Een vijfjarenplan in Turkije
7td Wt&aai van den dag
PER VLIEGMACHINE DE WERELD ROND
DE APPEL VAN KEMA
CRICKET IN ENGELAND
ONZEN OMROEPER
Z0MERA VOND
EEN FANTASTISCH PLAN
Het Geheim van
het open Raam
VRIJDAG 29 JUNI 1934
Mislukte pogingen om te komen
tot de stichting van een
oppositie-partij
Vijf en twintig „vrije"
afgevaardigden
Wat was de belangrijkste ge
beurtenis in Londen in de
afgeloopen week?
De tweede testmatch
Diesel-treinen
Zwitserland
in
Het circus Maximus te
Rome
Arrestatie van een
.toovenaar"
Zijde-productie in Italië
Duitsche voorbereidingen van gas
aanvallen uit de lucht op
Londen en Parijs
Onthullingen van een
Engelsch journalist
Hittegolf in Italië
RETRAITEN
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
Detective-verhaal dooi
ANTHONIE GILBERT
n
Afwachten en theedrinken. Dat is het
motto van den Turkendictator Kemai
Pasja bij alle kwesties op binnenlandse!)
politiek gebied. „Ik pluk den appel, wanneer
hij rijp is en mij als vanzelf in de hand valt".
Dit antwoord gaf hij lachend op de vraag van
z'n vrienden, die hem naar het geheim zijner
successen vroegen. „Daaronder lijdt de appelboom
niet. De toeschouwer gelooft, dat het initiatief
van mij uitging, terwijl het in werkelijkheid
van den appel kwam". Dit geduldige Wachten
op het juiste moment is een der uitstekendste
heerschersdeugden van den ghazi.
Terwijl de volkspartij van Kemal Pasja naar
buiten een gesloten front vertoont, voeren in
den boezem der partij verschillende richtingen
levendig strijd. Er zijn stroomingen in de partij,
die zoowel de verschillende politieke richtingen
als de verschillende sociale en economische
lagen des lands vertegenwoordigen, In den
laatsten tijd staat in het middelpunt van de
gedachtenwisseling de kwestie, hoever men mag
gaan bij het tot staatsbedrijf maken der Turk-
sche industrie. De radicale vleugel der partij,
welke hoofdzakelijk bestaat uit intellectueel»5
theoretici, komt op voor navolging, zoover het
maar gaat, van het Sovjet-Russische voorbeeld
Het orgaan van deze groep, dat maandelijks
verschijnt en als een magazijn, „Kadro" gehee-
ten, wordt uitgegeven, wijst reeds in zijn naam
Kader er op, dat zijn medewerkers zich be
schouwen als de officieren der toekomstige eco
nomische armee. Naar hun overtuiging zou
Turkije met een geweldige inspanning van
krachten moeten binnendringen in het front
der modem geïndustrialiseerde landen. Er zou
geen tijd mogen verloren gaan met het afdoen
van voorbereidende phasen, die andere landen
eerst hebben doorloopen ter bereiking van hun
doel. Hun meening is, dat de particuliere be
drijven zulk een geweldige omwenteling niet
willen en kunnen doorvoeren. Deze groep streeft
dus naar een zeer ver gaand staatssocialisme,
dat bijna alle gebieden der economie zal om
vatten.
Dit plan wordt door de rechterzijde der par
tij, die liberale beginselen huldigt, met felheid
bestreden. Het centrum van deze groep vormt
de Ish-bank (Bedrijfsbank), een financieel in
stituut, dat rijk aan invloed is. Men beweert
dat Kemal aandeelhouder is. De levendige strijd
tusschen beide groepen vindt in de dagblad
pers maar zwakke echo's, ofschoon bijna alle
couranten in het bezit zijn van leden der par
tij of van afgevaardigden. Dit is waarschijnlijk
daaraan toe te schrijven ,dat elke controvers in
den boezem der partij naar hartelust bediscus
sieerd mag worden, totdat een kwestie door de
meerderheid is beslist. Het eenige blad, dat een
uitzondering vormt, is „Nakimiyedi Millye", het
officieele partij-orgaan, waar beide groepen
haar vrije tribune kunnen vinden.
