Het R.K. Werkliedenverbond in den strijd Loonsverlaging in de mijnen KRACHTIGE BEWEGING BLIJFT NOODIG DINSDAG 17 JULI 1934 Geen eigen politieke partij Rijksmiddelen in Juni Geert volledig vertrouwen in de Regeeringomdat zij te wei nig christelijk-sociaal, doch veeleer te individualis tisch denkt Gebreken der huidige Regeering Eigen verkiezingspolitiek De crisis als bondgenoot Nieuwe plannen NIEUWE KERK TE DELFT Bezichtiging tot 21 Juli ZEVENTIGJARIGE STICHT BRAND Zichzelf bij de politie aangemeld O. S. P.-ERS VEROORDEELD Met „De Fakkel" gecolporteerd DE HUURSTAKINGEN TE ROTTERDAM 125 JAAR DEDEMSVAART Uit Riga vertrokken Bondsraad van den Alg. Mijnwer- kersbond heeft de directie voorstellen afgewezen BENOEMINGEN In het Aartsbisdom H. H. WIJDINGEN In het bisdom Haarlem MISHANDELDE VARKENS Korting op de officieele prijzen DONATELLO Lezing prof. v. d. Pluym KORTING LANDVOOGDELIJKE PENSIOENEN Van dak gevallen HET SCHAAKTOURNOOI TE KLOST ER-N EU BURG Nederlandsche successen WIELRENNEN PIET VAN KEMPEN—COZENS NOG AAN DEN KOP De Zesdaagsche te Londen Mr. F. van Lanschot, burgemeester van Den Boschbood Maandag aan den heer H. van Heeswijk de zilveren Bossche eeremedaille aan in verband met zijn zilveren jubileum als architect der restauratie van de St. Jans Basiliek. Vandaag en morgen houdt het R.K. Werk liedenverbond zijn jaarlijksche groote vergade ring te Utrecht. Het voor de katholieke arbeiders soo belangrijke congres is hedenmorgen geopend met een rede van den verbondsvoorzitter, den heer A. C. de Bruyn, lid der Eerste Kamer. Ons land krijgt zijn deel, aldus spr., van het leed, dat de menschheid zichzelf aandoet. Arm aan grondstoffen en in belangrijke mate op door- en uitvoer aangewezen, tracht het zich, nu eertijds rijkvloeiende bronnen geheel zijn drooggelegd, al vechtende door het leven te slaan. Heeft in een oorlog-met-de-wapens de Re geering onbestreden de leiding, draagt zij de Verantwoording, zoo moet als volkomen natuurlijk worden vastgesteld en aanvaard, dat in den tegenwoordigen economischen oorlog, met zijn sociaal en cultureel nadeelige gevolgen, de Regeering leiding, krachtige leiding heeft te geven, omdat zij allereerst verantwoordelijk is yoor het welzijn van land en volk. Dat is de verklaring, als men wil: de rechts grond, waarom ons volk en zijn organen, dus ook het Verbond, allereerst en zoo veelvuldig een beroep doen op de Regeering. En nu is het ongerijmd, indien wordt beweerd, dat deze Regeering zich hare groote verant woordelijkheid niet bewust is, zooals het ook ongerijmd is te beweren, dat het er deze Regee ring bewust om te doen zou zijn, de tijdsomstan digheden misbruikende, de arbeiders tot paupers te maken. In een Regeering welke zich zooiets ten doel zou stellen, ware stellig voor een katholiek geen plaats. Mogelijk is, dat men het met de wijze waarop een Regeering het land, vooral in een tijd als deze, meent te moeten besturen, in meer of mindere mate oneens is. Het zijn allereerst de politieke organen welke hebben te beoordeelen of en in hoeverre zij een Regeering kunnen en mogen steunen; zij hebben de consequenties van hun overwegingen te aanvaarden; zij hebben zich daaromtrent tegenover het land te ver antwoorden. Doch ook de sociale organisaties dragen ver antwoordelijkheid. Haar sociale en economische taak dwingt ertoe tot en over de Regeering te spreken, nu zij zelf, rechtstreeks, direct, geen in sociaal-economisch opzicht afdoende daden kunnen stellen, doch veelal van de Regeering afhankelijk zijn. Het is die verantwoordelijkheid, welke ons, aldus spr., zeer tot ons leedwezen doet zeggen, dat wij op verschillende punten van het beleid deze Regeering niet het overigens zoo gewenschte vertrouwen kunnen schenken. Indien wij zouden willen trachten ons ge voelen over deze Regeering in enkele woorden uit te drukken, dan zou het misschien zijn in deze: zij denkt tè weinig christelijk-sociaal, ze