Centraliseering crisisbeleid De moord te Waspik DEBUUT VAN MINISTER STEENBERGHE OM DE KONINGIN VRIJDAG 13 JULI 1934 Revolutionnair verzet Voedselschaarschte Tien jaar geëischt TWEEDE KAMER Coördinatie van de drie groote takken van het nationale bedrijfsleven Strooppot-zaak Minister Steenberghe Een goed begin Positie landarbeiders Knoeierijen Monsters lucifers aanwezig STAKING DREIGT Onder de landarbeiders te Tholen INDISCHE DEELNEMING NIEUWE BEWEGING In het regentschap Banjoemas DE NOODTOESTAND IN DE MIJNEN Besprekingen ten departemente DE GEVOLGEN VAN DE STEUNVERLAGING Het R.K.W.V. heeft reeds stappen ondernomen ter verbeteing DE NIEUWE SPOORBRUG BIJ VLAKE OPENLUCHT-THEATER Valkenburg I DE K. R. O.-VLOOT Geen audiëntie R.K. Universiteit Verdachte heeft zijn slachtoffer met voorbedachten rade om hals gebracht „DEZEN KEER HEUSCH ONSCHULDIG" Verdachte zal toch maar in zijn straf berusten AANVARING NIEUW VLIEGVELD TE PADANG UIT DE STAATSCOURANT Een groote verbetering voor de scheepvaart EEN GOOD YE AR-F ABRIEK TE BUITENZORG Begonnen wordt met 600 arbeiders Apothekersadsistentexamen Examen archiefambtenaar Academische examens DOOR VICTOR BRIDGES DEN HAAG, 12 Juli 1934. Zooals we reeds gemeld hebben, heeft de communist de Visser de vrijmoedigheid gehad, om de Kamer lastig te vallen met een interpellatie- aanvraag in verband met de werk- loozenrelletjes, die nog overal in het land plaats vinden. Toen de president, Jhr. Ruys de Beeren- brouck, op dat verzoek onmiddel lijk reageerde met een voorstel, om het niet toe te staan, klonk van enkele banken een bravo en met 58 tegen 24 stemmen stelde de Kamer zich achter haar voorzitter. De communistische leider zal dus zijn plei dooi, om zijn partij vrij te pleiten van schuld aan deze onlusten (waartoe zijn partijblad no- tabene dagelijks opstookte), nog wat moeten hitstellen. Want dat aan deze woelige gebeur tenissen alsnog een bespreking in de Kamer zal worden gewijd, staat vast. De heer VLIEGEN, sprekende namens de sociaal-democraten, vond een debat zelfs zoo gemotiveerd, dat hij er reeds thans toe wilde meewerken, het te doen plaats hebben. En MR. JOEKES, die overigens dit moment alleronge- schiktst vond, was van een bespreking eveneens hiet afkeerig. Wellicht dat die bespreking spon taan door verschillende leden zal worden aan gevat als de Regeering haar conslusies getrok ken heeft uit het rapport der commissie-Kuolen en aan de Kamer in een ontwerp de vraag Wordt voorgelegd, of menschen als de commu nisten, die revolutionnair verzet op straat wil len combineeren met propaganda in de wet gevende colleges nog wel langer in die colleges thuis hooren. In ieder geval vormt wat in den laatsten tijd te Amsterdam en elders gebeurde, Prachtige stof voor de Memorie van Toelichting, Indien de Regeering tot het indienen van een dergelijk voorstel besluiten mocht. Dat de communist WIJNKOOP en de revo- lutionnair-socialist SNEEVLIET triomfantelijk zich beriepen op het adres, waarin de Hervorm de Predikanten zich voor intrekken van de steunverlaging tot de Regeering richtten, spreekt vanzelf. Op die wijze zal van het on doordacht adres nog wel meer misbruik wor den gemaakt. Toegestaan werd aan de vrijzinnig-democra- te Mevrouw Bakker-Nort, een interpellatie over het niet uitbetalen van het voor 1934 uitgetrok ken subsidie aan het Lorentzlyceum te Eind hoven. Deze zal Vrijdagmiddag om 2 uur ge houden worden. De van 1922 dateerende „Strooppot"- aangelegenheid, die jarenlang de rechter lijke colleges en ook de Tweede Kamer heeft bezig gehouden, heeft ook thans haar einde nog niet kunnen .vinden. De scheepsslooperij Rjjsdijk, welke in drie instanties tegen den Staat geprocedeerd heeft om schadevergoeding wegens de gedwongen stillegging van haar werf, welke een gevolg was van de door den Rijkswaterstaat ondernomen afdamming van de Strooppot, een rivierarm van de rivier „De Noord", had zich tot de Kamer gewend, opdat deze de Regeering alsnog bewegen zou tot het toekennen eener schade vergoeding. Want in laatste instantie