Buiten de twee aangeduide groepen bestaat
er nog een derde, waartoe de minister-presi
dent Ysmet Pasja en de meeste leden van het
kabinet behooren. Deze groep wenscht een gul
den middenweg tusschen beide extreme groe
pen te banen. Het is onder deze omstan
digheden niet verwonderlijk, dat de regeering
een zeer voorzichtige en buigzame economische
politiek voert. Ook de regeering van Kemal
heeft een vijfjaren-plan. Dit plan bedoelt vijf
textielfabrieken in dit tijdvak te stichten en
eventueel vijf schoenfabrieken. Verder denkt
men er niet aan ondernemingen op breede
basis te stichten. Men wil eerst afwachten,
welke resultaten het eerste vijfjarenplan ople
vert. De dictator Kemal zelf heeft geen partij
gekozen. Hij blijft koel en heeft in schijn geen
belangstelling voor deze zaak, maar in werke
lijkheid volgt hij heel precies alle ontwik-
lingsphasen in dit conflict. Wanneer door al
door nieuwe discussies deze moeilijke kwestie
rijp zal zijn, zal hij zijn beslissing nemen en
den rijpen appel plukken.
In alle zaken neemt hij zulk een houding
aan. De jammerlijk verloopen poging, om met
behulp van zijn vriend Fethi Bey een oppositie
partij te stichten, was bedoeld als een middel,
om wrijvingen te doen ontstaan, waaruit de
vonken der waarheid zouden te voorschijn
springen. Het werd een fiasco. Want de anti-
revolutionnaire krachten, die zich niet konden
verzoenen met den vooruitgang van het land,
probeerden meteen, de nieuwe liberale partij
te maken tot een hoofdkwartier der reactie
Maar dit experiment zou binnenkort wel eens
herhaald kunnen worden. De Turksche dictator
is nu eenmaal verzot op (natuurlijk onge
vaarlijke) oppositie. En daarom heeft hij een
noodhulp-oppositie uitgevonden. De nationale
vergadering telt 320 leden. Hij heeft nu toe
gestaan, dat 25 daarvan door het volk in vrije
keuze mogen worden gekozen. De overige 295
worden door de partij aangewezen. Hij heeft
dus zijn geen enkel gevaar opleverende ope
rette-miniatuur-oppositie. Kemal heeft dezen
fameuzen vijf en twintig volledige vrijheid
van het woord en onaantastbare onschendbaar
heid gewaarborgd. Hij wil namelijk ook de
keerzijde leeren kennen, voordat hij den appel
plukt. En mochten deze vijf en twintig „vrije''
afgevaardigden ten slotte maar een trieste en
armzalige oppositie vormen, dan is dat noch
Kemal's wensch, noch zijn schuld.
hoort U niet door de radio. Toch heeft de radio
zijn onverflauwde belangstelling. U wenscht 'n
radiotoestel te verhandelen? Span onzen Om
roeper er voor! Dagelijks bereikt hij 75.000 ge
zinnen. Hij zal U dus zeker van dienst kunnen
zijn.
LONDEN, 26 Juni.
Welke belangrijke, welke zeer belangrijke ge
beurtenis heeft gisteren te Londen plaats ge
had?
Gij, in Holland, die zoo nauwkeurig pleegt te
volgen wat er in het buitenland omgaat, ant
woordt prompt:
„Mr. Neville Chamberlain heeft in het Lager
huis het tegen Duitschland gerichte Clearing
office-ontwerp toegelicht, en de houding van
Berlijn inzake de Dawes- en Youngleeningen
scherp gelaakt."
Gij hebt prompt, doch volkomen onjuist ge
antwoord.
Gisteren heeft Engeland Australië in de twee
de Testmatch geslagen met een innings en 38
runs even voor de klok 6 uur (zomertijd) sloeg.
Prachtiger bowling dan dat van Verity (geen
naam van een club, maar van een Engelschen
bowler) is zelden aanschouwd geworden. Wcod-
full, de Australische captain, heeft het Britsche
team hartelijk gslukgewenscht. Wyatt, de Brit
sche captain, was in de wolken. De heele natie
is in de wolken. De kranten hebben vette blok-
letters voor de headlines te weinig.
Mag ik verder examineeren? Wat is er van
daag een week geleden gebeurd?
.Bedoelt gij soms de debatten in het Lagerhuis
over petroleum-productie in Engeland?" vraagt
gij trotsch op uw geheugen en uw vertrouwd
heid met de wereldgebeurtenissen.
Neen, dat bedoel ik natuurlijk niet, ofschoon
dat misschien toevallig óók gebeurd is. D e ge
beurtenis van een week geleden is dat toen der
tien testplayers gekozen werden, met Wyatt
(bovengenoemd) als captain, en Sutcliffe, Hen-
dren en Verity als spelers. Ik kan nu niet uit
wijden over de spanning die heerschte in af
wachting van de beslissing van het selectie-co
mité, maar die geweldige „koppen" over de ge-
heele breedte van de hoofdpagina's der bladen
leggen er getuigenis van af. En vertel mij nu
wat er verleden week Donderdag voorviel.
