De nieuwe steunregeling H. Verbant - van Dijk Prikkeldraad HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor IOcL ZATERDAG 14 JULI 1934 EENIGE ETHISCHE OVERWEGINGEN Rector Bots aan het woord De nagedachtenis van Jac. Ph. Caro Overdracht van het gedenkteeken STRANDBAD EDAM Geen gemengde zonnebaden meer UITVAART PRINS HENDRIK Kerk. kunst op TeJef. 348, Tilburg, 64 Hl Geen revolutionnaire daad MR. W. L. BARON DE VOS VAN STEENWIJK Touristenkaart van Nederland Gruwelijke moord PETER BENOIT-FEESTEN De groote feesten op 29 Juli Mislukte achtervolging in België EUCHARISTISCH CONGRES TE BUENOS-AIRES Thans wordt in ons land naar den bandiet gezocht EMIL FIEDLER De onrechtvaardige rentmeester Volk en communisten DRS. P. GERLACHUS NAAR BELGIË BEROEMD PRAAGSCH KOOR SLECHT DRINKWATER BOERDERIJBRAND In het ruime, luchtige, zonnige, vroolijk en blij aandoende, aan de Nieuwe Pas- seerdergracht gelegen Gesticht van Liefde „St. Bernardus", waarbinnen het wel altijd zomer schijnt te zijn, hebben wij een bezoek gebracht aan den zeereerwaar- den heer Rector J. Bots, den bezielden en bezielenden socialen priester in het Haar- iemsche diocees. Wij stelden het hooglijk op prijs, van dezen priester, die door zijn diocesaan ad viseurschap dagelijks in aanraking komt met breede lagen der Katholieke bevolking vooral der Katholieke arbeidersbevolking te vernemen, hoe hij de op 1 Juli in wer king getreden nieuwe steunregeling beoor deelt en wat daarvan naar zijne ondervin ding de gevolgen zijn geweest. Rector Bots begon met te vertellen, dat bij juist vanmorgen nog met de verschil lende Arbeidersvakbonden geconfereerd had en dat men de vermindering der steunuit- keeringen over de vorige week algemeen taxeerde op 10, 12 a 13 procent; dit was zoo ging de rector voort toch wel een zeer belangrijk percentage op zulke lage be dragen als de uitkeeringen nu eenmaal be- teekenden. De rector voelde zich wel eenigszins hui verig om diep op de kwestie der lage, der te lage uitkeeringen in te gaan, omdat men hem van andere zijde dan wel eens de vraag zou kunnen stellen: hoe zoudt gij de zaak dan financieren? Merkwaardig is echter, dat de regeering, bij monde van minister Slotemaker de Bruine, zich bij de verdediging van haar taktiek uitsluitend beroept op den heer- schenden loonstandaard en niet op de fi- nancieele onmogelijkheid de stfeunuitkeeringen moeten blijven be neden de loonen, die hier en daar al zeer laag zijn, en zoo komen we tot vreeselijke consequenties, waarbij het steunbedrag be neden de grens van het minimaal absoluut noodige komt te liggen, zoodat er b.v. voor kleeding heelemaal niets overblijft. En dat, terwijl Paus Pius XI in Zijn schrij ven aan den Bisschop van Quebeck de werkloozen letterlijk toch noemt „de on schuldigste slachtoffers van de krisis" en Wenscht, dat de gemeenschap de alleruiter ste offers zal brengen om deze ongelukki- gen te beschermen en te steunen. Nu vragen wij ons af: geschiedt dit hier in Nederland wel genoegzaam? 't Is bekend, dat de toestanden in het buitenland nog Veel erger zijn, maar is dat een rechtvaar diging voor ons, als wij het Pauselijk woord niet gehoorzamen? Als men niet zoo maar gedurende en kele weken, maar gedurende maanden en jaren! steeds minder ontvangt dan mi nimaal noodig is om rond te komen, dan is het heel moeilijk, te berusten in zijn lot, dan komt men gemakkelijk in een sfeer, Waar men uit den band dreigt te springen, en dan toornt men tegen een gemeenschap, die niet meer voor den werklooze over heeft. Hoe vind u de stemming onder de Ka tholieke werkloozen? Ook onze menschen zijn verbitterd. Wij, die de werkloosheid niet kennen, wij kunnen het ons toch ook