De nieuwe steunregeling
H. Verbant - van Dijk
Prikkeldraad
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor IOcL
ZATERDAG 14 JULI 1934
EENIGE ETHISCHE
OVERWEGINGEN
Rector Bots aan het
woord
De nagedachtenis van
Jac. Ph. Caro
Overdracht van het gedenkteeken
STRANDBAD EDAM
Geen gemengde zonnebaden
meer
UITVAART PRINS HENDRIK
Kerk. kunst op
TeJef. 348, Tilburg,
64
Hl
Geen revolutionnaire
daad
MR. W. L. BARON DE VOS VAN
STEENWIJK
Touristenkaart van Nederland
Gruwelijke moord
PETER BENOIT-FEESTEN
De groote feesten op 29 Juli
Mislukte achtervolging
in België
EUCHARISTISCH CONGRES
TE BUENOS-AIRES
Thans wordt in ons land naar den
bandiet gezocht
EMIL FIEDLER
De onrechtvaardige rentmeester
Volk en communisten
DRS. P. GERLACHUS NAAR
BELGIË
BEROEMD PRAAGSCH KOOR
SLECHT DRINKWATER
BOERDERIJBRAND
In het ruime, luchtige, zonnige, vroolijk
en blij aandoende, aan de Nieuwe Pas-
seerdergracht gelegen Gesticht van
Liefde „St. Bernardus", waarbinnen het
wel altijd zomer schijnt te zijn, hebben wij
een bezoek gebracht aan den zeereerwaar-
den heer Rector J. Bots, den bezielden en
bezielenden socialen priester in het Haar-
iemsche diocees.
Wij stelden het hooglijk op prijs, van
dezen priester, die door zijn diocesaan ad
viseurschap dagelijks in aanraking komt
met breede lagen der Katholieke bevolking
vooral der Katholieke arbeidersbevolking
te vernemen, hoe hij de op 1 Juli in wer
king getreden nieuwe steunregeling beoor
deelt en wat daarvan naar zijne ondervin
ding de gevolgen zijn geweest.
Rector Bots begon met te vertellen, dat
bij juist vanmorgen nog met de verschil
lende Arbeidersvakbonden geconfereerd had
en dat men de vermindering der steunuit-
keeringen over de vorige week algemeen
taxeerde op 10, 12 a 13 procent; dit was
zoo ging de rector voort toch wel een zeer
belangrijk percentage op zulke lage be
dragen als de uitkeeringen nu eenmaal be-
teekenden.
De rector voelde zich wel eenigszins hui
verig om diep op de kwestie der lage, der te
lage uitkeeringen in te gaan, omdat men
hem van andere zijde dan wel eens de
vraag zou kunnen stellen: hoe zoudt gij
de zaak dan financieren?
Merkwaardig is echter, dat de regeering,
bij monde van minister Slotemaker de
Bruine, zich bij de verdediging van haar
taktiek uitsluitend beroept op den heer-
schenden loonstandaard en niet op de fi-
nancieele onmogelijkheid
de stfeunuitkeeringen moeten blijven be
neden de loonen, die hier en daar al zeer
laag zijn, en zoo komen we tot vreeselijke
consequenties, waarbij het steunbedrag be
neden de grens van het minimaal absoluut
noodige komt te liggen, zoodat er b.v. voor
kleeding heelemaal niets overblijft.
En dat, terwijl Paus Pius XI in Zijn schrij
ven aan den Bisschop van Quebeck de
werkloozen letterlijk toch noemt „de on
schuldigste slachtoffers van de krisis" en
Wenscht, dat de gemeenschap de alleruiter
ste offers zal brengen om deze ongelukki-
gen te beschermen en te steunen.
Nu vragen wij ons af: geschiedt dit hier
in Nederland wel genoegzaam? 't Is bekend,
dat de toestanden in het buitenland nog
Veel erger zijn, maar is dat een rechtvaar
diging voor ons, als wij het Pauselijk woord
niet gehoorzamen?
Als men niet zoo maar gedurende en
kele weken, maar gedurende maanden en
jaren! steeds minder ontvangt dan mi
nimaal noodig is om rond te komen, dan is
het heel moeilijk, te berusten in zijn lot,
dan komt men gemakkelijk in een sfeer,
Waar men uit den band dreigt te springen,
en dan toornt men tegen een gemeenschap,
die niet meer voor den werklooze over
heeft.