had zij haar proces verloren. De sociaal-democraat DUYS en de Christe- lijk-Historische afgevaardigden LOVINK en Krijger nebben met een uit billijkheidsover wegingen voortgekomen gloed de conclusie van de Kamercommissie, welke den heer Rijsdijk ter Wille wilde zijn, verdedigd. Doch tegenover hen stelden de twee jongste juristen van de Kamer, Mr. GOSELING en Mr. VAN DIJKEN de zaak in korte speeches zeer scherp door te betoogen, dat het hier ging de Hooge Raad zelf maakte dit uit om een onrechtmatige daad, die de Overheid in ieder geval niet als zoodanig, maar als gewoon civiel eigenaresse van gronden begaan had. En was er, indien het een publiekrechtelijke daad, door de Overheid als zoodanig gesteld, geweest was, hrisschien aanleiding geweest voor de Kamer, om bij gebreke van administratieve recht spraak te intervenieeren, thans nu het betrof een door het hoogste rechterlijk college beslecht geding tusschen twee civiele partijen, zou de Tweede Kamer een zeer bedenkelijk precedent scheppen door nog eens aan de procedure voor den rechter een verlengstuk te gaan toevoegen. Over het amendement op de conclusie,, door de beide juristen ingediend en dat de strekking had, de zaak thans eindelijk als afgedaan te beschouwen, staakten de stemmen. Morgen zal er dus een nieuwe stemming moeten worden gehouden. De wijziging van de Landbouwcrisis- wet, welke naast kleinere herzienin gen de aanvullingen brengt, welke noodig zijn wegens het om redenen van centralisatie in de uitvoering der crisiswetgeving intrekken van de Tarwewet 1931, de Crisis-Zuivelwet 1932 en de Crisisvarkenswet bracht het debuut van Mr. STEEN BERGHE als opvolger van Minister Verschuur. De nieuwe bewindsman van. Economische Zaken had daarbij niet minder dan twaalf sprekers te beantwoorden de katholieken VAN VOORST TOT VOORST, LOERAKKER en GOSELING, de vrijzinnig-democraten EBELS en SCHILTHUIS, de sociaal-democra ten DUYS en HIEMSTRA, den anti-ievolu- tionnair VAN DIJK, den Staatkundig-Gere formeerde VAN DIS, den communist WIJN KOOP, den revolutionnair-socialist SNEE VLIET en den afgevaardigde van Nationaal- Herstel Mr. WESTERMAN en de jeugdige Minister toonde zich daarbij een spreker, die met een rust, die aan zijn voorganger Ver schuur herinnerde, en met groot gemak van formuleering een betoog weet te houden, dat niet om de zaken heenloopt. Al kan men van een minister, die pas een paar weken een departement met de uitgebreid heid van dat van Economische Zaken onder zijn hoede heeft, niet verwachten, dat hij antwoord geeft op al wat de Kamer hem voorlegt, de maidenspeech van mr. Steenberghe deed het vermoeden rijzen, dat hij het in die kunst spoe dig even ver zal brengen als zijn voorganger. Vatten wij de voornaamste punten uit 's mi nisters redevoering samen, dan komen we van zelf tot een resumé van wat het dozijn sprekers alzoo te berde bracht. Wat de positie van de landarbeiders betreft herinnerde minister Steenberghe aan de be schikking van 27 Juni j.l-, waarbij de werk gevers in den landbouw ten opzichte der ar beiders allerlei verplichtingen terzake van er kenning der organisaties, aanvaarding van arbi trage en nakoming van collectieve contracten kregen opgelegd. Daaraan kon de bewindsman in antwoord aan o.a. den heer Loerakker toevoe gen, dat tevens al getracht wordt, ook het over leg met de organisaties der landarbeiders, waar aan veel ontbreekt, van den kant der werk gevers beter te doen functionneeren. Dat de handel en het bedrijfsleven be trokken zullen worden in de uitvoering van de landbouwcrisisregelingen, was reeds in de Memorie van Antwoord gezegd. Minister Steenberghe wil hier, zoo noodig, vrij ver gaan. Want hij beschouwt het, zoo zeide hij, als zijn taak, de drie groote takken van het nationale bedrijfsleven, industrie, handel en landbouw, zooveel mogelijk te coördineeren. Dat er in het enorme apparaat van Econo mische Zaken en op het enorme terrein, waarop de crisiswetgeving werkt, knoeierijen voorkomen, wilde de bewindsman allerminst ontkennen. Doch hij is