denkt tè individualistisch. Voorbeelden? De industrie worstelt reeds jaren tegen haar met den ondergang bedreigende elementen; de industrie wij schakelen enkele onverbeterlijke liberalen uit roept luide om hulp. Slechts schoorvoetend wordt die hulp geboden. Thans ligt er een wetsontwerp dat de mogelijkheid opent, dat de Regeering tusschen ondernemers gesloten overeenkomsten algemeen verbindend, d.w.z. ook voor niet tot de overeenkomst toege- tredenen verbindend kan verklaren. Dat wets ontwerp ademt een individualistischen geest; de werkgeversorganisaties worden niet genoemd, aan de arbeiders (organisaties), die ook eenig belang hebben bij economische overeenkomsten, is in het geheel niet gedacht. De Regeering verklaart bij herhaling zelf, dat de crisis voor een belangrijk deel een structureel karakter heeft. Van een doelbewust streven om het industrieele leven bij het gewijzde karakter van de voortbrenging aan te passen, waarbij o.m. het vraagstuk van den arbeidsduur om op lossing vraagt, is niet veel te bemerken. De Bedrijfsradenwet? Ze is een uiterst mini mum van sociale ordening; er is nog geen be- drijfsraad ingesteld. De wet op de buitenlandsche arbeidskrachten? Ze is nog niet in werking. Zestig-millioenen-plan? Buiten de hardnekkig verdedigde loonpolitiek zijn er nog weinig tee kenen welke vertrouwen geven, dat het Werk fonds 1934, bij de samenstelling waarvan de sociale organisaties zijn geweerd, kans krijgt in 1934 op eenigszins beteekenende wijze de industrie te helpen. Bij de werkloozen-steunpolitiek schijnt het christelijk-sociaal gevoel, ten deele althans, absent, zooals wij een en ander maal, laatste lijk nog voor enkele dagen, hebben trachten duidelijk te maken. Bij dat alles is de positie van de arbeiders en Van de arbeidersbeweging verre van gemakklijk. De bereikte resultaten zijn dikwijls, schijnbaar althans, niet evenredig aan het aanhoudend en moeizaam werken van velen. #chynbaar, want vooropstellend de zeer moei lijke economische positie, waarin ons land ver keert, gegeven de anti- en a-sociale strevingen van verschillenden, mag en moet worden aan genomen, dat door het ijverig werken der arbei dersbeweging zeer veel wordt in stand gehouden van hetgeen, zonder haar, reeds lang verloren zou zijn gegaan. Waar zij er kans toe ziet, verzet zij zich tegen bi. ongemotiveerde aanslagen op het bestaan der arbeidersgezinnen. De katholieke arbeidersbeweging heeft het bij De Verbondsvoorzitter A. C. de Bruyn dat alles niet gemakkelijk. Bij herhaling wordt er in het land op aangedrongen, dat zü zelf aan verkiezingspolitiek zal gaan doen, omdat men in vertegenwoordigers van bestaande politieke par tijen geen vertrouwen zegt te hebben. Meer dan eens is dat vraagstuk besproken; het is niet in de laatste plaats juist het belang van de arbeiders en de bedienden zelf, dat deed besluiten dien weg niet te betreden. Spr. schetst dan de groote bezwaren, die aan een dergelijke partijvorming verbonden zou zijn. Indien de arbeiders, binnen de Staatspartij willen, kunnen zij in een redelijke vertegenwoor diging de menschen afvaardigen, waarin ze ver trouwen hebben. Overigens is het 'n utopie te meenen, dat een zelfstandige katholieke arbeiderspartij, ge schraagd door de katholieke arbeidersbeweging, met een uiteraard beperkte vertegenwoordiging, méér ten bate van de arbeiders zou bereiken, dan thans in en met medewerking van de Staatspartij het geval is. Heeft men er wel ernstig aan gedacht in welke positie men de katholieke arbeidersbeweging zou wringen, indien het werken van zulk een partij of haar afgevaardigden niet zou bevre digen? Ook de afgevaardigden van zulk een afzonder lijke partij zouden de werkelijkheid niet anders kunnen maken dan ze is; zouden, eerlijke men schen zijnde, met die werkelijkheid rekening moeten houden; zelfstandig beslissingen moeten nemen. Zouden die beslissingen allen altijd bevredigen? Men