zoo moeilijk in denken, hoe de werklooze zich te moede Voelt in zijn machteloosheid tegenover ja, tegenover wat en wie eigenlijk? Geen Werkgever, geen persoon die te benaderen Valt. De regeering, 't is zoo'n vaag begrip; en deze grootmacht grijpt nu opeens in in zijn xnenschenbestaan; 't is dat onzekere, dat beangstigende, de vrees, wat zal ik mor gen weer machteloos moeten aanvaarden? dat het leven van den werklooze zoo Somber maakt en hem zoo neerdrukt. Nu zal binnenkort ook de Armenzorg ge regeld worden naar den krisissteun, en dan zie ik aankomen, dat velen praktisch niets méér zullen krijgen dan de'huishuur; dat Wordt nóg benauwender. In zijn diepe ellende is de werklooze er lang niet altijd meer van overtuigd, dat de gemeenschap doet wat zij kan; vooral va ders van groote gezinnen, die bij de nieu we steunregeling waarlijk niet begunstigd worden, gaan eraan twijfelen, of de regeer ders wel oog hebben voor den trouw aan de zedelijke beginselen. Zou u meenen, dat er financieel een andere taktiek mogelijk zou zijn? Daar durf ik, weinig ekonomist als ik hen, geen rechtstreeksch ja of neen antwoord op geven. Wel kan ik den indruk niet van mij af zetten, dat men in Den Haag het vraagstuk al te veel ekonomisch en al te weinig ethisch beschouwt; men let op loonsver- houdingen enz. en misschien moet men dat ook wel doen, maar 't is pijnlijk te zien, hoe star-systematisch het eenmaal gesteld ekonomisch doel (de doorworsteling van de krisis door middel van den gaven gulden) wordt nagestreefd; horrible maatregelen zijn nu noodig om het systeem te doen slagen; land- en tuinbouw en industrie moeten gesteund worden en van hun karige steungelden betalen de werkloozen nog méé Voor dien steun. Noodlottige coïncidentie! Coïncidentie? Ja! Maar dan toch een, Welke het gevolg is van het gehuldigde systeem. Voor mij is het de groote vraag, of de of fers, welke wij ons voor den gaven gulden getroosten moeten, wel opwegen tegen de offers, die wij door de werkloozen laten brengen; van 'n soort dogma laat men heel het volkslot afhangen; honderdduizenden volksgenooten laat men lijden omwiile van het systeem, omtrent het resultaat waar van men niet eens zeker is, niet eens zeker kan zijn. Er zit veel speculatiefs in hee^ deze kwestie Wat denken de arbeiders-organisaties nu te doen? U heeft gezien dat men al doende is: het R.K. Werkliedenverbond heeft zich met een rekest alreeds tot den raad van minis ters gewend, en verder zal men den mi nister door deputaties van plaatselijke or ganisaties den noodtoestand uiteen trach ten te zetten; wij kunnen ons niet voor stellen, dat een zoo nobel mensch, als mi nister Slotemaker ontegenzeglijk is, de consequenties van het thans gevolgde stel sel begrepen, althans zóó bedoeld heeft; 't eerste streven zal erop gericht moeten zijn, althans voor de groote gezinnen eenige ver- mildering te verkrijgen; met enkele mil- lioenen zal de regeering alreeds veel goeds in deze richting kunnen bereiken. Hier moet iets gedaan worden. Wil men het stelsel, het systeem niet la ten varen, dan zal men de gevolgen daarvan voor de armste werkloozen althans dienen te verzachten. Er heeft zich indertijd een comité gevormd, samengesteld uit vertegenwoordigers van ver schillende vereenigingen om uitvoering te geven aan het algemeen uitgesproken verlangen om op het graf van den zanger Jac. Ph. Caro te Utrecht een gedenksteen te plaatsen, als een laatste hulde aan den man, die als zanger zoo veel heeft gedaan voor de vocale kunst. Een speciale commissie is thans in staat ge steld zich te wenden tot het architecten-bureau Ir. Daan Jansen en C. Bos, met de opdracht op Caro's groeve een eenvoudigen