Hoe vind u de stemming onder de Ka
tholieke werkloozen?
Ook onze menschen zijn verbitterd.
Wij, die de werkloosheid niet kennen, wij
kunnen het ons toch ook zoo moeilijk in
denken, hoe de werklooze zich te moede
Voelt in zijn machteloosheid tegenover
ja, tegenover wat en wie eigenlijk? Geen
Werkgever, geen persoon die te benaderen
Valt.
De regeering, 't is zoo'n vaag begrip; en
deze grootmacht grijpt nu opeens in in zijn
xnenschenbestaan; 't is dat onzekere, dat
beangstigende, de vrees, wat zal ik mor
gen weer machteloos moeten aanvaarden?
dat het leven van den werklooze zoo
Somber maakt en hem zoo neerdrukt.
Nu zal binnenkort ook de Armenzorg ge
regeld worden naar den krisissteun, en dan
zie ik aankomen, dat velen praktisch niets
méér zullen krijgen dan de'huishuur; dat
Wordt nóg benauwender.
In zijn diepe ellende is de werklooze er
lang niet altijd meer van overtuigd, dat de
gemeenschap doet wat zij kan; vooral va
ders van groote gezinnen, die bij de nieu
we steunregeling waarlijk niet begunstigd
worden, gaan eraan twijfelen, of de regeer
ders wel oog hebben voor den trouw aan de
zedelijke beginselen.
Zou u meenen, dat er financieel een
andere taktiek mogelijk zou zijn?
Daar durf ik, weinig ekonomist als ik
hen, geen rechtstreeksch ja of neen
antwoord op geven.
Wel kan ik den indruk niet van mij af
zetten, dat men in Den Haag het vraagstuk
al te veel ekonomisch en al te weinig
ethisch beschouwt; men let op loonsver-
houdingen enz. en misschien moet men dat
ook wel doen, maar 't is pijnlijk te zien,
hoe star-systematisch het eenmaal gesteld
ekonomisch doel (de doorworsteling van de
krisis door middel van den gaven gulden)
wordt nagestreefd; horrible maatregelen
zijn nu noodig om het systeem te doen
slagen; land- en tuinbouw en industrie
moeten gesteund worden en van hun karige
steungelden betalen de werkloozen nog méé
Voor dien steun.
Noodlottige coïncidentie!
Coïncidentie? Ja! Maar dan toch een,
Welke het gevolg is van het gehuldigde
systeem.
Voor mij is het de groote vraag, of de of
fers, welke wij ons voor den gaven gulden
getroosten moeten, wel opwegen tegen de
offers, die wij door de werkloozen laten
brengen; van 'n soort dogma laat men heel
het volkslot afhangen; honderdduizenden
volksgenooten laat men lijden omwiile van
het systeem, omtrent het resultaat waar
van men niet eens zeker is, niet eens
zeker kan zijn. Er zit veel speculatiefs in
hee^ deze kwestie
Wat denken de arbeiders-organisaties
nu te doen?
U heeft gezien dat men al doende is:
het R.K. Werkliedenverbond heeft zich met
een rekest alreeds tot den raad van minis
ters gewend, en verder zal men den mi
nister door deputaties van plaatselijke or
ganisaties den noodtoestand uiteen trach
ten te zetten; wij kunnen ons niet voor
stellen, dat een zoo nobel mensch, als mi
nister Slotemaker ontegenzeglijk is, de
consequenties van het thans gevolgde stel
sel begrepen, althans zóó bedoeld heeft; 't
eerste streven zal erop gericht moeten zijn,
althans voor de groote gezinnen eenige ver-
mildering te verkrijgen; met enkele mil-
lioenen zal de regeering alreeds veel goeds
in deze richting kunnen bereiken.
Hier moet iets gedaan worden.
Wil men het stelsel, het systeem niet la
ten varen, dan zal men de gevolgen daarvan
voor de armste werkloozen althans dienen
te verzachten.
Er heeft zich indertijd een comité gevormd,
samengesteld uit vertegenwoordigers van ver
schillende vereenigingen om uitvoering te geven
aan het algemeen uitgesproken verlangen om
op het graf van den zanger Jac. Ph. Caro te
Utrecht een gedenksteen te plaatsen, als een
laatste hulde aan den man, die als zanger zoo
veel heeft gedaan voor de vocale kunst.