spreekt wel eens van „uiterste noodzaak". Alleen uiterste noodzaak, indien anderen hun plicht jegens de arbeiders ernstig zouden ver zaken, zou er misschien ooit toe kunnen leiden, dien noodsprong te doen. Als nooit te voren hebben de katholieke arbei ders aan een hechte, door eenheid en solidari teit sterke, onafhankelijke katholieke arbeiders beweging dringend behoefte. Het is, ondanks alle, dikwijls schier niet te dragen moeilijk heden, dat de arbeidersbeweging haar taak met opgewektheid en vertrouwen verricht. Het Verbond is zich als Nederlandsche Centrale der katholieke werkers zijn verantwoordelijke positie volkomen bewust en voelt den plicht geen deugdelijk middel onbeproefd te laten om het belang van de werknemers te dienen. Welbewust wordt, met alle geoorloofde mid delen, op de zoo noodzakelijke reconstructie van ons sociaal-economisch leven aangestuurd. In dit verband kan de „crisis" als bondgenoote worden genoemd; de crisis drijft en dringt naar nieuwe vormen van ordening, waarbinnen, wil len ze krachtig en houdbaar zijn, geen plaats zal wezen nóch voor individualisme, noch voor klassenstrijd. Dat is het afdoende, het vertrouwenwekkende perspectief, dat met overtuiging aan de hon derdduizenden, vooral ook de jongere werkloozen, en overige slachtoffers in dezen tijd kan (en moet) geboden worden. Dat is de toekomst. Die toekomst vuurt ons tot blijvende activiteit aan; het principe en de feiten geven ons de zekerheid, dat ons vertrouwen in de toekomst niet zal worden beschaamd. Naast den arbeid, ingesteld op het groote reconstructiewerk, wordt hetgeen NU noodig is, waarlijk niet vergeten. Waardeering moet worden uitgesproken voor hetgeen door de hoofdbestuurders van de aan gesloten bonden dag aan dag ten bate van de arbeiders wordt gedaan, alsmede voor onze plaatselijk gecentraliseerde katholieke arbeiders beweging, die niet moede wordt en er alles opzet om den allerergsten nood voor zoovelen naar vermogen te lenigen. Duizenden jeugdige werkloozen zijn dankbaar, dat onze katholieke arbeidersbeweging 34.000 per jaar beschikbaar heeft gesteld, waardoor het door de Diocesane Bonden ondernomen werk- en leer-kampwerk met succes kan worden voortgezet. De speciale „Jeugdwerkloozendienst" verricht mooi werk. Dat is ook het geval met de over het geheele land verspreide werkloozendienst van het Ver bond. Is er, gelukkig, kentering gekomen in de men taliteit van sommige medische kringen, waar door de gewenschte overeenstemming met de katholieke ziekenfondsen bevorderd wordt, nog lang niet algemeen is naar het schijnt in de medische kringen een gezond sociaal besef doorgedrongen. De Verbondsvoorzitter sprak het vertrouwen uit, dat de toegezegde Ziekenfondswet moge de behandeling, aanneming en begin van uit voering niet langer dan een jaar tijds vragen staketsels, welke een goede verhouding tusschen medici en eigen beheerde fondsen belemmeren, uit den weg zal weten te ruimen De diverse instellingen, deelen van de Arbei dersbeweging, welke voor haar de speciale be langen van de gezinnen verzorgen, gaan uit muntend. Deze vergadering zal beslissen over het voor stel tot stichting van een priester-studiefonds, waaruit moge blijken, zooals zulks trouwens ook uit anderen arbeid blijkt, dat de katholieke ar beidersbeweging, ondanks alle materieele zorgen, het geestelijke, het bovennatuurlijke niet uit het oog verliest. Het ligt in ons voornemen goedkeuring te vragen voor de uitgave van een blad, speciaal voor de geestelijke adviseurs bestemd. In overweging is de vraag of onze katholieke arbeidersbeweging nog niet meer dan tot nu toe nut kan trekken door samenwerking met uni versitair gevormden. In September zullen onze leiders wederom in de gelegenheid worden gesteld, door alleszins bevoegde sprekers voorgelicht te worden over het zeer gewichtige economische en monetaire probleem van dezen tijd, terwijl morgen Prof. Ir. Gelissen eenige