herinnerings steen te ontwerpen, zich aansluitende bij het geen reeds door de nabestaanden op het graf was aangebracht. Zaterdag 21 Juli, des middags te half vier, zal dit gedenkteeken worden overgedragen op het Derde Nieuwe Algemeene Kerkhof te Utrecht. Bij deze plechtigheid zal het Utrechtsch Mannenkoor „Euterpe" het „Beati Mortui" van Mendelssohn; en het „Ecce quo modo moritur" van Handel ten gehoore brengen. De gemeenteraad van Edam heeft aange nomen een voorstel der R.K. raadsfractie tot aamvulling der algemeene politie-verordening, waarbij verboden wordt het gemengd zonne baden in het Strandbad Edam. Van den Radiodienst te Curacao is telegra fisch bericht ontvangen, dat de plechtige uit zending van de Phohi van de uitvaart van Prins Hendrik uitmuntend is overgekomen en diepen indruk heeft gemaakt. In verband met het uur van ontvangst was deze voor Indië op wasplaten opgenomen en 's middags door de Phohi uitgezonden. Standpunt van de wethouders te V eisen Na 't opzienwekkend schrijven van den burge meester Mr. F. L. J. E. Rambonnet hebben de gezamenlijke wethouders sen schrijven tot den Raad gericht, waaraan het volgende is ontleend: Wij betreuren het, dat de onderwerpelijke zaak voor den Burgemeester een wending heeft genomen, die zijn standpunt van het onze scheidt. Onze achting voor en ons vertrouwen in den Burgemeester als eerlijk man, die in al zijn handelingen het belang van de gemeente steeds heeft voorgestaan en wiens streven met ons is geweest de zaken zoo goed mogelijk gaan de te houden en overal waar dit noodig was voor die belangen in de bres te springen, is door ge noemd schrijven niet gewijzigd. De goede ver standhouding, welke tusschen den Burgemees ter en ons steeds heeft bestaan, blijft onge schonden gehandhaafd. In eene bespreking van het schrijven zelf zul len wij niet treden. Is het, vooral in deze tijden, niet de taak van overheidslichamen om door gemeenschappelijk overleg de moeilijkheden uit den weg te ruimen, vooral waar de Regeering hier te doen heeft met een gemeente die, van stonde af, in alle opzich ten hare medewerking, zonder de geringste te genwerking, volkomen heeft gegeven? Het is naar onze overtuiging begrijpelijk, dat onze verdediging door de bittere stemming waarin wij langzamerhand zijn komen te ver- keeren scherper is geworden dan onder andere omstandigheden zou zijn geschied en misschien gewenscht was. Men mag in geen geval in onze verdediging echter zien een revolutionnaire daad. Wij wer pen dit verre van ons. Wij zijn steeds Regee- ringsgetrouw geweest en wij hopen dit te blijven. Niets is ons liever dan, met terzijdestelling van al het aangevoerde persoonlijke, in daadwerke lijk overleg de bestaande moeilijkheden op te lossen, omdat de bevordering van de belangen van de gemeente bij ons zeer zwaar weegt. Naar de „Msb." verneemt, hebben de leden van de Eerste Kamer een diner aangeboden aan hun president, die dezer dagen zijn 75sten verjaar dag vierde. De datum is nog niet vastgesteld. Eenige vrienden van den Voorzitter hebben baron de Vos van Steenwijk, die een uitstekend kenner der Napoleontische literatuur is, een kostbaar werk over Napoleon I aangeboden. Door de fabrikanten van King-pepermunt, de firma Tonnema en Cie, te Sneek, in een toeristenkaart van Nederland uitgegeven. Het doel van deze kaart is, het opstellen van reis plannen in eigen land gemakkelijk te maken. Iedereen kan er het zijne op vinden. Zoowei de wandelaar, wielrijder, kampeerder, als de watertoerist, vindt er de gegevens, die hij noo dig heeft. Toen het slachtoffer reeds doode- lijk gewond was, heeft de dader hem met een spade dood geslagen Vrijdagavond omstreeks negen