„O, dat weet ik zeer goed. Londen in 't alge
meen en Downingstre;t in het bijzonder, werden
in rep en roer gebracht door een rede van Dr.
Schacht, den president der Duitsche Rijksbank,
die dreigde dat Duitschland alle handelsbetrek
kingen met Engdand zou afbreken, en zijn te
genmaatregelen zelfs tot de Dominions zou uit
strekken, indien niet
't Is allang gced. Aan gebeurtenissen van
ondergeschikt belang maakt men niet zooveel
woorden vuil. Neen, Donderdag deelden de
avondbladen op de zoo even geïncrimineerde
wijze mede dat regen veorspeld werd voor de
test-match. Maar er was nog een andere gebeur
tenis van belang.
„Bedoelt u dat Mr. MacDonald besloot, op
advies van zijn g:neesheeren, volkomen rust te
nemen voor den tijd van drie maanden?"
MacDonald? Wie is dat toch weer? Neen, ik
bedoel natuurlijk dat Bradman's gekneusde heup
verbonden werd. En Vrijdag?
„Vrijdag? O ja, generaal Weygand, de Fran-
sche opperbevelhebber bracht een bszeek aan het
War Office. Tal van geruchten hebben in dit
verband de ronde gedaan. Niemand weet er het
ware van. Misschien zoudt u ons wel kunnen
zeggen
Het eenige dat de moeite waard is gezegd te
worden, is dat Vrijdag de groote dag was, waarop
de Tweede Test Match geopend werd in Lords
Cricket ground. De strijd werd gevoerd met
afwisselend geluk, maar ook met afwisselend
ongeluk. Leyland en Ames schoten Engeland te.
hulp. Walters stond pal op het kritieke oogen-
blik: 99 voor 3:293 voor 5. En Zaterdag?
„Groote conservatieve overwinning bij een
tusschentijdsche verkiezing te Twickenham. Een
duidelijke waarschuwing aan het adres der re
geering om meer conservatief en minder „na
tionaal" te zijn. Ja, wij weten hier precies wat
er in Engeland omgaat."
't Lijkt naar niets. Zaterdag was Engeland
all out 440: Leyland 109, Ames 120....
„Beursncteeringen?"
Neen, nog altijd de Test Match.
2MiiNiiniiim
lllllllllllllll!£
De Zwitsersci .e Bondsspoorwegen hebben twee
nieuwe Diesel-electrische treinen besteld. De
beide gelijke wagens hebben een totale lengte
van 21.95 M. Bedrijfsklaar wegen zij 31 ton. Het
aantal zitplaatsen bedraagt 52, waarbij nog 17
opklapstoelen komen. Verder zijn er nog 16 tot
30 staanplaatsen, zoodat in totaal met eiken
wagen 85 tot 100 passagiers vervoerd kunnen
worden.
De snelheid bedraagt 125 K.M. per uur. Elke
wagen wordt in beweging gebracht door een
290 P.K. Sulzer-Dieselmotor. De wagens worden
ter verhooging van de snelheid in stroomlijn
gebouwd. Zij zullen voorloopig dienst doen op
de lijnen Solothum-Vevey en zullen een groote
verbetering in het verkeer op deze lijn betee-
kenen.
Wanneer je 's avonds, met dit weer,
Bij 't open venster zit,
Met kopje thee en met een pijp,
Dan ondervind je dit:
Een man met roomijs wil zijn ijs
Voor enk'le centen kwijt,
Dus schreeuwt van roomijs op een i
toon, l
Die luid ten hemel schreit!
Natuurlijk gaat die man voorbij.
Maar nauw'lijks is hij heen I
Of je zegt nijdig tot je zelf,
Daar heb je'er wéér zoo een! i
Het raam staat niet alleen bij
Geopend op dit uur,
Doch dit is óók zoo het geval
Bij na- en overbuur.
U hoort door Huizen Daventry,
Plus Weenen en Milaan
En Richard Tauber begeleidt
Een lezing met sopraan!
En als 't verkeer tot toeteren
En tramgetingel dwingt,
Dan merk je hoe het vól geluid
Juist in uw kamer dringt!
En ben je zoo na een kwartier
Niet uit je huis gevlucht,
Dan ruik je wel benzinegeur,
Maar nimmerfrissche lucht!