Een speciale commissie is thans in staat ge
steld zich te wenden tot het architecten-bureau
Ir. Daan Jansen en C. Bos, met de opdracht
op Caro's groeve een eenvoudigen herinnerings
steen te ontwerpen, zich aansluitende bij het
geen reeds door de nabestaanden op het graf
was aangebracht.
Zaterdag 21 Juli, des middags te half vier,
zal dit gedenkteeken worden overgedragen op
het Derde Nieuwe Algemeene Kerkhof te
Utrecht.
Bij deze plechtigheid zal het Utrechtsch
Mannenkoor „Euterpe" het „Beati Mortui" van
Mendelssohn; en het „Ecce quo modo moritur"
van Handel ten gehoore brengen.
De gemeenteraad van Edam heeft aange
nomen een voorstel der R.K. raadsfractie tot
aamvulling der algemeene politie-verordening,
waarbij verboden wordt het gemengd zonne
baden in het Strandbad Edam.
Van den Radiodienst te Curacao is telegra
fisch bericht ontvangen, dat de plechtige uit
zending van de Phohi van de uitvaart van
Prins Hendrik uitmuntend is overgekomen en
diepen indruk heeft gemaakt. In verband met
het uur van ontvangst was deze voor Indië op
wasplaten opgenomen en 's middags door de
Phohi uitgezonden.
Standpunt van de wethouders te
V eisen
Na 't opzienwekkend schrijven van den burge
meester Mr. F. L. J. E. Rambonnet hebben de
gezamenlijke wethouders sen schrijven tot den
Raad gericht, waaraan het volgende is ontleend:
Wij betreuren het, dat de onderwerpelijke
zaak voor den Burgemeester een wending heeft
genomen, die zijn standpunt van het onze
scheidt. Onze achting voor en ons vertrouwen
in den Burgemeester als eerlijk man, die in al
zijn handelingen het belang van de gemeente
steeds heeft voorgestaan en wiens streven met
ons is geweest de zaken zoo goed mogelijk gaan
de te houden en overal waar dit noodig was voor
die belangen in de bres te springen, is door ge
noemd schrijven niet gewijzigd. De goede ver
standhouding, welke tusschen den Burgemees
ter en ons steeds heeft bestaan, blijft onge
schonden gehandhaafd.
In eene bespreking van het schrijven zelf zul
len wij niet treden.
Is het, vooral in deze tijden, niet de taak van
overheidslichamen om door gemeenschappelijk
overleg de moeilijkheden uit den weg te ruimen,
vooral waar de Regeering hier te doen heeft met
een gemeente die, van stonde af, in alle opzich
ten hare medewerking, zonder de geringste te
genwerking, volkomen heeft gegeven?
Het is naar onze overtuiging begrijpelijk, dat
onze verdediging door de bittere stemming
waarin wij langzamerhand zijn komen te ver-
keeren scherper is geworden dan onder andere
omstandigheden zou zijn geschied en misschien
gewenscht was.
Men mag in geen geval in onze verdediging
echter zien een revolutionnaire daad. Wij wer
pen dit verre van ons. Wij zijn steeds Regee-
ringsgetrouw geweest en wij hopen dit te blijven.
Niets is ons liever dan, met terzijdestelling van
al het aangevoerde persoonlijke, in daadwerke
lijk overleg de bestaande moeilijkheden op te
lossen, omdat de bevordering van de belangen
van de gemeente bij ons zeer zwaar weegt.
Naar de „Msb." verneemt, hebben de leden van
de Eerste Kamer een diner aangeboden aan hun
president, die dezer dagen zijn 75sten verjaar
dag vierde. De datum is nog niet vastgesteld.
Eenige vrienden van den Voorzitter hebben
baron de Vos van Steenwijk, die een uitstekend
kenner der Napoleontische literatuur is, een
kostbaar werk over Napoleon I aangeboden.
Door de fabrikanten van King-pepermunt,
de firma Tonnema en Cie, te Sneek, in een
toeristenkaart van Nederland uitgegeven. Het
doel van deze kaart is, het opstellen van reis
plannen in eigen land gemakkelijk te maken.
Iedereen kan er het zijne op vinden. Zoowei
de wandelaar, wielrijder, kampeerder, als de
watertoerist, vindt er de gegevens, die hij noo
dig heeft.