uur heeft ze kere J. O., wonende in de Vughtschoot onder de gemeente Princenhage een moordaanslag ge pleegd op den 30-jarigen de K., eveneens in genoemde buurt woonachtig. Na eerst een revolverschot op de K. te hebben gelost, waardoor deze reeds doode- ljjk werd getroffen, heeft O. zijn slacht offer met een spade verder doodgeslagen. De K. is gehuwd en vader van twee kin deren. De dader is gearresteerd. Het lijk is door de politie in beslag geno men en naar Breda overgebracht. De politie he^ft de zaak in onderzoek ten einde de aanleiding tot deze daad te kunnen vaststellen. De groote feesten welke dezen zomer in Vlaanderen worden ingericht bij gelegenheid van de honderdste verjaring der geboorte van den Vlaamschen Componist Peter Benoit, wer den Donderdag in het geboortedorp Harelbeke ingezet door een hulde der schoolkinderen. Op het plein van de school, waar Benoit zelf als kind 90-jaren geleden speelde, werden door 700 leerlingen liederen van den Meester uitgevoerd met begeleiding van orkest. De burgemeester van Harelbeke. Senator Bossuyt, hield daarna een rede, waarin hij ontroerende bijzonderhe den gaf uit het leven van „Vlaanderens grooten harpenaar". Toen Peter Benoit, na de uitvoering van het meesterwerk „Lucifer" te Brussel door Leo pold II werd gelukgewenscht, sprak de Vorst hem toe, onder den indruk van het verrukke lijk werk: „Benoit vraag mij al wat ge wilt, ik schenk het u". ,,Sire," antwoordde Benoit, „in Harelbeke woont mijn oude, brave vader, hij is werkzaam aan de sluizen. Kan Uwe Majes teit verbetering brengen in zijn bediening, het is al wat ik wensch". Eenige dagen later kwam een brief toe bij vader Benoit, waarin hij bij koninklijk besluit als sasmeester werd benoemd. Benoit keerde dadelijk naar Harelbeke terug om getuige te zijn van de vreugde van zijn vader. Hij was een liefderijke zoon; ook zijn moeder had hij innig lief. De heer Christiaan, hoofd der school, zeide daarna, dat Benoit, wanneer hij acht jaar oud was, bij de feestzitting der prijsuitdeeling, Vlaamsche liederen zong. Ook met Kerstnacht zong hij ieder jaar in de kerk het „Adeste Fideles". Het feest eindigde met het zingen van „De Vlaamsche Leeuw". Op 29 Juli a.s. zal te Harelbeke een groot- sche Benoit-herdenking plaats vinden. De O. L. Vrouwe-toren te Amersfoort, die het geheele stadsbeeld en de omgeving beheerscht De heer J. van Haaren, voorzitter van de Hollandsche afdeeling van het 32e Int. Eucha ristisch Congres te Buenos Aires, heeft voor de microfoon een toespraak gehouden ter opwek king van de in Brazilië wonende katholieke Nederlanders tot deelneming aan het Congres. In de afgeloopen week heeft in een winkel in de directe omgeving van Brussel een roof overval plaats gehad, waar drie bandieten een oude vrouw overvielen en een buit ter waarde van eenige duizenden guldens wisten te be machtigen, om zich daarmede uit de voeten te maken. Het onderzoek der politie had wel tot gevolg, dat men een spoor der daders vond, doch het mocht nog niet gelukken hen in han den te krijgen. Toen nu een der roovers later te Esschen werd gesignaleerd, namelijk een berucht Ant werpenaar, zekere Johannes Franken, werd door de gendarmerie aldaar een vervolging in gesteld, doch de bandiet wist per auto over de grens in de richting van Roosendaal te ont komen. Door de gendarmerie werd hiervan bericht doorgezonden naar de marechaussees te Roo sendaal, welk bericht echter enkele uren, na dat de roover de grens was gepasseerd, eerst de marechaussee bereikte. Uit het ingesteld onderzoek is verder geble ken, dat de gezochte Franken per motorrijwiel te Esschen was aangekomen, waar hij de motorfiets voor 14.als pand had achterge" laten. Hij heeft zijn vlucht toen voortgezet per auto, welke te Bergen op Zoom thuis behoorde en op weg naar Nederland was, door mee te rijden naar Roosendaal. Hier liet hij zich naar het station brengen om zijn reis per trein te vervolgen, vermoedelijk naar Rotterdam. In verband hermede werd bericht doorge zonden naar het hoofdcommissariaat van po litie te Rotterdam met opgave tevens van het door den Belgische gendarmerie verstrekte sig nalement, met verzoek tot opsporing en aan houding teneinde hem aan België te kunnen uitleveren. 