MARTIN BERDEN
(Nadruk verboden)
aiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiii;
De restauratiewerkzaamheden in de archeolo
gische zóne te Rome hebben, naar men weet,
den laatsten tijd belangwekkende resultaten ge
had, en elk jaar wordt op den 28sten October,
den nationalen feestdag, een deel van dezen
arbeid, de aanleg van een nieuwen weg,
welke de overblijfselen van antieke cultuur ver
bindt, of wel de restauratie van een Romemsch
monument voltooid en ingewijd. Op het
oogenblik houdt men zich voornamelijk bezig
met de ontmanteling van het Circus Maximus
en den aanleg van een nieuwen verkeersweg.
Een en ander zal in dit najaar gereed zijn. Het
Circus Maximus, gelegen tusschen Aventinus en
Palatinus, was in zijn oorspronkelijken vorm
van hout opgetrokken, als zoodanig dateert het
feitelijk uit den tijd van de stichting van Rome.
Koning Tarquircius verving het circus door een
veel grooter steenen bouwwerk, hetwelk op den
duur, en met name gedurende Republiek en
Keizerrijk, meerdere malen verfraaid en ver
groot werd. Zoo was het Circus Maximus
eeuwenlang het centrum der klassieke Rornein-
sche Spelen. De laatste voorstelling vond plaats
in het jaar 549, ter eere van Totila, koning der
Oost-Gothen. Het Circus, dat 250.000 toeschou
wers kon bevatten, was 600 M. lang en 150 M.
breed; het was naar Grieksch voorbeeld ge
bouwd, doch het Circus Maximus was aanmer
kelijk grooter dan het vermaarde Circus te
Olympia.
In de winkeltjes van de onlangs geheel ge
restaureerde „Markt van Trajanus" te Rome,
zal binnenkort een tentoonstelling worden ge
houden, welke een overzicht geeft van de zijde
productie en de toepassing van het materiaal
in den meest uitgebreiden zin.
Te Dridoe in Roemenië ontstonden onlusten
toen twee duizend opgewonden menschen de
gevangenis bestormden teneinde te trachten
een „toovenaar", Chigidu genaamd, te bevrij
den.
De politie hield de woedende boeren tegen, die
opgewonden de invrijheidstelling eischten van
den gevangene, die hun beloofd had om tegen
een geringe belooning het te laten regenen.
Bij de relletjes werden twintig personen gewond.
Nu nog mijn handschoenen en mijn nieu
we tasch, vlug, Dina! Het is al laat. Lig
gen de kinderen warm in hun bedjes?
„Ja, mevrouw." antwoordt Dina haastig.
„Willy slaapt al, maar Liesje is nog wakker.
In de halfdonkere kinderkamer richt een lief
blond kinderhoofdje zich op uit haar kussen
en roept met een druilerig stemmetje: „Komt
u me nog even goeden nacht zeggen, mama?"
„Morgen, hoor Liesje, voor vandaag is het
te laat!"
De jonge vrouw gaat de slaapkamer van het
kind voorbij, want haar man wil niet graag
wachten; bovendien zou een omhelzing van
kleine Liesje haar toilet of kapsel wel eens kun
nen bederven.
Boven hoort Liesje de deur dichtslaan en
pruttelt zachtjes: „En mama had me beloofd
nog een nachtzoentje te komen brengen."
Het kindermeisje troost haar. ,,'tWas al zoo
laat, Liesje, ga nu slapen en doe je oogen
dicht."
De kleine blijft nu stil liggen, maar zoo dik
wijls het kindermeisje naar haar komt kijken,
ziet ze dat Liesje de oogjes nog open heeft.
Zoo nu en dan ook hoort ze hoe Liesje zacht
jes fluistert: „Ik wou mama zoo graag goeden
nacht zeggen!"
De jonge vrouw is geen liefdelooze moeder,
integendeel, ze houdt zielsveel van haar kin
deren. Vroeger heeft ze avond aan avond haar
kindertjes te bed gebracht. Dan luisterde ze
naar hun avondgebedje, gaf ze een kusje en
een kruisje op het voorhoofd. Maar sinds ze
den winter in de stad doorbrengen, hebben
nieuwe vrienden en vele tooneelvoorstellingen
de avonden in beslag genomen en mevrouw
voelt zich goed thuis in deze nieuwe omgeving.
's Avonds heeft ze geen tijd meer voor de
kinderkamer. Willy, een echte robbedoes, merkt
die verandering nauwelijks op, doch de kleine
Liesje, een gevoelig meisje, meent niet te kun
nen slapen, vóór mama haar goeden ndcht
heeft gekust.
Op dezen avond kwamen de ouders weer van
een feestje thuis. 'tWas laat geworden en met
een bezorgd gelaat komt Dina hen tegemoet,
zeggende: „Komt u eens naar Liesje kijken,
mevrouw, ze is heel ziek!"
„Ziek!" roepen beide ouders tegelijk, en snel
len naar de kinderkamer.