Toen het slachtoffer reeds doode-
lijk gewond was, heeft de dader
hem met een spade dood
geslagen
Vrijdagavond omstreeks negen uur heeft ze
kere J. O., wonende in de Vughtschoot onder de
gemeente Princenhage een moordaanslag ge
pleegd op den 30-jarigen de K., eveneens in
genoemde buurt woonachtig.
Na eerst een revolverschot op de K. te
hebben gelost, waardoor deze reeds doode-
ljjk werd getroffen, heeft O. zijn slacht
offer met een spade verder doodgeslagen.
De K. is gehuwd en vader van twee kin
deren.
De dader is gearresteerd.
Het lijk is door de politie in beslag geno
men en naar Breda overgebracht.
De politie he^ft de zaak in onderzoek ten
einde de aanleiding tot deze daad te kunnen
vaststellen.
De groote feesten welke dezen zomer in
Vlaanderen worden ingericht bij gelegenheid
van de honderdste verjaring der geboorte van
den Vlaamschen Componist Peter Benoit, wer
den Donderdag in het geboortedorp Harelbeke
ingezet door een hulde der schoolkinderen. Op
het plein van de school, waar Benoit zelf als
kind 90-jaren geleden speelde, werden door 700
leerlingen liederen van den Meester uitgevoerd
met begeleiding van orkest. De burgemeester
van Harelbeke. Senator Bossuyt, hield daarna
een rede, waarin hij ontroerende bijzonderhe
den gaf uit het leven van „Vlaanderens
grooten harpenaar".
Toen Peter Benoit, na de uitvoering van het
meesterwerk „Lucifer" te Brussel door Leo
pold II werd gelukgewenscht, sprak de Vorst
hem toe, onder den indruk van het verrukke
lijk werk: „Benoit vraag mij al wat ge wilt, ik
schenk het u". ,,Sire," antwoordde Benoit, „in
Harelbeke woont mijn oude, brave vader, hij
is werkzaam aan de sluizen. Kan Uwe Majes
teit verbetering brengen in zijn bediening, het
is al wat ik wensch". Eenige dagen later kwam
een brief toe bij vader Benoit, waarin hij bij
koninklijk besluit als sasmeester werd benoemd.
Benoit keerde dadelijk naar Harelbeke terug
om getuige te zijn van de vreugde van zijn
vader. Hij was een liefderijke zoon; ook zijn
moeder had hij innig lief.
De heer Christiaan, hoofd der school, zeide
daarna, dat Benoit, wanneer hij acht jaar oud
was, bij de feestzitting der prijsuitdeeling,
Vlaamsche liederen zong.
Ook met Kerstnacht zong hij ieder jaar in
de kerk het „Adeste Fideles".
Het feest eindigde met het zingen van „De
Vlaamsche Leeuw".
Op 29 Juli a.s. zal te Harelbeke een groot-
sche Benoit-herdenking plaats vinden.
De O. L. Vrouwe-toren te Amersfoort, die
het geheele stadsbeeld en de omgeving
beheerscht
De heer J. van Haaren, voorzitter van de
Hollandsche afdeeling van het 32e Int. Eucha
ristisch Congres te Buenos Aires, heeft voor de
microfoon een toespraak gehouden ter opwek
king van de in Brazilië wonende katholieke
Nederlanders tot deelneming aan het Congres.
In de afgeloopen week heeft in een winkel
in de directe omgeving van Brussel een roof
overval plaats gehad, waar drie bandieten een
oude vrouw overvielen en een buit ter waarde
van eenige duizenden guldens wisten te be
machtigen, om zich daarmede uit de voeten te
maken. Het onderzoek der politie had wel tot
gevolg, dat men een spoor der daders vond,
doch het mocht nog niet gelukken hen in han
den te krijgen.
Toen nu een der roovers later te Esschen
werd gesignaleerd, namelijk een berucht Ant
werpenaar, zekere Johannes Franken, werd
door de gendarmerie aldaar een vervolging in
gesteld, doch de bandiet wist per auto over
de grens in de richting van Roosendaal te ont
komen.
Door de gendarmerie werd hiervan bericht
doorgezonden naar de marechaussees te Roo
sendaal, welk bericht echter enkele uren, na
dat de roover de grens was gepasseerd, eerst de
marechaussee bereikte.