voornemens, daartegen zoo streng moge lijk te waken en hij is ten allen tijde bereid, klachten in ontvangst te nemen op een wijze, die waarborgt, dat de klagers (zooals mr. Wes terman beweerd had, dat thans gebeurt) daar van geen nadeel zouden ondervinden in hun verder bestaan. Het rapport van de commissie- Beumer was nog niet uitgebracht. Daarover zweeg de minister dus terecht. Een directeur-generaal van den landbouw zal de minister zeer waarschijnlijk aanstellen. Hij uitte evenwel zijn verbazing over de dagbladen, die met hun berichten over de aanstaande be noeming van een bepaald persoon de groote moeilijkheid van een niet zoo maar in drie weken te verwezenlijken keuze zeer hadden onderschat. Den heer v. Voorst tot Voorst antwoordde mi nister Steenberghe, dat overwogen wordt, het euvel van de twee soorten prijzen voor varkens uit de wereld te helpen, den heer van Rappard deelde hij mede, dat eveneens in studie is het verleenen van een garantie aan diegenen, die, vrijwillig, grasland in bouwland omzetten en dat een invoerbeperking van Belgische kuikens op komst is, den heer Loerakker kon hij niet toe geven, dat de centralisatie van den steun aan de teelt van allerlei siergewassen in de sier teeltcentrale geen goede maatregel wezen zou, omdat juist de deskundigen uit de verschillen de kringen daartoe geadviseerd hebben. De heer van Dis, die in Kerstiaanschen trant voor het hergeven van de vrijheid aan het boerenbedrijf gepleit had, kreeg tot be scheid, dat de mogelijkheid, om te leven, welke de crisiswetgeving voor de boeren schept, hun boven de onbeperkte vrijheid gaan moet. De heer Duys, die wederom de schandalen bij de Varkenscentrale ter sprake gebracht had, moest genoegen nemen met 's ministers ver klaring, dat de veertien dagen van zijn bewind hem nog allerminst aanleiding hadden gegeven, om het vernietigend oordeel van den sociaal- democratischen afgevaardigde te deelen, maar dat hij met ijver kennis zou nemen van al wat hem in dit verband zou worden meegedeeld. En ook mr. Goseüng tenslotte, die een knap speechje gewijd had aan de z.i. hier en daar twijfelachtige juridische verdiensten van de Landbouwcrisiswet, kreeg naast de toezegging, dat voortaan het departement van Justitie steevast de formuleeringen toetsen zal en naast de ver klaring, dat de strafbaarstelling van poging tot overtreding door Financiën op prijs wordt ge steld, omdat het een hulpmiddel is bij den strijd tegen de smokkelarij, ook ten aanzien van de weinig fraaie cumulatie van crisistuchtrecht- spraak en gewone strafrechtspraak een weder woord, hetwelk bewees, dat de minister ook op specifiek-juridisch terrein zijn mannetje staat. Wegens een ingediende Nota van Wijziging heeft de Kamer de behandeling van de wijzi ging der Landbouwcrisiswet onderbroken, om zich aan het eind van den middag te zetten aan de behandeling van de contingenteeringen van veekoeken en lucifers, welke werden goedge keurd, doch niet dan nadat een levendig en vermakelijk debat had plaats gehad tusschen eenerzijds den bij contingenteeringen altijd zeer huiverigen vrijzinnig-democraat SCHILTHUIS en de ook ietwat sceptische boeren afgevaar digden VAN VOORST TOT VOORST, VAN DEN HEUVEL en VERVOORN en anderzijds dr. KORTENHORST. Maakte deze het bij de vee koeken zijn partijgenoot-minister erg gemakke lijk, bij de lucifers werd die taak op verdienste lijke wijze en ook weer tegenover den heer Schilthuis vervuld door den katholieken afge vaardigde VAN DE PUTT, die zelfs allerlei mon sters in den waren zin! van buitenlandsche lucifers had meegebracht. Sterk is, dat de bui tenlanders eenvoudig den Nederlandschen naam misbruiken. Er is een Japansch merk „Neer- landia". En de Russen verkoopen lucifers onder den naam,Dorus Rijkers"! De Kamer keurde tot slot nog goed het aan gaan van Indische conversieleeningen. Naar we vernemen, dreigt thans een staking onder de ongeveer duizend landarbeiders op het eiland Tholen, daar de organisatiebesturen tot nu toe nog geen collectief contract met de land bouwers hebben