Daar ligt Liesje met half gesloten oogjes en
hoog roode kleur. Ze ademt moeilijk en onre
gelmatig en hoest nu en dan benauwd. Me
vrouw geeft haar vele lieve naampjes, maar ze
hoort niets en kent niemand. Als de dokter
even later binnenkomt, onderzoekt hij de kleine
en spreekt dan het gevreesde woord „diphthe-
ritis!"
De jonge moeder kijkt hem verschrikt aan.
Hoe is 't mogelijk, alles was zoo mooi, zoo zon
nig en nu dit verschrikkelijke! De dokter raadt
haar aan wat te gaan rusten, maar ze zal bij
haar Liesje blijven. „Ik wil afwachten," zegt
ze, maar wat ze wil afwachten, weet ze zelf
niet. Ze peinst en denkt aan de vele avondjes,
dat ze geen tijd had om naar Liesjes geroep
te luisteren, als ze om een kusje, een „goeden
nacht" vroeg. O, ze zou niet meer weggaan,
voor ze Liesje voortaan zelf in haar bedje had
gelegd, had geliefkoosd en gekust. Ze zou blij
ven en wachten tot ze sliep, altijd!
Haar man komt de kamer binnen, ziet ver-
schi-ikt naar het kindje en zegt dan: „Zouden
we dokter nog niet egns roepen, de kleine is
zoo veranderd!"
Nu kijkt ook mevrouw angstig naar de lieve
kleine Liesje, die bleek en stil in het bedje ligt.
Ze staat op en buigt zich zacht over de kleine.
Het kindje doet dan plotseling de oogjes open
en fluistert hoorbaar „mammie!" Over het ge
zichtje glijdt een gelukkig lachje en dan ver
volgt ze langzaam en zachtjes: „Goeden nacht,
lieve mammie!"
„Liesje, 'tis geen nacht meer tis dag, lie
veling!"
Het kindje maakt een ontkennende beweging
met haar hoofd
je, slaat haar
handjes om den
hals van haar i r
mammie en fluis- i LrOCueH fldCIlt
tert zachtjes: f
„Zeg me goeden I
nacht, mammie?"
„Goeden nacht, kindje," zegt nu de moeder
en buigt zich dieper over haar Liesje, om aan
haar verlangen te voldoen en haar meteen goe
den nacht te kussen.
Maar wat is dat? Wat is dat voorhoofdje
koud en ook die handjes! Wat is er gebeurd?
De vader staat naast haar met ontdaan en
bleek gelaat, het kindermeisje Dina schreit.
Mevrouw valt bewusteloos neer als een laken
over het Kleine lijkje wordt gelegd.
„Goeden nacht, Liesje, goeden' nacht!"
ROME, 28 Juni (V.D.) In geheel Italië is
de hitte zeer toegenomen. Te Napels zijn twee
personen aan zonnesteek overleden Talrijke
ongevallen vinden bij het baden plaats. In het
Albaner Meer is dezer dagen een jonge pries
ter verdronken.
De bekende journalist Wickham Steed heeft
in het maandblad „Nineteenth Century Re
view" een merkwaardig artikel geschreven over
de voorbereidingen van Duitschland om gas
aanvallen vanuit de lucht te ondernemen op
Parijs en Londen.
Steed baseert zijn mededeelingen op geheime
documenten, ontvangen uit niet-Joodsche Duit
sche bronnen.
De schrijver verklaart dat men uit de hem
ter kennis gebrachte feiten tot de conclusie
kan komen, dat de „Luft-Gasangriff'-afdeeling
van het Duitsche Ministerie van Oorlog sedert
1933, in Parijs en Londen opmetingen zijn ver
richt om vast te stellen hoe het ondergrond-
sche spoorwegsysteem het best kan worden ge
ïnfecteerd door doodelijke ziektekiemen of gift-
gassen.
In een document, gedateerd Juli 1932, wordt
uiteengezet, dat in verband met de krachtige
Fransche vestingwerken, alleen een luchtoorlog
met succes zou kunnen worden gevoerd.
In een noot der redactie wordt verklaard dat
de geheele geschiedenis natuurlijk officieel zal
worden tegengesproken. Desondanks is het
mogelijk te bewijzen, dat deze tegenspraak on
juist is.
Experimenten met giftgas, aldus gaat het
artikel verder, zijn volkomen gewettigd en in
derdaad noodzakelijk uit het oogpunt van ver
dediging.
Doch deze onderzoekingen te doen plaats
hebben in de hoofdstad van een bevriende
mogendheid, is geheel iets anders, daar buiten
allen twijfel gebleken is, dat deze gegevens
worden verzameld niet voor verdedigings-doel-
einden, doch voor een aanval.