8e Zondag na Pinksteren. Evangelie: Luc. 16, 19. Deze negen verzen uit het evangelie van den heiligen Lucas behooren tot die gedeelten uit het Nieuwe Testa ment, waarover het meeste geschreven is, zoowel door vriend als vijand; zoowel verdedigend als bestrijdend. En wat nog eigenaardiger is: er zijn bijna evenveel verkla ringen voor de moeilijkheden in dit evangelie als er ver handelingen over bestaan. En terloops gezegd, juist over zoo'n stuk uit het nieuwe Testament breken de verstan digste menschen zich het hoofd, zonder dat ze het over een oplossing eens kunnen worden; het beste bewijs, hoe slecht het met ons christenen gesteld zou zijn, wanneer wij geen andere geloofsautoriteit hadden dan het geschre ven woord in den bijbel; wanneer men eerst zou moeten wachten, totdat alle geleerden het onder elkaar eens zijn, wat het een of het ander beteekent. Men heeft eigenlijk slechts de keuze tusschen onfeilbare Kerk of: dat een ieder kan gelooven, wat hem het verstandigste toelij kt. Waar ligt dan eigenlijk de steen des aanstoots in het evangelie van den onrechtvaardigen rentmeester? Het is de zin: „En de heer (namelijk de bedrogen heer) prees den onrechtvaardigen rentmeester, omdat hij met voor zichtigheid en overleg had gehandeld." Wanneer men zich echter onder „prijzen" voorstelt, dat de jarenlang bedro gen grootgrondbezitter dezen oplichter van een zaakwaar nemer op de schouders klopt en zegt: „Brave man! Goed gedaan! Ga zoo door!", dan zou het een opwekking zijn tot meer schurkenstreken. Maar daarvan is geen sprake. De man gaat de laan uit. En wel op staanden voet en zonder genade en barmhartigheid, die hij trouwens ook niet heeft verdiend. Het oneervolle ontslag is zoo defini tief en plotseling, dat hem practisch slechts de keuze blijft tusschen: daglooner of bedelaar. Voor een opperrent- meester, blijkbaar met vrouw en kinderen, in ieder geval een zeer gevoelige straf. Dus van „beste man en zoo meer" is geen sprake. Ook de woorden „met voorzichtigheid en overleg" wer ken in deze verbinding eenigszins verwarrend. Voorzich tigheid en overleg zijn zeer schoone en zeldzame gaver- Men denkt daarbij aan een bezadigd, rustig, verstandig mensch. Beslist .niet aan een oplichter. Dit slag van menschen kan ook zeer voorzichtig zijn; bliksemsnel de situatie begrijpend; in een oogwenk alle mogelijkheden overziend; met koele vastberadenheid tijd, gelegenheid, middelen overwegend. Alleen noemt men zoo iets niet voorzichtig, maar sluw en geslepen. De zin, die in den bijbel staat: „En de Heer prees enz." beteekent dus in gewone spreektaal: „Een afzetter, zooals er geen tweede bestaat; maar men kan niet ontkennen, dat de kerel het handig heeft aangepakt". Ik kan mij toch zeer goed voor stellen, dat een gerechtsdienaar voor een opengebroken bankkluis staat en zegt: „Dat is een meesterstukje van inbrekerskunst", wat wel niemand als een aansporing voor de heeren inbrekers zal opvatten. Geslepen was deze oplichter, dat moet gezegd worden. Hij heeft volledige volmacht over het eigendom van een grootgrondbezitter, die ergens in een groote stad woont en geen ander belang bij