Uit het ingesteld onderzoek is verder geble
ken, dat de gezochte Franken per motorrijwiel
te Esschen was aangekomen, waar hij de
motorfiets voor 14.als pand had achterge"
laten. Hij heeft zijn vlucht toen voortgezet per
auto, welke te Bergen op Zoom thuis behoorde
en op weg naar Nederland was, door mee te
rijden naar Roosendaal. Hier liet hij zich naar
het station brengen om zijn reis per trein te
vervolgen, vermoedelijk naar Rotterdam.
In verband hermede werd bericht doorge
zonden naar het hoofdcommissariaat van po
litie te Rotterdam met opgave tevens van het
door den Belgische gendarmerie verstrekte sig
nalement, met verzoek tot opsporing en aan
houding teneinde hem aan België te kunnen
uitleveren.
8e Zondag na Pinksteren.
Evangelie: Luc. 16, 19.
Deze negen verzen uit het evangelie van den heiligen
Lucas behooren tot die gedeelten uit het Nieuwe Testa
ment, waarover het meeste geschreven is, zoowel door
vriend als vijand; zoowel verdedigend als bestrijdend. En
wat nog eigenaardiger is: er zijn bijna evenveel verkla
ringen voor de moeilijkheden in dit evangelie als er ver
handelingen over bestaan. En terloops gezegd, juist over
zoo'n stuk uit het nieuwe Testament breken de verstan
digste menschen zich het hoofd, zonder dat ze het over
een oplossing eens kunnen worden; het beste bewijs, hoe
slecht het met ons christenen gesteld zou zijn, wanneer
wij geen andere geloofsautoriteit hadden dan het geschre
ven woord in den bijbel; wanneer men eerst zou moeten
wachten, totdat alle geleerden het onder elkaar eens zijn,
wat het een of het ander beteekent. Men heeft eigenlijk
slechts de keuze tusschen onfeilbare Kerk of: dat een
ieder kan gelooven, wat hem het verstandigste toelij kt.
Waar ligt dan eigenlijk de steen des aanstoots in het
evangelie van den onrechtvaardigen rentmeester? Het is
de zin: „En de heer (namelijk de bedrogen heer) prees
den onrechtvaardigen rentmeester, omdat hij met voor
zichtigheid en overleg had gehandeld." Wanneer men zich
echter onder „prijzen" voorstelt, dat de jarenlang bedro
gen grootgrondbezitter dezen oplichter van een zaakwaar
nemer op de schouders klopt en zegt: „Brave man! Goed
gedaan! Ga zoo door!", dan zou het een opwekking zijn
tot meer schurkenstreken. Maar daarvan is geen sprake.
De man gaat de laan uit. En wel op staanden voet en
zonder genade en barmhartigheid, die hij trouwens ook
niet heeft verdiend. Het oneervolle ontslag is zoo defini
tief en plotseling, dat hem practisch slechts de keuze blijft
tusschen: daglooner of bedelaar. Voor een opperrent-
meester, blijkbaar met vrouw en kinderen, in ieder geval
een zeer gevoelige straf. Dus van „beste man en zoo meer"
is geen sprake.
Ook de woorden „met voorzichtigheid en overleg" wer
ken in deze verbinding eenigszins verwarrend. Voorzich
tigheid en overleg zijn zeer schoone en zeldzame gaver-
Men denkt daarbij aan een bezadigd, rustig, verstandig
mensch. Beslist .niet aan een oplichter. Dit slag van
menschen kan ook zeer voorzichtig zijn; bliksemsnel de
situatie begrijpend; in een oogwenk alle mogelijkheden
overziend; met koele vastberadenheid tijd, gelegenheid,
middelen overwegend. Alleen noemt men zoo iets niet
voorzichtig, maar sluw en geslepen. De zin, die in den
bijbel staat: „En de Heer prees enz." beteekent dus in
gewone spreektaal: „Een afzetter, zooals er geen tweede
bestaat; maar men kan niet ontkennen, dat de kerel het
handig heeft aangepakt". Ik kan mij toch zeer goed voor
stellen, dat een gerechtsdienaar voor een opengebroken
bankkluis staat en zegt: „Dat is een meesterstukje van
inbrekerskunst", wat wel niemand als een aansporing
voor de heeren inbrekers zal opvatten.
Geslepen was deze oplichter, dat moet gezegd worden.