Ten aanzien van de wijze waarop deze proef
nemingen en experimenten zijn uitgevoerd,
wordt verklaard, dat een cultuur van onschul
dige kiemen gebruikt is cm de mogelijkheid
vast te stellen een groote hoeveelheid mosterd
gas of doodelijke ziektekiem-cellen uit de lucht
te doen neerdalen op zulk een wijze, dat de
op verschillende punten van Londen en Parijs
door Duitsche agenten neergelegde hoeveelheden
gas of kiemen een grooter uitwerking zullen
hebben.
Uit de documenten blijkt dat belangrijke Un
derground-stations in Londen, o.a. Leicester
Square, Tottenham Court Road, Piccadilly Cir
cus en Liverpool-Street, evenals de voornaam
ste ondergrondsche stations in Pariis, zeer
nauwkeurig door de Duitsche agenten zijn op
gemeten en bestudeerd.
Een der documenten is een geheim rapport,
opgesteld door Duitsche agenten te Parijs in
Augustus 1933.
De proefnemingen, aldus wordt in dit rap
port verklaard, hebben aangetoond, dat meer
dan een millioen kiemcel-kolonies groeiden in
een Parijsch ondergrond-station, kort nadat
het Place de la Concorde bestrooid was met
eenige billioenen dezer kiemcellen.
ST. PETROS CANISIÜS
Bergen b(J Alkmaar
JULI
Bij het aanbreken van den dag voelden we
ons danig verkwikt en oom Sidney stelde voor
een kleinen onderzoekingstocht te maken om te
zien of er in de nabijheid soms een kraal zou
zijn, waar de vriendelijke Zoeloe misschien
woonde. Wij wilden den man hartelijk bedan
ken voor zijn hulp. Spoedig ontdekten wij
eenige hutten, maar bij navraag naar onzen
helper, werden wij door de vrouwen en kin
deren verbaasd aangestaard.
Ten leste ontdekten we vlak bij de plaats
waar we schipbreuk hadden geleden een een
zame hut. Oom Sidney en ik kropen er Dinnen.
Doch de hut was leeg.
Juist wilden we de hut verlaten, toen eens
klaps de man die ons des nachts zoo vrien
delijk had bejegend, voor ons stond. Oom trok
daarop een ring van zijn vinger en gaf dezen
aan den Zoeloe ten geschenke. Toen de man
zag dat het fraaie kleinood hem als geschenk
werd aangeboden, was hij buiten zichzelf van
vreugde.
Toen wij zouden vertrekken, kreeg ik ineens
een eigenaardig jeukend gevoel. Geen wonder.
Mijn huid, haar, kleeren, enz. waren geheel
bedekt met een soort insecten. De diertjes ver
oorzaakten een ondraaglijke jeuk. De Zoeloe
die mijn gebaren bemerkte, zag spoedig wat
mij scheelde en was weldra doende, mij van
deze kleine kwelgeesten te verlossen.
Dinsdag 1013 Melsjes-Congr. e.a. 1725 jaar.
Zaterdag 1417 Mannen St. Ignatiusclub (le
re traite
Dinsdag 1720 gehuwde dames.
Zaterdag 2124 St. Jozef-Gez. A'dam 1 afd. ge
huwden.
Dinsdag 2427 Meisjes Congreganlsten 1725
Jaar. e.a.
Zondag 291 Augustus Meisjes Congr. 1725
Jaar e.a. (Vacantieweek, geschikt vooral voor win
keljuffrouwen)
A li,* „1.^^ op dit blad zijn Ingevolge de verzekeringsvooi-waarden tegen f 9/1/1/) bij levenslange geheele ongeschiktheid t Dt werken door f bij een ongeval met f OCfl bij verlies van een hand f 9C aij verlies van een f Cfl bij een breuk van f Afl bij verlies van 'n
Jill 6 aoonne S ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen «Jvl/t/»"" verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen dt/»"" doocielijken afloop een voet of een oog duim of wijsvinger f U been of arm# i v/« anderen vinger
62
(Korte inhoud van het voorafgaande
Sir Hector Asscher gaat door voor een ver
woed verzamelaar van kostbare boeken
In Merlin St Hugh waar hil op ziln bul
ten woont leeft hi1 zeer afgezonderd met
zijn nichtje Paula Parkston die in het
geheim verloofd was met den secretaris
van sir Hector Arthur Newnham Dooi
een nandlangster komt Asscher in het be
zit van een kostbaar werk dat uit de bi
bliotheek van Burgoyne is gestolen As
scher reist naar Frankrtlk om een aantal
boeken te verkoopen nagereisd door Sur-
govne en den letterkundige Eggerton In
een luguber hotelletle te Parijs wordt As.