economische perspectieven zal openen. Alles bijeen mag gezegd worden, dat er bin nen de katholieke arbeidersbeweging een op gewekt leven is. Met een oproep aan allen besloot spr. zijn openingsrede. Na de openingsrede deelde de voorzitter mede, dat op advies van de Jeugwerkloozenienst het bestuur heeft besloten de rijwielbedevaart naar Lourdes door jeugdige werkloozen niet te laten doorgaan. De mogelijkheid van een rij wiel tocht door eNderland zal nader worden overwogen. Op 12 en 13 September zullen te Bilthoven in „Berg en Bosch" studiedagen worden gehouden voor de leiders der Katholieke Arbeidersbewe ging. De volgende onderwerpen zullen behandeld worden: structuurveranderingen in de wereld economie, economisch kwetsbaar Nederland in de crisis; duurzaam economisch herstel alleen mogelijk door ordening van productie en han del; middelen tot verbetering der economische situatie in Nederland. De voorzitter hield vervolgens een toespraak tot de heeren van Eynthoven, van Hamersveld, Hellemons, K. en A. van Nieuwenhuizen, die wegens hun leeftijd afscheid van hun leidende functie in de arbeidersbeweging hebben geno men. Dank werd hun gebracht voor de buiten gewone verdiensten, welke zij ten opzichte van d arbeidersbeweging heben verworven. Namens het Verbond werd aan de scheidenden een plaquette aangeboden. Ook de geestelijke adviseur van het Verbond, kanunnik J. G. van Schaik, sprak mede namens de kerkelijke overheid eenige welgemeende woorden van hulde en dank tot de afgetreden leiders. Aan de aanwezigen werd gelegenheid gege ven van gedachten te wisselen naar aanleiding van de openingsrede. Een der sprekers wees op de moeilijkheden welke de Katholieke Democratische Partij aan de arbeidersbeweging veroorzaakt. Een volgende spreker drukte den wensch uit, at spoedig tot uitvoering der bedrijfsradenwet zal worden overgegaan. (De vergadering duurt voort). Na overleg ten departemente van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, en gezien de groo te belangstelling en de betere weersgesteldheid voor de aanwezige bloemen en kransen, hebben de kerkvoogden besloten nog eenige dagen de kerk in rcuw voor bezichtiging open te stellen, echter hoogstens tot Zaterdag 21 Juli. Zondag is de kerk als altijd voor bezichtiging onher roepelijk gesloten. Hedennacht om drie uur is een brand ont dekt in de schuur bij het logement van Van Duren, aan de Noordenbergstraat te Deventer. De brandweer was het vuur spoedig meester. Het bleek, dat hier brandstichting in het spel was. Nog in den loop van den nacht heeft de dader, een zeventigjarige man, knecht bij Van Duren, zich zelf by de politie aangemeld. Voor den politierechter te Leeuwarden heb ben Maandag terecht gestaan zes colporteurs van „De Fakkel", orgaan van de O.S.P., die Zaterdagavond zijn aangehouden in verband met colporteeren met dit blad, waarin een op ruiend artikel was opgenomen. Tegen vier der verdachten eischte de officier van justitie vrijspraak op grond van het feit, dat niet bewezen is, dat verdachten het ge wraakte artikel gelezen hebben. De politierechter kon zich hiermede vereeni gen. Tegen den leider der colporteurs vroeg de officier twee maanden gevangenisstraf, omdat deze het artikel wél had gelezen. De politie rechter veroordeelde hem tot zes weken ge vangenisstraf. Tegen den jongste der verdachten eischte de officier een maand gevangenisstraf. De politie rechter veroordeelde hem tot een week. Enkele malen kwam het tot een botsing tus schen den Officier van Justitie, mr. Wassen- bergh en den verdediger, mr. van der Meulen. Maandag hebben zü, die deelnemen aan de huurstakingen te Rotterdam, welke naar aanlei ding van de nieuwe steunregeling zijn uitgebro ken, hun eenmaal ingenomen standpunt gehand haafd. Een aantal menschen hebben opnieuw I minder betaald, anderen wilden in het ge heel geen huur betalen. Er deden zich geen ongeregeldheden voor. Gisteren en vandaag