kunnen afsluiten. Het Indiëvliegtuig der K.L.M. de „Havik", dat, zooals gemeld, Woensdag op Schiphol aankwam, bracht een krans immortellen mee als huldeblijk der Nederlandsche bevolking van Kramat aan de nagedachtenis van Z. K. H. Prins Hendrik. De K.L.M. heeft den krans nog denzelfden dag aan het Paleis Noordeinde te Den Haag doen bezorgen. BATAVIA, 12 Juli. (Aneta.) Te Batavia is opgericht de „Nieuwe Indische Beweging" (N. IB.), welke uitgaat van de ondeelbaarheid van het Koninkrijk der Nederlanden, onder het re- geerend Vorstenhuis van Oranje-Nassau. De vereeniging stelt zich ten doel te streven naar het bereiken van een harmonische goed func- tionneerende maatschappij, gesteld onder krach tig gezag. De Centrale Raad zal voorloopig worden ge vormd uit de heeren D. C. Bouman, D. H. J. Gantvoort, D. C. Griesheimert, W. M. Haas en G. E. Rotgans. TJILATJAP, 12 Juli (Aneta) In het re gentschap Banjoemas, in de onderdistricten Mandiradja, Poerworedjo, Soesoekan, Kobasen en Kombarang, heerscht voedselschaarschte. Door het Binenlandsch Bestuur wordt twee maal per week rijst gedistribueerd. De padi- aanplant in Djatilawang in het regentschap Poerwokerto ter grootte van 8000 bouws, alwaar de opbrengst afhankelijk is van den regen, le verde grootendeels een mis-oogst op. Tot dusverre is geen druppel regen gevallen, niettegenstaande in de plaatsen Poerwokerto en Tjilatjap eenige regenbuien voorkwamen. Eveneens heeft een groote mis-oogst plaats gevonden in het Krojasche in het regentschap Tjilatjap. Zooals bekend, zijn Donderdagmorgen op het departement van Waterstaat besprekingen ge voerd tusschen minister Kalff en de leiders der vier mijnwerkersbonden over den toestand in de Limburgsche mijnindustrie. De minister heeft na ampele besprekingen deze aangelegenheid verwezen naar de Zaterdag in Heerlen te houden vergadering der contactcom missie voor het mijnbedrijf. In verband met den regen van klachten uit de arbeidersbeweging over de gevolgen van de steunverlaging heeft het bestuur van het R.K. Werkliedenverbond zich tot de bevoegde instan ties gewend om over deze kwestie besprekingen te voeren. ders, welk aantal, naar verwachting, geleidelijk zal groeien tot 1000. De Goodyear Cy hoopt al dus te profiteeren van de aanwezigheid van plantagerubber in de nabijheid en mede van de goedkoope arbeidskrachten op Java. Zij meent op die wijze tevens beter gewapend te zijn tegen de Japansche concurrentie. De heer Litchfield, die juist uit Engeland was gekomen, waar hij besprekingen had ge houden in verband met de rubber-restrictie, in teresseert zich in hooge mate voor luchtschepen, welke hij voor het trans-atlantisch verkeer het vervoermiddel voor de toekomst acht. Met het oog hierop is het volgend doel van zijn Euro- peesche reis Friedrichshafen, waar hij met dr. Eckener zal onderhandelen over plannen tot inrichting van Zeppelin-diensten over zee. Hedenochtend vertrekt de heer Litchfield reeds naar Friedrichshafen, om vandaar naar Amerika terug te koeren. Zaterdagavond 14 Juli heeft de eerste van dereeks voorstellingen plaats door de „Veree- nigde Haagsche Spelers" onder leiding van Pierre Balledux. Opgevoerd zal worden „De arme Man die rijk is", van den Oostenrykschen schrijver R. Walfried, van welk stuk onlangs met veel succes de eerste vertooning in ons land is gegeven. Zondag 15 Juli zal 's namiddags „De Dorps- poëet" van Jac. Bailings voor de Limburgsche afdeelingen van de K. J. V. worden opgevoerd. Zaterdagavond 14 Juli zal van 8 uur tot 8.30 uur en van 9.15 uur tot 9.45 uur een generale repetitie worden gehouden van de K.R.O.-vloot- liederen, afgedrukt in het programmaboekje, door de K.R.O.-boys onder leiding van Piet Lustenhouwer. Daarbij zal pater lector J. Dito een toepas selijk woord spreken, terwijl van 8.50 tot 9 uur de heer F. G. van Essen, leider van het Cen traal Vlootbureau en vice-voorzitter van den Kath. Radio Bond in het bisdom Haarlem, iets ever de K.R.O.