zijn goederen heeft, dan dat ze hem het noodige geld opbrengen om er luxueus van te leven. Dit geld moet zijn rentmeester bij elkaar brengen. Hoe, dat is zijn zaak. Hij sluit de pachtcontracten af en int de pacht, welke vooral bestaat in natura, die dan door een rentmeester in den groothandel te gelde worden ge maakt. Natuurlijk ligt daar een gelegenheid tot ontzag lijke verduisteringen. En de rentmeester maakt van die gelegenheid een grondig gebruik. Wat hij daarbij ver dient, wordt verbrast. Want als de, zaak aan het licht komt, bezit hij ondanks alle bedrog geen rooien duit. Waar schijnlijk is het echter juist dit verkwistende leven, dat hem den nek breekt. De een of ander rekent uit, hoeveel zoo'n losbandig leven kost, zet er het getal van het ver moede salaris naast, en het bedrog is ontdekt. Een brief: „Geef rekenschap van uw rentmeesterschap!" Dus: kas controle en nagaan van de boeken. Het spel is uit. Wat nu? Vlucht; de strop; vergif; of tien jaren gevangenis straf. Van zulke gevallen leest men in elke krant. Wat doet de man? Nog heeft hij alle papieren onder zijn berusting. Hij neemt er de pachtbrieven uit en laat de pachters om beurten bij zich komen. Met twee voorbeel den maakt de Heiland de praktijken van den man duide lijk. De eene pachter moet jaarlijks honderd vaten olie afleveren. Een vat (in 't Hebreeuwsch bath) bevat onge veer veertig liter. Dus 4000 liter per jaar. Een kleine boer is dat nu juist niet. De nieuwe pachtbrief bedraagt de helft. De oude pachtbrief belandt in den zak van den rentmeester. Voor het geval, dat de pachter later eens mocht vergeten, wie hem die 2000 liter per jaar liet uit sparen en hóe ze werden uitgespaard. De tweede moet jaarlijks honderd mud tarwe afleve ren. De maat, in den bijbel genoemd, is eigenlijk kor. Een kor is tien bath, dus 400 liter. De man spaart door het valsche contract jaarlijks ongeveer 8000 liter tarwe. Ook geen kleinigheid. Bij de anderen handelt hij op dezelfde wijze, en maakt hen allen daardoor tot zijn medeplichtigen en zal in de toekomst leven van het profijt en het slechte geweten van deze menschen. De heele schurkenstreek is dubbel geniaal, omdat hij nu bovendien pachtbrieven kan afle veren, die bewijzen, dat er niet meer afgeleverd behoefde te worden, dan dat hij waarschijnlijk inderdaad jaarlijks afgeleverd heeft. Hij zal immers reeds jarenlang van de olie de helft en van de tarwe zijn twintig procent op eigen rekening hebben verkocht. In elk geval een man, die zich zelf weet te redden. Het is zelfs zeer goed mogelijk, dat zoo'n geval pas ge beurd was en in de provincie het algemeene onderwerp der gesprekken vormde. Christus tracht immers steeds aan de hand van gebeurtenissen uit het dagelij ksch leven zijn leerlingen de gezindheid der nieuwe mensch- heid van het rijk Gods te verklaren. Weliswaar schijnt zoo'n geval allerminst geschikt, om er godsdienstige ge dachten aan vast te knoopen, behalve dan misschien een vermaning om zeer nauwgezet te zijn betreffende eerlijk heid en het zevende gebod. Uit den heelen aard van de vertelling echter blijkt, dat Christus op iets anders wil wijzen dan op den vanzelfspre- kenden plicht van eerlijkheid in handel en wandel. Wat Christus schetst, betreft de moeite, die deze door eigen schuld geruïneerde man zich getroost, om zich ondanks alles een zeker bestaan te verschaffen. Daarom besluit Christus Zijn weergave van het gebeurde met de bemer king, dat het zelfs den bedrogen bezitter imponeerde hóe deze zwendelaar het weet aan te leggen om zich een vaste toekomst te verzekeren. En gij? en uwe toekomst? Uwe andere toekomst? Welke gij u niet verzekeren kunt doordat uw banktegoed een