Hij heeft volledige volmacht over het eigendom van een
grootgrondbezitter, die ergens in een groote stad woont en
geen ander belang bij zijn goederen heeft, dan dat ze
hem het noodige geld opbrengen om er luxueus van te
leven. Dit geld moet zijn rentmeester bij elkaar brengen.
Hoe, dat is zijn zaak. Hij sluit de pachtcontracten af en
int de pacht, welke vooral bestaat in natura, die dan door
een rentmeester in den groothandel te gelde worden ge
maakt. Natuurlijk ligt daar een gelegenheid tot ontzag
lijke verduisteringen. En de rentmeester maakt van die
gelegenheid een grondig gebruik. Wat hij daarbij ver
dient, wordt verbrast. Want als de, zaak aan het licht
komt, bezit hij ondanks alle bedrog geen rooien duit. Waar
schijnlijk is het echter juist dit verkwistende leven, dat
hem den nek breekt. De een of ander rekent uit, hoeveel
zoo'n losbandig leven kost, zet er het getal van het ver
moede salaris naast, en het bedrog is ontdekt. Een brief:
„Geef rekenschap van uw rentmeesterschap!" Dus: kas
controle en nagaan van de boeken. Het spel is uit. Wat
nu? Vlucht; de strop; vergif; of tien jaren gevangenis
straf. Van zulke gevallen leest men in elke krant.
Wat doet de man? Nog heeft hij alle papieren onder zijn
berusting. Hij neemt er de pachtbrieven uit en laat de
pachters om beurten bij zich komen. Met twee voorbeel
den maakt de Heiland de praktijken van den man duide
lijk. De eene pachter moet jaarlijks honderd vaten olie
afleveren. Een vat (in 't Hebreeuwsch bath) bevat onge
veer veertig liter. Dus 4000 liter per jaar. Een kleine boer
is dat nu juist niet. De nieuwe pachtbrief bedraagt de
helft. De oude pachtbrief belandt in den zak van den
rentmeester. Voor het geval, dat de pachter later eens
mocht vergeten, wie hem die 2000 liter per jaar liet uit
sparen en hóe ze werden uitgespaard.
De tweede moet jaarlijks honderd mud tarwe afleve
ren. De maat, in den bijbel genoemd, is eigenlijk kor. Een
kor is tien bath, dus 400 liter. De man spaart door het
valsche contract jaarlijks ongeveer 8000 liter tarwe. Ook
geen kleinigheid.
Bij de anderen handelt hij op dezelfde wijze, en maakt
hen allen daardoor tot zijn medeplichtigen en zal in de
toekomst leven van het profijt en het slechte geweten
van deze menschen. De heele schurkenstreek is dubbel
geniaal, omdat hij nu bovendien pachtbrieven kan afle
veren, die bewijzen, dat er niet meer afgeleverd behoefde
te worden, dan dat hij waarschijnlijk inderdaad jaarlijks
afgeleverd heeft. Hij zal immers reeds jarenlang van de
olie de helft en van de tarwe zijn twintig procent op eigen
rekening hebben verkocht. In elk geval een man, die zich
zelf weet te redden.
Het is zelfs zeer goed mogelijk, dat zoo'n geval pas ge
beurd was en in de provincie het algemeene onderwerp
der gesprekken vormde. Christus tracht immers steeds
aan de hand van gebeurtenissen uit het dagelij ksch
leven zijn leerlingen de gezindheid der nieuwe mensch-
heid van het rijk Gods te verklaren. Weliswaar schijnt
zoo'n geval allerminst geschikt, om er godsdienstige ge
dachten aan vast te knoopen, behalve dan misschien een
vermaning om zeer nauwgezet te zijn betreffende eerlijk
heid en het zevende gebod.
Uit den heelen aard van de vertelling echter blijkt, dat
Christus op iets anders wil wijzen dan op den vanzelfspre-
kenden plicht van eerlijkheid in handel en wandel. Wat
Christus schetst, betreft de moeite, die deze door eigen
schuld geruïneerde man zich getroost, om zich ondanks
alles een zeker bestaan te verschaffen. Daarom besluit
Christus Zijn weergave van het gebeurde met de bemer
king, dat het zelfs den bedrogen bezitter imponeerde hóe
deze zwendelaar het weet aan te leggen om zich een vaste
toekomst te verzekeren.