-vloot zal vertellen. Dinsdagavond 17 Juli a.s. zal van 8.30 tot 8.40 uur de voorzitter van den Kath. Radio Bond in het bisdom Haarlem, de heer G. W. S. Jansen, een extra-woordje spreken tot de Katholieke luisteraars voor den microfoon van den Kath. Radio Omroep, over het groote K.R.O.-Water- feest op 22 Juli a.s. De gewone audiëntie van den minister van Onderwijs, K. en W. zal op Maandag 16, 23, 30 Juli, 6 en 13 Augustus e.k. niet plaats hebben.' Op 23 April 1934 werd te Waspik J. Koois onder geheimzinnige omstandigheden van het leven beroofd door den arbeider P. J. van O. te Sprang-Capelle, 'n klein onguur persoontje, thans gedetineerd. De zaak waarbij subs, doodslag werd ten laste gelegd, is Donderdag voor de Bossche rechtbank behandeld, doch in het belang van de open bare zeden, met gesloten deuren. Bij dagvaarding wordt aan verdachte ten laste gelegd; dat hij opzettelijk en met voor bedachten rade J. Kools van het leven heeft beroofd, door hem na daartoe in kalm overleg en rijp beraad het plan te hebben gevormd met een scherp voorwerp in den hals te steken, te snijden en te slaan tengevolge waarvan Kools is overleden. In een langdurig verhoor werden door den fungeerend president jhr. mr. P. van Meeuwen als getuigen gehoord B. Mettrop, arts, Den Bosch, J. de Moor, veldwachter te Waspik, I. Pheijs, opperwachtmeester der marechaussee en J. Eikenaar, wachtmeester der marechaussee te Waalwijk, Th. van Schijndel, 35 jaar, herbergier te Waspik, J. Bocher, 25 jaar, melkrijder te Waspik. Het O.M., waargenomen door mr. L. Vermeu len, eischte tien jaar gevangenisstraf. Als verdediger trad op mr. Baudoin, Den Bosch. Uitspraak 26 Juli 1934. Zes en twintig maal was de varensgezel H. J. S., uit Leiden, reeds veroordeeld ter zake van tnisdTijven, voor het meerendeel diefstal en evenzoovele malen had hij naar hij beweerde eerlijk bekend. Doch dezen keer kon hij het onmogelijk doen, want aan het hem ten laste gelegde feit, n.l. diefstal van een costuum en een handdoek, ten nadeele van den landbouwer B. uit Valkenburg, was hij onschuldig. Een aantal getuigen kwam evenwel onder eede verklaren, dat zij S. op 22 Maart in beschonken toestand van de pont hadden zien komen en dat hij waggelend ging in de richting van de woning van genoemden B„ alwaar hij een poort binnenging. Kort daarop was hij die poort weer uitgekomen, doch met een pak, gewikkeld in een blauwen handdoek, dat naar de getuigen verklaarden, te voren niet in verdachtes bezit was gezien. Ondanks de stellige ontkenning van S., die zeide, dat hij niet in de woning van B. geweest is, achtte het O.M. den diefstal bewezen en requireerde zes maanden gevangenisstraf. De Haagsche politierechter veroordeelde S. tot vier maanden. Verdachte zeide het ontzettend treurig te vin den, dat hij wegens zijn slecht verleden on schuldig veroordeeld moest worden, maar hij zou er toch maar in berusten. Het van Novorossisk komende Noorsche m.s. „Varg" is Donderdagochtend tijdens mist op den Nieuwen Waterweg ter hoogte van Poorters haven aan den grond gevaren en daarna aan gevaren door 't inkomende Duitsche s.s. „Cora", waardoor beide schepen eenige schade bekwa men. De „Varg" is met assistentie vlot gekomen en arriveerde te Vlaardingen, terwijl de „Cora" bij de Vondelingenplaat arriveerde om te bun keren. PADANG, 12 Juli. (Aneta.) De vereeniging Vliegveld Padang verkreeg de optie op een ter rein van een omvang van 30 H.A., gelegen 10 K.M. ten noorden van Padang, aan den hoofd weg naar de Padangsche Bovenlanden en aan de spoorlijn. Op verzoek met 1 Augustus met dank eervol ontslagen G. M. Jansen als burgemeester van Bergharen. t Toegekend is de bronzen eeremedaille der Oranje-Nassau-Orde aan mej. J. Boulanger, dienstbode bij de familie Hanlo te 's Gra- venhage. De inspecteur der dir. bel. enz. K. Noorman, toegevoegd aan het hoofd van de insp. der dir. bel. te Zutphen, 2e afd., is verplaatst naar Rotterdam en toegevoegd aan het hoofd van de insp. der dir. bel. aldaar. Zooals bekend geacht mag worden, is het station Vlake gesloten en zal het gebouw eerst daags verdwijnen in verband met het bouwen