scher dan vermoord Omtrent den dader
tast men ln het duister Waarschttnlilk
ls Asscher reeds ln den trein vermoord
en ln zijn boekenkoffer. door iemand die
zich voor hem uitgaf naar het hotel ver
voerd Het lustttleel onderzoek wordt ge-
leid door den detective Lestrange)
„Ik ben gisteren naar Merlin St. Hugh ge
weest en ik werd er door twee bijzondere din
gen getroffen. De politie had ook Ascher's
chèqueboek nagekeken en op dien twaalfden
Mei, den Zaterdag voordat Miss Ferris nsar
Merlin St. Hugh kwam, trok hij een chèque
op zichzelf van vijftig pond. De directie ver
telde me, dat hij dit nog nooit tevoren had
gedaan. Hü heeft altijd wat zakgeld bij zich,
dat hij per vijf of tien pond tegelijk opneemt
Natuurlijk kan hij wel ineens vijftig pond
noodig gehad hebben, maar ik sprak miss
Marlowe nog en zij vertelde dat al de uitgaven
voor zijn reis dien dag reeds betaald waren en
dat hij haar den veertienden naar Chancel-
bury zond om een chèque van tien pond te
innen, omdat hij wat reisgeld noodig had. Hij
was altijd bang om ook maar een stuiver rente
te verliezen. Daar komt nog bij, dat hij per
soonlijk naar de bank was geweest om die
vijftig pond in kleine biljetten op te nemen
Deze ongewone daad trok opnieuw de aan
dacht. Toen het lijk werd gevonden zat er
slechts 9 pond in zijn zakken en tot nog toe
heeft niemand ook maar ergens m huis geld
kunnen vinden. Het tweede punt: Miss Ferris
komt persoonlijk naar hem toe. Ascher voelde
er niets voor om zichzelf te binden aan een
tusschenpersoon. Ik vroeg Miss Marlowe of hij
ooit aan deze dame had geschreven en zü ver
telde, dat hij den vijftienden, dat is den dag
voordat hij vertrok, haar een brief had gezon
den naar het adres in S. W. 1. zeggende dat
het hem speet, maar dat hij op het oogenblik
geen werk voor haar kon vinden. Ik zie hierin
een zeer verfijnde manier om haar te kennen
te geven, dat hij op een of ander verzoek van
haar niet wenschte in te gaan Waarschijnlijk
vroeg ze hem om financieelen steun."
„Maar dat opent zeker geen verdere pers
pectieven?"
„Misschien. Miss Marlowe is er zeker van
dat er over geld gesproken werd. toen ze de
bibliotheek binnenkwam. Zij wist niet dat er
iemand bij Sir Ascher was en verraste hen.
De rest berust op veronderstellingen. Ik stel
me voor dat Miss Ferris gezegd moet hebben:
„Ik heb hier zeer belangrijke gegevens gekre
gen, maar die zijn slechts voor zeer beperkten
kring geschikt." Zij was immers schuldig aan
een strafbaar feit. Dat legt haar chantagepo
gingen ernstige beletselen in den weg. Ascher
weet dit en maakt zich niet ongerust. Er is
echter één man, die belang stelt in haar mede
deelingen. Dat is de man, die voorstelde het
boek te koopen, dat Ascher zich voor vijftig
pond had weten toe te eigenen. Ik veronderstel
dat Miss Ferris een echte handelsvrouw is. Zij
zou best te bewegen zijn om opnieuw te onder
handelen als er nogmaals vijftig pond bij te win
nen viel. Mijn veronderstellingen rusten natuur
lijk niet op een schijn van waarheid, maar ik
houd vol dat het verbazend dom zou zijn er
heelemaal geen rekening mee te houden."
„Weet niemand waar zij zich bevindt?"
De politie is al naar het adres geweest, dat
zij zelf had opgegeven, vlak bij Wilton Road.
Victoria Station, maar ze hebben haar niet
gevonden. Daar sta ik niet erg van te kijken.
Zij heeft Woensdagmorgen haar kamer ver
laten, dat is dus onmiddellijk, nadat ze Sir
Ascher's brief had ontvangen, met de mede-
deeling. dat hij niets voor haar doen kon."
„Denkt u, dat ze hem achterna is gegaan.
Hoe kon zij weten, wanneer liij over zou
steken?"
„Wat denkt u dan van het geheimzinnige
gesprek door de telefoon?" vroeg Egerton.