getal is van zes cijfers, of doordat zoo en zooveel menschen u schatplichtig zijn. Wat al niet doen de „kinderen der wereld" voor datgene, wat ze toekomst noemen! En wat doet gij „kinderen des lichts" voor datgene, wat na deze toekomst komt? „Mammon der ongerechtigheid". Niet „onrechtvaardige mammon," waarbij men zou kunnen denken aan onrechtvaardig verkregen mammon. Mammon der ongerechtigheid, mammon, waardoor zoo vele menschen steeds weer worden tot dieven en zwendelaars, tot uitbuiters en afpersers. Geld kan ook voor de „kinde ren des lichts" zijn beteekenis hebben. Namelijk dan, wan neer ze er door niet tot dieven en hardvochtige meesters worden, maar tot helpers der armen, tot rentmeesters van de barmhartigheid Gods, wien al het goed en het goud der aarde behoort, omdat Hij het schiep. Terwijl alle anderen, die van dit geval hooren, er waar schijnlijk verontwaardigd over zijn, dat er zulke oplichters bestaan, en morgen het volgende schandaal breedvoerig bespreken, denkt Christus slechts aan dat eene: het treu rige verschil tusschen de energie, waarmee deze bedrieger voor zijn toekomst zorgt, en het gebrek aan energie der menschen, zoodra het winnen aan godsdienstige waarde en de toekomst der ziel betreft. En naast dezen rentmees ter ziet Christus het jagen van alle „kinderen dezer wereld". Niet allen zijn bedriegers, maar allen weten, dat men in het leven niet verder kan komen, wanneer men futloos met de handen in den schoot gaat zitten. Energie, rusteloosheid, arbeid, aanwending van alle kracht, zoodra het gaat om geld en winst. Hoezeer dat ook heden nog het geval is, blijkt wel uit het hijgende, waanzinnige tempo van onzen tegenwoordigen tijd. Voor de „kinderen des lichts" bestaat er een winst, die voor hen van meer belang moest zijn dan „zaken". De „kinderen des lichts", voor wie de ziel en wat na dit leven komt, hooger waarde zou moeten bezitten, waar is de energie van „kinderen des lichts", wanneer het gaat om godsdienstige zaken en geestelijk bezit? Dat is de vraag van Christus, die hij vastknoopt aan deze oplichtersgeschiedenis. Let op het einde! Terwijl Het Volk spuwt tegen het communistisch barricadenvolkje van Amsterdam en naar de regeering een schijn heilig gezicht trekt, schrijft het niet on tevreden over het eenheidsfront van socia listen en communisten in Frankrijk. Keeft het de Februari-barricaden-camaraderie niet frisch met de Marxisten van Weenen gevierd, die later naar Rusland eclipseer den? En voorzag dr. F. M. Wibaut niet in „De Socialistische Gids" de heilige eenheid van de Moskou-Internationale met de S.D. A.P. van de heele wereld? Jouhaux heeft al het vorig jaar de vak- vereenigingen met de communisten op straat gebracht in de onlusten tegen de Parijsche politie. En lees nu eens het ge- zapig-marxistische Volk van gisteren: „Het antwoord dat onze Fransche partij - genooten geven op deze vragen, is een ver wijzing naar Moscou. Het hoofdkwartier zou de zwenking hebben bevolen. Wij behoeven niet uiteen te zetten, van hoe groote betee kenis een wijziging van de politiek van Mos cou ten aanzien van de sociaal-democratie zou zijn voor de arbeidersbeweging in de heele wereld. „Ook in de vakbeweging is het vraagstuk aan de orde. En daar gaat het niet om het voeren van de een of andere gemeenschap pelijke actie, maar om de organisatorische eenheid, om de fusie van de twee Vakver bonden. Het moderne Vakverbond aan vaardt de fusie, niet alleen van communis ten en syndicalisten, maar van de organi saties van alle richting, op een onafwijs bare voorwaarde: zij moet worden tot stand gebracht van onderen op Hoe dit proces zich zal ontwikkelen, is nog niet te overzien. Laat