van een nieuwe spoorbrug over het Kanaal door Zuid-Beveland en de vaste brug in den nieuwen Rijksweg, die hier evenwijdig met den spoorweg zal loopen. De tegenwoordige spoorbrug, een draaibrug, die een doorvaartwijdte van 16 Meter en een vrije doorvaarthoogte van slechts 2'A M., wordt vervangen door een moderne basculebrug met opzetinrichting, die een vrije doorvaarthoogte van ruim zes M. zal krijgen, bij een doorvaart wijdte van 18 M. Een groote verbetering voor de scheepvaart dus. De nieuwe brug wordt (de landhoofden mede- gerekend) 155 M. lang, daar men rekening moet houden met eventueele verbreeding van het Ka naal tot 80 M. De brug, een basculebrug, die de eigenschap heeft in eiken stand in evenwicht te zijn, zal er een worden van het meest moderne type, waarop verschillende nieuwe vindingen op tech nisch gebied zuilen worden toegepast. De bouw geschiedt door de Ned. Spoorwegen voor rekening van het Rijk. De president-directeur van The Goodyear Tire and Rubber Company, de heer Paul W. Litchfield uit Akron (Ohio), Ver. St. v. N. Am- rika, vertoefde Donderdag op zijn Europeesche reis te 's Gravenhage, waar wij in het Hotel des Indes een personderhoud met hem hadden. De heer Litchfield deelde o.a. mede, dat hij besprekingen had gevoerd over zijn plannen om met het oog op de toenemende industria lisatie in het Oosten en mede in verband met transport-overwegingen en met invoerrechten in Ned.-Indië, een bandenfabriek op Java te stichten. Twee dagen geleden is de telegrafische op dracht gegeven tot den bouw van een Goodyear- fabriek te Buitenzorg. Het ligt in de bedoeling, deze fabriek binnen een jaar in werking te hebben; begonnen wordt met een 600-tal arbei- NIJMEGEN, 12 Juni. Geslaagd voor cand.ex. in de rechten de heeren C. H. A. Heiser te Arnhem, E. H. L. H. Schilling en S. Til. P. J. Kimmel te Breda. Voor het cand.examen in klassieke taal en let terkunde pater Kalasantius O. Cap. te Heesch bij Nijmegen en de eerw. heer A. A. M. v. d. Poll te Oosterhout. Voor het doctoraal in klassieke taal en letter kunde mej. B. J. M. Vinke te Roosendaal en voor doctoraal in Ned. Taal zuster J. L. A. Frencken te Arnhem. AMSTERDAM. Geslaagd: mej. L. L. A. Traut- wein, Amsterdam. 's GRAVENHAGE. Geslaagd voor het examen van wetenschappelijk archief-ambtenaar 2e kl. de heeren H. L. Kruimel te "s Gravenhage en A. Pathuis te Groningen. LEIDEN. Doctoraal examen rechten, de heeren J. A. de Meijier en H. R. E. A. Frank en mejul- frouw G. M. Peereboom Voller. Candidaats-exa- men rechten, de heer E. W. de Jonge. Cand. examen Indisch recht, de heer L. P. Schmidt- Doctoraal examen wis- en natuurkunde hoofdvak Geologie, de heer J. Weeda. Idem hoofdvak na- tuurk mej. A P. Keesom, mevr. J. H. C. Casimir Jonker. Economisch doctoraal indologie de heer C. J Nadort. Candidaats wis- en natuurkunde letter E de dames H. D. Schuh en C. W. Stroink en G A. C. Arriëns. Doctoraal examen Indisch recht' Santoso Wirjadihardjo. Candidaats-examen klassieke letteren de heer H. J. Drossaart Lulofs. AMSTERDAM. Cand. ex. klassieke letteren de heer M. J. Dresden. AMSTERDAM. Cand. ex. in de Wis- en Natuur kunde de dames: J. E. Stork, H. M. Buré en S. de Jong en de heer T. B. S. Goei en voor het cand. ex. kl.ss. lett. mej. L. van Moppes. Bevorderd „cum laude" tot doctor in de wis- en natuurkunde op proefschrift: Organogene Dunenbildung de heer J. W. van Dielen, geboren te Amsterdam, op proefschrift: „Di- poolmomenten van pyridine derivaten" de heer C A. Goethals. geb. te Middelburg en op proef schrift: „Quantitatieve onderzoekingen over lyo- trope verschijnselen" de heer J. H. C. Merckel, geb. te Amsterdam. AMSTERDAM. Geslaagd voor het cand.ex. Ind. Recht de heer C. J. M. A. v. Rooy; voor het doctl. ex. Geneesk. de heeren A. G. M. Jansen en H. M. Claassen; voor het cand.ex. Klass. Lett. mej. S. M. G. Knake, voor het cand.ex. Geschiedenis de heer Y. N. Ypma en mej. J. J. Tollenaar, voor het doctl. ex. Geschiedenis de heer M. Stokvis, voor het cand.ex. Handelswetenschappen de heeren P. Vinke, E. Raske, A. B. Dromet, G. Schoorl en R. J. Karmelk en voor het doctl. ex. Handelsweten schappen de heer H. A. Mastenbroek. 