is het 125-jarig bestaan van de Dedemsvaart feesteiyk herdacht. Maan dagochtend zijn de leden van het eere-comité officieel ten gemeentehuize ontvangen. Naast diverse vermakeiykheden is ook een tentoon stelling georganiseerd. Blijkens by het Departement van Defensie ingekomen bericht is het oefenverband bestaan de uit HM. „Hertog Hendrik", „Evertsen", „Z 5", „K 17" en „K 18", onder bevel van den kapitein ter zee C. E. L. Helfrich, op 16 dezer van Riga vertrokken. De bondsraad van den Algemeenen Neder- landschen Mynwerkersbond heeft in een Maan dagavond te Heerlen gehouden vergadering de jongste loonvoorstellen van de myndirecties afgewezen. In een uitvoerig adres aan den Ministerraad wordt dit standpunt nader toegelicht. De Bondsraad vraagt ten spoedigste een regeeringsenquête in te stellen naar de juiste verhouding in den Nederlandschen mynbouw en in deze commissie ook vertegenwoordigers der arbeiders op te nemen. De leiding dient alle wettige middelen aan te wenden om zon der verlaging van het toch reeds sterk gedaald peil der mijnwerkers tot betere verhoudingen in den Nederlandschen mynbouw te komen. Het hoofdbestuur van den Prot.-Christeiyken bond heeft besloten de ledenvergadering te adviseeren de directie-voorstellen te aanvaar den. De neutrale bond heeft nog geen beslissing genomen. Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht heeft benoemd tot pastoor te Amersfoort (O. L. Vr. ten Hemelopn.) den Zeereerw. Heer A. W. J. Spitzen en tot pastoor te Deventer (H. Joann. B. Vianney) den Zeereerw. Heer J. A. H. Schartman. Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem heeft heden in de kapel van het Philosophicum te Warmond de tonsuur toegediend aan de vol gende Heeren: J. A. J. Adank; H. P. Balestra; J. A. M. Bon; P. Th. Brinkman; G. J. P. van der Byl; J. A. E. van Dodewaard; J. W. van Eyk; H. C. M. de Goede; P. C. Groenendyk; C. P. GrootscholteC. N. M. Hammann; J. W. Hen- fling; Th. Ph. van der Heyden; J. A. G. van der Hoogte; A. H. Huyboom; J. J. A. M. Huyg; G. B. Lammers; G. W. Lemmers; N. J. J. Mol; H. J. van Nobelen; J. C. A. van Nooy; B. j. w. M. van Pelt; J. Th. A. van Pol; F. H. A. van Ravesteyn; B. P. M. Schoonebeek; C. J. A. Schoonderwoerd; M. van Stee; Th. H. J. Straathof; Th. C. J. van Tongeren; J. Th. van der Valk; N. P. A. Velzeboer; L. P. M. Vester; A. Chr. van der Voorn; M. L. M. Welling; J. J. A. van der Zalm. De Nederlandsche Varkenscentrale deelt mede: Onder de varkens, welke aan de Nederland sche Varkenscentrale te rlevering worden aangeboden, komen er van tijd tot tyd voor, welke op de huid roode strepen, plekken of schrammen vertoonen, ontstaan door het slaan, by'ten of op andere wyze mishandelen van de varkens. De Nederlandsche Varkenscentrale heeft be sloten met ingang van 23 Juli as. by de uit betaling van deze varkens een korting op de officieele pryzen toe te passen van 3 cent per kilogram. Wanneer de beschadiging van em- stigen aard is, zullen de varkens echter gelyk tot heden het geval was, uitsluitend voor reke ning en risico van den leverancier worden af genomen. Het komt voorts voor, dat varkens welke door de leveranciers niet als zoodanig zün opgegeven na slachting zeugen blyken te zyn. Deze varkens zullen in het vervolg worden afgerekend tegen de voor zeugen geldende pryzen. Prof. v. d. Pluym heeft de serie lezingen over Italiaansche beeldhouwkunst, die gehouden worden in verband met de Italiaansche ten toonstelling te Amsterdam, vervolgd met het onderwerp: „Donatello" (13861466). Spreker die de reeks geopend had met de Pisaneesche school, welke kort na het midden der 13e eeuw een nieuwe jonge plastiek inluidde voor Tos cane, waar hy van de wereld der verdrooming overging naar de wereld der werkelükheid, komt nu met den beeldhouwer Donatello, die deze realiteit zal consolideeren voor de eerst volgende eeuwen. Hy beschouwt Florence om en na 1400. In deze stad werd