ons blijven bij de politieke partijen. Dat in den boezem van onze partij het wantrouwen tegen de com munistische leiders en het vurig verlangen naar de eenheid der arbeidersklasse scherp tegenover elkander staan, zal niemand ver wonderen. Verantwoordelijkheid voor het verijdelen der eenheid, terwijl zij mogelijk was, wil geen enkele socialist dragen. De verwachting van eenheid bij de arbeiders klasse wekken, en ze vervolgens verstoren, zou een onvergefelijke, voor de kracht van de beweging noodlottige politiek zijn." Dus, jongens, opschieten maar. Moskou heeft de zwenking bevolen, en Jouhaux zwenkt mee- Het gaat om „de organisato rische eenheid" en daar valt alle anti-com munistisch wantrouwen tegen stil. „Het zal niemand verwonderen" schrijft „Het Volk". Wel neen, het verwondert geen brave ziel, het is de natuurlijkste logica van de wereld, en zelfs in het tamme Holland kruipt het roode bloed nog altijd, waar het niet gaan kan! Intellectueele toenadering De Minister van O. K. en W. heeft aan Pater Drs. Gerlachus O.M. Cap. te Babberich vanwege de commissie ter uitvoering van het verdrag be treffende intellectueele toenadering tusschen Nederland en België vergund op 's Rijkskosten gedurende drie maanden in België wetenschap pelijke onderzoekingen te doen met betrekking tot de voorbereiding van een dissertatie over de Hollandsche Missie van 15921650. Bezoekt dit jaar ons land Naar wij vernemen, zal de wereldvermaarde zangvereeniging van Praagsche onderwijzers, de „Fevecke Sdruzeni Prazskyeh Uciteln", in den loop van dit jaar een aantal concerten in ons land geven. Deze tournée, welke georganiseerd wordt door impresario Ernst Krauss, zal onder leiding staan van den dirigent prof. Metod Dolezil. Dit is den eersten keer, dat Nederland door deze zangvereeniging bezocht wordt. Duinwater wordt verkocht Naar men ons mededeelt, is het met het drinkwater in Maassluis slecht gesteld. Welis waar is het niet zoo zout meer als vroeger, doch de smaak is zoodanig, dat het niet te gebrui ken is. Er wordt in de gemeente een groote handel in drinkwater gedreven. Er wordt met auto's vol met duinwater langs de huizen ge vent terwijl ook in de haven waterbootjes uit Rotterdam goede zaken maken. Men vraagt zich thans af, wanneer aan dezen toestand een einde komt. Er zijn tot nu toe nog geen maat regelen door de overheid getroffen. Op den rand van de gemeente Utrecht ach ter fort Lunetten in de Houtensche vlakte is de boerderij „De Ketel" van den heer de Wit to taal afgebrand. Het vuur was ontstaan in een hooiberg en plantte zich over de rieten daken naar het ach terhuis en het woonhuis voort. Ook een daar naast staande schuur werd aangetast. De schuur en een kippenhok konden behouden blijven, de rest brandde tot den grond toe af. Een groote partij hooi, landbouwwerktuigen en een deel van den inboedel gingen verloren. De brand is ontstaan door hooibroei. Eenig kiein vee kon nog gered worden. De schade wordt slechts voor de helft door verzekering ge dekt. Kurhaus-concerten Op de concerten welke van 16 Juli tot 15 Augustus door het Residentie-orkest onder lei ding van Carl Schuricht en Ignaz Neumark in het Kurhaus te Scheveningen gegeven worden, zullen de volgende kunstenaars als solist op treden: Ilona Durigo en Louis van Tulder (in Mahler's „Lied von der Erde"), Elisabeth Schumann, Miep Vroemen, Francis Koene, Jacques Thibaud, Henk van Wezel, Bram He- merik, Nicolai Grandan, Mitja Nikisch, Janine Weill, Henriëtte Bosmans, Ethel Bartlett en Rae Robertson, Hansi Freudberg en Robert Casadesus. De volksconcerten worden gediri geerd door Sam Swaap en Nico Gerharz.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 5