19 Guy keek hem wantrouwend aan. „Wie was dat meisje, dat by je aan het ontbijt was?" vroeg hij. „Heusch Guy!" zei Tony, „je wordt met den dag cynischer." Hij nam van de toilettafel een speld waarmede hij de anjer vastmaakte. „Maar wie is zij?" drong Guy aan. «Een aangenomen nicht. Haar naam is Isabel Isabel Francis." Er volgde eenige oogenblikken van stilzwijgen. Toen maakte Guy eenigszins ironisch de opmer king: „Aangezien zij dus ook familie van mij schijnt te zijn, zou je misschien wel zoo goed villen zijn, my te zeggen, waar en wanneer je haar hebt ontmoet." „Zeker, met genoegen zelfs," zei Tony onver stoorbaar. „Wij hebben elkaar gisterenavond on geveer kwart voor elven in Long Acre ontmoet." „Waar?" riep Guy. „Long Acre," herhaalde Tony, ,,'t Is een ge wone verbindingsstraat die op Leicester Square Uitkomt." Hij beschouwde met inwendig genoe gen het gelaat van zijn neef en voegde er toen bij: „Zou je nu niet eens kunnen probeeren wat minder beschermend te kijken, anders zie ik waarachtig geen kans een woord verder te spre ken." „Toe vooruit nu,"zei Guy. Tony stak eerst kalm een sigaret op, hield Guy zijn koker voor en ging ook op het bed zitten. ,,'t Is aldus in zijn werk gegaan," begon hij. „Bugg en ik kwamen na den wedstrijd door Long Acre en zagen daar, dat Isabel werd hoe meet ik het zeggen werd aangerand, door een paar heeren. Ik meende *als Engelschman en vooral als edelman, dat het mijn plicht was, tus- schenbeide te komen." „Dat was het," zei Guy met overtuiging. „Ik liet aan Bugg over, om die twee heeren onschadelijk te maken," zei Tony kalm, „en nam Isabel mede en noodigde haar uit met mij te soupeeren bij Verrier. 't Was een uitstekend souper; wij kregen er „Wat kan mij schelen, wat je daar hebt gege ten," viel Guy hem in de rede. „Hoe kwam het, dat zij van morgen bij jou aan het ontbijt was?" „Wat heb je toch 'n vreeselijk talent om ie mand vooruit te loopen," klaagde Tony. „Men heeft er nooit eens plezier van, om jou iets te vertellen." Hij zweeg even. „De zaak zat zoo. Isabel kon nergens logeeren en daarom bracht ik haar bij mrs. Spalding." „Wat zeg je?" riep Guy vragend. „Ik bracht haar bij mrs. Spalding. Ik kon haar toch niet hier brengen, of begrijp je dat niet? Nu, ik wel en ik ben blij, dat ik op dat punt fijngevoelig genoeg ben." „Is die geschiedenis werkelijk zoo gebeurd?" vroeg Guy. „Natuurlijk," zei Tony. „Denk je dat ik zoo iets interessants zelf zou kunnen verzinnen?" „Dus jy pikt in Long Acre een meisje van de straat, gaat met haar soupeeren en brengt haar vervolgens naar het huis van Spalding!" „Beste Guy," zei Tony, „praat toch niet op die manier. Het brengt mij een van de helden van Hall Caine in herinnering." Hij hield even op en tikte de asch van zijn sigaret. „Ik hoop toch niet, dat je denkt, dat zij een minderwaar dige avonturierster is?" „Neen," zei Guy. „Dat is nooit in mi) opge komen, en dat bedoel ik ook niet. Het scheen mij een net meisje, maar jawie is zy en hoe komt zij er in 's hemelsnaam toe alleen en onbeschermd in Londen rond te loopen zonder iemand te hebben dien zij kent?" „Dat weet ik ook niet," zei Tony. „Ik heb zoo'n idee, dat zy ergens is weggeloopen en niet meer terug wil. Het eenige wat ik zeker weet is, dat zij een zeer verkwistende of veeleischende grootmoeder heeft gehad." Guy stond op uit het holletje, dat hij aan het voeteneinde in het zachte bed had gezeten. „Nu," zei hij, „ik heb je al heel wat dwaze din gen zien doen, maar dit is het toppunt. Dat meisje moet toch iemand zijn en ergens vandaan komen." ,Ja, dat spreekt van zelf", zei Tony. „Maar het is juist de onzekerheid, het geheimzinnige, dat de zaak zoo aantrekkelijk en opwindend maakt." „Jawel, maar bedenk in welke onaangename positie je jezelf daarmede kan brengen. Verbeeld je eens dat zij van een kostschool is weggeloopen en dat haar ouders haar op 't spoor kwamen; mijn hemel dat zou een