Donatello ge boren, werkte hier het grootste gedeelte van zyn leven en sterft er. Zoon van een fanatieken politicus erfde hij van zijn vader de felheid en het opstandige, dat zich bij hem niet ont laadde in een staatkundigen wellust, doch in zyn kunstzinnige daden. Spreker volgt hem in zyn jeugd, hoe hij bij Ghiberti meehelpt aan de bronzen deuren van het Baptisterium, staat stil bij zijn vriendschap voor den bouwmeester Bruneleschi, den universeelen geest. Verschil lende jeugdwerken worden bekeken, o.a. de Evangelist Johannes en de werken aan de Or San Michelo-kerk, waarby voor den magistra ten verkondiger St. Marcus en den fieren jeug digen stryder voor het geloof, St. Joris de aan dacht gevraagd wordt. Daarna komen de groote statuën aan den klokketoren. Vervolgens be spreekt hy de werkplaats die Donatello met den beeldhouwer-bouwmeester Michelozzo sa men opzet en hoe zij beiden als militaire inge nieurs werkzaam zijn bij het beleg van Lucca. Dan schynt Donatello ruim een jaar in Rome te zyn geweest. Uit zijn rypen levenstyd wor den bekeken de bronzen David, de terracotta kop van Uzzano e.a. Ongemeen is ook zyn liefde voor het bruisende jongensleven, dat we zien in de zangerstribune voor den Dom te Florence en den buiten-preekstoel aan den Dom te Prato. In 1443 verhuist hij naar Padua, waar hy opdrachten had voor de St. Antonius- kerk en kort daama ook de bronzen reliefs voor het hoogaltaar maakte. Aan het einde dezer Paduaansche periode staat het bronzen ruiterbeeld voor Gatta Melata, waardoor de Romeinsche Oudheid voor het eerst weer een rivaal krijgt van haar Marcus Aurelius-ruiter- beeld. Na 1453 keert hy terug in Florence; hij is dan 67 jaar en schijnt nog herhaaldelyk in Siena te zijn geweest voor werk. Tot zyn be langrijkste schepping uit de eindperiode mag de Judith met Holofernes gerekend worden en hoewel niet zijn laatste werk, klinkt het toch als een zwanenzang. Nog eenmaal grypt hy de rauwe menschelijke passie die hier in beide wezens diabolisch broeide. Is het de weg zinkende vitaliteit tegen welk verval de oude mensch nog eenmaal zich met alle felheid tracht te verzetten, waarby hy in die spanning zyn anker werpt dwars door de herinnering heen naar een vrq«er beleefde emotie? Wat heeft hij in die wqplere vrouw gezien, hy die noch een Semiramis, noch een Beatrice of een wezen tusschen deze poten in verkozen had als duurzaam pand? Zooals bekend, hebben de oud-gouvemeurs- generaal, in verband met de pensioenkorting voor de Indische ambtenaren met 17 pCt., vry- willig afstand gedaan van eenzelfde percen tage van hun pensioenen. De omstandigheid nu, dat op het ontwerp der Indische begrooting voor 1935, zooals dit by den Volksraad is ingediend, de post pen sioenen voor oud-gouverneurs-generaal nog on veranderd blijktte zijn geraamd, heeft aanlei ding gegeven tot de in de pers uitgesproken veronderstelling, dat aan het voornemen der vrywillige korting geen uitvoering zou zyn ge geven. Deze veronderstelling is onjuist. Naar van gezaghebbende zyde wordt mede gedeeld, is de bedoelde korting met 17 pCt. op landvoogdelyke pensioenen reeds van 1 Januari 1934 af toegepast. Maandagmiddag is H„ eigenaar van een broodfabriek te Oosterhout. terwyl hij op het dak stond om den schoorsteen te vegen van een hoogte van ongeveer vier Meter naar bene den gestort door 't wegschuiven van een dak pan. H. bleek bij zyn val den onderarm te hebben gebroken, terwijl hij bovendien klaagde over ernstige pijnen aan been en borst. Per zieken auto overgebracht naar het St. Josephgesticht te Oosterhout werd de eerste geneeskundige hulp verleend. Daar H. bleef klagen over hevige pünen in het been en de borst werd overbren ging voor nader onderzoek, naar het Ziekenhuis te Tilburg noodzakelijk geacht. H. werd in den loop van den namiddag per ziekenauto daar heen vervoerd. De uitslagen van de vyfde ronde van het in ternationaal schaaktournooi te