of van een been. Deze ver
lammingen kunnen jaren en jaren duren, en
ook die contracturen kunnen jarenlang be
staan. Maar en nu komt het interessante
soms is die verlamming plotseling verdwenen,
en even plotseling komt ze weer te voorschijn.
Dit zijn de twee voornaamste uitingen van
hysterie, maar er zijn er ook andere, die den
toeschouwer niet minder treffen, zooals de
hysterische staarheid. of hysterische blindheid.
Ook deze kunnen plotseling verdwijnen, ook
wel onder den indruk van een heftigen schril:.
Volgens sommige auteurs, o. a. van den pas
gestorven grooten neuroloog Babinski, speelt
de suggestie een heel groote rol by de hysterie,
en hij had v%ar deze ziekte zelfs een nieuwen
naam uitgevonden, n.l. pithiatisme, van het
Grieksche woord peitho, overreden. Welnu, net
is zeker niet waar, dat de hysterie op sug
gestie berust en evenmin op de z.g. auto
suggestie, d.w.z., de handeling, waardoor men
zich zelf iets suggereert, of wijs maakt. Kan
men zich zelve iets wijs maken? Of laten wij
de vraag anders stellen: heeft iemand, die
zich iets wijs maakt, precies dezelfde over
tuiging, hetzelfde soort overtuiging, en het
zelfde gevoel van overtuiging, als iemand, die
na rustig nadenken, en min of meer wijs be
raad, tot een overtuiging gekomen is? Immers
neen! Het is veel gemakkelijker iemand an
ders iets wijs te maken, b.v., dat hij een ziekte
heeft, dan zich zelf zoo iets wijs te maken.
Een dokter zou gemakkelijk spel hebben, cm
een lichtgeloovig en zelfs een normaal per
soon, indien deze zich niet geheel prettig ge
voelt, een ziekte te suggereeren, omdat hij
meer deskundig is; maar zichzelf zoo iets te
suggereeren, is moeilijk, want hij is even des
kundig als hij zelf. Iemand, die zich zelf iets
wijs maakt, wil iets. Heel vaak is het zoo,
dat iemand, die zich zelf wijs maakt, een be
paalde ziekte te hebben, die ziekte werkelijk
zou wenschen te hebben, wel te verstaan, niet
de ziekte zelf, maar de gevolgen. En wat zijn de
gevolgen van een ziekte: dat men niet meer
behoeft te werken, en dat men door iedereen
naar de oogen gezien wordt, soms zelfs, dat
men zijn omgeving kan tyranniseeren. Zulk
een persoon heeft er dus belang bij, dat hij
voor een ernstigen zieke gehouden wordt. En
wat is dan het eerste wat den medicus ter
stond tegemoet komt bij de kennismaking met
zulk een patiënt? Weerstand. Wanneer men
een gewonen zieke onderzoekt en hem zegt:
„het valt nogal mee", dan is hy blij en slaakt
een zucht van verlichting. Maar wanneer
het een hysterisch persoon is, dan zegt hij
maar dokter, die en die heeft gezegd, dat het
ongeneeslijk is, en op die andere plaats heb ik
ook nog pijn.
Zoo is het dus duidelijk, dat een ernstige
overtuiging niet hetzelfde effect in de ziel te
weegbrengt als het zichzelf iets wijs maken.
In dit laatste geval is de patiënt steeds on
rustig en biedt weerstand.
En men zou zelfs verder kunnen gaan en
beweren, dat echte auto-suggestie niet bestaat.
Laat iemand er maar eens ernstig voor gaan
zitten, en zich zelf wijs maken, dat hij b.v.
pijn aan het hart heeft. Dat gelukt hem wel,
maar over een kwartier is hij het vergeten.
De suggestie is niet de oorzaak van hysterie,
men kan iemand gelukkig ook niet door
suggestie echt hysterisch maken. Maar wat
dan wel? Daarover zijn de opinies van de ge
leerden zeer uiteengeloapen.
TH. H. SCHLICHTING.
Mr. L. van Regteren Altena, oud-kassier-
generaal van de Nederlandsche Bank, is op 69-
jarigen leeftijd te Bergen overleden.