En gij? en uwe toekomst? Uwe andere toekomst? Welke
gij u niet verzekeren kunt doordat uw banktegoed een
getal is van zes cijfers, of doordat zoo en zooveel menschen
u schatplichtig zijn. Wat al niet doen de „kinderen der
wereld" voor datgene, wat ze toekomst noemen! En wat
doet gij „kinderen des lichts" voor datgene, wat na deze
toekomst komt? „Mammon der ongerechtigheid". Niet
„onrechtvaardige mammon," waarbij men zou kunnen
denken aan onrechtvaardig verkregen mammon. Mammon
der ongerechtigheid, mammon, waardoor zoo vele
menschen steeds weer worden tot dieven en zwendelaars,
tot uitbuiters en afpersers. Geld kan ook voor de „kinde
ren des lichts" zijn beteekenis hebben. Namelijk dan, wan
neer ze er door niet tot dieven en hardvochtige meesters
worden, maar tot helpers der armen, tot rentmeesters
van de barmhartigheid Gods, wien al het goed en het
goud der aarde behoort, omdat Hij het schiep.
Terwijl alle anderen, die van dit geval hooren, er waar
schijnlijk verontwaardigd over zijn, dat er zulke oplichters
bestaan, en morgen het volgende schandaal breedvoerig
bespreken, denkt Christus slechts aan dat eene: het treu
rige verschil tusschen de energie, waarmee deze bedrieger
voor zijn toekomst zorgt, en het gebrek aan energie der
menschen, zoodra het winnen aan godsdienstige waarde
en de toekomst der ziel betreft. En naast dezen rentmees
ter ziet Christus het jagen van alle „kinderen dezer
wereld". Niet allen zijn bedriegers, maar allen weten, dat
men in het leven niet verder kan komen, wanneer men
futloos met de handen in den schoot gaat zitten. Energie,
rusteloosheid, arbeid, aanwending van alle kracht, zoodra
het gaat om geld en winst. Hoezeer dat ook heden nog
het geval is, blijkt wel uit het hijgende, waanzinnige
tempo van onzen tegenwoordigen tijd. Voor de „kinderen
des lichts" bestaat er een winst, die voor hen van meer
belang moest zijn dan „zaken". De „kinderen des lichts",
voor wie de ziel en wat na dit leven komt, hooger waarde
zou moeten bezitten, waar is de energie van „kinderen
des lichts", wanneer het gaat om godsdienstige zaken en
geestelijk bezit? Dat is de vraag van Christus, die hij
vastknoopt aan deze oplichtersgeschiedenis.
Let op het einde!
Terwijl Het Volk spuwt tegen het
communistisch barricadenvolkje van
Amsterdam en naar de regeering een schijn
heilig gezicht trekt, schrijft het niet on
tevreden over het eenheidsfront van socia
listen en communisten in Frankrijk. Keeft
het de Februari-barricaden-camaraderie
niet frisch met de Marxisten van Weenen
gevierd, die later naar Rusland eclipseer
den? En voorzag dr. F. M. Wibaut niet in
„De Socialistische Gids" de heilige eenheid
van de Moskou-Internationale met de
S.D. A.P. van de heele wereld?
Jouhaux heeft al het vorig jaar de vak-
vereenigingen met de communisten op
straat gebracht in de onlusten tegen de
Parijsche politie. En lees nu eens het ge-
zapig-marxistische Volk van gisteren:
„Het antwoord dat onze Fransche partij -
genooten geven op deze vragen, is een ver
wijzing naar Moscou. Het hoofdkwartier zou
de zwenking hebben bevolen. Wij behoeven
niet uiteen te zetten, van hoe groote betee
kenis een wijziging van de politiek van Mos
cou ten aanzien van de sociaal-democratie
zou zijn voor de arbeidersbeweging in de
heele wereld.