„Dat kan alleen van haar geweest zijn. Indien
er dus iets verdachts in haar gedrag steekt,
moet zij op een of andere wijze met hem in
contact zijn gekomen. Als ze niet het minste
idee had van den tijd, waarop hij zou ver
trekken kon zij onmogelijk rond het station
heen en weer spoken om hem te volgen. Ik heb
het nu eenmaal in mijn melodramatische hoofd
gehaald, dat zij dit wel heeft gedaan."
,,Maar veronderstel dan eens, dat hij had
vastgehouden aan zijn oorspronkelijk plan en
den dag tevoren was vertrokken?"
„Ze kan immers Dinsdag niet getelefoneerd
hebben, omdat zij toen zijn brief nog niet
ontvangen had. Die weigering moet haar
ontzettend geschokt hebben. Ik ben er zeker
van, dat ze toen ineens besloten heeft, het
daarbij niet te zullen laten. Ik heb al eens
gezegd, dat het een kunstenaresse was. met al
de opvliegendheid van dat xas. Indien het
noodig was geweest, zou zij hem tot het einde
der wereld zijn gevolgd."
„En gaan wij nu haar tot het einde der we
reld volgen? Een aardig plannetje. Hoe staat
het met Newnham? Heb je hem al gesproken?"
„Neen. daar heb ik nog geen kans toe ge
had. Ik had het gisteren te druk, maar ik denk
hem Maandag te bezoeken. Ik zal hem eerst
op de hoogte stellen van mijn bezoek. Je weet,
dat het heelemaal niets voor mij is om me bij
iemand op te dringen, en allerminst wanneer
deze zich in een cel bevindt. Ik ben bang, dat
hij heelemaal aan den grond zit. Je kunt moei
lijk verwachten, dat een kaartjesknipper op het
drukste uur van den morgen iemand zal her
kennen, vooral Indien deze persoon zich nog
moeite heeft getroost om zijn uiterlijk heele
maal te veranderen. De geschoren snor is een
verbazend bezwarende omstandigheid, vrees ik."
„Daar staat tegenover" voerde Beaumont
aan, „dat hij z'n valschen baard over dat plekje
haren had kunnen aandoen. Indien hij daar
beslist ides in had. Waarom had hij z'n snor
niet afgeschoren, voordat hij naar Bumham
ging?"
Egerton lichtte verrast zijn werkbrauwen op.
„Nu raak je een der meest delicate punten
aan van heel deze kwestie. Indien het wer
kelijk Newnham is geweest, die den baard bij
Bumham kocht, lijkt het mü voorloopig on
mogelijk hem vrij te krijgen. Wij moeten zien
aan te toonen, dat er, alle gebeurtenissen ter
zijde gelaten, een aparte reden bestond, waar
om hij tot die beklagenswaardige daad over
ging. Dat moet jij eens uit zien te vinden. Pro
beer in ieder geval die vrouw op te snorren.
Het zou me niets verwonderen, als jt hoort,
dat ze in het buitenland zit. Ik zal Newnham
opzoeken en probeeren of hij iets wil loslaten
wat ons kan helpen. Ik kan je wel vertellen,
dat ik mij er niet veel van voorstel."
„Ik evenmin", gaf Beaumont eerlijk toe.
„Hou mij geregeld op de hoogte omtrent den
stand van zaken," zei Egerton. „Miss Ferris
interesseert mij nog het meest van allen. Het
is best mogelijk, dat ik Dinsdag weer terug
naar Chancelbury moet. Probeer daar dan ook
te zijn."
Den volgenden morgen ging Egerton naai
de gevangis, waar hij Newnham innerlijk ge
broken ln zijn cel vond, ofschoon de jongeman
er uiterlijk best uitzag. Toen hij den bezoeker
zag binnenkomen, sprong hij ineens van zon
brits op en riep verwonderd, alsof hij zijn
oogen nauwelijks kon gelooven:
„Egerton? Meende Je het dan werkelijk, toen
je me schieef?"
Zijn stgm beefde en hij bracht de hand naar
den mond.
Zoo zenuwachtig als een kanarie, dacht Eger
ton, en hardop zei hij:
„Zeker, cat doe ik in den regel."
„Toen ik je brief ontving," begon Newnham
te ratelen, terwijl hij vergeefs probeerde zijn
zelfbeheersching terug te vinden, „scheen het
mij ongeloofelijkdat jij ons zoudt willen
helpen. Ik heb gehoord, dat jij altijd acn dader
te pakken krijgt," voegde hij er met een grijns
aan toe. „Mijn waarde in dit huis stijgt door
jouw bemoeiing met honderd procent."
(Wordt vervolgd»