schandaal geven, waar de naam van de familie mee gemoeid zou zijn." „Nu, zeg jij dan, wat ik behoor te doen," zei Tony eenigszins geraakt. „Moet ik haar maar weer de straat op sturen haar prijs geven aan de koude, harde wereld?" Guy haalde zyn schouders op. „Je kan doen wat je wilt." zei hi). „Ik neem geen verantwoor ding op mij. Ik heb je mijn opinie gezegd en als jij niet verkiest te Een tik op de deur verhinderde hem zijn zin te voleinden en onmiddellijk daarna verscheen Spalding met een klein blad van gedreven zilver, waarop een brief lag. „Mijnheer Conway is zoo juist gekomen, sir Antony," zei hij. „Hij is in de huiskamer." „Wat is dit?" vroeg Tony terwijl hij het brief je van het blad nam. „Ik geloof, dat een boodschap van Bugg is; het werd door mijn echtgenoote gebracht." Tony wendde zich tot Guy. „Ga ji) maar vast vooruit, om Henry te verwelkomen. Ik ben oogenblikkelijk beneden." Guy verliet het vertrek en Tony scheurde de enveloppe open en haalde er den brief uit. Het was een prachtig staaltje uit het rijk der hane- pooten, waarin zoowel leesteekens als hoofdlet ters straal genegeerd werden: „meneer ik en de jonge daame zijn vijlig thuisgekomme maar ik sag een van die vreem de snoeshanen op de hoek van de straat slen teren, alsdat ik bij mezelvers zee, dat ik beter hier kon blyve tot ik een booschap van uwes heb ik geloof dat ie top de joge daame ge munt en mrs s zegt tis goed dat ik hier kan slaape in de keuken en hoop ik goed heb ge- dan u dienstvelige dienaar tijger bugg de jonge daame het te schobejak niet gemerkt." Tony las het belangrijke schrijven met eenige moeite en keek daarna, in het absoluut uitdruk kingsloze gelaat van Spalding. „Het zou om verschillende redenen zeer ge- wenscht zijn als Bugg voor een paar dagen bij jou thuis kon slapen. Ik geloof, dat er bij jou wel geen bezwaar zal bestaan, als je vrouw het goedvindt, niet waar?" „In het geheel niet, sir Antony," antwoordde Spalding. „Het is een van mijn vaste stelregels, nooit bezwaar te maken tegen hetgeen mijn vrouw goedvindt." Tony keek hem aandachtig aan. „Ik geloof, dat jij de meest schikkelijke echtvriend van heel Lomjen bent, Spalding," zei hij. „Ja, mijnheer," zei deze, „daar zorgt mijn vrouw wel voor." Tony vouwde het briefje op en stak het bij zich; daarna ging hij naar de huiskamer en vond er Guy in gesprek met een zwaargebouwd, blozend heer van ongeveer veertig jaar. Het was Henry een eigen neef zoowel van Tony als van Guy. Een vreeselijk ernstig en ijverig lid van het parlement. Hij was gehuwd met Lady Laura Crampton, dochter van den Earl of Kent en voorvechtster der publieke belangen van het volk. Deze verbintenis was een zeer gelukkige, doordat beiden zich geheel belangloos aan het algemeen belang wijdden. „Zoo Henry" zei Tony terwijl hij hem met op gewekt vriendelijk gelaat de hand toestak. „Het spijt mij, dat ik een beetje laat ben. Hoe gaat het met Laura?" Henry schudde de toegestoken hand. „Laura maakt het vrij goed, dank je Tony," antwoordde hij. „Ik geloof dat zij haar krachten een weinig overschat heeft bij de oprichting van den nieuwen bond tot bescherming van meisjes, doch ik vertrouw dat zij spoedig weer hersteld zal zijn. Het is verwonderlijk hoe snel zij het verloren evenwicht weet te herstellen; bepaald verwonderlijk." „Dat weet ik," zei Tony. „Ik geloof, dat het gevoel, dat men zijn medescnepselen tot hooger geluk brengt, als een opwekkend geneesmiddel werkt." Henry knikte; haalde zyn zakdoek uit zijn zak, en snoot zyn neus op luidruchtige wyze. „Als het niet daarvoor was, zou de inspanning van het openbare leven soms by na ondraaghjk zyn." Er volgde een korte pauze, welke door het toe vallige verschynen van Spalding gebroken werd. Hy deelde mede, dat voor het diner gedekt was. Gedurende den maaltyd liep het gesprek over algemeene dingen. Henry was een vlot causeur. Hü kon handig op het politieke stramien bordu ren, vooral, als door anderen reeds de teekening daarop was aangebracht. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 3