„Ook in de vakbeweging is het vraagstuk
aan de orde. En daar gaat het niet om het
voeren van de een of andere gemeenschap
pelijke actie, maar om de organisatorische
eenheid, om de fusie van de twee Vakver
bonden. Het moderne Vakverbond aan
vaardt de fusie, niet alleen van communis
ten en syndicalisten, maar van de organi
saties van alle richting, op een onafwijs
bare voorwaarde: zij moet worden tot stand
gebracht van onderen op
Hoe dit proces zich zal ontwikkelen, is
nog niet te overzien. Laat ons blijven bij de
politieke partijen. Dat in den boezem van
onze partij het wantrouwen tegen de com
munistische leiders en het vurig verlangen
naar de eenheid der arbeidersklasse scherp
tegenover elkander staan, zal niemand ver
wonderen. Verantwoordelijkheid voor het
verijdelen der eenheid, terwijl zij mogelijk
was, wil geen enkele socialist dragen. De
verwachting van eenheid bij de arbeiders
klasse wekken, en ze vervolgens verstoren,
zou een onvergefelijke, voor de kracht van
de beweging noodlottige politiek zijn."
Dus, jongens, opschieten maar. Moskou
heeft de zwenking bevolen, en Jouhaux
zwenkt mee- Het gaat om „de organisato
rische eenheid" en daar valt alle anti-com
munistisch wantrouwen tegen stil. „Het
zal niemand verwonderen" schrijft „Het
Volk". Wel neen, het verwondert geen brave
ziel, het is de natuurlijkste logica van de
wereld, en zelfs in het tamme Holland
kruipt het roode bloed nog altijd, waar het
niet gaan kan!
Intellectueele toenadering
De Minister van O. K. en W. heeft aan Pater
Drs. Gerlachus O.M. Cap. te Babberich vanwege
de commissie ter uitvoering van het verdrag be
treffende intellectueele toenadering tusschen
Nederland en België vergund op 's Rijkskosten
gedurende drie maanden in België wetenschap
pelijke onderzoekingen te doen met betrekking
tot de voorbereiding van een dissertatie over de
Hollandsche Missie van 15921650.
Bezoekt dit jaar ons land
Naar wij vernemen, zal de wereldvermaarde
zangvereeniging van Praagsche onderwijzers, de
„Fevecke Sdruzeni Prazskyeh Uciteln", in den
loop van dit jaar een aantal concerten in ons
land geven. Deze tournée, welke georganiseerd
wordt door impresario Ernst Krauss, zal onder
leiding staan van den dirigent prof. Metod
Dolezil. Dit is den eersten keer, dat Nederland
door deze zangvereeniging bezocht wordt.
Duinwater wordt verkocht
Naar men ons mededeelt, is het met het
drinkwater in Maassluis slecht gesteld. Welis
waar is het niet zoo zout meer als vroeger, doch
de smaak is zoodanig, dat het niet te gebrui
ken is. Er wordt in de gemeente een groote
handel in drinkwater gedreven. Er wordt met
auto's vol met duinwater langs de huizen ge
vent terwijl ook in de haven waterbootjes uit
Rotterdam goede zaken maken. Men vraagt zich
thans af, wanneer aan dezen toestand een
einde komt. Er zijn tot nu toe nog geen maat
regelen door de overheid getroffen.
Op den rand van de gemeente Utrecht ach
ter fort Lunetten in de Houtensche vlakte is de
boerderij „De Ketel" van den heer de Wit to
taal afgebrand.
Het vuur was ontstaan in een hooiberg en
plantte zich over de rieten daken naar het ach
terhuis en het woonhuis voort. Ook een daar
naast staande schuur werd aangetast. De
schuur en een kippenhok konden behouden
blijven, de rest brandde tot den grond toe af.
Een groote partij hooi, landbouwwerktuigen en
een deel van den inboedel gingen verloren.
De brand is ontstaan door hooibroei. Eenig
kiein vee kon nog gered worden. De schade
wordt slechts voor de helft door verzekering ge
dekt.
Kurhaus-concerten
Op de concerten welke van 16 Juli tot 15
Augustus door het Residentie-orkest onder lei
ding van Carl Schuricht en Ignaz Neumark in
het Kurhaus te Scheveningen gegeven worden,
zullen de volgende kunstenaars als solist op
treden: Ilona Durigo en Louis van Tulder (in
Mahler's „Lied von der Erde"), Elisabeth
Schumann, Miep Vroemen, Francis Koene,
Jacques Thibaud, Henk van Wezel, Bram He-
merik, Nicolai Grandan, Mitja Nikisch, Janine
Weill, Henriëtte Bosmans, Ethel Bartlett en
Rae Robertson, Hansi Freudberg en Robert
Casadesus. De volksconcerten worden gediri
geerd door Sam Swaap en Nico Gerharz.