Kloster-Neuburg waren, zooals reeds eerder gemeld: Grünfeld wint van Gilg. Thomas verliest van Dr. Weil, Felderhof—Palda afgebroken. Erde- lüf wint van Köberl, v. Doesburgh wint van frl. Harum. De vyfde ronde bracht eindelyk de goede re sultaten voor onze landgenooten, waarnaar men zoolang had uitgezien. Van Doesburgh speelde zeer solide tegen de Fransche verdediging van frl. Harum en won, doordat zy bij een moeiiy- ken stand de juiste voortzetting miste. Voor Felderhof was de dag buitengewoon ge lukkig. Niet alleen dat hy, zooals reeds gemeld, in de morgenuren van Dr. Weil op fraaie wyze gewonnen had, maar ook des avonds zette hy ei alles op tegen Palda, van wien hy na lange verdediging, een pion wist te winnen. Het ont stane eindspel van torens zal zeker voor hem tot winst voeren en dan slaat hy met 3 uit 5 geen slecht figuur. Doch onze beide landgenooten moeten nog uitkomen tegen de sterkste spelers van het tournooi, zoodat de score wel niet meer met groote sprongen de hoogte in zal gaan. Voor Thomas was de dag minder gelukkig. Zün beteren stand tegen Köberl wist hy niet uit te buiten en 's avonds speelde hy zeer bevan gen tegen Dr. Weil, liet een voor de hand lig gend offer toe en moest na 24 zetten de partij opgeven. Zeer interessant was de party tusschen de Mèèr dan vroeger is er in de laatste jaren een zekere belangstelling te con- stateeren voor den maandelijkschen staat der ryksontvangsten. En dit niet enkel by het z.g. ingewijde, maar ook bij het gewone, d.w.z. het niet deskundige publiek. Dit zal wel voortkomen uit het besef, dat het wel en wee van vele landgenooten voor een goed deel afhangt van het meer of minder mild vloeien der ryks- middelen. Doch öök, wyl men in dezen midde- lenstaat terecht een barometer ziet, die den stand van ons economisch teven vrij nauwkeu rig registreert. Byzondere interesse is er altijd voor de sta ten, welke half Januari en half Juli verschynen, wyl deze een soort half jaars balans zijn, al mag men niet vergeten, dat beide jaarhelften door allerlei oorzaken niet geheel gelijk zijn. De staat van j.l. Mei gaf na de teleurstellen de eerste vier maandenvan 1934 een ietwat opgewekter beeld te zien. Het eerste trimester toch had ten opzichte van de raming een te kort opgeleverd van ongeveer 28 millioen. De Meimaand vergrootte dit tekort met „slechts" 2 millioen. Vergelijkenderwijs gesproken dus een gunstig resultaat. Beschouwen we nu de resultaten van Juni. Tegenover een raming van ƒ31.209.000 staat een ontvangst van ƒ31.190.000. Een dégrès al- zoo van een goede 1 millioen. Men moet zich in dezen niet laten verblin den door een vergelyking tusschen de cijfers van Juni dit jaar en die van de overeenkom stige maand in 1933. Deze vertoonen wel is waar een verschil van bijna 5 millioen ten gunste van het loopende jaar, maar dit werd geheel opgebracht door de beide nieuwe mid delen, de omzet- en de couponbelasting. In totaal bracht het eerste half jaar 1934 op buiten de z.g. kohierbelastingen rond 162 millioen, tegenover vorig jaar 150 millioen. Neemt men echter in aanmerking de beide hierboven genoemde nieuwe middelen met te zamen ƒ2424 millioen, dan is er per saldo een tekort van 12J4 millioen. Dit en meer nog de achterstand bij de ra ming ad 31 millioen, maken dat we den toe stand onzer landsfinanciën nog weinig roos kleurig kunnen noemen. Enkele der middelen vragen nog een kleine afzonderlyke bespreking. De Dividend- en Tantièmebelasting bracht in Juni op 1.789.000 tegenover vorig jaar 1.482.000. Ook het halfjaarcijfer is niet zoo kwaad: ƒ5.647.000 tegen ƒ4.584.000. Mogelyk is natuurlijk, dat er dit jaar nog al wat divi dend vroeger is gedeclareerd dan andere jaren, maar aannemelijker lykt ons de verklaring, dat heel wat zaken door reorganisatie e.d. zich aan de huidige tijdsomstandigheden hebben aange past en daardoor weer rendabel zyn geworden. Met 7.210.000 hebben de Invoerrechten zich weer wat hersteld en zijn gelyk gekomen met Juni 1933. Toch blyft er over het eerste half jaar nog een tekort by vorig jaar van 624 millioen en by de raming van 'n kleine 3 mil lioen. Over de Accijnzen valt ditmaal weinig te zeggen. Zout en geslacht bleven onder vorig jaar, evenals gedistilleerd en suiker. Wyn, bier en tabak brachten iets meer op. In totaal echter waren de nadeelige verschillen grooter dan de voordeelige. Hoe zou het trouwens anders kun nen, waar deze accijnzen als verbruiksbelas tingen zoo gevoelig zijn voor de daling van de koopkracht bij de massa. Nog steeds is de Omzetbelasting niet op het peil gekomen, waarop de minister haar gedacht had. Nog geen 5 millioen bracht deze in de kas, terwijl daarnaast een maandraming staat van ƒ6.791.000. Per saldo is er op het eerste half jaar een tekort van "byna 18 millioen. Nu moge het waar zyn, dat in de eerste maanden eenige achterstand verklaarbaar is we gaven de oorzaken "daarvan reeds enkele maten nu, na een half jaar hadden we toch gedacht, dat langzamerhand dit middel op peil was ge komen. Zou dan toch Minister Oud met deze belasting wat te hoog gemikt hebben? Van de overige middelen vermelden we nog, dat de Loodsgelden alweer een stapje omhoog gingen, terwijl de Successierechten met byna 2j4 millioen weer tot de raming naderden. leiders Grünfeld en Gilg. Het werd een aange nomen Damegambiet, waarbij Gilg in een vaar water kwam, dat Grünfeld zeer goed kende. Hierdoor kon Grünfeld nagenoeg a tempo spe ten, terwyl Gilg eiken zet zoeken moest, zoodat hy zeer veel tyd verspeelde en ten slotte in tijdnood verloor. Erdeliji won regelmatig van Köberl. Hieronder laten we de interessante party vol gen, gespeeld door R. van Doesburgh met wit en frl. Harum met zwart. •Fransche partij: 1. e2e4, e7e6; 2. d2—d4, d7—d5; 3. Pbl— c3. d5 x e4; 4. Pc3 x e4, Pb8d7; 5. Pglf3, Lf8—e7; 6. Lfl—d3, Pg8—f6; 7. Pe4—g3, c7— c5; 8. c2c3, b7b6; 9. Ld3—b5, Dd8—cT; 10. Lel—g5, 0—0; 11. Ddld2, Tf8—d8; 12. 0—0, Pd7—f8; 13.Dd2e2, Lc8—b7; 14. Tfl—dl, Pf6 —5; 15. d4 x c5. De7 x c5; 16. Lg5 xe7,Dc5xe7; 17. Tdl—d4, Pf8g6. (De druk op f4 verschaft zwart iets beter spel). 18. Pf3e5, Pd5f4; 19. De2d2, Td8 x d4 (nemen op g2 mag niet we gens Pc6 met verlies van de kwaliteit); 20. Dd2 x d4, Ta8d8; 21. Pe5 x g6, Pf4 x g6; 22. Dd4— a4, De 7c5 (sterker was 22a6); 23. Lb5 e2.... (niet 23. Da7! wegens 23Db5: 24. Db7: Db2: en zwart staat gewonnen); 23a? a5; 24. Tal—dl, Dc5—c7; 25. Tdl—d4. Dc7— e7; 26. Da4dl, Td8 x d4; 27. Ddl x d4, De 7 c7; 28. f2—f3, e8e5; 29. Dd4—d2, Dc7—c5t; 30. Kglfl, Pg6—f8; 31. Pg3—f5 (met het ingrij pen van dit paard komt wit in t voordeel) 31.... Pf8e6; 32. Dd2—d7, Lb7—c6?; 33. Dd7 x c6. Zwart gaf het op. Zü komt een stuk achter door 34. Pe7t Hoewel de Olympia Hall te Londen nog lang niet uitverkocht was, blykt er toch veel belang stelling voor deze eerste Zesdaagsche te zyn. Het vormen van het koppel Piet van Kempen met den Engelschman Cozens blykt een goede gedachte te zyn geweest, daar de Engelschen hun landgenoot dank zy de hulp van Piet van Kempen nog steeds aan den kop zien ryden en kunnen toejuichen. Er waren omstreeks middernacht ruim vyf- duizend toeschouwers en veten van hen bleven tot des morgens te zes uur by den aanvang van de neutralisatie. Toen er driehonderd myl gereden was, ver loren van Kempen-Cozens de ronde voorsprong, welke zy op alle andere koppels hadder.. Her haalde malen hebben, vooral direct na de sprints, vannacht jachten plaats gehad. Toen er 474 myl gereden was, hedenochtend by de neutralisatie, was de stand als volgt: 1. Piet van KempenCozens; 2. Bartell—Mal- mesie; Op een ronde. 3. Kilian—Vopel; 4. Miethe—Vroomen; 5. WinterOttevaire; Op drie ronden: 6. Torry— Buhler; 7. BockumMuller; 8 Pi ano—Gi li berti; 9. Lepage—Audy; 10; Clig- netKoomans; 11. AnhesAerts; 12. Marcil- lac—Louet.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1934 | | pagina 5